Die Heer is en leven geeft - encycliek van Paus Johannes Paulus II (4)
59 De nauwe band met God
in de H. Geest maakt dat de mens ook zichzelf, zijn eigen mensheid, op een
nieuwe wijze begrijpt. Zo wordt het beeld en de gelijkenis van God, dat de mens
vanaf het begin is , ten volle verwezenlijkt. Deze innerlijke
werkelijkheid van het menselijke wezen moet steeds opnieuw ontdekt worden in
het licht van Christus die het prototype is van de band met God, en in Hem moet
ook de waarheid ontdekt worden van ´het volledig zichzelf vinden in de oprechte
gave van zichzelf¡ aan de andere mensen, zoals het Tweede Vaticaans Concilie
schrijft: juist vanwege de goddelijke gelijkenis die ´erop wijst dat de
mens op aarde het enige schepsel is dat om zichzelf door God is gewild¡ in
zijn waardigheid van persoon die openstaat voor maatschappelijke integratie en
gemeenschap. De doeltreffende kennis en de volle verwezenlijking van deze
waarheid over het mens-zijn worden alleen door de werking van de H. Geest
verkregen. De mens leert deze waarheid van Jezus Christus en verwerkelijkt haar
in zijn leven door de Geest die Hij ons gegeven heeft.
Langs deze weg
langs de weg van de innerlijke rijpwording die de volledige ontdekking van de
zin van het mens-zijn insluit komt God in het binnenste van de mens, dringt
hij steeds dieper door in heel de menselijke wereld. De drie-ene God die in
zichzelf bestaat als transcendente werkelijkheid van de wederkerige gave van
de drie Personen, vormt de menselijke wereld om van binnenuit, vanuit het
innerlijk van het hart en het geweten, door zichzelf in de H. Geest mee te
delen als gave aan de mens. Langs deze weg wordt de wereld die deelachtig is
geworden aan de goddelijke gave, steeds menselijker, steeds dieper
menselijk, zoals het Concilie leert, terwijl door middel van het hart en
het geweten van de mensen in de wereld het rijk groeit waarin God
uiteindelijk alles in alles zal zijn: als gave en liefde.
Dit is de
eeuwige kracht van de drie-ene God die zichzelf in de H. Geest opent voor de
mens en de wereld. In het perspectief van het jaar tweeduizend na de geboorte
van Christus gaat het erom te bereiken dat een steeds groter aantal mensen
zichzelf volledig kan vinden in de oprechte gave van zichzelf, volgens de
reeds vermelde uitdrukking van het Concilie; dat onder de werking van de
Geest-Parakleet in onze wereld zich het proces voltrekt van echte rijpwording
in het mens-zijn, in het individuele en gemeenschappelijke leven, met
betrekking waarop Jezus wanneer Hij zijn Vader bidt dat allen één mogen zijn
... zoals Wij één zijn (Joh. 17:21-22) ... zinspeelt ... op een
zekere gelijkenis tussen de eenheid van de goddelijke Personen en de eenheid
van de kinderen van God in waarheid en liefde. Het Concilie bevestigt deze
waarheid over de mens, en de Kerk ziet daarin een bijzonder sterke en
beslissende aanwijzing voor haar eigen pastorale taken.
Want als de
mens inderdaad de weg van de Kerk is, dan loopt deze weg over heel het mysterie
van Christus, als goddelijk model voor de mens. Langs deze weg bewerkt de H.
Geest die in ieder van ons het diepste wezen versterkt, dat de mens
zichzelf steeds beter vindt inde oprechte gave van zichzelf. Men kan zeggen
dat in deze woorden van de pastorale constitutie van het Concilie heel de
christelijke antropologie wordt samengevat: de op het evangelie gebaseerde
theorie en praktijk waarin de mens in zichzelf ontdekt dat hij Christus
toebehoort en in Hem verheven is tot kind van God en zo ook beter zijn
waardigheid als mens begrijpt, juist omdat God tot hem gekomen is en in hem verblijft,
naar hem is afgedaald wat het vooruitzicht en de wortel van de uiteindelijke
verheerlijking insluit. Dan kan men terecht zeggen dat de glorie van God de
levende mens is en het leven van de mens de aanschouwing van God is. Als
de mens leeft uit goddelijk leven, is hij de glorie van God, en van dit leven
en deze glorie is de H. Geest de verborgen uitdeler. Basilius de Grote zegt dat
Hij in zijn wezen enkelvoudig is en in zijn werking veelvoudig. Hij deelt zich
mee en blijft onverminderd zichzelf... Hij is in ieder die in staat is Hem te
ontvangen, tegenwoordig alsof hij de enige was, en stort in allen de genade in
voldoende en volle maat uit.
60 Als de mensen onder de invloed van de H. Geest deze
goddelijke dimensie van hun wezen en leven als persoon en tevens als
gemeenschap ontdekken, dan zijn zij in staat zich te bevrijden van de
verschillende vormen van determinisme die voornamelijk voortkomen uit de
materialistische grondslagen van het denken, de praktijk en de methodologie
hiervan. Deze factoren zijn er in ons tijdperk in geslaagd door te dringen tot
in het binnenste van de mens, in het heiligdom van het geweten waarin de H.
Geest voortdurend het licht en de kracht brengt van het nieuwe leven volgens de
vrijheid van de kinderen Gods. De rijpwording van de mens in dit leven wordt
verhinderd door de beperkingen en de druk die de heersende structuren en
systemen op hem leggen in de verschillende sectoren van de maatschappij.
Men kan zeggen
dat in veel gevallen de maatschappelijke factoren in plaats van de ontwikkeling
en de ontplooiing van de menselijke geest te bevorderen het ontrukken aan de
echte werkelijkheid van zijn wezen en leven waarover de H. Geest waakt -, om
hem te onderwerpen aan de vorst van deze wereld. Het grote jubileum van het
jaar tweeduizend bevat dus een boodschap van bevrijding door de Geest, de enige
die de mensen en de gemeenschappen kan helpen bevrijden van oude en nieuwe
vormen van determinisme, door hen te leiden met de wet van de Geest
die het leven in Christus geeft (Rom. 8:2), waardoor zij de volle
maat van de echte menselijke vrijheid ontdekken en vervullen. Want, zoals de H.
Paulus schrijft: Waar de Geest des Heren is, daar is vrijheid (2
Kor. 3:17).
Deze openbaring
van de vrijheid en derhalve van de echte menselijke waardigheid, is bijzonder
welsprekend voor de christenen en de Kerk die vervolgd worden hetzij in
vroegere tijden hetzij in de huidige tijd: want zij die van de goddelijke
waarheid getuigen, worden dan een levend bewijs van de werking van de Geest der
waarheid die verblijft in het hart en het geweten van de gelovigen, en niet
zelden bezegelen zij door hun marteldood de hoogste roem van de menselijke
waardigheid.
Ook in de gewone maatschappelijke omstandigheden dragen de christenen als getuigen
van de authentieke waardigheid van de mens, door hun gehoorzaamheid aan de H.
Geest bij tot de veelvormige vernieuwing van het aanschijn der aarde, als zij
met hun broeders samenwerken om alles wat in de hedendaagse vooruitgang van de
beschaving, de cultuur, de wetenschap, de techniek en de andere sectoren van
het menselijk denken en handelen goed, edel en schoon is, te verwerkelijken en
te benutten. Zij doen dit als leerlingen van Christus die, zoals het Concilie
schrijft, door zijn verrijzenis Heer geworden...nu door de invloed van zijn
Geest werkt in de harten van de mensen en niet alleen een vurig verlangen naar
de komende tijden wekt, maar, juist daardoor, ook die edelmoedig gesteldheid
bezielt, zuivert en versterkt waarin de mensheid poogt haar eigen bestaan nog
meer menselijk te maken en de gehele wereld aan dit doel ondergeschikt te
maken.
Zo bevestigen
zij nog meer de grootheid van de mens die gemaakt is naar het beeld en de
gelijkenis van God; grootheid die verlicht wordt door het mysterie van de
menswording van de Zoon van God, die op de volheid der tijden in de H. Geest
de geschiedenis is binnengegaan en waarlijk mens is geworden, Hij de
eerstgeborene van heel de schepping, door wie het al bestaat en wij in het
bijzonder (1 Kor. 8:6) .
5 De Kerk
sacrament van de innige vereniging met God
61 Bij de nadering van het einde van het tweede millennium
dat aan allen de komst van het Woord op de volheid der tijden in herinnering
moet brengen en deze als het ware opnieuw moet verwerkelijken, wil de Kerk
nogmaals doordringen tot het wezen van haar goddelijke-menselijke constitutie
en van de zending die haar doet deelnemen aan de Messiaanse zending van
Christus, volgens het altijd geldige onderricht van het Tweede Vaticaans
Concilie. Deze lijn volgend kunnen wij terugkeren naar het cenakel waar Jezus
Christus de H. Geest openbaart als Parakleet, als Geest der waarheid, en
spreekt over zijn eigen heengaan door middel van het kruis als noodzakelijke
voorwaarde voor diens komst: Het is goed voor u dat Ik heenga; want
als Ik niet heenga, zal de Helper niet tot u komen. Nu ik wel ga, zal Ik Hem
tot u zenden (Joh. 16:7).
Wij hebben
gezien dat deze aankondiging reeds op de avond van de dag van Pasen voor het
eerst werkelijkheid is geworden en vervolgens op Pinksteren te Jeruzalem, en
dat zij van toen af in de mensengeschiedenis werkelijkheid wordt door
bemiddeling van de Kerk. In het licht van die aankondiging wordt ook volledig
de betekenis duidelijk van wat Jezus eveneens tijdens het Laatste Avondmaal
zegt over zijn nieuwe komst. Het is inderdaad veelbetekenend dat Hij in de
afscheidsrede niet alleen over zijn heengaan spreekt maar ook over zijn
nieuwe komst. Hij zegt: Ik zal u niet verweesd achterlaten: Ik keer
tot u terug (Joh. 14:18). En op het ogenblik van zijn definitieve
afscheid voor zijn hemelvaart zal Hij nog uitdrukkelijker zeggen: Ziet,
Ik ben met u alle dagen tot aan de voleinding der wereld (Mt. 28:20).
Deze nieuwe
komst van Christus, dit voortdurend komen om met de apostelen en met de Kerk
te zijn tot aan de voleinding der wereld, verandert zeker niet het feit van
zijn heengaan. Zij volgt daarop, na de afsluiting van het Messiaanse werk van
Christus op aarde, en zij geschiedt in het kader van de aangekondigde zending
van de H. Geest en vindt om zo te zeggen plaats in diens werking. Zij voltrekt
zich door de H. Geest die maakt dat Christus die heengegaan is, nu en altijd op
nieuwe wijze komt. Deze nieuwe komst van Christus door de H. Geest en zijn
aanwezigheid en werking in het geestelijke leven worden verwezenlijkt in de
sacramentele werkelijkheid. Christus die heengegaan is in zijn zichtbare
mensheid, komt tegenwoordig in de sacramentele werkelijkheid en handelt daarin
op zon innige wijze in de Kerk dat deze als het ware zijn Lichaam wordt. Als
zodanig leeft, werkt en groeit de Kerk tot aan de voleinding der wereld. Dit
alles geschiedt door de werking van de H. Geest.
62 De meest volledige sacramentele uitdrukking van het
heengaan van Christus door middel van het mysterie van het kruis en de
verrijzenis is de Eucharistie. Daarin wordt iedere keer zijn komst, zijn
heilzame tegenwoordigheid op sacramentele wijze verwerkelijkt: in het offer en
in de communie. Zij wordt verwezenlijkt door de H. Geest, in zijn zending (Dit
wordt uitgedrukt door de epiclese voor de consecratie: Heilig dan deze gaven
met de dauw van uw H. Geest, dat zij voor ons worden tot Lichaam en Bloed van
Jezus Christus onze Heer (Eucharistisch gebed II)). Door middel van de Eucharistie
voltrekt de H. Geest de versterking van het diepste wezen van mens waarover
de brief aan de Efeziërs spreekt. Door middel van de Eucharistie leren de
mensen en de gemeenschappen door de werking van de Parakleet-Helper de
goddelijke zin van het menselijke leven te ontdekken waaraan het Concilie heeft
herinnerd; de zin waardoor Jezus Christus de mens voor zichzelf duidelijk
maakt, als Hij een zekere gelijkheid tussen de eenheid van de goddelijke
Personen en de eenheid van de kinderen van God in waarheid en liefde
suggereert.
Deze eenheid
wordt speciaal uitgedrukt en verwerkelijkt door middel van de Eucharistie
waarin de mens die deelneemt aan het offer van Christus dat door de viering
tegenwoordig gesteld wordt, ook leert zichzelf te vinden...door de ...gave van
zichzelf, in de gemeenschap met God en met andere mensen, zijn broeders.
Om deze reden bleven de eerste christenen vanaf de dagen die volgden op de
nederdaling van de H. Geest ijverig in het breken van het brood en in
het gebed. Op deze wijze vormden zij een gemeenschap die eensgezind was in
de leer van de apostelen. Zo herkenden zij dat hun verrezen en naar de hemel
opgestegen Heer opnieuw in hun midden kwam in en door de eucharistische
gemeenschap van de Kerk. Vanaf het begin drukte de Kerk zichzelf onder leiding
van de H. Geest uit door middel van de Eucharistie en werd zij hierdoor
bevestigd. En zo is het steeds geweest, in alle generaties van christenen, tot
aan onze tijd toe, tot aan deze vooravond van de voleinding van het tweede
christelijke millennium.
Zeker, wij
moeten helaas vaststellen dat het nu afgelopen millennium het millennium is
geweest van de grote scheuringen in de christenheid. Naar het voorbeeld van de
apostelen zullen dus alle christenen zich volledig moeten inzetten om hun
denken en handelen in overeenstemming te brengen met de wil van de H. Geest,
het beginsel van de kerkelijke eenheid 5, opdat allendie
gedoopt zijn in één Geest om één lichaam te vormen, elkaar terugvinden als
broeders die verenigd zijn in de viering van de ene Eucharistie, sacrament van
goedheid, teken van eenheid, band van liefde!
63 De eucharistische tegenwoordigheid van Christus zijn
sacramenteel Ik ben met u maakt het de Kerk mogelijk haar eigen mysterie
steeds dieper te ontdekken, zoals heel de ecclesiologie van het Tweede
Vaticaans Concilie bevestigt: In Christus is de Kerk als het ware het
sacrament, dat wil zeggen het teken en instrument, van de innige vereniging met
God en van de eenheid van heel het menselijk geslacht. Als sacrament ontplooit
de Kerk zich vanuit het paasmysterie van het heengaan van Christus en leeft
zij van zijn steeds nieuwe komst door de H. Geest, in der werking van de
Parakleet, de Geest der waarheid. Juist dit is het wezen van het mysterie van
de Kerk zoals het Concilie belijdt. Krachtens de schepping is God degene door
wie wij allen het leven, het bewegen en het zijn hebben (Hand.
17:28), terwijl de kracht van de verlossing zich op haar beurt doorzet en
ontvouwt in de geschiedenis van de mens en de wereld als in een tweevoudig
ritme waarvan de bron zich bevindt in de eeuwige Vader.
Het is
enerzijds het ritme van de zending van de Zoon die in de wereld gekomen is en
geboren is uit de Maagd Maria door de H. Geest; en anderzijds ook het ritme van
de zending van de H. Geest, die definitief geopenbaard is door Christus. Door
het heengaan van de Zoon is de H. Geest gekomen en komt Hij onophoudelijk als
Helper en Geest der waarheid. En in het kader van de zending van de H. Geest, als
het ware in het hart van zijn onzichtbare aanwezigheid, komt de Zoon die in
het Paasmysterie heengaan was voortdurend tegenwoordig in het mysterie van de
Kerk; nu eens verbergt Hij zich, dan weer op openbaart Hij zich in haar
geschiedenis, terwijl Hij steeds de loop ervan leidt. Dit alles geschiedt op
sacramentele wijze, door de werking van de H. Geest die put uit de schatten van
de verlossing van Christus en aanhoudend het leven geeft. Door zich steeds
levendiger bewust te zijn van dit mysterie ziet de Kerk zichzelf steeds beter,
vooral als sacrament.
Het geschiedt ook, omdat de Kerk volgens de wil van haar Heer door middel van
de verschillende sacramenten haar heilbrengend dienstwerk verricht ten opzichte
van de mens. Iedere keer dat een sacrament toegediend wordt, brengt dit het
mysterie mee van het heengaan van Christus door middel van het kruis en de
verrijzenis, uit kracht waarvan de H. Geest komt. Hij komt en werkt: Hij geeft
het leven. Want de sacramenten betekenen de genade en bewerken de genade: zij
betekenen het leven en bewerken het leven. De Kerk is de zichtbare uitdeelster
van de gewijde tekenen, terwijl de H. Geest hierin werkt als de onzichtbare
uitdeler van het leven dat zij betekenen. Samen met de H. Geest is en werkt
Christus Jezus daarin.
64 De Kerk die het sacrament is van de innige vereniging met
God, is dit in Jezus Christus, in wie deze vereniging zich verwerkelijkt als
heilswerkelijkheid. Zij is het in Jezus Christus door de H. Geest. De volheid
van de heilswerkelijkheid, die Christus is in de geschiedenis, wordt op
sacramentele wijze uitgestort in de kracht van de Geest-Parakleet. Op deze
wijze is de H. Geest de andere Helper of de nieuwe Helper, want door zijn
werking krijgt de Blijde Boodschap gestalte in het menselijke geweten en hart
en verbreidt zij zich in de geschiedenis. In dit alles is het de Geest die het
leven geeft. Als wij het woord sacrament gebruiken met betrekking tot de
Kerk, moeten wij bedenken dat in de tekst van het Concilie de sacramentaliteit
van de Kerk onderscheiden blijkt van de sacramentaliteit in strikte zin die
eigen is aan de sacramenten. Wij lezen immer: De Kerk is als het ware het
sacrament, dat wil zeggen het teken en het instrument, van de innige vereniging
met God. Maar wat geldt en naar voren komt in de analoge zin waarin het woord
gebruikt wordt in de twee gevallen, is het verband tussen de Kerk en de kracht
van de H. Geest, die de enige is die het leven geeft: de Kerk is teken en
instrument van de tegenwoordigheid en de werking van de levendmakende Geest.
Het Tweede Vaticaans Concilie voegt eraan toe dat de Kerk het sacrament
is...van de eenheid van heel het menselijk geslacht. Het gaat uiteraard om de
eenheid die het menselijke geslacht dat in zich veelvuldig verscheiden is, heeft
van God en in God. Deze eenheid is geworteld in het mysterie van de verlossing,
met betrekking tot het universele heil. Aangezien God wil dat alle
mensen gered worden en tot de kennis van de waarheid komen (1 Tim. 2:4) ,
omvat de verlossing alle mensen en op zekere wijze heel de schepping. Krachtens
het heengaan van Christus werkt de H. Geest in dezelfde universele omvang als
de verlossing. Daarom ziet de Kerk die dor middel van haar eigen mysterie
geworteld is in het trinitaire heilsbestel, zichzelf terecht als sacrament van
de eenheid van heel het menselijk geslacht. Zij weet dat zij dit is door de
kracht van de H. Geest, waarvan zij teken en instrument is in de
verwerkelijking van het heilsplan van God.
Op deze wijze wordt de nederdaling van de oneindige liefde van de
Drie-eenheid verwerkelijkt: God, de onzichtbare Geest, komt tot de zichtbare
wereld. De drie-ene God deelt zich in de H. Geest vanaf het begin aan de mens
mede door middel van zijn beeld en gelijkenis. Onder de werking van dezelfde
Geest komen de mens die door Christus verlost is, en door hem de geschapen
wereld tot hun definitieve bestemming in God. Van dit naar elkaar toekomen van
de twee polen van de schepping en de verlossing, God en de mens, is de Kerk
het sacrament, dat wil zeggen het teken en het instrument. Zij werkt om de
eenheid te herstellen en te versterken aan de wortels van het menselijke
geslacht: in de band en de gemeenschap die de mens heeft met God als zijn
Schepper, Heer en Verlosser.
Aan de hand van
het onderricht van het Concilie kunnen wij deze waarheid overwegen, verklaren
en toepassen in heel haar betekenis in deze tijd van de overgang van het tweede
naar het derde christelijke millennium. En wij willen ons steeds graag levendig
bewust zijn van het feit dat in de activiteit, die de Kerk ontplooit in de
heilsgeschiedenis welke zich afspeelt in de geschiedenis van de mensheid, de H.
Geest aanwezig is en werkt, Hij die de wind van het goddelijke leven blaast
door de aardse pelgrimstocht van de mens, en heel de schepping heel de
geschiedenis doet samenvloeien naar haar laatste einddoel, in de eindeloze
oceaan van God.
6 De
Geest en de bruid zeggen: "Kom!"
65 De adem van het goddelijke leven, de H. Geest, wordt op de
meest eenvoudige en gewone wijze uitgedrukt en ervaren in het gebed. Het is
mooi en heilzaam te bedenken dat, waar men ook bidt in de wereld, de H. Geest
daar is, de levensadem van het gebed. Het is ook mooi en heilzaam te beseffen
dat, als het gebed over heel de aarde verbreid is, in het verleden, het heden
en de toekomst, de aanwezigheid en de werking van de H. Geest even verbreid
zijn, omdat Hij het gebed in het hart van de mens inspireert in heel de
onmetelijke gamma van de meest verschillende situaties en van omstandigheden
die nu eens gunstig dan weer ongunstig zijn voor het geestelijke en
godsdienstige leven. Dikwijls stijgt het gebed op uit het hart van de mens
onder de werking van de Geest ondanks het hart van de mens onder de werking van
de Geest ondanks verboden en vervolgingen en zelfs ondanks officiële
verklaringen over het areligieuze of atheïstische karakter van het openbare
leven!
Het gebed
blijft steeds de stem van al diegenen die schijnbaar geen stem hebben, en in
deze stem weerklinkt altijd het luid roepen dat aan Christus
toegeschreven wordt door de brief aan de Hebreeën. Het gebed is ook de
openbaring van de peilloze diepte die het menselijk hart is: een diepte die uit
God is en alleen door God gevuld kan worden juist met de H. Geest! Wij lezen in
Lucas: Als gij dus, ofschoon ge slecht zijt, goede gaven aan uw
kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan uw Vader in de hemel de H.
Geest geven aan wie Hem erom vragen (Lc. 11:13) .
De H. Geest is de gave die in het mensenhart komt samen met het gebed. Hierin
verschijnt Hij bovenal als de gave die onze zwakheid te hulp komt. Sint
Paulus heeft deze prachtige gedachte ontwikkeld waar hij in de brief aan de
Romeinen schrijft: Wij weten niet eens hoe wij behoren te bidden, maar de
Geest zelf pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen (Rom. 8:26) .
De H. Geest stelt ons dus niet alleen in staat te bidden, maar voert ons van
binnenuit tot het gebed, vult onze ontoereikend aan en verhelpt ons
onvermogen om te bidden: Hij is aanwezig in ons gebed en geeft er een
goddelijke dimensie aan. Zo weet Hij die de harten doorgrondt
waar de Geest op zint, want Hij pleit voor de heiligen naar Gods bedoeling (Rom.
8:27) . Het gebed in de H. Geest wordt de steeds meer volwassen
uitdrukking van de nieuwe mens die daardoor deel heeft aan het goddelijke
leven.
Ons moeilijke tijdperk heeft speciaal het gebed nodig. Talrijke mannen en
vrouwen hebben in de loop van de geschiedenis nu en in het verleden
getuigenis afgelegd van het belang van het gebed door zich te wijden aan de lof
van God en aan een leven van gebed, vooral in de kloosters. In de laatste jaren
groeit ook het aantal mensen die in steeds meer verspreide gebedsbewegingen en
groepen aan het gebed de eerste plaats geven en hierin de vernieuwing van het
geestelijke leven nastreven. Dit is een veelbetekenend en troostrijk
verschijnsel, aangezien hun ervaring bijgedragen heeft tot de terugkeer naar
het gebed onder de gelovigen die geholpen zijn om beter te begrijpen dat de H.
Geest in de harten een diep verlangen naar heiligheid opwekt. In vele mensen en
gemeenschappen groeit het bewustzijn dat de mens bedreigd wordt, dat de
mensheid bedreigd wordt, ondanks de duizelingwekkende vooruitgang van de
technisch-wetenschappelijke beschaving en niettegenstaande de reële veroveringen
en bereikte doelen.
Afzonderlijke
personen en hele gemeenschappen die het gevaar en zelf reeds de beangstigende
werkelijkheid van de geestelijke decadentie van de mens ervaren, zoeken, als
het ware geleid door een innerlijke geloofszin, de kracht die de mens kan
opheffen en beschermen tegen zichzelf, tegen zijn eigen vergissingen en
dwalingen welke zijn verworvenheden vaak schadelijk doen zijn. En zo ontdekken
zij het gebed waarin de Geest zich openbaart die onze zwakheid te hulp komt.
Op deze wijze brengen de tijden waarin wij leven, velen dit tot het gebed
terugkeren, nader tot de H. Geest.
Ik vertrouw erop dat allen in het onderricht van deze encycliek voedsel zullen
vinden voor hun innerlijke leven en erin zullen slagen om onder de werking van
de Geest hun toeleg op het gebed te versterken in harmonie met de Kerk en haar
leerambt.
66 Te midden van de problemen, de ontgoochelingen en de hoop,
de afval en de terugkeer van onze tijden blijft de Kerk trouw aan het mysterie
van haar geboorte. Het is een historisch feit dat de Kerk op Pinksteren uit het
cenakel naar buiten is getreden, maar men kan in zekere zin zeggen dat zij het
nooit heeft verlaten. Geestelijk behoort het pinkstergebeuren niet alleen maar
tot het verleden: de Kerk is steeds in het cenakel, dat zij in haar hart
draagt. De Kerk blijft ijverig in het gebed, zoals de apostelen samen met
Maria, de Moeder van Christus, en degenen die te Jeruzalem de eerste kiem van
de christengemeenschap vormden en biddend de komst van de H. Geest afwachtten.
De Kerk blijft ijverig in het gebed met Maria. Deze gemeenschap van de biddende
Kerk met de Moeder van Christus maakt deel uit van het mysterie van de Kerk
vanaf het begin; wij zien haar in dit mysterie op dezelfde wijze tegenwoordig
als in het mysterie van haar Zoon. Dit zegt ons het Concilie: De heilige Maagd
...overschaduwd door de Geest...heeft Zoon ter wereld gebracht, die God heeft
gesteld tot Eerstgeborene onder vele broeders, de gelovigen namelijk, tot wier
geboorte en opvoeding zij met moederlijke liefde bijdraagt. Zij is door haar
heel bijzondere genaden en opdrachten...innig met de Kerk verbonden; zij is
het model van de Kerk. De Kerk die de verborgen heiligheid van Maria
beschouwt en haar liefde navolgt...wordt zelf ook moeder en in navolging van
de Moeder van de Heer bewaart zij op maagdelijke wijze, door de kracht van de
H. Geest, het ongerept geloof, de standvastige hoop en de oprechte liefde;
ook zij (de Kerk) is moeder: zij behoudt haar trouw aan de Bruidegom gaaf en zuiver.
Zo begrijpt men de diepe zin van de reden waarom de Kerk zich samen met de
Moedermaagd ononderbroken als bruid tot haar goddelijke Bruidegom richt, zoals
de door het Concilie aangehaalde woorden van de Apokalyps getuigen: De
Geest en de bruid zeggen tot de Heer Jezus: Kom!. Het gebed van de Kerk
is steeds deze onophoudelijke smeekbede waarin de Geest zelf voor ons ten
beste spreekt: Hij spreekt dit gebed in zekere zin zelf uit met de Kerk en in
de Kerk. Want de Geest is aan de Kerk gegeven, opdat door zijn kracht heel de
gemeenschap van het volk Gods, in heel haar verscheidenheid en in al haar
vertakkingen, mag volharden in de hoop: in die hoop waarin wij gered
zijn. Het is de eschatologische hoop, de hoop op de uiteindelijke voltooiing
in God, de hoop op de eeuwige rijk dat werkelijkheid wordt in de deelname aan
het leven van de Drie-eenheid. De H. Geest die als Helper aan de apostelen is
gegeven, is de bewaarder van deze hoop in het hart van de Kerk.
In het vooruitzicht van het derde millennium na Christus en terwijl de Geest
en de bruid tot de Heer Jezus zeggen: Kom!, is dit gebed zoals steeds geladen
met een eschatologische strekking die bestemd is om ook aan de viering van het
jubileum zijn volle betekenis te geven. Het is een gebed dat gericht staat op
de heilsbestemmingen waarvoor de H. Geest door zijn werking in de loop van heel
de mensengeschiedenis op aarde de harten opent. Maar dit gebed richt zich
tegelijk op een heel bepaald moment van de geschiedenis, waarin de volheid der
tijden benadrukt en gescandeerd wordt door het jaar tweeduizend. De Kerk wil
zich op het jubileum voorbereiden in de H. Geest, zoals de Maagd van Nazareth,
uit wie het Woord het vlees heeft aangenomen, voorbereid werd door de H. Geest.
DEEL 4:
Besluit
67 Wij willen deze overwegingen besluiten in het hart van de
Kerk en van de mens. De weg van de Kerk loopt door het hart van de mens, omdat
hier de geheime plaats is van de heilzame ontmoeting met de H. Geest, met de
verborgen God en juist hier de H. Geest de waterbron wordt, die
opborrelt tot eeuwig leven. Hier komt Hij als Geest der waarheid en
Parakleet, beloofd door Christus. Van hier uit werkt Hij als Trooster,
Voorspreker, Helper in het bijzonder als de mens of de mensheid staat voor de
veroordeling door de aanklager van wie de Apokalyps zegt dat hij
onze broeders dag en nacht bij onze God aanklaagt. De H. Geest houdt niet
op de bewaarder te zijn van de hoop in het hart van de mens: van de hoop van
alle menselijk schepselen en vooral van diegenen die de eerstelingen
van de Geest hebben ontvangen en wachten op de verlossing
van hun lichaam.
In zijn mysterieuze band van goddelijke gemeenschap met de Verlosser van de
mens zet de H. Geest diens werk voort: Hij ontvangt van Christus en geeft er
allen van. Zo treedt Hij onophoudelijk door het menselijke hart de geschiedenis
van de wereld binnen. Zo wordt Hij zoals de sequentie van het hoogfeest van
Pinksteren uitroept waarlijk vader van de armen, schenker van de gaven,
licht van de harten; Hij wordt de zoete gast van de ziel die de Kerk zonder
ophouden begroet op de drempel van het innerlijk van ieder mens. Hij brengt
inderdaad rust en lafenis te midden van het zwoegen, het werk van de
menselijke handen en geest; Hij brengt rust en verkwikking te midden van de
hitte van de dag, te midden van de onrust, van de strijd en van de gevaren van
alle tijden. Hij brengt tenslotte de vertroosting als het menselijke hart
schreit en bekoord wordt door wanhoop.
Om deze reden roept de sequentie uit: Zonder uw kracht is er niets in de mens,
is niets zonder schuld. Want alleen de H. Geest levert het overtuigend bewijs
van wat zonde is, van wat kwaad is, teneinde het goede in de mens en in de
wereld te hernieuwen: om het aanschijn van de aarde te vernieuwen. Daarom
bewerkt Hij de zuivering van alles wat de mens bevlekt, van wat vuil is.
Hij verzorgt de wonden van het menselijk bestaan, ook de meest diepe. Hij
verandert de innerlijke dorheid van de zielen en maakt ze tot vruchtbare velden
van genade en heiligheid. Hij buigt wat verstijfd is, koestert wat
kil is en wat afgedwaald is brengt Hij terug op de rechte weg van
het heil.
Zo biddend belijdt de Kerk voortdurend haar geloof dat er in onze geschapen
wereld een Geest is die ongeschapen gave is. Het is de Geest van de Vader en de
Zoon: ongeschapen, oneindig, eeuwig, almachtig, God, Heer, zoals de Vader en de
Zoon. Deze Geest van God vervult het aardrijk en al het geschapene herkent in
Hem de bron van de eigen identiteit, vindt in Hem de eigen transcendente
uitdrukking, richt zich tot Hem, wacht op Hem en roept Hem met het eigen wezen
aan. Tot Hem, de Parakleet, de Geest van waarheid en liefde, richt zich de mens
die leeft uit waarheid en liefde en niet kan leven zonder de bron van de
waarheid en de liefde. Tot Hem richt zich de Kerk die het hart van de mensheid
is, om voor allen de gaven af te smeken van de liefde die door Hem is
uitgestort in onze harten, en die ze aan allen uit te delen.
Tot Hem richt
de Kerk zich op de wirwar van de wegen van de menselijke pelgrimstocht: en zij
vraagt onophoudelijk om de rechtschapenheid van het menselijk handelen, als
zijn werk; zij vraagt om de vreugde en de troost die alleen Hij, de ware
Vertrooster, kan brengen door neer te dalen in het diepst van het menselijke
hart; zij vraagt om de genade van de deugden die de eeuwigheid verdienen, zij
vraagt om het eeuwige heil, in volledige mededeling van het goddelijke leven
waarvoor de Vader van eeuwigheid af de mensen heeft uitverkoren die uit
liefde geschapen zijn naar het beeld en de gelijkenis van de Allerheiligste
Drie-eenheid.
Met heel haar hart dat de harten van alle mensen omvat, vraagt de Kerk aan de
H. Geest om het geluk dat alleen in God volledig verwezenlijkt wordt: de vreugde die
niemand zal kunnen ontnemen, de vreugde die vrucht is van de liefde en dus
van God die liefde is; zij vraagt om de gerechtigheid, de vrede en de
vreugde in de H. Geest waarin volgens de H. Paulus het Koninkrijk van
God bestaat.
Ook de vrede is vrucht van de liefde: de innerlijke vrede die de vermoeide mens
zoekt in het binnenste van zijn wezen; de vrede waarom de mensheid, de
mensenfamilie, de volkeren, de naties, de werelddelen met vrezen vragen en met
de hoop hem te verkrijgen in het vooruitzicht van de overgang van het tweede
naar het derde christelijke millennium. Aangezien de weg naar de vrede
uiteindelijk over de liefde loopt en naar de schepping van de beschaving van de
liefde wil leiden, richt de Kerk haar blik op Hem die de liefde van de Vader en
de Zoon is, en niettegenstaande de toenemende dreigingen houdt zij niet op te
vertrouwen, houdt zij niet op de vrede van de mens op de aarde af te smeken en
te dienen. Haar vertrouwen is gegrondvest op Hem die, omdat Hij de Geest is die
liefde is, ook de Geest van de vrede is en steeds in onze menselijke wereld
aanwezig is, aan de horizon van het geweten en het hart, om het aardrijk te
vullen van liefde en vrede.
Ik kniel voor Hem neer aan het eind van deze overwegingen en smeek dat Hij als
Geest van de Vader en de Zoon ons allen de zegen en de genade moge verlenen die
ik in naam van de Allerheiligste Drie-eenheid wil schenken aan de zonen en
dochters van de Kerk en aan heel de mensenfamilie.
Gegeven te
Rome, bij Sint Petrus, op 18 mei,
het hoogfeest van Pinksteren, van het jaar 1986, het achtste van mijn
Pontificaat.
Die Heer is en leven geeft - encycliek van Paus Johannes Paulus II (3)
Volgens deze
uitleg bestaat de lastering niet eigenlijk in de belediging van de H. Geest met
woorden; zij bestaat in de weigering het heil te aanvaarden dat God de mensen
aanbiedt door de H. Geest die werkt uit kracht van het kruisoffer. Als de mens
het 'aantonen van de zonde' afwijst dat van de H. Geest komt en heil betekent,
dan wijst hij tevens de 'komst' van de Helper af – de ´komst' die werkelijkheid
is geworden in het paasmysterie, in eenheid met de verlossende kracht van het
bloed van Christus: het bloed dat het ´geweten zuivert van dode werken'.
Wij weten dat de vergiffenis van de zonden vrucht van deze zuivering is. Daarom
blijft wie de Geest en het bloed afwijst, in de ´dode werken', in de zonde. En
de lastering van de H. Geest bestaat juist in de radicale weigering de
vergeving te aanvaarden welke Hij in het innerlijk schenkt en die waarachtige
bekering veronderstelt welke Hij in het geweten beperkt. Als Jezus zegt dat de
lastering van de H. Geest niet vergeven kan worden, noch in deze noch in de
komende wereld, dan is het omdat deze ´niet vergeving' verbonden is met de
´niet bekering' als met haar oorzaak, namelijk met de radicale weigering zich
te bekeren. Wat de weigering betekent om naar de bronnen van de verlossing te
gaan die toch ´altijd' open blijven in heilseconomie waarin de zending van de
H. Geest vervuld wordt die een oneindig vermogen heeft om uit deze bronnen te
putten: ´Hij zal van Mij ontvangen', heeft Jezus gezegd.
Op deze wijze
voltooit Hij in de zielen van de mensen het werk van de verlossing dat door
Christus volbracht is, en deelt er de vruchten van uit. De lastering van de H.
Geest is de zonde welke de mens bedrijft die zich het vermeende recht aanmatigt
in het kwaad te volharden – in welke zonde ook – en zo de verlossing weigert.
De mens blijft opgesloten inde zonde en maakt van zijn kant de bekering
onmogelijk en bijgevolg ook de vergeving van de zonden die het hij niet
wezenlijk of belangrijk voor zijn leven beschouwt. Dit is een gesteltenis van
geestelijke ondergang, want de lastering van de H. Geest maakt het de mens
onmogelijk de gevangenis te verlaten waarin hij zichzelf opgesloten heeft, en
zich open te stellen voor de goddelijke bronnen van de zuivering van het
geweten en de vergeving van de zonden.
47 De werking van de H. Geest die naar het heilzaam ´aantonen
van de zonde' streeft, ontmoet in de mens die zich in deze gesteltenis bevindt,
een innerlijke weerstand, als het ware een ondoordringbaarheid van het geweten,
een zielstoestand die uit vrije keuze verstijfd lijkt: het is wat de heilige
Schrift gewoonlijk ´de hardheid van het hart' noemt. In onze
tijd komt het verlies van het zondebesef waaraan de apostolische
exhortatie Reconciliatio et paenitentia vele bladzijden heeft gewijd. Paus
Pius XII heeft reeds gesteld dat ´de zonde van deze eeuw het verlies van het
zondebesef is.' Dit verlies gaat gelijk op met het ´verlies van het besef
van God'. In de genoemde exhortatie lezen wij: ´In werkelijkheid is God de
oorsprong en het hoogste doel van de mens die een goddelijke kiem in zich
draagt. Het is daarom de werkelijkheid van God die het mysterie van de mens
openbaart en verlicht. Het is dus ijdel te hopen dat er een krachtig besef van
zonde tegen de mens en de menselijke waarden groeit als het besef van de
belediging die God wordt aangedaan, het ware zondebesef dus, ontbreekt'.
Daarom houdt de Kerk niet op aan God om de genade te vragen dat de
rechtschapenheid niet komt te ontbreken aan het menselijke geweten, dat de
gezonde gevoeligheid voor goed en kwaad niet afstompt. Deze rechtschapenheid en
gevoeligheid zijn nauw verbonden met de innerlijke werking van de Geest der
waarheid. In dit licht worden de aansporingen van de apostel bijzonder
veelzeggend: ´Blust de Geest niet uit'; ´Wilt de H. Geest niet
bedroeven' (1 Tess. 5:19; Ef. 4:30) . De Kerk houdt vooral niet
op vurig te smeken dat de zonde die het evangelie lastering van de H. Geest
noemt, niet zal toenemen; dat zij integendeel zal terugwijken in de wil van de
mensen – en bijgevolg in de verschillende maatschappelijke milieus en vormen –
en plaats zal maken voor de openheid van het geweten die nodig is voor de
heilbrengende werking van de H. Geest. De Kerk smeekt dat de gevaarlijke zonde
tegen de Geest plaats zal maken voor een heilige bereidheid zijn zending als
Helper te aanvaarden, wanneer Hij komt ´om de wereld het overtuigend bewijs te
leveren van wat zonde, gerechtigheid en oordeel is'.
48 In zijn afscheidsrede heeft Jezus de drie sectoren van het
´aantonen', als bestanddelen van de zending van de Geest, samengevoegd: de
zonde, de gerechtigheid en het oordeel. Zij bepalen de ruimte van het mysterium
pietatis dat in de mensengeschiedenis tegenover de zonde, tegenover
het mysterium iniquitatis staat. Enerzijds is er, zoals de H.
Augustinus het uitdrukt, de ´amor sui usque ad contemptum Dei'; anderzijds is
´amor Dei usque ad contemptum sui'. Voortdurend laat de Kerk haar gebed
opstijgen en verleent zij haar diensten, opdat de geschiedenis van het geweten
en de geschiedenis van de maatschappij in de grote mensenfamilie niet zullen
afglijden naar de zonde, door de afwijzing van Gods geboden ´usque ad
contemptum Dei', maar zich tot de liefde mogen verheffen waarin de Geest
die het leven geeft, zich openbaart.
Degenen die zich door de H. Geest ´de zonde' hebben laten ´aantonen',
onderkennen ook ´de gerechtigheid en het oordeel'. De H. Geest die de mensen,
het geweten van de mensen, helpt om de waarheid over de zonde te kennen, maakt
tegelijk dat zij de waarheid over de gerechtigheid kennen die met Jezus
Christus in de mensengeschiedenis is gekomen. Op deze wijze worden zij die ´de
zonde onderkend hebben' en zich onder de werking van de Helper bekeren, in
zekere zin buiten de ruimte van het ´oordeel' geleid:; van dat ´oordeel' waarmee ´de vorst dezer wereld reeds geoordeeld is'. De bekering
betekent in het diepst van haar goddelijk en menselijk mysterie de verbreking
van iedere band waarmee de zonde de mens bindt aan het mysterium iniquitatis.
Zij die zich
bekeren worden dus door de H. Geest buiten de ruimte van het ´oordeel' geleid
en binnengevoerd in de gerechtigheid die in Christus Jezus is, omdat Hij haar
van de Vader ontvangt, als afstraling van de heiligheid van de Drie-eenheid.
Dit is de gerechtigheid van het evangelie en de verlossing, de gerechtigheid
van de Bergrede en het kruis, die de zuivering van het geweten bewerkt door het
bloed van het Lam. Het is de gerechtigheid die de Vader laat wedervaren aan de
Zoon en aan allen die met Hem in waarheid en liefde verenigd zijn.
De H. Geest, de Geest van de Vader en de Zoon, die ´de wereld het overtuigend
bewijs van wat zonde is', openbaart zich in deze gerechtigheid en komt daarmee
in de mens als Geest van eeuwig leven.
DEEL 3: De
Geest die het leven geeft
1 Het
motief voor het jubileum van het jaar tweeduizend: Christus die ontvangen is
van de H. Geest
49 De gedachte en het hart van de Kerk richten zich op de H.
Geest op dit einde van de 20e eeuw en in het vooruitzicht van het 3e millennium
vanaf de komst van Jezus Christus in de wereld, terwijl wij uitzien naar het
grote jubileum waarmee de Kerk deze gebeurtenis zal vieren. De komst van
Christus wordt vervolgens de menselijke tijdrekening gemeten als een
gebeurtenis die tot de geschiedenis van de mens op aarde behoort. De algemeen
gebruikelijke tijdmaat berekent de jaren, eeuwen en millennia als verlopen voor
en na de geboorte van Christus. Maar mens moet niet vergeten dat deze
gebeurtenis voor ons, christenen, volgens de apostel de ´volheid van de
tijd' betekent, omdat daarmee de ´maat' van God zelfvolledig in de
mensengeschiedenis is doorgedrongen; een transcendente aanwezigheid in het
eeuwige Nu.
´Hij die is,
die was en die komt', Hij die ´de Alfa en de Omega is, de eerste en de
laatste, de oorsprong en het einde' (Apok. 1:8; Apok. 22:13). ´Zozeer
immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft
gegeven, opdat al wie in hem gelooft niet verloren zal gaan, maar eeuwig leven
zal hebben' (Joh. 3:16). 'Maar toen de volheid van de tijd was
gekomen, heeft God zijn Zoon gezonden, geboren uit een vrouw...opdat wij de
rang van zonen zouden krijgen' (Gal. 4:4 s). En deze menswording van
de Zoon, het Woord, is geschied in de H. Geest. De twee evangelisten aan wie
wij het verhaal van de geboorte en de jeugd van Jezus van Nazaret te danken
hebben, spreken zich hierover op dezelfde wijze uit. Volgens Lucas vraagt Maria
bij de aankondiging van de geboorte van Jezus:
´Hoe zal dit
geschieden, daar ik geen gemeenschap heb met een man', en ontvangt zij dit
antwoord: ´De H. Geest zal over u komen en de kracht van de allerhoogste zal u
overschaduwen; daarom ook zal wat ter wereld wordt gebracht heilig genoemd
worden, Zoon van God' (Lc.
1:34 s) . Mattheüs verhaalt rechtstreeks: ´De geboorte van Jezus
Christus vond plaats op deze wijze. Toen zijn Moeder Maria verloofd was met
Jozef, bleek zij, voordat zij gingen samenwonen, zwanger van de H. Geest' (Mt.
1:18). Jozef, die hierdoor ontsteld is, krijgt in de slaap de volgende
uitleg: ´Wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen; het kind
in haar schoot is van de H. Geest. Zij zal een zoon ter wereld brengen die gij
Jezus moet noemen, want Hij zal zijn volk redden uit hun zonden' (Mt.
1:20 s).
Daarom belijdt de Kerk vanaf het begin het mysterie van de menswording, dit
centrale mysterie van het geloof, onder verwijzing naar de H. Geest.
De apostolische geloofsbelijdenis zegt: ´Die ontvangen is van de H.
Geest, geboren uit de Maagd Maria'. En de geloofsbelijdenis van
Nicea-Constantinopel zegt eveneens: ´Hij heeft het vlees aangenomen door
de H. Geest uit de Maagd Maria, en is mens geworden'. ´Door de H. Geest is mens
geworden Hij van wie de Kerk in dezelfde geloofsbelijdenis belijdt dat Hij de
Zoon is die één in wezen is met de Vader: ´God uit God, licht uit licht, ware
God uit de ware God, geboren, niet geschapen'. Hij is mens geworden ´door het
vlees aan te nemen uit de Maagd Maria'. Ziedaar wat er is geschied toen ´de
volheid was gekomen'.
50 Het grote jubileum dat het tweede millennium zal besluiten
en waarop de Kerk zich reeds voorbereidt, heeft een direct christologisch
karakter: het gaat immers om de viering van de geboorte van Jezus Christus. Het
heeft tevens een pneumatologisch karakter, omdat het mysterie van de
menswording geschied is, ´door de H. Geest'. Het is ´bewerkt' door de Geest
die, één in wezen met de Vader en de Zoon, in het absolute mysterie van de
drie-ene God de Persoon is die liefde is, de ongeschapen gave die de eeuwige
bron is van iedere schenking welke van God komt in de orde van de schepping, en
het onmiddellijk beginsel en in zekere zin het subject van de zelfmededeling
van God in de orde van de genade. Het mysterie van de menswording vormt het
hoogtepunt van deze schenking, van deze goddelijke zelfmededeling. De
ontvangenis en de geboorte van Jezus Christus zijn het grootste werk dat de H.
Geest verricht heeft in de geschiedenis van de schepping en van het heil: de
hoogste genade – gratia unionis – genade van vereniging -, bron van alle genaden,
zoals Sint Thomas verklaart. Het grote jubileum heeft betrekking op dit werk en
ook – als wij tot het diepste ervan doordringen – op de bewerker van dit werk,
op de Persoon van de H. Geest.
Aan de ´volheid van de tijd' beantwoordt waarlijk een bijzondere volheid van de
zelfmededeling van de drie-ene God in de H. Geest. ´Door de H. Geest' voltrekt zich
het mysterie van de hypostatische vereniging – dat wil zeggen van de vereniging
van de goddelijke en de menselijke natuur, van de godheid en de mensheid, in de
ene Persoon van het Woord, de Zoon, Toen Maria op het ogenblik van de
aankondiging haar ´fiat' uitsprak: ´Mij geschiede naar uw woord' (Lc.
1:38) , ontving zij op maagdelijke wijze een mens, de Mensenzoon, die Zoon
van God is. Door deze ´vermenselijking' van het Woord, de Zoon, bereikt de
zelfmededeling van God haar definitieve volheid in de geschiedenis van de
schepping en van het heil.
Deze volheid
wordt bijzonder kernachtig en welsprekend uitgedrukt in de tekst van het
evangelie van Johannes: ´Het Woord is vlees geworden' (Joh. 1:14) .
De menswording van God de Zoon betekent dat niet alleen de menselijke natuur in
de eenheid met God wordt opgenomen, maar daarin in zekere zin alles wat ´vlees' is: heel de mensheid, heel de onzichtbare en stoffelijke wereld. De menswording
heeft dus ook kosmische betekenis, een kosmische dimensie. De ´eerstgeborene
van heel de schepping' (Kol. 1:15) verenigt zich door in de
individuele mensheid van Christus mens te worden op zekere wijze met de gehele
werkelijkheid van de mens, die ook ´vlees' is (Gen. 9:11;
Deut. 5:26; Job. 34:15; Ps. 145:21; Jes. 40:6; Jes. 52:10; Lc. 3:6; 1 Petr. 1:24) ,
en daarin met alle ´vlees', met heel de schepping.
51 Dit alles voltrekt zich door de H. Geest en behoort dus tot
de inhoud van het komende jubileum . De Kerk kan zich daarop niet
anders voorbereiden dan in de H. Geest. Wat zich ´op de volheid van de tijd' voltrokken heeft door de H. Geest, kan nu alleen door Hem oprijzen uit het
geheugen van de Kerk. Door Hem kan het tegenwoordig gesteld worden in de nieuwe
fase van de geschiedenis van de mens op aarde: het jaar tweeduizend na de
geboorte van Christus.
Toen de H. Geest met zijn kracht het maagdelijke lichaam van Maria
overschaduwde en in haar het goddelijk moederschap een aanvang nam, maakte Hij
tegelijk haar hart volkomen gehoorzaam tegenover de zelfmededeling van God die
alle begrip en alle mogelijkheden van de mens te boven gaat. ´Zalig zij
die geloofd heeft' (Lc. 1:45) : zo wordt Maria begroet door haar
nicht Elisabet die ook ´vervuld was met de H. Geest'. In de
begroetingswoorden tot haar die ´geloofd heeft' lijkt zich een vaag (maar in
werkelijkheid zeer strikt) contrast af te tekenen met allen van wie Christus
zal zeggen dat ´zij niet geloofd hebben'.
Maria is de
geschiedenis van het heil van de wereld binnengegaan door de gehoorzaamheid van
het geloof. En het geloof is in diepste wezen een openstaan van het mensenhart
voor de gave: voor de zelfmededeling van God in de H. Geest. Sint Paulus
schrijft: ´De Heer is de Geest en waar de Geest des Heren is, daar is
vrijheid' (2 Kor. 3:17). Als de drie-ene God zich opent voor de mens
in de H. Geest, dan openbaart en schenkt dit aan het schepsel, de mens, de
volheid van de vrijheid. Deze heeft op zich sublieme wijze uitgedrukt door
middel van het geloof van Maria, door middel van de ´gehoorzaamheid van
het geloof': waarlijk ´zalig zij die geloofd heeft'.
2 Het
motief van het jubileum: de genade is verschenen
52 Het werk van de Geest die het leven geeft bereikt zijn
hoogtepunt in het mysterie van menswording. Het is alleen mogelijk het leven
dat in God is in heel zijn volheid, te geven door er het leven van het maken
van een Mens, zoals Christus is in zijn mensheid waarvan het Woord de persoon
is in de hypostatische vereniging. Met de menswording gaat tevens op een nieuwe
wijze de bron open van dit goddelijke leven in de geschiedenis van de mensheid:
de H. Geest. Het Woord, ´de eerstgeborene van heel de schepping',
wordt ´de eerstgeborene onder vele broeders' (Rom. 8:29) ,
en zo wordt Hij ook het hoofd van het lichaam dat de Kerk is, die op het kruis
geboren en op Pinksteren geopenbaard zal worden – en in de Kerk het hoofd van
de mensheid: van de mensen van alle naties, van alle rassen, van alle landen en
culturen, van alle talen en werelddelen, allen geroepen tot het heil. ´Het
Woord is vlees geworden (het Woord in wie) het leven was en dat leven was het
licht der mensen... Aan allen die Hem aanvaarden...gaf Hij het vermogen om
kinderen van God te worden'. Dit alles is bewerkt en wordt onophoudelijk
bewerkt ´door de H. Geest'.
´Kinderen van God' zijn immers, zoals de apostel leert, ´allen die zich
laten leiden door de Geest van God'. Het kindschap door goddelijke
aanneming wordt in de mensen geboren op grond van het mysterie van de
menswording, dank zij Christus dus, de eeuwige Zoon. Maar de geboorte of
wedergeboorte vindt plaats wanneer God de Vader ´de Geest van zijn Zoon
in ons hart zendt'. Want dan ´ontvangen wij een geest van kindschap
die ons doet roepen: Abba, Vader!' (Rom. 8:15) . Daarom is het
kindschap Gods dat door de heiligmakende genade in de menselijke ziel wordt
gelegd, werk van de H. Geest. ´De Geest zelf bevestigt het getuigenis
van onze geest dat wij kinderen van God zijn. Maar als wij kinderen zijn, dan
ook erfgenamen, en wel erfgenamen van God, tezamen met Christus' (Rom.
8:16 s). De heiligmakende genade is in de mens het beginsel en de bron van het
nieuwe leven: goddelijk, bovennatuurlijk leven.
De schenking van dit nieuwe leven is als het definitieve antwoord van God op de
woorden van de psalmist waarin op zekere wijze de stem van alle schepselen
doorklinkt: ´Als Gij uw Geest zendt, zal alles herschapen worden en
zult Ge het aanschijn van de aarde vernieuwen' (Ps. 104:30) . Hij
die in het mysterie van de schepping aan de mens en aan heelal het leven geeft
in zijn vele zichtbare en onzichtbare vormen, vernieuwt dit ook door het
mysterie van de menswording. Zo wordt hierdoor de schepping vervolmaakt waarin
de krachten van de verlossing doordringen die de mensen en al wat geschapen is
aangrijpen. Dit zegt ons Sint Paulus wiens kosmisch-theologische visie het
woord van de oude psalmist lijkt te hernemen: de schepping ´verlangt
vurig naar de openbaring van Gods kinderen' (Rom. 8:19) ofwel van
hen die God ´tevoren heeft gekend' en ook ´tevoren
bestemd heeft tot gelijkvormigheid met het beeld van zijn Zoon' (Rom.
8:29).
Zo is er een
bovennatuurlijke ´adoptie' van de mensen waarvan de bron de H. Geest is, de
liefde en de gave. Als zodanig wordt Hij aan de mens geschonken. En in de
overvloed van de ongeschapen gave vangt in het hart van ieder mens de speciale
geschapen schenking aan waardoor de mensen ´deel krijgen aan Gods eigen
wezen'. Zo wordt het menselijke leven door deelname doortrokken van het
goddelijke leven en krijgt het ook een goddelijke, bovennatuurlijke dimensie.
Dan is er het nieuwe leven, waarin de mensen door de deelname aan het mysterie
van de menswording 'in de H. Geest toegang hebben tot de Vader'. Er
is dus een nauw verband tussen de Geest die het leven geeft, en de
heiligmakende genade en de vele bovennatuurlijke levenskrachten die hieruit
voortvloeien in de mens: tussen de ongeschapen Geest en de geschapen menselijke
geest.
53 Men kan zeggen dat dit alles onder het grote jubileum
valt. Men dient inderdaad de historische dimensie van het gebeuren, de
buitenkant ervan, te overstijgen. Men moet in de christologische inhoud ervan
doordringen tot de pneumatologische dimensie en met de blik van het geloof de
tweeduizendjarige werking van de Geest der waarheid omvatten, die door de
eeuwen heen uit de schat van de verlossing van Christus heeft geput, aan de
mensen het nieuwe leven heeft gegeven, in hen de ´de aanneming tot kinderen in
de eniggeboren Zoon heeft bewerkt en hen heeft geheiligd, zodat zij met de H.
Paulus kunnen herhalen: ´Wij hebben de Geest ontvangen die van God
komt' .
Maar als men
van dit motief voor het jubileum uitgaat, is het niet mogelijk zich te beperken
tot de tweeduizend jaren die verlopen zijn sinds de geboorte van Christus. Men
dient verder terug te gaan en heel de werking van de H. Geest te omvatten, ook
vóór Christus – vanaf het begin, in heel de wereld en in het bijzonder in het
bestel van het Oude Verbond. Deze werking heeft zich immers op iedere plaats en
in iedere tijd, ja in iedere mens, ontplooid volgens het eeuwige heilsplan dat
haar nauw verbonden heeft met het mysterie van de menswording en de verlossing
dat op zijn beurt zijn invloed reeds uitgeoefend heeft op hen die in de komende
Christus geloofden. Dit wordt op speciale wijze bevestigd in de brief aan de
Efeziërs. Daarom heeft de genade zowel een christologisch als pneumatologisch
karakter wat vooral bewaarheid wordt in hen die Christus uitdrukkelijk
aanhangen: ´In Hem (in Christus) zijt gij ook... verzegeld met de H.
Geest der belofte, die het onderpand is van onze erfenis, tot verlossing van
Gods eigen volk' (Ef. 1:13 s) .
Maar steeds in het vooruitzicht van het grote jubileum moeten wij ook ver ´in
de breedte' kijken en gaan, in de wetenschap dat ´de wind
blaast waarheen hij wil', volgens het beeld dat Jezus gebruikt heeft in zijn
gesprek met Nicodemus. Het Tweede Vaticaans Concilie dat zijn aandacht vooral
op het thema van de Kerk heeft gericht, herinnert ons aan de werking van de H.
Geest ook ´buiten' het zichtbare lichaam van Christus. Het spreekt van ´alle
goedwillende mensen, in wier hart de genade op onzichtbare wijze werkt. Daar
Christus immers voor allen gestorven is en daar er voor alle mensen slechts één
uiteindelijke roeping is, namelijk een goddelijke, moeten wij eraan vasthouden,
dat de H. Geest aan allen de mogelijkheid schenkt om, op een wijze die aan God
bekend is, aan dit paasmysterie deel te hebben'.
54 ´God is geest, en wie Hem aanbidden, moeten Hem in geest en
waarheid aanbidden' (Joh.
4:24) . Deze woorden heeft Jezus gesproken in een ander heilzaam gesprek,
dat met de Samaritaanse. Het grote jubileum dat gevierd zal worden aan het
einde van dit millennium en het begin van het volgende, moet een krachtige
oproep betekenen, gericht aan allen die ´God in geest en waarheid aanbidden'.
Het moet voor allen een bijzondere gelegenheid zijn om na te denken over het
mysterie van de drie-ene God, die in zichzelf geheel transcendent is ten
opzichte van de wereld, speciaal van de zichtbare wereld; Hij is immers
volmaakte Geest: ´God is Geest' (Ibid.) Tegelijk is Hij op bewonderenswaardige
wijze niet slechts deze wereld nabij, maar hierin ook aanwezig en in zekere zin
immanent; Hij doordringt haar en maakt haar van binnen uit levend.
Dit geldt
bijzonder voorde mens: God is in het innerlijk van zijn wezen als gedachte,
geweten en hart; een psychologische en ontologische werkelijkheid bij de
beschouwing waarvan Sint Augustinus zei dat Hij ´interior intimo meo' –
dieper in mij dan mijn eigen innerlijk – is. Deze woorden helpen ons beter de
woorden te begrijpen die Jezus tot de Samaritaanse heeft gericht: ´God is
geest'. Alleen de Geest kan interior intimo meo zijn, hetzij in het wezen
hetzij in de geestelijke ervaring; alleen de Geest kan zozeer immanent zijn in
de mens en in de wereld, terwijl Hij onaantastbaar en onveranderlijk blijft in
zijn absolute transcendentie. Maar in Jezus Christus is de goddelijke
tegenwoordigheid in de wereld en in de mens op een nieuwe en zichtbare wijze
verschenen. In Hem is waarlijk ´de genade verschenen'.
De liefde van
God de Vader, gave, oneindige genade, beginsel van leven, is verschenen in
Christus, en in zijn mensheid is zij ´deel' uit gaan maken van het heelal, van
het menselijke geslacht, van de geschiedenis. Deze ´verschijning' van de genade
in de mensengeschiedenis door Jezus Christus heeft zich voltrokken door het
werk van de H. Geest, die het beginsel is van heel het heilswerk van God in de
wereld: Hij, de verborgen God', die als liefde en gave ´het
aardrijk vervult'. Heel het leven van de Kerk dat zich in het grote jubileum
uiten zal, betekent de verborgen God tegemoet gaan: de Geest die het leven
geeft, tegemoet gaan.
3 De H.
Geest in het innerlijke conflict van de mens: het vlees begeert tegen de Geest
en de Geest tegen het vlees
55 Het blijkt helaas uit de heilsgeschiedenis dat deze komst
en deze aanwezigheid van God in de mens en de wereld, de bewonderenswaardige
nederdaling van de Geest in onze menselijke realiteit verzet en tegenstand
ontmoet. Hoe welsprekend zijn in dit opzicht de profetische woorden van de oude
Simeon die in Jeruzalem door de Geest gedreven naar de tempel was gekomen om
tegenover de Nieuwgeborene van Bethlehem te verkondigen dat ´Hij
bestemd is tot val of opstanding van velen in Israël, tot een teken dat
weersproken wordt' (Lc. 2:27.34) . Het verzet tegen God die
onzichtbare Geest is, ontstaat in zekere mate reeds op het gebied van het
radicale verschil tussen de wereld en Hem, tussen haar ´zichtbaarheid' en
´stoffelijkheid' en Hem, ´onzichtbare' en ´absolute Geest'; tussen de
onvermijdelijke onvolmaaktheid die haar wezen eigen is, en Hem, het
allervolmaaktste wezen. Maar de tegenstand wordt conflict, opstand op ethisch
gebied, door de zonde die bezit neemt van het menselijke hart, waarin ´het
vlees begeert tegen de Geest en de Geest tegen het vlees' (Gal. 5:17) .
Van deze zonde
moet de H. Geest ´de wereld het overtuigend bewijs leveren', zoals
wij gezegd hebben. De H. Paulus beschrijft op bijzonder welsprekende wijze de
spanning en de strijd die het mensenhart in beroering brengen. ´Ik bedoel
dit', lezen wij in de brief aan de Galaten, ´leef naar de Geest,
dan zult ge de begeerte van het vlees niet volvoeren. Want het vlees begeert
tegen de Geest en de Geest tegen het vlees, want zij zijn elkaars
tegenstanders, zodat ge niet doet, wat ge zoudt willen' (Gal. 5:16 s) .
Er bestaat reeds een zekere spanning, er is reeds een zekere strijd tussen het
streven van de ´geest' en van het ´vlees in de mens als samengesteld,
geestelijk-lichamelijk wezen. Maar in feite behoort dit tot de erfenis van de
zonde, is het daar een gevolg en tevens een bevestiging van. Het maakt deel uit
van de dagelijkse ervaring. Zoals de apostel schrijft: ´De uitingen van
het vlees zijn bekend: ontucht, onreinheid, losbandigheid... drinkgelagen,
orgieën, en dergelijke'. Dit zijn de zonden die men ´vleselijk' zonden zou
kunnen noemen. Maar de apostel voegt er nog andere aan toe: ´vijandschap,
twist, uitbarstingen van woede, intriges, ruzies, partijschappen, jaloersheden'.
Dit alles vormt ´de werken van het vlees'.
Maar tegenover deze ongetwijfeld slechte werken stelt Paulus ´de
vruchten van de Geest': ´liefde, vreugde, vrede, geduld, vriendelijkheid,
goedheid, trouw, zachtheid, ingetogenheid' (Gal. 5:22 s) . Uit de
context blijkt duidelijk dat het voor de apostel niet gaat om discriminatie en
veroordeling van het lichaam, dat met de geestelijke ziel de natuur van de mens
en zijn persoonlijk wezen vormt; hij spreekt integendeel over de werken – of
beter over de blijvende gesteltenissen, deugden en ondeugden – die zedelijk
goed of slecht zijn, die vrucht zijn van onderwerping aan (in het eerste geval)
of verzet tegen (in het tweede geval) het heilshandelen van de H. Geest. Daarom
schrijft de apostel: ´Daar wij leven door de Geest, willen wij ook
leven volgens de Geest' (Gal. 5:25) . En in andere
passages: ´Zij die leven volgens het vlees, zinnen op wat het vlees
wil. Die geleid worden door de Geest, zinnen op de dingen van de Geest'; ´uw
bestaan wordt... beheerst... door de Geest, omdat de Geest van God in u woont' De
tegenstelling die de H. Paulus vaststelt tussen het leven ´volgens de
Geest' en het leven ´volgens het vlees', brengt een
verdere tegenstelling voort: die tussen het ´leven' en
de ´dood'. ´Het streven van het vlees loopt uit op de dood,
het streven van de Geest op leven en vrede'; vandaar de waarschuwing: ´Als
gij volgens het vlees leeft, zult gij zeker sterven. Maar als gij door de Geest
de praktijken van de zelfzucht doodt, zult gij leven' (Rom. 8: 6.13).
Welbeschouwd is dit een aansporing om in de waarheid te leven, dus volgens de
eisen van het rechte geweten; tegelijk is het een belijdenis van het geloof in
de Geest der waarheid, in Hem die het leven geeft. Het lichaam is
inderdaad ´door de zonde de dood gewijd, maar uw geest leeft dank zij
de gerechtigheid'; ´wij zijn dus schuldenaars, maar niet van het vlees, om naar
het vlees te leven' (Rom. 8:10.12) . Wij zijn eerder
schuldenaars van Christus die in het paasmysterie onze rechtvaardiging bewerkt
heeft en voor ons de H. Geest verworven heeft: ´Wij zijn gekocht en de
prijs is betaald'.
De ontologische
dimensie (het vlees en de geest), de ethische dimensie (het morele goed en
kwaad) en de pneumatologische dimensie (de werking van de H. Geest in de orde
van genade) grijpen in de teksten van Sint Paulus in elkaar en doordringen
elkaar. Zijn woorden (vooral in de brieven aan de Romeinen en aan de Galaten)
doen ons de omvang kennen en aanvoelen van de spanning en de strijd die zich
ontplooien in de mens tussen de openheid voor de werking van de H. Geest en het
verzet en de weerstand tegen Hem, tegen zijn heilsgave. Tegenover elkaar staan,
van de kant van de mens, zijn beperktheid en zondigheid, knelpunten van zijn
psychologische en ethische werkelijkheid, en, van de kant van God, het mysterie
van de gave, het onophoudelijke schenken van het goddelijke leven in de H.
Geest. Aan wie zal de overwinning zijn? Aan degene die de gave zal hebben weten
te ontvangen.
56 De weerstand tegen de H. Geest, waarvan de H. Paulus de
innerlijke en subjectieve dimensie benadrukt als spanning, strijd en opstand in
het menselijke hart, vindt helaas in de verschillende tijdperken van de
geschiedenis en speciaal in het moderne tijdvak zijn uiterlijke dimensie,
doordat hij concrete gestalte aanneemt als inhoud van cultuur en beschaving,
als filosofisch systeem, als ideologie, als program van actie en van vorming
van het menselijke gedrag. Hij vindt zijn voornaamste uitdrukking in het
materialisme, hetzij in zijn theoretische vorm als denksysteem, hetzij in zijn
praktische vorm als methode van lezing en beoordeling van de feiten en
bovendien als programma van daarop afgestemd gedrag. Het systeem dat deze vorm
van denken, ideologie en praktijk het meest ontwikkeld en tot zijn uiterste
praktische consequenties doorgevoerd heeft, is het dialectisch en historisch
materialisme dat nog steeds erkend wordt als de vitale kern van het marxisme.
Principieel en
in feite sluit het marxisme radicaal de aanwezigheid en de werking van God die
geest is, uit in de wereld en vooral in de mens, om de fundamentele reden dat
het zijn bestaan niet aanneemt, daar het volgens zijn wezen en zijn program een
atheïstisch systeem is. Aan dit verontrustende verschijnsel van onze tijd heeft
het Tweede Vaticaans Concilie enige belangrijke bladzijden gewijd: het atheïsme.
Ook al kan men niet in een enkele betekenis van atheïsme spreken noch het
uitsluitend herleiden tot de materialistische filosofie, aangezien er
verschillende vormen van atheïsme bestaan en men wellicht kan zeggen dat de
term dikwijls in meer betekenissen wordt gebruikt, toch is het zeker dat een
echt en eigenlijk materialisme, bedoeld als theorie die de werkelijkheid
verklaart, en opgevat als hoofdbeginsel voor het persoonlijk en maatschappelijk
handelen, een atheïstisch karakter heeft. De horizon waartegen zijn waarden en
doelstellingen voor het handelen zich aftekenen, is nauw verweven met de
interpretatie van de gehele werkelijkheid als “materie”.
Als het soms
ook over de “geest” en over de “vraagstukken van de geest” spreekt,
bijvoorbeeld op het gebied van de cultuur of de moraal, dan doet het dit
slechts voor zover het bepaalde feiten als afgeleid van de materie beschouwt,
welke volgens dit systeem de enige en uitsluitende vorm van zijn is. Hieruit
volgt dat volgens deze interpretatie de godsdienst alleen maar opgevat kan
worden als een soort “idealistische illusie” die bestreden moet worden op de
wijzen en met de methoden die het meest geschikt zijn volgens de plaatsen en de
historische omstandigheden, om haar uit de maatschappij en uit het hart van de
mens te bannen.
Daarom kan men zeggen dat het materialisme de systematische en consequente
ontwikkeling is van het “verzet” en de tegenstand die door de H. Paulus
aangeduid zijn met de woorden “het vlees begeert tegen de Geest”. Deze
conflictsituatie is echter wederkerig, zoals de apostel doet uitkomen in het
tweede gedeelte van zijn gezegde: “de Geest begeert tegen het vlees”. Wie wil
leven naar de Geest, door diens heilswerk te aanvaarden en daaraan te
beantwoorden, moet de innerlijke en uiterlijke strevingen en aanspraken van het
“vlees” afwijzen, ook in zijn ideologische en historische uitdrukkingsvorm van
antigodsdienstig “materialisme”. Tegen deze achtergrond die zo kenmerkend is
voor onze tijd, moet men het “begeren van de Geest” benadrukken bij de voorbereiding
van het grote jubileum, als een oproep die weerklinkt in de nacht van de nieuwe
adventstijd, aan het eind waarvan “heel de mensheid Gods redding zal
zien” (Lc. 3:6), zoals 2000 jaar geleden.
Deze
mogelijkheid en deze hoop vertrouwt de Kerk toe aan de mensen van nu. Zij weet
dat de ontmoeting-botsing tussen het “begeren tegen de Geest” dat zovele
aspecten van de huidige beschaving kenmerkt, speciaal in bepaalde kringen, en
het “begeren tegen het vlees” met de komst van God, zijn incarnatie, zijn
altijd nieuwe zelfmededeling in de H. Geest, in veel gevallen een dramatisch
karakter kan vertonen en misschien kan verkeren in nieuwe menselijke
nederlagen. Maar zij gelooft vast dat het van Gods kant steeds een
zelfmededeling, een komst is die heil brengt, en meer dan ooit een heilzaam
“aantonen van de zonde” is door de H. Geest.
57 In de paulijnse tegenstelling tussen de “Geest” en het
“vlees” en de “dood” begrepen. Dit is een ernstig probleem en in verband
hiermee moet men onmiddellijk zeggen dat het materialisme als denksysteem in al
zijn vormen de aanvaarding betekent van de dood als definitief einde van het
menselijke bestaan. Alles wat stoffelijk is, is vergankelijk en daarom is het
menselijke lichaam sterfelijk. Als de mens wezenlijk alleen “vlees” is, blijft
de dood voor hem een grens die hij niet kan overschrijden. Dan begrijpt men hoe
men kan zeggen dat het menselijke leven uitsluitend “een bestaan om te sterven”
is. Men moet hieraan toevoegen dat aan de horizon van de huidige beschaving, vooral
van de in technisch-wetenschappelijke zin hoger ontwikkelde beschaving, de
tekenen en de signalen van de dood in grote getale aanwezig zijn. Het volstaat
te denken aan de bewapeningswedloop en aan het daaraan verbonden gevaar van
nucleaire zelfvernietiging.
Van de andere
kant is de ernstige situatie van uitgestrekte gebieden van onze planeet welke
getekend zijn door honger en gebrek die de dood brengen, voor allen steeds
duidelijker geworden. Het gaat om problemen die niet alleen van economische
aard zijn, maar ook en vooral van ethische aard. Maar aan de horizon van ons
tijdperk trekken zich nog donkerdere “tekenen van de dood” samen: de gewoonte
heeft zich verbreid – en op sommige plaatsen dreigt het bijna een instelling te
worden – om menselijke wezens van het leven te beroven nog vóór hun geboorte of
ook voordat zij aan het natuurlijke einde van het leven gekomen zijn. En
ondanks veel edelmoedige inzet voor de vrede zijn er nieuwe oorlogen
uitgebroken die honderdduizenden mensen van het leven of van de gezondheid
beroven. Om niet de aanslagen op het menselijk leven te vergeten door het
terrorisme dat ook op internationale schaal georganiseerd is.
Dit is helaas slechts een gedeeltelijke en onvolledige schets van het
schilderij van de dood dat in ons tijdperk vervaardigd wordt, terwijl wij
steeds dichter bij het einde van het tweede millennium komen. Stijgt uit de
sombere tinten van de materialistische beschaving en vooral uit de “tekenen van
de dood” die zich vermenigvuldigen in het sociologische en historische kader
van die beschaving, soms niet een nieuwe, min of meer bewuste smeekbede op tot
de Geest die het leven geeft? Ook onafhankelijk van de grootte van de
menselijke hoop of wanhoop, alsook van de illusies of het bedrog, voorkomend
uit de verspreiding van de materialistische denk- en levensvormen, blijft in
ieder geval de christelijke zekerheid dat de Geest blaast waarheen Hij wil en
dat wij de “eerstelingen van de Geest” hebben ontvangen. Wij kunnen onderworpen
zijn aan het lijden van de tijd die voorbijgaat, maar “zuchten in ons
innerlijk...wachtend op de verlossing van ons lichaam” ofwel van heel
ons menselijk wezen dat lichamelijk en geestelijk is.
Ja, wij
zuchten, maar in een verwachting vol onvergankelijke hoop, omdat God die Geest
is, tot dit menselijke wezen is gekomen. God de Vader heeft zijn Zoon
gezonden “in de gestalte van het vlees der zonde en omwille van de
zonde: Hij heeft in het vlees zelf de zonde gevonnist” (Rom. 8:3). Op
het hoogtepunt van het paasmysterie is Gods Zoon, die mens is geworden en
gekruisigd is voor de zonden van de wereld, na zijn verrijzenis aan de
apostelen verschenen, heeft over hen geblazen en gezegd: “Ontvangt de H.
Geest”. Dit “blazen” gaat altijd door. En zie “de Geest komt onze
zwakheid te hulp” (Rom. 8:26) .
4 De H.
Geest sterkt het diepste wezen van de mens
58 De Kerk die het getuigenis van de apostelen over de
verrijzenis van Jezus Christus erft en voortzet, verkondigt het mysterie van de
verrijzenis en van Pinksteren en leeft daaruit. Zij getuigt voortdurend van
deze overwinning op de dood, die de kracht van de H. Geest geopenbaard en zijn
nieuwe komst bepaald heeft, zijn nieuwe aanwezigheid in de mensen en de wereld.
In de verrijzenis van Christus heeft de H. Geest zich immers vooral geopenbaard
als degene die het leven geeft: “Hij die Christus Jezus van de doden heeft doen
opstaan, zal ook uw sterfelijk lichaam eenmaal levend maken door de kracht van
zijn Geest, die in u verblijft” (Rom. 8:11). In naam van de verrijzenis
van Christus verkondigt de Kerk het leven dat verschenen is over de grens van
de dood heen, het leven dat sterker is dan de dood. Zij verkondigt tegelijk
degene die dit leven geeft: de levendmakende Geest; zij verkondigt Hem en werkt
met Hem samen om het leven te geven. Want al is “het lichaam...dood door de
zonde, de geest leeft dank zij de gerechtigheid” (Rom. 8:10) , die
bewerkt is door de gekruisigde en verrezen Christus. En in naam van de
verrijzenis van Christus dient de Kerk het leven dat van God zelf komt, in
nauwe vereniging met en in nederige dienst van de Geest.
Juist door deze dienst wordt de mens op steeds nieuwe wijze de “weg van
de Kerk”, zoals ik reeds gezegd heb in de encycliek over Christus, de
Verlosser en nu in deze encycliek herhaal. Verenigd met de Geest is de
Kerk zich bovenal bewust van de werkelijkheid van de innerlijke mens, van wat
in de mens het meest diep en wezenlijk is omdat het geestelijk en
onvergankelijk is. Hierin plant de Geest “die het leven geeft”, de
wortel der onsterfelijkheid”, waaruit het nieuwe leven opkomt: het leven
van de mens in God dat als vrucht van de heilbrengende zelfmededeling van God
in de H. Geest zich alleen ontwikkelen en versterken kan onder zijn werking.
Daarom wendt de apostel zich tot God ten gunste van de gelovigen tegenover wie
hij verklaart: “Ik buig mijn knieën voor de Vader...Moge Hij u...geven
dat uw diepste wezen machtig door zijn Geest wordt gesterkt”.
Onder de invloed van de H. Geest wordt dit diepste wezen van de mens, de
“geestelijke” mens, rijp en sterk. Dank zij de goddelijke zelfmededeling
ontmoet de menselijke geest die “de geheimen van de mens” kent,
die “Geest die de diepste geheimen van God doorgrondt”. In deze
Geest die de eeuwige gave is, opent de drie-ene God zich voor de mens, voor de
menselijke geest. De verborgen inspiratie van de goddelijke Geest maakt dat de
menselijke geest op zijn beurt zich openstelt voor God die heil brengt en
heilig maakt. Door de gave van de genade die van de Geest komt, treedt de mens
binnen in “een nieuw leven”, wordt hij binnengeleid in de bovennatuurlijke
werkelijkheid van het goddelijke leven en wordt hij “verblijf van de H.
Geest”, “levende tempel van God”. Want door de H. Geest komen de Vader en
de Zoon tot hem en nemen Zij verblijf bij hem. In de genadegemeenschap met
de Drie-eenheid breidt de “levensruimte” van de mens zich uit en wordt deze
verheven tot het bovennatuurlijke niveau van het goddelijke leven. De mens
leeft in God en van God: hij leeft “volgens de Geest” en “zint op de dingen van
de Geest”.
Die Heer is en leven geeft - encycliek van Paus Johannes Paulus II (2)
DEEL 2:
De Geest die de wereld het overtuigend bewijs levert van wat zonde is
1 Zonde,
gerechtigheid en oordeel
27 Toen Jezus tijdens zijn rede in het cenakel de komst van de
H. Geest aankondigde 'tegen de prijs' van zijn heengaan en
beloofde: 'Nu Ik wel ga, zal Ik Hem tot u zenden', voegde Hij er juist
in dezelfde context aan toe: 'Eenmaal gekomen zal Hij de wereld het overtuigend
bewijs leveren van wat zonde, gerechtigheid en oordeel is' (Joh. 16:7s) .
De Helper en Geest der waarheid die beloofd is als degene die 'zal leren' en 'in herinnering zal brengen', die 'getuigenis zal afleggen', die 'tot de volle
waarheid zal brengen', wordt met de geciteerde woorden aangekondigd als degene
die 'de wereld het overtuigend bewijs zal leveren van wat zonde, gerechtigheid
en oordeel is'. Ook de context lijkt veelbetekenend. Jezus verbindt deze
aankondiging van de H. Geest met de woorden die zijn 'heengaan' door middel van
het kruis aanduiden en er de noodzaak van onderstrepen: 'Het is goed
voor u dat Ik heenga; want als Ik niet heenga, zal de Helper niet tot u komen' (Joh.
16: 7). Maar nog belangrijker is de uitleg die Jezus zelf geeft van deze drie
woorden: zonde, gerechtigheid en oordeel.
Hij zegt
immers: 'Hij zal de wereld het overtuigend bewijs leveren van wat zonde
is, omdat zij niet in Mij geloven; van wat gerechtigheid is, omdat Ik naar de
Vader ga, zodat gij Mij niet meer ziet; van wat oordeel is, omdat de vorst deze
wereld geoordeeld is' (Joh. 16:8-11) . In Jezus' gedachte hebben
de zonde, de gerechtigheid en het oordeel een zeer nauwkeurige betekenis die
verschilt van de betekenis die men wellicht geneigd zou zijn aan deze woorden
toe te kennen onafhankelijk van de uitleg van degene die spreekt. Deze uitleg
geeft bovendien aan hoe men dit 'de wereld het overtuigend bewijs leveren' dat
eigen is aan de werking van de H. Geest, dient te verstaan. Zowel de betekenis
van de afzonderlijke woorden als het feit dat Jezus ze met elkaar verbonden
heeft in één en dezelfde zin, is hier belangrijk. 'De zonde' betekent in deze
passage het ongeloof dat Jezus ontmoette onder de 'zijnen', het eerst bij de
stadgenoten van Nazaret.
Het betekent de
afwijzing van zijn zending, welke de mensen er toe brengen zal Hem ter dood te
veroordelen. Als Hij vervolgens spreekt over 'de gerechtigheid', lijkt Hij te
denken aan de uiteindelijke gerechtigheid die de Vader Hem zal laten wedervaren
als Hij Hem bekleedt met de heerlijkheid van de verrijzenis en de hemelvaart: 'Ik ga naar de Vader'. In de context van de zo begrepen 'zonde' en 'gerechtigheid' betekent 'het oordeel' alleen de 'vorst dezer wereld' betreft,
Satan dus, degene die vanaf het begin het werk van de schepping misbruikt tegen
het heil, tegen het verbond en de vereniging van de mens met God: hij is 'reeds
geoordeeld' vanaf het begin. Als de Geest-Helper de wereld het overtuigend
bewijs moet leveren van wat oordeel is, dan is dit om zo het heilswerk van
Christus in de wereld voort te zetten.
28 Wij willen hier onze aandacht vooral richten op deze
zending van de H. Geest om 'de wereld het overtuigend bewijs te leveren van wat
zonde is', maar onder inachtneming van de algemene context van de woorden van
Jezus in het cenakel. De H. Geest die van de Zoon het werk van de verlossing
van de wereld aanneemt, neemt daarmee tegelijk de heilbrengende taak op zich 'de zonde aan te tonen'. Dit aantonen staat steeds in verbinding met de 'gerechtigheid',
dat wil zeggen met het definitieve heil in God, met de voltooiing van de
heilseconomie die als middelpunt de gekruisigde en verrezen Christus heeft. En
deze heilseconomie van God onttrekt de mens in zekere zin aan het 'oordeel',
aan de veroordeling dus waarmee de zonde van Satan, 'de vorst dezer wereld', is
getroffen, de zonde van hem die vanwege zijn zonde 'beheerser van deze wereld
van duisternis' is geworden. Zo openen zich dor de verbinding met het 'oordeel' wijde perspectieven voor het begrip van de 'zonde' en ook van de 'gerechtigheid'. De H. Geest die tegen de achtergrond van het kruis van
Christus de zonde in de heilseconomie aantoont (de zonde die men 'de verloste
zonde' zou kunnen noemen), maakt duidelijk hoe het zijn zending is ook de zonde 'aan te tonen' die reeds definitief veroordeeld is ('de veroordeelde zonde').
29 Alle woorden, die de Verlosser uitgesproken heeft in het
cenakel op de vooravond van zijn lijden, worden opgetekend in de tijd van de
Kerk: allereerst de woorden over de H. Geest als Parakleet en Geest der
waarheid. Zij worden daarin op steeds nieuwe wijze opgetekend, in iedere
generatie, in ieder tijdperk. Dit is, wat onze eeuw betreft, bevestigd door het
geheel van het onderricht van het Tweede Vaticaans Concilie en speciaal door de
pastorale constitutie 'Gaudium et Spes'. Vele teksten van dit document
tonen duidelijk aan dat het Concilie dat zich opengesteld heeft voor het licht
van de Geest der waarheid, verschijnt de authentieke bewaarnemer van de
aankondigingen en de beloften die Christus aan de apostelen en de Kerk gedaan
heeft in de afscheidsrede: in het bijzonder van de aankondiging dat de H. Geest 'de wereld het overtuigend bewijs' moet 'leveren van wat zonde, gerechtigheid
en oordeel is'. Dit toont reeds de tekst aan waarin het Concilie uitlegt hoe
het de 'wereld' verstaat:
'De wereld
van de mensen staat het Concilie dus voor ogen, die is de gehele mensenfamilie
met het geheel van de aardse dingen waarin zij leeft. Een wereld dus die het
toneel van de geschiedenis van de mensheid is, gekenmerkt door naarstige
toeleg, door nederlagen en overwinningen; een wereld waarvan de christenen
geloven dat zij uit liefde door de Schepper is geschapen en in stand wordt
gehouden; dat zij wel in de macht van de zonde is geraakt, maar door de
kruisdood en verrijzenis van Christus, die daardoor de macht van de boze heeft
gebroken, is bevrijd om volgens Gods heilsbedoeling te worden omgevormd en haar
uiteindelijke voltooiing te bereiken'
Onder
verwijzing naar deze zeer synthetische tekst moet men de andere passages van de
constitutie lezen die met heel de werkelijkheidszin van het geloof de situatie
van de zonde in de huidige wereld trachten duidelijk te maken en ook proberen
haar wezen vanuit verschillende gezichtspunten te verklaren.
Als Jezus op de vooravond van Pasen spreekt over de H. Geest als degene die 'de
wereld het overtuigend bewijs zal leveren van wat zonde is', dan moet men van
de ene kant hieraan de grootst mogelijke strekking geven welke alle zonden in
de geschiedenis van de mensheid omvat. Maar als Jezus uitlegt dat deze zonde
bestaat in het feit dat 'zij niet in Hem geloven', lijkt de strekking zich van
de andere kant te beperken tot hen die de Messiaanse zending van de Mensenzoon
hebben verworpen en Hem tot de dood aan het kruis hebben veroordeeld. Maar men
kan moeilijk nalaten op te merken hoe deze meer beperkte en historisch bepaalde
strekking van de betekenis van de zonde zich verwijdt en tenslotte een
universele omvang aanneemt op grond van de universaliteit van de verlossing,
dat volbracht is door middel van het kruis. De openbaring van het mysterie van
de verlossing opent de weg naar een begrip waarin elke zonde, waar en wanneer
ook bedreven, in verbinding wordt gebracht met het kruis van Christus en dus indirect
ook met de zonde van hen die 'niet in Jezus Christus geloofd hebben' en Hem
veroordeeld hebben tot de dood aan het kruis.
Vanuit dit gezichtspunt is het nodig terug te keren naar het pinkstergebeuren.
2 Het
getuigenis van Pinksteren
30 Op de dag van Pinksteren vond alles wat Christus in de
afscheidsrede aangekondigd had, zijn meest precieze en directe bevestiging, in
het bijzonder de aankondiging waarover wij nu spreken: 'De Helper zal de wereld
het overtuigend bewijs leveren van wat zonde is'. Op die dag daalde de beloofde
H. Geest neer over de apostelen die samen met Maria, de Moeder van Jezus, in
gebed verenigd waren in hetzelfde cenakel, zoals wij in de Handelingen van de
Apostelen lezen: 'Zij werden allen vervuld van de H. Geest en begonnen
in vreemde talen te spreken, naargelang de Geest hun te vertolken gaf' (Hand.
2:4). 'Zo bracht Hij de verstrooide stammen weer bijeen en bood Hij aan de
Vader de eerstelingen van alle naties aan'.
Het verband tussen de aankondiging en deze gebeurtenis is duidelijk. Wij zien
daarin de eerste en fundamentele vervulling van de belofte van de Parakleet.
Hij komt, gezonden door de Vader, na en tegen de prijs van het heengaan van
Christus. Dit heengaan is eerst een heengaan door middel van de kruisdood en
vervolgens, veertig dagen later, door middel van de hemelvaart. Op het ogenblik
van de hemelvaart beval Jezus aan de apostelen 'Jeruzalem niet te
verlaten maar de belofte van de Vader af te wachten'; 'gij zult over enkele
dagen gedoopt worden met de H. Geest ... die over u komt, om mijn getuigen te
zijn in Jeruzalem, in geheel Judea en Samaria en tot het uiteinde der aarde' (Hand.
1:4.5.8).
De laatste woorden bevatten een echo van de aankondiging in het cenakel. Op
Pinksteren wordt deze aankondiging heel precies verwezenlijkt. Petrus handelt
onder de invloed van de H. Geest, die de apostelen tijdens het gebed in het
cenakel ontvangen hebben; hij vertoont zich aan de menigte mensen van
verschillende talen die samengekomen waren voor het feest, en spreekt. Hij
verkondigt datgene wat hij daarvoor zeker niet de moed gehad zou hebben te
zeggen: 'Mannen van Israël...Jezus de Nazareeër was een man wiens
zending tot u van Godswege bekrachtigd is. Gij kent immers zelf de machtige
daden, wonderen en tekenen, die God door Hen onder u heeft verricht. Hem, die
volgens Gods vastgestelde raadsbesluit en voorkennis is uitgeleverd, hebt gij
door de hand van goddelozen aan het kruis genageld en gedood. Maar God heeft
Hem ten leven opgewekt na de smarten van de dood te hebben ontbonden; want het
was onmogelijk dat Hij daardoor werd vastgehouden' (Hand. 2:22-24) .
Jezus had voorgezegd en beloofd: 'Hij (de H. Geest) zal over Mij getuigenis
afleggen. Maar ook gij moet getuigen...'. Het is duidelijk dat het begin van
dit 'getuigenis' de eerste redevoering van Petrus te Jeruzalem is: het
getuigenis over de gekruisigde en verrezen Heer; het getuigenis van de
Geest-Parakleet en van de apostelen. En in de inhoud van dit eerste getuigenis 'levert' de Geest der waarheid door de mond van Petrus 'het overtuigend bewijs
van wat zonde is': allereerst wat de zonde betreft die de verwerping van de
Christus is tot aan de terdoodveroordeling, tot aan het kruis op Golgotha.
Volgens de tekst van de Handelingen der Apostelen zullen verklaringen met
overeenkomstige inhoud zich herhalen bij andere gelegenheden en op
verschillende plaatsen.
31 Vanaf dit eerste getuigenis op Pinksteren is de werking van
de Geest der waarheid, die 'de wereld het overtuigend bewijs levert van de
zonde' van de verwerping van Christus, stelselmatig verbonden met het
getuigenis over het paasmysterie: het mysterie van de Gekruisigde en Verrezene.
En in deze verbinding openbaart het 'aantonen van de zonde' zijn heilsdimensie.
Want het is een 'aantonen' dat niet alleen maar tot doel heeft de wereld aan te
klagen en nog minder haar te veroordelen. Jezus Christus is niet in de wereld
gekomen om haar te oordelen en te veroordelen maar om haar te redden. Dit wordt
reeds benadrukt in de eerste apostolische redevoering op Pinksteren. Petrus
roept uit: 'Voor heel het huis van Israël moet dus onomstotelijk vaststaan,
dat God Hem en Heer en Christus heeft gemaakt, die Jezus die gij gekruisigd
hebt' (Hand. 2:36).
En als de
aanwezigen vervolgens vragen: 'Wat moeten wij doen, mannen broeders?',
antwoordt Petrus: 'Bekeert u en iedere van u late zich dopen in de naam
van Jezus Christus tot vergeving van uw zonden. Dan zult gij als gave de H.
Geest ontvangen' (Hand. 2:37s) Op deze wijze wordt het 'aantonen
van de zonde' tevens een aantonen van vergiffenis van de zonden, uit kracht van
de H. Geest. In zijn redevoering te Jeruzalem spoort Petrus tot bekering aan,
zoals Jezus zijn toehoorders aanspoorde aan het begin van zijn Messiaanse
activiteit. De bekering vereist dat men de zonde onderkent en zij sluit een
innerlijk oordeel van het geweten in. Dit oordeel dat een bewijs is van de
werking van de Geest der waarheid in het innerlijk van de mens, wordt tegelijk
het nieuwe begin van de gave van de genade en de liefde: 'Ontvangt de H.
Geest' (Joh. 20:22). Zo ontdekken wij in het 'aantonen van de zonde' een tweevoudige schenking: de gave van de waarheid van het geweten en de gave
van de waarheid van het geweten en de gave van de zekerheid van de verlossing.
De Geest der waarheid en de Helper.
Het 'aantonen van de zonde' door middel van het dienstwerk van de apostolische
verkondiging in de beginnende Kerk wordt – onder de aandrang van de Geest die
op Pinksteren is uitgestort – in verband gebracht met de verlossende kracht van
de gekruisigde en verrezen Heer. Zo wordt de belofte over de H. Geest die voor
Pasen is gedaan, vervuld: 'Hij zal aan u verkondigen wat Hij van Mij
ontvangen heeft'. Als Petrus dus tijdens het pinkstergebeuren spreekt
over de zonde van hen die 'niet geloofd hebben' en Jezus van
Nazaret uitgeleverd hebben aan een smadelijke overwinning die in zekere zin
behaald is door middel van de grootste zonde die de mens kon bedrijven: het
doden van Jezus, de Zoon van God, één in wezen met de Vader!
Op gelijke
wijze overwint de dood van de Zoon van God de dood van de mens: 'Ero
mors tua, o mors' – 'Ik zal uw dood zijn, o dood' – (Hos. 13:14),
zoals de zonde van de kruisiging van de Zoon van god de menselijke zonde 'overwint'! De zonde die bedreven werd te Jeruzalem op Goede Vrijdag – en ook
iedere zonde van de mens. Op de grootste zonde van de mens antwoordt de
Verlosser immers in zijn hart met de gave van de hoogste liefde die het kwaad
van alle zonden van de mensen overtreft. Op grond van dit vaste geloof aarzelt
de Kerk niet ieder jaar in de Romeinse liturgie gedurende de paaswake te
herhalen: 'O, felix culpa!' – 'o, gelukkige schuld!' -, in de lofzang
van de diaken op de verrijzenis, het 'Exsultet'.
32 Maar niemand anders kan 'de wereld', de mens,
het menselijk geweten 'het overtuigend bewijs leveren' van
deze onuitsprekelijke waarheid dan Hijzelf, de Geest der waarheid. Hij is de
Geest die 'de diepste geheimen van God doorgrondt'. Tegenover het
mysterie van de zonde is het nodig 'de diepste geheimen van God' tot op de
bodem te doorgronden. Het is niet voldoende het menselijke geweten, het
innerlijke mysterie van de mens, te doorgronden, maar het is nodig door te
dringen in het innerlijke mysterie van God, in die 'diepste geheimen' van God
die samengevat worden in de synthese: aan de Vader – in de Zoon – door de H.
Geest. Het is juist de H. Geest die ze doorgrondt en er het antwoord van God op
de zonde van de mens in vindt. Met dit antwoord wordt het proces van het 'aantonen van de zonde' afgesloten zoals het pinkstergebeuren duidelijk maakt.
Door de 'wereld' het overtuigend bewijs te leveren van de zonde van Golgota,
van de dood van het onschuldige Lam, zoals op Pinksteren gebeurt, toont de H.
Geest ook iedere zonde aan, waar en wanneer ook bedreven in de mensengeschiedenis:
want Hij toont het verband ervan aan met het kruis van Christus.
Het 'overtuigend bewijs leveren' is het aantonen van het kwaad van de zonde, van
iedere zonde, in verbinding met het kruis van Christus. Als de zonde in dit
verband wordt gezien, dan wordt zij onderkend in heel de omvang van het kwaad
die haar eigen is door het mysterium iniquitatis – het geheim van het kwaad
– dat zij in zich bevat en verbergt. De mens kent deze omvang niet –
op geen enkele wijze, tenzij in het kruis van Christus. Daarom kan zij hem niet 'aangetoond' worden tenzij door de H. Geest: de Geest der waarheid, maar ook de
Helper.
In verbinding met het kruis van Christus wordt de zonde tegelijk onderkend in
de volle omvang van het mysterium pietatis – het geheim van
het geloof – , zoals de postsynodale apostolische
exhortatie Reconciliatio et paenitentia heeft aangegeven. Ook
dezelfde dimensie van de zonde kent de mens alleen door het kruis van Christus.
En dit kan de mens ook alleen maar 'aangetoond' worden door de H. Geest: door
Hem die 'de diepste geheimen van God doorgrondt'.
3 Het
getuigenis over het begin: de oorspronkelijke realiteit van de zonde
33 Dit is de dimensie van de zonde die wij aantreffen in het
getuigenis over het begin dat opgetekend is in het boek Genesis. Het is de
zonde die volgens het woord van de goddelijke openbaring het begin en de wortel
van alle zonden vormt. Wij staan tegenover de oerwerkelijkheid van de zonde in
de mensengeschiedenis en tevens in het geheel van het heilsbestel. Men kan
zeggen dat in deze zonde het mysterium iniquitatis begint, maar ook dat dit de
zonde is ten opzichte waarvan de verlossende kracht van het mysterium pietatis
bijzonder doorzichtige en werkdadig wordt. Dit drukt Sint Paulus uit als hij
tegenover de 'ongehoorzaamheid' van de eerste Adam de 'gehoorzaamheid' van
Christus, de tweede Adam, stelt: 'de gehoorzaamheid tot aan de dood'.
Volgens het getuigenis over het begin geschiedt de zonde in haar oervorm in de
wil – en in het geweten – van de mens allereerst als 'ongehoorzaamheid',
namelijk als verzet van de wil van de mens tegen de wil van God. Deze
oorspronkelijke ongehoorzaamheid veronderstelt de weigering of minstens de
afkeer van de waarheid die vervat is in het woord van God die de wereld schept.
Dit woord is het Woord dat 'in het begin....bij God' was,
dat 'God was' en zonder wie 'niets is geworden van wat
geworden is', aangezien 'de wereld door Hem geworden was'.
Dit Woord is
ook de eeuwige wet, de bron van alle wetten, die de wereld regelt en special
het menselijk handelen. Toen Jezus Christus dus op de vooravond van zijn lijden
sprak over de zonde van hen die 'niet in Hem geloven', weerklonk in deze
smartelijke woorden als het ware een verre echo van de oerzonde die op duistere
wijze binnendringt in het mysterie van de schepping. Want degene die sprak, is
niet alleen de Mensenzoon maar tevens de 'eerstgeborene van heel de
schepping', 'want in Hem is alles geschapen:...door Hem en voor Hem'. In
het licht van deze waarheid begrijpt men dat de 'ongehoorzaamheid' in het
mysterie van het begin in zekere zin hetzelfde 'ongeloof', hetzelfde 'ze hebben
niet geloofd', veronderstelt dat zich zal herhalen ten opzichte van het
paasmysterie.
Zoals gezegd
gaat het om de weigering of tenminste om de afkeer van de waarheid die vervat
is in het Woord van de Vader. De weigering drukt zich praktisch uit als 'ongehoorzaamheid',
in een daad die gesteld is als gevolg van de verzoeking welke van de 'vader
van de leugen' komt. De wortel van de zonde van de mens is dus de
leugen als radicale weigering van de waarheid die vervat is in het Woord van de
Vader door wie de liefderijke almacht van de Schepper zich uitdrukt: de almacht
en de liefde 'van God de Vader, Schepper van hemel en aarde'.
34 'De Geest van God' die
volgens de Bijbelse beschrijving van de schepping 'over de wateren
zweefde', duidt dezelfde Geest aan als de 'Geest die de diepste geheimen
van God doorgrondt'; Hij doorgrondt de diepste geheimen van de Vader en van het
Woord, de Zoon, in het mysterie van de schepping. Hij is niet slechts de
directe getuige van hun wederzijdse liefde waaruit de schepping voortkomt, maar
Hij is zelf deze liefde. Hij is zelf, als liefde, de eeuwige ongeschapen gave.
Hij is de bron en het begin van iedere gave aan de schepselen. Het getuigenis
over het begin dat wij in heel de openbaring vinden, te beginnen met het boek
Genesis, is op dit punt eenstemmig. Scheppen wil zeggen: uit het niet tot het
bestaan roepen; scheppen wil dus zeggen: het bestaan schenken. En als de
zichtbare wereld geschapen wordt voor de mens, dan wordt de wereld aan de mens
geschonken.
Tegelijk
ontvangt de mens in zijn eigen mensheid een bijzonder 'beeld en gelijkenis' van
God ten geschenke. Dit betekent niet alleen rede en vrijheid als constitutieve
eigenschappen van de menselijke natuur, maar ook, vanaf het begin, vermogen tot
een persoonlijke betrekking met God, als 'ik' en 'U', en dus vermogen tot het
verbond dat tot stand zal komen in het heil waarmee God zich aan de mens
mededeelt. Tegen de achtergrond van het 'beeld en de gelijkenis' van God
betekent 'de gave van de Geest' tenslotte roeping tot de vriendschap waarin de
transcendente 'diepste geheimen van God' in zekere zin geopend worden voor de
deelname van de mens. Het Tweede Vaticaans Concilie leert: 'De
onzichtbare God spreekt uit de overvloed van zijn liefde de mensen aan
als zijn vrienden en gaat met hen om, om hen uit te nodigen tot de
gemeenschap met Hem en hen daarin op te nemen'.
35 Daarom kent de Geest die 'alles doorgrondt, zelfs
de diepste geheimen van God' vanaf het begin 'de geheimen van
de mens' Juist hierom kan alleen Hij ten volle 'de zonde aantonen' die
aan het begin staat, de zonde die de wortel is van alle andere zonden en de
nooit uitdovende haard van de zondigheid van de mens op aarde. De Geest der
waarheid kent de oorspronkelijke realiteit van de zonde die in de wil van de
mens veroorzaakt is op aanzetting van de 'vader van de leugen' –
van hem die reeds 'geoordeeld is'. De H. Geest levert de wereld dus
het overtuigend bewijs van wat zonde is door te verwijzen naar deze 'veroordeling', maar terwijl Hij voortdurend naar de gerechtigheid leidt die
aan de mens geopenbaard is samen met het kruis van Christus: door middel van
de 'gehoorzaamheid tot de dood toe'. Alleen de Geest kan het
overtuigend bewijs leveren van de zonde van het begin van de mens. Juist Hij
die de liefde van de Vader en de Zoon is, die gave is, terwijl de zonde van het
begin van de mens bestaat in de leugen en in de weigering van de gave en de
liefde die in het begin van de wereld en de mens bepaald hebben.
36 Volgens het getuigenis over het begin dat wij in de Schrift
en de Traditie vinden, na de eerste (en ook meest volledige) beschrijving ervan
in het boek Genesis, is de zonde in haar oervorm 'ongehoorzaamheid',
wat eenvoudig en direct betekent: overtreding van een door God opgelegd verbod.
Maar in het licht van heel de context is het ook duidelijk dat de wortels van
deze ongehoorzaamheid gezocht moeten worden diep in heel de bestaande situatie
van de mens. De mens die tot het bestaan is geroepen – man en vrouw -, is een
schepsel. Het 'beeld van God' dat in de rede en de vrijheid bestaat, maakt de
grootheid en de waardigheid van het menselijk subject uit dat persoon is.
Maar dit
persoonlijke subject is ook altijd een schepsel: in zijn wezen en bestaan hangt
het van de Schepper af. Volgens het boek Genesis moest 'de boom van de kennis
van goed en kwaad' aan de mens de 'grens' duidelijk maken en voortdurend in
herinnering brengen welke een geschapen wezen niet mag overschrijden. In deze
zin moet het verbod van God verklaard worden: de Schepper verbiedt aan de man
en de vrouw de vruchten te eten van de boom van de kennis van goed en kwaad. De
woorden van de aanzetting, van de verzoeking dus, zoals ze geformuleerd zijn in
de gewijde tekst, verleiden tot overtreding van dit verbod – tot overschrijding
van de grens dus: 'Als u eet van de boom, zullen uw ogen opengaan en
dan zult u gelijk worden aan God ('worden als goden'), door de kennis van goed
en kwaad' (Gen. 3:5).
De 'ongehoorzaamheid' betekent precies de overschrijding van deze grens die de
wil en de vrijheid van de mens als geschapen wezen niet mogen overschrijden.
God de Schepper is immers de enige en beslissende bron van de zedelijke orde in
de wereld die Hij geschapen heeft. De mens kan niet uit zichzelf bepalen wat
goed en wat kwaad is – kan niet 'het goed en het kwaad kennen, zoals God'. Ja,
in de geschapen wereld blijft God de eerste en hoogste bron van de beslissing
over goed en kwaad, door middel van de innerlijke waarheid van het zijn die
weerspiegeling is van het Woord, de eeuwige Zoon die één in wezen met de Vader
is. De H. Geest geeft aan de mens die geschapen is naar het beeld van God, het
geweten ten geschenke, opdat daarin het beeld trouw zijn model kan
weerspiegelen dat de eeuwige wijsheid en wet is, de bron van de morele orde in
de mens en in de wereld.
Als
oorspronkelijke dimensie van de zonde betekent de 'ongehoorzaamheid' afwijzing
van deze bron, door de aanmatiging van de mens onafhankelijke en uitsluitende
bron te worden van de beslissing over goed en kwaad. De Geest die 'de diepste
geheimen van God doorgrondt', en die tevens voor de mens het licht van het
geweten en de bron van de zedelijke orde is, kent in heel haar omvang deze dimensie
van de zonde die binnengedrongen is in het mysterie van het begin van de mens.
En Hij houdt niet op 'de wereld de zonde aan te tonen' in verbinding met het
kruis van Christus op Golgotha.
37 Volgens het getuigenis over het begin heeft God zich in de
schepping geopenbaard als almacht die liefde is. Tegelijk heeft Hij aan de mens
geopenbaard dat hij als 'beeld en gelijkenis' van zijn Schepper geroepen is om
deel te hebben aan de waarheid en de liefde. Deze deelname betekent een leven
in vereniging met God die het 'eeuwige leven' is. Maar de mens
heeft zich onder de invloed van de 'vader van de leugen' onttrokken aan deze
deelname. In welke mate? Zeker niet in de maakt van Satan. De menselijke geest
is niet in staat zo'n maat te bereiken. Men kan in de beschrijving van het boek
Genesis gemakkelijk het verschil in graad opmerken tussen de inblazing van het
kwaad door hem die 'vanaf het begin zondaar is (of in de zonde blijft)' (1
Joh. 3:8) en 'reeds geoordeeld is' (Joh. 16:11), en het
kwaad van de ongehoorzaamheid van de mens.
Maar deze
ongehoorzaamheid betekent ook altijd dat de mens God de rug toekeert en dat de
menselijke vrijheid zich in zekere zin voor Hem afsluit. Het betekent ook dat
deze vrijheid – van het geweten en van de wil van de mens – zicht in zekere
mate openstelt voor degene die de 'vader van de leugen' is. Deze daad van
bewuste keuze is niet slechts 'ongehoorzaamheid' maar sluit ook een zekere
instemming in met de beweegreden die vervat is in de eerste aansporing tot de
zonde en onophoudelijk hernieuwd is in heel de mensengeschiedenis: 'God weet
dat uw ogen open zullen gaan als u eet van die boom, en dat u dan gelijk zult
worden aan God, door de kennis van het kwaad'.
Wij bevinden ons hier in het centrum van wat men zou kunnen noemen het 'anti-Woord', dat wil zeggen de 'anti-waarheid'. Want de waarheid over de mens
wordt vervalst: wie de mens is en welke de grenzen zijn van zijn wezen en
vrijheid die hij niet mag overschrijden. Deze 'anti-waarheid' is mogelijk omdat
tegelijk de waarheid over wie God is, volledig vervalst wordt. God de Schepper
wordt in staat van verdenking gesteld, ja zelfs in staat van beschuldiging, in
het geweten van het schepsel. Voor het eerst in de mensengeschiedenis
verschijnt de perverse 'geest van verdachtmaking'. Hij probeert het Goede zelf,
het absolute Goede, te vervalsen, dat zich juist in het scheppingswerk getoond
heeft als het Goede dat op onuitputtelijke wijze geeft: als bonum diffusivum
sui. Als zich wegschenkend goed, als scheppende liefde. Wie anders kan ten
volle 'de zonde aantonen' ofwel de beweegreden voor de oorspronkelijke
ongehoorzaamheid van de mens, dan degene die alleen de gave is en de bron van
iedere schenking, dan de Geest die 'de diepste geheimen van God doorgrondt' en
de liefde van de Vader en de Zoon is?
38 Ondanks heel het getuigenis van de schepping en van de
heilseconomie is de geest van de duisternis in staat God voor te stellen
als vijand van zijn eigen schepsel en vooral als vijand van de mens, als bron
van gevaar en bedreiging voor de mens. Op deze wijze wordt door Satan in de
ziel van de mens de kiem geplant van het verzet tegen degene die 'vanaf het
begin' beschouwd moet worden als vijand van de mens – en niet als Vader. De
mens wordt uitgedaagd de tegenstander van God te worden.
De analyse van de zonde in haar oorspronkelijke dimensie toont aan dat er in de
loop van de geschiedenis door de 'vader van de leugen' blijvend druk zal worden
uitgeoefend op de mens om God af te wijzen, tot aan de haat toe: Amor
sui usque ad contemptum Dei – liefde voor zichzelf tot en met
verachting van God -, zoals Sint Augustinus het uitdrukt. De mens zal
geneigd zijn in God allereerst een beperking van zichzelf te zien en niet de
bron van zijn eigen bevrijding en de volheid van het goede. Wij zien dit
bevestigd in het moderne tijdperk waarin de ideologieën er naar streven de
godsdienst uit te roeien op grond van de vooronderstelling dat hij de radicale 'vervreemding' van de mens veroorzaakt, alsof aan de mens zijn eigen mensheid
ontnomen zou worden als hij het idee van God aanvaardt en aan Hem toeschrijft
wat aan de mens toebehoort en uitsluitend aan de mens!
Vandaar een
proces van denken en van historisch-sociologische praktijk waarin de afwijzing
van God zover is gegaan dat Hij 'dood' is verklaard. Een begripsmatige en
verbale absurditeit! De ideologie van de 'dood van God' bedreigt eerder de
mens, zoals het Tweede Vaticaans Concilie aangeeft als het het probleem van
de 'autonomie van het tijdelijke' analyseert en
schrijft: 'Zonder een Schepper verdwijnt... het schepsel in het niet...
Ja, de godvergetenheid hult de schepping in duisternis'. De gevolgen van de
ideologie van de 'dood van God' bewijzen gemakkelijk dat zij op theoretisch en
praktisch vlak de ideologie van de 'dood van de mens' is.
4 De
Geest die het lijden omvormt in liefde die het heil brengt
39 De Geest die de diepste geheimen van God doorgrondt, is
door Jezus in de rede van het cenakel de Parakleet genoemd. Hij wordt inderdaad
vanaf het begin te hulp geroepen (In het Grieks is het werkwoord παρα-xαλεìν) om 'de wereld het overtuigend bewijs
te leveren van wat zonde is'. Hij wordt definitief te hulp geroepen door
middels van het kruis van Christus. De zonde aantonen wil zeggen het kwaad dat
daarin steekt, aantonen. Wat gelijk is aan het mysterie iniquitatis openbaren.
Het is niet mogelijk het kwaad van de zonde in heel zijn smartelijke
werkelijkheid te onderkennen zonder 'de diepste geheimen van God te
doorgronden'. Vanaf het begin is het duistere geheim van de zonde in de wereld
verschenen tegen de achtergrond van de verwijzing naar de Schepper van de
menselijke vrijheid. Het is verschenen als een wilsdaad van het menselijke
schepsel welke tegengesteld is aan de wil van God: aan Gods heilswil; ja, het
is verschenen als tegenstelling tot de waarheid, op grond van de leugen die
reeds definitief 'geoordeeld' is: de leugen die de scheppende en heilbrengende
liefde zelf in staat van beschuldiging heeft gesteld, in staat van blijvende
verdachtmaking.
De mens is de 'vader van de leugen' gevolgd en heeft zich opgesteld tegen de Vader van het
leven en tegen de Geest van de waarheid. Zal 'het aantonen van de zonde' dus
ook niet de openbaring van het lijden moeten betekenen? Openbaring van het
onbegrijpelijke en onuitsprekelijke leed dat de heilige Schrift in haar
antropomorfe zienswijze lijkt te onderscheiden in het 'diepste innerlijk van
God' en in zekere zin in het hart zelf van de ondoorgrondelijke Drie-eenheid?
Op ingeving van de openbaring gelooft en belijdt de Kerk dat de zonde een
belediging van God is. Welke realiteit komt in het ondoorgrondelijke innerlijk
van de Vader, het Woord en de H. Geest overeen met deze 'belediging', met deze
afwijzing van de Geest die liefde en gave is? Het begrip van God als
noodzakelijkerwijs volkomen volmaakt wezen sluit zeker bij God alle leed uit
dat voortkomt uit gemis of verwonding; maar in het 'diepste innerlijk van God' is er een vaderliefde waarvan de reactie tegen de zonde van de mens volgens de Bijbelse
taal zover gaat dat Hij zegt: 'Het spijt Mij dat Ik de mens gemaakt
heb'. 'Toen Jahwe zag hoezeer op de aarde de boosheid van de mensen
was toegenomen...kreeg Hij spijt dat Hij de mens op aarde gemaakt had en Hij
was er zeer verdrietig om... En Jahwe zei: Het spijt Mij dat Ik ze gemaakt heb' (Gen.
6:5-7) .
Maar de gewijde
Schrift spreekt vaker over een Vader die medelijden heeft met de mens en diens
leed als het ware deelt. Kortom, het ondoorgrondelijke en onuitsprekelijke 'leed' van de Vader zal vooral de bewonderenswaardige economie van de
verlossende liefde van Jezus Christus voortbrengen, opdat door middel van het
mysterium pietatis de liefde sterker mag blijken dan de zonde in de
mensengeschiedenis: opdat de 'gave' het mag winnen!
De H. Geest die volgens Jezus' woorden 'het overtuigend bewijs van wat zonde is
levert', is de liefde van de Vader en de Zoon, en als zodanig is Hij de gave
van de Drie-eenheid en tegelijk de bron van iedere goddelijke schenking aan het
geschapene. Precies in Hem kunnen wij de barmhartigheid die de patristische en
theologische traditie in de lijn van het Oude en het Nieuwe Testament aan God
toekent, verpersoonlijkt en op transcendente wijze verwezenlijkt opvatten. In
de mens sluit de barmhartigheid lijden en medelijden voor de nood en de ellende
van de naaste. In God zet de Geest die liefde is, het zien van de menselijke
zonde om in een nieuwe gave van heilbrengende liefde. Uit Hem, in eenheid met
de Vader en de Zoon, komt het heilsbestel voort dat de mensengeschiedenis vult
met de gaven van de verlossing. De zonde die verwerping van de liefde is, heeft
het 'lijden' van de mens voortgebracht dat zich op zekere
wijze uitgebreid heeft over heel de schepping; de H. Geest zal het menselijke
en kosmische lijden tegemoet treden met een nieuw liefdesgeschenk dat de wereld
zal verlossen.
En uit de mond
van Jezus de Verlosser in wiens mensheid het 'lijden' van God zich waar maakt,
zal een woord klinken waarin zich de eeuwige liefde die vol barmhartigheid is
openbaart: 'Misereor' – 'Ik heb medelijden' – . Zo wordt van
de kant van de H. Geest 'het aantonen van de zonde' ten opzichte van de
schepping 'die onderworpen is aan een zinloos bestaan' en vooral in het diepst
van het menselijke geweten een aantonen hoe de zonde overwonnen wordt door het
offer van het Lam Gods dat 'tot de dood toe' de gehoorzame dienstknecht is
geworden die de ongehoorzaamheid van de mens goedmaakt en de verlossing van de
wereld bewerkt. Op deze wijze 'toont' de Geest der waarheid, de Parakleet, 'de
zonde aan'.
40 De verlossende waarde van het offer van Christus is met
veelbetekende woorden uitgedrukt door de schrijver van de brief aan de
Hebreeën, die, na herinnerd te hebben aan de offers van het Oude Verbond
waarin 'het bloed van bokken en stieren...wettelijk rein maakt' 'hoeveel groter is dan de kracht van Christus' bloed! Door de eeuwige Geest
heeft Hij zichzelf aan God geofferd als een smetteloos offer, dat ons geweten
zuivert van dode werken om de levende God te eren' (Heb. 9:13 s) . Ook al zijn wij er ons van bewust dat andere interpretaties
mogelijk zijn, toch brengen onze overwegingen over de aanwezigheid van de H.
Geest in heel het leven van Christus ons er toe in deze tekst als het ware een
uitnodiging te zien om na te denken over de aanwezigheid van dezelfde Geest ook
in het verlossende offer van het vleesgeworden Woord. Overwegen wij eerst de
beginwoorden die over dit offer gaan en vervolgens afzonderlijk de 'zuivering
van het geweten' die door dit offer bewerkt wordt. Het is een offer dat
aangeboden wordt 'door de eeuwige Geest' die daaruit de
kracht 'put' ('Hij zal van Mij ontvangen') voor het 'aantonen
van de zonde' omwille van het heil. Het is dezelfde Geest als de Geest
die Jezus Christus overeenkomstig de belofte in het cenakel naar de
apostelen 'zal brengen' op de dag van de verrijzenis, als Hij
zich zal tonen met de wonden van de kruisiging, en die Hij hun 'zal
geven' 'voor de vergiffenis van de zonden': 'Ontvangst van de H. Geest. Aan wie
ge de zonden vergeeft, zijn ze vergeven' (Joh. 20: 22 s)
Wij weten dat 'God Jezus van Nazaret gezalfd heeft met de H. Geest en
met kracht', zoals Petrus gezegd heeft in het huis van de honderdman
Cornelius (Hand. 10:38) . Wij kennen het paasmysterie van zijn 'heengaan', volgens het evangelie van Johannes. De woorden van de brief aan de
Hebreeën leggen ons nu uit hoe Christus 'zichzelf aan God geofferd heeft als
een smetteloos offer', en hoe Hij dit gedaan heeft 'door de eeuwige Geest'. De
H. Geest is aanwezig en werkt in het offer van de Mensenzoon, zoals Hij
handelde in zijn ontvangenis, in zijn komst in de wereld, in zijn verborgen
leven en in zijn openbaar leven. Volgens de brief aan de Hebreeën heeft Jezus
Christus zich op de weg van zijn 'heengaan' over Getsemane en Golgota in zijn
mensheid geheel opengesteld voor deze werking van de Geest-Parakleet die de
eeuwige heilsliefde doet opstijgen uit het lijden.
Hij is
dus 'om zijn vroomheid verhoord: hoewel Hij Gods Zoon was, heeft Hij in
de school van het lijden gehoorzaamheid geleerd' (Heb. 5:7 s) Op
deze wijze toont de brief aan de Hebreeën aan hoe de mensheid die in de
nakomelingen van Adam onderworpen was aan de zonde, in Jezus Christus volmaakt
onderworpen geworden is aan God, met Hem verenigd is en tegelijk vervuld is van
barmhartigheid voor de mensen. Zo is er een nieuwe mensheid die in Jezus
Christus door het lijden aan het kruis teruggekeerd is naar de liefde waaraan
Adam door zijn zonde ontrouw was geworden. Zij is teruggevonden in de
goddelijke bron zelf van de oorspronkelijke gave: in de Geest die 'de diepste
geheimen van God doorgrondt' en zelf liefde en gave is.
Jezus Christus, Gods Zoon, heeft als mens in het vurige gebed van zijn lijden
het de H. Geest die reeds in het diepst van zijn mensheid was doorgedrongen,
mogelijk gemaakt haar om te vormen tot een volmaakt offer door middel van zijn
dood, als slachtoffer der liefde op het kruis. Hij alleen heeft dit offer
aangeboden. Als enige priester 'heeft Hij zichzelf aan God geofferd als
een smetteloos offer' (Heb. 9:14). Hij was waardig zulk een offer te
worden in zijn mensheid aangezien Hij alleen 'zonder smet' was. Maar Hij heeft
het aangeboden 'door de eeuwige Geest': wat betekent dat de H. Geest op
bijzondere wijze werkte in deze absolute zelfgave van de Mensenzoon, om het
lijden om te zetten in verlossende liefde.
41 In het Oude Testament wordt meermalen gesproken over
het 'vuur uit de hemel' dat de offers die de mensen aanboden,
verteerde. Op analoge wijze kan men zeggen dat de H. Geest 'het vuur uit de
hemel' is dat brandt in het diepst van het mysterie van het kruis. Uitgaande
van de Vader draagt Hij het offer van de Zoon op aan de Vader en draagt Hij het
binnen in de goddelijke werkelijkheid van de gemeenschap van de Drie-eenheid.
De zonde heeft het lijden voortgebracht; nu krijgt het leed van God in de
gekruisigde Christus door de H. Geest zijn volledige menselijke uitdrukking. Zo
is er een paradoxaal mysterie van liefde: in Christus lijdt een God die door
zijn eigen schepselen is afgewezen: 'Zij geloven niet in Mij'; maar tegelijk
schept de Geest uit het diepst van dit lijden – en indirect uit het diepst van
de zonde 'van niet geloofd te hebben' – een nieuwe maat van de gave die vanaf
het begin aan de mens en aan de schepping is geschonken.
In het diepst
van het mysterie van het kruis werkt de liefde die de mens opnieuw brengt tot
deelname aan het leven dat in God zelf is. Als liefde en gave daalt de H. Geest
in zekere zin neer in het hart van het offer dat op het kruis wordt aangeboden.
Onder verwijzing naar de Bijbelse traditie kunnen wij zeggen: Hij verteert dit
offer met het vuur van de liefde die de Vader en de Zoon verenigt in de
gemeenschap van de Drie-eenheid. En aangezien het kruisoffer een daad van
Christus zelf is, 'ontvangt' Hij ook in dit offer de H. Geest. Hij ontvangt Hij
ook in dit offer de H. Geest. Hij ontvangt Hem op dusdanige wijze dat Hij – Hij
alleen met de Vader – Hem vervolgens aan de apostelen, aan de Kerk, aan heel de
mensheid kan 'geven'. Hij alleen 'zendt' Hem van de Vader. Hij
alleen verschijnt aan de apostelen die in het cenakel bijeengekomen zijn, 'blaast
over hen' en zegt: 'Ontvangt de H. Geest. Aan wie ge de zonden
vergeeft, zijn ze vergeven' (Joh. 20:22 s) , zoals Johannes de
Doper voorzegd had: 'Hij zal u dopen met de H. Geest en met vuur' (Mt.
3:11) . Door deze woorden van Jezus is de H. Geest geopenbaard en tegelijk
tegenwoordig gesteld als liefde die werkt in het diepst van het paasmysterie,
als bron van de verlossende kracht van het kruis van Christus, als gave van
het nieuwe en eeuwige leven.
Deze waarheid voer de H. Geest wordt dagelijks in de Romeinse liturgie
uitgedrukt als de priester voor de communie de volgende veelbetekende woorden
uitspreekt: 'Heer Jezus Christus, Zoon van de levende God, Gij hebt in de H.
Geest de wil van de Vader volbracht en door uw sterven de wereld tot nieuw
leven gewekt'. En in het derde eucharistische gebed vraagt de priester aan God,
onder verwijzing naar de heilseconomie, dat de H. Geest 'ons moge maken tot een
blijvende offergave voor U'.
5 Het
bloed dat het geweten zuivert
42 Wij hebben gezegd dat de H. Geest op het hoogtepunt van
het paasmysterie definitief geopenbaard en op een nieuwe wijze tegenwoordig
gesteld is. De verrezen Christus zegt tot de apostelen: 'Ontvangt de H. Geest'.
De H. Geest wordt op deze wijze geopenbaard, omdat de woorden van Christus de
bevestiging vormen van de beloften en aankondigingen van de rede in het
cenakel. Hiermee wordt de Parakleet ook op een nieuwe wijze tegenwoordig
gesteld. Hij werkte reeds vanaf het begin in het mysterie van de schepping en
in heel de geschiedenis van het Oude Verbond van God met de mens. Zijn werking
is ten volle bevestigd door de zending van de Mensenzoon als Messias, die
gekomen is in de kracht van de H. Geest. Op het hoogtepunt van de Messiaanse
zending van Jezus komt de H. Geest in het Paasmysterie geheel als goddelijk
subject tegenwoordig: als degene die nu het heilswerk dat geworteld is in het
kruisoffer, moet voortzetten. Dit werk wordt zonder twijfel door Jezus aan de
mensen toevertrouwd: aan de apostelen, aan de Kerk. Maar in en door hen blijft
de H. Geest de transcendente protagonist van dit werk in de geest van de mens
en in de geschiedenis van de wereld: de onzichtbare en tegelijk
alomtegenwoordige Parakleet! De Geest die 'blaast waar Hij wil'.
De woorden die de verrezen Christus gesproken heeft op de 'eerste dag na de
sabbat' maken bijzonder duidelijk dat de Parakleet-Helper aanwezig is als
degene die 'de wereld het overtuigend bewijs levert van wat zonde,
gerechtigheid en oordeel is'. Want alleen in dit verband zijn de woorden
duidelijk die Jezus onmiddellijk verbindt met de 'gave' van de H. Geest aan de
apostelen: 'Ontvangt de H. Geest. Aan wie ge de zonden vergeeft, zijn
ze vergeven, en aan wie ge ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven' (Joh.
20:22 s) Jezus verleent aan de apostelen de macht om de zonden te
vergeven, met de bedoeling dat zij haar overdragen aan hun opvolgers in de
Kerk. Maar deze macht die aan mensen is verleend, veronderstelt het
heilshandelen van de H. Geest en sluit dit in.
De H. Geest die
het 'licht van het hart' wordt, dat wil zeggen van het
geweten, 'levert het overtuigend bewijs van wat zonde is'; Hij doet dus de mens
zijn kwaad inzien en richt hem tegelijk op het goede. Dank zij de
veelvoudigheid van zijn gaven waarom Hij aangeroepen wordt als de 'zevenvoudige',
kan de heilskracht van God iedere soort zonde van de mens bereiken. De H. Bonaventura zegt terecht: 'Krachtens de zeven gaven van de H. Geest
wordt elk kwaad vernietigd en elk goed voortgebracht'.
Onder de invloed van de Helper voltrekt zich dus de bekering van het menselijk
hart die onmisbare voorwaarde is voor de vergeving van de zonden. Zonder echte
bekering, die innerlijk berouw insluit, en zonder een oprecht en vast voornemen
zich te beteren, blijven de zonden 'niet vergeven', zoals Jezus zegt en met Hem
de Traditie van het Oude en het Nieuwe Verbond. De eerste woorden die Jezus aan
het begin van zijn openbaar leven heeft gesproken, zijn volgens het Evangelie
van Marcus: 'Bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap' (Mc.
1:15). De bevestiging van deze aansporing is het 'aantonen van de zonde' dat de
H. Geest op nieuwe wijze onderneemt uit kracht van de verlossing die bewerkt is
door het bloed van de Mensenzoon. Daarom zegt de brief aan de Hebreeën dat
dit 'bloed het geweten zuivert'. Het opent dus om zo te zeggen voor
de H. Geest de weg naar het innerlijk van de mens, naar het heiligdom van het
menselijk geweten.
43 Het Tweede Vaticaans Concilie heeft, sprekend over de
roeping van de mens en speciaal over de waardigheid van de menselijke persoon,
de katholieke leer over het geweten in herinnering gebracht. Juist het geweten
is op specifieke wijze bepalend voor die waardigheid. Het is immers 'de meest
verborgen kern en het heiligdom van de mens, waarin hij alleen is met Goed
wiens stem binnen in hem weerklinkt'. Zij zegt duidelijk 'in de oren van zijn
hart: doe dit, vermijd dat'. Dit vermogen om het goede te bevelen en het kwade
te verbieden dat de Schepper in de mens heeft gelegd, is de voornaamste
eigenschap van de persoon. Maar tegelijk 'ontdekt de mens in het diepst
van zijn geweten een wet die hij zichzelf niet stelt, maar waaraan hij moet
gehoorzamen'. Het geweten is dus geen autonome en exclusieve bron voor de
beslissing over wat goed en wat kwaad is; in het diepst ervan staat integendeel
een beginsel van gehoorzaamheid geschreven ten opzichte van de objectieve norm
die de overeenstemming van zijn beslissingen fundeert en conditioneert met de
geboden en verboden die ten grondslag liggen aan het menselijke gedrag, zoals
blijkt uit de reeds genoemde bladzijde van het boek Genesis.
Juist in deze
zin is het geweten het 'innerlijk heiligdom' waarin 'de stem van God
weerklinkt'. Het is 'de stem van God' zelfs als de mens daarin alleen het
beginsel van de zedelijke orde erkent waaraan men menselijkerwijs niet kan
twijfelen, ook zonder rechtstreekse verbinding met de Schepper: juist in deze
verbinding vindt het geweten altijd zijn grondslag en rechtvaardiging. Het 'onderkennen van de zonde' dat volgens het evangelie geschiedt onder de invloed
van de Geest der waarheid, kan in de mens niet verwezenlijkt worden langs een
andere weg dan die van het geweten. Als het geweten juist is, dan dient het 'voor de waarachtige oplossing van de morele problemen die zowel in het
privé-leven als in het maatschappelijk bestel rijzen'; dan 'verwijderen
personen en groepen zich van de blinde willekeur en leggen zij zich erop toe
zich te conformeren aan de objectieve normen van de moraliteit'
Vrucht van het rechte geweten is vooral het goede en het kwade bij hun naam te
noemen, zoals bijvoorbeeld de pastorale constitutie Gaudium et
Spes doet:
'Al wat
tegen het leven zelf ingaat, zoals alle soorten van moord, uitroeiing, abortus,
euthanasie en vrijwillige zelfmoord; al wat de integriteit van de menselijke
persoon aantast, zoals verminking, lichamelijke en geestelijke foltering,
pogingen om de mens psychisch in zijn macht te krijgen; al wat een belediging
is voor de menselijke waardigheid, zoals onmenselijke levensvoorwaarden,
willekeurige arrestaties, deportaties, slavernij, prostitutie, handel in
meisjes en minderjarigen; schandelijke arbeidsvoorwaarden, waarbij de arbeiders
als louter winstwerktuigen worden behandeld en niet als vrije en
verantwoordelijke personen'; en na de veelvuldige zonden, die in onze tijd zo
talrijk en verspreid zijn, bij hun naam genoemd te hebben voegt zij eraan toe: 'Dit alles en andere dergelijke dingen zijn onmiskenbaar schandelijk. Zij zijn
een aantasting van de menselijke beschaving en zij werpen meer een smet op hen
die zich zo gedragen dan op hen die het onrecht hebben te verdragen. En zij
zijn volledig in tegenspraak met de eer van de Schepper'.
Het-bij-hun-naam-noemen
van de zonden die de mens het meest onteren, en het aantonen dat zij een
zedelijk kwaad zijn dat negatief drukt op iedere balans van de vooruitgang van
de mensheid, wordt door het Concilie tevens beschreven als een etappe 'van een
dramatische worsteling tussen goed en kwaad, tussen licht en duisternis', die 'het hele individuele en collectieve leven van de mens' kenmerkt. De
vergadering van de bisschoppensynode van 1983 over de verzoening en bekering
heeft de persoonlijke en maatschappelijke betekenis van de menselijke zonden
nog nauwkeuriger omschreven.
44 Welnu, in het cenakel op de vooravond van zijn lijden en
vervolgens op de avond van Pasen heeft Jezus Christus zich beroepen op de H.
Geest als degene die aantoont dat de zonde in de mensengeschiedenis voortduurt.
De zonde is echter onderworpen aan de heilzame kracht van de verlossing. De
zending om 'de wereld het overtuigend bewijs te leveren van wat zonde is' put
zich niet uit in het feit dat de zonde bij naam wordt genoemd en herkend wordt
als wat zij is in al haar vormen en graden. Wanneer de Geest der waarheid de
wereld het overtuigend bewijs levert van wat zonde is, dan ontmoet Hij de stem
van het menselijke geweten. Langs deze weg slaagt men erin de wortels van het
kwaad aan te wijzen die in het innerlijk van de mens liggen, zoals dezelfde
pastorale constitutie doet uitkomen:
'In feite
hangt de onevenwichtigheid waaraan de hedendaagse wereld heeft te lijden samen
met de meer fundamentele evenwichtigheid die wortelt in het diepst van het hart
van de mens. In de mens zelf immers zijn velerlei tendensen met elkaar in
strijd. Want terwijl hij zich enerzijds als schepsel veelvuldig als beperkt
ervaart, bemerkt hij anderzijds dat hij in zijn verlangens onbeperkt is en dat
hij geroepen is tot een hoger leven. Te midden van vele aantrekkelijkheden
wordt hij gedwongen daarin verantwoord te selecteren en sommige terzijde te
stellen. Sterker: zwak en zondig tevens, doet hij niet zelden wat hij niet wil,
en wat hij zou willen doen, doet hij niet'
De tekst van
het Concilie verwijst hier naar de bekende woorden van de H. Paulus.
Het 'onderkennen van de zonde' waarmee ieder dieper nadenken van het menselijke
geweten over zichzelf gepaard gaat, leidt dus tot de ontdekking van de wortels
ervan in de mens, alsook van de wijzen waarop het geweten zelf inde loop van de
geschiedenis geconditioneerd is. Op deze manier vinden wij de oorspronkelijke
werkelijkheid van de zonde terug waarover reeds gesproken is. De H. Geest 'levert het overtuigend bewijs van wat zonde is' in verbinding met het mysterie
van het begin door op het feit te wijzen dat de mens een geschapen wezen is en
dus ontisch en ethisch – naar zijn en moreel handelen – geheel afhankelijk is
van de Schepper, en tevens door te herinneren aan de zondige erfenis van de
menselijke natuur. Maar de H. Geest 'levert het overtuigend bewijs van wat
zonde is' altijd in verbinding met het kruis van Christus. Op grond van deze
band wijst het christendom iedere 'fataliteit' van de zonde af.
'Een lastige
worsteling die al bij het begin van de wereld aangevangen is en, naar de
woorden van de Heer, tot de laatste dag zal blijven duren', leert het Concilie. 'Maar de Heer is zelf gekomen om de mens te bevrijden en te versterken'. Verre
van zich te laten 'verstrikken' in zijn zondige conditie en steunend op de stem
van zijn geweten moet de mens dus 'er werkelijk voor vechten om het
goede aan te hangen, en hij kan niet zonder grote inspanning, met de hulp van
de genade van God, in zichzelf een eenheid bewerken'. Het Concilie ziet de
zonde terecht als medeoorzaak van de breuk die een last legt zowel op het
persoonlijke als op het maatschappelijke leven van de mens; maar tegelijk
herinnert het onvermoeibaar aan de mogelijkheid van de overwinning.
45 De Geest der waarheid die 'de wereld het overtuigend bewijs
levert van wat zonde is', ontmoet de inspanning van het menselijke geweten
waarover de teksten van het Concilie zo suggestief spreken. Deze inspanning van
het geweten bepaalt ook de wegen voor de menselijke bekering: de zonde de rug
toekeren om de waarheid en de liefde in het hart van de mens te herstellen. Men
weet dat het soms veel moeite kost het kwaad in zichzelf te onderkennen. Men
weet dat het geweten niet alleen gebiedt en verbiedt, maar ook oordeelt in het
licht van de innerlijke geboden en verboden. Het is ook bron van wroeging: de
mens lijdt innerlijk onder het bedreven kwaad.
Is dit lijden
niet als het verre echo van de 'spijt de mens geschapen te hebben' die de
gewijde schrijver in een antropomorfe wijze van spreken toeschrijft aan God;
van de 'afkeuring' die zich nestelt in het 'hart' van de Drie-eenheid, maar
krachtens de eeuwige liefde omgezet wordt in het lijden van het kruis, in de
gehoorzaamheid van Christus tot aan de dood toe? Als de Geest der waarheid het
voor het menselijke geweten mogelijk maakt deel te nemen aan dat lijden, dan
wordt het leed van het geweten bijzonder diep maar ook bijzonder heilzaam. Dan
wordt door middel van een akte van volmaakt berouw de echte bekering van het
hart bewerkt: de evangelische 'metanoia'.
De inspanning van het menselijke hart, de inspanning van het geweten, waardoor
deze 'metonia' of bekering tot stand komt, is de afspiegeling van het proces
waardoor de afkeuring omgevormd wordt in heilbrengende liefde die weet te
lijden. De verborgen uitdeler van deze verlossende kracht is de H. Geest. Hij
die de Kerk het 'licht van het geweten' noemt, doordringt en
vervult het diepste van het menselijk hart. Door middel van deze bekering
in de H. Geest stelt de mens zich open voor de vergeving, voor de vergiffenis
van de zonden. En in heel deze bewonderenswaardige dynamiek van de bekering en
vergeving wordt de waarheid bevestigd van wat Sint Augustinus schrijft over het
mysterie van de mens in zijn commentaar op de psalmwoorden Abyssus abyssum
invocat'. De zending van de Zoon en van de H. Geest voltrekt zich juist
met het ook op deze 'diepe afgrond' van de mens, van het menselijke geweten.
De H. Geest 'komt' krachtens het 'heengaan' van Christus in het Paasmysterie: Hij komt in
ieder concreet geval van bekering en vergeving uit kracht van het kruisoffer,
waarin 'het bloed van Christus...het geweten zuivert van dode werken om de
levende God te eren'. Zo worden de woorden over de H. Geest als 'een
andere Helper' steeds weer vervuld, de woorden die in het cenakel tot de
apostelen gericht zijn en indirect tot allen: 'Gij kent Hem, want Hij
blijft bij u en zal in u zijn' (Joh. 14:17) .
6 De
zonde tegen de H. Geest
46 Tegen de achtergrond van wat wij tot dusverre gezegd
hebben worden enige andere woorden van Jezus die verschrikken en ontstellen,
begrijpelijker. Wij kunnen ze de woorden van de 'niet vergeving' noemen. Zij
worden ons bericht door de synoptici, met betrekking tot een speciale zonde die
genoemd wordt 'lastering van de H. Geest'. In hun drievoudige redactie zijn zij
als volgt weergegeven:
Matteüs: 'Iedere
zonde en godslastering zal de mensen vergeven worden, maar lastering van de
Geest zal niet vergeven worden. Als iemand zich kant tegen de Mensenzoon, zal
het hem vergeven worden; maar wie zich kant tegen de H. Geest, zal geen
vergiffenis verkrijgen, noch in deze noch in de komende wereld' (Mt.
12:31 s) .
Marcus: 'Alle zonden zullen aan de mensen vergeven worden, ook alle
godslasteringen die zij uitgesproken hebben, maar als iemand lastert tegen de
H. Geest, krijgt hij in eeuwigheid geen vergiffenis'. (Mc. 3:28 s) .
Lucas: 'Aan ieder die zich zal kanten tegen de Mensenzoon zal het
vergeven worden; maar hem die de H. Geest heeft gelasterd, zal het niet
vergeven worden' (Lc. 12:10) .
Waarom kan de lastering van de H. Geest niet vergeven worden? Hoe moet men deze
lastering verstaan? Sint Thomas van Aquino antwoordt dat het gaat om een
zonde 'die vanwege haar aard onvergeeflijk is omdat zij de
elementen uitsluit waardoor de vergiffenis van de zonden tot stand komt'.
Die Heer is en leven geeft - encycliek van Paus Johannes Paulus II
Dominum et Vivificatem (Die Heer is en
leven geeft) uit: rkdocumenten.nl
Inhoud
1 De Kerk belijd haar geloof in de H. Geest als degene 'die
Heer is en leven geeft'. Dit belijdt zij in de geloofsbelijdenis die
geformuleerd of uitgevaardigd is op de Concilies van Nicea (in het
jaar 325) en Constantinopel (in het jaar 381). Zij voegt eraan toe
dat de H. Geest 'gesproken heeft door de profeten'. Het zijn woorden die de
Kerk ontvangt van de bron van haar leven, Jezus Christus. Volgens het evangelie
van Johannes wordt de H. Geest ons geschonken met het nieuwe leven, zoals Jezus
aankondigt en belooft op de grootste dag van het Loofhuttenfeest: 'Als
iemand dorst heeft, hij kome tot Mij; wie in Mij gelooft, hij drinke! Zoals de
Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien'. (Joh.
7:37s)
En de
evangelist verklaart: 'Hiermede doelde Hij op de Geest die zij, die in
Hem geloofden, zouden ontvangen' (Joh. 7:39). Dezelfde vergelijking
met het water gebruikt Jezus in het gesprek met de Samaritaanse, als Hij
spreekt over de 'waterbron die opborrelt tot eeuwig leven' (Joh.
4:14) en in het gesprek met Nicodemus, als Hij de noodzaak verkondigt van
een nieuwe geboorte 'uit water en Geest' om 'het Rijk Gods binnen te
gaan'.
De Kerk die onderricht wordt door het woord van Christus en put uit de
pinksterervaring en uit haar eigen apostolische geschiedenis, verkondigt daarom
vanaf het begin haar geloof in de H. Geest als degene die het leven geeft,
degene in wie de ondoorgrondelijke drie-ene God zich aan de mensen mededeelt en
in hen de bron van het eeuwig leven vormt.
2 Dit geloof dat de Kerk onafgebroken beleden heeft moet
steeds weer levendig gemaakt en verdiept worden in het bewustzijn van het volk
Gods. Dit is in de afgelopen 100 jaar verschillende malen gebeurd: van Leo XIII
die de encycliek Divinum Illud Munus (1897) gepubliceerd heeft welke
geheel aan de H. Geest is gewijd, tot Pius XII die zich in de
encycliek Mystici Corporis Christi (1943) beroepen heeft op de H.
Geest als levensbeginsel van de Kerk waarin Hij tezamen met het Hoofd van het
Mystieke Lichaam, Christus, zijn werking uitoefent, en tot het Tweede
Vaticaans Oecumenisch Concilie dat de noodzaak heeft doen voelen van
vernieuwde aandacht voor de leer over de H. Geest, zoals Paulus VI benadrukt
heeft: 'Op de christologie en speciaal op de ecclesiologie van het
Concilie moeten een nieuwe studie en een nieuwe verering van de H. Geest volgen
als onmisbare aanvulling op het onderricht van het Concilie'.
Wij worden dus in onze tijd door het altijd oude en altijd nieuwe geloof van de
Kerk opgeroepen tot de H. Geest te naderen als degene die het leven geeft. Hulp
en aansporing zijn voor ons hierbij de erfenis die wij gemeen hebben met de
oosterse kerken die zorgvuldig de buitengewone rijkdommen bewaard hebben van
het onderricht van de Vaders over de H. Geest. Ook hierom kunnen wij zeggen dat
het 16e eeuwfeest van het eerste Concilie van Constantinopel, dat op het
Pinksterfeest van 1981 tegelijk te Constantinopel en te Rome werd gevierd, één
van de belangrijkste Kerkelijke gebeurtenissen van de laatste jaren is geweest.
Door bezinning op het mysterie van de Kerk is toen duidelijk gebleken dat de H.
Geest de wegen aanwijst die naar de eenheid van de Christenen leiden, ja de
voornaamste bron is van deze eenheid welke uit God zelf voortkomt en die H.
Paulus op bijzondere wijze heeft uitgedrukt met de woorden waarmee wij de
eucharistieviering vaak beginnen: 'De genade van de Heer Jezus Christus, de
liefde van God en de gemeenschap van de H. Geest zij met u allen'.
In deze aansporing hebben de voorafgaande encyclieken Redemptor
Hominis en Dives in Misericordia in zekere zin hun oorsprong en
inspiratie gevonden. Zij herdenken het heilsgebeuren dat zich voor ons
voltrokken heeft in de Zoon die door de Vader in de wereld is gezonden 'opdat
de wereld door Hem zou worden gered' (Joh. 3:17) en 'iedere
tong zou belijden, tot eer van God de Vader, dat Jezus Christus de Heer is' (Fil.
2:11). Uit die aansporing ontstaat nu deze encycliek over de H. Geest die
voortkomt uit de Vader en de Zoon en die met de Vader en de Zoon tezamen wordt
aanbeden en verheerlijkt: als goddelijke Persoon is Hij het middelpunt van het
christelijke geloof en de bron en drijfkracht van de vernieuwing van de
Kerk. Deze encycliek is ontsprongen uit de diepte van de erfenis van het
Concilie. Want dank zij het onderricht over de Kerk op zich en over de Kerk in
de wereld sporen de Concilieteksten ons aan steeds verder door te dringen in
het mysterie van de goddelijke Drie-eenheid zelf, langs de weg van het
evangelie, de patristiek en de liturgie: tot de Vader door de Zoon in de H.
Geest.
Zo antwoordt de Kerk op bepaalde diepe inspiraties die zij gelooft te lezen in
het hart van de mensen van deze tijd: het terugvinden van God in zijn
transcendente werkelijkheid van oneindige Geest, zoals Jezus Hem voorgehouden
heeft aan de Samaritaanse; de behoefte Hem te aanbidden ´'n geest en
waarheid'; de hoop in Hem het geheim van de liefde terug te vinden en de
kracht voor een ´nieuwe schepping¡: ja, inderdaad, degene die het
leven geeft.
De Kerk voelt zich geroepen tot deze zending om de Geest te verkondigen,
terwijl zij samen met de mensenfamilie nadert tot het einde van het tweede
millennium na Christus. Zij weet goed dat tegen de achtergrond van een hemel en
een aarde die 'voorbijgaan' de 'woorden die niet
voorbij zullen gaan' bijzonder welsprekend worden. Het zijn de woorden
van Christus over de H. Geest, de onuitputtelijke bron van het 'water
dat opborrelt tot eeuwig leven' (Joh. 4:14) als waarheid en
verlossingsgenade. Zij wil deze woorden overwegen. Zij wil de gelovigen en alle
mensen herinneren aan deze woorden, terwijl zij zich voorbereidt zoals
verderop gezegd zal worden op het grote jubileum dat de overgang van het
tweede naar het derde millennium van het Christendom zal betekenen.
De nu volgende
overwegingen hebben natuurlijk niet de bedoeling de zeer rijke leer over de H.
Geest volledig te doorvorsen, noch te kiezen voor bepaalde oplossingen voor nog
openstaande vraagstukken. Zij hebben voornamelijk tot doel in de Kerk het
bewustzijn levendig te maken dat 'zij door de Geest tot medewerking wordt
gedrongen, opdat het heilsbestel van God, die Christus als heilsbeginsel voor
de gehele wereld heeft aangesteld, metterdaad in vervulling zou gaan'.
DEEL 1 De
Geest van de Vader en van de Zoon aan de Kerk is gegeven
1 Jezus
belofte en openbaring tijdens het Laatste Avondmaal
3 Toen voor Jezus het uur om deze wereld te verlaten gekomen
was, beloofde Hij aan de apostelen 'een andere Helper' (Joh.
14, 16) . De evangelist Johannes die bij het paasmaal aanwezig was,
schrijft dat Jezus zich tijdens dat avondmaal op de dag voor zijn lijden en
dood tot hen richtte met de woorden: 'Wat gij ook zult vragen in mijn
Naam, Ik zal het doen, opdat de Vader moge verheerlijkt worden in de Zoon': 'Op
mijn gebed zal de Vader u een andere Helper geven om voor altijd bij u te
blijven, de Geest van de waarheid' (Joh. 14: 13,16 s) . Juist
deze Geest der waarheid wordt door Jezus de Parakleet genoemd en Parakletos
betekent 'trooster' en ook 'voorspreker' of 'helper'. Jezus zegt dat Hij 'een
andere' Parakleet is, de tweede, want Jezus zelf is de eerste Helper, daar Hij
het eerst de Blijde Boodschap gebracht en gegeven heeft. De H. Geest komt na en
dank zij Hem, om door bemiddeling van de Kerk het werk van de Blijde Boodschap
van het heil in de wereld voort te zetten.
In zijn
afscheidsrede spreekt Jezus meer dan eens over deze voortzetting van zijn werk
door de H. Geest, om de apostelen die in de zaal van het Laatste Avondmaal
samengekomen zijn, voor te bereiden op zijn heengaan, dat wil zeggen op zijn
lijden en dood aan het kruis. De woorden waarnaar wij hier zullen verwijzen
bevinden zich in het evangelie van Johannes. Elk van die woorden voegt een
bepaalde nieuwe inhoud toe aan die aankondiging en belofte. Die woorden zijn
tegelijk nauw met elkaar verweven, niet alleen vanuit het perspectief van de
gebeurtenissen zelf, maar ook vanuit het perspectief van het mysterie van de
Vader, de Zoon en de H. Geest, dat wellicht in geen andere tekst van de Heilige
Schrift een zo verheven uitdrukking vindt als hier.
4 Kort na de bovengenoemde belofte voegt Jezus toe: 'Maar
de Helper, de H. Geest, die de Vader in mijn Naam zal zenden, Hij zal u alles
leren en alles in herinnering brengen wat ik u gezegd heb¡ (Joh.
14:26). De H. Geest zal de Helper van de apostelen en de Kerk zijn en
altijd in hun middelen zijn zij het onzichtbaar om dezelfde Blijde
Boodschap te leren die Jezus verkondigde. Het 'zal leren en in herinnering
brengen' betekent niet alleen dat Hij op zijn eigen manier zal voortgaan te
inspireren tot de verspreiding van de heilsboodschap, maar ook dat Hij zal
helpen de juiste betekenis van de inhoud van Christus' boodschap te begrijpen
en de continuïteit en de identiteit van het begrip ervan zal verzekeren in de
veranderlijke condities en omstandigheden. De H. Geest zal dus bewerken dat de
waarheid in de Kerk steeds dezelfde waarheid blijft die de apostelen van hun
Meester hebben gehoord.
5 Bij het doorgeven van de Blijde Boodschap zullen de
apostelen op bijzondere wijze verbonden zijn met de H. Geest. Jezus zegt
vervolgens: 'Wanneer de Helper komt, die Ik u van de Vader zal zenden,
de Geest der waarheid die van de Vader uitgaat, zal Hij over Mij getuigenis
afleggen. Maar ook gij moet getuigenis afleggen, want vanaf het begin zijt gij
bij Mij' (Joh. 15:26s).
De apostelen zijn onmiddellijk ooggetuigen geweest. Zij hebben Christus 'gehoord' en 'met
eigen ogen gezien', 'aanschouwd' en zelfs 'aangeraakt
met eigen handen', zoals de evangelist Johannes het in een andere tekst
uitdrukt. Hun menselijk en 'historisch' ooggetuigenis over Christus gaat samen
met het getuigenis van de H. Geest: 'Hij zal over Mij getuigenis
afleggen'. Het menselijk getuigenis van de apostel zal zijn voornaamste
steun vinden in het getuigenis van de Geest der waarheid. En vervolgens zal het
getuigenis van de apostelen daarin ook het verborgen fundament vinden voor zijn
voortzetting onder de generaties van leerlingen en belijders die elkaar in de
loop der eeuwen zullen opvolgen.
Jezus Christus is zelf de hoogste en meest volledige openbaring van God aan de
mensheid; het getuigenis van de Geest der waarheid inspireert, garandeert en
bevestigt van de Geest der waarheid inspireert, garandeert en bevestigt de
getrouwe overdracht ervan in de apostolische prediking en geschriften, terwijl
het getuigenis van de apostelen de menselijke uitdrukking ervan verzekert in de
Kerk en in de geschiedenis van de mensheid.
6 Dit blijkt ook uit de nauwe samenhang, naar inhoud en
bedoeling, van de genoemde aankondiging en belofte met wat in de erop volgende
woorden van de tekst van Johannes staat: 'Nog veel heb Ik u te zeggen, maar
gij kunt het nu niet verdragen. Wanneer Hij echter komt, de Geest der waarheid,
zal Hij tot de volle waarheid brengen; Hij zal niet uit zichzelf spreken, maar
spreken al wat Hij hoort en u de komende dingen aankondigen' (Joh. 16:12s).
In de voorafgaande woorden houdt Jezus de Helper, de Geest der waarheid, voor
als degene die 'zal leren' en 'in herinnering brengen', die 'getuigenis zal
afleggen' over Hem; nu zegt Hij: 'Hij zal u tot de volle waarheid brengen'. Dit 'tot de volle waarheid brengen', in samenhang met datgene wat de apostelen 'nu
niet kunnen verdragen', houdt noodzakelijkerwijs verband met de ontlediging van
Christus door het lijden en de dood aan het kruis die nabij waren toen Hij deze
woorden uitsprak.
Maar vervolgens
wordt het duidelijk dat dit 'tot de volle waarheid brengen', behalve met
het scandalum crucis, - de ergernis van het kruis -, ook verband
houdt met alles wat Christus 'gedaan en geleerd heeft' (Hand.
1:1) . Want heel het mysterium Christi eist geloof, dat
de mens op de juiste wijze binnenleidt in de werkelijkheid van het
openbaringsmysterie. Het 'tot de volle waarheid brengen' wordt dus
werkelijkheid in en door het geloof. Dit is het werk van de Geest der waarheid en
de vrucht van zijn werking in de mens. De H. Geest moet hier de voornaamste
gids voor de mens zijn, het licht voor de menselijke geest.
Dit geldt voor
de apostelen, de ooggetuigen, die nu aan alle mensen moeten verkondigen wat
Christus 'gedaan en geleerd heeft', vooral zijn kruis en verrijzenis. In een
meer verwijderd verschiet geldt het ook voor alle generaties van leerlingen en
belijders van de Meester, aangezien zij het mysterie van God dat in de
mensengeschiedenis werkt, het openbaringsmysterie dat de uiteindelijke zin van
deze geschiedenis verklaart, gelovig zullen moeten aannemen en vrijmoedig
belijden.
7 Er bestaat dus in het heilsbestel
een innige band tussen de H. Geest en Christus, waardoor de Geest in de
menselijke geschiedenis werkt als 'een andere Helper' en blijvend de overdracht
en de uitstraling verzekert van de Blijde Boodschap die door Jezus van Nazaret
is geopenbaard. In de H. Geest, de Parakleet, die in het mysterie en het werken
van de Kerk voortdurend de historische tegenwoordigheid van de Verlosser op
aarde en diens heilswerk voortzet, straalt daarom de heerlijkheid van Christus,
zoals de erop volgende woorden van Johannes getuigen: 'Hij (de Geest)
zal Mij verheerlijken omdat Hij aan u zal verkondigen wat Hij van Mij ontvangen
heeft' (Joh. 16:14). Met deze woorden wordt nogmaals bevestigd al wat
de voorafgaande uitspraken gezegd hebben: 'Hij zal leren..., in
herinnering brengen..., getuigenis afleggen'. De hoogste en volledige
zelfopenbaring van God die in Christus is voltooid en waarvan de prediking van
de apostelen getuigenis aflegt, leeft voort in de Kerk door de zending van de
onzichtbare Helper, de Geest der waarheid.
Hoe innig deze
zending verbonden is met die van Christus, hoe volledig zij uit de zending van
Christus put, om de heilsvruchten ervan te bewaren en te doen groeien in de
geschiedenis, wordt uitgedrukt door het werkwoord 'ontvangen': 'Hij zal u
verkondigen wat Hij van Mij ontvangen heeft'. Om dit woord 'ontvangen' als het
ware uit te leggen en om ten volle te doen uitkomen dat de bron ervan de
goddelijke Drie-eenheid is, voegt Jezus eraan toe: 'Ik zei dat Hij aan u zal
verkondigen wat Hij van Mij ontvangen heeft, omdat al wat de Vader heeft het
mijne is' (Joh. 16:15) .
Als Hij zal
ontvangen, 'wat van Mij is', zal Hij vanzelf putten uit 'wat de Vader heeft'.
In het licht van dit 'ontvangen' kunnen ook de andere veelzeggende woorden over
de H. Geest verklaard worden die Jezus in het cenakel voor Pasen uitgesproken
heeft: 'Het is goed voor u dat Ik heenga; want als Ik niet heenga, zal
de Helper niet tot u komen. Nu Ik wel ga, zal Ik Hem tot u zenden. Eenmaal
gekomen zal Hij de wereld het overtuigend bewijs leveren van wat zonde,
gerechtigheid en oordeel is' (Joh. 16:7s) . Het zal nodig zijn in
een aparte overweging nog terug te komen op deze woorden.
2 Vader,
Zoon en H. Geest
8 Kenmerkend voor de tekst van Johannes is dat de Vader, de
Zoon en de H. Geest duidelijk als Personen aangeduid worden die van elkaar
onderscheiden zijn. Als Jezus over de Geest-Helper spreekt, gebruikt Hij
meermalen het persoonlijk voornaamwoord 'Hij'. Tegelijk onthult Hij in de
afscheidsrede de banden die de Vader, de Zoon en de Parakleet met elkaar
verenigen. 'De Geest gaat van de Vader uit' (Joh.
15:26) en de Vader 'geeft' de Helper (Joh. 14:16). De
Vader 'zendt' de Geest in de naam van de Zoon (Joh. 14:26), de Geest 'legt
getuigenis af' over de Zoon (Joh. 15:26). De Zoon vraagt aan de
Vader de Geest-Helper te zenden (Joh. 14:16), maar bovendien verzekert en
belooft Hij in verband met zijn 'heengaan' door middel van het kruis: 'Als
Ik heengegaan zal zijn, zal Ik Hem tot u zenden' (Joh. 16:7).
De Vader zendt
dus de H. Geest uit kracht van zijn vaderschap, zoals Hij de Zoon gezonden
heeft, maar tegelijk zendt Hij Hem krachtens de verlossing die Christus bewerkt
heeft en in deze zin wordt de H. Geest ook door de Zoon gezonden: 'Ik zal
Hem tot u zenden'. Hier dient opgemerkt te worden dat alle andere beloften
tijdens het Laatste Avondmaal de komst van de H. Geest aankondigen na het
heengaan van Christus, terwijl de belofte die vervat is in de tekst van Joh.
16:7s., duidelijk ook de betrekking van wederkerige afhankelijkheid tussen hun
openbaringen insluit en benadrukt, welke men oorzakelijk zou kunnen noemen: 'Als
Ik heengegaan zal zijn, zal Ik Hem tot u zenden'. De H. Geest zal komen,
omdat Christus heen zal gaan door middel van het kruis: Hij zal niet alleen
komen na maar ook vanwege de verlossing die Christus heeft bewerkt, krachtens
de wil en de werking van de Vader.
9 Zo kunnen wij zeggen dat in de afscheidsrede het hoogtepunt
bereikt wordt van de openbaring van de Drievuldigheid. Tegelijk staan wij op de
drempel van beslissende gebeurtenissen en verheven woorden die tenslotte tot
uitdrukking zullen komen in de grote zendingsopdracht die Jezus aan de
apostelen gegeven heeft en door hen aan de Kerk: 'Gaat dus en maakt alle
volkeren tot mijn leerlingen', en die in zekere zin de trinitaire formule van
het doopsel bevat: 'en doopt hen in de naam van de Vader en de Zoon en
de H. Geest' (Mt. 28:19) . Deze formule weerspiegelt het
innerlijke mysterie van God, van het goddelijke leven, dat de Vader, de Zoon en
de H. Geest is, de goddelijke eenheid van de Drievuldigheid. Men kan de
afscheidsrede ook lezen als een bijzondere voorbereiding op deze trinitaire formule,
waarin de levendmakende kracht van het sacrament uitgedrukt wordt dat de
deelname aan het leven van de drie-ene God uitwerkt, omdat het de heiligmakende
genade als bovennatuurlijke gave aan de mens schenkt. Daardoor wordt de mens
geroepen en ´in staat¡ gesteld te delen in het ondoorgrondelijke leven van God.
10 In zijn innerlijke leven 'is' God 'liefde',
wezenlijke liefde die de drie goddelijke Personen gemeen hebben; de H. Geest is
persoonlijke liefde, als Geest van de Vader en de Zoon. Daarom 'doorgrondt
Hij de diepste geheimen van God', als ongeschapen Liefde-gave. Men kan
zeggen dat in de H. Geest het innerlijke leven van de drie-ene God geheel en al
gave wordt, een uitwisseling van wederzijdse liefde tussen de goddelijke
Personen, en dat God door de H. Geest bestaat als gave. De H. Geest is de
persoonlijke uitdrukking van dit geven, van dit liefde-zijn. Hij is
Persoon-liefde. Hij is Persoon-gave. Wij staan hier voor de onpeilbare rijkdom
van de werkelijkheid en de onuitsprekelijke diepte van het begrip van persoon
in God, die wij alleen uit de openbaring kennen.
Als één in
wezen met de Vader en de Zoon in de godheid is de H. Geest tevens liefde en
(ongeschapen) gave, waaruit als uit haar bron (fons vivus levende
bron) iedere schenking aan de schepselen voortkomt (geschapen gave): de gave
van het bestaan aan alle dingen door middel van de schepping; de gave van de
genade aan de mensen door middel van de gehele heilseconomie. Zoals de apostel
Paulus schrijft: 'Gods liefde is in ons hart uitgestort door de H.
Geest die ons werd geschonken' (Rom. 5: 5).
3 De
heilbrengende zelfgave van God in de H. Geest
11 De afscheidsrede van Christus tijdens het paasmaal heeft
speciaal betrekking op deze 'gave' en 'zelfgave' van de H. Geest. In het
evangelie van Johannes wordt als het ware de diepste 'logica' onthuld van het
heilsmysterie dat van eeuwigheid af vervat is in Gods plan, als uitbreiding van
de onuitsprekelijke gemeenschap van de Vader, de Zoon en de H. Geest. Het is de
goddelijke ´logica' die van het mysterie van de Drie-eenheid leidt naar het
mysterie van de verlossing van de wereld in Jezus Christus. De verlossing die
de Zoon bewerkt heeft binnen de dimensies van de aardse geschiedenis van de
mens bewerkt in zijn ´heengaan¡ door middel van het kruis en de verrijzenis
wordt tegelijkertijd in heel haar heilskracht overgedragen aan de H. Geest:
degene die 'van Mij ontvangen zal' (Joh. 16:14). De
woorden van de tekst van Johannes geven aan dat volgens het goddelijke plan het 'heengaan' van Christus noodzakelijke voorwaarde is voor de 'zending' en de
komst van de H. Geest; zij zeggen ook dat toen de nieuwe heilbrengende
zelfmededeling God begon, in de H. Geest.
12 Het is een nieuw begin ten opzichte van het eerste en
oorspronkelijke begin van de heilbrengende zelfgave van God dat samenvalt met
het mysterie van de schepping. Reeds in woorden van het boek Genesis lezen
wij: 'In het begin schiep God de hemel en de aarde...en de Geest van
God (ruah Elohim) zweerde over de wateren' (Gen. 1:1s) Dit Bijbelse
begrip van schepping bevat niet alleen het tot-het-bestaan-roepen van het zijn
van de kosmos, de gave van het bestaan dus, maar ook de aanwezigheid van de
Geest van God in het scheppingswerk, dat wil zeggen het begin van de
heilbrengende zelfmededeling van God aan alles wat Hij schept. Wat vooral geldt
voor de mens die geschapen is naar het beeld en de gelijkenis van God: 'Nu
gaan Wij de mens maken, als beeld van Ons, op Ons gelijkend' (Gen. 1:26).
'Wij gaan
maken': kan men geloven dat het meervoud dat de Schepper hier sprekend over
zichzelf gebruikt reeds op zekere wijze het mysterie van de Drie-eenheid
suggereert, de aanwezigheid van de Drie-eenheid in het werk van de schepping
van de mens? De christelijke lezer die de openbaring van dit mysterie kent, kan
het ook in deze woorden weergegeven vinden. De inhoud van het boek Genesis
staat ons in ieder geval toe in de schepping van de mens het eerste begin te
zien van de heilbrengende zelfgave van God in de vorm van het 'beeld en de
gelijkenis' van zichzelf die Hij aan de mens verleend heeft.
13 De woorden die Jezus uitgesproken heeft in de
afscheidsrede lijken dus ook gelezen moeten worden onder verwijzing naar dat 'verre' maar fundamentele 'begin' dat wij uit het boek Genesis kennen. 'Als ik
niet heenga, zal de Helper niet tot u komen. Nu Ik wel ga, zal Ik Hem tot u
zenden.' Als Christus zijn 'heengaan' beschrijft als voorwaarde voor de 'komst' van de Helper, dan Hij het nieuwe begin van de heilbrengende zelfmededeling van
God in de H. Geest met het mysterie van de verlossing. Het is bovenal een nieuw
begin, omdat de zonde zich geplaatst heeft tussen het eerste begin en heel de
mensengeschiedenis, te beginnen met de erfzonde. Die zonde is verzet tegen de
aanwezigheid van de Geest van God in de schepping en vooral verzet tegen de
heilbrengende zelfmededeling van God aan de mens. Sint Paulus schrijft dat
juist vanwege de zonde 'de schepping...onderworpen is aan een zinloos
bestaan..., altijd door kreunt en barensweeën lijdt¡ en ´vurig verlangt naar de
openbaring van Gods kinderen' (Rom. 8:19-22) .
14 Daarom zegt Jezus in de zaal van het Laatste Avondmaal, het
cenakel: 'Het is goed voor u dat Ik heenga'; 'Nu Ik wel heenga, zal Ik
Hem tot u zenden' (Joh. 16:7) . Het 'heengaan' van Christus door
middel van het kruis heeft de kracht van verlossing en dit betekent ook een
nieuwe aanwezigheid van de Geest van God in de schepping: het nieuwe begin van
de zelfmededeling van God aan de mens in de H. Geest. 'En het bewijs
dat ge zonen zijt: Hij heeft de Geest van zijn Zoon in ons gezonden die roept::
Abba, Vader!', schrijft de apostel Paulus in de brief aan de
Galaten (Gal. 4: 6). De H. Geest is de Geest van de Vader, zoals de
woorden van de afscheidsrede in het cenakel bevestigen. Hij is tegelijk de
Geest van de Zoon, de Geest van Jezus Christus, zoals de apostelen en in het
bijzonder Paulus van Tarsus zullen belijden.
Met de zending
van deze Geest 'in ons' begint zich te voltrekken wat 'de schepping vurig
verlangt', zoals wij in de brief aan de Romeinen lezen. De prijs
voor de komst van de H. Geest is het 'heengaan' van Christus.
De aankondiging van dit 'heengaan' heeft de droefheid van de
apostelen veroorzaakt, welke haar dieptepunt zal bereiken bij het lijden en de
dood op Goede Vrijdag, maar op haar beurt ´zal deze droefenis in
vreugde verkeren'. Christus zal immers in zijn verlossend 'heengaan' de
heerlijkheid van de verrijzenis en de hemelvaart naar de Vader opnemen. Zo is
dus bij het ´heengaan' van de Meester, een heengaan dat ´goed' is,
want dank zij dit heengaan zou een andere ´Trooster' komen.
Tegen de prijs van het kruis dat de verlossing heeft bewerkt, uit kracht van
heel het paasmysterie van Jezus Christus, komt de H. Geest om vanaf de dag van
Pinksteren met de apostelen te blijven, met de Kerk en in de Kerk, en door
middel van de Kerk in de wereld.
Het nieuwe begin van de zelfmededeling van de drie-ene God in de H. Geest door
Jezus Christus, de Verlosser van de mens en de wereld, wordt op deze wijze
definitief verwerkelijkt.
4 De
Messias, gezalfd met de H. Geest
15 Ook de zending van de Messias wordt ten volle
verwerkelijkt, de zending van degene die de volheid van de H. Geest heeft
ontvangen voor het uitverkoren volk Gods en voor de gehele mensheid. 'Messias' betekent letterlijk 'Christus', dat wil zeggen 'Gezalfde', en in de
heilsgeschiedenis betekent het 'gezalfd met de H. Geest'. Zo was de profetische
traditie zal Simon Petrus in het huis van Cornelius zeggen: 'Gij weet
wat er overal in het joodse land gebeurd is... na het doopsel dat Johannes
predikte; hoe God Jezus van Nazaret gezalfd heeft met de H. Geest en met
kracht' (Hand. 10:37s).
Van deze
woorden van Petrus en van vele andere dergelijke woorden dient men
allereerst terug te gaan naar de profetie van Jesaja, welke soms 'het vijfde
evangelie' wordt genoemd of ook wel 'het evangelie van het Oude Testament'.
Jesaja zinspeelt op de komst van een mysterieuze persoon die door de
nieuwtestamentische openbaring vereenzelvigd zal worden met Jezus, en verbindt
die persoon en diens zending met een speciale werking van de Geest van God, de
Geest van Jahwe. Dit zijn de woorden van de profeet:
"Een twijg
ontspruit aan de tronk van Isaï, een telg ontbloeit aan zijn wortel. De geest van Jahwe rust op hem, Een geest van wijsheid en inzicht, Een geest
van beleid en sterkte, Een geest van kennis en ontzag voor Jahwe, -hij ademt
ontzag voor Jahwe" (Jes. 11:1-3) .
Deze tekst is
belangrijk voor heel de pneumatologie van het Oude Testament, want hij vormt
als het ware een brug tussen het oude Bijbelse begrip van de 'geest', opgevat
vooral als 'charismatische inblazing', en de 'Geest' als persoon en gave voor
de persoon. De Messias uit het geslacht van David ('uit de tronk van Isaï') is
juist die persoon op wie de Geest van Jahwe 'zal rusten'. Het is duidelijk dat
men hier nog niet kan spreken van openbaring van de Parakleet; maar met deze
versluierde toespeling op de figuur van de komende Messias opent om zo te
zeggen de weg waarlangs de volledige openbaring over de H. Geest in de eenheid
van het mysterie van de Drievuldigheid wordt voorbereid, welke tenslotte in het
Nieuwe Testament zal geschieden.
16 Juist de Messias zelf is deze weg. In het Oude Verbond was
de zalving het uiterlijke symbool van de gave van de Geest geworden. De Messias
(meer dan wie ook de gezalfde in het Oude Verbond) is de enige grote Gezalfde
van God zelf. Hij is de Gezalfde in de zin van degene die de volheid van de
Geest van God bezit. Hij zal ook de middelaar zijn in de verlening van de H.
Geest aan heel het volk. Andere woorden van de profeet zijn namelijk:
'De geest
van Jahwe, mijn Heer, rust op mij, want Jahwe heeft mij gezalfd. Hij heeft mij
gezonden om de armen het blijde nieuws te brengen, om te verbinden wier hart is
gebroken, om aan de gevangenen vrijlating te melden, en aan de geboeiden de terugkeer
naar het licht; om een jaar van Jahwe's genade te melden.' (Jes. 61:1s)
De Gezalfde
wordt ook gezonden 'met de Geest van Jahwe':
'En nu heeft
Jahwe, de Heer, mij gezonden met zijn geest' (Jes. 48:16).
Volgens het
boek van Jesaja is de Gezalfde die gezonden wordt samen met de Geest van Jahwe,
tevens de uitverkoren Dienaar van Jahwe, op wie de Geest van God rust:
'Zie hier
mijn dienstknecht, die Ik ondersteun; mijn uitverkorene, die Mij welgevallig
is. Ik heb mijn geest op hem gelegd' (Jes. 42:1)
Men weet dat de
Dienaar van Jahwe in het boek van Jesaja is geopenbaard als ware Man van
smarten: de Messias die lijdt voor de zonden van de wereld. Tegelijk is hij
juist degene wiens zending echte heilsvruchten zal dragen voor de gehele mensheid. ´Hij
maakt de volkeren het recht openbaar...', (Jes. 42:1) ; en hij
zal het 'verbond met het volk, het licht voor de naties' zijn
(Jes. 42:6); want 'mijn heil moet reiken tot in de uithoeken der aarde' (Jes.
49:6) ; daarom
'zullen mijn
geest, die op u rust, en de woorden die Ik in uw mond heb gelegd, niet wijken
uit uw mond, noch uit de mond van uw nakomelingen, noch uit die van hun
nakomelingen, van nu af en tot in eeuwigheid, zegt Jahwe' (Jes. 59:21).
De hier
weergegeven teksten van de profeet moeten door ons gelezen worden in het licht
van het evangelie zoals anderzijds het Nieuwe Testament op speciale wijze
verhelderd wordt door het bewonderenswaardige licht dat deze oudtestamentische
teksten bevatten. De profeet stelt de Messias voor als degene die in de H.
Geest komt, als degene die de volheid van deze Geest bezit, in zich en tegelijk
voor de anderen, voor Israël, voor alle naties, voor de gehele mensheid. De
volheid van de Geest van God gaat vergezeld van veelvuldige gaven, de heilsgoederen,
die op bijzondere wijze bestemd zijn voor de armen en lijdenden, voor allen die
hun hart openstellen voor deze gaven soms door middel van de smartelijke
ervaringen van het eigen bestaan, maar vooral door de innerlijke
beschikbaarheid die uit het geloof voortkomt.
Dat voelde de
oude Simeon aan, 'een wetgetrouw en vroom man¡ op wie ´de H. Geest rustte', op
het ogenblik van de opdracht van Jezus in de tempel, toen hij in Hem het ´heil¡
onderkende, 'dat bereid is voor alle volkeren' tegen de prijs
van het grote lijden het kruis dat Hij samen met zijn Moeder moest dragen.
Dat voelde de Maagd Maria nog beter aan die ´ontvangen had van de H.
Geest', toen zij in haar hart nadacht over de ´mysteries' van
de Messias, waarmee zij verbonden was.
17 Men moet hier onderstrepen dat de ´geest van Jahwe¡ die op
de komende Messias 'zal rusten', allereerst een gave van God is voor de persoon
van die Dienaar van God. Maar hij is geen afzonderlijke en op zichzelf staande
persoon, want hij werkt krachtens de wil van de Heer, uit kracht van diens
beslissing of keuze. Ook al sluit in het licht van de teksten van Jesaja het
heilswerk van de Messias, de Dienaar van God, de werking van de Geest in, welke
zich ontplooit door zijn bemiddeling, toch suggereren zij in hun oudtestamentische
context niet het onderscheid van de subjecten of de goddelijke personen, zoals
zij in het mysterie van de Drie-eenheid bestaan en later geopenbaard zijn in
het Nieuwe Testament. Evenals in heel het Oude Testament is in Jesaja de
persoon van de H. Geest geheel verborgen: verborgen in de openbaring God en ook
in de aankondiging van komende Messias.
18 Jezus Christus zal zich aan het begin van zijn Messiaanse
activiteit beroepen op deze aankondiging die vervat is in de woorden van
Jesaja. Dat zal gebeuren in Nazaret, waar Hij dertig jaren van zijn leven
doorgebracht had in het huis van Jozef, de timmerman, naast Maria, zijn
maagdelijke Moeder. Toen Hij de gelegenheid kreeg het woord te nemen in de
synagoge, opende Hij het boek van Jesaja en vond de passage waar geschreven
staat: 'De geest des Heren is over mij gekomen, omdat Hij mij gezalfd heeft¡,
en na deze tekst gelezen te hebben zij Hij tot de aanwezigen: ´Het
Schriftwoord dat gij zojuist gehoord hebt, is thans in vervulling gegaan'. Op
deze wijze beleed en verklaarde Hij degene te zijn die 'gezalfd is' door de
Vader, de Messias, degene in wie de volheid van deze Geest bezit, degene die
het 'nieuwe begin' betekent van de gave die God in de Geest aan de mensheid
schenkt.
5 Jezus
van Nazaret, verheven in de H. Geest
19 Ook al is Jezus in zijn vaderstad Nazaret niet
geaccepteerd als Messias, toch wordt zijn Messiaanse zending in de H. Geest aan
het begin van zijn openbaar leven aan het volk geopenbaard door Johannes de
Doper. Deze zoon van Zacharias en Elisabet kondigt bij de Jordaan de komst van
de Messias aan en dient het doopsel van bekering toe. Hij zegt: 'Ik
doop u met water, maar er komt iemand die sterker is dan ik; ik ben niet
waardig de riem van zijn sandalen los te maken. Hij zal u dopen met de H. Geest
en met vuur' (Lc. 3:16).
Johannes de
Doper kondigt de Messias-Christus niet alleen aan als degene die 'komt' in de
H. Geest, maar ook als degene die de H. Geest 'brengt', zoals Jezus nog
duidelijker zal openbaren in het cenakel. Johannes is hier de trouwe echo van
de woorden van Jesaja die bij de profeet uit het Oude Testament betrekking
hadden op de toekomst, terwijl ze in zijn onderricht op de oever van de Jordaan
de onmiddellijke inleiding vormen op de nieuwe Messiaanse werkelijkheid.
Johannes is niet alleen een profeet maar ook een bode: hij is de voorloper van
Christus. Wat hij aankondigt wordt voor aller ogen werkelijkheid.
Jezus van
Nazaret komt naar de Jordaan om ook het doopsel van bekering te ontvangen. Als
Johannes Hem ziet aankomen, zegt hij: 'Zie, het Lam Gods dat de zonden
van de wereld wegneemt' (Joh. 1:29) . Dit zegt hij op ingeving
van de H. Geest en hij getuigt dat de profetie van Jesaja in
vervulling is gegaan. Terzelfder tijd belijdt hij zijn geloof in de heilszending
van Jezus van Nazaret. Uit de mond van Johannes de Doper is 'Lam Gods' een
vaststelling van de waarheid omtrent de Verlosser die niet minder relevant is
dan de door Jesaja gebruikte uitdrukking 'Dienaar van Jahwe'.
Zo wordt door het getuigenis van Johannes bij de Jordaan Jezus van Nazaret die
door zijn stadgenoten verworpen is, verheven voor de ogen van Israël als
Messias, als met de H. Geest 'Gezalfde' dus. En dit getuigenis wordt versterkt
door een ander getuigenis van hogere orde dat door de drie synoptici vermeld
wordt. Want toen al het volk gedoopt was en Jezus na het doopsel ontvangen te
hebben in gebed was, 'ging de hemel open en daalde de H. Geest, in
lichamelijke gedaante als een duif, over Hem neer' (Lc. 3:21s) en
tegelijkertijd 'sprak een stem uit de hemel: Gij zijt mijn Zoon, de
welbeminde, in U heb Ik mijn behagen gesteld' (Mt. 3:17).
Dit is een trinitaire theofanie die getuigt van de verheffing van Jezus bij
gelegenheid van het doopsel van Johannes de Doper, maar het onthult een nog
diepere dimensie van de waarheid over Jezus van Nazaret als Messias: de Messias
is de welbeminde Zoon van de Vader. Zijn plechtige verheffing beperkt zich niet
tot de Messiaanse zending van de 'Dienaar van Jahwe'. In het licht van de
theofanie bij de Jordaan betreft deze verheffing het mysterie van de Persoon
zelf van de Messias. Hij wordt verheven omdat Hij de Zoon van het goddelijk
welbehagen is. De stem uit de hemel zegt: 'Mijn Zoon'.
20 De theofanie bij de Jordaan verheldert slechts vluchtig het
mysterie van Jezus van Nazaret, wiens gehele activiteit zich zal ontplooien in
de H. Geest. Jezus zou zelf dit mysterie geleidelijk openbaren en
bevestigen door alles wat Hij 'deed en leerde' (Hand. 1:1) .
In de lijn van dit onderricht en van de Messiaanse tekenen die Jezus verrichte
voor de afscheidsrede in het cenakel, treffen wij gebeurtenissen en woorden aan
die bijzonder belangrijke elementen vormen van deze voortschrijdende
openbaring. Zo laat de evangelist Lucas, die reeds vermeld heeft dat Jezus 'vervuld
was van de H. Geest' en 'door de H. Geest naar de woestijn was
gevoerd' (Lc. 4:1), ons weten dat, nadat de 72 leerlingen
teruggekeerd waren van de zending die de Meester hun had toevertrouwd en
Hem vol vreugde de vruchten van hun werk hadden verteld, 'op datzelfde
uur Jezus, vervuld van de H. Geest, het uitjubelde en zei: Ik prijs U Vader,
Heer van hemel en aarde, omdat Gij deze dingen verborgen gehouden hebt voor
wijzen en verstandigen, maar ze hebt geopenbaard aan kleinen. Ja Vader, zo
heeft het u behaagd' (Lc. 1:21). Jezus juicht over het goddelijke
vaderschap; Hij juicht omdat het Hem gegeven is dit vaderschap te openbaren;
Hij juicht tenslotte als om een bijzondere uitstraling van dit goddelijk
vaderschap over de 'kleinen'. En de evangelist karakteriseert dit alles als 'jubel in de H. Geest'.
Deze jubel spoort Jezus in zekere zin aan nog meer te zeggen: 'Alles is Mij
door mijn Vader in handen gegeven. Niemand weet wie de Zoon is tenzij de Vader;
en wie de Vader is tenzij de Zoon en hij aan wie de Zoon het wil openbaren' (Lc.
10: 22).
21 Wat tijdens de theofanie bij de Jordaan om zo te zeggen
´van buiten af¡ gekomen is, uit de hemel, komt hier 'van binnenuit', d.w.z. uit
het diepste innerlijk van Jezus. Het is een andere openbaring van de Vader en
de Zoon, verenigd in de H. Geest. Jezus spreekt alleen over het vaderschap van
God en over zijn eigen zoonschap. Hij spreekt niet direct over de H. Geest die
liefde is en daarom de band tussen de Vader en de Zoon. Wat hij zegt over de
Vader en over zichzelf als Zoon, ontspringt niettemin uit de volheid van de
Geest die in Hem is en die zich uitstort in zijn hart, zijn eigen 'Ik' doordringt, zijn handelen inspireert en vanuit de diepte opwekt. Vandaar dat
´uitjubelen in de H. Geest¡. De vereniging van Christus met de H. Geest waarvan
Hij zich ten volle bewust is, drukt zich uit in de 'jubel', welke in zekere zin
zijn verborgen bron zichtbaar maakt. Zo zijn er een bijzondere openbaring en
verheffing die eigen zijn aan de Mensenzoon, aan Christus, de Messias, wiens
mensheid toebehoort aan de persoon van Gods Zoon, die één in wezen is met de H.
Geest in de godheid.
In de prachtige belijdenis van het vaderschap van God openbaart Jezus van
Nazaret ook zichzelf, zijn goddelijk 'Ik'. Hij is immers de Zoon die ´één in
wezen is met de Vader', en daarom 'kent niemand de Zoon tenzij de Vader, en
niemand kent de Vader tenzij de Zoon', die 'voor ons en omwille van ons heil' mens is geworden door de H. Geest en geboren is uit een maagd wier naam Maria
was.
6 De
verrezen Christus zegt: 'Ontvangt de H. Geest'
22 Dank zij zijn verhaal voert Lucas ons zeer dicht bij de
waarheid die vervat is in de rede in het cenakel. Jezus van Nazaret die 'verheven' is in de H. Geest, openbaart zich tijdens deze rede en dit gesprek
als degene die de Geest 'brengt', als degene die Hem aan de apostelen en de
Kerk moet brengen en 'geven' tegen de prijs van zijn 'heengaan' door middel van
het kruis. Met het werkwoord 'brengen' wil men hier allereerst zeggen: 'openbaren'.
Het Oude Testament heeft vanaf het boek Genesis de Geest van God op zekere
wijze eerst doen kennen als de 'inblazing' van God die het leven geeft, als een
bovennatuurlijke 'levensadem'.
In het boek van
Jesaja wordt Hij voorgesteld als een ´gave¡ voor de persoon van de Messias, als
degene die op hem rust, om van binnenuit heel zijn heilswerk te leiden. Bij de
Jordaan heeft de aankondiging van Jesaja concrete gestalte aangenomen: Jezus
van Nazaret is degene die komt in de H. Geest en Hem brengt als gave van zijn
eigen Persoon, om Hem te verspreiden door zijn mensheid: 'Hij zal u
dopen met de H. Geest' (Mt. 3:11; Lc. 3:16) . In het evangelie
wordt deze openbaring van de H. Geest bevestigd en verrijkt als innerlijke bron
van het leven en het Messiaanse handelen van Jezus Christus.
In het licht van wat Jezus zegt in de rede in het cenakel wordt de H. Geest
geopenbaard op een nieuwe en meer volledige wijze. Hij is niet alleen een gave
aan de persoon (aan de persoon van de Messias), maar een Persoon-gave. Jezus
kondigt zijn komst aan als de komst van 'een andere Helper' die,
omdat Hij de Geest der waarheid is, de apostelen en de Kerk 'tot de
volle waarheid' zal brengen (Joh. 16:13). Dit zal geschieden
vanwege de speciale gemeenschap tussen de H. Geest en Christus: 'Hij
zal u verkondigen wat Hij van Mij ontvangen heeft' (Joh. 16:14). Deze
gemeenschap heeft haar oorsprong en bron in de Vader: 'Ik zei dat Hij
aan u zal verkondigen wat Hij van Mij ontvangen heeft, omdat al wat de Vader
heeft het mijne is' (Joh. 16:15). De H. Geest die uitgaat van de
Vader, wordt gezonden door de Vader (Joh. 14:26; Joh. 15:26). De H. Geest
is eerst gezonden als gave voor de Zoon die mens is geworden, om de Messiaanse
beloften te vervullen. Na het ´heengaan¡ van Christus-de Zoon zal de H. Geest
volgens de tekst van Johannes rechtstreeks 'komen' wat zijn nieuwe zending is
om het werk van de Zoon te voltooien. Zo zal Hij het nieuwe tijdperk van de
heilsgeschiedenis tot voleinding brengen.
23 Wij staan op de drempel van het Paasgebeuren. De nieuwe
definitieve openbaring over de H. Geest als Persoon die de gave is, geschiedt
juist op dit ogenblik. Het Paasgebeuren het lijden, de dood en de verrijzenis
van Christus is ook de tijd van de nieuwe komst van de H. Geest, als
Parakleet en Geest der waarheid. Het is de tijd van het ´nieuwe begin¡ van de
zelfmededeling van de drie-ene God aan de mensheid in de H. Geest, door het
werk van Christus de Verlosser. Dit nieuwe begin is de verlossing van de
wereld: 'Zozeer immers heeft God de wereld liefgehad, dat Hij zijn
eniggeboren Zoon heeft gegeven' (Joh. 3:16).
Reeds in het 'geven' van de Zoon, in de gave van de Zoon, drukt zich het diepste wezen van
God uit die als liefde de onuitputtelijke bron van de schenking is. In de gave
die door de Zoon wordt gegeven, worden de openbaring en de schenking van de
eeuwige liefde voltooid: de H. Geest, die in de ondoorgrondelijke diepte van de
godheid een Persoon-gave is, wordt door het werk van de Zoon, door middel van
het paasmysterie, op een nieuwe wijze aan de apostelen en de Kerk gegeven en
door hen aan de mensheid en de gehele wereld.
24 Dit mysterie wordt op de dag van de verrijzenis op
definitieve wijze uitgedrukt. Op die dag wordt Jezus van Nazaret 'die
naar het vlees geboren is uit het geslacht van David', zoals de apostel
Paulus schrijft, 'naar de Geest van heiligheid als Zoon van God in
kracht... gesteld, door zijn opstanding uit de doden' (Rom. 1:3s). Zo
kan men zeggen dat de Messiaanse 'verheffing' van Christus in de H. Geest haar
hoogtepunt bereikt in de verrijzenis, waarin Hij zich ook openbaart als Zoon
van God 'vol kracht'. En deze kracht waarvan de bronnen ontspringen in de
ondoorgrondelijke gemeenschap van de Drie-eenheid, openbaart zich allereerst in
het feit dat de verrezen Christus die van de ene kant de belofte van God
vervult welke eens door de mond van de profeet was uitgesproken: 'Ik
zal u een nieuw hart geven en een nieuwe geest in u storten...mijn geest' (Ez.
36:26s), van de andere kant zijn eigen belofte vervult welke Hij aan de
apostelen gedaan had met de woorden: 'Nu Ik wel ga, zal Ik Hem tot u
zenden' (Joh. 16:7). Hem: de Geest der waarheid, de Parakleet, die
door de verrezen Christus gezonden is om ons om te vormen naar zijn eigen beeld
als verrezene.
Zie: 'In de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de
verblijfplaats van de leerlingen gesloten waren uit de vrees voor de Joden,
kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: 'Vrede zij met u'. Na dit
gezegd te hebben, toonde Hij hun zijn handen zijn zijde. De leerlingen waren
vervuld van vreugde toen zij de Heer zagen. Nogmaals zei Jezus tot hen: 'Vrede
zij u. Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik u'. Na deze woorden blies
Hij over hen en zei: 'Ontvangt de H. Geest' ´. (Joh. 20:19-22) .
Alle bijzonderheden van deze sleuteltekst van het evangelie van Johannes hebben
hun eigen betekenis, speciaal als wij ze lezen onder verwijzing naar de woorden
die uitgesproken zijn in het cenakel aan het begin van het Paasgebeuren.
Dit gebeuren
het triduum sacrum van Jezus die de Vader gewijd heeft door de zalving en in de
wereld gezonden komt tot voleinding. Christus die als Mensenzoon en Lam
Gods 'de geest gegeven had' op het kruis, gaat, eenmaal
verrezen, naar de apostelen om 'over hen te blazen' met de
kracht waarover de brief aan de Romeinen spreekt. De komst van de Heer vervult
de aanwezigen met vreugde: 'Hun droefenis verkeert in vreugde',
zoals Hij zelf reeds beloofd had voor zijn lijden. En vooral de voornaamste
belofte van de afscheidsrede wordt vervuld: als het ware een nieuwe schepping
beginnend 'brengt' de verrezen Christus de H. Geest aan de apostelen. Hij
brengt Hem tegen de prijs van zijn 'heengaan'; Hij geeft hun deze Geest om zo
te zeggen door de wonden van zijn kruisiging: 'Hij toonde hun zijn handen en
zijn zijde'. Het is uit kracht van deze kruisiging dat Hij hun zegt: 'Ontvangt
de H. Geest'.
Zo wordt er een nauwe band gevestigd tussen de zending van de Zoon en de
zending van de H. Geest. De H. Geest wordt (na de erfzonde) niet gezonden
zonder het kruis en de verrijzenis: 'Als Ik niet heenga, zal de Helper
niet tot u komen' (Joh. 16:7) . Ook in de verlossing wordt een
nauwe band gevestigd tussen de zending van de H. Geest en de zending van de
Zoon. De zending van de Zoon vindt in zekere zin haar ´voltooiing¡ in de
verlossing. De zending van de H. Geest ´put¡ uit de verlossing: 'Hij
zal u verkondigen wat Hij van Mij ontvangen heeft' (Joh. 16:15) .
De verlossing wordt geheel bewerkt door de Zoon als de Gezalfde die gekomen is
en gehandeld heeft uit kracht van de H. Geest en zich tenslotte als offer
aangeboden heeft op het hout van het kruis. En deze verlossing wordt tegelijk
voortdurend bewerkt in het hart en het geweten van de mensen in de
geschiedenis van de wereld door de H. Geest die de 'andere Helper' is.
7 De H.
Geest en de tijd van de Kerk
25 Toen het werk voltrokken was dat de Vader aan zijn Zoon op
aarde had opgedragen, werd op Pinksteren de H. Geest gezonden, opdat deze de
Kerk voortdurend zou heiligen en de gelovigen door Christus in de ene Geest
toegang tot de Vader zouden verkrijgen. Hij is de Geest van het leven, de bron
van het water dat tot eeuwig leven opspringt. Door Hem maakt de Vader de mensen
die door de zonde gedood waren, weer levend, om eens ook hun sterfelijk lichaam
in Christus te doen verrijzen.
Op deze wijze
spreekt het Tweede Vaticaans Concilie over de geboorte van de Kerk op
Pinksteren. Het pinkstergebeuren vormt de definitieve openbaring van wat reeds
op Paaszondag geschied was in het cenakel. De verrezen Christus kwam en
bracht aan de apostelen de H. Geest. Hij gaf Hem aan het zeggende: Ontvangt
de H. Geest. Wat toen binnen het cenakel, achter gesloten deuren, gebeurd
was, openbaart zich later, op Pinksteren, ook naar buiten, ten overstaan van de
mensen. De deuren van het cenakel gaan open en de apostelen wenden zich tot de
bewoners van Jeruzalem en de pelgrims die er waren bij gelegenheid van het
feest, om getuigenis af te leggen over Christus in de kracht van de H. Geest.
Zo wordt vervuld wat aangekondigd was: Hij zal getuigenis over Mij
afleggen. Maar ook gij moet getuigen, want vanaf het begin zijt gij bij Mij (Joh.
15:26s)
In een ander
document van het Tweede Vaticaans Concilie lezen wij:
De H. Geest
was ongetwijfeld reeds in de wereld werkzaam, voordat Christus verheerlijkt
werd. Op de dag van het Pinksterfeest echter kwam Hij over de leerlingen, om
voor altijd bij hen te blijven; de Kerk werd openbaar bekendgemaakt ten
overstaan van de menigte en de verspreiding van het evangelie onder de volkeren
nam een aanvang door de prediking.
De tijd van de
Kerk heeft een aanvang genomen met de komst, dat wil zeggen met de neerdaling
van de H. Geest over de apostelen die bijeengekomen waren in het cenakel samen
met Maria, de Moeder van de Heer. De tijd van de Kerk is aangevangen op het
ogenblik waarop de beloften en aankondigingen die zo uitdrukkelijk betrekking
hebben op de Helper, op de Geest der waarheid, in alle kracht en duidelijkheid
verwerkelijkt begonnen te worden over de apostelen. Hierdoor werd de Kerk
geboren. De Handelingen van de Apostelen spreken er uitgebreid over in vele
passages waaruit blijkt dat volgens het bewustzijn van de eerste gemeenschap
waarvan Lucas de geloofsovertuigingen uitdrukt, de H. Geest de onzichtbare
maar in zekere zin waarneembare leiding op zich genomen heeft van hen die
zich na het heengaan van de Heer Jezus geheel verweesd achtergelaten voelden.
Met de komst
van de Geest hebben zij zich in staat gevoeld de hun toevertrouwde zending te
vervullen. Zij hebben zich vol kracht en sterkte gevoeld. Juist dit heeft de H.
Geest in hen bewerkt en Hij bewerkt het voortdurend in de Kerk in hun
opvolgers. Want de genade van de H. Geest die de apostelen door de
handoplegging aan hun medewerkers gegeven hebben, wordt steeds weer doorgegeven
door de bisschopswijding. Door het sacrament van het priesterschap maken de
bisschoppen de gewijde dienaren deelachtig aan deze geestelijke gave en zij
zorgen ervoor dat allen die wedergeboren zijn uit water en Geest door het
sacrament van het vormsel hiermee gesterkt worden; en zo wordt op zekere wijze
de pinkstergenade in de Kerk bestendigd.
Zoals het
Concilie schrijft:
De Geest
woont in de Kerk en in het hart van de gelovigen, als in een tempel; in hen
bidt Hij en geeft Hij getuigenis van hun aangenomen kindschap). De Kerk, die
Hij naar de volle waarheid voert en in de gemeenschap en de bediening één
maakt, richt Hij in en geleidt Hij door de verscheidenheid van de hiërarchische
en charismatische gaven en Hij siert haar met zijn vruchten. Door de kracht van
het evangelie maakt Hij de Kerk steeds weer jong en vernieuwt Hij haar
voortdurend en brengt Hij haar naar de volkomen vereniging met haar
bruidegom.
26 De geciteerde teksten van de constitutie Lumen Gentium van
het Concilie zeggen ons dat met de komst van de H. Geest de tijd van de Kerk
begonnen is. Zij zeggen ons ook dat deze tijd, de tijd van de Kerk, voortduurt.
Hij duurt voort door de eeuwen en geslachten heen. In onze eeuw waarin de
mensheid aan het eind van het 2e millennium na Christus gekomen is, heeft deze
tijd van de Kerk zich op speciale wijze uitgedrukt door middel van het Tweede
Vaticaans Concilie, het Concilie van onze eeuw. Men weet dat dit Concilie in
het bijzonder een ecclesiologisch Concilie is geweest: een Concilie over het
thema van de Kerk. Tegelijk is het onderricht van dit Concilie wezenlijk
pneumatologisch: doordrongen van de waarheid over de H. Geest als ziel van de
Kerk. Wij kunnen zeggen dat het Tweede Vaticaans Concilie in zijn rijk
onderricht precies alles bevat wat de Geest tot de kerken zegt met
betrekking tot de huidige fase van de heilsgeschiedenis.
Het Concilie
dat de leiding van de H. Geest heeft gevolgd en samen met Hem getuigenis heeft
afgelegd, heeft op bijzondere wijze de aanwezigheid van de H. Geest-Helper
bevestigd. Het heeft Hem in zekere zin opnieuw tegenwoordig gesteld in ons
moeilijke tijdperk. In het licht van deze overtuiging begrijpt men beter het
grote belang van alle initiatieven die de verwezenlijking van het Tweede
Vaticaans Concilie, van zijn onderricht en van zijn pastorale en oecumenische
richtlijnen nastreven. In deze zin dienen ook de opeenvolgende vergaderingen
van de bisschoppensynode beschouwd en beoordeeld te worden, die er naar streven
dat de vruchten van de waarheid en de liefde de echte vruchten van de H.
Geest een duurzaam goed van het volk Gods worden op zijn aardse pelgrimstocht
in de loop der eeuwen.
Dit werk van de
Kerk dat streeft naar het realiseren en bevestigen van de heilsvruchten die de
geest op het Concilie heeft uitgedeeld, is onmisbaar. Hiervoor moet men ze
nauwkeurig weten te onderscheiden van alles wat daarentegen allereerst van
de vorst van deze wereld kan komen. Dit
onderscheidingsvermogen is des te meer noodzakelijk bij de verwezenlijking van
het werk van het Concilie, omdat dit zich wijd opengesteld heeft voor de
huidige wereld, zoals duidelijk blijkt uit zijn belangrijke
constituties Gaudium et Spes en Lumen Gentium .
Wij lezen in de pastorale constitutie:
Hun
gemeenschap (van de leerlingen van Christus) wordt... gevormd door mensen die,
verenigd in Christus door de H. Geest worden geleid op hun tocht naar het rijk
van de Vader en die de heilsboodschap hebben ontvangen die aan allen verkondigd
moet worden. Daarom voelt de Kerk zich werkelijk intiem verbonden met het
mensdom en zijn geschiedenis.
De Kerk weet waarachtig, dat alleen God, die zij dient, een antwoord kan geven
op de diepste verlangens van het menselijk hart, dat door de aardse spijs nooit
volledig kan worden verzadigd.
De Geest van God ... regelt in wonderlijke voorzienigheid de loop der tijden
en vernieuwt het aangezicht van de aarde.
Het tijdperk
van de Kerk - zoals H. Paus Johannes Paulus II uitdrukt in zijn encycliek
Dominum et Vivificantem (Die Heer is en het Leven geeft) - begon met de
"komst" op Pinksteren, dat wil zeggen met de nederdaling van de H.
Geest op de Apostelen die bijeen waren in het cenakel van Jeruzalem, samen met
Maria, de Moeder van de Heer...
De tijd van de
Kerk begon op het moment dat de beloften en voorspellingen die zo expliciet
verwezen naar de Raadsman, de Geest van Waarheid, in volle kracht en helderheid
aan de Apostelen werden vervuld, en zo de geboorte van de Kerk bepaalden.
(Dominum et Vivificatem Hoofdst 7)
Nr 25 ´Toen
het werk voltrokken was dat de Vader aan zijn Zoon op aarde had opgedragen,
werd op Pinksteren de H. Geest gezonden, opdat deze de Kerk voortdurend zou
heiligen en de gelovigen door Christus in de ene Geest toegang tot de Vader
zouden verkrijgen. Hij is de Geest van het leven, de bron van het water dat tot
eeuwig leven opspringt. Door Hem maakt de Vader de mensen die door de zonde
gedood waren, weer levend, om eens ook hun sterfelijk lichaam in Christus te
doen verrijzen¡.
zorgen
ervoor dat allen die wedergeboren zijn uit water en Geest door het sacrament
van het vormsel hiermee gesterkt worden; en zo wordt op zekere wijze de
pinkstergenade in de Kerk bestendigd.
Dit Triduum of Driedaagse in gebed en overweging, die de Openbaring
omvat die Luz de Maria ontving over de Persoon van de Heilige Geest, is voor
ons een effectieve manier om te begrijpen hoe we het tijdperk van de H. Geest
kunnen verder beleven.
DAG 1: De
erkenning dat we de Tempel van de H. Geest zijn.
1 Kor 3:16: Weet u niet
dat u een Tempel van God bent en dat de Geest van God in uw midden woont?
Veni, Sancte
Spiritus
Kom, Heilige
Geest,
zend voort
de hemelse straal
van uw licht.
Kom, vader
van de armen,
kom gever
van geschenken,
kom, licht
van het hart.
Allerbeste
trooster,
zachte
gastheer van de ziel,
zoete
troost.
Rust bij het
werk,
verfrissing
bij hitte,
vertroosting
bij verdriet.
O,
allerzaligst licht,
vul het
binnenste van het hart
van uw
gelovigen.
Zonder uw
goddelijke macht,
is er niets
in de mens,
is er niets
onschuldigs.
Reinig wat
vuil is,
maak nat wat
droog is,
genees wat
gewond is.
Maak soepel
wat stroef is,
verwarm wat
koud is,
leid wat
afgeweken is.
Schenk uw
gelovigen,
die
vertrouwen op u,
de
zevenvoudige heilige giften.
Schenk
voldoening voor weldaden,
schenk het
uiteindelijke heil,
schenk de
eeuwige vreugde.
Amen. Halleluja.
Veni, Sancte Spiritus,
et emitte caelitus
lucis tuae radium.
Veni, pater pauperum,
veni, dator munerum
veni, lumen cordium.
Consolator optime,
dulcis hospes animae,
dulce refrigerium.
In labore requies,
in aestu temperies
in fletu solatium.
O lux beatissima,
reple cordis intima
tuorum fidelium.
Sine tuo numine,
nihil est in homine,
nihil est innoxium.
Lava quod est sordidum,
riga quod est aridum,
sana quod est saucium.
Flecte quod est rigidum,
fove quod est frigidum,
rege quod est devium.
Da tuis fidelibus,
in te confidentibus,
sacrum septenarium.
Da virtutis meritum,
da salutis
exitum,
da perenne
gaudium,
Amen.
Alleluia.
God, kom mij te hulp. Heer, haast U mij te helpen.
´ omdat Gods liefde in ons hart
is uitgegoten door de H. Geest, die ons gegeven is¡, alleluja (Rom 5:5)
Overweging
1/8/2015 Maria: Het leven van het lichaam is de ziel,
en het leven van de ziel is God. De H. Geest woont in zielen en door de ziel,
woont ze in het lichaam zodat het lichaam de Tempel is van de H. Geest.
11/10/2016 Maria: Verwijder je niet van het Eucharistisch
Voedsel, elk van jullie is een Tempel van de H. Geest, en daarom worden jullie
beschermd door Legioenen van Engelen. Vandaar: blijf op het rechte pad die
jullie leidt naar de redding van je ziel.
Kom, Heilige Geest
Kom, Heilige
Geest, vervul de harten van uw gelovigen en ontsteek in hen het vuur van uw
liefde. Zend uw Geest uit en alles zal herschapen worden. - En Gij zult het
aanschijn van de aarde vernieuwen.
Laat ons bidden
God, Gij hebt de harten van de gelovigen door de verlichting van de Heilige
Geest onderwezen: geef dat wij door die Heilige Geest de ware wijsheid mogen
bezitten, en ons altijd over zijn vertroosting verblijden. Door Christus onze
Heer. Amen.
Slotgebed
Almachtige God,
moge de luister van Uw Glorie op ons schijnen en moge de H. Geest, Licht van Uw
Licht, de harten van degenen die wedergeboren zijn door Uw Genade versterken,
door Christus, Onze Heer, Amen.
Offer
Laten we,
verenigd met Jezus Christus in innerlijke stilte, ons hart openen voor de
beweging van de H. Geest.
DAG 2: Het ontwikkelen van de Gaven en
Vruchten van de H. Geest
1 Petrus 4:10: Laat ieder van u de gave die hij van God
gekregen heeft, gebruiken om de anderen daarmee te helpen, zoals het goede
beheerders van Gods veelsoortige gaven betaamt.
God, kom mij te hulp. Heer, haast U mij te helpen.
´ omdat Gods liefde in ons hart
is uitgegoten door de H. Geest, die ons gegeven is¡, alleluja (Rom 5:5)
Gebed tot de
H. Geest (gegeven door Onze Heer Jezus Christus op 17/1/2011)
H. Geest, Liefde van de Vader en de Zoon, kom, vul Uw kind met Uw
gaven. Goddelijke luister, Heilig Vuur, kristalheldere Bron van rein
broederschap. Leven van Christenen, ondersteuning van de hulpelozen, licht in
de duisternis, warmte in koude, verhef mijn slapend wezen en til mijn ziel op
tot U.
Kom H. Geest, geef me Uw Wijsheid om rechtvaardig te handelen. Geef me
H. Verstand om mijn broeders en zusters tot U te trekken. Laat mij niet
superieur voelen tegenover mijn naasten maar de kleinste zijn, zodat Uw macht
kan verrijzen. Kom, neem mijn geest en vernieuw ze, moge ik een echo zijn van
Uw stem en raad geven in de Goddelijke Wil en niet in de mijne.
Geef me de kracht om niet te wankelen en standvastig te zijn, met mijn
blik op U gericht, moge ik een trouwe apostel zijn, in vervoering gebracht door
Uw kracht. Moge ik een weerspiegeling zijn van Uw wetenschap, O Goddelijke
Geest. Moge ik Uw glorie zoeken, en het wereldse ver van mij houden. Doordring
de diepten van mijn hart en prent Uw eigen barmhartigheid erin om lief te
kunnen hebben met Uw Liefde. Breng in mijn wezen het wonder van ontzag voor God
voort; geef me dorst naar zielen, zodat ik onbaatzuchtig werk voor het
Koninkrijk.
O H. Geest, leg de gave van ware liefde in mij. Dank U, Goddelijke
Geest, leef ten volle in mij. Ik ben mij bewust van mijn nood aan volle
vrijheid en zo roep ik U op om bezit te nemen van mijn leven. Dank U, O
Goddelijke Goedheid, Barmhartige Heerser, Heilig Vuur. Amen.
Overweging
27/10/2016 Maria: Mijn Zoon versnelt het tempo van Zijn
volk. Jullie bezitten zoveel zegeningen, zoveel gaven, maar bewaren ze achter
slot en grendel uit onwetendheid en soms uit angst. Maar hier kom Ik in de naam
van Mijn Zoon, uit liefde voor het volk van Mijn Zoon, uit liefde voor jullie,
die Mijn kinderen zijn, om jullie kenbaar te maken om die gaven, die deugden
die je hebt opgesloten, vrij te maken. Plaats ze voor de H. Geest, zodat Hij je
leidt, en jij, in gehoorzaamheid aan het Woord van Mijn Zoon, in staat bent om
spiritueler te zijn.
7/7/2019 H. Aartsengel Michaël: Kinderen van God, jullie moeten de gave
van Liefde bezitten zodat de overblijvende gaven op jullie worden uitgegoten. Op
deze manier zijn jullie niet alleen wezens die handelen als toeschouwers, maar
handelen als acteurs in het leven, acteurs in de maatschappij, acteurs in de
werkplaats, acteurs die de Liefde verspreiden die in elk van jullie aanwezig
is.
Niet door
gewoon een arme toeschouwer te zijn, die geen vruchten voortbrengt, maar door
degene te zijn die het zaad beschermt, het plant en er toegewijd zorg voor
draagt, zodat insecten die de oogst willen verslinden, ze niet kunnen
vernietigen. En uiteindelijk zullen jullie jezelf presenteren voor onze Koning
en Heer Jezus Christus, met een overvloedige oogst voor Gods Glorie.
H. Geest, laat Jezus in mij wonen.
Kom, Heilige Geest
Kom, Heilige
Geest, vervul de harten van uw gelovigen en ontsteek in hen het vuur van uw
liefde. Zend uw Geest uit en alles zal herschapen worden. - En Gij zult het
aanschijn van de aarde vernieuwen.
Laat ons bidden
God, Gij hebt de harten van de gelovigen door de verlichting van de Heilige
Geest onderwezen: geef dat wij door die Heilige Geest de ware wijsheid mogen
bezitten, en ons altijd over zijn vertroosting verblijden. Door Christus onze
Heer. Amen.
Slotgebed
Psalm 104:1-2: Prijs de Heer, mijn ziel. Heer, mijn God,
hoe groot bent U. Met glans en glorie bent U bekleed, in een mantel van Licht
gehuld.
Offer
Laat ons in al
onze handelingen en werken, gedachten en woorden zoeken om God en onze naaste
te beminnen, omdat we met liefde kunnen groeien in de Gaven van de H. Geest.
DAG 3: Het verenigen van onszelf met
Maria, Tempel en Heiligdom van de H. Geest
Lucas 1:35: De engel antwoordde: ´De Heilige Geest
zal over je komen en de kracht van de Allerhoogste zal je als een schaduw
bedekken. Daarom zal het Kind dat geboren wordt, Heilig worden genoemd en Zoon
van God.¡
God, kom mij te hulp. Heer, haast U mij te helpen.
´ omdat Gods liefde in ons hart
is uitgegoten door de H. Geest, die ons gegeven is¡, alleluja (Rom 5:5)
Veni, Creator Spiritus
Kom
Schepper, Geest, daal tot ons neer,
houd Gij bij
ons uw intocht, Heer;
vervul het
hart dat U verbeidt,
met hemelse
barmhartigheid.
Gij zijt de
gave Gods, Gij zijt
de grote
Trooster in de tijd,
de bron
waaruit het leven springt,
het liefdesvuur
dat ons doordringt.
Gij schenkt
uw gaven zevenvoud,
O hand die
God ten zegen houdt,
O taal
waarin wij God verstaan,
wij heffen
onze lofzang aan.
Verlicht ons
duistere verstand,
geef dat ons
hart van liefde brandt,
en dat ons zwakke
lichaam leeft
vanuit de
kracht die Gij het geeft.
Verlos ons
als de vijand woedt,
geef ons de
vrede weer voorgoed,
Leid Gij ons
voort, opdat geen kwaad,
geen ongeval
ons leven schaadt.
Doe ons de
Vader en de Zoon
aanschouwen
in de hoge troon,
O Geest van
beiden uitgegaan,
wij bidden U
gelovig aan.
[Aan God de
Vader zij de eer
en aan de
opgestane Heer
en aan de
Geest die troost en leidt
van
eeuwigheid tot eeuwigheid.]
Amen.
Veni, creator Spiritus
mentes tuorum visita,
imple superna gratia,
quae tu creasti pectora.
Qui diceris Paraclitus,
altissimi donum Dei,
fons vivus, ignis, caritas
et spiritalis unction.
Tu
septiformis munere,
digitus
paternae dexterae
tu rite promissum Patris
sermone ditans guttura.
Accende lumen sensibus,
infunde amorem cordibus,
infirma nostri corporis,
virtute firmans perpeti.
Hostem repellas longius
pacemque dones protinus,
ductore sic te praevio,
vitemus omne noxium.
Per te
sciamus da Patrem,
noscamus atque Filium,
teque utriusque Spiritum
credamus omni tempore.
Deo Patri sit gloria,
et Filio qui a mortuis
Surrexit, ac Paraclito,
in
saeculorum saecula.
Amen.
Overweging
15/6/2019 Jezus: Het is noodzakelijk dat Mijn Kerk de
verwerping van Mijn Moeder voorkomt. Door deze ernstige dwaling te blijven
accepteren, zal Mijn Kerk grote verwarring en afbrokkeling ervaren. Sommige van
Mijn Priesters verbieden Mijn Volk devotie aan Mijn Moeder te beoefenen.
Hierdoor roept de natuur tot de mens om Mijn Moeder niet opzij te zetten in
zijn leven. En in confrontatie met weigering, zullen de wateren met kracht
opzwellen en de klachten van de mens zullen groot zijn. Totdat jullie Mijn
Moeder de plaats geven die Onze Allerheiligste Drie-eenheid Haar heeft
toegewezen als Mijn Moeder en Moeder van Mijn Volk. (Zie Mt 1:18; Joh 19:25-27)
10/6/2015 Jezus: Mijn Moeder, Koningin van alle
schepselen werd begiftigd met de Gaven van Genade en Glorie en met de
Superieure Nederigheid van Onze Liefde, zodat nederigheid hetgeen is wat satan
verslaat, degene die zichzelf in deze generatie zal presenteren met al zijn
kwade bedoelingen. Dit is het moment waarop het kwaad, in ieder van jullie,
strijdt tegen het goede om Mijn Moeder uit te sluiten van het leven van Mijn
kinderen, bij voorbaat wetend dat hij zal worden gebroken, verslagen en in de
afgrond geworpen door Mijn Moeder. Zij is degene, aan wie Mijn Vader de voorspraak
en de leiding in de strijd tegen de helse geesten, die over de mensheid zijn
uitgestort, heeft verleend. Deze helse geesten zijn vol ongerechtigheid,
boosaardigheid, zelfverheffing, ijdelheid, ondeugden, vijandschap en
onwetendheid.
Kom, Heilige Geest
Kom, Heilige
Geest, vervul de harten van uw gelovigen en ontsteek in hen het vuur van uw
liefde. Zend uw Geest uit en alles zal herschapen worden. - En Gij zult het
aanschijn van de aarde vernieuwen.
Laat ons bidden
God, Gij hebt de harten van de gelovigen door de verlichting van de Heilige
Geest onderwezen: geef dat wij door die Heilige Geest de ware wijsheid mogen
bezitten, en ons altijd over zijn vertroosting verblijden. Door Christus onze
Heer. Amen.
Toewijdingsgebed aan de Heilige Geest (gegeven door de H. Geest in mei 2021)
Kruisteken
Kom, O H.
Geest, kom smeek ik U, ik ben U onwaardig. Ik weet dat U in mij woont en ik heb
zoveel Goddelijke Liefde niet beantwoord.
In dit
bewustzijn verlang ik mijn leven vandaag aan U toe te wijden, om een waardige
Tempel voor U te zijn. Ik wijd mijn zintuigen aan U toe, omdat ik toegestaan
heb ze van U af te scheiden.
Kom, O H.
Geest, maak Uw woning in mij. Leid mijn leven, smeek ik U. Mijn vrije wil is
gestrand en het is noodzakelijk dat U het roer bent in mijn leven. Help mij
naar U te lopen.
H. Geest, ik geef
U mijn vrije wil, zodat U van nu af mij leidt met deugdzaamheid, en zo mijn
fysieke en spirituele zintuigen zuivert, opdat ik licht ben en geen duisternis.
Kom, O H.
Geest, in de Naam van de Vader en de Zoon, geef ik mij aan U, met mijn gevallen
trots, met mijn vermorzeld karakter, met mijn dwaasheden, kniel ik nederig voor
Uw Goddelijkheid, in het bewustzijn dat ik U heb beledigd. Ik kom naar U net
zoals de verloren zoon.
Kom, O H. Geest,
ik wens mij te bevrijden van de onderwerping aan mijn ego. Heers over mij met
Uw Liefde, opdat ik een nieuw schepsel word, vervuld van Geloof, Hoop en Liefde.
Ik wijd mij aan
U toe, H. Geest, en ik verwerp het kwaad en weiger het in mij te laten
woekeren.
Ik wijd mij aan
U toe, H. Geest, en ik steek mijn lamp aan om met U te waken, in mijn
innerlijke kamer waar enkel U en ik elkaar kunnen ontmoeten. Amen.
Offer
Net zoals Onze
Heer Jezus Christus ons leerde op 3/6/2010, laat ons de H. Maagd Maria
aanroepen door voortdurend te bidden:
WEES GEGROET ONBEVLEKTE MARIA, ZONDER
ZONDE ONTVANGEN, DOCHTER VAN GOD DE VADER, MOEDER VAN GOD DE ZOON, TEMPEL EN
HEILIGDOM VAN DE H. GEEST, ALLERHEILIGSTE MARIA, BID VOOR DE HELE WERELD.
2/6
Dringend! De komende ziekten sluimeren niet langer!
Handelingen
28:8: Het geval wilde dat de vader van Publius ernstig ziek op
bed lag, gekweld door koorts en buikloop. Paulus ging naar hem toe, legde hem
onder gebed de handen op en genas hem.
Jezus: Het
is zeer dringend dat jullie je vertrouwen in Mij herstellen, want het uur is
erg laat geworden! Buiten mijn grenzen van bescherming, zal je worden verteerd
door de duisternis van het kwaad, dat deze wereld beheerst. Ik ben je Redding
en enige veilige toevlucht tegen de verdrukking van deze dagen. Kom bij Me
terug. Omhels het Licht van Mijn Liefde, dat het kwaad van Satan blootlegt.
Laat de kwade invloeden van deze wereld jullie niet afleiden van het rechte en
smalle pad van gerechtigheid, dat Ik voor jullie heb geplaatst. Kom in Mijn
Bron van Barmhartigheid, die voor allen wordt uitgegoten, en word gereinigd van
alle ongerechtigheid. Ik hou van jullie en wens dat niemand verloren gaat. Zo spreekt de Heer.
1 Timoteüs
6:12: Strijd de goede strijd van het geloof, win het eeuwige
leven waartoe je geroepen bent en waarvan je in aanwezigheid van velen zoÿn
krachtig getuigenis hebt afgelegd.
Als de vederen van
vleugels mij overschaduwen, hoor ik de H.
Aartsengel Michaël zeggen:
Als jullie Waakzame Verdediger smeek ik iedereen om gehoor
te geven aan de oproep tot bekering die onze Heer en Redder in je hart heeft
geplaatst.
VOLK VAN GOD, PLAGEN DIE WERDEN ONDERDRUKT IN DE KROCHTEN
VAN DE TIJD
sluimeren niet langer. Een bloedingsziekte (hemorragie) gepaard
met koorts, blindheid en zweren, zal de geïnfecteerde treffen. Volk van God,
zorg voor de Hemelse medicijnen die nodig zijn om infectie af te weren. Een druppel Olie van de Barmhartige Samaritaan
achter elke oorlel is voldoende. Geliefden van onze Heer en Redder, laat je
Geloof niet wankelen. Put je kracht uit onze Heer die je geen geest van angst
heeft gegeven. Tekenen aan de hemel,
daarboven en op de aarde, hier beneden, gaan met grote verbijstering verder,
terwijl de negende planeet het zonnestelsel binnenkomt. Zoek je toevlucht
in het Heilig Hart, van Jezus Christus, tegen de komende storm die nu over jullie
komt. Ik sta klaar, met menigten Engelen om jullie te verdedigen tegen de
slechtheid en valstrikken van de duivel, wiens dagen er maar weinig zijn. Zo
spreekt jullie Waakzame Verdediger.
Jeremia 33:6: Dit zegt de Heer: Ik zal de wonden van de stad
verbinden en haar herstellen, ik geef de inwoners blijvende vrede en voorspoed.
Maria: Mijn geliefde
kinderen, bedankt dat jullie gehoor hebben gegeven aan mijn oproep in je hart.
Kinderen, zelfs als je denkt dat je alleen bent, ben ik, je Moeder, hier.
Kinderen, oorlog en hongersnood zullen steeds sterker gevoeld worden, maar Geloof
in God zal je beschermen; wees niet bang. Wees in deze tijd verenigd en
veroorzaak geen onenigheid. Kinderen, bid voor hypocriete en perverse Bisschoppen,
bid voor de Kerk, die bloedt, zoals mijn Zoon. Bid voor de Paus. Nu verlaat ik jullie
met mijn Moederlijke zegen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige
Geest. Amen.
22/5 tijdens het
gebed van de 4e zondag van de maand in Paratico (Brescia)
Mijn geliefde
kinderen, ik ben hier bij jullie, ik bid met jullie en voor jullie.
Mijn
kinderen, ik nodig jullie uit tot gebed en in het bijzonder tot het dagelijks
bidden van de Heilige Rozenkrans, een gebed dat de Allerheiligste Drie-eenheid
zo waardeert. Bid het altijd en niet alleen tijdens deze maand die aan mij is
opgedragen.
Kinderen,
breng het gebed terug in je huis, breng het gebed terug in je leven, breng het
gebed en de liefde voor God en je broeders en zusters terug in de wereld. Maar
kinderen, als jullie niet luisteren en niet naar mijn smeekbeden luisteren, hoe
kan ik jullie dan tot God brengen?
Mijn
kinderen, er zal nooit vrede in de wereld zijn totdat er liefde, respect en
begrip onder jullie is! Bid, bid altijd voor de Triomf van Mijn Onbevlekt Hart.
Kinderen,
bid! Ik zegen jullie van harte in de naam van God, die Vader is, van God, die
Zoon is, van God, die de Geest van Liefde is. Amen.
Ik kus
je en houd je dicht tegen me aan. Tot ziens, mijn kinderen.
8/5 Boodschap
van OLVrouw van Zaro di Ischia aan Simona:
Laat
jezelf bemind worden
Ik zag onze Moeder: ze was helemaal in het wit gekleed, op
haar hoofd stond de kroon van twaalf sterren en droeg ze een dunne witte
sluier, bezaaid met gouden stippen. Op haar borst had ze een kloppend hart van
vlees met een doornenkroon, op haar schouders droeg ze een blauwe mantel die tot
aan haar blote voeten reikte. Ze stond op de wereld, waar zich oorlog en
rampspoed afspeelden. Onze Moeder was verdrietig en haar ogen waren vol tranen;
een traan stroomde over haar gezicht en viel op de wereld, alsof ze de wereld overspoelde,
en alle gewelddadige taferelen eindigden. Geprezen zij Jezus Christus...
Mijn
lieve kinderen, ik hou van jullie, en als ik jullie hier in mijn gezegende
bossen zie, vervult het mijn hart met vreugde. Luister, dochter.
Ik hoorde het Hart van onze Moeder kloppen, eerst zacht en
toen luider en luider; er kwam een tweede, sterkere hartslag bij – die van
Jezus, en toen ging onze Moeder verder.
Zie
kinderen, onze Harten kloppen eenstemmig voor jullie, voor ieder van jullie.
Kinderen, aan de voet van het Kruis aanvaardde ik de wil van mijn Zoon dat ik
jullie Moeder zou zijn, Moeder van de mensheid. Vanaf dat moment klopt mijn Hart
voor ieder van jullie; het wordt vaak verscheurd door jullie gedrag, door jullie
zonden, maar dat weerhoudt het er niet van om voor jullie te blijven kloppen,
dat weerhoudt mij er niet van om van jullie te houden en te bidden dat jullie
je gedrag zouden veranderen en naar de Vader zouden terugkeren, om Hem lief te
hebben en eren.
Mijn
kinderen, ik opende mijn Hart voor de Vader, en ik vraag jullie hetzelfde te
doen: laat de Heilige Geest in jullie werken, laat Hem jullie vullen en vormen
zoals Hij wil; open je hart voor de Heer en Hij zal je overspoelen met alle
genaden en zegeningen. Mijn kinderen, als jullie maar begrepen hoe groot de Liefde
van de Vader voor ieder van jullie is, als jullie je maar zouden laten beminnen.
Nu geef ik jullie mijn Heilige Zegen. Bedankt dat jullie je naar mij toe hebben
gehaast.
8/5 Boodschap
van OLVrouw van Zaro di Ischia aan Angela:
Keer
alsjeblieft terug naar God
Vanmiddag verscheen onze Moeder helemaal in het wit
gekleed. De mantel waarin ze was gehuld, was ook wit, breed en bedekte haar
hoofd. Op haar hoofd had onze Moeder een kroon van twaalf stralende sterren.
Haar handen waren in gebed gevouwen; in haar handen had ze een lange Heilige Rozenkrans,
wit als van licht, die bijna tot aan haar voeten reikte. Ze stond blootsvoets
op de wereldbol. De wereld was als in een grote grijze wolk gehuld. Taferelen van
oorlogen en geweld waren zichtbaar op de wereld. Onze Moeder schoof langzaam
een deel van de mantel over de wereld en bedekte het. Geprezen zij Jezus
Christus...
Lieve
kinderen, bedankt dat jullie hier in mijn gezegende bossen zijn, bedankt dat jullie
gehoor hebt gegeven aan mijn oproep. Mijn kinderen, als ik hier ben, is dat
door Gods immense Barmhartigheid. Mijn kinderen, ik hou van jullie, ik hou
enorm veel van jullie. Geliefde kinderen, vandaag vraag ik jullie opnieuw om
gebed, gebed voor deze wereld die steeds meer in de greep is van de krachten
van het kwaad. Mijn kinderen, bid voor vrede, bid voor vrede in de wereld, voor
vrede in gezinnen, bid dat jullie harten vrede zullen hebben. Geliefde
kinderen, ik ben al heel lang onder jullie maar er is niets veranderd.
Alsjeblieft, kinderen, bekeer jullie! Keer alsjeblieft terug naar God.
Mijn
kinderen, ik vraag jullie nogmaals om met je hart te bidden, bid niet alleen
met je lippen. Open je hart en laat me binnen, reik mij je hand en pak de mijne
vast; Ik ben hier om naar jullie te luisteren, ik ben hier om van je te houden,
ik ben hier om jullie allen naar mijn zoon Jezus te leiden. Verdwaal alsjeblieft
niet in wereldse dingen, verdwaal niet in valse schoonheden, maar kijk naar
Jezus, bid tot Jezus, bemin Jezus, die levend en waarachtig aanwezig is in het
Heilig Sacrament van het Altaar. Kniel en bid. Jezus weet wat je nodig hebt.
Daarna bad ik samen met onze Moeder voor de Heilige Kerk en
voor allen die zich aan mijn gebeden hadden aanbevolen. Tenslotte zegende onze Moeder
iedereen:
In de
naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen.
OLVrouw,
Koningin van Vrede: Moed, lieve kinderen! Mijn Jezus verwacht veel
van jullie. Jullie leven in een tijd die erger is dan de tijd van de Zondvloed,
en Mijn arme kinderen lopen als de blinden die de blinden leiden. De valse sleutel (waarschijnlijk een
referentie naar de toekomstige toe-eigening van Petrusstoel door de anti-Paus
bij het komende schisma in de Kerk) zal de ware deur niet openen. Ik
vraag jullie om mensen van gebed te zijn. Sta niet toe dat de wereldse dingen je
wegvoeren van Mijn Zoon Jezus. Ik ben je Moeder van Smarten en ik lijd door wat
er met jullie gebeurt. Zorg voor je spirituele leven. Het is in dit leven, en
niet in een ander, dat jullie van je geloof moeten getuigen. Ik ken ieder van
jullie bij naam en ik zal voor jullie tot Mijn Jezus bidden. Bekeer je en zoek
de Barmhartigheid van mijn Jezus door het sacrament van de biecht. Vergeet
niet: je overwinning is in de Eucharistie. Ga verder ter verdediging van de
waarheid! (*) Dit is de boodschap die ik jullie vandaag geef in naam van de
Allerheiligste Drie-eenheid. Dank je om Mij te hebben toegestaan om jullie
hier opnieuw te verzamelen. Ik zegen jullie in de naam van de Vader, de Zoon en
de H. Geest. Amen. Wees in vrede.
26/5
OLVrouw, Koning van Vrede: Lieve kinderen, jullie overwinning is in
Jezus. Als je Hem altijd zoekt, zal je groot zijn in Geloof. De mensheid
stevent af op de spirituele afgrond, en alleen degenen die bidden zullen in
staat zijn om het gewicht van de beproevingen te dragen. Ik vraag jullie om
geheel van Christus te zijn. Laat de Liefde van mijn Jezus in jullie hart
doordringen, want alleen dan kunnen jullie tekenen worden van Zijn
Tegenwoordigheid. Geef me je hand en ik zal je leiden naar Degene die je enige
en ware Redder is. Je zal nog lange jaren van zware beproevingen hebben. Trek
je niet terug. Wees niet ontmoedigd. Ik hou van jullie en zal er altijd voor je
zijn. Wat er ook gebeurt, blijf op het pad dat ik jullie heb gewezen. (*)
24/5 OLVrouw,
Koning van Vrede: Lieve kinderen, jullie zijn belangrijk voor de
realisatie van mijn plannen. Doe je best en je wordt rijkelijk beloond. Dit
zijn de moeilijkste tijden voor mensen van geloof. Wees waakzaam. Een vals geloof zal zich verspreiden en velen zullen
lopen als de blinden die de blinden leiden. Bemin en verdedig de Waarheid.
Zonder het licht van de Waarheid zal de mensheid afstevenen op een grote
afgrond. Richt je naar Degene die je alles is. Ik ben je Moeder van Smarten en
ik weet wat jullie te wachten staat. Geef me je hand en ik zal je leiden langs
het pad van Heiligheid. Jullie zijn in de wereld, maar de wereldse dingen zijn
niet voor jullie. Hou moed! Jullie zijn niet alleen. Mijn Jezus houdt van jullie
en zal altijd bij jullie zijn. (*)
21/5 OLVrouw,
Koning van Vrede: Lieve kinderen, God is gehaast. Stel wat je moet doen niet uit tot
morgen. Sta niet toe dat de duivel je naar de afgrond sleept. Je behoort de
Heer toe en je moet Hem alleen volgen en dienen. Ik vraag jullie om je
geloofsvlam brandend te houden. Trek je niet terug. Wat er ook gebeurt,
blijf standvastig op het pad van de waarheid. Je gaat een toekomst tegemoet waarin de waarheid op weinig plaatsen
aanwezig zal zijn. Zorg voor je spirituele leven. Vergeet niet: de Hemel
moet je doel zijn. Mijn Heer heeft voor Zijn Uitverkorenen voorbereid wat mensenogen
nooit hebben gezien. Ik hou van jullie, en ik wil je gelukkig zien hier op
aarde, en later met mij in de Hemel. Aanvaard het Evangelie van mijn Jezus.
Zoek Zijn Barmhartigheid door het Sacrament van de Biecht en omarm je
overwinning in de Eucharistie. Hou moed! De toekomst zal beter zijn voor de
rechtvaardigen. Ga verder ter verdediging van de waarheid! (*)
19/5 OLVrouw,
Koning van Vrede: Lieve kinderen, God haast zich. Kijk niet
werkeloos toe. Jullie zijn op weg naar een toekomst van pijnlijke geestelijke
oorlogvoering. Het grote wapen om de
vijanden te overwinnen is liefde voor de Waarheid. De duisternis vordert, maar
je kunt het verdrijven met het licht van de Waarheid. Hou moed! Mijn
Jezus verwacht veel van jullie. Doe je best en je wordt rijkelijk beloond. Wees
niet bang. Ik zal bij jullie zijn. Geloof vast in de kracht van de Heer en jullie
zullen zegevieren. De vijanden zullen
aanvallen en de dood zal aanwezig zijn in het Huis van God. Ik lijd
vanwege wat er voor je komt. (*)
31/5
De mensheid zal lijden vanwege hun grote ongerechtigheden
Als de vederen van vleugels mij overschaduwen, hoor ik de
H. Aartsengel Michaël zeggen: Als de prins van de Hemelse legioenen, smeek ik jullie
om onze Heer en Redder, Jezus Christus, te erkennen als Koning der koningen en
Heer der heren, en Hem geknield te prijzen en te aanbidden voor Zijn
Allerheiligst Sacrament, Zijn zegeningen van Geloof, Hoop, Liefde en Bescherming
te ontvangen, om zo deel te hebben aan Zijn kracht om de verdrukking van deze
laatste dagen te doorstaan.
Volk van God, de crisis komt nu op jullie af, aangezien
plagen die niet langer sluimeren, aan de oppervlakte zijn gekomen. Verkrijg de Hemelse
medicijnen (Olie van de Barmhartige Samaritaan), die nodig zijn om infecties te
bestrijden. De mensheid zal lijden vanwege hun grote ongerechtigheden en
slechte praktijken die ze prijzen en God bespotten met hun vuile perversies. De
toorn van God de Vader is gericht op de goddelozen.
OORLOGEN EN OORLOGSGERUCHTEN WORDEN INTENSER
naarmate naties de wapens beginnen op te nemen, de ene
tegen de andere. Orde zal uit chaos opstaan, als de gruwel der verwoesting op
de heilige plaats (Noot: Rome) staat. Volk van God, het is nu de tijd om niet
te wanhopen. Stel je vertrouwen in onze Heer en Redder, Jezus Christus, die
jullie niet in de steek heeft gelaten. Bereid je hart voor, terwijl je je Beschermengelen
erkent, die je in veiligheid zullen brengen. Ik sta klaar, met menigten Engelen,
om jullie te verdedigen tegen de slechtheid en valstrikken van de duivel, wiens
dagen er maar weinig zijn. Zo spreekt jullie Waakzame Verdediger.
Maria: Lieve
kinderen. Geef alstublieft gehoor aan mijn dringende oproep tot gebed. Wees een
aanvulling van mijn gebed, breid mijn Rozenkrans van Licht uit over de hele
wereld, en openbaar mijn Zoon aan deze verduisterde generatie, die Gods Liefde niet
kent. De Waarschuwing van mijn Zoon komt dichterbij, er is weinig tijd, bereid
jullie hart voor, bid altijd voor de bekering van zondaars. Mijn kinderen, denk
altijd aan mijn beloften en bid onophoudelijk. Zo spreekt jullie Liefhebbende
Moeder.
29/5 Herken
je de tekenen des tijds niet?
Maria: Als
jullie Moeder vraag ik, geef alstublieft gehoor aan mijn oproep, bied je
gebeden en offers aan, en laat je leven een voorbeeld zijn om anderen naar mijn
Zoon, die Redding is, te leiden. Herkennen jullie de tekenen des tijds niet? De
laatste daad van Barmhartigheid van Mijn Zoon nadert snel, en toch zijn zovelen
onvoorbereid. Ik geef jullie mijn Rozenkrans van Licht om jullie hart voor te
bereiden, door de duisternis van de zonde in jullie leven te verlichten en
bloot te leggen.
Bid mijn Rozenkrans van Licht, waar mijn Zoon wordt
geopenbaard. Zijn pad wordt voor je verlicht. Treed in de voetsporen van mijn
Zoon, jullie pad naar verlossing. Mijn kinderen, denk altijd aan mijn beloften
en bid onophoudelijk. Zo spreekt jullie Liefhebbende Moeder.
Als de vederen van vleugels mij overschaduwen, hoor ik de H. Aartsengel Michaël zeggen: Volk
van God, moge jullie de Trinitarische zegeningen van Geloof, Hoop en Liefde
worden geschonken. Menigten Engelen omringen jullie, wachtend op mijn bevel, om
mensen in nood te helpen. Erken je Beschermengelen die je in gevaarlijke tijden
naar veiligheid zullen leiden. Volk van God, bid voor de bekering van zondaars.
Satans aanvallen op hun vrije wil blijven hun geweten uithollen, totdat ze
bezwijken, de mensheid tegen elkaar opzetten, waardoor vervolging opkomt tegen
de Rest (van God).
Harten zullen moedeloos en koud worden. Volk van God, de
aarde krijgt zijn weeën als reactie op de hemelse storingen, veroorzaakt door
het binnenkomende puin van Niburu. Storingen in de zon gaan door, terwijl
zonnevlammen heviger worden. Deze zullen black-outs veroorzaken op
verschillende plaatsen. Bereid je voorzieningen voor, altijd vertrouwend op
onze Heer en Redder voor jullie behoeften.
OORLOGEN EN OORLOGSGERUCHTEN WORDEN INTENSER
Conflicten tussen naties staan op een kookpunt. Er dreigt
een Wereldoorlog. De mensheid zal lijden. Wees niet gealarmeerd door deze gebeurtenissen,
laat angst je hart niet overheersen. Jezus Christus, onze Koning, heeft jullie
geen geest van angst gegeven. Ik vraag jullie te wandelen in Gods Liefde,
jullie enige echte verdediging tegen Satan en zijn kwaad dat hij verspreidt. Ik
sta klaar, met menigten Engelen, om jullie te verdedigen tegen de slechtheid en
valstrikken van de duivel, wiens dagen er maar weinig zijn. Zo spreekt jullie
Waakzame Verdediger.
Tijdens het rozenkransgebed kwam onze Heer Jezus en toonde
mij in een visioen Zijn Lijden. Ik zag hoe soldaten Hem geselden, en ze Hem uitkleedden.
Met tranen in mijn ogen keek ik naar Zijn witte en dun H. Lichaam, hoe ze Hem
geselden en in elkaar sloegen. Er stroomde zoveel bloed op de grond. Onze Heer
zei: Zie Mijn kind, hoe Ik lijd voor de
mensheid, en dan krijg Ik er niet veel waardering voor terug. Maar wees niet
boos; dit moet gedaan worden om jullie allen te verlossen.
Door
de dood van Mijn Lichaam ben Ik verrezen met het verheerlijkte lichaam. Eer en overweeg
Mijn Lijden en Mijn Wonden die helen voor de hele mensheid.
De gezegende Moeder zei toen: Mijn kinderen, met de Cenakel-rozenkrans bereik je veel meer dan met de
H. Rozenkrans alleen, aangezien er meer gebeden worden gebeden in het Cenakel.
Het is veel krachtiger en je ontvangt meer genaden.
Dank u, mijn Allerheiligste Moeder Maria.
22/5 Wees
in vrede en panikeer niet
Vanmorgen was ik aan het bidden en offeren. Terwijl ik het
Angelus (Engel des Heren) aan het bidden was, het laatste gebed dat ik bid
voordat ik opsta, kwam onze Heer Jezus.
Hij was bedroefd en klaagde: Zeg tegen M en Z dat ik niet erg blij ben met wat er in dit land
[Australië] en in de wereld gebeurt. Ik ben erg teleurgesteld over de
verkiezing en de uitkomst die de mensen hebben gekozen.
Zie je,
mensen zijn blind, en ze stellen hun hoop op loze beloften in plaats van hun
vertrouwen op Mij, jullie Heer, te stellen en te bidden voor een goede afloop.
Ik zeg
je, op dit moment is er zoveel verwarring over de hele wereld. Allerlei
verwarring cirkelt rond, en mensen rennen overal heen. Er worden zoveel valse boodschappen
verspreid die mensen kunnen lezen, en ze zijn niet van Mij, en dat is waarom
mensen nu zo paniekerig en verward zijn geworden.
Valentina,
ik wil dat je de mensen vertelt om in vrede te zijn en niet te panikeren. Zeg
hen niet weg te lopen van waar ze verblijven, maar te blijven waar ze zijn en
te bidden voor de wereld en voor de bekering van zondaars.
Op dit
moment boekt de duivel vooruitgang in de wereld. Hij komt om veel mensen te
misleiden. Wat Ik van jullie allen wil, is bekering, berouw en om spiritueler
te worden.
Je
hoeft niet weg te lopen, maar heb meer vertrouwen in Mij. Bidden kan veel
dingen ten goede veranderen. Er zijn mensen die voorspellen wat er gaat komen,
en ze geven je de datum waarop Ik kom. Ze zeggen wat je moet doen. Dit is niet
waar, en het is niet aan jullie om dit te weten, want alleen Mijn Vader weet
wanneer al deze dingen zullen gebeuren. Hij reserveert dit voor Zichzelf.
Dank U, mijn Heer Jezus, voor Uw Heilige Woorden en Leringen.
Invoering wereldwijd biometrisch betaalsysteem
nu daadwerkelijk van start - Xandernieuws 30/5
Al
sinds jaar en dag schrijven we dat contant geld in de toekomst zal worden
uitgebannen en zal worden vervangen door een volledig digitaal wereldwijd
betaalsysteem. Sinds 2020 worden de signalen dat dit systeem
op korte termijn zal worden ingevoerd zoals de aankondiging van de komst van
een Central Bank Digital Currency (CBDC), die volgens de CEO van
Mastercard over 5 jaar het SWIFT betalingssysteem kan gaan vervangen
almaar sterker. Enige tijd geleden schreven we dat de Europese Unie ernaar toe
werkt dat cash geld eind 2023 is afgeschaft. In Brazilië is Mastercard nu een pilot project gestart met een
biometrisch betaalsysteem dat straks over de hele wereld zal worden uitgerold:
Pay With Face, oftewel betalen met je gezicht.
Het jongste surveillance capitalism' initiatief wordt
zoals gebruikelijk verkocht als iets dat het leven nog makkelijker zal maken.
Geen gedoe meer met je telefoon, of je portemonnee moeten zoeken als je je
handen vol hebt' (nou zeg, wat een onoverkomelijk drama zou dat zijn, stel je
voor!). De volgende stap in persoonlijke betalingen heeft enkel een korte
glimlach of een beweging van je hand nodig.'
Dezelfde technologie waarmee je nu al met je gezicht of
vingerafdruk je smartphone kunt ontgrendelen, kan vanaf nu door consumenten
worden gebruikt om razendsnel hun aankopen af te rekenen. Met Mastercards
nieuwe Biometrische Checkout Programma is alles wat je nodig hebt jezelf.'
Driekwart consumenten zou positief zijn
Wereldwijd zou 74% van de consumenten positief staan
tegenover de invoering van biometrische technologie. 4 van de 5 gebruikt nu al
een vorm van contactloos betalen met hun bankpasje. In de meeste landen zouden
de mensen dan ook staan te trappelen om hun pincode om te ruilen voor
bijvoorbeeld hun vingerafdruk, waarmee via een speciale sensor op hun pasje een
betaling kan worden verricht.
(Noot Claudia: het is werkelijk beangstigend hoe dwaas mensen zijn om zonder na te denken iets aan te nemen. Kijk maar naar de vaccins. Ook deze keer zal het teken van gemak hun verdoemenis betekenen.)
Hierdoor
is het aanraken van een pincode apparaat of een vingerafdruk apparaat niet meer
nodig, en hoeven mensen alleen nog maar in een camera te glimlachen of hun hand
over een sensor te bewegen. Het valt niet moeilijk voor te stellen dat het
zoveelste besmettelijke virus' kan worden gebruikt als argument om mensen deze
contactloze tech te laten omhelzen.
Betalen met je glimlach in Brazilië
Het eerste pilot project gaat deze week van start in Brazilië
met het installeren van de technologie van het bedrijf Payface in 5 St. Marche
supermarkten in São Paulo. Klanten die zich bij de Payface app registreren
kunnen in het vervolg enkel met hun glimlach betalen. Toekomstige pilots zijn
gepland in het Midden Oosten en Afrika. Daarna zal vermoedelijk de rest van de
wereld aan de beurt zijn.
Naast Biometric Checkout heeft Mastercard nog meer
innovaties die worden getest om het betalingsverkeer te vergemakkelijken, zoals
Shop Anywhere. Het bedrijf ontwikkelt al enige tijd veilige methoden om de
identiteit van mensen te controleren aan de hand van hun lichaam in plaats van
een wachtwoord of (pin)code.
Mastercard, dat zichzelf als een wereldleider ziet naar een
World Beyond Cash', benadrukt weliswaar steeds dat consumenten de zeggenschap
behouden over hoe hun persoonlijke data worden gedeeld, maar de vele datalekken
van megaconcerns zoals Facebook en overheidsinstellingen zoals de Nederlandse
Belastingdienst geven niet bepaald veel vertrouwen in die beloofde
veiligheid'.
Samenwerking met Bill Gates leidt naar
wereldwijd vaxpaspoort
Bill Gates' GAVI vaccin alliantie ging in 2020 een
samenwerkingsverband aan met Mastercard en Trust Stamp, een ID authenticatie' bedrijf. Het programma werd eind 2018 voor het eerst opgestart, en integreerde
het door A.I. aangestuurde ID-platform van Trust Stamp met de GAVI-Mastercard
Wellness Pass', een digitaal vaccinatie ID-systeem dat is verbonden aan
Mastercards Click-to Play systeem, dat gebaseerd is op zelflerende A.I. technologie
(Nudata').
Door
de samenwerking van Mastercard met Bill Gates' GAVI alliantie komt de invoering
van een alomvattend wereldwijd biometrisch ID-systeem, dat direct gekoppeld
wordt aan je toekomstige verplichte vaccinatieÿpaspoortÿ en je bankrekening,
heel dichtbij. Deze samenwerking wordt The Wellness Program' genoemd, en werd in 2020 uitgetest in West Afrika.
Het door Mastercard gefinancierde biometrische ID-systeem
van Trust Stamp maakt gebruik van een technologie die Evergreen
Hash wordt genoemd. Hiermee wordt op basis van iemands gezicht, handpalm
of vingerafdruk een door een A.I. gegenereerd 3D masker' gecreëerd. Deze
hash' kan iedere keer worden ge-updatet, bijvoorbeeld als je een nieuw vaccin
hebt gekregen.
Als
dit of een soortgelijk systeem straks wereldwijd wordt uitgerold, zal van
iedere persoon die eraan wordt gekoppeld dus 24/7/365 gecontroleerd kunnen
worden waar deze zich bevindt, en natuurlijk of deze man, vrouw of kind wel
netjes zijn laatste verplichte vaccin heeft laten injecteren.
Flashback naar 2020: Microsoft patent 060606
In
april 2020 berichtten we over Microsoft patent aanvraag 2020-060606 voor
een technologie waarmee het menselijk lichaam rechtstreeks wordt gekoppeld aan
een digitaal betalingssysteem. Bill Gates' oude' bedrijf Microsoft ontwikkelde
een systeem met een apparaat' (nanochip?) dat direct werkt met de temperatuur,
hartslag en hersengolven van het menselijk lichaam om (met) een digitale munt
te kunnen kopen en verkopen.
Dit systeem bepaalt op basis van uw lichaam of u aan
bepaalde voorwaarden' voldoet om te mogen kopen of verkopen. Het valt niet
moeilijk voor te stellen dat onder die voorwaarden een verplicht vaccin valt,
dat digitale markers (zoals nanobots) in zich heeft die door de chip kunnen
worden waargenomen en/of gelezen.
Het systeem kan daarnaast theoretisch niet alleen u, maar
ook de autoriteiten een signaal geven als uw lichaamstemperatuur oploopt. Dan
zou u zomaar een oproep kunnen krijgen om u zo spoedig mogelijk verplicht bij
een arts of in het ziekenhuis te melden, alwaar men u gaat controleren op de
aanwezigheid van een virus of andere ziekte.
Flashback naar 2009: Teken van het Beest
ingevoerd via verplichte vaccinaties?
Deze beroemde Bijbelpassage hebben we de afgelopen jaren al
vaker in diverse artikelen over deze eindtijd aangehaald:
En het (beest) maakt, dat aan allen, de kleinen
en de groten, de rijken en de armen, de vrijen en de slaven, een merkteken
gegeven wordt op (oudere vertalingen: IN) hun rechterhand* of op hun
voorhoofd, [en] dat niemand kan kopen of verkopen, dan wie het merkteken,
de naam van het beest, of het getal van zijn naam (666) heeft.' (Opb.113:16) * Met het woord dat vertaald is met handÿ werd in die tijd ook de
complete arm tot de schouders aangeduid.
Al op 24 september 2009, dus bijna 13 jaar geleden,
schreven we in ons artikel Wordt het Teken van het Beest ingevoerd via
vaccinaties?' dat het denkbaar (is) dat het Teken van het Beest', dat
volgens de Bijbel in de eindfase van de menselijke geschiedenis zal worden
ingevoerd, zal bestaan uit vaccinaties met daarin ingrediënten die ons
menselijke DNA zullen veranderen, en die zullen worden toegediend na een
geplande uitbraak van een doelbewust daarvoor geconstrueerd dodelijk virus.'
Heeft het Teken van het Beest' misschien tevens een
letterlijke betekenis? Dat de mensen die worden geïnjecteerd met deels
menselijke, deels synthetische, deels dierlijke gen-veranderende stoffen na hun
vaccinatie niet meer volledig menselijk zijn, maar deels beest'? Zou dát mede
de reden zijn waarom in Openbaringen wordt gezegd dat er voor deze mensen nog
tijdens hun leven geen redding meer mogelijk is?'
Het valt niet moeilijk voor te stellen dat het komende
Antichrist systeem' tijdens de wereldwijde paniek en chaos die door de
uitbraak van een dodelijke pandemie zal ontstaan, vrij gemakkelijk in staat zal
zijn om iedereen, zowel groot als klein', het teken' te geven In dit
scenario zou het tevens logisch zijn dat iedereen die het teken' niet
ontvangt, niet meer in staat zal zijn om te kopen of te verkopen', omdat
dergelijke niet-gevaccineerde mensen gedwongen in quarantaine kunnen
worden geplaatst om verspreiding van het virus te voorkomen. Ook in dit opzicht
zou de profetie van het teken van het Beest' dus volledig vervuld worden.
WEF werkt toe naar digitaal Beest' systeem in
2025
In het recente WEF rapport Advancing Towards Digital
Agency (februari 2022) werd bijna letterlijk een digitaal teken van het
Beest' systeem aangekondigd. Ieder
mens moet een data intermediary' krijgen, een soort digitale tussenpersoon' of kopie' van uzelf. Het komt er feitelijk op neer dat u een door de overheid
gecontroleerde persoonlijke digitale god' gaat krijgen die alle belangrijke
besluiten voor u gaat nemen, omdat die god' (= dus de overheid) op basis van
al uw persoonlijke data precies zou weten wat u wilt en nodig hebt, en wanneer
en waar.
Uw' digitale ID zal werkelijk aan ALLES worden gekoppeld: gezondheidszorg,
verzekeringen, financiële diensten, bankrekeningen, voedsel en duurzaamheid,
reizen en mobiliteit (= paspoort, het kopen van tickets), humanitaire respons
(om toegang te hebben tot diensten en kwalificaties te tonen om in het
buitenland te kunnen werken'), E-commerce (om online te kunnen winkelen en
betalen), sociale platforms, E-overheden (inclusief stemmen, wat betekent dat
verkiezingen digitaal gaan en de uitkomst dus helemáál niet meer te vertrouwen
is) en alle vormen van telecommunicatie (pag.22).
Onder het kopje Toekomst' (pag.23) wordt letterlijk
gesproken van de next level van data intermediaries (embedded in your body' = ingebed in uw lichaam, apparaten, huizen, steden, etc.)'. Natuurlijk
bevatten die ook de door niemand gewilde 'vaccinpaspoorten' (pag.24, Box 4): Deze
paspoorten dienen van nature als een vorm van digitale identiteit.'
Vergeet niet dat in 2019 werd besloten om deze transhumane
agenda, die aanvankelijk in 2030 zou moeten zijn gerealiseerd, te versnellen
naar 2025 (The Accelerator'). Dat werd hoogstwaarschijnlijk gedaan
omdat het wereldwijde ontwaken dat we hier met het meest duistere,
antimenselijke en ronduit duivelse systeem ooit te maken hebben, sneller
verloopt dan waar de WEF-globalisten rekening mee hadden gehouden.
Het WEF stelt in samenwerking met de NAVO, EU en VS dus
alles in het werk om het systeem van het Beest' in 2025 voltooid te
hebben, of op zijn minst vergevorderd te zijn met de implementering ervan.
Gezien de beangstigende geopolitieke ontwikkelingen is het beslist niet ondenkbaar
dat 2025 door middel van een aantal al dan niet geplande grote oorlogen
(Oekraïne-NAVO/Rusland, China/Taiwan, Israël/Iran, India/Pakistan),
financieel-economische crashes en grote verstoringen in de energie- en
voedselvoorziening nog verder naar voren zal worden gehaald (2023-2024).
Is de gentechnologie begonnen met vermengen
Nephilim DNA met mensen? Xandernieuws 29/5
In dit vervolg op de techno-dimensionale oorlog update 'Laatste
fase teruggekeerde ‘dagen van Noach' is met genetisch manipuleren mensheid
aangebroken' (22-05) zien we dat vanuit onder meer de Bijbel en oude apocriefe
geschriften duidelijk is op te maken dat de
Nephilim – het nageslacht van buitenaardse wezens (/ gevallen engelen /
demonen) – in de laatste fase van de eindtijd opnieuw op Aarde zullen
verschijnen en door het Antichrist systeem zullen worden ingezet om de hele
mensheid te onderwerpen. Dat de terugkeer van de (geesten van de) Nephilim in
onze tijd niet alleen wordt nagestreefd, maar inmiddels zelfs wordt uitgevoerd
dankzij de razendsnelle ontwikkelingen van de genetische- en biologische
wetenschappen, geeft aan hoe ver wij reeds in deze eindtijd gevorderd zijn.
Veel experts en uitleggers zijn van mening dat de in
Genesis opgetekende vermenging van gevallen engelen met de mensheid als doel
had om het hele menselijke ras te
besmetten met niet-menselijk (duivels / demonisch) DNA, zodat Jezus de Christus
nooit als zuivere afgezant (‘zoon') van God geboren had kunnen worden, en de
mensheid dus voor eeuwig gevangen zou kunnen worden gehouden in het
holografische astrale veld, dat door de duistere krachten (zoals de archons)
wordt gebruikt voor het veroorzaken van zoveel mogelijk leed en verdriet, en
overigens ook voor het mee helpen uitvoeren van de Great Reset op aarde.
Dit satanische plan was nog bijna gelukt ook. In Genesis
6:9 staat dat alleen Noach – en daardoor zijn kinderen – ‘perfect' was in zijn
generatie (KJV 1611 vertaling). Ook hier is het Hebreeuwse woord tamiym, wat
‘zonder smet' of ‘gezond' betekent, in de Nederlandse Bijbelvertalingen foutief
vertaald met ‘rechtvaardig', ‘oprecht' of ‘onberispelijk'. Het woord tamiym
wordt in het boek Leviticus gebruikt voor een gezond offerlam zonder
afwijkingen, wat aangeeft dat Noach
niet zozeer moreel perfect was, maar fysiek. Alleen zijn DNA en dat van zijn
kinderen was nog niet vermengd, niet aangetast door het 'alien' DNA van de
gevallen engelen.
Om de komst van de Christus mogelijk te maken en daardoor
de eeuwige toekomst en bevrijding van de mensheid veilig te stellen, besloot
God vervolgens om, met uitzondering van de genetisch zuivere Noach en zijn
kinderen (en vermoedelijk ook andere zuiver gebleven mensen elders op aarde),
het besmette deel van de fysieke mensheid door middel van de vloed uit te
roeien.
Doel: De komst van het 'zaad van satan', de Antichrist
Naast deze zeer plausibele verklaring zou er echter nog een
andere reden kunnen zijn waarom de gevallen engelen of ‘Wachters' besloten hun
DNA te vermengen met dat van de mensen, namelijk dat zij als zijnde spirituele
wezens afkomstig uit een andere dimensie voor
zichzelf aardse lichamen wilden creëren, zodat zij directe invloed
zouden kunnen uitoefenen op onze materiële realiteit en daardoor het verloop
van de geschiedenis zouden kunnen gaan bepalen.
Het
uiteindelijke doel hiervan is de komst van de Antichrist op Aarde, een
Antichrist-systeem met een (transhumane) Antichrist-mensheid, feitelijk het
zaad van satan, dat op deze wijze permanent onderworpen zal worden aan zijn
gezag, controle en heerschappij, en voorgoed is afgesneden van elke mogelijke
vorm van bevrijding. (Noot Claudia: met andere woorden een willoze marionet te worden
van de Antichrist door middel van het aanvaarden van het Merkteken van het
Beest.)
Wat trof het Amerikaanse leger in Irak aan?
Gezien de razendsnelle ontwikkelingen in de genetische en
biologische wetenschappen en de steeds breder geaccepteerde aspiraties van
transhumanisten om het menselijk ras te ‘verbeteren' door in te grijpen in ons
DNA, is het niet langer onvoorstelbaar dat de Nephilim door aardse
technologieën opnieuw tot leven zouden kunnen worden gewekt.
Deze technologieën bestaan overigens al een poosje; zo werd
de uitgestorven Pyrenese ibex, een wilde berggeit, in 2009 'teruggebracht uit
de dood' door gebruik te maken van DNA dat afkomstig was van huidmonsters.
Onderzoekers van de Koreaanse Jeju National University kloonden in 2010 een
stier die al in 2008 gestorven was. Een jaar eerder wisten wetenschappers bloed
uit een dinosaurusbot te halen dat volgens hen al 8 miljoen jaar oud was.
Al sinds het begin van deze eeuw wordt er serieus gewerkt
aan het terugbrengen van de uitgestorven Tasmanische tijger (Thylacine).
Daarnaast staan ook de mammoet, andere uitgestorven diersoorten en zelfs de
Neanderthaler, de veronderstelde ‘voorloper' van de huidige mens, op het
toekomstige programma. In dit licht is het niet moeilijk voor te stellen dat
bij de eventuele ontdekking van (resten van) dode Nephilim, die nog maar enkele
duizenden jaren oud zouden zijn, ook van deze wezens DNA zou kunnen worden
gebruikt om hen opnieuw tot leven te wekken, of hun DNA te integreren met dat
van mensen.
Mogelijk is dit zelfs al gebeurd. Grote aantallen
Amerikaanse soldaten die in Irak zijn ingezet hebben toegegeven dat zij vele
containers vol met archeologisch materiaal hebben gevuld, waar ook tabletten
bij zouden hebben gezeten met daarop de locaties van diep onder de grond
gelegen grotten waarin Nephilim begraven zouden zijn, mogelijk zelfs in 'stasis',
een toestand van schijndood.
Terugkeer van de Nephilim voorzegd door Henoch
Dit is exact wat Henoch in zijn apocriefe boek lijkt te
hebben voorspeld. Zou het dus zo kunnen zijn dat Amerikaanse
overheidsinstellingen zoals DARPA al jaren bezig zijn met het klonen van deze
duizenden jaren oude wezens, die ‘buitenaards' DNA met zich meedragen? Of wordt
wellicht herhaald wat de ‘Wachters' deden, namelijk het vermengen van menselijk
DNA met dat van ‘aliens', de in de Bijbel beschreven ‘gevallen engelen'? Het
zal voor sommigen misschien een schok zijn, maar ook in de Bijbel zijn er
duidelijke aanwijzingen te vinden dat dit in de ‘eindtijd' inderdaad zal gaan
gebeuren:
‘Het visioen dat Jesaja, de zoon van Amos, zag over
Babylon. Heft op de kale berg een banier op, roept met luider stem hun toe,
wenkt met de hand, open de poorten, gij heerser. Ik beveel en roep hen op:
reuzen zullen komen om mijn toorn te vervullen… Want zie, de dag des Heren komt
waaraan niet ontsnapt kan worden, een dag van toorn en woede, om de aarde tot
een woestenij te maken… En Babylon… zal worden als Sodom en Gomorra… Het zal
nooit meer bewoond worden…. en monsters zullen daar legeren, en duivelen zullen
daar dansen en satyrs zullen daar verblijven.' (Jesaja 13:1-3, 9, 19-22, vertaald
uit de Engelse Septuaginta).
Wie
‘de heerser' die ‘de poorten' zal openen ook zal zijn – hij opent ‘poorten' in
‘Babylon' (symbool van het wereldwijde Antichrist-imperium) waaruit de reuzen
(gibborim) van de eindtijd – hetzij gekloond, hetzij in de vorm van reeds in
ontwikkeling zijnde genetisch gemodificeerde supersoldaten en/of genetisch
gemodificeerde vaxxers – zullen terugkeren op het aardoppervlak, als de
werktuigen waarmee de Demiurg / Satan de mensheid volledig in zijn greep zal
proberen te krijgen.
(Noot
Claudia: een paar jaar geleden heeft Tom Horn gezegd dat de wetenschappers in
CERN bezig waren met het proberen openen van portalen tot andere dimensies om demonen
en Nephilim op aarde te brengen.)
Het lijkt er dus sterk op dat de profeet Jesaja de
terugkeer van de (geesten van de) Nephilim in de eindtijd voorzegd heeft, mede
omdat hij tevens schrijft over 'monsters' en 'satyrs', die (transgenetische /
hybride) half-mens/half-dier wezens zijn. Dit gezichtspunt wordt ondersteund in
het apocriefe boek 2 Esdras 5:8, waar eveneens over de geboorte van 'monsters' in de eindtijd wordt geschreven.
Spirituele eindtijd oorlog tussen occulte 'goden' en God
Ook op andere plaatsen wordt in de Bijbel beschreven hoe er
in de eindtijd een spirituele oorlog zal losbarsten tussen de zogenaamde
‘mythologische goden' en de Christus. ‘Vreselijk zal de Here tegen hen wezen,
want Hij zal al de goden der aarde doen uitteren;' (Zefanja 2:11, SV). En ‘Ik
zal… straffen… zijn goden en zijn leiders.' (Jeremia 46:25, NBV). In Openbaring
9:20 staat te lezen hoe de menselijke volgelingen van deze occulte godheden hun
valse afgoden zullen aanroepen, en gezamenlijk hun krachten zullen bundelen
tegen God.
‘En ik zag uit de bek van de draak en uit de bek van het
beest en uit de mond van de valse profeet drie onreine geesten komen, als
kikvorsen; want het zijn geesten van duivelen, die tekenen doen, welke uitgaan
naar de koningen der gehele wereld, om hen te verzamelen tot de oorlog op de
grote dag van de almachtige God… En hij verzamelde hen op de plaats, die in het
Hebreeuws genoemd wordt Harmagedon.' (Openbaring 16:13-14, 16, NBG).
Ook in het eeuwenoude apocriefe boek Jubileeën – een hervertelling van Genesis
en deels Exodus – wordt de terugkeer van de Nephilim in de eindtijd voorspeld.
Merk op dat dit pal vóór het oordeel over satan zal plaatsvinden:
‘De kwaadaardige duivelen (geesten van de Nephilim) werden
gebonden in de plaats van veroordeling, maar een tiende deel van hen werd
overgelaten, zodat zij onderworpen zouden zijn aan satan op de aarde. Deze zijn
bestemd voor corruptie (de corruptie van het menselijke DNA zoals in de dagen
van Noach?) en misleiden de mensen voordat satan geoordeeld zal worden.' (10:7-12)
Daarnaast bevat ook de bekende profetie in het tweede
hoofdstuk van het boek Joël een verwijzing naar de terugkeer van de gibborim,
de ‘reuzen' (het nageslacht van de Nephilim). Hoewel Bijbelverklaarders over
het algemeen denken dat Joël hier een sprinkhanenplaag omschrijft, gebruikt hij
de term gibborim ook in de zin ‘als helden (gibborim) zullen zij lopen'.
Betekent dit wellicht dat er naast sprinkhanen (die overigens ook een metafoor
kunnen zijn voor spirituele ‘kaalvreters', dus demonen die het Licht uit de
mensen als het ware wegvreten of wegzuigen) ook andere wezens deel zullen
uitmaken van dit eindtijd leger?
‘Een dag van duisternis en van donkerheid, een dag van
wolken en van dikke duisternis… Voor hem uit verteert een vuur en achter hem
laait een vlam… ook is er aan hem niet te ontkomen. Zijn aanblik is als die van
paarden… Voor zijn aangezicht beven de volken; alle gezichten verbleken van
angst. Als helden (gibborim) rennen zij… Voor hun aangezicht siddert de aarde,
beeft de hemel; de zon en de maan worden zwart en de sterren trekken haar glans
in…. Zijn leger is zeer talrijk' (Joël 2:2-11, NBG)
Voorspelde profeet Daniël nieuwe vermenging met
menselijk zaad?
Als alle teksten bij elkaar worden
gelegd is er behoorlijk overtuigend bewijs dat er in de eindtijd een enorm
leger zal verschijnen van ‘gibborim', strijders die heel goed het resultaat
zouden kunnen zijn van het streven van aardse wetenschappers om voor ‘god' te
spelen en door technologieën te gebruiken om de ‘poorten' waarachter deze
aloude duistere wezens zijn opgesloten, te openen. De profeet Daniël
schrijft over de laatste dagen van de huidige menselijke maatschappij:
‘En dat gij gezien hebt ijzer vermengd met modderig leem,
zij zullen zich (wel) door (KJV: met) menselijk zaad vermengen, maar zij zullen
de een aan den ander niet hechten, gelijk als zich ijzer met leem niet
vermengt.' (Daniël 2:43, SV)
Hoewel Daniël niet uitlegt wie ‘zij' zullen zijn die zich met het ‘menselijk
zaad' zullen vermengen, lijkt ook dit te kunnen wijzen op een herhaling van de
gebeurtenissen uit Genesis 6, waar niet-menselijke wezens – ‘aliens' in
populaire taal – zich vermengden met menselijk zaad en de Nephilim
voortbrachten. Als dit vers wordt gekoppeld aan Genesis 3:15, waarin God zegt
‘Ik zal vijandschap zetten tussen u en de vrouw, en tussen uw zaad (nageslacht,
afstammelingen, kinderen, fysiek en/of geestelijk) en haar zaad' dan blijkt
hieruit onomstotelijk dat satan naast de mens óók ‘zaad' heeft, en dat dit
‘zaad' in vijandschap verkeert met de Christus.
Anno
2022 lijkt die scheiding tussen het ‘zaad van het Duister' en het ‘zaad van het
Licht' zich almaar duidelijker af te tekenen in de vorm van een gigantische
groep mensen die zich hebben laten injecteren met Covid-19 mRNA genmanipulatie
‘vaccins' en boostershots, en een naar verhouding zeer kleine groep die vanuit
hun Christusgeest onmiddellijk beseft heeft dat deze injecties wel eens een van
de allergevaarlijkste valkuilen kunnen zijn die Lucifer ooit heeft opgesteld.
Transhumanisten streven zelfde doel als Hitler na
Het opnieuw vermengen van niet-menselijk ‘zaad' met de mens door het
veranderen van het menselijke DNA, en tegelijkertijd het terugbrengen van de
Nephilim op aarde, is al sinds het begin der tijden het streven van de geest
van (de) Antichrist. In het in 1960 verschenen boek ‘Le Matin des Magiciens' (‘De dageraad van de Magiërs' of The Dawn of Magic, eveneens de titel van
een PC-game uit 2007) schreven Louis Pauwells en Jacques Bergier dat dit
eveneens het doel was van een van de bekendste moderne Antichrist archetypes,
Adolf Hitler:
‘Hitlers doel was noch het oprichten van een ras van
supermensen, noch de verovering van de wereld; dat waren slechts middelen tot
het realiseren van het grote werk waar hij van droomde. Zijn werkelijk doel was
een scheppingsdaad te verrichten, een goddelijke handeling, het doel van een
biologische mutatie die zou resulteren in een nooit eerder geziene verheffing
van het menselijk ras en de ‘verschijning van een nieuw ras van helden,
halfgoden en god-mensen.'
Het valt niet te ontkennen dat Hitlers duivelse
doelstellingen exact overeenkomen met die van moderne transhumanisten zoals
Klaus Schwab en Bill Gates, die ieder op hun eigen terrein hard werken aan de
creatie van digitaal aangestuurde / geïntegreerde, post-menselijke
avatar-lichamen die door genetische- en nanotechnologieën geschikt zijn gemaakt
voor de incarnatie in het ‘Internet of Body's‘ en het Metaverse van oeroude
duistere entiteiten.
Het
rijk van ‘Het Beest' is dus volop in oprichting. Miljarden mensen zijn met de
mRNA genmanipulaties injecties nu al nietsvermoedend als toekomstige slaven van
dit rijk ge(brand)merkt. Hun lot zal definitief bezegeld zijn zodra er in de
komende jaren nog meer nieuwe vaccinaties (mogelijk tegen de (apen)pokken)
opgedrongen zullen worden, en ook de door Schwab aangekondigde geïnjecteerde
nanochips verplicht worden gesteld.
Interview met de ware Zr Lucia van Fatima uit 1957
Het
tot zwijgen brengen van de Boodschappers: Pr Fuentes (1959-1965)
Interview
met Zr Lucia van Fatima
Op 26 december 1957 ontmoette Pr Augustin Fuentes, die zich
voorbereidde om de postulator te worden van de zaligverklaring van Francisco en
Jacinta Marto, Zr Lucia in haar klooster te Coimbra (Portugal). Hier kon hij uitgebreid
converseren met de Fatima zieneres. Nadat hij terug was gekeerd naar zijn
geboorteland Mexico, gaf hij een voordracht over de ontmoeting, waarin hij Zr
Luciaÿs boodschap overbracht. Pr Alonso, die reeds 16 jaar de officiële
archivaris van Fatima is, benadrukte dat het verslag van deze voordracht werd
gepubliceerd "met elke garantie van authenticiteit en met episcopale
goedkeuring, waaronder deze van de Bisschop van Fatima."
Pr Fuentes bevestigde dat de boodschap "van de lippen kwam
van de belangrijkste ziener."
Het
verslag van Pr Fuentes
Ik wens jullie te vertellen over het laatste gesprek dat ik
had met Zr Lucia op 26 december van vorig jaar. Ik ontmoette haar in haar
klooster. Ze was zeer droevig, zeer bleek en fel vermagerd. Ze zei me:
Niemand
heeft er enige aandacht aan besteed
Vader,
de Allerheiligste Maagd is zeer droevig omdat niemand aandacht heeft besteed
aan Haar boodschap, noch de goeden, noch de slechten. De goeden blijven hun weg
verderzetten, maar zonder belang te hechten aan Haar boodschap. De slechten,
die de straf van God niet werkelijk op hen zien vallen, blijven hun leven van
zonde verderzetten zonder zelfs bezorgd te zijn over de Boodschap. Maar geloof
me, Vader, God zal de wereld kastijden en dit zal in een verschrikkelijke
manier gebeuren. De straf van de Hemel is imminent.
Het
geheim is niet geopenbaard
Vader,
hoeveel tijd is er voor 1960 komt? Het zal zeer droevig zijn voor iedereen,
niet een persoon zal zich verheugen als de wereld niet vooraf bidt en boete
doet. Ik kan geen andere details geven, omdat het nog steeds een geheim is.
Volgens de wil van de Allerheiligste Maagd, zijn enkel de Heilige Vader en de Bisschop
van Fatima toegelaten om het geheim te kennen, maar ze hebben ervoor gekozen
het niet te kennen, opdat ze niet zouden beïnvloed worden. Dit is het derde
deel van de Boodschap van OLVrouw, die geheim zal blijven tot 1960.
Rusland,
de gesel van God
Vertel
hen, Vader, dat de Allerheiligste Maagd vele keren aan mijn neef Francisco en
nicht Jacinta, evenals mijzelf, verteld heeft dat vele naties zullen verdwijnen
van het aardoppervlak. Ze zei dat Rusland het instrument van kastijding zal
zijn, gekozen door de Hemel om de hele wereld te straffen als we niet op
voorhand de bekering van deze arme natie verkrijgen.
"De
beslissende strijd" tussen Maria en Satan: de geloofsafval van de Religieuzen
en Priesters
Zr Lucia vertelde mij ook: Vader, de duivel wil een beslissende strijd aangaan tegen de H. Maagd.
En de duivel weet wat God het meest beledigt en wat hem in korte tijd het
grootste aantal zielen zal opleveren. Zo doet de duivel er alles aan om de Godgewijde
zielen te overwinnen, omdat de duivel er op deze manier in zal slagen dat de zielen
van de gelovigen in de steek worden gelaten door hun leiders, waardoor hij ze
des te gemakkelijker kan grijpen.
Wat
het Onbevlekt Hart van Maria en het Hart van Jezus treft, is de val van
Religieuze en Priesterlijke zielen. De duivel weet dat Religieuzen en Priesters
die hun mooie roeping afvallig zijn, talloze zielen naar de Hel slepen. De
duivel wil bezit nemen van gewijde zielen. Hij probeert ze te corrumperen om de
zielen van leken in slaap te wiegen en hen zo tot definitieve onboetvaardigheid
te leiden. Hij gebruikt alle trucs en gaat zelfs zo ver dat hij suggereert dat
de toegang tot het religieuze leven wordt uitgesteld. Het resultaat hiervan is
de onvruchtbaarheid van het innerlijk leven, en bij de leken, kilheid (gebrek
aan enthousiasme) met betrekking tot het afzien van genoegens en de totale
toewijding van zichzelf aan God.
Hetgeen
wat Jacinta en Francisco heiligde
Vertel
hen ook, Vader, dat mijn neef Francisco en nicht Jacinta zich heiligden omdat
in al de verschijningen van de Allerheiligste Maagd, zagen ze Haar altijd zeer
droevig. Ze glimlachte nooit naar ons. Deze droefheid, deze angst en
bekommernis die we in Haar opmerkten, doorboorde onze ziel. Deze droefheid
wordt veroorzaakt door de overtredingen tegen God en de straffen die dreigen
voor zondaars. En zo wisten wij, kinderen, niet wat te denken behalve
verschillende manieren van gebed te vinden en offers te brengen.
De andere dingen die deze kinderen heiligde was het visioen
van de Hel die ze zagen.
De
Missie van Zr Lucia
Vader,
daarom is het niet mijn missie om de wereld de materiële straffen aan te geven
die zeker zullen komen als de wereld niet vooraf bidt en boete doet. Nee! Mijn
missie is om iedereen het dreigende gevaar dat we lopen, aan te geven door onze
ziel voor eeuwig te verliezen als we koppig in zonde blijven.
De
hoogdringendheid van bekering
Zr Lucia zei me ook: Vader,
we moeten niet wachten op een oproep aan de wereld van Rome uit, van de Heilige
Vader om boete te doen. We moeten ook niet wachten op de oproep tot
boetedoening van onze Bisschoppen in ons bisdom, noch van de Religieuze
congregaties. Nee! Onze Heer heeft deze middelen al heel vaak gebruikt en de
wereld heeft er geen aandacht aan geschonken. Daarom is het nu noodzakelijk dat
ieder van ons zich geestelijk begint te hervormen. Iedere persoon moet niet
alleen zijn eigen ziel redden, maar ook helpen om alle zielen te redden die God
op ons pad heeft geplaatst.
De
duivel doet er alles aan om ons af te leiden en de liefde voor Gebed van ons
weg te nemen; we zullen samen gered worden of we zullen samen verdoemd worden.
De Laatste
Tijden
Vader,
de Allerheiligste Maagd heeft me niet verteld dat we in de laatste tijden van
de wereld zijn, maar ze heeft me dit om drie redenen laten begrijpen.
De
Laatste Strijd
De
eerste reden is omdat de H. Maagd me vertelde dat de duivel een beslissende
strijd tegen Haar wil aangaan. En een beslissende strijd is de laatste strijd
waarbij de ene kant zal zegevieren en de andere kant een nederlaag zal lijden.
Ook moeten we vanaf nu partij kiezen. We zijn voor God of we zijn voor de
duivel. Er is geen andere mogelijkheid.
De Laatste Remedies
De
tweede reden is dat Ze zowel tegen mijn neef en nicht, als tegen mezelf zei dat
God de wereld twee laatste remedies geeft. Dit zijn de Heilige Rozenkrans en de
devotie tot het Onbevlekt Hart van
Maria. Dit zijn de laatste twee remedies, die aangeven dat er
geen andere zullen zijn.
Zonde tegen de H. Geest
De
derde reden is dat in de plannen van de Goddelijke Voorzienigheid, God altijd,
voordat Hij op het punt staat de wereld te kastijden, alle andere remedies
uitput. Als Hij nu ziet dat de wereld er geen enkele aandacht aan schenkt, dan
biedt Hij ons, zoals we in onze onvolmaakte manier van spreken zeggen, ons met ‘zekere
vreesÿ het laatste middel tot redding aan, Zijn Allerheiligste Moeder. Het is
met ‘zekere vreesÿ, want als je dit ultieme middel veracht en afwijst, zullen
we geen vergeving meer van de Hemel krijgen, omdat we een zonde hebben begaan
die het Evangelie de ‘zonde tegen de Heilige Geestÿ noemt.
Deze
zonde bestaat uit het openlijk, met volledige kennis en instemming, de
verlossing die Hij aanbiedt, afwijzen. Laten we niet vergeten dat Jezus
Christus een zeer goede Zoon is en dat Hij niet toestaat dat we Zijn
Allerheiligste Moeder beledigen en verachten. We hebben in de vele eeuwen Kerkgeschiedenis
duidelijk getuigenissen opgetekend van de verschrikkelijke kastijdingen die
degenen zijn overkomen, die de eer van Zijn Allerheiligste Moeder hebben
aangevallen. Het toont aan hoe Onze Heer Jezus Christus altijd de eer van Zijn
Moeder heeft verdedigd.
Gebed,
Offer en de H. Rozenkrans
Zr Lucy vertelde me: De twee middelen om de wereld te
redden zijn gebed en offer.
Over de H. Rozenkrans zei Zr Lucia: Kijk, Vader, de Allerheiligste Maagd heeft in deze laatste tijden
waarin we leven, een nieuwe kracht gegeven aan het bidden van de Rozenkrans. Ze
heeft deze kracht in die mate gegeven dat er geen probleem is, hoe moeilijk ook,
tijdelijk of vooral geestelijk, in het persoonlijke leven van ieder van ons,
van onze gezinnen, van de gezinnen in de wereld of van religieuze
gemeenschappen, of zelfs van volkeren en naties, dat niet kan worden opgelost
door de Rozenkrans. Ik zeg je, er is geen enkel probleem, hoe moeilijk ook, dat
we niet kunnen oplossen door het bidden van de H. Rozenkrans. Met de H.
Rozenkrans zullen we onszelf redden. We zullen onszelf heiligen. We zullen Onze
Heer troosten en de redding van vele zielen verkrijgen.
Devotie
tot het Onbevlekt Hart van Maria
Ten
slotte bestaat de devotie tot het Onbevlekt Hart van Maria, onze Allerheiligste
Moeder, erin Haar te beschouwen als de zetel van barmhartigheid, goedheid en
vergeving, en als de veilige deur waardoor we de Hemel zullen binnengaan.
1/4 Jezus:
Mijn
volk, jullie zien in de lezingen hoe de religieuze leiders plannen maakten om
Mij te doden omdat Ik mensen op de sabbat had genezen en omdat Ik beweerde dat
Ik de Zoon van God ben. De mensen dachten dat niemand zou weten waar de Messias
vandaan zou komen, en ze wisten niet dat Ik volgens de Schrift in Bethlehem was
geboren. De mensen konden Mij niet vangen omdat Mijn tijd nog niet gekomen was,
en daarom ging Ik door hun midden weg, net zoals Ik deed in Nazareth.
Ik ben als een gevangene in Mijn tabernakel, en heel weinig
mensen bezoeken Mij om Mij gezelschap te houden. Ik schenk extra genaden aan
Mijn dagelijkse aanbidders omdat ze de tijd te nemen om hun liefde voor Mij te
tonen door hun aanwezigheid. Ik dank je voor het bidden van de kruisweg elke
vrijdag. Geef het goede voorbeeld aan je achterkleinzoon om hem te helpen met zijn
eerste Heilige Communie. Blijf je familie aanmoedigen om naar de Zondagsmis te
komen waarvan ze weten dat ze die moeten bijwonen. Je dagelijkse gebeden voor
je familie kunnen hen helpen bekeren tijdens hun Waarschuwingservaring.
2/4 Jezus:
Mijn
zoon, in het evangelie vroegen de mensen Mij of Ik de Christus was, maar de meesten
van hen wisten niet dat Ik in Bethlehem geboren was, wat volgens de H. Schrift
is. Aangezien Ik in Nazareth ben opgegroeid, dachten de mensen dat ik daar
geboren was. Ik ben waarlijk de Zoon van God en Ik kwam naar deze aarde om Mijn
leven te offeren voor de vergeving van jullie zonden.
Mijn volk, ik geef jullie een voorproefje van Mijn Verrijzenis.
Jullie weten dat de dood geen macht over Mij had, en Ik heb dood en zonde
overwonnen. Ik overwin de zonde van Adam, en wanneer je gedoopt wordt tot Christen,
ben je bevrijd van de erfzonde. Omdat Ik zonde heb overwonnen, kun je tot Mij
komen in de Priester in Biecht, en je zal van je zonden worden verlost door de
absolutie van de Priester. Ik ben aan het Kruis gestorven als het perfecte
offer voor alle zonden van de mensheid. Maak dus gebruik van Mijn gave van
verlossing door regelmatig te biechten om je ziel vrij van zonde te houden. Om
naar de Hemel te komen, moet je Mijn vergeving zoeken met een berouwvol hart en
Mij liefhebben met je verstand, lichaam en ziel. Door Mij het middelpunt van je
leven te laten zijn, zal je waardig zijn om naar de Hemel te komen. Je komt
binnenkort naar de zondag van de Goddelijke Barmhartigheid, zodat je jouw
noveen kunt maken en de gebeden van de H. Faustina kunt bidden, samen met de
Biecht. Dan zal je een volle aflaat ontvangen die eerherstel zal bieden voor
elke straf die voor je zonden verschuldigd is. Dit is het beste geschenk van
Mijzelf dat je kunt hebben om je ziel klaar te maken voor je oordeel.
3/4 Jezus: Wanneer
je je ziel voorbereidt op de Biecht, moet je Mijn Tien Geboden overwegen. De
vrouw in het Evangelie beging een zonde van overspel die in strijd is met Mijn
Zesde Gebod. De Mozaïsche wet was een beetje streng dat zo'n vrouw gestenigd
moest worden. Daarom stelde de Farizeeën Mij op de proef om te zien of ik de
Mozaïsche wet zou overtreden. De mensen raapten stenen op om haar te doden,
maar ik kwam tussenbeide en zei: 'De mensen, die zonder zonde zijn, kunnen de
eerste steen werpen.' Ze gaven allemaal toe ook gezondigd te hebben, en daarom
lieten ze hun stenen vallen. Toen niemand haar veroordeelde, zei Ik haar weg te
gaan en niet meer te zondigen. Ik vraag iedereen om een rein leven te leiden. De
mens is zwak om te zondigen, en daarom heb Ik je het sacrament van de Biecht
gegeven waar je tot Mij kunt komen in de Priester in de Biecht, en je zonden
zullen je vergeven worden door de absolutie van de Priester. Dit zal de Heiligmakende
genade in je ziel herstellen, en je zal dan waardig zijn Mij te ontvangen in de
Heilige Communie. Jullie zijn allen zondaars, en daarom moet je je zonden
regelmatig belijden, minstens één keer per maand. Dan zal je Mijn volledige
liefde en genade in je ziel genieten.
5/4 Jezus: Mijn
volk, toen de Israëlieten met Mozes in de woestijn waren, voorzag Ik hen 's
morgens manna en' s avonds kwartels, samen met water. Maar de mensen klaagden
over het manna, dat ze ellendig voedsel noemden. Daarom stuurde Ik de
serafijnen met slangen die de mensen beten en sommigen stierven. Toen vroegen
de mensen aan Mozes om de slangen te laten weghalen. Daarom werd Mozes verteld
om een bronzen slang op een paal te plaatsen en deze omhoog te plaatsen, zodat
de mensen, die door de slangen waren gebeten en naar de bronzen slang keken,
genezen zouden worden en in leven zouden blijven. Dit was een voorafbeelding van
Mijn Kruisdood, en door Mijn dood kon Ik redding brengen aan alle zielen die in
Mij geloofden en zich van hun zonden bekeerden. Zelfs je huidige artsen
gebruiken dit symbool in hun genezingspraktijk. Vertrouw op Mij om te zorgen
voor je genezing in Mijn toevluchtsoorden tijdens de verdrukking.
6/4 Jezus:
Mijn
volk, dit visioen van mensen die naar de Hel gaan is erg triest, maar al die
mensen, die naar de Hel gaan, doen dit uit eigen vrije wil. Er zijn veel mensen
die geld als afgod hebben, in plaats van Mij te aanbidden. Ik moedig Mijn volk
aan om Mijn Eerste Gebod te gehoorzamen dat zegt dat jullie geen vreemde goden
voor Mijn aangezicht zullen hebben. Laat Mij het middelpunt van je leven zijn,
en niet geld of wereldse dingen. De duivel verleidt je met zondige genoegens en
verlangens naar geld en macht op aarde. Aanroep Mij om je te beschermen om niet
in deze zonden te vervallen. Zet deze slechte gedachten en verleidingen uit je
hoofd, zodat je gehoorzaam kunt zijn aan Mijn Geboden. Als je wankelt in zonde,
dan kan je tot Mij komen om te biechten, en Ik zal je vergeven met de absolutie
van de Priester. Houd je ziel rein door ten minste één keer per maand naar Mij
te komen.
Mijn volk, de Goede Week is de belangrijkste week van het Kerkelijk
jaar omdat het een herinnering is aan Mijn Dood en Verrijzenis. Je hebt twee
hoogtepunten in je viering van de Goede Week. Je hebt een Seder-avondmaal voor
je gebedsgroep op Palmzondag. Mijn gelovigen moeten ook proberen naar de kerk
te komen voor de Triduumvieringen. Goede Vrijdag begint ook de noveen voor de
zondag van Goddelijke Barmhartigheid. Laat deze vasten een zegen zijn voor
jullie ziel en een voorbereiding op de eindtijd.
7/4 Jezus:
Mijn
volk, Ik sluit een verbond met jullie in Mijn Heilig Sacrament dat Ik jullie
God zal zijn, en jullie Mijn volk zullen zijn. Ik ben altijd bij jullie
aanwezig in Mijn Eucharistie. Ik roep heel Mijn volk naar het Beloofde Land van
de Hemel. Je moet in dit leven lijden met een sterfelijk lichaam en een
onsterfelijke ziel. In dit leven word je voortdurend geconfronteerd met
verleidingen van lichaam en ziel door de demonen. Maar Ik geef je je Beschermengel
en Mijn Sacramenten om je ziel vrij te houden van zonde. Vertrouw op Mijn
genade en behoud je geloof in Mij in alles wat je elke dag doet. Wijd wat je in
je leven doet toe aan Mijn Wil in elke goede daad, altijd, elke dag. Als je in
zonde zou vallen, ben Ik er voor je in de Biecht om je zonden te vergeven en de
Heiligmakende genade voor je ziel te herstellen. Door met Mijn hulp een zuivere
ziel te bewaren, ben je op weg naar Mijn Beloofde Land in de Hemel. Bid voor je
familie dat hun zielen gered zullen worden van de Hel, als ze de vergeving van
hun zonden bij Mij zoeken.
Mijn zoon, ik ben blij dat je Mijn Joodse erfgoed eert,
omdat de eerste Mis bij het Laatste Avondmaal deel uitmaakte van een Pesach-dienst.
Dit Seder-avondmaal wordt elk jaar herhaald als een herinnering aan toen Mozes
zijn volk uit Egypte leidde en toen Ik de plagen over Egypte en zijn farao
bracht. De wonderen waren bedoeld om de Hebreeën te helpen de slavernij te
verlaten, van hun volk dat tot slaaf was gemaakt in de steengroeven. Wanneer je
deze Seder-avondmaal houdt, denk er dan aan hoe de Hebreeën 400 jaar
gevangenschap leden en nu bevrijd waren. Bid als dank dat je het geluk hebt in een vrij land te
leven.
8/4 Jezus: Er is
verdriet in Mijn dood, maar daarom werd Ik een Godmens, zodat Ik Mijn leven kon
offeren om redding te brengen aan alle zielen die in Mij geloven en die de
vergeving van hun zonden zoeken. Ik heb jullie allen lief, en Ik stel alle
zielen in staat om gered te worden door Mijn Sacramenten. Verheug je in Mijn
Verrijzenis wanneer Ik je het eeuwige leven met Mij in de Hemel aanbied. Gelovigen,
die Mij trouw zijn, zullen Mijn Tijdperk van Vrede zien, en dan zal je je met
lichaam en ziel bij Mij in de Hemel voegen. Vrees nu geen kwaad, want Ik zal de
bozen, de zonde en de dood overwinnen.
Mijn gelovigen zullen op een dag worden opgewekt op de
laatste dag, omdat je ziel weer met je lichaam zal worden verenigd. Veel mensen
wachten vol hoop op deze dag in de Hemel om Mij echt te zien zoals IK BEN.
9/4 Jezus: Mijn
volk, de Farizeeën, wilden Mij doden, dus verstopte Ik Me waar Johannes de
Doper de mensen doopte aan Jordaan-rivier. Toen het tijd was voor het Pesachfeest,
ging Ik naar Jeruzalem waar veel van de profeten werden gedood. Morgen op
Palmzondag lees je Mijn Lijden. Dit is het begin van de Goede Week, die een
herinnering is aan hoe Ik stierf aan het Kruis om redding te brengen aan alle
zondaars die Mijn vergeving zoeken. Dit is de eerste vereiste om naar de Hemel
te komen dat je je zonden belijdt, en je Redder, Mij liefhebt, en gelooft in
alles wat Ik je heb geleerd. Volg Mijn geboden om Mij lief te hebben en je
naaste lief te hebben als jezelf. Denk eraan om bij alle diensten van de Goede
Week aanwezig te zijn.
10/4
Palmzondag - Jezus: Mijn volk, deze zondag heeft gemengde
gevoelens als je met vreugde de palmen verwerkt in je oude traditie. Dan wordt
je verdrietig als je het evangelie van Mijn Lijden en Dood leest. Dit is nog
maar het begin van de Goede Week wanneer je de H. Mis op Witte Donderdag hebt
met het wassen van de voeten van de twaalf. Neem de tijd om Mijn Heilig
Sacrament te aanbidden, aangezien het je gewoonte is om minstens drie kerken te
bezoeken. De oorspronkelijke gewoonte is zeven kerken, maar omdat de uren zijn
ingekort, heb je het geluk dat je drie kerken kunt bezoeken. Je herinnert je in
Holy Name Church toen het koor veel liedjes zong, vooral: 'Jezus, onthoud mij
wanneer je in Je Koninkrijk komt.'
(Sedermaaltijd) Mijn volk, Ik wil alle mensen bedanken die
eten hebben gebracht voor deze maaltijd, en voor al de mensen die de tafels
hebben klaargemaakt en deze maaltijd hebben gepland. Je hebt Mijn Lijden en Dood
gelezen tijdens de Mis, maar je hebt niet al te veel details gehoord over het
Laatste Avondmaal en alle betekenissen van het voedsel dat je gaat eten.
Terwijl je je script leest, zal je zien hoe de Hebreeën de Mozaïsche praktijken
volgden die Mozes hun voor de Pesachmaaltijd gaf. Ik ben de vervulling van dit
Pesach, zoals Ik je voor altijd Mijn Zelf heb gegeven in Mijn Heilig Sacrament.
Ik stierf voor jullie zonden en je bent echt vrij. Ik bied jullie Mijn Sacrament
van de Biecht aan om jullie ziel rein te houden van zonde en waardig om Mijn
Eucharistie te ontvangen. Prijs en dank Mij voor alles wat Ik voor jullie doe.
11/4 Jezus: Mijn
volk, Ik was op weg naar Jeruzalem om Mijn kruisiging te ondergaan. Ik stopte
bij het huis van Lazarus, die Ik uit de dood heb opgewekt. Maria en Martha
waren daar, en Maria zalfde Mijn voeten met een dure balsem. Judas zei dat het
verkocht had kunnen worden om de armen te helpen. Ik zei tegen Judas: 'De armen
heb je altijd bij je, maar Mij heb je maar een korte tijd bij je.' Ik vertelde
de mensen ook dat deze zegen van balsem gepast was voor Mijn begrafenis. Dit is
weer een voorbereiding op Mijn komende Kruisiging en Verrijzenis die jullie je
deze Goede Week gedenken. Geniet van deze glorierijke tijd van Mijn overwinning
over zonde en dood. Ik gaf Mijn leven om de hele mensheid te verlossen, en Mijn
dood is een eerherstel voor alle zonden van Mijn volk. Prijs en dank Mij voor
alles wat Ik voor jullie heb gedaan.
3/3 Jezus:
Mijn
volk, jullie bevinden je in de Vastentijd en nu zullen jullie meer bidden en
vasten om de eetlust van je lichaam onder controle te houden. Lichamelijk geeft
vasten het lichaam rust na het nemen van voedsel. Geestelijk helpt vasten om
discipline aan je spirituele leven toe te voegen bij het vermijden van zonde.
Als je nee kunt zeggen tegen voedsel en de verlangens van het vlees, dan zal
dit je meer kracht geven om nee te zeggen tegen de verleidingen van zonde. Kies
om te leven met Mij door jezelf te verloochenen en jezelf los te maken van de wereldse
dingen die tot zonde leiden.
Door je kruis op te nemen en Mij deze vastentijd te volgen,
zal Ik je leiden naar een Heiliger leven op het pad naar de Hemel. Al deze
vastenpraktijken die je nu in de vastentijd volgt, kun je de rest van het jaar
voortzetten. Je doet dit vasten en bidden tijdens de vastentijd, maar leer de
hele tijd zo te leven. Vasten is een krachtige hulp voor zowel lichaam als
ziel. Daarom moet je vaker vasten. Vertrouw op Mij om je te leiden om een Heilig
leven te leiden, net zoals de monniken dat doen in hun kloosters.
Je moet mediteren over hoe je je spirituele leven kunt
verbeteren en hoe je goede daden voor je naasten kunt doen. De vastentijd is
een goed moment om na te denken over hoe je je zonden uit gewoonte kunt
stoppen. Je kan regelmatig naar de Biecht komen om je te helpen je ziel te
reinigen. Je kunt naar de staties van de kruisweg komen, vooral op vrijdag.
Bied Mij je boetedoeningen, vasten, gebeden en aalmoezen voor je intenties aan.
Werk eraan om deze vastentijd te gebruiken om jezelf in liefde dichter bij Mij
te brengen.
5/3 Jezus: Mijn
volk, ik geef jullie een nuchtere boodschap over de komende Great Reset die
zal leiden tot de komst van de Antichrist en de verdrukking. Je zal zien dat de
gebeurtenissen snel gaan en Amerika zal binnenkort in een staat van beleg
verkeren omdat de Nieuwe Wereldorde alles moet voorbereiden op de overname door
de Antichrist. Je zal binnenkort Mijn Waarschuwing zien samen met de 6 weken
van bekering. Na de Waarschuwing zal Ik Mijn volk naar Mijn toevluchtsoorden
roepen, wees daarom voorbereid om je huis binnen 20 minuten te verlaten. Wees
geduldig, want Ik zal de verdrukking verkorten, en ik zal de boosaardigen
verslaan en ze in de Hel werpen. Ik zal de aarde vernieuwen en Ik zal jullie in
Mijn Tijdperk van Vrede brengen.
Jullie zien hoe het aantal mensen dat naar de zondagsmis
komt, afneemt. Dit is een teken dat Ik geen deel uitmaak in het leven van de
mensen, omdat ze Me negeren en niet van Me houden. Ik stierf aan het Kruis om
de mensheid te redden, maar mensen beseffen niet hoeveel Ik van iedereen hou.
De zonden van het vlees op het gebied van hoererij en overspel zijn
alomtegenwoordig, evenals de zonden van abortus en anticonceptie. Ik zal mensen
een kans geven om hun leven te bekeren met Mijn komende Waarschuwing. Mensen
zullen getoond worden hoe het is om in de Hel of het Vagevuur te zijn.
Als ze weigeren zich te bekeren van hun zonden en weigeren
Mij lief te hebben, zullen ze weten waarom ze naar de eeuwige vlammen van de Hel
gaan. Ik roep Mijn gelovigen op om een goed voorbeeld voor hun gezin te zijn
door naar de zondagsmis te komen en regelmatig te biechten. Sterker nog, in de
vastentijd moet je je concentreren op gebed, vasten en het geven van aalmoezen.
Blijf bidden voor de bekering van je gezin, want je wil niet dat ze naar de Hel
gaan.
7/3 Jezus: Mijn
volk, in het Evangelie geef Ik je voorbeelden hoe je je naaste kunt helpen. Je
moet de hongerigen helpen voeden door voedsel of geld te doneren aan je lokale
voedselbank. Als iemand dorst heeft, kun je hem een slok water geven. Als
iemand financiële hulp nodig heeft, kunt je delen met je eigen geld. Als iemand
iets verplaatst moet hebben, kun je helpen het ergens heen te brengen. Als
iemand ziek is of in de gevangenis zit, kun je deze bezoeken. Als iemand
overlijdt, kun je de begrafenis bijwonen of helpen met de voorbereidingen. Mensen,
die hun naaste willen helpen uit liefde voor Mij, zullen beloond worden in de Hemel,
maar die mensen, die hun naaste niet helpen, zijn op weg naar de Hel. Als je je
naaste helpt uit liefde en mededogen, help je Mij in hen. Zelfs nu wordt je
aangespoord om te bidden voor het volk dat lijdt in Oekraïne.
Mijn zoon, dit visioen van Aanbidding is een teken dat de
H. Thomas (van Aquino) de hymnen voor Aanbidding schreef, als je de Latijnse
woorden zingt. Als je daarom in Aanbidding bent, word je herinnerd aan de H.
Thomas terwijl je zijn hymnen zingt. De H. Thomas van Aquino is een Kerkleraar
en velen kennen zijn Summa Theologica en zijn krachtige theologische werken. Toon
Mij je liefde in het aanbidden van Mijn Heilig Sacrament.
Jullie zullen allemaal een levensoverzicht krijgen en je
wordt gewaarschuwd om het merkteken van het beest of andere vaccins niet te
nemen. Je zal ook worden verteld de Antichrist niet te aanbidden, noch in zijn
ogen te kijken. Je hebt 6 weken tijd om je te bekeren zonder enige kwade
invloed van buitenaf. Werk eraan om je gezin, familie en vrienden te evangeliseren
om gelovigen te worden tijdens de bekeringstijd, anders zullen ze Mijn
toevluchtsoorden niet kunnen betreden. Na de bekeringstijd van 6 weken moet je
elk internettoestel uit je woning verwijderen. Neem geen mobiele telefoon of
dergelijke naar Mijn toevluchtsoord mee, omdat ze daar niet zullen werken. Ik
zeg jullie om het gebruik van deze toestellen te vermijden, omdat de Antichrist
je ertoe kan brengen hem te aanbidden, aangezien hij de ether zal beheersen.
Mijn engelen zullen Mijn gelovigen beschermen met een
onzichtbaar schild als jullie naar Mijn toevluchtsoorden komen en wanneer je in
Mijn toevluchtsoorden bent. Je beschermengelen zullen je naar het
dichtstbijzijnde toevluchtsoord leiden met een vlam om te volgen. Alleen Mijn
gelovigen zullen in Mijn toevluchtsoorden worden toegelaten, omdat Mijn engelen
niemand zullen toestaan binnen te gaan zonder een kruis op het voorhoofd. Je
zal van elke ziekte genezen door naar Mijn lichtgevend kruis in de lucht te
kijken. Mijn engelen zullen een schild over elke schuilplaats plaatsen om je te
beschermen tegen bommen of kometen. De bozen zullen plagen ondergaan volgens
het boek Openbaring. Zodra de boosaardigen in de Hel zijn geworpen, zal Ik de
aarde vernieuwen en Mijn gelovigen in Mijn Tijdperk van Vrede brengen.
9/3 Jezus: Mijn
volk, ik bid dat heel Mijn volk het voorbeeld van het volk van Nineve volgt.
Toen Jona hen waarschuwde dat hun stad binnen 40 dagen zou worden verwoest, bekeerden
de mensen zich van hun zonden. Ze vernederden zich door in zak en as te zitten
en baden tot de Heer om hen van Zijn toorn te behoeden. Toen Ik zag hoe de
mensen berouw toonden over hun zonden, zag Ik af van de straf die Ik op het
punt stond om over Nineve te brengen.
Zo is het ook met de mensen van nu. Ik roep jullie allen op
in deze vastentijd om offers te brengen en boete te doen, zoals jullie je ook
bekeren van je zonden in de biecht. Blijf tussen de maaltijden door vasten en
vermijd vlees op vrijdagen van de vastentijd. Wanneer je je in dagelijkse
Aanbidding op Mij richt, maak je Mij tot het middelpunt van je leven, aangezien
Ik je Schepper en Redder ben. Blijf bidden voor vrede in jullie wereld dat deze
oorlog in Oekraïne stopt en zich niet uitbreidt naar andere naties.
10/3 Jezus: Mijn
volk, in het Evangelie zie je hoe genadig en vergevingsgezind Ik ben. Mensen die
vragen, zullen ontvangen. Mensen die kloppen, zullen de deur voor zich geopend
worden. Jullie aanroepen Mij op veel manieren in gebed aan om je te helpen met
dingen in je leven. Ik beantwoord jullie gebeden, maar niet altijd op de manier
die je wenst. Ik weeg af wat het beste is voor je ziel of voor de zielen
waarvoor je bidt. Daarom zeg Ik soms nee, of stel Ik een antwoord uit tot op
het juiste moment. Je kan op elk moment bij Mij komen en Ik zal je gebed altijd
horen. Bid om goede dingen die jou of iemand anders in je spirituele leven
zullen helpen, en ze zullen hoogstwaarschijnlijk voor jou worden beantwoord.
Als je weet hoe je jouw kinderen goede gaven kunt geven, stel je dan voor
hoeveel meer Ik jullie goede gaven kan geven. Vertrouw op Mij en Ik zal voor je
dagelijkse behoeften zorgen, want Ik weet wat je nodig hebt voordat je het
zelfs maar vraagt.
Mijn volk, in het evangelie staat klop, en de deur zal voor
je worden opengedaan. Soms klop je op Mijn deur in de kerk, en Ik open de deur
om je in Mijn hart te laten met je verzoek. Andere keren klop Ik op de deur van
je hart om Mij binnen te laten. Wanneer je Mij ontvangt in de Heilige Communie,
zijn we verenigd in onze twee harten, omdat je Mijn Ware Aanwezigheid bij je
hebt. Ik hou van heel Mijn volk, en de mensen, die Mij binnenlaten, zullen
later in de Hemel beloond worden. Je kan ook tot Mij komen in Aanbidding van
Mijn Heilig Sacrament, en je kunt je koesteren in het Licht van Mijn genaden.
Wanneer je je liefde voor Mij toont, zal Ik Mijn Liefde voor jou vele malen
teruggeven. Blijf dicht bij Mij in het leven, en je zult delen in Mijn Hemelse
beloning.
Rusland is niet van plan de oorlog te stoppen omdat ze de
oude Sovjet-Unie willen herstellen. Veel profetieën spreken over Rusland dat de
rest van Europa aanvalt. Dit zal een wereldoorlog veroorzaken met China,
Rusland en communistische landen tegen Amerika en jullie bondgenoten. Dit maakt
allemaal deel uit van de Great Reset die de verdrukking zal inluiden.
Mijn volk, Ik zal de Antichrist en de boosaardigen verslaan
wanneer Ik de verdrukking zal beëindigen door Mijn Komeet van Kastijding in de
Atlantische Oceaan te sturen. Deze komeet zal vuur en tsunami's over de hele
wereld verspreiden die de boosaardigen zullen doden. Mijn gelovigen zullen
schilden van Mijn engelen hebben die jullie zullen beschermen tegen de
vernietiging van de komeet.
11/3 Jezus: Mijn volk,
jullie hebben een Bijbelstudiepresentatie gezien van Mijn scheppingsverslag in
Genesis, en hoe alles wat Ik heb geschapen goed, mooi en volmaakt was. Toen de
duivel eenmaal binnenkwam, zorgde hij ervoor dat Adam en Eva zondigden, en deze
erfzonde wordt overgeërfd door de hele mensheid. Dit is de reden waarom je
gekweld wordt door ziekte, en de dood is binnengekomen als gevolg van zonde.
12/3 Jezus: Mijn
volk, je hoorde in de eerste lezing om Mijn geboden van liefde te gehoorzamen.
Vermijd zonde die je ver van Mij vandaan voert, en die onze liefdesrelatie
verbreekt. Je moet naar de Biecht komen om je van je zonden te laten reinigen,
vooral in de vastentijd om je liefde voor Mij te vernieuwen. De evangelielezing
roept je op om iedereen lief te hebben, zelfs je vijanden. Door zowel je
vrienden als je vijanden lief te hebben, roep Ik je op om volmaakt te zijn
zoals je Hemelse Vader volmaakt is. Door iedereen lief te hebben, breng je
jezelf dichter bij Mij en bereid je je voor om Mij te ontmoeten bij je oordeel,
wanneer Ik je zal verwelkomen in Mijn liefde in de Hemel.
14/3 Jezus: Mijn
volk, Ik ben barmhartig en vergeef je zonden, daarom is het een reden te meer
om minstens één keer per maand te biechten. Zelfs je dagelijkse zonden en
zonden van nalatigheid stapelen zich op en verduisteren je ziel. Reinig daarom je
ziel door te biechten. Ik hou zoveel van jullie allen, maar je kunt Mij laten
zien hoeveel je van Mij houdt door een reine ziel te behouden.
15/3 Jezus: Mijn
volk, dit visioen van de boot van de H. Petrus is een teken om het geloof te
behouden in alles wat de Katholieke Kerk leert. De beste referentie na de
Bijbel is om de Catechismus van de Katholieke Kerk te lezen die de H. Johannes
Paulus II jullie heeft gegeven. In dit boek worden veel vragen over je geloof
in Mij beantwoord. Ik heb Mijn Kerk van redding opgericht om zielen naar de Hemel
te leiden. In de vastentijd word je teruggebracht naar je wortels in Mijn Kerk.
Dit is het seizoen van Mijn Lijden en Dood waarin Ik vergeving van je erfzonde
bracht bij het Doopsel, en Ik geef je de Biecht om je huidige zonden te
reinigen. Ik hou van heel Mijn volk. Blijf dicht bij Mij in je dagelijkse Mis
en dagelijkse gebeden, aangezien je trouw bent aan Mijn Kerk.
16/3 Jezus: Mijn
volk, jullie zijn allen geroepen om de pijn van dit leven te lijden, net zoals
jullie geroepen zijn om je kruis naar Golgotha te dragen. Terwijl je door het
leven worstelt, kun je bidden om Mijn hulp. Je leven is vergelijkbaar met het
dragen van je kruis langs de kruisweg die je zojuist in de kerk hebt gebeden.
Ik stierf aan het Kruis om Mijn gelovigen van hun zonden te redden. Ik bied
zelfs redding aan de niet-gelovigen in de hoop dat ze zich zullen bekeren en
hun slechte gewoonten zullen veranderen. De zielen, die verloren zijn in de Hel,
hebben ervoor gekozen om Mij niet lief te hebben en te dienen. Het is dus uit
eigen vrije wil dat ze zichzelf voor altijd tot de vlammen van de Hel hebben
veroordeeld. Ook al zijn mensen afgeleid of gehecht aan wereldse dingen, geef
ze niet op. Blijf bidden om hun
ziel te redden.
17/3 H.
Patrick - Jezus: Mijn volk, je leest hoe de plant naast een
stroom water nooit verwelkt, omdat hij water heeft om te overleven. Je zag Mij
in je visioen, en Ik stuur je de hele tijd genaden wanneer je Mij ontvangt in
de dagelijkse Heilige Communie. Zo wordt je ziel voortdurend gevoed met Mijn
dagelijks Manna en Mijn genaden. Nu kun je je dagelijkse problemen met Mijn
hulp overleven. Leer constant op Mij te vertrouwen om te voorzien in wat je
nodig hebt voor je ziel en je lichaam.
Mijn volk, China is een van de grootste importeurs van je
land. Een oorlog om Taiwan zou ernstig zijn en zou met kernwapens kunnen
gepaard gaan. Als Amerika de handel met China zou stopzetten, zou je ernstige
oorlogstekorten hebben. Een overname van Taiwan zou 50% van de chips die je
land importeert stoppen, en je auto-industrie zou ernstig worden geschaad. Wees
voorbereid als je ziet dat kernwapens worden gebruikt, want Ik zal je naar de
veiligheid van Mijn toevluchtsoorden moeten roepen. Bid dat zo'n oorlog met
China niet begint.
Mijn volk, jullie zien een mogelijke wereldoorlog die
mogelijk enkele nucleaire raketaanvallen met zich meebrengt. Ik heb je enkele
visioenen gegeven van verschillende Amerikaanse steden die worden vernietigd
door kernraketten. Dit is waarom Ik wil dat jullie enkele noveengebeden bidden
om deze vernietiging te stoppen. Als zo'n oorlog op handen is, zal Ik Mijn
Waarschuwing brengen en Ik zal Mijn volk naar Mijn toevluchtsoorden van
bescherming roepen.
18/3 Jezus: Mijn
volk, het verslag van de zoon van Israël, Jozef, is erg profetisch. De broers
van Jozef waren jaloers dat hij de favoriete zoon van hun vader was die de
tuniek in vele kleuren had gekregen. Ze verkochten hem aan mensen van een
karavaan die op weg was naar Egypte. Jozef werd verkocht voor twintig
zilverstukken, wat overeenkwam met Mijn verrader, Judas, die Mij voor dertig
zilverstukken verkocht. Jozef interpreteerde de droom van de farao die ging
over zeven dikke koeien gevolgd door zeven magere koeien. Jozef vertelde Farao
dat er zeven jaar van overvloed zouden zijn, wanneer ze tarwe en granen zouden
inslaan. Dit zou worden gevolgd door zeven jaar hongersnood wanneer de gewassen
niet zouden groeien. Jozef hield toezicht op de rantsoenering van graan, zelfs
voor zijn eigen familie.
Zelf bood Ik Mijn leven aan om redding te bieden aan al die
zielen die Mij willen kennen, liefhebben en dienen. Mijn trouwe gelovigen
zullen beloond worden door in Mijn Tijdperk van Vrede te komen en later met Mij
in de Hemel. Wees voorbereid om naar Mijn toevluchtsoorden te komen voordat Ik
de aarde zal reinigen van alle slechte ongelovigen. Vertrouw op Mij voor je
bescherming en om in je behoeften te voorzien tijdens de verdrukking van de
Antichrist.
19/3
Feestdag van de H. Jozef - H. Jozef: Ik hou van heel mijn volk die
in God gelooft, en ik bid voor degenen die God negeren. Net zoals ik de H.
Moeder in mijn huis heb verwelkomd, zal ik binnenkort de vele mensen
verwelkomen die naar je toevluchtsoord zullen komen. Blijf vertrouwen hebben in
God en in mij dat ik dit voor je kan doen, en het zal gebeuren. Want God kan
het onmogelijke doen door te voorzien in alles wat je nodig hebt voor de 5.000
mensen. Ik ben je aannemer en dit zal mijn geschenk aan jou en je gasten zijn.
Jezus: Mijn
volk, jullie staan op het punt om de papieren dollars uit roulatie te zien
worden genomen, en het zal worden vervangen door krediet of digitaal geld. Jullie
bankgeld staat al op een gedigitaliseerde rekening op een computer. Het congres
en de president hebben een wet aangenomen dat een bank in moeilijke tijden het
geld van je bankrekening kan uitgeven om haar schulden af te betalen. Daarom
kunnen ze je kredietrekeningen om welke reden dan ook op nul zetten. Met landen
die andere valuta gebruiken om schulden te betalen en olie te kopen, kan de
reservedollar worden weggenomen, en je geld in dollars zal een groot deel van
zijn waarde verliezen, vooral in andere landen.
Je kredietkaarten kunnen ook worden gecontroleerd, zodat
alleen mensen, die de liberale lijn volgen, krediet krijgen. Met deze nieuwe
controles op je geld en activa in dollars, zullen de mensen van de Nieuwe Wereldorde
binnenkort rijkdom beheersen met het merkteken van het beest. Zonder deze computerchip
kun je mogelijk niets kopen of verkopen. Zorg dat je drie maanden voedsel hebt gestockeerd,
want je zult moeite hebben met het kopen van voedsel, benzine en het betalen
van je belastingen. Wanneer deze controle je land overneemt, zal je naar Mijn
toevluchtsoorden moeten komen om te overleven. Weiger het merkteken van het
beest aan te nemen, zelfs als de autoriteiten dreigen je te doden of je huis
weg te nemen. Vertrouw op Mijn
bescherming in Mijn toevluchtsoorden.
20/3 God
de Vader: IK BEN DIE IS spreekt tot Mijn volk bij elke Mis, maar nog
meer in de lezingen van vandaag. Elke keer dat je de H. Communie ontvangt,
ontvang je Mij, Mijn Zoon, Jezus en de Heilige Geest, omdat Wij Drie Personen
in Eén God zijn. We zijn altijd samen als Eén. Als je de geconsacreerde Hostie
aanbidt, aanbid je Ons alle Drie. Ik wil vermelden dat wanneer je voor Ons komt
tijdens de Heilige Communie of voor het tabernakel met geconsacreerde Hosties,
je moet knielen of buigen omdat je op Heilige grond bent. Mijn zoon, ik dank je
nogmaals om Mij te vereren in je Eeuwige Vader-kapel, waar je Mijn Naam: 'IK
BEN DIE IS op de deur hebt staan. Je hebt ook de brandende doornstruik van
vandaag op je deur. Ik dank je ook voor je Eeuwige Vader gebedsgroep. De leden
van je gebedsgroep hebben het geluk om elke week op donderdag hier in Mijn
kapel te bidden. Ik zegen jullie allen voor jullie geloof in Onze Heilige
Drie-eenheid.
21/3 Jezus: Mijn
volk, jullie zien de noodzaak van geloof in Mijn genezing, toen de melaatse,
Naäman, eerst niet geloofde dat Elisa, de profeet, hem kon genezen. Het
Israëlische meisje zei hem naar Israël te gaan voor zijn genezing. Toen Elisa
hem vertelde dat hij zich zeven keer in de Jordaan moest wassen, moest hij
opnieuw door zijn familie worden aangemoedigd om de reinigingsvoorschriften op
te volgen. Toen hij het geloof had om zich zeven keer in de rivier te wassen,
werd hij genezen van zijn melaatsheid. Zo is het met alle genezingen, vooral
met de Goede Vrijdag-olie. Je hebt vertrouwen nodig dat ik elke ziekte of virus
kan genezen, en zelfs voor gevaccineerden.
Veel mensen zijn zoals Naäman, omdat ze moeten worden aangespoord om Mijn
genezing in geloof te aanvaarden. Vertrouw op Mij en Ik zal je beschermen en in
je behoeften voorzien.
22/3 Jezus: Mijn
volk, Ik vertelde Mijn apostelen dat ze hun naaste zevenenzeventig keer moesten
vergeven, of de hele tijd. Het is moeilijk om iemand te vergeven die je iets
heeft aangedaan of je geld heeft gestolen. Toch heb Ik je gevraagd om je te
verzoenen met je naaste en dan je gave naar het altaar te brengen. Er is een
belangrijke noodzaak om Mijn vergeving van je zonden te vragen wanneer je tot
Mij komt door de Priester in de Biecht. Je zou minstens één keer per maand
moeten biechten, anders zal je overwonnen worden in je zonden. Plan om zonder
aardse afleiding naar de Biecht te komen. Moedig je gezin aan om naar de Zondagsmis
en de maandelijkse Biecht te komen. Vertrouw
op Mij om je geestelijk en lichamelijk te beschermen.
23/3 Jezus: Mijn volk,
ga door met je boetedoeningen voor de vastentijd en met je vasten tussen de
maaltijden door. Iedereen komt in dit leven in de verleiding om te zondigen,
maar je vastengebeden helpen je om zonde te vermijden. Denk eraan om tijdens de
vastentijd te biechten, zodat je je paasplicht kunt vervullen om je zonden
vergeven te krijgen. Blijf je gezin een goed voorbeeld geven door je gebeden en
naar de H. Mis te komen. Bid voor de leden van je familie die niet naar de Zondagsmis
komen. Blijf wat tijd vrijmaken voor aanbidding in je Heilig uur en bid de
staties van de Kruis op vrijdag. Door op vrijdagen in de vasten geen vlees te
eten en vast te houden aan je vastenintenties, kun je je op Mij gericht houden.
Ik hou van jullie allen, en Ik wil dat jullie van Mij houden in al jullie vasten-devoties.
25/3
Aankondiging aan Maria - OLVrouw: Mijn lieve kinderen, vandaag
is een speciale dag waarop de Paus en zijn Bisschoppen Rusland en Oekraïne aan
mijn Onbevlekt Hart zullen toewijden. De Heer kan het onmogelijke doen om deze
oorlog te stoppen, en de Hemel staat altijd open voor de gebeden van de mensen.
Na 1917 en voor de Tweede Wereldoorlog was er een vreemd licht aan de hemel, en
ik vroeg om gebed, maar veel mensen luisterden niet naar mijn woorden, daarom
volgde de Tweede Wereldoorlog. Nu reiken de Paus en de Bisschoppen de hand om
Rusland en Oekraïne toe te wijden aan mijn Onbevlekt Hart. Het zal eraan liggen
hoeveel geloof je in je hart hebt met je gebeden, die vrede kan laten gebeuren.
Als deze Russische oorlog voortduurt en China Taiwan aanvalt, zou je een nieuwe
wereldoorlog kunnen zien met mogelijke nucleaire raketten. Het geloof en de
daden van de mensheid zullen de uitkomst van jullie gebedsverzoeken om vrede
bepalen.
Mijn lieve kinderen, jullie waren getuige van een
historisch moment waarop Bisschop Matano een mis opdroeg en een toewijdingsgebed
voorlas tot mijn Onbevlekt Hart voor Rusland en Oekraïne om de oorlog te
stoppen. Jullie herinneren je na de Verrijzenis van mijn Zoon dat Hij tegen
zijn apostelen zei: 'Vrede zij met u.' De hele Hemel luisterde naar Paus
Franciscus en de meeste van jullie Bisschoppen die hetzelfde toewijdingsgebed
voorlazen. Je moet ook doorgaan met je dagelijkse rozenkransgebed voor vrede in
jullie wereld, en vooral bidden dat deze Russische oorlog in Oekraïne zal
stoppen. Jullie volk moet in geloof bidden dat mijn Zoon zal ingrijpen om deze
oorlog te stoppen. Als er niet genoeg trouw gebed is, zou je een nieuwe
wereldoorlog kunnen meemaken. Vertrouw op mijn Zoon om je volk te beschermen en
vrede in de wereld te brengen.
26/3 Jezus:
Mijn
volk, in het Evangelie was er een gelijkenis van de trotse Farizeeër met de
tollenaar die op zijn borst bleef slaan en zei: 'Heer, heb medelijden met mij,
een zondaar.' Ik besloot de gelijkenis met te zeggen: 'Degenen die zichzelf
verheffen, zullen vernederd worden, maar degenen die zichzelf vernederen,
zullen verheven worden. In het visioen van de balk hout herinner je je een
andere gelijkenis die zei: Verwijder eerst de houten balk uit je eigen oog,
zodat je duidelijk deze in het oog van je naaste kan verwijderen. Daarom is
het belangrijk om je eigen zonden te belijden voordat je de fouten van anderen
kunt zien.
27/3 Laetare
zondag - Jezus: Mijn volk, de gelijkenis van de Verloren Zoon
is een prachtige uitdrukking van Mijn liefde voor elke zondaar. Een vader had
twee zonen en de jongste zoon wilde het geld van de helft van de erfenis van
zijn vader. Die zoon ging weg en gaf zijn geld uit aan zondige genoegens. Hij
gaf al het geld uit en had geen eten
meer. Hij kwam tot bezinning en keerde beschaamd terug naar zijn vader. De
vader begroette zijn jongste zoon en hij was blij dat zijn zoon in goede
gezondheid terug was. Deze vreugde van de vader in de gelijkenis, is dezelfde
vreugde die Ik heb voor elke zondaar die tot Mij komt om vergeving te zoeken
als in de Biecht. De oudste zoon was verontwaardigd dat de vader zijn zoon
terugnam, die roekeloos leefde in zondige genoegens. De vader vroeg de oudste
zoon om te delen in de vreugde van de terugkeer van zijn jongste zoon.
Want hij was verloren, maar is nu gevonden. Op dezelfde
manier ben Ik altijd blij voor berouwvolle zondaars die tot Mij komen om
vergeving te vragen. Ik vergeef je zonden met de absolutie van de Priester in
de Biecht. Kom dus minstens één keer per maand tot Mij in de Priester om de
genade van een goede Biecht te ontvangen. Dit maakt je waardig om Mij te
ontvangen in de H. Communie. Als je geen doodzonde op je ziel hebt, kun je een akte
van berouw bidden om je ziel te zuiveren, zodat je waardig bent om Mij te
ontvangen in de H. Communie. Geef eerbied aan Mij wanneer je buigt of knielt
elke keer dat je Mij ontvangt in de H. Communie. Ik hou van jullie allen en Ik
deel Mijn liefde voor jullie, elke keer dat jullie Mij waardig ontvangen in
Mijn Heilig Sacrament.
28/3 Jezus: Mijn
volk, Ik heb slechte mensen in Mijn Kerk gezien, waar sommigen Mijn gelovigen
hebben misleid. Net zoals je een vloed van water door een kerk zag stromen, zo
zal Ik Mijn Kerk reinigen van deze boosaardigen die Mij zullen aanschouwen bij
hun oordeel. Ik houd van Mijn Priesterzonen, maar sommigen blijven niet trouw
aan Mijn Woord. Bid voor alle Priesters, maar vooral voor sommige Priesters die
hun slechte gedrag zullen veranderen. Je nadert de einddagen waarin je een
nieuwe Hemel en een nieuwe Aarde zult zien, zoals in de eerste lezing van
Jesaja. Ik zal de boosaardigen in de Hel werpen en Ik zal de aarde vernieuwen
zodat Mijn gelovigen een lang leven zullen leiden in Mijn Tijdperk van Vrede.
Vertrouw op Mij in geloof en ik zal je kwalen genezen, zoals ik de koninklijke
functionaris in het Evangelie beloofde (Johannes 5:46-54) dat Ik zijn zoon zou
genezen.
29/3 Jezus: Mijn volk,
water is nodig voor je lichaam, en het moet vers water zijn om te drinken. Er
is een parallel met het hebben van het 'Levende Water' dat Ik de Samaritaanse vrouw
bij de bron aanbood. Je hebt ook de Heilige Drie-eenheid in de H. Communie
nodig om je ziel te voeden. Zonder Mij zal je geen vrede in je ziel hebben. Net
zoals je naar zoet water zoekt om te drinken als je dorst hebt, zo dorst je ook
naar Mijn genaden om je ziel te bevredigen voor Mijn Levend Water in de
Heilige Geest.
30/3 Jezus:
Mijn
volk, Ik dank al de mensen die zijn gebleven om de staties van Mijn Kruis te
bidden. In het Johannesevangelie (Johannes 5:29) merkte je hoe hij sprak over
de Verrijzenis van je lichaam op de laatste dag. Mensen, die Mij trouw zijn, Mij
liefhebben en zich bekeren van hun zonden, zullen met hun lichaam en ziel
herenigd worden om zich bij Mij in de Hemel te voegen. Maar mensen, die
weigerden van Mij te houden en weigerden om vergeving van hun zonden te vragen,
zullen tot hun veroordeling in de Hel worden opgewekt. Deze zielen leden al in
de vlammen, maar bij de verrijzenis zullen ze met hun lichaam worden verenigd
en zullen ze voor altijd met lichaam en ziel in de vlammen van de Hel branden.
Deze veroordeelde zielen zullen erger lijden onder de zintuigen van het
lichaam. Daarom is dit een reden te meer waarom Mijn gelovigen zich zouden
moeten bezighouden om zoveel mogelijk zielen te redden van het lijden in de
vlammen, die nooit meer in Mijn liefdevolle Aanwezigheid zullen zijn. Bid dat
alle zielen gered worden.
Mijn volk, deze visioenen gaan over de rampen die Amerika
en de levens van je volk zullen bedreigen. De eerste bedreiging is de
verspreiding van een dodelijk hemorragisch virus door heel Amerika. Samen met
dit virus zullen je medische mensen een zogenaamd vaccin aanbieden dat
dodelijker zal zijn dan de Covid-vaccinaties. Dit vaccin zal je van geen enkel
virus genezen, maar het zal mensen doden, daarom weiger om een vaccin te nemen
voor dit nieuwe virus. Dit zal een ander middel zijn om een nieuwe lockdown
te veroorzaken en je economie te ruïneren.
Het tweede visioen over het nieuwe
digitale geld zal de opkomst zijn van een computerchip, als het merkteken van
het beest, dat nodig zal zijn voor alle aan- en verkoop. De Nieuwe Wereldorde
is van plan de dollar te laten crashen en al het papiergeld te verwijderen. De
VS zal de status van reservevaluta verliezen en de dollar zal een groot deel
van zijn waarde verliezen. Weiger de chip in het lichaam te nemen, weiger in de
ogen van de Antichrist te kijken en aanbid de Antichrist niet. Mijn gelovigen
zullen in hun leven worden bedreigd, en daarom zal Ik Mijn gelovigen naar Mijn
toevluchtsoorden moeten roepen.
31/3 Jezus: Mijn
volk, Ik heb Mijn Kerk opgericht met de H. Petrus als de rots en de eerste Paus.
In Mijn derde Gebod roep Ik Mijn gelovigen op om naar de Zondagsmis te komen
als een manier om respect en eer te betuigen aan Mij, jullie Schepper. In de
eerste lezing uit het boek Exodus begonnen de mensen een gouden kalf als hun
god te aanbidden. Toen Mozes de berg afdaalde met de Tien Geboden, was hij boos
dat het volk een valse god aanbad die tegen het Eerste Gebod is. God de Vader
stond op het punt vuur op de mensen te brengen als straf voor hun zonden, maar
Mozes bemiddelde en vroeg om Gods vergeving van hun zonden. Er zijn veel
voorbeelden in de Bijbel over Gods vergeving, vooral in de gelijkenis van de
verloren zoon waar de vader zijn zoon vergaf. Vertrouw op Mijn barmhartigheid
en vergeving die Ik aan alle zondaars bied in de Biecht.
Mijn volk, Ik heb jullie gewaarschuwd hoe de ene
wereldmensen zich voorbereiden op een van hun conferenties om een
wereldverdrag te sluiten door de WHO om alle mensen van de wereld te
controleren met behulp van de zendmasten, satellieten en de chips in het lichaam.
Zelfs de grafeenoxide in de Covid-vaccins wordt gebruikt om de geest van mensen
te beheersen met de 5G-signalen van de 5G-zendmasten. De 5G-straling zorgt in
combinatie met het grafeenoxide voor ergere ziekten dan het Covid-virus alleen.
Weiger om de Covid-vaccins of andere boostervaccins te nemen, omdat ze je
immuunsysteem zullen uitputten en je zou kunnen overlijden aan longontsteking
of griep. Gebruik je Goede Vrijdag-olie om te bidden voor de gevaccineerde
mensen, of voor andere genezingen.
Mijn volk, de oorlogen zijn allen geïnitieerd door de
wereldelite en het industriële militaire complex. Deze slechte mensen verdienen
geld met de wapens die ze aan beide kanten verkopen. Ze hebben oorlogen nodig
om meer oorlogswapens te kunnen verkopen. Deze boosaardigen worden
gecontroleerd door Satan, en het is een andere manier om de bevolking te
verminderen, net zoals ze doen met virussen, vaccins en abortussen. Bid om het
doden door oorlogen, biologische wapens en abortussen te stoppen. Ik zal
spoedig Mijn Waarschuwing brengen en Ik zal een einde maken aan al dit moorden
met Mijn overwinning op de bozen.
28/5 OLVrouw
is verdrietig - een gebed om de snode plannen van de vijand te dwarsbomen -
Satan zal je vrezen
Satan vreest de mensen die de Geest van God in zich hebben
omdat de wapenrusting van het gebed dragen.
Wie de Geest van God in zich heeft, leest met gemak de
tekenen van de tijd en realiseert zich dat de wereld nu in de handen van satan
is. Maar degenen die de Geest van God niet in zich hebben, zien niet de Prins
van de Duisternis die de leiding heeft. Tegenwoordig lijkt alles goed te gaan,
in feite denken mensen dat het nog nooit zo goed is gegaan, want dit leven is een
waar genoegen, je kunt elk instinct dat in je opkomt, bevredigen. Bij deze
mensen, in wie Satan de baas is, is een sterke woede en woede gericht tegen
Medjugorje en tegen OLVrouw.
Ongelovigen komen zware beledigingen uiten tegen de Moeder
van God, omdat ze ons komt terugroepen tot de trouw van het evangelie en ons
vertelt dat Jezus ons roept tot bekering en tot zijn geboden. Tegenwoordig
worden Satan en alle duivels losgelaten tegen de mensheid en proberen ze alles
te vernietigen wat mogelijk is. Hun woede brengt haat over bij al degenen die
niet worden beschermd door Onze Lieve Vrouw. En waar duisternis en waanideeën
zijn, komt OLVrouw om met ons te praten over de Liefde van Jezus en ons uit te
nodigen om te vergeven.
Ze zegt: Bemin, bemin! Jezus vergeeft gemakkelijk mensen,
als je bemint. De Moeder van Jezus toont ons voortdurend dat dit de manier is
om de wereld te veranderen! Maar omdat Liefde sterft, is OLVrouw verdrietig. Ze
ziet zoveel in de wereld die verloren gaat aan Satan.
Enkel met gebed kunnen we de duivel in deze verloren wereld
verslaan. Enkel door Jezus te volgen kunnen we zijn valstrikken vermijden. In
een krachtige boodschap van 25/3/1994 vertelde OLVrouw hoe rechtstreeks de
duivel te verslaan.
Ze zei: Lieve kinderen, vandaag dank ik je voor je
gebeden. Jullie allen hebben mij geholpen deze oorlog zo snel mogelijk te laten
ophouden. Ik ben dicht bij jullie, ik bid voor iedereen en vraag jullie
dringend: bid, bid, bid. Alléén door het gebed kunnen we het kwaad overwinnen
en alles beschermen wat satan in je leven kapot wil maken. Ik ben je Moeder, ik
hou van iedereen evenveel en spreek voor jullie bij God ten beste. Dank dat je
aan mijn oproep gehoor hebt gegeven.
Help OLVrouw om de kracht van Satan te vernietigen door dit
gebed te bidden:
O Goddelijke Eeuwige
Vader, in vereniging met Uw Goddelijke Zoon en de H. Geest, en door het
Onbevlekte Hart van Maria, smeek ik U om de Kracht van Uw grootste vijand - de
duivelse geesten te vernietigen. Werp hen in de diepste afgrond van de Hel en
keten hen daar voor eeuwig en altijd! Neem bezit van Uw Koninkrijk, die U hebt
geschapen en die rechtmatig U toebehoort. Hemelse Vader, geef ons de
heerschappij van het H. Hart van Jezus en het Onbevlekt Hart van Maria. Ik
herhaal dit gebed uit pure liefde voor U met elke hartslag en elke ademtocht.
Amen.
27/5
Medjugorje: De zege van de Hemelse Moeder hangt hiervan af. De mensen die Satan
vreest.
Op 4 augustus 2014, tijdens het Medjugorje Jeugdfestival,
gaf Mirjana een krachtige getuigenis en drong er bij de aanwezige jongeren op
aan om voor Priesters te bidden. Ze zei dat de triomf van OLVrouw hiervan
afhangt.
Ze zei: Je weet dat OLVrouw ons in deze 33 jaar op iets
voorbereidt. Het spijt me, want meer kan ik je niet vertellen over de geheimen.
Ik kan je maar één ding vertellen. OLVrouw zei: "Mijn Hart zal
zegevieren". Ze voegde eraan toe: "Wat ik in Fatima begon, zal ik in
Medjugorje afmaken".
Ik zou je willen zeggen om even zo te denken: nu hebben we
deze tijd. Dan zal er de tijd zijn van de triomf van het Hart van OLVrouw.
Tussen deze twee tijden is een brug. Deze brug zijn onze Priesters.
Daarom nodigt OLVrouw ons op een bijzondere manier uit om voor hen te bidden.
Deze brug, die onze Priesters zijn, moet zo sterk zijn dat
we er allemaal overheen kunnen. Ze zegt: Met hen zal ik zegevieren. Met de Priesters
zal Mijn Hart zegevieren". Zonder hen zal er niet eens de overwinning van
het Hart van OLVrouw zijn.
Daarom dring ik aan: bid, bid, zodat onze herders weten dat
ze geliefd worden en dat we bij hen zijn. Dit is het verlangen van onze Hemelse
Moeder.
Als men mij vraagt: Wat is je grootste verlangen? En wat is
de belangrijkste boodschap? Voor mij is dit Liefde. De Liefde die OLVrouw ons
leert, en dat ze wil dat we beleven. In deze 33 jaar die ik met de Hemelse
Moeder ben geweest, heb ik begrepen dat voor haar wij allen haar kinderen zijn.
Voor haar zijn er geen gepriviligeerde mensen. Het is verkeerd als je gelooft
dat wij, zieners, belangrijker zijn dan jullie; dat ze meer naar ons luistert
dan naar jullie. Dit is onmogelijk voor een Moeder. Ze zou zelfs geen Moeder
geweest zijn als ze een kind meer liefhad dan een ander.
Ik smeek jullie niet alleen te luisteren naar de
boodschappen, maar ze ook te beleven. Breng ze in praktijk in je dagelijks
leven. Waarom zijn jullie hier? Om ze naar jullie thuis te brengen. Praat er niet
over of verkondig ze niet. Ze zullen jullie vragen: Waarom zijn jullie
verschillend? Wat is er gebeurd? Dan zul je spreken van de Liefde van de
Hemelse Moeder.
27/5
De echte reden waarom mensen het Merkteken zullen nemen - neem het niet!!!
In de Bijbel Openbaring 13:17 staat: Verder liet het
(tweede Beest) bij alle mensen, jong en oud, rijk en arm, slaaf en vrije, een
merkteken zetten op hun rechterhand of op hun voorhoofd. Alleen mensen met dat
teken - dat wil zeggen de naam van het Beest of het getal van die naam - konden
iets kopen of verkopen.
Over het bestaan van de Bijbelse profetie van het Merkteken
van het Beest word reeds vele jaren gedebatteerd. Maar 1 ding is zeker, als het
Merkteken op een dag zou komen, zou dit in moderne tijden zijn. Of het
Merkteken in de vorm is van een microchip of door andere technologieën, het
Merkteken van het Beest zal een moderne wereld zonder God symboliseren. Een
woord daarvoor is modernisme en OLVrouw heeft specifiek voor dit diabolische
gevaar gewaarschuwd.
Ze waarschuwt dat we slaven zullen worden van de moderne
wereld. OLVrouw zegt: Satan wil jullie in zonde en slavernij trekken.
Modernisme is de wortel van Satans plannen. Modernisme is essentieel gebaseerd
op een utopische visie van het menselijk leven, een maatschappij en een geloofsbeweging.
Het is een beweging naar de verandering van traditionele geloofsovertuigingen
die in overeenstemming zijn met moderne ideeën zonder God. De mens zal als
hoogste heersen. OLVrouw waarschuwde voor het Beest, die Satan is en de nieuwe
wereldorde die gevonden wordt in het modernisme.
Ze zei op 25/1/2017 in een boodschap aan de hele wereld: Lieve kinderen, vandaag roep ik jullie
op om voor de vrede te bidden. Vrede in het hart van de mensen, vrede in de
gezinnen en de vrede in de wereld. Satan
is sterk en wil dat jullie je allemaal tegen God keren, jullie terugbrengen
naar alles wat menselijk is en in de harten alle gevoelens voor God en voor de
zaken van God vernietigen. Jullie, mijn kinderen, bid en strijd tegen het
materialisme, het modernisme en het egoïsme, dat de wereld jullie aanbiedt.
Mijn lieve kinderen, kies voor de heiligheid, en met mijn Zoon Jezus spreek ik
voor jullie ten beste. Dank dat jullie mijn oproep beantwoord hebben.
Ze verwees naar het afschuwelijk gezicht van het Beest in
een boodschap van 25/9/1991:Lieve kinderen, vandaag roep ik jullie
allen heel bijzonder op tot gebed en versterving, omdat satan nu, meer dan ooit, de wereld zijn afschuwelijk gezicht wil
laten zien, waardoor hij zoveel mogelijk mensen tot de weg van dood en zonde
wil verleiden. Help me daarom, lieve kinderen, om mijn Onbevlekt Hart in de
wereld van zonde te laten zegevieren. Ik vraag jullie allen dringend gebeden en
offers aan te bieden, zodat ik ze God kan aanbieden voor datgene wat het meest
nodig is. Vergeet jullie wensen en bid, lieve kinderen, voor dat wat God wenst
en niet voor hetgeen jullie wensen. Dank dat je aan mijn oproep gehoor hebt
gegeven.
Op 25/3/2015 waarschuwt onze Hemelse Moeder opnieuw voor
Satans plan, maar biedt ons ook de manier aan om de duivels listen en bedrog te
verslaan:Lieve kinderen, ook vandaag staat de
Allerhoogste mij toe, bij jullie te zijn en jullie te leiden op de weg van de
bekering. Veel harten hebben zich gesloten voor de genade en zijn doof geworden
voor mijn oproep. Lieve kinderen, bid en
strijd tegen de bekoringen en tegen alle boze plannen die de duivel jullie door
middel van het modernisme aanbiedt. Wees sterk in Gebed en bid met het kruis in
de handen, dat het kwaad jullie niet gebruikt en niet in jullie overwint.
Ik ben met jullie en ik bid voor jullie. Dank dat jullie mijn oproep beantwoord
hebben.
26/5 Twee
gebeden uit Medjugorje, gegeven aan Jelena:
Toewijdingsgebed
aan het H. Hart van Jezus:
Jezus, we weten dat U barmhartig bent en dat U Uw Hart aan
ons hebt aangeboden. Het is met doornen gekroond en onze zonden. We weten dat U
ons voortdurend smeekt opdat we niet verloren gaan. Jezus, herinner ons eraan
wanneer we in zonde verkeren. Laat alle mensen elkaar liefhebben door Uw Hart.
Laat de haat onder mensen verdwijnen. Toon ons Uw Liefde.
We houden allen van U en wensen dat U ons beschermt met Uw
Hart als een Herder en ons bevrijdt van alle zonden. Jezus, ga elk hart binnen!
Klop, klop op de deur van ons hart. Wees geduldig en geef nooit op. We hebben
ons hart nog steeds gesloten, omdat we Uw Liefde niet hebben begrepen. U klopt
onophoudelijk. We bidden, O goede Jezus, dat we ons hart openen voor U wanneer
we denken aan Uw Lijden voor ons. Amen.
Toewijdingsgebed
aan het Onbevlekt Hart van Maria (28/11/1983)
O Onbevlekt Hart van Maria, brandend van goedheid, toont Uw
liefde voor ons. O Maria, de vlam van Uw Hart daalt neer op alle mensen. We
houden zoveel van U. Prent ware liefde in ons hart om een voortdurend verlangen
naar U te hebben. O Maria, nederig en zachtmoedig van hart, herinner ons eraan wanneer
we in zonde zijn. U weet dat alle mensen zondigen. Geef ons spirituele
gezondheid door Uw Onbevlekt Hart. Geef dat we altijd kunnen kijken naar de
goedheid van Uw Moederhart en dat we ons bekeren door middel van de vlam van Uw
Hart. Amen.
25/5
OLVrouw belooft 'Je zal voor eeuwig leven' als je op deze manier bidt -Mystic Post TV
Op 18/3/2018, gedurende Mirjana's jaarlijkse verschijning,
gaf OLVrouw de zieneres een bijzondere boodschap die een zeer krachtige belofte
inhield.
Lieve kinderen, Mijn
leven op aarde was eenvoudig. Ik had lief en vond vreugde in kleine dingen. Ik
hield van het leven - een geschenk van God - ook al werd mijn hart doorboord
door pijn en lijden. Mijn kinderen, ik bezat de kracht van het geloof en een
grenzeloos vertrouwen in Gods liefde. Al wie die kracht bezit, is sterker. Het
geloof laat je leven volgens wat goed is, en dan komt het licht van Gods liefde
altijd op het gewenste moment. Dat is de kracht die pijn en lijden kan
verdragen.
Mijn kinderen, bid voor een sterk geloof, vertrouw op de
Hemelse Vader, en wees niet bang. Weet dat niet één schepsel dat God toebehoort
verloren zal gaan, maar dat zij eeuwig zullen leven. Aan elk lijden komt een
einde en daarna begint het leven in vrijheid, daar waar al mijn kinderen komen
- waar alles wordt teruggegeven.
Mijn kinderen, jullie strijd is moeilijk en hij zal nog
moeilijker worden. Maar volg mijn voorbeeld. Bid voor een sterk geloof;
vertrouw op de liefde van de Hemelse Vader. Ik ben bij jullie. Ik maak mijzelf
kenbaar aan jullie. Ik moedig jullie aan. Met onmetelijke moederliefde liefkoos
ik jullie ziel. Ik dank jullie.
25/5
Medjugorje: Ivan gaat naar de Hemel - dit is wat hij zag en het verbaasde hem
Pr Livio: Onze Lieve Vrouw liet de zieners het
hiernamaals zien, dat is de uitlaatklep van ons leven, om ons eraan te
herinneren dat we hier in het land van de pelgrims zijn. Jij Ivan, je bent naar
de hemel gebracht: kun je ons over deze ervaring vertellen?
Niet lang geleden vroeg Pater Livio, die bezorgd is dat de
wereld zich snel van God afkeert, aan ziener Ivan naar de recente boodschappen
van OLVrouw waarin ze zegt dat Satan oorlog en haat wil en het in feite zijn
plan is om de planeet, waarop we leven, te vernietigen.
In zijn antwoord zei Ivan: Ik moet zeggen dat Satan vandaag
in de wereld aanwezig is, als nooit tevoren!
Wat ik vandaag in het bijzonder moet benadrukken, is dat
Satan gezinnen wil vernietigen en hij wil jonge mensen vernietigen. Jongeren en
gezinnen vormen de basis van de nieuwe wereld.
Ik zou ook nog iets willen zeggen waar we goed op moeten
letten: Satan wil de Kerk zelf vernietigen.
Er is zijn aanwezigheid ook bij Priesters die het niet goed
doen; en wil ook de priesterroepingen die opkomen vernietigen.
Maar OLVrouw waarschuwt ons altijd voordat Satan ingrijpt:
ze waarschuwt ons voor zijn aanwezigheid. Hiervoor moeten we bidden.
Pr Livio: OLVrouw liet de zieners toe om het hiernamaals te
zien, om ons eraan te herinneren dat we hier op aarde zijn als pelgrims. Ivan,
je werd naar de Hemel gebracht, kun je ons iets vertellen over deze ervaring?
Ivan: Eerst en vooral moet ik vermelden dat het moeilijk is
om in woorden te omschrijven hoe de Hemel is. In 1984 en ook in 1988 kreeg ik
de gelegenheid om de Hemel te zien. Ze zei me de dag ervoor dat ze mij zou
meenemen. Ik herinner mij dat OLVrouw mij bij de hand nam en ik in de Hemel
kwam in een ogenblik.
De Hemel is een plaats zonder grenzen, in de vallei van
Medjugorje waar liederen worden gehoord. Er zijn Engelen en mensen die er lopen
en zingen, ze dragen allen lange gewaden. Vanwaar ik het zag, bemerkte ik dat
ze allen van dezelfde leeftijd waren.
Het is moeilijk om de juiste woorden te vinden. Dit
bevestigt ook het Evangelie: 'Wat geen ogen hebben aanschouwd, geen oren hebben
gehoord.' Het is echt moeilijk om de Hemel te beschrijven! OLVrouw begeleidt
ons allen naar de Hemel en wanneer ze elke dag komt brengt ze ons een stuk van
de Hemel. Achter haar schouders kun je dit Paradijs zien.
24/5
Medjugorje: Dit is de enige weg naar redding, wees gereed. - Mystic Post TV
De Maagd Maria is op veel plaatsen op aarde en in vele
historische tijdperken verschenen, waarbij ze altijd het uiteindelijke doel van
haar komst benadrukt: de authentieke bekering van ons hart. Vooral vanuit
Medjugorje waarschuwt Maria ons dat de tijd van haar zorg vroeg of laat zal
eindigen. Ze doet dit door de zieners talloze boodschappen toe te vertrouwen,
die ons uitnodigden om zijn eniggeboren Zoon Jezus Christus als voorbeeld te
nemen en altijd zijn voetsporen en leringen te volgen. In een ongekende
gebeurtenis in de geschiedenis van de wereld, en met zulke woorden die nog
nooit eerder zijn gehoord, behalve van Onze Heer Jezus, de Heilige Maagd Maria,
de Koningin van Hemel en Aarde, de Koningin van Engelen en Heiligen, in haar
hemelse glorie, gezonden door de Allerhoogste God, begon haar verschijningen in
Medjugorje, met een reeks boodschappen uit de Hemel.
En met grote liefde en
inspanning, samen met haar hemelse leger, de aartsengel Michaël en zijn
engelen, om vele zielen te helpen en te leiden naar verlossing en heiligheid,
om hen te beschermen, om hen te behoeden voor eindtijdketterijen en bedrog en
schandalen. OLVrouw zet ons op pad om te getuigen voor de hele wereld en om hen
voor te bereiden op de laatste strijd tegen het kwaad, de wederkomst van Jezus
Christus, de bekering en vernieuwing van de wereld, en de openbaring van de
Zonen van God.
OLVrouw spreekt van het bestaan van haar werkelijkheid en
ze spreekt krachtig dat haar Zoon het enige pad naar de Hemel voorziet en toch
zijn er zo weinig mensen, zelfs onder de Katholieke gelovigen die erover
spreken. Op 2/4/2016 in een verschijning aan Mirjana zei OLVrouw:Lieve kinderen, Mijn waarlijke, levende aanwezigheid onder jullie
zou jullie gelukkig moeten maken, want zij is de grote liefde van mijn Zoon.
Hij zendt mij naar jullie toe opdat ik jullie, met moederlijke liefde,
veiligheid zou kunnen bieden; opdat jullie zouden inzien dat pijn en vreugde,
lijden en liefde, jullie ziel intens doen leven; opdat ik jullie er opnieuw toe
zou oproepen om het Hart van Jezus, de kern van het geloof, de Eucharistie,
opnieuw te verheerlijken. Elke dag opnieuw, al eeuwenlang, komt mijn Zoon,
levend, weer onder jullie, hoewel Hij jullie nooit verlaten heeft. Wanneer één
van jullie, mijn kinderen, naar Hem terugkeert, maakt mijn hart een vreugdesprongetje.
Daarom, kinderen, keer terug naar de Eucharistie, naar mijn
Zoon. De weg naar mijn Zoon is moeilijk, vraagt veel opoffering, maar op het
einde vind je altijd het licht. Ik begrijp jullie pijn en lijden, en met
moederlijke liefde droog ik jullie tranen. Heb vertrouwen in mijn Zoon, want
Hij zal voor jullie dingen doen waarvan je niet eens weet hoe je erom moet
vragen. Jullie, mijn kinderen, moeten zorg dragen voor jullie ziel, want dat is
het enige op aarde dat jullie toebehoort. En met die ziel, besmeurd of zuiver,
zullen jullie voor de Hemelse Vader verschijnen. Onthoud dat vertrouwen in de
liefde van mijn Zoon altijd beloond wordt. Ik smeek jullie heel speciaal om te
bidden voor diegenen die mijn Zoon geroepen heeft om te leven naar Zijn voorbeeld
en om hun kudde lief te hebben. Ik dank jullie.
En dan op 2/1/2017 openbaarde onze Hemelse Moeder een van
haar krachtigste boodschappen:Lieve
kinderen, Mijn Zoon was de bron van liefde en licht toen Hij op aarde sprak tot
het volk onder alle volken. Mijn apostelen, volg Zijn licht. Dat is niet
gemakkelijk. Je moet er klein voor zijn. Je moet jezelf kleiner maken dan de
anderen, en geholpen door het geloof vervuld raken met Zijn liefde. Er is geen
mens op aarde die een miraculeuze ervaring kan beleven zonder geloof. Ik ben
bij jullie. Ik maak mezelf kenbaar aan jullie door mijn aanwezigheid, door mijn
woorden.
Ik wil jullie mijn liefde en moederlijke zorg laten zien.
Mijn kinderen, verspil geen tijd door vragen te stellen waar je nooit een
antwoord op krijgt. Het antwoord zal je krijgen van de Hemelse Vader op het
einde van je reis hier op aarde. Weet altijd dat God alles weet: God ziet, God
heeft lief. Mijn allerliefste Zoon verlicht het leven, verjaagt de duisternis.
Mijn moederlijke liefde, die mij naar jullie brengt, is niet in woorden te
vatten - mysterieus, maar echt. Ik vertel jullie wat ik voel: liefde, begrip,
en moederlijke welwillendheid.
Van jullie, mijn apostelen, vraag ik rozen van gebed, die
daden van liefde moeten zijn. Voor mijn moederlijk hart zijn dat de dierbaarste
gebeden. Ik bied die aan mijn Zoon aan, die werd geboren ter wille van jullie.
Hij kijkt naar jullie en hoort jullie. Wij zijn altijd dicht bij jullie. Dat is
de liefde, die oproept, verenigt, bekeert, aanmoedigt en vervult. Daarom, mijn
apostelen, heb altijd elkander lief, en vooral: heb mijn Zoon lief. Dat is de
enige weg naar redding, naar eeuwig leven. Dat is het gebed dat ik het liefste
heb en dat mijn hart vervult met de heerlijkste rozengeur. Bid, bid altijd voor
jullie herders, dat zij de kracht mogen hebben om het licht van mijn Zoon te
zijn. Ik dank jullie.
16/5
Portalen van demonen: dit gebeurt in de onzichtbare wereld wanneer OLVrouw
aanwezig is
"Reinig je hart en laat mijn engelen erin
zingen!" "Ik ben met u en met de heiligen en engelen bemiddelen voor
u."
Om de activiteiten van Satan tegen te gaan, vraagt de
Hemelse Moeder ons om tot de engelen te bidden voor onze bescherming. Ze zei op
2 augustus 2005: Lieve kinderen, ik ben met open armen naar jullie toe gekomen
om jullie allen onder mijn mantel te omhelzen. Ik kan dit niet doen terwijl
jullie hart gevuld is met valse glitter en valse idolen. Reinig jullie hart en
laat mijn engelen erin zingen! Dan zal ik je onder mijn mantel nemen en je mijn
Zoon, die ware Vrede en Geluk is, geven. Keer terug naar God en naar Gebed, en
moge het Gebed heersen in je hart, gezin en gemeenschap, zodat de Heilige Geest
je kan leiden en inspireren om elke dag meer open te staan voor Gods wil en
voor Zijn plan voor ieder van jullie. Ik ben met jullie en samen met de Engelen
en Heiligen bemiddelen we voor jullie. Bedankt dat je op mijn oproep hebt
gereageerd.
In het boek, geschreven door Fabio Ragona, getiteld
"My Name is Satan", schrijft de auteur: "De duivel is aanwezig
in de Bosnische parochie en valt ook de zieners aan." Deze woorden,
gerapporteerd door de Vaticaanse deskundige, komen uit een interview met
aartsbisschop Henryk Hoser, door Paus Franciscus aangesteld als bijzonder Apostolisch
bezoeker van de parochie. "Ja, het is waar", legt aartsbisschop Hoser
uit, "er zijn gevallen van demonische manifestaties; Ik kan zeggen dat ze
zeldzaam zijn, maar soms hoor je iemand schreeuwen of tekeergaan, zelfs in
bijeenkomsten van tienduizend mensen.
Dit gebeurt hier; het kan niet worden
ontkend. Dit gebeurt natuurlijk niet elke dag, maar het gebeurt hier. Bovendien
komt het wel eens voor dat bezetenen de zieners willen aanvallen.' De Kardinaal
voegt eraan toe: 'Zoals we weten, kunnen we niet uitsluiten dat de duivel
aanwezig is te midden van goede dingen; het is genoeg te bedenken dat hij de Heiligen
kan verleiden. De H. Antonius werd bijvoorbeeld erg verleid door de duivel. Dit
is niet iets dat onverenigbaar is op plaatsen waar Maria verschijnt.' OLVrouw
bevestigt dat de duivel bestaat, en gaat verder door de gelovigen te
waarschuwen dat hij actief is.
Jezus: Mijn
geliefden, Ik stort Mijn Zegeningen van Geloof, Hoop, Liefde en Bescherming
over jullie uit. Mijn Legioenen van Engelen omringen jullie. Erken jullie Beschermengelen die jullie naar
veiligheid zullen leiden.
GEVAARLIJK PUIN VERGEZELT
WORMWOOD ACHTERAAN
en stevent af op de aarde. De hemel wordt geschud en de sterrenbeelden werden
losgelaten. De lucht zal er rood uitzien, terwijl vuur op de aarde regent. Mijn
tekenen worden weergegeven in de hemel daarboven, en toch weigeren zovelen het
te zien. Mijn geliefden, een groot bedrog omhult het hart en geest van velen.
De weg werd gebaand voor de zoon des verderfs, door de werken van de mens, die
voor zijn eigen slechte doeleinden zullen worden gebruikt. De eigen listen van
de mens zullen tegen hen worden gebruikt.
HET IS ZEER DRINGEND DAT JULLIE
IN MIJN LIEFDE LEVEN
Het is jullie enige ware
verdediging tegen Satan, wiens plannen tot vervulling komen. De Antichrist is reeds onder
jullie. Het Communisme zal opgelegd worden door een wereldwijde staat van
beleg. Een merkteken van gemak zal op allen worden
geplaatst die het beeld van het beest, wat spoedig zal worden opgericht,
vereren. Gevallenen, die ontlichaamde geesten zijn, zullen bezit nemen van deze
zielen, die voor eeuwig zullen verdoemd zijn.
DUISTERNIS DAALT NEER
op het koninkrijk van de Antichrist.
Een duisternis die alle kwaad zal verteren van de aarde.
EEN VOLK DAT APART WERD GEZET VAN
DEZE SLECHTE WERELD ZAL GESPAARD WORDEN
van verdoemenis wegens hun
onwankelbaar Geloof. Blijf met Mijwandelen, in Mijn voetsporen lopend,
wonend in Mijn Liefde. Maak jullie hart gereed, want het uur is laat. Zo
spreekt de Heer.
Maria: Mijn
geliefde kinderen, nu is de tijd om je toevlucht te nemen in de H. Harten van
mijn Zoon en ik, en de Almachtige God toe te laten om jullie te beschutten
tegen het kwaad dat op aarde werd ontketend.
DUISTERNIS IS DE KERK BINNENGEDRONGEN
die het hart en geest van velen
aantast, die nu op een dwaalspoor zijn geleid.
DE INSTELLING VAN DE EUCHARISTIE
VAN MIJN ZOON WORDT ONTMANTELD
want Zijn ware aanwezigheid wordt
ontkend. Het effent de weg voor de zoon van verderf, die spoedig op de Heilige
plaats zal staan en zal verkondigen God te zijn.
IK GEEF JULLIE MIJN ROZENKRANS
VAN LICHT
Om te strijden tegen dit kwaad. Bid
mijn Rozenkrans van Licht, die alle duisternis zal verdrijven als ze met geloof
wordt gebeden. De duisternis omringt jullie en wacht op een kans om binnen te
dringen door jullie zwakheden, die als een open deur zijn. Mijn kinderen, ik
roep jullie op om te bidden, elkaar op te tillen in deze gevaarlijke tijden. Mijn
kinderen, bid onophoudelijk, en onthoud steeds mijn beloften. Zo spreekt jullie
Liefhebbende Moeder.
Als de vederen van vleugels mij
overschaduwen, hoor ik de H. Aartsengel Michaël zeggen: Volk van
God, moge de Trinitaire zegeningen van Geloof, Hoop, Liefde en Bescherming op
jullie rusten. Legioenen van Engelen omringen jullie, terwijl we wachten op
Gods bevel. Erken jullie Beschermengelen die jullie naar veiligheid zullen
leiden gedurende deze gevaarlijke tijden.
DE AANWEZIGHEID VAN ONZE HEER EN
REDDER WORDT ONTKEND
Terwijl de instelling van de
Eucharistie wordt ontmanteld en de weg effent voor de zoon van verderf en zijn
merkteken dat op allen zal geplaatst worden die zijn beeld vereren. Volk van
God, sta moedig in de wapenrusting van God, handelend met jullie spirituele
wapens in biddende handen, in antwoord op de oproep van OLVrouw tot gebed. Nu
is de tijd om te leven naar de leiding van de H. Geest.
DE TEKENEN IN DE HEMEL ZULLEN
ENORM TOENEMEN
wanneer Niburu het zonnestelsel
binnenkomt, en de atmosfeer van de aarde zal beïnvloeden. Sterrenbeelden zijn
losgeschud, en zullen op aarde regenen. Het zal ervoor zorgen dat de lucht rood
wordt. Zonnevlammen nemen toe, en zullen tot uitval leiden op verschillende
plaatsen. Maak je voorraden en voorzieningen klaar, vertrouwend op Onze Heer en
Redder voor je behoeften.
BEREID JE VOOR OM IN JE VEILIGE
TOEVLUCHT TE GAAN
Erken je Beschermengelen die je
naar veiligheid zullen leiden, jullie zullen beschutten tegen de duisternis die
spoedig zal neerdalen. Ik sta klaar met menigten Engelen om jullie te
verdedigen tegen de slechtheid en valstrikken van de duivel, wiens dagen er
maar weinig zijn. Zo spreekt jullie Waakzame Verdediger.
Astrofysici zien eerste bewijs voor bestaan
onzichtbare spiegel wereld' - 24/5 Xandernieuws
Diverse media berichtten over een verklaring van de NASA
dat er iets vreemds' met het universum aan de hand zou zijn. Over wat dat
vreemds' precies is bleef men opvallend vaag; het zou iets te maken hebben met
het sneller dan verwacht uitdijende heelal. Astrofysici en andere
wetenschappers zijn in vakbladen echter een stuk specifieker over wat de nieuwe
ontdekkingen kunnen betekenen. En dan is het niet zo vreemd dat er geen
ruchtbaarheid aan wordt gegeven, want feitelijk heeft men het eerste bewijs
gevonden voor het bestaan van een onzichtbare spiegel wereld', die vrijwel
exact op de onze lijkt.
De werkelijkheid zit vele malen complexer in elkaar dan tot
voor kort werd aangenomen, zo is zeker de afgelopen jaren wel uit nieuw
wetenschappelijk onderzoek gebleken. Vooral de afgelopen maanden hebben we
regelmatig aandacht besteed aan ideeën, theorieën en concepten die door de
meesten nog naar het rijk der fabeltjes worden verwezen, maar die wel degelijk
het nodige hout blijken te snijden. Sterker nog: juist het klassieke beeld van
de realiteit, dat hoofdzakelijk enkel wordt gebaseerd op visuele waarneming en
archaïsche religieuze interpretaties van zowel de materiële als de onzichtbare
wereld, blijkt in toenemende mate zwaar achterhaald te zijn.
Spookachtige spiegel wereld'
Een spookachtige spiegel wereld' zou wel eens de reden
kunnen zijn van de kosmische controverse' die door de NASA naar buiten werd
gebracht, zo schrijft Steve Can van de Universiteit van New Mexico. Nieuw
onderzoek suggereert dat er een onzichtbare spiegelwereld' bestaat van
deeltjes die enkel via zwaartekracht op ons inwerken. Deze verklaring is
mogelijk de oplossing voor het grote vraagstuk dat de snelheid waarmee het
universum uitdijt veel groter is dan de Hubble constante binnen het
kosmologische standaardmodel heeft voorspeld.
Francis-Yan Cyr-Racine, ass.professor afdeling natuurkunde
en astronomie aan de Universiteit van New Mexico, Fei Ge en Lloyd Knox van de
Universiteit van Californië denken een oplossing te hebben gevonden voor het
inpassen van het sneller uitdijen binnen de geaccepteerde kosmologische
modellen en constanten, zonder die helemaal overhoop te gooien. Daarbij stellen
ze dat er een inherente symmetrie' bestaat in veel observaties zodra het
universum als één kosmologisch geheel wordt gezien en bestudeerd (een
soort holistische benadering van het heelal, dus -X.).
Onze wereld een kopie van het origineel?
In hun research paper Symmetry of Cosmological
Observables, a Mirror World Dark Sector, and the Hubble Constant', dat recent
werd gepubliceerd in Physical Review Letters, schrijven de onderzoekers dat als
het universum op een of andere wijze gebruik maakt van deze symmetrie, er een
spiegel universum moet bestaan dat vrijwel exact op het onze lijkt. Dit spiegel
universum is onzichtbaar en onmeetbaar, met uitzondering van de gravitatie
impact die het op onze wereld heeft.
Cyr-Racine heeft het zelfs letterlijk over een parallel
universum met nieuwe deeltjes die allemaal kopieën zijn van bekende deeltjes.' Het idee dat er parallelle- of spiegel werelden en universa bestaan komt al
tientallen jaren in science fiction boeken en films voor, en werd in de jaren '90 voor het eerst serieus in de wetenschap overwogen. Desondanks werd het nog
niet eerder in beschouwing genomen als mogelijke oplossing voor het probleem
van de Hubble constante.
Van een data- of rekenfout kan gezien de veelheid van
metingen, die allemaal een consistent beeld opleveren, nauwelijks meer sprake
zijn. Bovendien bestaat er veel natuurkundige literatuur over dergelijke
spiegelwerelden, maar in een compleet andere context, omdat ze kunnen helpen om
grote problemen in de deeltjesfysica te verklaren.' Ook dit zijn duidelijke
indicaties dat het bestaan van zo'n spiegel universum, hoe fantastisch het ook
klinkt, reëel is.
Het kan overigens net zo goed andersom zijn, namelijk dat
ons universum en onze wereld bestaan uit vrijwel exacte kopieën van (deeltjes
van) het onzichtbare originele universum. Met andere woorden:
dat wij in een kopie van het origineel leven een kopie die bijna hetzelfde
is, maar op een klein, maar zeer cruciaal onderdeel toch beduidend verschillend
is en anders functioneert.
Twee scheppingen en een parallelle aarde
De laatste tijd besteden we regelmatig aandacht aan de
Nederlandse auteur Helma Broekman, wier opzienbarende boeken en artikelen op
het eerste gezicht als science fiction kunnen overkomen, maar waarvoor steeds
meer wetenschappelijk bewijs komt. Dat is ook nu het geval; het bestaan van een
spiegel wereld' of spiegel universum' heeft zij namelijk al tal van keren
uitvoerig beschreven.
In haar boek Nieuwe Dageraad II' staat uitgebreid
uitgelegd dat er twee scheppingen' zijn, een wereld van Licht en
Alomvattendheid. Het AL, waar tijd, ruimte en vorm niet bestaan. En een wereld
van de schepping, een kleiner (Heel)AL, welke werkt met tijd, ruimte, dimensies
en (levens)vormen (pag.12)'
De aarde waarop we ons bevinden is een kopie van een veel
lagere frequentie en kracht dan de nieuwe werkelijke aarde Op de parallelle
oorspronkelijke aarde echter is alle leven aanwezig zonder aangestuurde
programma's. Het is een wereld gebaseerd op leven, niet op dood en
vergankelijkheid. De parallelle aarde is de wereld van het Licht en het
verbonden zijn met het AL Bewustzijn Het is deze wereld, waarin de leeuw
slaapt bij het lam ' (pag. 117-118).
We leven hier echter in een holografische
kopie van de oorspronkelijke aarde', waarop een programma' draait dat ons
afgesneden houdt van het origineel, en wat door wezens (goden') wordt gebruikt
als speelveld om de mensheid te manipuleren en gevangen te houden, en zo de
Demiurgische schepping in stand te houden en uit te breiden.
Niet God, maar de Demiurg bestuurt deze
schaduw' schepping
In haar 54e filmpje (Digitale Avatar sneller groeiend dan
Bewustzijn van de mens' zie onderaan dit artikel) legt Broekman vanaf ca. de
23e minuut haarscherp uit hoe de schepping waar wij in zijn geplaatst niet door
de ware God, maar door deze Demiurg wordt bestuurd, gemanipuleerd en
uitgevoerd. (Dit gnostische principe is in wezen het antwoord op de altijd
knagende vraag van met name christenen waarom een almachtige en alwetende God' zoveel ellende toestaat op deze wereld. Daar worden altijd theologisch correcte
antwoorden op gegeven, maar mijn ervaring is dat die voor bijna niemand
bevredigend zijn.)
De Demiurg heeft vanuit het oorspronkelijke veld (de
originele schepping) 99,9% van dat oorspronkelijke veld gekopieerd,
maar die 0,1% net niet. Want dat behoort aan God toe, dat is aan het Licht
zelf, aan het oorspronkelijke veld zelf. Dat betekent dat al zijn creaties, dus
ook wij, 99,9% goddelijk zijn, maar 0,1% nog niet af is, half werk is (Demiurg' = half werk').
Omdat dit laatste stukje net niet voltooid is, is het dus
mogelijk om op dat ene stukje jouw bewustzijn te vangen, en in een kunstmatig
veld, met een kunstmatige tijd binnen de ruimte van het oorspronkelijke veld te
plaatsen. En DAT is de Matrix'. We worden op dat ene (Demiurgische) stukje
vastgehouden binnen afgekaderde tijd/ruimte coördinaten. Ons bewustzijn gaat
vervolgens enkel op die 0,1% leven.
Voorkom dat u voor altijd wordt vastgezet in
het Metaverse
Ik denk dat het onderhand een beetje tijd wordt dat de mensheid
accepteert en duidelijk krijgt dat wat jij ziet met jouw leven en jouw lichaam
in de ether een bijna volmaakte vorm is, en exact hetzelfde is als wat jij hier
op aarde ziet wat eigenlijk de werkelijkheid inhoudt, waarvan een klein deel
zich manifest maakt' in onze 3D wereld, aldus Broekman. De werkelijkheid
speelt zich namelijk af in de ether, in het astrale veld. En vanuit de
ether worden er delen energie manifest op de aarde.'
Natuurlijk zal de wetenschap nooit letterlijk een
dergelijke spirituele uitleg overnemen, dus zal het bij technische en abstracte
termen blijven. Maar de laatste conclusie heb ik toch onderstreept, want deze
omschrijft feitelijk exact dat wat het wetenschappelijke onderzoek van
Cyr-Racine, Ge en Knox suggereert, namelijk het bestaan van een andere wereld /
werkelijkheid, een spiegel realiteit', die via energetische krachten op ons
inwerkt.
Het
binnenkort in opbouw zijnde Metaverse, waarin een digitale avatar van iedereen
moet zijn gecreëerd, is bedoeld om alle mensen permanent gevangen te houden in
deze schaduw schepping van de Demiurg, van Lucifer dus. In het Metaverse zul je
je nl. niet meer bewust zijn van je eigen gedachten en je biologische systeem.
Die eeuwige' gevangenschap moet ten koste van alles voorkomen worden, en dat
begint bij jezelf, door het naar binnen keren en het uitzuiveren van jezelf,
zodat de Demiurg / Lucifer (en de elite) niet de kans krijgt jou daarop voor
altijd op vast te zetten.
Kijk dus naar waar jouw triggerpunt zit, en voorkom dat je
nog meer restenergie naar buiten brengt.' Broekman besluit met een zelden
gehoorde, maar o zo belangrijke waarschuwing: Als de mensheid het huiswerk
niet doet, kan het Licht niet zomaar zeggen: nou, hier is de boot van Noach,
stap er maar op en ik breng je in veiligheid. Zo werkt het niet. We dienen zelf
aan onze boot te werken, onze innerlijke 'boot van Noach' in elkaar te bouwen.'
(Noot
Claudia: het spreekt vanzelf dat je ZELF AAN JE REDDING MOET WERKEN. Als je nog
niet beslist hebt om voor God te kiezen, dan is het hoogdringend dat je dit NU
doet. Als de hele serie van gebeurtenissen begint, zal je naar adem snakken,
maar zal geen pauze worden ingelast. De Ark gaat hermetisch dicht en als je de
reddende handen van Jezus en Maria niet grijpt, blijf je buiten. Met het
Merkteken van de Antichrist zal het duidelijk zijn, wie onvoorwaardelijk op God
vertrouwt voor zijn voorzieningen, en wie door gebrek aan geloof het Merkteken
zal aannemen en zo onherroepelijk zijn lot in Satans handen legt. )