Hij is terug! Na een afwezigheid van drie weken keert de blogger in Ben weer. Vakantie, school en studeren dwongen me tot deze lange schrijfstilte. Er is veel gebeurd, en er staat nog wat op de agenda en nu, nu schrijf ik. Hetgeen ik graag doe. En wat je graag doet, doe je goed.
Pasen. Omstreeks die tijd laste ik een pauze in. Tijd om te bezinnen, om tot mezelf te komen. Het was nodig. Want bloggen wordt blokken. Reken dus niet elke avond op een stukje tekst, maar kijk vooral op zondagavond eens op dit URL-adres. U zal meer genieten van dat ene tekstje dan van die dagelijkse berichten. "Want het nieuws wordt gemaakt op zondag".
Ook ik herrees. Niet alleen de Messias stond op uit het graf. De moed is hernieuwd, de ambitie bijgescherpt. Zo hoort het ook. Nu leef ik in een fantastische tijd. Dus moet ik ervan genieten. Met volle teugen. Dat zouden we allemaal wat meer moeten doen.
Die eerste week van de vakantie trok ik naar Vielsalm. Richting Ardennen, en dat betekent wandelschoenen aan! Het weer was prachtig, net als het gezelschap. Lachen, lachen en nog eens lachen. Tot ik er buikpijn van kreeg. Soms moet je de gevolgen van iets leuks achteraf er maar bijnemen. Ik deed het met graagte. Tweede week, de bergen in. Op een bord de helling afkomen. Zalig. Geen hindernis was te groot, geen ijsplek te glad. Vol overgave stortte ik me keer op keer het dal in. Achtervolgd of voorgegaan door m'n beste maat. Wat hebben we daar een zalige tijd beleefd! Wij met z'n twee. Alhoewel...
Dan naar school. Hoe ging dat nu weer? Ik stond meteen op scherp. Opletten zoals nooit tevoren. Op het storende af, zelfs. Maar zo moet het, nog even op de tanden bijten en dan de deur na twaalf jaar dichttrekken. Het zal emotioneel zijn. Want ik weet wat het is, om na een dozijn jaar uit elkaar te gaan. Niet persoonlijk, maar ik was erbij. Op de eerste rij.
Week één met glans overleefd. Op naar dat weekend. Werken. Oké, ik heb er zelf voor gekozen. En ik ben blij dat ik er aan de slag ben. Ik ben er bijzonder geliefd. Ijver en enthousiasme helpen me daarbij. Het beste moest nog komen. De bloesemfeesten. Maar zelfs daarvoor stond er nog iets gepland. De pintjes stonden koud. De vaten konden worden aangeslagen. En dat werden ze ook. Het gouden water bleef maar binnenglippen. Water vindt zijn weg altijd. Op naar Verbrandendijk. Daar stond het tentje. Gevuld met uitgelaten jongelingen en anderen eiste hij ons op voor de nacht. We betraden de parketten vloer, al dan niet rechtdoor lopend. Amuseren met iedereen die er was. Plezant hoor. Dan vertrekken, want de volgende dag zou het werk weer wenken. En plichtsbewust als ik ben... En de macadam van Zwijndrecht van dichtbij eens zien, het blijft een aparte gebeurtenis.
Met de 'k' van koppijn en houten kop. Dat was een harde ochtend. Net als mijn koppie. Tegen de middag ging het beter. Wat een geluk. De opruim was het zwaarst. Cleaning up the mess. Om tien uur thuis en het bedje in. Want om twintig voor zeven gaat de wekker af. Voor opnieuw een weekje Sint-Lievens.
En op het eind winnen de Duitsers. Ook gisteren. Het is eens anders geweest. 1999. Toen trokken de Mancunians aan het langste eind. Nu besliste Olic het plijt. Met dank aan Gomez, die zich krachtig doorzette, en Evra, die zich makkelijk liet aftroeven door de aanstormende Kroaat. En dat in de extra tijd. De openingstreffer van Rooney in minuut 1 werd volledig ongedaan gemaakt. Zit zijn seizoen er trouwens op? Weer aan die voet. Veel sterkte, Wayne. Ik weet wat het is om lang geblesseerd te zijn. De grootten der aarde begrijpen elkaar.
Wedstrijd twee die wordt uitgezonden. Mijn vooropgestelde finale. Misschien maar goed dat het dit niet werd. De wedstrijd had al na 6 minuten gespeeld kunnen zijn. Het belang van een goede keeper werd door mijn Spaanse collega nog maar eens onderstreept. The Gunners probeerden het evenwicht te herstellen, maar hadden het moeilijk tegen - wie twijfelt er nog aan? - het beste voetbalteam van de wereld. Al na één minuut in de tweede helft nette de Zweedse Zlatan zijn eerste tegen een Engelse tegenstander. Er zou er nog één volgen. Een weergaloze Walcott vuurde opnieuw zijn troepen aan. En dan het moment voor de Catalaanse kapitien van de Londenaars. Strafschop. Feilloos omgezet. Dan even naar de kant. Last aan de knie. Maar daar staat hij weer. Kop omhoog, borst vooruit. Wat een spanning. Maar hier blijft het bij. Camp Nou wordt het strijdtoneel voor een plaats in de halve finale. Dat wordt genieten.
Een middagje rustig thuis. Wat kan dat deugd doen. Zo alles op het eigen tempo. Op de eigen manier. De eigen bezigheden. Zalig.
Geen eerste uur als een ander. We beginnen met de Romantiek. 6.1.10. De vakleerkracht slaat de nagel op de kop. Beschrijft hij één van zijn leerlingen, namelijk mij? De romantische kunstenaar streeft naar, is uit op het bezitten van het opperste geluk. Voordat hij dit bereikt heeft, leeft de romanticus in een staat van rusteloos verlangen. Dit gevoel wordt in de hand gewerkt door eenzaamheid (waardoor hij zich eventueel gaat afzetten van de wereld) en geluksverlangen.
Wat opvalt is de heersende dualiteit, de combinatie van 2 tegenpolen: hier en daar, stad en natuur, licht en donker (clair-obscur). Nog zo'n tegenstelling is die tussen realiteit en ideaal. Die gapende kloof lijkt onoverbrugbaar. Weemoed en zwaarmoedigheid dringen zich op. Spleen und Weltschmerz. De romanticus wil die onmacht uiten door bijvoorbeeld een brief aan zichzelf te schrijven, of een dagboek bij te houden. Komt het u bekend voor?
In de kunst. De romantische kunstenaar Caspar David Friedrich wordt gebruikt als voorbeeld. In zijn werken beeldt hij de figuren vaak af met de rug naar het publiek. Op die manier vervullen de personages een intermediaire functie: zij vormen de verbinding tussen de toeschouwer en wat er te zien is. Daardoor lijkt het alsof de waarnemer mee in het schilderij stapt. Omdat de gezichten niet getoond worden, kan het publiek vrij interpreteren.
De kunstenaar (en dit kan algemeen genomen worden) ontwikkelt zijn persoonlijke stijl. Hierdoor wordt het moeilijker voor ons om de beeldtaal te begrijpen en moeten we ons engageren om het kunstwerk te vatten. Rinkelt er geen belletje? Opnieuw die dualiteit. Het lichtspel op de voor- en achtegrond tussen aarde en hemel valt op. In die kosmos staan wij, nietige mensjes. Ook dat wordt geaccentueerd door Friedrich. Een verschijnsel dat regelmatig optreedt. Dan nog enkele werken van de man die het voorgaande illustreren. Zeker eens het bekijken waard.
Het vervolg van de dag beloofde moeilijk te worden. De 'm' een zwarte klank? Tja, niet echt. Ik ben een romanticus. Ik baad in rusteloos verlangen. De rest van de wereld begrijpt dat niet. Nog zo'n kenmerk. Ik heb mijn stijl gevonden, denk ik. En dan klaart de hemel weer op. Ik ontstijg de aardse duisternis bij het onverwachte nieuws. Ik laat het niet merken. Ik ben even in mezelf gekeerd. Mijn hart bonkt hijgend hard. Romantiek is passie.
2 vrienden. 2 verhalen. Verschillend en toch ineenlopend. We helpen elkaar aan antwoorden op onze vragen. Maar er zijn nog veel mysteries. Mysteries die nooit voor een man te vatten zullen zijn. De beeldtaal van het sterke geslacht zullen wij nooit volledig begrijpen. We doen onze best. Meer kunnen we echt niet doen. Hopelijk is dat genoeg. Het zou de kroon op ons werk zijn.
"What we talk, when we talk about love? Well, we talk about you"
Wakker worden en denken wat er vandaag te doen viel. Oh ja, toen wist ik het weer. School. Ik dacht dat het nog weekend was. Geestig begin van de week. Wat was ik onder de indruk. En dat al na één lesuur. Hij nam de les zo in handen dat hij de ondervraging omvormde tot een betoog. Heerlijk. Ik genoot werkelijk. Het staat hem op het lijf geschreven. Spreken en blijven spreken. Om dan de woorden te laten bezinken in het hersenvocht van het publiek. Sterk.
Alles went, behalve een compliment. Echt leuk, zo'n hart onder de riem. Op zo'n momenten besef je waarvoor je het doet. Ik schrijf dan toch niet alleen voor mezelf. Mijn verhaal wordt gelezen. Dat voelt pas goed aan. Door velen. Hopelijk genieten ze allen even veel als ik dat doe van het schrijven.
Vandaag veel naar muziek geluisterd. Lyrics die blijven hangen. Die iets willen zeggen. Die me dompelen in de realiteit. Wat een te ontwarren knoop. Way to go. De weg is nog lang.
Zo, die centjes zijn weer verdiend. Dat gaat lekker. Het voelt wel prettig aan, zo wetende dat je wat kapitaal achterhoudt. Bovendien kreeg ik een fooi, de volle 2.30, van een ex-speler van Club Brugge en Tubeke. Wat je allemaal niet meemaakt op een zondagmorgen. Of nacht. Opeens stond het huishouden op z'n kop. Ik wist nergens van. Ik dacht nochtans dat ik de eerste storm eigenhandig had bedaard. Het bleek de storm voor de stilte. En dan een nieuwe. Maar heftiger. Veel.
Waar je tijdens het smeren van een Martino al niet aan denkt. Ik denk aan mijn knuffeltje. Inkie en ik. Al 17 jaar onafscheidelijk. Al 17 jaar het bed delend. Lief en leed. Broederlijk naast elkaar. Ik zou hem niet meer kunnen missen. Ook gisterennacht niet. Ik liet hem niet los. Hij wist er evenveel van als ik. Broederlijke onwetendheid.
Excrucior. Met dank aan Catullus die me aan deze werkwoordsvorm hielp. Het klopt als een bus. Heel het gedicht. Liefde en haat kunnen zo dicht bij elkaar liggen. Soms leven ze zelfs samen. Een ode aan de Latijnse dichter. Twee lijnen die barsten van de stijlfiguren. Veel plezier ermee.
"Odi et amo. quare id faciam, fortasse requiris? nescio, sed fieri sentio et excrucior."
Wat een avondje. Jinbar, Vibes, Pure, bed. Het leven kost geld. Maar ja, 't is het waard gebleken. Ik heb een mooie afsluiter van de week gekend. Hopelijk was ik niet de enige. Ik denk van niet. Eerst even een babbeltje en op een spijker slaan. Niet verloren. Valt dat even mee. Dan naar een... etablissement waar ik nooit was geweest. Wel oké. Vastgesteld, en goedgekeurd.
Dan naar de Indiëstraat. Stempeltje op de hand en hopsakee. De vestiaire. Ditmaal zonder uren aanschuiven. Het is eens anders geweest. Dan een feestje bouwen. Of er iets gebeurd is? Nee, eigenlijk niet. Al was het wel... intens. Het vlees is zwak. Mijn vlees. En dat van de medespeler. Het was een langere weg naar huis. Zoals het een echte gentleman betaamt. Tot aan de voordeur. Stijl. Avec panache.
Een Daknam-gevoel. Een degradatietopper verliezen. Het heeft erin gezeten, maar we kwamen tekort. Gepakt op onze waarde. Ik speelde niet mijn beste wedstrijd. Geen blunders, wel fouten. Die tot een doelpunt leidden. Zuur, maar onvermijdelijk. Misschien wat vroeger onder de wol kruipen in het vervolg?
Daar is dat gevoel weer. Ik dacht dat het over was. Niet dus. Het is terug, sterker dan ooit. Ik ben, naar verluid, een "emotiebeest". Dat zou wel eens kunnen kloppen. Van hoge pieken naar diepe dalen en weer terug. Deze piek kan hoger, maar zal waarschijnlijk nooit dat niveau halen. Al weet je nooit. Nescit quid vesper vehat. Ik heb het gezien. Dat had ik niet verwacht. Alhoewel.
Uiteindelijk komen we allemaal op onze pootjes terecht nadat we onze vleugels hebben uitgeslaan. Een oud-leerling kwam een voordracht houden om ons van stof te voorzien om een verhandeling te schrijven. Een kolfje naar m'n hand. De ene metafoor na de andere. Soms over the top. Ach, het hoort er allemaal bij. Timing is alles. Vlak voor ik mijn synthese begin neer te pennen, krijg ik de melding dat mijn promotor me nog wil zien. Oei. Ik heb al wel een defintieve versie afgedrukt. Die zal dan toch niet zo definitief zijn als oorspronkelijk bedoeld. Sommige dingen vallen gewoon niet te plannen. Spijtig genoeg.
Hier en daar een aanpassing en alles komt goed. Geen reden tot paniek. Het ziet best oké uit. Gisteren heerste drama, vandaag euforie. Het is afgelopen. Het is definitief. Nu voor echt.
Tijd voor ontspanning vanavond. Eerst de maten van de scouts uitbetalen in de vorm van de drank waar de mannen het waarom van weten. Dan rein de nacht in. Puur. Om dan dat doel te verdedigen. We leven maar één keer. Zoveel mogelijk proberen te doen. Actie. Ready, set, go.
Hoera. Met de fiets op uitstap. Wanneer de eerste zonnestralen onze ontdooiende wangen strelen, wordt het stalen ros van stal gehaald. Voor school dan nog. Je zag dat het tijd werd dat de tweewieler de garage verliet. Voor voertuig en bestuurder. Leuke trip. Op veel plaatsen geweest die me voordien nog onbekend waren. Toerist in de eigen provincie.
Na lang trappen, zwoegen en zweten eindelijk weer thuis. Daar ligt de scriptie te wachten. Net echt tevreden. Ik kan toch beter dan... dit? 't Is niet slecht, maar dit is een onvoldoende. Voor mij. Een teleurstelling. Een droom aan diggelen geslagen. Naar analogie van heel het schooljaar. Beter kunnen, maar niet tonen. Een korte blog. Maar de boodschap zindert lang na. Een gemiste kans. Dju toch.
In het teken van mijn terugkeer stond de dag. Na een afwezigheid van 2 maanden en slechts twee veldtrainingen trachtte ik weer mijn netten schoon te houden. Met dit gevoel van stress moest ik weer even leren omgaan. Debuteren in 2010 tegen de leider. De A-ploeg. Aan ons om te laten zien waarom we beloften zijn. Of net niet.
35 minuten. Zolang hielden we stand. We hielden het dicht. Creëerden zelfs zelf kansen. Af en toe kenden we wat geluk. Een bal op de kruising is bezwaarlijk kunde te noemen. Ik werd persoonlijk aangevallen. Een aanslag op mijn nageslacht. "Amai mijn kl*ten", galmde over het veld. Die kwam aan. Maar hij zat er niet in. Met gevaar voor eigen lijf en leden. En dan. Op 10 minuten was de wedstrijd gespeeld. We mochten niet inzakken. We deden het wel. Dank u wel, zeiden de A's. 3-0 bij de rust. Dju toch. Het had er zoveel mooier kunnen uitzien.
Na de pauze werd het moeilijker. Voor beide ploegen. De koperen kogel maakte zijn opwachting. Hij moest een geblesseerde ploeggenoot vervangen. Veel sterkte. We slikten nog één doelpunt. Een frommelgoal. In de laatste seconde. Ik was tevreden over mijn partij. Hier en daar waren er vermijdbare foutjes. Ach, na zo'n lange afwezigheid was het zeker niet slecht. Ik zal snel terug op niveau zijn. En dat zijn niet mijn woorden. Ik verwoord.
Dan bezoek. Van dé kameraad. Over de wintersport. 't Is nog even van ons verwijderd. Ik kijk er naar uit. Zalig. Op sneeuwsafari. En après...
Leve de papa's. Vandaag is het hun dag. Alle aandacht op hen gevestigd. Alsof dat de andere dagen niet zo is. Dank u, mama's. Nu doen de kinders ook een inspanning. Alsof dat de andere dagen niet zo is. Engeltjes. Dan weer bengeltjes. Ook ik vervulde mijn taak van brave zoon. Dubbele shift. Een nieuw samengesteld gezin, weet je wel. Nee, het zijn er twee. Wie heeft die term bedacht?
Antwerp toch. Onderuit in eigen huis tegen de Lierse aartsrivaal. Eén onoplettendheid was voldoende om een aardig gevulde Bosuil even stil te krijgen. Scoren deed de Egyptische spelverdeler op een moment dat de gezangen al onze rood-witte harten verwarmden en onze stemmen verschorden. Even zwegen we. Het bezoekersvak ontplofte. Zwijg maar, boertjes. Lierse, where are you? We're gonna getcha.
Europa trilt voor België. Standard wint de Europa League. Nadat ze de killer van Anderlecht hebben uitgeschakeld. De ruwe diamant speelde weer een sterke partij. Een goal en een assist. Boussoufa deed zijn naam alle eer aan. Goaltjesdief.
Morgen mijn eerste partij in twee maanden. Het wederoptreden van een jongeling. Geveld door een kaakblessure. Maar nu terug. Sterker dan ooit. Zaterdag 20 maart. Onthou die datum. Vergeet mij bovendien niet. Anders heeft die dag weinig betekenis. Zie het in de context.
Oei. Al aan het einde. Tja, ik wil artikels schrijven. Dat standvastige. Die structuur. Stabiliteit. Een rechte rug houdt het lichaam overeind. Ik sta in doel. Laat de ploeg maar op mij bouwen. Maar hou rekening met mijn gevoeligheid. Ik breek nogal snel.
Tien minuutjes langer slapen. Dat doet even deugd. Het opstaan is net iets moeilijker. Laat de dag maar beginnen. Des te sneller valt de avond. Eindelijk weer voetballen. Het heeft lang genoeg geduurd. Maar eerst naar school. Telkens weer. Dag na dag. Keer op keer. En toch staan we er allemaal. Telkens weer. Dag na dag. Keer op keer. Wat een voorbeelden.
Terwijl het conflict in Israël zich verder ontplooit, sluit ik de ogen. De vermoeidheid slaat toe. Ook tijdens de 'Klimatschutz' heb ik het moeilijk. Maar meneer de leraar, hou je aan je eigen regels. Wij geven les, u zwijgt. Dat doen wij toch ook als u doceert? Voorbeelden. Toppers. De middagpauze was zoet. De Brooddoos was leverancier van dienst. Wat was er mis met Het Baguetje? Een broodtrommel omvat meer. Er kan meer in. Al moet gezegd dat ik mijn broodjes rijkelijk beleg. De klant betaalt ervoor. Oei. Het gokschandaal heeft wortels tot in de Hel. Zijn het de spelers, of heeft de club er ook iets mee te maken? Ik schrik van niets meer. Laat het niet zijn. Dit verdienen we niet. Niemand.
Eindelijk is het zover. Na lang wachten, nagelbijten en nietsdoen betreed ik weer de Zwijndrechtse zandvlakte, afgewerkt met wat fijnzinnig groen. Het was niet foutloos, maar slecht was het zeker niet. Ik miste iets. Fingerspitzegefühl. Die finesse. Het komt wel terug. Talent raak je niet kwijt. Ritme wel. Maar dat komt terug. En dan zal ik er staan. Als een grote. De grootste. Nee. Ik maak een grapje.
En we zijn weer vertrokken voor 5 dagen. De eerste 24 uur zal ik glansrijk afgerond hebben. Opnieuw uitkijken naar het weekend. Maar eerst een leuke week tegemoet. Niets moet, alles mag.
Wat een zinderende competitie hebben wij toch in België. Voor alle duidelijkheid: ik heb het over de hoogste afdeling. Daaronder is er nog wat werk aan de winkel. Het Regenboogstadion was getuige van een weergaloze laatste tien minuten. Voordien was het flauw, maar het zijn die zenuwslopende slotmomenten die de aanwezigen zullen onthouden. Het eindigde op een puntendeling. Eén per ploeg was te weinig. Ze hadden elk drie punten moeten krijgen. Voor hun moed en zelfopoffering.
De twee kampioenen van tweede klasse van de laatste twee seizoenen staan in de play-offs. Ze kwamen beiden winnen op de Bosuil. Met 1-2. Toeval? Hoegenaamd niet. De Hel van Deurne-Noord is een ideale test om de vuren in eerste af te toetsen. Onze rol valt niet te onderschatten. Ons eigen belang laten varen om andere clubs die titel te gunnen. Altruïsme in het voetbal. 't Is hoe je het bekijkt. Ook onderin blijft het spannend. Roeselare kwam vorig seizoen met 1-3 winnen. Het zal ze leren. Of waarom zouden ze anders laatste staan? Ik ga dit weekend naar die andere noodlijdende club kijken. Lokeren-Anderlecht wordt mijn avondvullend programma. Voor het behoud en voor de titel. Hoever kunnen objectieven uit elkaar liggen?
Hoezee, morgen weer zelf op het veld. Ik zal weer eens laten zien hoe het moet. Als ik het nog kan. Twee maanden is lang. Zouden mijn handschoenen nog genoeg kleven? Geen paniek. Ik heb grijpgrage handjes. Alleen mis ik al eens af en toe. Ach, op een dag laat ik niet meer los. Come and get it, if you dare.
Bestaat er een term voor het verschijnsel waarbij iemand waarop jij jaloers zou kunnen zijn, dat gevoel voor jou voelt? Een beetje de omgekeerde wereld. Een vreemde wereld.Woensdag naar 'Alice in Wonderland'. Wie weet vind ik daar het antwoord.
Veel stof om over te schrijven. Soms werkt zo'n dagje blog-afwezigheid inspirerend, motiverend, verademend. Drukte noopte me tot het overslaan van mijn dagelijkse portie internetdagboek. Sorry, trouwe lezers. Ik zal het ruimschoots goedmaken.
Donderdagavond. Europa maakt zich op voor de optredens van de Belgische vertegenwoordigers. Ik had gelijk. De Hamburger Sport Verein trok aan het langste eind. Ondanks een parel van mister Europe. En Ruud, hij scoort altijd. En zeker tegen ons. Reken er maar op. De Grieken kennen niet enkel een financiële crisis. Ook het bezoek van de Luikenaars zal een kater hebben nagelaten. Lane was in goede doen. Stuur hem voor mijn part maar elke woensdag, met of zonder de nationale selectie, naar Algerije. Het werkt inspirerend, motiverend, verademend. Opnieuw verliet de kapitein het dobberende vaartuig. Hopelijk heeft hij volgend seizoen de wind volop in de zeilen. Zeilen van het schip dat België naar Oekraïne en Polen moet leiden. Laat ons niet lijden.
Oef. Weer de laatste van de vijfdaagse. Maar wel een belangrijke. SID-in beurs in de stomende Expo. Bereidt deze warme zaal ons voor op de vuurdoop van het leven? Veel uitleg, en veel nieuwe vragen. De nabije toekomst lag al vast, maar wat erna? Nog even inspannen of meteen die job beethebben? Is er een toekomst voor mij bij Defensie? De toekomst. Waarom zijn belangrijke keuzes meestal de moeilijkste?
Franse Olympiade. Even tonen wat je in je Sarkoziaanse mars hebt. Kijk eens wie we daar hebben. Een oude bekende. Ze wordt rood. De Italiaanse zonnevloed keert even terug. Niet genoeg ingesmeerd? Ze had de zon niet verwacht. Gisteren was ik de zon. Even iets drinken. Heel even maar. De vorm ontbrak me. Je hebt zo van die avonden waarop je voelt dat je niet hetgeen kan brengen wat je zelf wil brengen. Zo een kende ik gisteren. Op tijd het bedje in, om tien voor zes loopt het wekkertje af. Blijkbaar was het nadien nog plezant. Blij dat ik heb plaatsgemaakt voor mensen die wel het nodige wisten te vertellen. Oh ja, het waren vrouwen. Ja, goede beslissing, Ben. Daar hebben de boys wat aan.
Trabajar. Met 'de vroege'. En dat het vroeg was, mag je aannemen. Maar toch weer o zo tof. Ik heb een geweldige compagnon. En hij mag me ook. Dat werkt aanstekelijk. Een tandem berijd je ook met twee. Als de ene remt, geraak je geen meter vooruit. Die wisselwerking is er. Zo heb ik het graag.
Het Bal van Sint-Lievens. 30 april 2010. Red & Blue. Ik ben er al klaar voor. Enfin, wat kleding betreft, want zonder ticket geraak je niet binnen. Die zijn morgen allemaal gedrukt. Ontwerp: mijn maten. De drie musketiers. Wat ben ik trots op zulke vrienden. Het zijn echte. Even deelde ik mee in de glorie. Ere wie ere toekomt. Ik heb er niets mee te maken. Gewoon de juiste man op de juiste plaats. De outfit is er dus. Zien en gezien worden. Salle des pas perdus. De zaal zal gevuld zijn met pasjes. Danspasjes. Een hele avond lang. Maar alles kan beter. Nescit quid vesper vehat.
Einde van deze blog. Of dit blog. Ik zou het moeten nakijken. Vergeef me, want ik ben moe. Morgen moet ik er weer staan. Broodjes smeren, bordjes keren en naar huis terugkeren. Om me op het volgende werk te storten. School. Weer een gevuld weekend. Rusten is er niet bij. Laat het snel vakantie zijn. Zomer. Met een dikverdiende A. Zot van -A-.
Van de hemel naar de hel en terug. Ik bleef steken op het aardse. Met de voeten op de grond. Hels. Dat was de morgen. Om van een zwaar gemoed te spreken. Naargelang de dag vorderde, klaarde de lucht steeds meer op. Met dé opklaring tijdens de middag. Bedankt. De reddende engel. Mijn engelbewaarder. Plots een onverwachte ontmoeting. Aangenaam. Het werd de start van een verlichte namiddag. Zo zou het moeten zijn. Geen pessimisme. Geen zelfmedelijden. Er zijn er altijd anderen die het erger hebben. Maar op het eind van de donkere tunnel is er licht. Voor iedereen.
In orde. Boeiend. Meer moet dat niet zijn. Geen reden tot paniek. Een beetje vertrouwen kan wonderen doen. Eindwerk. Werk op het einde. Wat men op het einde van je heeft, daarmee word je herinnerd. Laat ik er een mooi stuk van maken. Ik wil het. Zo graag.
De maagdelijk witte, Madrileense miljoenen geklopt door het lepe Lyon. Na 45 minuten had het al afgelopen kunnen zijn. Nu duurde het tot de 70ste. 6 jaar op rij eruit in de 8ste finale. In de Spaanse hoofdstad hebben ze spiegels nodig. Meer dan er spelers in de kern zitten. Sommige ego's zijn te groot voor één. Buenas noches, Manuel Pelligrini.
Op het eind winnen de Duitsers. Liefst niet vandaag. De intredende landskampioen geeft er 11 partij. Het fenomeen speelt. Onbevangen en frivool, als een veulen in de Hamburgse wei. Griekenland ontvangt de Rouches. Gebrand op een goed resultaat. Wat in België niet lukt, moet maar in Europa. Winnen. Ons landje werd te klein voor de uittredende eindwinnaar. Europa was te groot. Daarom verloren ze zichzelf in de vaderlandse competitie. Hervind jezelf, Standard. De kapitein wijst de weg.
Loslaten. Wat niet kan, moet je aanvaarden. Laat het geluk zelf kiezen. Ook voor mij zal de keuze gemaakt worden. Leren relativeren. Moeilijk gaat ook.
Een genot om te lezen. Lang leve Sport/Voetbalmagazine. Jacques Sys spreekt harde taal. Maar duidelijk. Eerlijk. Zo heb ik het graag. Eerste interview met Stijnen. Het zet de toon die de hoofdredacteur zette, verder. Die eerlijkheid. Ik hou ervan. Wie weet ben ik ook zo wel. Het is wat je zelf gelooft. Maar vergeet niet naar je naasten te luisteren. Zij zien het soms beter. Meestal. Juister.
Sporten blijft de beste uitlaatklep. Alles uit het lijf transpireren. En laat ook de voeten maar spreken. Scoren en laten scoren. Ontelbare dribbels, al dan niet geslaagd. Tot ergernis van vriend en vijand. Geen jaloezie. Gewoon vrienden onder elkaar. Plagerijen. Je kent dat wel. Concentratie is een noodzakelijk goed op school. Het ontbreekt me er even aan. Ergens anders met de gedachten. Maar niet al te ver weg. Het werkt verslavend. Ik wil het steeds opnieuw. Ook al ken ik de gevolgen. Ze zijn telkenmaal dezelfde. Keer op keer. Ooit keert het tij. Hopelijk smacht ik dan niet meer naar dat gevoel. Maakt het plaats voor iets anders. Maar ooh, wanneer blijf je?
Blijft de nummer 1 bestaan? De vrees neemt toe. Communicatie is weer niets. Hoe is het met onze geliefde club? Waar hebben we, supporters, dit aan verdiend? Dompel niet in zelfmedelij. It ain't over till it's over. I know it and I'm sure of it: I am Antwerp till I die.
Indrukwekkend. Het wekt indruk. Dat zeker. Arshavin toverde, Bendtner was opportunist. Nasri ging op wandel, Vermaelen was onverzettelijk. Onder het leidende oog van een Belg. De Engelsen stoten door. Drie van de twee protagonisten zien we nog terug. Bye bye Porto. Op het eind winnen de Duitsers. Zo ook gisteren. Gedragen door Nederlandse doeltreffendheid en de Italiaanse wind. Fiorentiona ten spijt. Arrivederci. Auf Wiedersehen.
Was het allemaal maar simpel. Het zou er zo veel beter kunnen uitzien. Nee. Dat is het niet. Wat zou kunnen, is niet. Realisme is handig, maar werkt niet zo verslavend. Dromen mag, moet. Hoe meer, hoe beter.
Iets minder gedreven. Veel vragen. Nee. Gewoon ergernis. Het moet stoppen. 't Is 'of of ', niet 'en en'. En het zijn uiteindelijk altijd dezelfden die moeten plooien. Ik bereid me er al op voor. En het zal pijn doen, veel pijn.
Middag. Museum. Met een maat. Gewoon eens babbelen, het hart uitstorten. En hij luistert. Deugd doet dat. Verdomme, het lucht op. Bedankt. Dan even geprikkeld reageren. "We gaan zitten waar er plaats is". Wees nu toch eens rustig, Ben. Jongen, zij kunnen er niets aan doen dat jij overhoop ligt met jezelf. Sorry mannen, ik zal veranderen.
Thuis. De dag heeft lang genoeg geduurd. En hij is nog niet gedaan. Even joggen, al dat gezever en al die sleur van me aflopen. Terug thuis. Nee, daar is ie weer. Opnieuw die ergernis die me al heel de dag kwelde. Tot zeven maal zeventig maal vergeef ik een ander zijn schuld. De Heer heeft met mij ook geduld. Sorry Heer, het mijne is op. Nadat mensen die mij nauw aan het hart liggen werden belachelijk gemaakt, werden geprovoceerd, werden behandeld als humus: is vergiffenis dan nog wel mogelijk? Nadat ikzelf werd 'bedreigd' (tussen aanhalingstekens, want veel stelde het echt niet voor), nadat er ook tegen mij schijnheilig en achterbaks werd gedaan: moet ik nog een kans geven? Vergeef me Vader, want ik zal zondigen. Ik doe het niet. Laat me dan maar een slechte belijder van het geloof zijn, op andere vlakken zal ik er met kop en schouders bovenuit steken. Verdrijf het Kwade uit het leven van zij die het niet ziet. En doen zal ik het, mijn eerste duivelsuitdrijving. De exorcist.
Zwijgen als het graf. Dat zal ik doen. Op mij kan gerekend worden. Op mij kan gebouwd worden. Vertrouwen is een basis. De basis.
Overactief. Het valt niet anders te betitelen. Maar gelukkig. En het viel op. Ben ik anders zo'n depressieve sukkel? Ik moet duidelijk aan m'n imago werken. Arrogantie viel ook te noteren. Omdat je het opneemt voor anderen? Deze wereld is niets meer gewoon. Al wat goed is, wordt als slecht gezien. Of ben ik degene die het zo somber voorstelt? Beslist niet. Want ik ben gelukkig. Het leven door een roze bril.
Durven of niet. Het maakt een wereld van verschil. Soms moet je al eens iets doen waar je zelf niet helemaal achter staat. Het een kans geven. Het komt onze (ver)ziek(t)e wereld zeker ten goede. Gewoon doen man, niets aantrekken van wat anderen zeggen. En weet steeds: je weet het uiteindelijk altijd zelf het beste. Wat er ook op je af komt.
Reden van een twist. Tja, het komt al eens voor. Waarom? Ik deed niets. Denk maar niet dat ik ophoud. Ik ben het niet die waanbeelden ziet. Ianus heeft zijn gezichten getoond. Alletwee. Alleen waren het niet de goddelijke, want die zijn zoek. Ver zoek. En die worden nooit meer teruggevonden. Zeker weten.
Beethoven, Bach, Pachelbel en Wim Mertens. Ze brengen me allemaal tot rust als het stormt in mijn hoofd. Die klassieke klanken kletteren dan door de kamer. Of dwarrelen dartel neer op mijn donzen deken. Soms dreiging, soms melancholie. Rust. Innerlijk. Uiterlijk enthousiasme. Het houdt geen steek.
We redden het niet. De ratten dansen op ons graf. Zoals 'wij' indertijd bij hen. Ben ik dan 'wij'? Is papa 'wij'? Wij zijn voor Antwerp, niet tegen Beerschot. Trouwens, dat bestaat niet meer. Wij nog wel. Nu nog. Ik hoop op een vervolg, al is het in vierde. Want trouw is een deugd. Doet deugd.
Gisteren geen blog. Schrijven over het verleden is slechts enkelen gegeven. Tacitus, Caesar, Vanderschoot. Zij die erbij waren, hebben geluk. Anderen zullen het aan zich voorbij moeten laten gaan. Althans, via deze weg wordt er geen info verschaft. Zijn diegenen blij dat er zoiets als riooljournalistiek bestaat.
De lijn. En erover gaan. Alhoewel. Als zovelen het doen, is het dan nog slecht? Het hangt af van wat je er zelf van vindt. Ik vind het troep. Nog steeds. En toch... Gelukkig (ge)dronken. Iets anders dan doordraaien. Hou hem tegen, stop de gek. Ik ga het gevaar niet uit de weg. Let them come. Welkom in mijn hel. Troje anno 2010. De geschiedenis herhaalt zich. Ik heb Achilles, Priamos en Hector aan mijn zijde. Wie ik ben? Hij die het spel op de wagen zette. Hopelijk sleep ik het lijk van mijn tegenspeler na de strijd achter mijn koets. Laat het ophouden. Voorgoed.
Zijn we er nog na dit weekend? Of maken we het seizoen nog af? De toekomst ziet er bijzonder slecht uit. Geld, daar draait het om. Altijd. En het tekort eraan. 't Ziet er niet goed. Wordt de slapende reus nooit meer wakker? Antwerp till I die.
"Amai, mijn orgel". Als ik verschiet. Gisteren ook. Maar niet mijn orgel. Een juweeltje, het Decap-orgel. Belcanto maakte er mooi gebruik van. Hij en wij waren gisteren daar. Hadden we allemaal op de Bosuil moeten zitten? Voor de laatste match? It ain't over till it's over. Niets. Ik kan het weten. Tot de laatste snik.
Dan toch. Vrijdag schooldag is achter de rug. Het is nog nooit zo snel gegaan. Altijd enthousiast. De anderen zagen het niet zo. Ik wel. Leven van moment tot moment. Uitkijken naar 11.20u. Pasje bij. Het was nog nooit zo snel 13.50u. Of hoe de beste momenten het snelste voorbij gaan.
De roodwitten in slechte papieren. Antwerp till I die. Till they die. De kruik gaat zolang te water tot hij barst. De kroniek van een aangekondigde dood. Dank u papa. En Hugo. Lokeren - Anderlecht bijwonen. Binnenkort. De kijk is breed, de interesse enorm. Als de bal maar rolt. In het goede doel.
Een doelman pakt de ballen. De spits scoort simpelweg. Uitersten. Just love it. Just do it.
Morgen werken? Ja. Hard? Ja. Eigen keuze? Ja. Maar het is het waard. Op naar een weekend zoals er gerust nog mogen volgen. En er zullen er nog volgen. Oh ja. Nog veel.
Paul Michiels leidde me met verheven tonen naar Antwerpen. Why don't we stay young? J'y pense et puis j'oublie: c'est la vie. Modernisme. De Belgische erfenis. Bedankt, Amelinckx. Een patent op lelijkheid. Gelukkig zijn er andere nalatingen. Erkende schoonheid. Tacitus had ons goed liggen. De ideale auteur om over Augustus' vrouw Livia te schrijven. De geschiedenis kon het niet beter voorzien. Zo heeft alles een bedoeling. Lot? Nee. Het is gewoon zo.
Uitstel is geen afstel. Niet bij mij. Morgen moet mijn maag ook weer gevuld worden. Altijd honger. Wat of wie kan het milderen?
Geen tegen één. De nummers 66 en 11 van de FIFA wereldranglijst namen een afwachtende attitude aan. Klasse maakte het verschil. Maturiteit geeft net dat ietsje meer. Die klasse. Op zoek naar.
Even de drive kwijt. De journalist zoekt zijn pen. De doelman de handschoenen. Bij de student zijn de boeken zoek. Bij de mens de gevoelens. Op zoek naar. Naar meer. Waar zijn ze? Allemaal. Ik zal ze nog nodig hebben. Want de weg is nog lang. En juni is nog ver. Te ver.
Mens sana in corpore sano. Ja Luna, ook voor jou. Waar een mens allemaal niet aan denkt tijdens zo'n inspanning. Het kopje leegmaken. Om het dan weer te vullen. Met media en hip hop, la voix de la ville. Houdt het ooit op?