Gratis koffie terwijl je wacht, kan ik
lezen op de gevel van de bandencentrale, waar ik word verwacht, fijn is dat. Een
knappe, sympathieke mannelijke bediende met brede schouders, verschaft me de gewenste
informatie en wijst me daarna de guest room aan. Er staan heel wat modieuze
zetels en enkele banken, ik ben er niet alleen. Ook een andere dame wacht er geduldig
terwijl ze koffie drinkt en er aandachtig de krant doorneemt. Nog een dame komt
ons vergezellen, wat een vrouwen bedoening is dat hier, toen waren we al met
drie. Die derde heeft lange benen, dat is erg opvallend en ik heb het meteen
duidelijk en goed gezien. Ik kan me niet vergissen: zij, dat was vroeger een man.
De knappe vriendelijke bediende verschaft haar eerst de nodige informatie en wijst
haar daarna de koffiemachine aan. Stiekem gluurt hij naar haar benen, ik zie
hem denken: zij, dat was vroeger een man.
Het blijft toch wat gevoelig liggen, dat transgenderisme
maar het is hot item, het is in, het is van deze tijd. Een tikkeltje ingewikkeld,
een beetje moeilijk maar anderzijds ook weer vrij simpel: een man werd vrouw of
een vrouw werd man. Ik heb er eentje in mijn familie, een man werd er een vrouw,
dus ben ik ook een beetje hot. En iedereen mag het weten dat ik een transgenderzus heb.
Ik schrok me een hoedje toen ik het nieuws
vernam en was een tijdje van de kaart. Wie had dat nu zien aankomen, ik in elk
geval niet. Nooit gezien dat hij vroeger mijn bikini stiekem testte en ik zag
hem ook nooit spelen met mijn pop. Ik was totaal overdonderd en moest het wat verwerken.
Plots was mijn broer weg, dus ik was in rouw. Ik moest afscheid nemen met het
nodige verdriet. Eerst het ongeloof, daarna het protest om het dan na lang treuren
te aanvaarden: mijn broer waar ik naar opkeek die was voorgoed weg en kwam nooit meer terug. Maar toen ging
ik beseffen dat het eenvoudiger was dan verwacht: de persoon is nog steeds dezelfde
maar met een ander jasje aan.
Man, man, man dacht ik, na haar operatie,
maar dat mocht ik niet meer zeggen, want toen werd ze kwaad. Ze doet het niet
slecht, die zus van mij, al was het een beetje schrikken toen ze pannenkoeken
aan het bakken was met haar hoge hakken aan. Ze heeft gevoel voor al wat
vrouwelijk is, voor de make up en voor de kledingstijl. Ze heeft charme en
allure, ze is een echte vrouw van de wereld, veel meer een woman dan ik. Toch
blijft het altijd wennen als ik haar zie zitten op een stoel, met haar lange
blonde haren en haar sjakosse op haar schoot. Maar ik heb het ondertussen wel
aanvaard.
Het hele gebeuren heeft nogal wat voeten in
de aarde gebracht, stof doen opwaaien in onze omgeving. Je hebt de voor en de tegenstanders, ik noem het de pros en de contras. Je hebt er die tegen zijn, de andere kunnen er mee overweg. De ene zijn modern, de andere nog wat ouderwets. De ene vindt het voor te
lachen, de andere neemt het au serieus of nog een ander weet niet wat gezegd. De
ene groep kan er mee leven, de andere denkt er zelfs nog niet aan.
Jongens toch, al dat gekibbel en gekwaak. Laat
ons gewoon voort doen met het leven dat ons nog rest, ons concentreren op
interessantere zaken. Laat ons de mens die dat wil gewoon zichzelf zijn opdat
hij zich goed voelt in zijn vel. Het moet al verschrikkelijk genoeg zijn om je gevangen
te voelen in een lichaam dat niet past bij je ideaal. En wat een lef moet je
niet hebben om uit de kast te komen, het was een marteling voor hem, ik bedoel
voor haar.
Ik ben zo blij dat ze nu gelukkig is en bij deze moeilijke
beslissing haar mannetje staat, excuseer. Ik blijf me nog vergissen, als ik
over hem spreek bedoel ik haar. Dus neem me het niet kwalijk, het komt wel in
orde. Ook moet ik me verontschuldigen aan de persoon in kwestie voor de periode
dat ik in de war was, maar ik ben er door. Nu kan ik eindelijk en zonder
probleem verkondigen aan iedereen die het horen wil: dat ik een geweldige attente, mooie en lieve
transgenderzus heb, die ik bewonder voor het lef en de moed die ze doorstaan
heeft om te tonen wie ze werkelijk is: respect.
|