Hoog tijd dat we het eens over het Mittellandkanaal hebben,
we zijn al over halfweg van dit 325,7 kilometer lange kanaal. Enfin over het kanaal zelf is niet zo heel
veel te vertellen, het is lang en recht 😊. Voor
ons is alles nieuw en wij kunnen genieten van het ontspannen varen, en om de
saaiheid te doorbreken wisselen we om het uur af, vergapen we ons aan de
kwikstaartjes die ons schip als gratis vervoermiddel gebruiken en moeten we ook
regelmatig uitwijken voor een beroepsschip. En zij voor ons. Het moet gezegd,
hier wordt door 90 % van de schippers (vooral Polen, Tsjechen en voormalige Oost-Duitsers),
echt wel rekening gehouden met de pleziervaart. Het groene water is overal
omzoomd door groene bomen en als we dan al eens een open plaatsje passeren,
hebben we uitzicht op kilometers lange graanvelden. Huizen zijn er langs dit
kanaal praktisch niet gebouwd.
Eerst hebben we 2 dagen in een oud kanaaltje gelegen, dat
was ginder aangenaam vertoeven. De
eerste dag lagen we nog samen met de Contessa aan de kaai. Het was warm, maar
we besloten om toch een fietstochtje (20 km) te doen, na amper 3 kilometer zag
Peter het al zitten om een terrasje te doen, maar ik kreeg mijn elektrische
fiets niet stilgelegd 😊. Onze
toer ging langs de kanalen. Met dit mooie weer zag je jong en oud, in zwembroek
of naakt in het kanaal zwemmen, duiken, ploeteren, springen, In het terugkeren zijn we dan toch gestopt bij
het terrasje van café Clara. Mooi zulle
een terras in een binnentuin van een oud Cisterciënzerklooster, ook een kunstencentrum. De mensen die opdienden waren mensen met een
beperking. Het zou een 100% rustgevende locatie kunnen zijn, alleen jammer van
de autostrade in de buurt. Niet panikeren, beste lezer, we gaan niet ieder
terrasje dat we aandoen uitgebreid beschreven,
maar dit was ons eerste terrasje in Duitsland, vandaar 😉.
Terug aan boord stonden onze Nederlandse buren al klaar met
een heerlijk helder Heineken. Nog een
paar uur bij hen doorgebracht. Van hieraf scheiden onze wegen zich (voorlopig),
hun vaartempo ligt hoger dan het onze (een oud schipper hé 😊),
wat zij afvaren op één dag, doen wij in 2 dagen.
Zaterdag, 25/6, zijn we een goeie 40 kilometer opgeschoten.
We hadden een plek voorzien om te stoppen, maar tijdelijk verbod om daar te
liggen wegens werkzaamheden. We hadden geen goesting meer om verder te varen
met dit warme weer, dus hebben we ons maar op het einde van de zwaaikom gelegd
(ze moeten er maar geen bolders in voorzien 😊). Voor het eerst konden we eens testen hoe
het liggen op het kanaal ging tegen- of meevallen. Het valt mee, ons Mira is
juist een hondje, als er een ander schip in de buurt is wil ze er naartoe, en
maar trekken aan haar touw(en). Peter houdt haar kort aan het lijntje, de leiband(en)
strak aangespannen. We blijven relatief mooi op onze plaats liggen (behalve als
er een speedbootje passeert, dan slingeren we serieus, zelfs ons schilderij zwiert
dan over en weer). Ook hier een
fietstochtje (15 km) gedaan. Hier kwamen
de heuvels tot aan het kanaal, een uitloper van het Teutoburgerwoud (een bergrug),
dus het was klimmen geblazen (zeker de niet elektrisch rijders puften toch een
beetje 😊). Hier in Duitsland hebben ze geen fietsknooppunten,
ik heb er een alternatief voor gevonden.
We vertrekken, Maasje op kop, straatje in, straatje uit tot ze geen idee
meer heeft waar ze zijn, dan mag Van Laereke het overnemen om ons terug naar huis
te loodsen😊. Soms komen we wel voor een verrassing te
staan, zoals een diepe greppel, ik durf daar dan niet over, dus Peter wil dan
eerst gaan en mij galant overzetten. Zijn afsprong was schitterend, zijn landing
iets minder, helemaal onder het zand maar met een big smile heeft deze heer
zijn madam aan de overkant geholpen 😊. Deze streek wordt vooral gekenmerkt door de
vakwerkhuizen.
De zondag naar Minden gevaren of toch in de buurt want de
ligplaatsen in Minden waren allemaal bezet en in de jachthaven konden maar jachten
tot 15 meter. Onze oorspronkelijke planning
om daar twee dagen te blijven is dus niet doorgegaan. Maar vermits we langs dezelfde weg terug
moeten keren, kunnen we de plekken die we nu overslaan bezoeken (of niet). We liggen een vijftal kilometer van de stad,
dus onze stalen rossen terug van boord gehaald en naar het centrum gefietst. We
waren onder de indruk van de grote, statige herenhuizen die er stonden (nu
meestal opgesplitst in flats). Het centrum zelf wordt gedomineerd door wat
kerken en wat stemmige pleintjes (en ongelooflijk veel ijssalons, dat ook).
Minden ligt aan de splitsing van het Mittelandkanaal en de Wezer.
De Wezer hebben we niet bevaren maar toch overgestoken, via een aquaduct. Er
zijn eigenlijk 2 kanaalbruggen: de oude, betonnen prachtige, oude constructie wordt
niet meer gebruikt. Voor de nieuwe
overspanning hebben ze staal gebruikt, minder fraai maar wel breder en dieper. Toch
speciaal, vanaf het Mittellandkanaal daal je 64 trappen af en je bent aan de Wezer.
Ook de sluis (Schachtenschleuze) om naar de Wezer te varen
hebben we met enig ontzag bekeken, schoon kunstwerkje.
En nu een uitgebreid verslag van ons eerste restaurantbezoek
in Duitsland. Het was veel en ook veel 😊. Ik
vroeg een wit wijntje, bij ons is dat 20 cl, gevuld tot aan het streepje, hier
staat die aanduiding ook op het glas,
maar dat negeren ze straal, quasi volkappen is hier de boodschap. Ik wou en zou
geen jäger-, Wiener- of zigeunerschnitzel eten. Maar op mijn bord lagen 2 flinke lappen varkensvlees
helemaal gepaneerd. Peter had mooie varkenslapjes besteld, duidelijk een betere
keuze. Deze massa vlees, waar af en toe zo een heerlijk stukje puur vet aan zit
, heb ik niet volledig door mijn keelgat gekregen. We hebben ons onlangs trouwens
gewogen als we dit soort eten en hoeveelheden
blijven eten, mogen jullie ons binnenkort Billie en Bessie (Turf) noemen 😊
Vandaag, maandag, 27/6 besloten we een klein eindje verder te
varen maar we hebben uiteindelijk meer dan 70 kilometer gevaren vooraleer we
konden aanmeren. In het begin waren we
nog kieskeurig, niet aan industrie, niet aan een lawaaierige brug, Daarna was mijn hoofdbezigheid van de dag,
fenders verhangen van stuurboord naar bakboord en omgekeerd. Iedere plaatsje
waar we dachten aan te leggen was een probleem. Een mooi plekje voor
pleziervaart mocht je sowieso al vergeten, daar ligt al wel een jacht. De
jachthavens bijna allemaal tot maximum 15m. Dan maar geprobeerd aan een kade
voor beroepsvaart, de bolders staan veel te ver uit elkaar. Als er al een
(minder fraai) plaatsje voor jachten was, moesten we ons vastmaken aan halve
ringetjes die in de kade geslagen waren, we krijgen onze touwen er niet eens
door. Uiteindelijk hebben we een plaatsje gevonden niet ver van Schleuse
Anderten, weer niet bestemd voor pleziervaart, maar wij hebben een beroep
gemaakt van te liggen waar het niet mag, dan is dan ook beroepsvaart toch? 😊.
Als alles meevalt, varen we morgen door de sluis (wachttijden
kunnen daar een paar uur oplopen) en stoppen we op het plaatsje dat reeds door
de Contessa is verkend en goedgekeurd.
Beste lezer, we zijn veel sneller gevorderd dan we van plan
waren op het Mittellandkanaal, maar gelukkig nog altijd in vakantiemodus 😊.
Varen op het Dortmund-Ems kanaal is voor mensen met tijd en
geduld. Of je ligt lang voor een sluis te dobberen of je zit achter een
beroepschip aan die met een slakkengangetje vooruit gaat. Ons maakt het niet
uit, we zijn in verlof van 1 januari tot 31 december, dus het kan en mag
allemaal wel.
Vandaag, 22 juni liggen we ergens op het Dortmund-Ems kanaal,
aan kilometer 117, aan de Altenrheine sluis. Wat hebben we allemaal beleefd om
hier te geraken? Van beleefd gesproken trouwens, nen goeiendag kost hier een
pak meer dan in Friesland, voor de doorgaans stugge Duitser is hallo zeggen een
optie. Maar als je een individu dan weer iets vraagt, zijn ze wel heel erg
behulpzaam. Tot zover onze eerste indruk van de Duitse medemensch.
De zaterdag (18/6) voor het eerst buiten op ons dek ontbeten.
Ik kan alleen maar superlatieven bedenken voor het zonnetje op ons smoeltje, de
natuur, de stilte (afgezien van de vogeltjes die even blij waren als wij),
gewoonweg zalig. Enfin over het ontbijt valt dan weer iets te zeggen, dat
bestaat bij ons enkel uit vers gemalen koffie. Peter maalt dat elke ochtend met
de hand (of had ik dat al ergens eens geschreven?).
De zondag, zijn we naar Haren (Ems) gevaren, naar de
jachthaven deze keer. Er was nog één plaatsje beschikbaar op de steiger voor
boten van 15 tot 50 meter, speciaal voor ons vrijgelaten 😊.
We hebben achteraan zicht op het kanaal, vooraan op serieuze villas, Haren
(Ems) grenst aan Nederland en de iets
meer dan modale Nederlander komt dan hier een stekkie kopen (vastgoed is hier
goedkoper). We hebben het centrum van Haren bezocht, het marktpleintje wordt gedomineerd
door een Dom. Dat is dan ook het enige wat we bezocht hebben, er waren daar ook
een pak Biergartens te bezoeken, maar het was niet echt terrasjesweer.
Voor maandag had Peter een fietstochtje uitgestippeld, maar
met rotweer en met harde wind gaan fietsen met dat kind? Lekker niet, want
dedju, dedju, ik had platte tube.Dus
wij naar de fietsenwinkel achter 2 nieuwe banden (hopelijk houden deze het ook meer
dan 5000 kilometer vol). En nog wat etenswaren en drank gekocht.Hier worden trouwens weer mondmaskers gedragen
in de winkels (niet verplicht wel sterk aangeraden). Van fietsen is er niets
meer in huis gekomen, het is klusjesnamiddag geworden, ook leuk 😊😊.
De dag nadien zijn we naar de oude haven van Lingen gevaren,
dat is op wandelafstandvan het stadje.Konden we te voet de historische binnenstad bezoeken. Mooi plekje, sehr
gemütlich. We hebben massas veel telecomwinkels bezocht op zoek naar een
simkaartje, maar tevergeefs, in het verenigd Europa is het niet mogelijk om een
abonnement af te sluiten als je geen adres en rekeningnummer in het land van aanvraag
hebt. In het haventje aan de praat geraakt met Nederlandse oud schippers (nou oud,
die vrouw is 14 dagen jonger dan Peter 😊).Ze
varen ook naar Berlijn. En vermits ze vroeger veel naar het Oostblok gevaren
hadden, konden ze al heel wat tips geven over onze toekomstige vaarroute.
Vandaag, 22 juni zijn we samen met de Contessa vertrokken
richting Mittellandkanaal. Wij gingen sowieso stoppen aan deze sluis, zij gingen
het Mittellandkanaal nog op. Was wel zo gemakkelijk, ze spreken perfect Duits,
dus ik had een rustdag aan de marifoon 😊. Maar rustig werd het hoe dan ook, er voer
een tanker voor ons, de Eiltank 66, aan een snelheid van 6,6 kilometer per uur
(en zeggen dat eilig zoveel als snel, rap betekent in het Duits ).
Ondanks onze slechte ervaring met de eerste sluizen (geen
bolders) vallen de meeste sluizen wel mee. Maar het zijn duidelijk sluizen voor
de beroepsvaart, jachten moet zich in het midden van hun schip vastmaken, aan
één bolder. Het verval is ook iedere keer minstens een 4 tal meter, en als je bijna
boven bent, heb je in sommige gevallen niets meer waar je jouw touw kunt aan
vastmaken. Het zijn dus sasjes waar je moet werken voor je geld 😊. Peter heeft er een sport van gemaakt om in iedere sluis een portret van mij te trekken, hij weet dat ik dan toch niet kan weglopen
De Contessa zag het ook niet meer zitten om verder te varen in
deze hitte en aan dit slakkengangetje, ze zijn ook aangemeerd in
Altenrheine.Op de foto een idyllisch
plaatsje, maar helaas, de autosnelweg is niet zo heel erg ver hier vandaan.
We hebben onze buren getrakteerd op een frisse pint. En
ondanks dezelfde taal zijn er toch af en toe Babylonische spraakverwarringen,
wij zeiden dat we croque monsieur gingen eten, zij hadden juist tosti gegeten.Blijkt dat we uiteindelijk krak hetzelfde
bedoelden.
Daarna nog een wandelingetje gemaakt met Peter rond het
kanaal (niet gans het kanaal uiteraard, maar van één brug naar een
andere).
Dan mijn verhaaltje getypt en nu gaan we nog een glas wijn
drinken, vroeg zullen we niet onder de wol (dun lakentje is al meer dan genoeg)
kruipen want het is bloedheet binnen.
Warme groetjes van ergens op het Dortmund-Ems kanaal.
We zijn er geraakt, in ons land van bestemming toch 😊.
Maar eerst nog een vertelselke over onze laatste dagen in
Nederland, meer bepaald in Delfzijl. We lagen in de binnenhaven, rustig en een
beetje uit de wind.
Delfzijl laat zich moeilijk omschrijven, het is een
havenstad met industrie, je moet dan ook geen Porto-Vecchio verwachten. Maar
dat had ik eigenlijk wel verwacht: een oude haven. Beetje de schuld van Georges
Simenon (bekend van de Maigret verhalen), hij was nogal lyrisch over Delfzijl. Hij
is net, zoals wij, ook met zijn jacht in Delfzijl geweest, maar daar houdt de
vergelijking op 😊. In
de buurt waar wij lagen was het nogal eenrommelige architectuur, oude leegstaande huizen, moderne flatgebouwen,
af en toe een pareltje van een art deco huis, afbraakwerven, … Achteraf heb ik
gelezen datveel mensen weggetrokken
zijn omdat er te weinig werk is in de havens. Het zijn deze leegstaande huurhuizen die nu
staan te verloederen. Maar er wordt hard gewerkt om deze havenbuurt te verfraaien.
De laatste dag, hebben we nog een fietstochtje gemaakt, en
zo zijn we in Termunterzijl beland. Een aangename verrassing, klein dorpje met
heerlijke visrestaurants (allez toch zeker eentje, we hebben ze niet allemaal
uitgeprobeerd 😊.Maar
de grootste eyecatcher is het sluisje, het achtervoegsel -zijl in de
plaatsnamen betekent trouwens sluis.Het
niet meer gebruikte sas dateert van 1725 en heeft een prachtige borstwering
(zie de fotoÿs hieronder).
Toen we ons buikje goed (en dat mag je letterlijk
beschouwen, want de eerste en laatste maal dat we echt een compleet deftig
maaltijd voorgeschoteld gekregen hebben in Nederland) rond gegeten hadden, zijn
we terug op onze tweewielers gekropen om langs de dijk terug te fietsen naar
Delfzijl.Onderweg nog een stokoud
kerkhofje tegen gekomen, bijna niet te geloven dat de tekst nog leesbaar was na
al die eeuwen.En uiteindelijk moesten
we het laatste stukje door een industriegebied.Peter was weer even (heel even) terug fabrieksman, hij heeft me o.a. uitgelegd
waarom de stoomleidingen zoveel extra bochten heeft.Als je het ook wil weten, check Wikipedia of
bel Peter 😊.
Vrijdag, 17 juni hebben we
Nederland dus geruild voor Duitsland. Het begon al goed, de havenmeester in
Emden vertikte het om zijn telefoon op te nemen of te antwoorden op mijn smsje,
ik had een beetje een déjà-vu gevoel.Toen we hem (of haar?) uiteindelijk toch te pakken kregen, kregen we te
horen dat er geen ligplaats was. We zijn dan maar Alain Provist vertrokken, we
zien wel waar we belanden. De sluis inDelfzijl was voor ons alleen, maar bij het buitenvaren heeft
ondergetekende een nieuw wereldrecord 20 meter lopen gevestigd.Er waren namelijk 2 meeuwen (visdiefjes cfr)
die mij aanvielen toen ik de fenders wou binnenhalen, amai ik voelde mij direct
een figurant in de Hitchcock film 😊.
Dan konden we met een
rotvaart van 16 à 17 kilometer/uur de Eemsmonding afvaren, dat gaat verbazend
goed vooruit, normaal gezien is onze kruissnelheid 10 km/u). Met een wind op de
kop van 3 à 4 Beaufort kregen we af en toe wel een indrukwekkende bruine golf
over onze boeg, mooi om te zien.Achteraf had Peter wel spijt dat hij niet voor een Rijnpatent had
gestudeerd… ons schip is nog nooit zo vuil geweest (zelfs niet in Langerbrugge
en het kon daar ook een vuil sopje regenen).
Dan onze eerste ervaring met de Duitse sluizen.Er is geen voorziening voor de pleziervaart
om je vast te maken voor een sluis.Zouden we wel geapprecieerd hebben, want we hadden nog altijd meestroom,
dan is het niet zo evident om ons Mira onder controle te houden, we (lees
Peter) moesten constant manoeuvreren.
De tweede sluis, ik had verschillende keren opgeroepen, maar
de sluismeester gaf niet thuis.Uiteindelijk roept hij ons op om te zeggen dat er eerst een beroepsvaart
moet invaren en dat wij dan kunnen volgen. Ik antwoord, in mijn beste en dus
schier onverstaanbaar Duits, dat ik het begrepen heb.Maar de brave man herhaalt nog eens dezelfde
litanie, maar iets trager deze keer.Als
ik dan met mijn handmarifoon buiten ga om te antwoorden, begrijpt hij me
wel.Onze eerste overtreding, want
handmarifoons zijn niet toegestaan voor pleziervaart. En dan varen we binnen …
er zijn bijna geen, zoals in 0,0 bolders beschikbaar in de sluis.Uiteindelijk heb ik me van voor kunnen
vastmaken en is Peter in de stuurhut gebleven om de kont recht te houden. Er
zijn hier op het kanaal ook sluizen voor jachten, maar die worden (niet, niet
meer of nog niet) gebruikt.
En dan het mysterie van onze dieptemeter, die werkt enkel in
zoet water!Dat betekent dat we (lees nu
Conny) de eerste ligplaats na de sluis niet binnen durfden te varen omdat we
(nog) niet konden aflezen hoe diep het daar was.Dan maar verder gevaren naar een jachthaven,
ondertussen was de dieptemeter voldoende gespoeld en gelukkig maar want er
stond niet te veel water meer onder onze boeg in het begin van de jachthaven in
Emstal, dus zijn we er niet verder ingevaren. Uiteindelijk zijn we, moe maar
voldaan, iets verder in een dode arm van het kanaal op onze palen gaan liggen
en dat beviel ons zo goed dat we er 2 nachten blijven.
Het is weer even geleden hé, we varen nu op het Eemskanaal,
dus er is tijd zat om nog eens een berichtje te sturen.
Vorige donderdag onze laatste Marrekrite plek aangedaan in
de Goëgarijpsterpoelen. Vorig jaar zijn we hier ook gestopt, maar toen was de
wind zo fel dat we genoodzaakt waren om in een kanaaltje te gaan liggen. Ook nu
voelden we een stevig briesje, maar pal op de kop, we konden op ons achterdek
van de zon genieten.
We waren van plan om de vrijdag ook nog een Marrekrite aan
te doen, nog geen 3 kilometer verder, Peter vroeg al of we er niet beter er naartoe
zouden roeien 😊. Maar
we hebben het daar maar een paar minuten uitgehouden, veel te veel wind en maar
klotsen en botsen. We waren die strak, wapperende vlaggen zo beu
dat we besloten hadden om door te varen naar een jachthaven. We hebben zelfs
onze favoriete plekjes in het natuurreservaat Alde Feanen links (eigenlijk
letterlijk rechts) laten liggen. Burgum (of Bergum voor de niet-Friezen) is het
geworden, daar konden ze een lang, dik jachtje een plaatsje geven. Het was een beetje zoals onze oude thuishaven
in Langerbrugge, industrie achter ons, zicht op een loods, enkel de vrachtwagens
ontbraken op het appèl.
In Burgum hebben ze een lokaal biertje: It Lulke Wiif, ik
dacht dat dit het lelijke wijf betekende, maar het is de boze vrouw. Peter heeft het niet geproefd (hij heeft wel
een ander biertje ontdekt dat in zijn smaak valt 😊).
Mijn kennis van de Friese taal is nogal beperkt, onze buurman had een
jacht met de naam Simmer, dat is zomer in het Fries … echt gelijkenissen toch
hé met onze taal 😊.
Zaterdagnamiddag was het feest in Burgum, een markt in de
winkelstraten, wat optredentjes van plaatselijke zang(talenten). Daar hebben we ons tussen gemengd, maar we
vielen wel een beetje op zonder onze klompen 😊.
Een voordeel van deze jachthaven is dat er ook
camperplaatsen zijn, want zaterdagavond zijn Roland en Dorine afgekomen met hun
bolide. Echt bijpraten hebben we pas de
zondag gedaan, want het was voetbal , dus moesten de mannen de Belgen gelijk
zien spelen tegen Wales 😊 (en onze snoeppot half leeg eten 😊😊).
De zondag, vaderdag. Onze papaÿs zijn het gewoon dat we in
Nederland zitten in deze periode.
Kapitein Jan heeft zelfs twee varende kinderen, mijn broer zit met het schip
op de Middellandse Zee in beter weer 😊. Deze dag hebben we een mooie fietstocht
gedaan, een kilometer of 45 langs rustige, landelijke wegen. De planning was dat we ÿs middags eens goed
gingen gaan eten, maar als je constant langs boerderijen, schapenweiden en natuurgebieden
rijdt, mag je al blij zijn at je iets kan nuttigen aan een treinstation. Een aperitiefje
hebben we er ook niet gedronken, we zaten op een terras van een 100% alcoholvrije
brasserie. Maar goed, de soep was toch
lekker 😊.
Omdat onze culinaire uitstap wat tegenviel, hadden we ÿs
avonds een barbecuetje gepland op ons achterdek, de ijskast van de camper en
boot leeggeroofd en er een smakelijk geheel van gemaakt.
De maandag opnieuw een fietstochtje, achter het stuur zaten
deze keer wat minder enthousiaste sportievelingen, want (het wordt eentonig) weer
een dagje van veel wind en regen. Dat
betekent geen terrasje(s) doen, maar in Earnewald binnen wat genuttigd en
ondertussen konden we onze kleren wat laten drogen. Maar afgezien van het tegenvallende
weer, toch weer een prachtig knooppunten route afgehaspeld.
Na de avondspits zijn Roland en Dorine terug richting België[PVL1] vertrokken, na een goeie drie uur waren ze
al terug op hun bestemming. Was een leuk weekend, we hebben ervan genoten.
En nu is het dus dinsdag, en zijn we onderweg naar
Delfzijl. We zijn uit de jachthaven
vertrokken met een stralende zon en geen zuchtje wind. We dachten eindelijk het juiste weer te
pakken te hebben. Maar ik heb een
vermoeden dat jullie het goede weer in België houden, want hier is het donker
en grijs, gelukkig zonder nattigheid of wind.
En eigenlijk is dit ideaal vaarweer, geen zon = aangenaam vertoeven in
onze stuurhut (met al die ramen heb je algauw een serregevoel als je in de zon
vaart, dan ben je na een paar uurtjes lekker gaar gekookt). Dus in plaats van te stoppen in Groningen, waar
we al eens geweest zijn, tuffen we verder naar Delfzijl. Vermits het de eerste
keer is dat we dit plaatsje aandoen, blijven we hier enkele dagen om de
omgeving onveilig te maken. Jullie horen het wel wat we daar allemaal
gaan zien en beleven 😊…
Tot de volgende keer, het zal vanuit Delfzijl zijn of …
vanuit Duitsland
Een regenachtige dag, alweer, dus een goed moment om het
thuisfront nog eens in te lichten over onze wilde avonturen die we hier
allemaal beleven.
De natuur is zich hier goed aan het herstellen van de droge
periode, het krijgt de laatste dagen bakken hemelwater te verwerken. Maar weer
of geen weer, om onze gespierde torso te onderhouden (hahaha, ik ben zo
grappig) hebben we besloten om iedere dag te wandelen of te fietsen (als we
niet varen tenminste).
Dus pinkstermaandag onze wandelschoenen aangetrokken en ons
regenfrakske aan et en route.We waren
die dag zeker niet de enige sportievelingen, die dag werd ook de Elfstedentocht
gereden, én vélo naturellement. Ooit heb
ik die tocht ook gereden, 235 km langs de Friese steden, waar is de tijd, nu
ben ik al moe als ik 40 km fiets, elektrisch 😊. Deze toeristen in een strak, maar nat fietstenue
hadden soms veel geluk, een pak meewind en droog of veel tegenslag, een stevige
tegenwind (van een beaufort of 7) en regen.
De dinsdag, zijn we
ietsje verder gevaren, weer niet ver, maar wel ver genoeg om onze motor op temperatuur
te krijgen 😊.
Onze ligplaats is opnieuw een Marrekrite steiger, op
anderhalve kilometer van Langweer. We liggen op een paar meter voor een brug (waar
heel af en toe een auto passeert) en die draait niet tussen 20u en 9u.We zijn Langweer te voet gaan verkennen, een
dorpje met veel restaurantjes en heel veel haventjes. Ik kan me voorstellen dat het in het weekend
een vrij druk dorpje is, dat teert op het watertoerisme, maar op dinsdag is het
er maar stilletjes.
Voor woensdag voorspelden ze veel regen vanaf 15u. We hadden gedacht om in de voormiddag een
fietstochtje te ondernemen naar Joure en terug aan boord te zijn voor de
plensbuien. Maar het is duidelijk, wolken hebben geen uurwerk, het is om 12u al
beginnen gieten. Toen waren we nog in Joure, een plaatsje met een grote winkelstraat,
de Midstraat. Daar zijn we eerst een koffietje gaan drinken, bij Vanmark Coffee
& Cycling. En zoals de naam het zegt, zijn de 2 passies van Mark samengebracht,
fietsen en koffie.Ze branden er zelf
hun koffiebonen.En over bakkies troost gesproken, Douwe Egberts, van … En dan is er koffie,
Douwe Egberts koffie, lekkere koffie!Zijn bakermat ligt in Joure.Als
je ooit nog eens een pak koffie in handen hebt, moet je er maar eens op letten,
op het pak staat JOURE 1753.
Regen of geen regen, Peter had een knooppuntenroute
uitgestippeld en die hebben we gereden. Het was een veel te mooie fietstocht om
niet uit te rijden.Voordeel was wel dat
we hier vorig jaar ook gelegen hadden, zo wisten we nog het pontje zijn waar we
over moesten want af en toe zijn de bordjes
van de fietsknooppunten overwoekerd door groen en rijdt je er al eens
stilletjes eentje voorbij.
En zo zijn we nat maar toch met een goed gevoel terug aan
boord beland.Nu ons moreel voorbereiden
op de voetbalwedstrijd van vanavond, hopelijk doen ze beter dan tegen Nederland!
Enfin dat de besten mogen winnen 😊.
We zijn dus eerst 3 nachten op het Tjeukermeer gebleven, meer
bepaald het eiland Marchjepolle. Een mooi, maar heel populair, lees druk,
eilandje. We hebben de wijde omgeving eens verkend, na 10 minuten hadden we
alles gezien 😊.Dus
veel tijd over om wat klusjes te doen, zo is onze bijboot eindelijk terecht
gekomen waar hij thuishoort, aan de
kraan. Nu hebben we weer lekker extra
plaats om de vooronder opnieuw vol te stouwen met andere dingen 😊.
Zaterdag zijn we dan vertrokken naar Sloten. Plots kwam er een
uit de kluiten gewassen rib naar ons gevaren en hij deed tekens dat Peter eens
moest buiten komen, ik zat ‘toevalligÿ aan het stuur (sinds onze prachtig
werkende joystick vaar ik precies nog meer …. vooral rechtdoor 😊,
het manoeuvreren laat ik met veel plezier aan Peter over).Maar ik wijk af, die rib dus, geen politie
zoals we eerst dachten, maar mensen die iets te maken hadden met onze
spudpalen. Constructeur, bouwer, uitvinder, dat weten we niet goed, maar hij
kende ons Mira in ieder geval wel.
Hebben we het al over vogels gehad?We hebben er een gezien, een roerdomp.
Terwijl we aan het wachten waren voor een brug vloog er eentje over onze
boot.Eindelijk de vogel gezien die ons
vorige reis zo in de ban hield.
We blijven 3 nachten in Sloten, er is hier genoeg te zien
aan het water, het is Pinksterweekend en beredruk, alles wat drijft en een
motor heeft zit hier precies op het water. En hier passeren minstens even veel
(of meer) Duitse vlaggen als Nederlandse. Geen wonder dat we constant in het
Duits aangesproken worden als onze driekleur vrolijk wappert in de wind. Sloten
heeft 700 en een chieke inwoners en mag
zich de kleinste stad van Friesland noemen.Een pittoresk dingske, wel jammer van de fabriek met melkvervangers voor
het vee, die het centrum een beetje ontsiert, maar die beestjes moeten ook eten
natuurlijk.
Ann en Noël van de Flâneur zijn zaterdagmiddag langsgekomen.Zij liggen deze zomer met hun jacht in
Friesland.We zijn iets gaan eten in Sloten, we hadden keuze
tussen twee periodes, om 17u of om 20u.We hebben voor dat laatste gekozen, het was mooi weer en zo konden we op
ons gemak nog een aperitiefje drinken op ons terras. Leuk, konden we nog eens
ongegeneerd met een Gentse tongval klappen. Alhoewel, Tom Waes mag beweren dat
het Fries op het Antwaarps lijkt, met Gents of zelfs West-Vlaams kom je hier
ook al een end, met andere woorden, het is gewoon een mengelmoes van onze rijke Vlaamse woordenschat 😊.
Vertaal maar:
-
as hy syn holle op it kessen leit, slept syn
kont al
-
een tùtsje
-
wat de boer net kin, dat yt hy net
In het restaurant
hebben we een stukje vis gegeten en ons kommetje frieten gedeeld met 4 (we
waren in eerste instantie niet zeker of het voor één persoon of voor ons
allemaal bedoeld was). We hebben een extra portie bij gevraagd zulle 😊.
De zondag, 5 juni, is de Fläneur verder gevaren, maar niet
zonder een stukje Gent achter te latenWe zijn nu in het bezit van de Gentse vlag. Wij gaan de sportieve toer
op, een kleine 40 km fietsen langs het Slotermeer (dat klinkt in het Fries Sleattermer
Mar). Iets gegeten in Woudsend.Woudsend
ligt aan de Ee (voor de oplossers van kruiswoordraadsels een bekend woordje) en ook
al wonen hier dubbel zoveel mensen als in Sloten, hier spreken ze van een dorp.
Uiteindelijk moe, want we hadden weer af te rekenen met een pittig tegenwindje,
maar voldaan terug op ons bootje beland.
Tweede Pinksteren blijven we hier ook nog liggen, dat mag
hier niet te rap vooruit gaan 😊
Geniet nog van de extra vrije dag en tot de volgende keer.
Peter & Conny
PS Een ‘tùtsjeÿ is geen tutje maar een totje ofte zoentje 😊
Vorige zondag, 29 mei hebben we nog een dagje doorgebracht
op de Vecht, rechtover Fort Uitermeer, een torenfort aan de Vecht. We konden
niet van boord, maar we hadden ook geen zin om iets te doen, het was er ook het
weer niet voor trouwens.
Maandag, 30 mei voorspelden ze minder wind, tijd om de Vecht
achter ons te laten en het Markermeer over te steken.Meestal varen we Friesland binnen in
Stavoren, maar nu gaan we via Lemmer. En waar we den oversteek van Muiden naar
Friesland in het verleden op één dag deden, gaan we er nu wat langer over
doen.We gaan halthouden op Urk. Inderdaad, hier spreken ze van
OP en niet IN Urk. Urk was vroeger een eilandje in de Zuiderzee, maar nu maakt
het deel uit van Flevoland (wat uiteindelijk een door de mens gemaakt groot
eiland is). We delen de kade met 3 historische zeilboten, volgestouwd met
Duitse jongeren. De bewoners op Urk zijn
godvruchtig (en ook vruchtbaar), 94% gaat de zondag naar de kerk. Het is hier zeker
geen Ibiza of Salou voor de jongeren, dat betekende dat iedereen om 23u alweer
aan boord was. Door hen zijn we zeker niet wakker gemaakt, daar zorgde de RWS rond
middernacht wel voor, die komt (iedere nacht hebben we helaas de nacht nadien
ook gemerkt) met een rotvaart de haven binnen gevaren, goed voor een stevig potje
touwtrekken en schommelen.
Dinsdag, 31 mei blijven we dus een dagje Urken.Een authentiek vissersdorpje, met leuke
steegjes, enkele restaurantjes, waar we je raadt het nooit- heel lekkere
zeetong gegeten hebben. Na een paar uur rondkuieren zijn we terug naar ons bootje
gegaan.Er ligt nog een woonboot langs
de kade waar de Belgische driekleur vrolijk wappert, dan is Peter nieuwsgierig
en vraagt hij waar ze vandaan komen. De mensen komen uit Gent en varen naar
Berlijn. Er zijn al een paar volgers (via Marinetraffic) die al dan niet een
ludieke opmerking gemaakt hebben dat we maar traag vorderen, deze Gentenaars
zijn een week voor ons vertrokken om maar te zeggen, gepensioneerden hebben
tijd zat 😊.
Over die schippers, grappig verhaal eigenlijk, Peter is goed
in gezichten herkennen, en hij had al eens (lang geleden nog voor de uitbraak
van de Corona) met die man gebabbeld op onze steiger in de jachthaven van
Langerbrugge. Hij kon die man nog
thuisbrengen, voor de andere schipper was het gemakkelijker om te weten met wie
hij te maken had, hij herkende onze Mira-Ceti (hij had er al eens een foto
vangetrokken in de Biesbosch). Achteraf
zei Peter, die vrouw komt mij bekend voor (of in zijn woorden: ze staat mij niet
vreemd,) ze lijkt op mijn nicht.Een tak
van de familie die hij jaren geleden uit het oog is verloren. Peterÿs vader wist dat er inderdaad een nicht van hem
al jaren op een woonboot woont.Enfin de
puzzelstukjes vallen allemaal in elkaar, ze zijn familie.Als we hen nog eens tegenkomen, wat niet
ondenkbaar is vermits we dezelfde bestemming hebben, kunnen we eens op familiebezoek
😊.
01 juni varen we dan uiteindelijk toch Friesland binnen,
langs het IJsselmeer (windkracht 3, dat kan ons Mira nog gemakkelijk aan),
Lemmer binnen.De sluis is voor ons
alleen, het vrachtverkeer komt vooral uit de andere richting.En dan nog een klein uurtje varen tot onze
bestemmening, het Tjeukermeer.Tijd om
een verslag(je) te schrijven want het is geen lekker buiten zonnen op het
terrasÿ weer, het is nat, winderig en koud. Maar we laten het niet aan ons hart
komen, er komen vast nog mooie zomerdagen op onze weg.