Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
E-mail mij

Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto

Momentum

04/07/07

Beste vogelvriend …

Startdatum: om meteen de drempelvrees te verlagen stel ik voor dat iedereen een reactie ventileert over het wegblijven van een birdyreünie; het kan kort in de 'poll'-rubriek en wat uitgebreider in dit communicatievenstertje.
Het was Oswald die mij ooit voorstelde ons wat dieper in het internet te nestelen, wat nu via deze blog is gebeurd, weliswaar zonder een referendum te houden.
Bij deze nodig ik jullie uit je mening te ventileren, want de bedoeling is een handig alternatief aan te bieden.
Tot heel binnenkort …

04/07/08

Happy Birdyday …

 

Temidden van een levendige en warmhartige woonwijk, ligt een door menselijke bebouwing omzoomde biotoop … een fraaie frisgroene weelderige oase, waar de birdyfans de gevederde tuinbezoekers graag welkom heten en gul onthalen.

Die verwennende gastvrijheid in een gezellig en veilig rustoord, bekoorlijk door landelijke eenvoud en liefelijkheid, prikkelt de vertrouwenwekkende aanhang, de nesteldrang met vrolijk vogelgezang en feestelijke voortgang. We hopen volgend jaar nog meer ‘straatketten’ naar de Kille Meutel te lokken …

 

04/07/09

 

Je zoekt, vindt en kiest

een levensweg, die je deelt

met trouwe vrienden …

 

Precies vandaag bestaat ons“Kille Meutel”Forumpje 2 jaar.

Sinds de wondermooie opnames van onze huisfotografen het “Blogscherm” sieren, loopt het aantal bezoekers gevoelig op.

Een verheugende en hartverwarmende vaststelling, daar eveneens destijds de voor natuurliefhebbers en vogelbeschermers bedoelde nieuwsbrieven, geïllustreerd met tekeningen, een educatieve waarde beoogden.

Sedert kort werd de rubriek“Birdywatch”gelanceerd, initieel opgevat als verzamelbox voor (tuin)observaties van vogelspotters.

Momenteel is een gebruiksvriendelijke observatiefiche, waarin de waarnemer zijn vaststellingen optekent, nog niet beschikbaar.

Met een klik op“Vogelwaarnemingen” nodigt de rubriekenindeling de bezoeker uit een pittige anekdote,een blikvanger,een weetje of een suggestie neer te pennen.

Af en toe duikt over een verschenen artikel een leuke en spontane “Reactie” op of laat men een indruk na in het “Gastenboek”.

In de speurtocht naar kennisdeling en verwondering wekken, blijft de drijfveer“Alles kan altijd beter”…

04/07/10

 

Vandaag hebben we weer wat te vieren want de blog bestaat 3 jaar.

Onze trouwe huisfotografen Jo en Wim blijven voor merkwaardig beeldmateriaal zorgen en dan is het ook niet verwonderlijk dat het bezoekersaantal gestaag aangroeit.

Met vereende krachten hebben we met ons klein, maar niet minder enthousiast clubje vogelvrienden een mussenteltraject uitgezet om in de streek (Zaventem, Nossegem, Sterrebeek, Kraainem) op 17 verschillende telpunten onze geliefde‘straatketjes’ te tellen.

Hierdoor maken we deel uit van de mussenwerkgroep Vlaanderen die naast het jaarlijks weerkerend mussentelweekend in samenwerking met de universiteit Gent een grootschalig huismussenonderzoek coördineert.

Wij blijven uiteraard ook gefocust op de vliegbewegingen binnen onze tuinenbiotoop. Tijdens de jongste reünie gaven enkele haiku’s mooi weer hoe fel we gehecht zijn aan onze gevederde levensgezel; meteen ook een gelegenheid om de loyale vogelliefhebbers een welverdiende  huismuspin op te spelden …

Dakpan of dakgoot,

voor de huismus is een nest

in Kille Meutel – Georges

Tjilpende huismus,

nest in de Kille Meutel

welkom bij ons hier – Arlette

Kijk Kille Meutel,

veel parende huismussen,

hemel op aarde – Oswald

Kille Meutel vriend,

huismus breng ons samen en

laat het blijven zijn – Chris

Groene oase,

paradijs voor de huismus,

dé Kille Meutel – Franz

04/07/11

Drukke en woelige tijden tasten al eens vaker de drang aan om over de fascinatie voor het
vedervolkje te communiceren.Immers in de Brusselse betonnen biotoop beter bestuurlijk beleid geldt de regel: first things first and don't feel free as a bird!
Toch is het bezoekersaantal op jaarbasis weer gevoelig toegenomen dit jaar, een eerbetoon dat vooral de huisfotografen toekomt, die voor kwalitatief hoogstaande visuele impressies zorgen.In de loop van volgend jaar zal de Kille Meutel een bijdrage leveren aan de geplande acties van de mussenwerkgroep Vogelbescherming Vlaanderen.

04/07/12

Inmiddels hebben ruim 51 000 bezoekers op de blog 275 artikels en 125 vogelportretten geraadpleegd, alsook 1 100 foto's, waarvan de helft door onze huisfotografen werd aangeleverd. Uit statistieken ter beschikking gesteld door de providers kunnen we afleiden 
dat 54% Nederlanders en 41% Vlamingen geregeld de blog raadplegen en dan het vaakst gedurende de weekdagen (70%), voornamelijk tussen 13.00 en 18.00 u en 30% tijdens het weekend. Tijdens de maanden juli, augustus en september heeft de blog 'begrijpelijk' minder succes.De Kille Meuel blijft zich samen met Vogelbescherming Vlaanderen inzetten voor het behoud van de huismus.  

Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Mijn favorieten reeks 1
  • bloggen.be
  • Natuurpunt
  • National Geographic
  • Natuurfotograaf Mineur
  • Vogelbescherming Vlaanderen
  • Vogelportretten Birdpix
  • Vogelportretten Birdfocus
  • Vogelbescherming Nederland
  • Belgium Digital
  • Vogelzang
    Mijn favorieten reeks 2
  • Favoriete vogel 2014
  • Instituut voor natuur- en bosbouw
  • Mussenwerkgroep
  • Natuurfotograaf Laura Sperber
  • Vogelencyclopedie
  • Natuurfotgrafen Monique & Luc Bogaerts
  • Natuurfotograaf Pieter Cox
  • Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    TO DO - List

    Kille Meutel Meetings Overlegmomenten Vogelbescherming Vlaanderen Overlegmomenten Natuurpunt Overlegmomenten WWF Overlegmomenten Greenpeace Overlegmomenten INBO

    KILLE MEUTEL
    Vogelvrienden
    14-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De zeearend, de ‘vliegende deur’

     

    De reusachtige arend, steeds zeldzamer in zijn verspreidingsgebied, komt nog voor op afgelegen moerassen, langs rotskusten en eilanden voor de kust en verschijnt ’s winters op uitgestrekte kustvlakten.

     

    De volwassen zeearend is een indrukwekkende, grote roofvogel, gekenmerkt door een bruin verenkleed met een lichter gekleurde vooruitstekende kop en hals.

    Treffend is ook de krachtige felgele snavel en de korte, wigvormige, witte staart, alsook de sterk bevederde dijen en de naakte gele poten.

    De roofvogel glijdt op licht gewelfde brede en diep gevingerde vleugels, die een enorme spanwijdte hebben.

    De lichaamslengte varieert tussen 70 & 90 cm; de spanwijdte reikt tussen 2 & 2.50 m; het lichaamsgewicht schommelt tussen 4 & 6 kg.

    De vlucht is zwaar en direct met diepe soepele vleugelslagen, afgewisseld met glijvluchten op de brede, vlak gehouden vleugels. Ook de duikvlucht naar een prooi getuigt van een beheerste en efficiënte techniek.

     

    Het jonge dier is aanvankelijk donkerbruin met lichte vlekken, maar in de loop van 5 jaar ontwikkelt hij geleidelijk het volwassen verenkleed, waarbij kop en hals meer effen lichtbruin worden.

     

    De roep lijkt veel op die van de zilvermeeuw en bestaat uit een reeks in toonhoogte afnemende ‘kli’-geluiden. Daarnaast laat hij een lager blaffend ‘kra’ horen.

     

    De imposante horst van takken en twijgen wordt meestal in een boomtop, maar soms tegen een rotswand aan gebouwd en doet vele jaren achtereen dienst.

     

    Anders dan steenarenden, die gewoonlijk schuw en verborgen leven zoekt de zeearend vaak de omgeving op van kustdorpen, vooral met haventjes, waar een makkelijk maaltje vis of visafval kan worden opgepikt.

     

    Ondanks zijn grootte is een zeearend zeer behendig en precies. Hij kan vanuit een lage duik/glijvlucht een vis die net onder het wateroppervlak zwemt, met zijn klauwen uit het water grijpen zonder zelf in het water te belanden.

    Naast forse vissen, middelgrote en zelfs grote watervogels (bv. ganzen), jonge robben en kleine landzoogdieren, eet de zeearend ook geregeld aas; voornamelijk dode vissen drijvend in het water of aangespoeld aan de kust.

     

    Paren blijven het hele jaar in hun territorium en beginnen in het voorjaar te baltsen.

    Ze zweven samen, soms met ondiep golvende bewegingen, waarbij de een naar de ander duikt. Soms rolt de onderste vogel zich om en grijpen beide vogels elkaar bij de voeten.

    Af en toe wentelen ze zo naar de grond, de ene op de rug, vlak onder de voorzijde van de  andere. Ze roepen veel vaker dan de steenarend, met een keffende roep; het vrouwtje roept hoger dan het mannetje in een versnellende reeks van 15 tot 20 roepen.

     

    In de broedtijd komt de zeearend vooral voor in de Balkan, Noordoost-Duitsland, Polen, Rusland, Scandinavië en IJsland.

    Buiten de broedtijd kan men ook elders, vooral in kustgebieden en bij grote meren, de zeldzame zeearend waarnemen.

    Het wijfje broedt de meestal 2, soms 3 kalk-witte eieren in ca 6 weken, grotendeels allen uit. De jongen verlaten na ongeveer 3 maanden het nest. Er is slechts één broedsel per jaar.

    Adulte vogels zijn standvogels; maar onvolwassen vogels trekken rond in heel West-Europa.

     

    In de 3de bijdrage, volgend weekend, vertelt onze huisfotograaf Wim Dekelver hoe de 4-daagse fotojacht in Feldberg verliep, een avontuur met wisselend succes!











    14-05-2016 om 13:55 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    06-05-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Op het spoor van de zeearend, een avontuur met wisselend succes

     

    Vier bevriende natuurfotografen, waaronder onze huisfotograaf, Wim Dekelver, besloten een tijdje geleden om de zeearend voor de lens te halen.

    Er werd half april een 4-daagse reis gepland in Oost-Duitsland, meer bepaald in Feldberg.

    Het werd een geslaagde onderneming maar eentje niet zonder (zware) beproevingen: ‘Geduld is een schone deugd’


     

    Historische schets

     

    Reeds eeuwen geleden kwamen kooplieden van heinde en verre naar de steden Rostock, Stralsund en Wismar om er handel te drijven.

    In de Middeleeuwen sloten de belangrijke steden zich aan bij een Hanzeverbond (men denke aan de Duitse vliegtuigmaatschappij Luft’hansa’).

    In de oude stadskernen is nog steeds de sfeer uit die vervlogen tijden op te snuiven in pittoreske kerkjes en koopmanshuizen.

    De Hanzesteden waren belangrijke verbindingsknooppunten die leidden tot de Baltische Zee ofwel de Oostzee. Deze historische handelssteden liggen veelal langs de 1 900 km lange kust met goud-witte stranden, bekende badplaatsen en kuuroorden, eilandjes en lagunes.

    De deelstaat, vlak aan de Oostzeekust gelegen, telt meer dan 2 000 meren, wat voor de streek heel wat toeristische troeven oplevert: zeilen, wandelen, fietsen en golfen.

     

    Het waarnemingsgebied (opnames met de gsm ondertekend door Wim & Co)

               

    Feldberg is een uitgestrekt natuurpark gelegen in de deelstaat Mecklenburg Vorpommern met een grote diversiteit van allerlei soorten (roof)vogels.

    En daar was het om te doen voor Wim en zijn vogelvrienden.

     

    Al wist het viertal dat zij dank zij de ervaring van een lokale conservator inhoudelijk gingen worden ondersteund en de mogelijkheid gingen krijgen om achter de schermen of in ontoegankelijke gebieden te fotograferen, dienden een aantal strikte afspraken nagevolgd.

     

    Het viertal werd ’s ochtends vroeg door boswachter Fred in het hotel Mecklenburger Hof afgehaald en met de terreinwagen naar de schuilhutten gebracht. Aan het eind van de foto-dag moesten de vogelspotters, vóór ze de hutten mochten verlaten, geduldig wachten op de komst van Fred, de enige vertrouweling van de zeearenden.

    Tijdens de wintermaanden is het geraadzaam in een klein kacheltje en/of een oude slaapzak te voorzien, alsook een stuk piepschuim, als extra isolatielaag voor de stevige wandelschoenen, daar het erg koud kan zijn.

      

    Er zijn diverse hutten in het gebied, maar de belangrijkste is het zogenaamde ’erdversteck’, een ruime cilindervormige 4-persoons hut, deels in de oever van een grote poel gebouwd. De hut biedt enig comfort, is uitgerust met aangepaste zitplaatsen. De lenzen kunnen, gemonteerd op het statief, door een stoffen buis naar buiten worden gestoken. Via de venstertjes kan je naderende vogels observeren.

      

    Ook vanuit een elektrisch aangedreven boot kunnen tijdens een tocht van anderhalf tot twee uur beelden worden gemaakt. Daar het vaartuig nauwelijks trilt, kan ook met één-pootstatief worden gewerkt. Dank zij de vier zitbanken, biedt het bootje aan de fotografen een ruim schootsveld.

    Freds tactiek bestaat erin het paartje zeearenden, waarvan meestal het mannetje een vis vlak in de buurt van de boot komt vangen, te lokken door op een juist ingeschatte afstand een gegeerde prooi in het water te gooien.  

     











    06-05-2016 om 19:32 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    24-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zwin natuurpark

     

    Geraadpleegde bron: Vogelbescherming Vlaanderen: Mens & Vogel 2016-2

     

    De provincie West-Vlaanderen en het Agentschap voor Natuur en Bos realiseren in het Zwin een nieuw bezoekerscentrum, een natuurpark en een kijkcentrum.

    In het bezoekerscentrum wordt de natuurliefhebber verwelkomd in een uitgestrekte onthaalruimte met informatie over het Zwin en de Zwinstreek.

     

    Elk jaar vliegen miljoenen vogels heen en terug tussen de plaats waar ze broeden en die waar ze de winter doorbrengen.

    Het hele verhaal van tal van vogelsoorten die het Zwin daarbij als draaischijf benutten, wordt op een interactieve manier verteld.

     

    De informatie wordt op diverse niveaus en manieren aangebracht, zodat iedereen ze naar zijn of haar interesse kan beleven. Honderden voorwerpen, filmpjes, animaties, kijkkasten, tekeningen, foto’s, veren en zoveel meer illustreren de wonderlijke wereld van de vogels.


    Geen vogels achter tralies meer!

     

    Onder een sterke impuls van Vogelbescherming Vlaanderen koos de provincie in 2012 nog enkel voor wilde vogels en zo hoort het ook. Het park is nu een natuurlijke verbinding tussen de ‘Kleyne Vlakte’ en de ‘Zwinvlakte’. Essentieel doel van de her-aanleg van het park is om vogels en andere dieren zo dicht mogelijk bij de bezoeker te brengen. Er werd 7 ha extra natuurgebied gecreëerd met nieuwe duinmeren.

     

    Het geheel bestaat uit een grillige vijver met eilandjes en 10 attractiepunten. Elk van die stopplaatsen behandelt een eigen thema. Uiteraard gaat veel aandacht naar de vogels met onder andere: een ooievaarstoren, een kijkhut en een kijkerscentrum.

    Er is ook een labo-hut (ontdekken van allerlei waterdiertjes, duiding over het ringen van vogels), een vertelhut, een speciale voederplaats en een luisterduin, waar je wordt ingewijd in de geluiden van de vogels.

     

    Kortom, er werden kosten noch moeite gespaard om het grote publiek te tonen hoe mooi en waardevol de natuur kan zijn.

    Het totaal vernieuwde Zwin zal vanaf de zomer van dit jaar (vermoedelijk juni) toegankelijk zijn.

    Wie eerder verschenen artikels over het natuurreservaat wenst te raadplegen, kan via de zoekrobot volgende bijdragen opsnorren:

     

     

    19/11/2011         De biodiversiteit in het Zwin bevorderen

     

    16/07/2009      Het Zwin











    24-04-2016 om 19:38 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    17-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De grauwe gans, ook wel eens ‘soepgans’ genoemd

     

    De grauwe gans die voorheen werd gefokt voor het vlees, de eieren en het dons, diende ook als waakdier.

     

    Geraadpleegde bron: Vogelbescherming Vlaanderen: Mens & Vogel-magazine 2007-1

     

    De grauwe gans is de grootste van alle Europese ganzen. Ze heeft een wortelkleurige snavel en vleeskleurige poten; kop en hals zijn grijsbruin, maar donkerder dan de rest van het lichaam.

     

    De recente geschiedenis van de grauwe gans als broedvogel in Vlaanderen gaat terug tot een succesvolle herintroductie in de Zwinstreek te Knokke.

     

    Na een eerste geslaagd broedgeval in 1956 vormde zich hier een lokale broedpopulatie die in de jaren ’60 en ’70 uit enkele 10-tallen paren bestonden.

    Begin jaren ’80 werd voor het eerst melding gemaakt van enkele broedgevallen buiten de onmiddellijke omgeving van het Zwin. Tot halverwege de jaren ’80 werd de kaap van 50 broedparen in Vlaanderen wellicht niet of nauwelijks overschreden.

     

    Daarna ging het echter snel. In 1994 werd het Vlaamse broedbestand geschat op 180 tot 190 broedparen en bleek de soort tal van nieuwe gebieden te hebben gekoloniseerd.

    In de daaropvolgende 6 jaar vond er nog eens een verdubbeling van de aantallen plaatsen. Omstreeks 2000 werd de kaap van de 1 000 paren overschreden.

     

    Deze explosieve groei in het grootste deel van het Noordwest-Europese verspreidingsareaal leidde wellicht overal tot een toenemende uitwisseling tussen trekkende en meer sedentaire ganzenpopulaties. In diezelfde periode verminderde de jachtdruk en ging de soort ook meer gebruik maken van een netwerk van beschermde gebieden, langsheen de trekroute.

     

    De geluiden die bij de grauwe gans de stemming van het weggaan, wegzwemmen en wegvliegen uitdrukken, zijn bijzonder interessant. De heel kleine jonge ganzen reageren al instinctief op de fijnste nuances van dit zeer ingewikkeld vocabularium.

    Het gewone contactgeluid – het bekende langzame en snelle snateren van ganzen – laten ze ook af en toe horen als ze rusten, grazen of langzaam rondlopen.

     

    De grauwe gans broedt vooral in oevervegetaties en broekbossen langs waterplassen, zoals kreken, kleiputten en grindplassen. Het nest is een uitholling in de grond  met een geringe bekleding van plaatselijke vegetatie; op vochtige plaatsen is het eerder een omvangrijk bouwsel van riethalmen en biezen, bekleed met een dun laagje dons.

     

    Er worden meestal 4 tot 6 eieren gelegd met tussenpozen van iets meer dan 24 uur.

    Alleen het vrouwtje broedt en ze begint er pas aan als het laatste ei is gelegd. Het broeden neemt ongeveer 27 tot 29 dagen in beslag. De kuikens zijn donzige nestvlieders, wat betekent dat ze spoedig na het uitkomen het nest verlaten en zelf hun voedsel bij elkaar zoeken, terwijl de oudervogels hen bewaken en koesteren.

    Het is vertederend om ganzen met hun kuikens te zien. De gent of mannetjesgans is alert en houdt zeer vaak de wacht terwijl de kuikens en het vrouwtje aan het grazen zijn. Omdat de jongen nog niet kunnen vliegen, rennen ze bij het minste gevaar naar het veiligere water.

    Een week na het uitkomen van de eieren beginnen de ouders aan de vleugelrui.

    In één keer verliezen ze al hun slapennen, zodat ze een paar weken niet kunnen vliegen.

    Tegen de tijd dat de jonge ganzen vliegvlug zijn, hebben de oudervogels nieuwe slagpennen.

    De grauwe gans heeft de reputatie intelligent te zijn, toegewijd en haar leven lang trouw te blijven aan haar huwelijkspartner. Ook het familieverband blijft de hele winter gehandhaafd. Deze factoren leiden tot een hechte samenhang tussen de ganzentroepen.

    Ze grazen dan ook in grote ‘kudden’.

     

    Het aantal claims van landbouwschade door grauwe ganzen is de laatste jaren beduidend gestegen. In tegenstelling met de meeste andere ganzensoorten kunnen grauwe ganzen ook in belangrijke mate foerageren op akkergewassen (wintertarwe, bonen bv.) of op oogstresten.

    De meeste gevallen van schade worden vastgesteld bij de residentiële (meestal verwilderde) populatie in West- en Oost-Vlaanderen (Zwinstreek, krekengebied, Blankaart-gebied).

    Het gaat hier meestal om vogels die hun natuurlijk trekgedrag grotendeels verloren hebben en dus jaarrond in hetzelfde gebied pleisteren.

     

    De grauwe gans behoort tot het jachtwild.

     

    Om belangrijke schade aan gewassen te voorkomen en op plaatsen waar geen andere bevredigende oplossing bestaat, mogen de ganzen onder strikt bepaalde voorwaarden met het geweer en roofvogels worden bejaagd.

    Deze bijzondere jacht mag gebeuren op en rond percelen met graangewassen (geen maïs), waar de vogels schade aanrichten en waarvoor de eigenaar van die teelten vooraf een schriftelijk verzoek tot bejaging heeft gericht tot de jachtrechthouder (beëdigd jachtwachter).

     

    Wie een eerder verschenen artikel in het archief wenst op te sporen, kan dit via de zoekrobot.

     

    20/03/2010      De grauwe gans











    17-04-2016 om 13:17 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    10-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De sperwer in actie

    Geraadpleegde bron: Vogelbescherming Vlaanderen: Mens&Vogel-magazine 2008-3

    De sperwer is een kleine roofvogel met brede, afgeronde vleugels en een vrij kleine, ronde kop. Het mannetje is één van de kleinste roofvogels van ons land. Het vrouwtje is duidelijk groter en weegt vaak het dubbele.

    De sperwer verkiest kleinschalige landschappen met voldoende bos om in te broeden, maar jagen doet hij vaker in iets meer open domeinen, waar nog voldoende dekking is door opgaande begroeiing. Bij het jagen, scheert hij bliksemsnel langs bosranden en hagen, maar ook vaak langs dakranden op zoek naar kleine zangvogels. Sperwers zijn uiterst behendige vogelvangers, die een fundamentele impact kunnen hebben op zangvogelpopulaties.

    De sperwer komt in heel Europa voor en ontbreekt alleen in IJsland en enkele eilandjes in de Middellandse Zee. Hij is dan ook de talrijkst voorkomende roofvogel, na de buizerd en de torenvalk.

    Het zwaartepunt van het totale aantal broedparen bevindt zich in Oost-Europa (Rusland, Groot-Brittannië en Ierland, Frankrijk, Zweden, Duitsland en Finland).

    Net als de havik jaagt ook de sperwer bij voorkeur op terreinen met voldoende dekking waardoor hij er verrassingsaanvallen kan uitvoeren. De vogel jaagt ofwel vanaf een zitplaats of laag vliegend langs hagen of bomenrijen. Opgeschrikte vogels worden door de sperwer, die over een unieke lenig- en wendbaarheid beschikt, op volle snelheid achtervolgd.

    Sperwers zijn echter ook zulke onstuimige jagers dat ze kleine zangvogels soms door openstaande ramen of poorten achtervolgen. Zo kan het ook gebeuren dat tijdens een wilde achtervolging de jager zelf verongelukt door tegen een ruit te smakken.

    Onder de vensterslachtoffers die in de Vlaamse Opvangcentra voor Vogels en Wilde Dieren (VOC’s) terechtkomen, voert de sperwer elk jaar opnieuw de lijst aan.

    Met zijn lange dunne poten en opvallend lange tenen is de sperwer in staat potentiële prooidieren in elke situatie te grijpen, ook in dicht struikgewas. Het hele jaar door eet de sperwer bijna uitsluitend vogels ter grootte van een goudhaantje tot een houtduif.

    Het kleinere mannetje heeft het in de Kille Meutel vooral gemunt op mezen en huismussen.

    De sperwer broedt bij voorkeur in bossen, het liefst in 20 tot 40 jaar oude aanplant van sparren, dennen of lariksen. Meestal bevindt het nest zich in de buurt van wegen, brandgangen of kleine open plekken in het bos, waar de prooioverdracht plaatsvindt.

    Ook broedgevallen in loofbomen of zelfs hoog opgroeiende struiken als meidoorn en hulst komen voor, voornamelijk wanneer geschikte naaldbomen ontbreken.

    Vermoedelijk vanwege het grotere voedselaanbod in de bebouwde kom hebben sperwers zich de afgelopen decennia ook in stadsparken of op begraafplaatsen als broedvogel gevestigd.

    In voedselrijke en landschappelijk geschikte gebieden zijn de nestplaatsen nagenoeg regelmatig verdeeld, op afstanden van ongeveer een ½ tot 1 ½ km. In gebieden met minder voedsel kunnen de afstanden echter oplopen tot 2 à 3 km).

    De horst is een vlak bouwsel van droge takjes losjes bijeengehouden en ruw bekleed met groene takken. Het wordt hoofdzakelijk door het vrouwtje gebouwd op een hoogte van 4 tot 10m.

    Doorgaans worden 4 à 5 blauwachtige eieren gelegd tijdens het ene legsel per jaar.

    Wie nog meer wenst te weten te komen over deze kleine maar geduchte rover kan via de zoekrobot eerder verschenen bijdragen in het archief opdiepen:

    13/03/2015        Het schrikbewind van de sperwer

    29/03/2014       Vervuiling jaagt sperwer weg

    29/04/2012       Rover ‘geeloog’ zaait paniek in de Kille Meutel

     

    Onderstaande fotoreeksen werden geschoten door fotografen die hun beeldmateriaal op Twitter posten.











    10-04-2016 om 00:00 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    08-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oproep: met z’n allen ‘huismussen’ tellen!

     

    De huismussentelling, die reeds 15 jaar lang wordt georganiseerd door Vogelbescherming Vlaanderen, vindt plaats op 9 & 10 april!

     

    Dit laagdrempelige publieksonderzoek werd in 2002 opgestart om een idee te krijgen over het aantallenverloop van huismussenpopulaties.

    Uit de verwerking van de eerste resultaten, bleek dat te weinig mensen over meerdere jaren aan de telactie deelnemen.

    Langdurige exacte telgegevens, gecentraliseerd over een aantal opeenvolgende jaren, vormen immers de basis voor een lange termijnonderzoek. Dergelijke waarnemingsgegevens van ‘enthousiaste huismussenspotters’ geven een duidelijk beeld over het aantal aanwezige broedparen, aangetroffen op een precieze locatie.

     

    April is dé uitgesproken maand om huismussen te observeren, want de mannetjes zitten dan uitbundig te tsjilpen bij hun nestplaats. Hiermee wensen ze een wijfje te lokken of op hun eigen partner indruk te maken.

     

    Zitten er in je tuin of rond je huis huismussen te tsjilpen of ken je een andere plek in de buurt waar ze zich ophouden?

     

    Probeer ze aanstaand weekend bij voorkeur in de ochtend gedurende maximaal een kwartiertje te tellen, omdat ze dan het actiefst zijn.

     

     

    Inmiddels blijven de grondtroepen van de Kille Meutel Vogelvrienden de actie ‘Red de Zaventemse Straatket’ in samenwerking met de milieudienst Zaventem en Vogelbescherming Vlaanderen verder uitrollen.

    Ook de wandelclub De Parkvrienden van Zaventem, Natuurpunt Zaventem en Sterrebeek 2000 dragen hun pluimpje bij om zoveel mogelijk onder hun leden en kennissen huismussenspotters te rekruteren.

    In alle leden- of nieuwsbrieven van de hierboven vermelde verenigingen verscheen reeds een bijdrage over de plannen van de Kille Meutel Vogelvrienden, alsook in de gemeenteberichten en in diverse eerder verschenen Mens&Vogel-magazines van Vogelbescherming Vlaanderen.

    Daar zijn we de voorzitters heel dankbaar voor!

     

     

    Al was het niet vanzelfsprekend om op 22/03, dag waarop we werden getroffen door die afgrijselijke en verwerpelijke wandaden van een zoveelste gehersenspoelde IS-terroristen-cel, de deelnemende scholen van hun huismussenhotels te voorzien, toch werden 6 van de 8 huismussenhotels aan een gepaste gevel door Pro Natura opgehangen.

     

    Na de paasvakantie zullen alle huismussenhotels hun deuren openen …

    Ondertussen beschikken we dank zij onze hechte samenwerking met Eddy Vandenbouhede, gangmaker bij de Huismussenwerkgroep Koksijde, over 80 extra huismussen nest- en broedplaatsen.

    Hierin zijn gerecupereerde nestkastmodellen van VIVARA meegeteld, waarvan het in- en uitvliegen, of het gebruik maken van de divers geconcipieerde nesten niet langer werd opgevolgd.

    Onderstaande foto is deze van een ringmus (zwart vlekje op de witte wang!)


     

    Om deel te nemen aan de huismussentelling van 9 & 10 april, kan je gebruik maken van het telformulier opgesteld door Vogelbescherming Vlaanderen http://www.mussenwerkgroep.be/ of kan je de tel-, locatie- en jouw contactgegevens aan:

     

    Franz Pieters, Watertorenlaan 59, 1930 Zaventem, franz.pieters@telenet.be

    Oswald Vanhaelen, Van Dijcklaan 12, 1930 Zaventem, oswald.vanhaelen@telenet.be

    Robert Podevijn, Van Dijcklaan 14, 1930 Zaventem, bobp14z@gmail.com

     

    per E-mail of ter plekke (brievenbus) bezorgen

     


     

    Help mee onze huismussenpopulaties in stand houden!

    08-04-2016 om 16:53 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    03-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vlotjes voor visdieven

     

    Geraadpleegde bron: Vogelbescherming Vlaanderen: Mens & Vogel-magazine 2009 – 4

     

    De laatste decennia is er landschappelijk in ons land erg veel veranderd.

    Meer bebouwing, meer wegen, meer industrie. Al die veranderingen hebben hun invloed op mens en dier. Sommige diersoorten verdwijnen, andere verschijnen omdat ze op de een of andere manier profiteren van deze veranderingen.

    Ook in de Limburgse Maasvallei is het landschap ingrijpend gewijzigd. Door het baggeren van grind zijn enorme waterplassen ontstaan die een grote aantrekkingskracht uitoefenen op bepaalde vogelsoorten. Tijdens het voorjaar van 2008 werd door een koppel visdieven een eerste broedpoging ondernomen.

    Zo werden er tijdens het voor- en najaar geregeld visdieven waargenomen, waaronder zelfs ‘overzomeraars’.

     

    De vogels hadden de oever van een pas opgespoten terrein uitgekozen om hun eieren te leggen. Helaas ging het opspuiten van het terrein verder. Contacten met het bedrijf leverde een poosje wat uitstel op.

    Plaatselijke vogelbeschermers en vogelkijkers hoopten dat de vogels voldoende tijd zouden krijgen om hun eieren uit te broeden en hun jongen groot te brengen.

    Toch lukte deze tactiek niet zo best en ontstond het idee om een ‘nestvlotje’ te bouwen.

    Onze bedoeling was de jongen op dit vlotje te deponeren en het dan met behulp van en kajak naar het midden van de grindplas te verplaatsen.

    Zo konden we eventueel een geslaagd broedsel redden als de ‘opspuiters’ te dichtbij kwamen.

     

    Toen we in de Vlaamse broedvogelatlas lazen dat “het er op lijkt dat de toekomst van het visdiefje in Vlaanderen niet in de eerste plaats door voedselaanbod of predatie zal worden bepaald,  maar wél door de beschikbaarheid van voldoende nestgelegenheid”, besloten we om het vlotje verder te perfectioneren tegen het broedseizoen van 2009.

     

    Voor de bouw van de ongeveer 1 m² grote vlotjes werd watervaste betonplex gebruikt. Voldoende drijfvermogen werd verkregen door er enkele platen polyuretaan aan vast te maken.

    Om te voorkomen dat de jongen van het vlotje zouden vallen, werd aan de randen een opstaand kantje van enkele cm voorzien. Omdat visdieven van nature broeden op zand- en kiezelstranden maakten we op de vlotjes een stuk metaalgaas vast om de aangebrachte steentjes en het zand bijeen te houden.

    Toch bleef het risico reëel dat de jongen van het vlotje in het water zouden vallen.

    In dat geval moesten ze de mogelijkheid krijgen om er weer op te klimmen. Met het opstaande kantje was dat niet makkelijk. Daarom werden aan 2 zijden van het vlotje bussels wilgentenen bevestigd. Via deze takkenwirwar zouden de jongen toch nog op het droge kunnen geraken.

    Het plaatsen van de vlotjes leek in eerste instantie erg simpel; gewoon verankeren met een ketting aan een stevig betonblok.

    Maar het waterpeil in de Maas en de grindplassen kan gemakkelijk stijgen of dalen. Er zit een marge van circa 6 m op!

     

    Dat probleem moesten we zien op te vangen.

     

    Daarom hebben we de vlotjes aan een langere kabel bevestigd. Aan het uiteinde hangt een zwaar betonblok dat wegdrijven moet voorkomen. Een 2de kleiner betonblok werd tussen het 1ste betonblok en het vlotje bevestigd.

    Bij stijgend waterpeil kan het vlotje dit kleine betonblok optillen, maar het zware blok voorkomt het afdrijven.

    De eerste 2 vlotjes werden begin april 2009 geïnstalleerd op een grote plas in het bekend natuurreservaat ‘De Maten’ in Genk.

     

    Voor het leggen van een volgende reeks vlotjes kregen we de toestemming van de grindmaatschappij. Er werd een rustige plas uitgekozen waar de vogels nauwelijks hinder ondervinden van recreatie en uit de buurt blijven van roeiers, surfers en zwemmers.

    De vlotjes werden te water gelaten toen de visdiefjes uit hun winterverblijven terugkeerden.

    Begin juli hadden vogelkijkers met hun telescoop op één van de kunsteilandjes waar een koppeltje was neergestreken de eerste jongen gespot.

    Dag na dag waren de ouders ijverig in de weer met het verzorgen van hun kroost en eind juli stonden de jongen op uitvliegen.

    Van de 5 vlotjes waren er 2 bewoond. Op het ene werden 2 jongen grootgebracht en op het andere groeiden 3 jongen gezond en wel op!

    Na het ringen verlieten ze in goede conditie hun drijvende broedplaats.

    Vogelbescherming Vlaanderen is er nu van overtuigd dat deze vlotjes extra nestgelegenheid voor deze vogelsoort kunnen bieden.

     

    Een eerder verschenen artikel vind je via de zoekrobot in het archief op datum van:

     

    03/09/2010      Het visdiefje











    03-04-2016 om 00:00 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (1 Stemmen)
    27-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een 20-tal broedparen lepelaars

     

    Geraadpleegde bron: Vogelbescherming Vlaanderen: Mens & Vogel-magazine 2010-3

     

    De vogel is erg schaars vertegenwoordigd in Europa.

    Zijn meest noordelijke verspreiding strekt zich uit tot over de Nederlandse kustgebieden tot op de Waddeneilanden.

    In West- en Zuidwest-Europa komt de soort in significante aantallen enkel voor in Nederland en Zuidwest-Spanje.

    In Centraal en Zuidoost-Europa is de soort ruimer verspreid met belangrijke concentraties in Roemenië, Hongarije, Azerbeidzjan en Turkije.

    Sinds 2003 telt men ook kleine populaties in Vlaanderen (in Verrebroek, in het natuurgebied het Zwin, in de achterhaven van Zeebrugge).

     

    Deze sierlijke vogel determineren is geen moeilijke opgave.

    Hij is relatief groot en heeft een zo goed als volledig wit verenkleed. Op korte afstand herken je hem meteen aan zijn lange, aan het uiteinde spatelvormige verbrede snavel.

    De volwassen vogels hebben in de zomer een korte afhangende witgele kuif op het achterhoofd, een oranje-gele borstvlek, geheel witte handpennen en een zwarte snavel met gele punt.

    Juveniels hebben een roze snavel, zwarte vleugeltoppen en geen kuif.

    In de vlucht is de lepelaar niet te verwarren met bv. een zilverreiger, aangezien hij met uitgestrekte hals vliegt, net zoals een ooievaar.

    Hij vliegt met redelijk snelle vleugelslagen, maar onderbreekt zijn vlucht door glijpauzes.

     

    Om te foerageren, waadt de lepelaar – vooral ‘s nachts – behoedzaam door ondiep water, met de snavel iets geopend. Met zijn kop voor een groot deel, onder het wateroppervlak, maakt hij maaiende bewegingen.

    De snavel is een ultragevoelig instrument en bevat extra sensoren voor het opsporen van voedsel.  Op de tast lokaliseert de lepelaar zijn prooien: insecten en hun larven, weekdieren, kleine schaaldieren, kikkers, kleine visjes (bij voorkeur driedoornige stekelbaarsjes) en af en toe iets plantaardigs.

    Hij voelt onmiddellijk als er iets lekkers tussendoor glipt. Dan klapt hij zijn snavel bliksemsnel dicht en zit de prooi onherroepelijk gevangen.

     

    Lepelaars zijn erg kieskeurig wat hun broedbiotoop betreft. Ze verkiezen uitgestrekte moerasgebieden met grote oppervlakken ondiep en helder water zonder al te veel begroeiing. Broeden doen ze gewoonlijk in rietvelden, in moerasbossen of op eilandjes, waar ze veilig zijn voor predators als katten, vossen of ratten.

     

    Als ze op de grond broeden, bestaat hun nest uit een groot platform van rietstengels en plantenresten.

    Als ze in bomen of struiken broeden, zijn het vooral takken en twijgen, die gebruikt worden.

    Beide vogels bouwen aan het nest en bij elke begroeting op de nestplaats wordt een takje of graspluk aan de partner aangeboden.

    Ze produceren één legsel per jaar en dat bestaat doorgaans uit 4 bleke eieren, schaars bezet met roodbruinachtige vlekjes en spikkels.

    Ergens begin april worden ze met tussenpozen van verschillende dagen gelegd en – van zodra het legsel compleet is – door beide vogels bebroed.

    Het broeden neemt ongeveer 22 à 24 dagen in beslag. De jongen zijn donzige nestblijvers en worden door beide ouders van voedsel voorzien.

    Lepelaars broeden in kolonies en hun nesten bevinden zich op een afstand van 1 tot 2m van elkaar.

    In de ‘Verrebroekse blikken’, een gebied dat hoofdzakelijk uit brakke plassen bestaat die het hele jaar met water zijn gevuld, werd sinds het ontstaan van de kolonie lepelaars (2003) het broedsucces opgevolgd.

    In 2007 vlogen niet minder dan 44 jongen uit.

     

    Lepelaars, die in West-Europa broeden, overwinteren vooral langs de West-Afrikaans kust, zoals in het tropische waddengebied voor de kust van Mauritanië.

    In het najaar vliegen de vogels via West-Frankrijk en Spanje.

    In deze gebieden blijven ze één tot twee weken hangen om krachten op te doen.

    Niet alle noordelijke vogels trekken daarna echter door naar Afrika; een aantal van hen zal daar de winter doorbrengen.

    Voor de vogels die toch doorvliegen, kan de trek wel 2 maanden duren.

    Tijdens die tocht sterft ongeveer 50% van de juveniele vogels door jacht, hoogspanningskabels of uitputting.

    Begin februari vertrekken de lepelaars weer uit hun winterkwartieren, richting broedgebieden in het noorden.

     

    Eerder verscheen al een artikel over deze vogel, die je kan opzoeken in het archief via de zoekrobot, namelijk op:

     

    06/12/2010       De lepelaar











    27-03-2016 om 00:00 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    20-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De kievit, een bedreigde weidevogel


    De kievit is met zijn kenmerkende roep, zijn acrobatische baltsvluchten en zijn fraaie kuif een opmerkelijke weidevogel.

    In het broedseizoen vind je kieviten vooral in schrale graslanden, weilanden en akkers.

    Tijdens de voor- en najaarstrek en in de winter vind je soms heel erg hoge aantallen bij elkaar, vooral in vochtige hooi- en graslanden.

     

    Het mannetje krabt soms meer dan 10 nestkuiltjes uit. Het vrouwtje kiest dan één van die aangeboden kuiltjes uit en legt daarin vanaf maart een 4-tal eieren.

    Hoewel kieviten gewoonlijk slechts één broedsel grootbrengen, is hun vermogen om vervanglegsels te produceren legendarisch.

    Beide partners bebroeden het legsel. Wanneer een legsel verloren gaat, volgt er meestal een vervolglegsel (met iets kleinere eieren).

     

    In de Nederlandse provincie Friesland is het de traditie om het eerste kievitsei aan te bieden aan de Commissaris van de Koning. Vroeger werd dit ei zelfs aan de koningin aangeboden.

    Het eerste kievitsei staat symbool voor het begin van het voorjaar.

    /Het is inmiddels in de Europese Unie verboden kievitseieren te rapen.

    Friesland heeft echter een uitzonderingspositie op cultuurhistorische gronden.

    Aanvankelijk werd vanaf 2006 toegestaan eieren te rapen tussen 1 maart en 9 april met een max. van 15 eieren per persoon, maar in 2015 werd het rapen door de Raad van State weer verboden.

     

    In oude vakliteratuur (1842) wordt de kievit omschreven als een talrijke broedvogel in de uitgestrekte moerassige weiden van de Kempen en de polders.

    De eieren waren toen zeer gegeerd voor consumptie. Er werden er veel verkocht op de markt van Maastricht, maar hun gelijkenis met kraaieneieren – die ook zeer smakelijk zijn – leidde meer dan eens tot oplichterij.

     

    Mannetjes hebben een spectaculaire zangvlucht waarbij ze zich (om de 4 à 5 vleugelslagen) van de ene zijde op de andere gooien waardoor de opvallende onderzijde naar alle kanten zichtbaar wordt en de handpennen tegelijkertijd een ritmisch zoevend geluid voortbrengen. Aan deze opvallende ‘flapvleugelvlucht’ heeft de soort haar Engelse naam (Lapwing) te danken.

     

    Bij plots invallende vorst verplaatsen kieviten zich massaal naar het zuidwesten, om de voortschrijdende vorstgrens voor te blijven. Dit fenomeen staat beter bekend als ‘vorsttrek’.

     

    Weidevogels hebben het moeilijk. Steeds meer poldergraslanden worden gescheurd, meersen worden voorzien van drainagegreppels, het aantal koeien per perceel neemt toe.

    Natuurpunt staat in de bres voor het behoud van het traditionele weidevogellandschap.

    De Uitkerkse Polders is één van de kroonjuwelen van Natuurpunt: een bastion voor kievit, tureluur en grutto.

     

    Al eerder verscheen een bijdrage over de kievit, die je via de zoekrobot in het archief kan terugvinden op datum van:

     

    29/08/2009     De kievit











    20-03-2016 om 00:00 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    13-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De koolmees zingt volgens grammaticale regeltjes


    Geraadpleegde bron: de Volkskrant

     

    De taal van sommige dieren is mogelijk gecompliceerder dan we aanvankelijk dachten.

    Voor het eerst hebben wetenschappers aangetoond dat een dier, net als de mens, betekenis geeft en ontleent aan de volgorde van zijn geluiden.

     

    Zinsbouw is essentieel voor de menselijke taal? Grammaticale regels bepalen voor een belangrijk deel de betekenis van onze mededelingen. We herkennen het verschil tussen ‘man bijt hond’ en ‘hond bij man’, terwijl dezelfde woorden worden gebruikt. Een dergelijk onderscheidingsvermogen hebben onderzoekers nu ook aangetoond bij een vogel: de Japanse koolmees.

     

    Combinatie van klanken

     

    Deze koolmees, die voorkomt in het oosten van Azië, heeft een roep om soortgenoten te waarschuwen voor roofdieren. Die roep bestaat meestal uit 3 klanken – noem ze ABC.

    Hij gebruikt een ander geluid om soortgenoten aan te trekken. Dat is een korte klank die een aantal keren wordt herhaald – noem die D. Als een koolmees ABC hoort zal hij om zich heen kijken of er gevaar dreigt. Als hij D hoort, is hij geneigd naar de bron van het geluid op te zoeken.

     

    In een experiment waarbij de samengesteld roep ABC-D uit een speaker klonk, draaiden de koolmezen met hun kop om de omgeving af te speuren en naderden ze tegelijkertijd de geluidsbron.

     

    Als de volgorde van de geluiden werd omgedraaid (D-ABC) reageerden ze niet of nauwelijks.

    Dit toont volgens de onderzoekers aan dat de vogels de roep ABC-D niet als 2 gescheiden elementen waarnemen die toevallig dicht bij elkaar liggen, maar als een combinatie die een samengestelde betekenis krijgt door de specifieke volgorde van de klanken.

     

    https://soundcloud.com/user550106345

     

    De onderzoekers uit Japan, Zweden en Zwitserland, die hun studie publiceerden in ‘Nature Communications’, zeggen met dit experiment het eerste bewijs te hebben geleverd voor het gebruik van ‘zinsbouw’ in de communicatie van dieren. Tot nu toe werd gedacht dat het gebruik van zulke grammaticale regels was voorbehouden aan de mensentaal.

     

    De onderzoekers hebben voor het eerst laten zien dat een diersoort de betekenis van 2 geluiden kan koppelen, mits de volgorde ervan klopt. Op dat soort regels is ook onze taal gebaseerd.

     

    Afzonderlijke elementen

     

    Dat dieren klanken kunnen combineren was al eerder aangetoond, onder meer bij apen. Maar aan het samengesteld geluid werd altijd een betekenis toegekend die niet viel af te leiden uit de afzonderlijke elementen. Uit het experiment met de koolmezen blijkt dat het dier de geluiden combineert met behoud van de oorspronkelijke betekenis van de aparte klanken.

    Of nu ook bij andere dieren soortgelijke vormen van taalgebruik zullen worden aangetroffen, lijkt nog voorbarig. Er is nog nooit iets gevonden dat hier op lijkt. Het kan bij meer dieren voorkomen, maar het kan evengoed een zeldzaam fenomeen zijn.

    Wie via de zoekmachine in het archief eerder verschenen bijdragen wenst op te diepen, kan deze twee artikels terugvinden

     

    09/08/2014      Welkom bij ‘Koolmees TV-2014’

    17/06/2012       Op elke hoek van zijn rijkje zingt de koolmees een ander wijsje











    13-03-2016 om 20:17 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    08-03-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gewijzigde migratiepatronen in de ooievaarstrek

    Geraadpleegde bron: de Standaard

    Ooievaars die op de traditionele manier naar Afrika trekken om te overwinteren, hebben een lagere overlevingskans dan hun collega’s, die zich onderweg laten verleiden door de geneugten van een vuilnisbelt.

     

    Veel vogels moeten jaarlijks de keuze maken: trekken of blijven?

     

    Tijdens een harde winter kun je maar beter elders zijn, maar bij een zachte winter heb je je als blijver veel moeite bespaard en heb je straks de eerste territoriumkeuze, de beste nestplaats en sappig lentevoedsel in je directe leefomgeving.

    Ontegensprekelijk heeft ons opwarmend klimaat een belangrijke invloed op de verhouding tussen trek- en standvogels. Maar de weersomstandigheden zijn niet de enige bepalende factoren.

    Ook het rechtstreeks menselijk ingrijpen in het milieu ter plaatse en onderweg beïnvloeden mee de keuze van de gevolgde route, alsook het succes van die keuze. Als zangvogel afgeknald worden boven Italië en Noord-Afrika, in naam van ‘cultuur en traditie’, is net meteen een aan te bevelen reisweg.

     

    De effecten van menselijke tussenkomsten zitten soms waar je ze niet zou verwachten. Onderzoekers die vertrekkende ooievaars in Planckendael van een zendertje voorzagen en ze dan met een auto volgden, stelden jaren geleden al vast hoe belangrijk de vuilnisbelten waren in openlucht in Spanje als ‘wegrestaurant’ en tussenstop voor de trekvogels.

     

    Andrea Flack van het Max Planck Instituut voor Ornithologie en collega’s uit 11 instituten uit heel Europa en Afrika rapporteren nu dat vuilnisbelten uitgegroeid zijn tot meer dan wegrestaurants.

    Ze worden steeds vaker de eindbestemming en dit met goed gevolg zelfs.

    De onderzoekers voorzagen jonge ooievaars van acht populaties uit Rusland, Polen, Oezbekistan, Armenië, Duitsland, Griekenland, Spanje en Tunesië van hoge-resolutie-gps-zenders en 3-assige versnellingsmeters (een bewegingsverwerkingsmodule die de hoeksnelheid en de acceleratie kan opmeten) en volgden hun signalen 5 maanden lang.

    Zoals reeds geweten was, trokken de vogels uit de oostelijke landen tot in Zuid-Afrika, terwijl de vogels uit West-Europa en Tunesië niet dieper afzakten dan de Sahel.

    De Spaanse vogels vertrokken gemiddeld ruim een maand eerder dan de Armeense ooievaars. De Oezbeekse vogels trokken dan weer helemaal niet, waarschijnlijk niet wegens de aanwezigheid van vuilnisbelten in eigen land, maar wegens een ruim aanbod van viskwekerijen.

     

    Maar hoe divers hun individueel gedrag en reisweg ook was, er kwamen wel degelijk patronen naar boven. De vogels die de traditionele routes naar Afrika aanhielden, overleefden minder vaak dan de groep Duitse ooievaars die overwinterden op vuilnisbelten in Marokko.

    De vogels die zich onderweg op stortplaatsen bevoorraadden en zo hun route energie-efficiënter maakten, overleefden eveneens vaker.

    Voor ooievaars is het dus positief om zich in de buurt van mensen en de zegeningen van hun beschaving op te houden. 

     

    Maar dat vuilnisbelten goed zijn voor de natuur dat willen de onderzoekers niet gezegd hebben.


    Een moderne natuurliefhebber moet immers verder kijken dan de biologie en dus ook naar de ecologie. 

    Trekvogels maken, zoals alle wezens in de natuur, deel uit van ingewikkelde bio-netwerken.

     

    Ze bestrijden plagen – zowel in hun winter- als zomerverblijf – ruimen afval op, bestuiven bloemen, verspreiden ziekten, dienen als voedsel, zijn gastheer of tussen-gastheer voor andere dieren.

    Dat alles in een complex systeem van koppelingen en terugkoppelingen, waardoor een interventie op een bepaalde plaats elders een ongewenste beweging kan veroorzaken.

    Andrea Flack waarschuwt dat ingrijpen in de migratiepatronen wel eens onverwachte gevolgen zou kunnen hebben en dat het dus goed is om het onderzoek naar die effecten verder te zetten.

    Omdat die ecologische netwerken in duizenden jaren van evolutie hun evenwicht hebben gevonden, is de kans bovendien groter dat de gevolgen van ons ingrijpen negatief uitvallen.











    08-03-2016 om 10:25 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    28-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Promotiecampagne huismussennestkasten

     

    Heel recent onthulden de vogeltellingen zowel in Vlaanderen als in Nederland dat de huismus de primus blijft in de top-3 van de gevederde tuinbezoekers.

    Maar dat de huismus de meest getelde tuinvogel is, toch geeft dit een vertekend beeld.

    De soort gaat namelijk dramatisch achteruit. De laatste 3 jaren waren de slechtste ooit voor onze tsjilpende huisgenoot. In de stedelijke omgevingen zitten er doorgaans 4 bij elkaar en op het platteland worden er gemiddeld 5 samen gezien. Wetende dat huismussen in de winter zeer graag samentroepen, zijn dat bijzonder alarmerende lage waarnemingsscores.

     

    Om op grote schaal inzake afnemende huismussenpopulaties conclusies te trekken, is een gestandaardiseerde telling nodig, een telling die alle subjectieve waarnemingen en toevallige natuurlijke fenomenen uitsluit.

    Er is duidelijk vastgesteld dat er slechts weinig grote huismussenkolonies in Vlaanderen te vinden zijn en tussen de Vlaamse provincies onderling de aantallen grote verschillen vetonen.

    In de provincie Limburg kent de huismus de beste spreiding; ze werd in 71% van de tuinen opgemerkt.

    Echt grote groepen huismussen zijn eerder een rariteit geworden. Het schaarser worden van grotere groepen en broedkolonies wordt als een belangrijke oorzaak beschouwd voor de afname van de huismus. Grotere kolonies vormen immers belangrijke gemeenschappen.

    Het geïsoleerd geraken van broedparen impliceert meestal dat de soort het gebied snel zal verlaten.

     

    Om de huismussengroepjes in je tuin zekerheid te geven, is het belangrijk dat de bestaande broedplaatsen in de buurt worden behouden of dat er extra nestgelegenheid wordt aangebracht.

    Zachte winters zoals die van 2015-2016 kunnen een voordeel betekenen voor onze huismus; tijdens een lang broedseizoen kunnen immers meerdere broedsels worden geproduceerd.

    Bij de huismus kan dat oplopen naar 2, soms 3 broedsels.

    Dat verklaart alvast de diepe val na 2013, toen het tot ver in de lente bleef winteren.

    Zowel in de winter als in de zomer hebben mussen behoefte aan veilige plekjes in de omgeving: een dichte haag, waarin ze kunnen schuilen, voldoende broedplaatsen of nestkasten.

     

    Met vereende krachten kunnen we het verschil maken

     

    Samen met natuurminnende verenigingen, de Wandelclub De Parkvrienden Zaventem, Natuurpunt Zaventem-Nossegem, Sterrebeek 2000 en de plaatselijke Milieudienst wensen de Kille Meutel Vogelvrienden de inwoners te sensibiliseren voor de actie ‘Red de Zaventemse Straatket!’

    Met onze vrijwilligerswerkgroep pogen we om de bedreigde en slinkende huismussenpopulaties in Groot-Zaventem minstens in stand te houden.

    Al hebben reeds diverse initiatieven (tellingen, gerichte en herhaalde waarnemingen, een partnerschap met Vogelbescherming Vlaanderen en Vivara) ons toegelaten interessante gegevens te centraliseren (via een zelf bedachte observatiemethode en inventariseringssysteem), toch hebben we nog geen situatieschets, noch totaalbeeld van de 4 deelgemeenten.

    Het is na jaren intensieve observatieoefeningen duidelijk dat men pas van representatieve huismussenaanwezigheid kan spreken als dit aan de hand van herhaalde waarnemingsmomenten (op geregelde tijdstippen) kan worden aangetoond.

     

    Ondertussen proberen we voor het 3de opeenvolgend jaar een nieuwe troef uit: één van de uitgeteste huismussennestkastmodellen, dat na 2 jaar observatie bij nestelende huismussen in de smaak viel, hebben we in een gelijkaardig houten bouwpakketversie laten klaar zagen. Schrijnwerker van dienst is natuurambassadeur en tevens recent oprichter van de huismussenwerkgroep in zustergemeente Koksijde, Eddy Vandenbouhede.

     

    Waar ideale omstandigheden toelaten huismussenestkasten te hangen, kunnen gemotiveerde enthousiastelingen de lokale huismussenwerkgroep contacteren om concreet af te spreken.

     

    Vanuit educatief perspectief werden hierbij ook de lokale scholen nauw betrokken, die reeds via diverse kanalen bijkomende informatie verkregen.

    Bedoeling is bevlogen en gedreven milieubewuste leerkrachten uit de diverse lerarenteams als ankerpersoon / aanspreekpunt op te nemen in de huismussenwerkgroep, zodat het netwerk in de geest van ‘citizen science’ met vogelliefhebbers en ‘huismussenspotters’ in het bijzonder kan aangroeien.

     

    Voor onderwijsinstellingen hebben de Kille Meutel Vogelvrienden het plan opgevat en hiervoor ook de nodige financiële steun gekregen om kosteloos een helemaal afgewerkt huismussenhotel (samengesteld uit 5 groene huismussennestkasten) te schenken. Daarenboven wenst de plaatselijke huismussenwerkgroep deze natuurambassadeurs te ondersteunen met didactisch en educatief materiaal zodat de school haar participatie aan de actie in een concreet milieuvriendelijk project kan inpassen.

     

    De huismus, eminent lid van ons patrimonium

     

    Al eerder had Robert Podevijn ons getipt via het doorsturen van een link die naar een uitzending ‘Les moineaux, les meilleurs amis de l’homme’ van Le Jardin Extraorinaire over de huismus verwees.

    Helaas konden maar weinigen de knappe beeldreportage bekijken daar de documentaire film slechts 10 dagen op de videosite van de RTBF kon worden geraadpleegd.

    Gastspreker in de uitzending was ornitholoog, Didier Vangeluwe, werkzaam in het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, die vrijdag 26/02 in Sint-Gillis een voordracht gaf en de bezoekers te woord stond met vragen over het behoud van huismussenpopulaties in de hoofdstad. Enkele aandachtspunten werden onder de loep genomen:

     

    ·         volgens Didier Vangeluwe, ook hoofd van de Belgische Ringdienst, heeft men te lang gewacht (namelijk tot het jaar 2000) eer men eraan gedacht heeft de vogelsoort te ringen.

    Immers, het ringen van vogels is een belangrijk instrument voor de monitoring en de studie van in het wild levende vogelpopulaties. Het principe van het individueel merken laat toe richting en modaliteiten van de vogeltrek te bestuderen alsook de populatiedynamica en de evolutie op te volgen van vitale parameters (geboorte, overleving, doodsoorzaken). De huismus is geen ‘trekker’ en daarom is het des te belangrijker te inventariseren waar precies de huismus voorkomt;

     

    ·         er is onmiskenbaar een gebrek aan nestgelegenheid in de hoofdstad, waaraan inwoners evenwel kunnen remediëren door passende en uitnodigende nestkasten te hangen;

     

    ·         van de massa zendmasten, die elektromagnetische straling gebruiken om te communiceren met gsm of andere draadloze toestellen, kan tot nu toe wetenschappelijk onderzoek niet bewijzen dat deze straling schadelijk is voor de gezondheid of niet, maar huismussen blijven er wel ver van weg;

     

    ·         het is onweerlegbaar dat vergiftiging van uitlaatgassen door roet (ultra)fijn stof en benzeen in loodvrije benzine een gezondheidsimpact hebben en de luchtverontreiniging ook de huismussen treft;

     

    ·         pesticiden die dienen om bepaalde insecten, planten of andere ongewenste organismen te doden zorgen voor een voedseltekort (hoofdzakelijk gebrek aan insecten) tijdens de broedperiode;

     

    ·         huismussen leven al eeuwenlang in de omgeving van de mensen. Vroeger broedden ze massaal onder de daken van huizen en zochten op akkers naar graan. Door de verstedelijking is ons land steeds kaler en schoner geworden. Veel daken zijn door moderne woningbouw voor de huismus ontoegankelijk geworden en graan- en korenvelden hebben plaats gemaakt voor industrie.

     

    ·         de grootste groep predators die de huismussen bedreigen zijn de 2 miljoen katten die 23 miljoen vogels per jaar verdelgen …











    28-02-2016 om 19:37 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    19-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De behoedzame strandjutter


    Deze olijfbruine en helderwitte steltloper, behorend tot de familie der strandlopers en snippen, is gemakkelijk te herkennen aan het constante, ritmisch op-en-neer wippen van het achterlichaam en de meebewegende kop.

     

    In de vlucht is hij net zo kenmerkend: hij blijft laag en gebruikt een stijve gebogen fladderende vleugelactie. De opvallendste kenmerken aan het vederpak zijn de witte krul tussen de vleugelboeg en zijborst, alsook de witte vleugelstrepen.

     

    Hij foerageert aan de rand van kleine modderpoelen en waterplassen, langs stromen en de oevers van meren, waar hij insecten oppikt van modder en stenen of drijvend op het wateroppervlak. De oeverloper gaat zelden diep op zoek naar prooien in het slijk of in het water.

    Goed observerend waadt de oeverloper langs de waterkant, steeds met een oogje net boven de waterspiegel gericht.

     

    De balts bestaat uit snelle vluchten boven heldere en stenige stromen waarbij hij goed gebruik maakt van het witte onderste vleugelpatroon, maar ook van het frequente vocale contact met luid trillende en ritmische hoog welluidende roepen.

     

    Natuurontwikkelingsprojecten langs de grote rivieren lijken gunstig te zijn voor de oeverloper. De meeste broedgevallen worden gemeld in gebieden waar rivieren weer kunnen meanderen (slingerende bochten maken) en waar grootschalige kleiwinning is toegepast precies om de loop van de rivier meer ruimte te geven. De rijkdom aan beschutte, zandige tot modderige oevers in dergelijke terreinen is ideaal voor de oeverloper. Lage voorjaarswaterstanden lijken gunstig te zijn vanwege de droogvallende oevers.


    Wie een eerder verschenen bijdrage over de oeverloper (identiteitskaart) wenst te raadplegen, kan via de zoekrobot in het archief het artikel raadplegen verschenen op 21/08/2009











    19-02-2016 om 00:00 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    14-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spaanse mus – huismus: de verschilpunten


    Om de diversiteit tussen beide mussensoorten fysiek te verduidelijken, bezorgde natuurfotograaf  Pieter Cox  2 reeksen foto’s van enerzijds de Spaanse mus (in Spanje getrokken), anderzijds van de huismus in onze streken. Al zijn de karakteristieke kenmerkende verschillen voor vogelliefhebbers (geen ornithologen) – niet meteen evident, toch levert dit beeldmateriaal een dankbaar bewijs.

     











    14-02-2016 om 20:15 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spaanse mus


    Eigenlijk is deze mus een Zuid-Oost-Europese vogel die niet enkel in Spanje voorkomt. Ook in Sardinië, Sicilië en de Balkan.

     

    De Spaanse huismus is moeilijk te onderscheiden van de huismus en zijn Italiaanse ondersoort; in Italië lijkt de mus een tamelijk stabiele hybride te zijn van de Spaanse mus en de huismus.

    De vogel is heel sociaal en af en toe te zien in dichte vluchten (zwermen), maar is wel minder aan menselijke aanwezigheid gebonden.

     

    Als de huismus schaars is, kan zij in steden de rol ervan overnemen, maar het is voornamelijk een vogel van het boerenland omringd door natte en drassige gebieden met wilgenstruiken.

     

    Vergeleken met de huismus is de Spaanse huismus levendiger en fraaier gekleurd (meer contrasterende kleuren).

    Het verenpak van het mannetje is kastanjebruin op de bovenzijde en vertoont op de vleugels en flanken een mix van roomkleurige en pikzwart gekleurde strepen; de vuilwitte onderzijde is zwart gevlekt.

    De kruin vertoont een roestbruine kap, een opvallende witte wenkbrauwstreep en oorstreek, alsook de kenmerkende grote helderwitte wangvlek. De stuit is bruin, de staart is zwartbruin. Keel (bef) en borst zijn helemaal zwart.

     

    Het vogeltje haalt een lichaamslengte die varieert tussen 14 en 16cm, heeft een spanwijdte die reikt tussen 20 en 22cm en heeft een lichaamsgewicht dat schommelt tussen 20 en 25g.

     

    Het vogeltje maakt een groot nest van gras in heesters of in de basis van het takkennest van een ooievaar of reiger, vaak in grote wilgen of andere begroeiing van nat land in kolonies. In de periode april – juli zijn er doorgaans 2 legsels, die 3 tot 7 eitjes kunnen bevatten.

     

    Het voedsel bestaat voornamelijk uit zaden en bessen, meestal van de grond; de kuikens worden ook met insecten gevoerd.

     

     











    14-02-2016 om 20:07 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    07-02-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Graan voor gorzen

    Geraadpleegde bron: Natuurpunt: De Geelgors in Vlaams-Brabant – Verspreiding en beheer

     

    De soort is herkenbaar aan het weinig opvallende koppatroon, gele veerpartijen op kop en onderdelen, een rosse stuit en witte buitenste staartpennen. De hoeveelheid geel kan sterk variëren en kan vooral bij mannetjes erg opvallen.

     

    De geelgors heeft een opmerkelijke zang, een serie van 5 tot 7 noten, die veel weg heeft van de aanzet van de 5de symfonie van Beethoven. De korte roepjes zijn moeilijker te omschrijven, maar lijken het meest op ‘trp’, dat vaak wordt herhaald en een scherper ‘tsit’ als alarmroep.

     

    De geelgors kent een gevarieerd leefgebied. De geprefereerde biotopen kunnen worden omschreven als overgangssituaties in een structuurrijk landschap: overgangszones tussen bos en/of struweel enerzijds en open landschap anderzijds, tussen jonge aanplantingen en kaalgekapte bossen, tussen cultuurlandschappen met kleine landschapselementen of boomgaarden en structuurrijk struikgewas, heide en ruig grasland en uiteenlopende types van parkachtige landschappen.

    Heterogeniteit blijkt een belangrijke factor in de habitatkeuze.

    Onderzoek heeft aangetoond dat de aanwezigheid van een strook kruidachtige vegetatie, grenzend aan een houtkant, eveneens een belangrijke invloed heeft op de territoriadichtheid. Deze perceelranden met grassen en onkruiden vormen een belangrijke voedselbron voor geelgorzen tijdens het broedseizoen.

     

    De redenen waarom het bestaan van de geelgors wordt bedreigd zijn divers en grotendeels bekend.

    De geelgors is bij uitstek een vogel van kleinschalige landschappen.

    Ruilverkavelingen hebben zonder twijfel in het nadeel van de soort gespeeld.

     

    Het gebruik van pesticiden in agrarische gebieden dringt het aantal insecten drastisch terug. Grote monotone akkerlandschappen worden quasi volledig ‘gesteriliseerd’. Het gebruik van herbiciden, insecticiden en fungiciden in België is bij de hoogste in Europa.

     

    De verhoogde productie-efficiëntie heeft bovendien tot gevolg dat enkele weken na het oogsten de resterende zaden worden ondergeploegd bij het zaaien van een wintergewas.

    Langdurige stoppelvelden zijn in Vlaanderen een zeldzaamheid geworden. De braaklegregel is in 2007 afgeschaft.

     

    Recente veranderingen van teelten zijn voor de geelgors en andere akkervogels nefast. Maïsteelt, die een aanzienlijk percentage van het landbouwoppervlak inneemt, is zowel op vlak van voedselaanbod en als broed- en foerageerhabitat quasi ongeschikt. Door de hoge bemestingsgraad en het gebruik van efficiënte bestrijdingsmiddelen in maïsakkers krijgen andere planten weinig groeikansen. Bijgevolg zorgt het tekort aan akkerkruiden (en insecten) voor voedselgebrek.

     

    Het hooilandbeheer dat ooit moest dienen voor de productie van hooi als wintervoer voor vee op stal is haast volledig vervangen door de productie van ‘kuilvoer’. Zowel snijmaïs als grassen worden ingekuild. Soortenrijke hooilanden zijn vervangen door zwaar bemeste, eenvormige graslanden, met weinig ecologische waarde.

     

    Campagne: ‘Je hebt meer buren dan je denkt’

     

    Dit initiatief van de provincie Vlaams-Brabant wil de (lokale) biodiversiteit helpen behouden. Een samenwerking van de provincie, gemeenten, regionale landschappen en andere organisaties gaan aan de slag met ‘koesterburen’, gemeenten die symbool staan voor de unieke biodiversiteit in hun leefgebieden.

    De geelgors werd geadopteerd door 18 gemeenten, waaronder Zaventem.

     

    Een getuigenis van Robin Geulinckx: Natuurpunt bouwt een netwerk van akkerreservaten uit met het project ‘Graan voor gorzen’

     

    https://www.youtube.com/watch?v=VUr-g-lcIkE

     

    Wie een eerder verschenen bijdrage wenst te raadplegen, kan via de zoekrobot in het archief het volgende artikel opdiepen:

     

    24/03/2013      De geelgors











    07-02-2016 om 21:18 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    31-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De kleinste uit de reigerfamilie

     

    De huidige dichtstbijzijnde broedplaatsen liggen in de Camargue in Zuid-Frankrijk en in de visvijvermoerassen van La Dombes, ten noorden van Lyon. In de regio Lombardije in Noord-Italië behoort de ralreiger samen met de blauwe reiger en de purperreiger tot de belangrijkste broedvogels. Samen met de kwak, de kleine zilverreiger en het woudaapje broeden ze daar in 13 verschillende reigerkolonies te midden van zeer uitgestrekte rijstvelden.

     

    Wie een eerder verschenen bijdrage over de ralreiger wenst te lezen, kan via de zoekmachine in het archief een artikel vinden, verschenen op:

     

    26/05/2013      De ralreiger

     

     











    31-01-2016 om 19:29 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De natuurfotograaf zelf aan het woord

     

    Er zijn tientallen beschrijvingen te vinden van Lesbos als vogelparadijs.

    Vele reizen beginnen bij Skala Kalloni. Ver van de drukte van Mytelini is dit een uitstekende uitvalsbasis voor een voorjaarsreis naar het Griekse eiland. Er zijn weinig bestemmingen die zo ingericht zijn op natuurreizen als dit wondermooi eiland. Alles is goed bereikbaar, routes zijn beschreven en locaties gedocumenteerd.

    Al vaker is op dit blog gezegd dat het knap in beeld brengen van een gegeerde vogel binnen zijn biotoop van natuurfotografen nogal wat geduld vergt en ook een stevige portie ecologische voorkennis.

    De meeste fotografen willen liefst in de meest comfortabele omstandigheden beelden schieten. Maar als zich unieke kansen voordoen om een vogel op zijn verlanglijstje te trekken, durft onze huisfotograaf, Wim Dekelver, wel vaker straffe toeren uithalen om zijn gedrevenheid en passie voor de natuur te vereeuwigen.

    Het is de kunst natuurgebieden zo weinig mogelijk te verstoren en respect te betonen voor fauna en flora en niet iedereen slaagt daar in, zoals jullie hieronder uit zijn reportageverhaal kunnen lezen.

     

    the making off’: de ralreiger

     

    De foto’s werden genomen aan de wetlands, naast de Kalloni zoutpannen in Lesbos (mei 2014).

    Op een ogenblik kom ik daar voorbij gereden en zie een fotograaf (blauwe cirkel – gsm foto) op het einde van de ‘landtong’ liggen, terwijl hij van kortbij een ralreiger fotografeert. Veelbelovend, dus dat wou ik ook wel eens proberen.

    Maar plots, terwijl de ralreiger op 10m van hem vandaan is, veert hij recht en steekt vloekend beide handen in de lucht. Die ralreiger ribbedebie natuurlijk.

    Blijkt dat deze slimmerd zijn geheugenkaartje vol is en dat de reservekaartjes in zijn wagen liggen.

    Dubbel domkop natuurlijk: deze moet je op zak hebben en plots opspringen als je in de directe buurt van een ralreiger bent, is ook niet bijster snugger. Maar mijnheer ‘Leeghoofd’ had zijn foto’s en de rest kan dan maar stikken.

    Ik rij dus door, hier valt de eerste uren niets meer waar te nemen.

     

    Maar als ik later op de dag terugkom, is alles weer rustig.

    Ik besluit de ± 30m vanaf de weg tot aan het laatste struikje af te leggen in de dekking van de struiken op de zijkant (blauwe pijl, de X staat voor de plaats waar de ralreiger zat), gezeten op mijn achterwerk (sluiptechnieken geleerd in het ABL kon ik vanwege mijn rugproblemen niet toepassen). 

    Mijn fototoestel met zware telelens op statief vóór mij geplaatst en dan metertje per metertje verzetten is de enige mogelijkheid. Natuurlijk constant de ralreiger in het oog houdend en alleen bewegen als die de andere kant opkijkt. Maar tot mijn grote verwondering lukte het mij om tot aan die laatste struik te komen zonder de ralreiger op te schrikken. Daar zit ik dan kortbij en met een laag standpunt, namelijk op ideale ooghoogte van de reiger .

    Gedurende 3 uren heb ik daar zo gezeten en maakte zo’n 750 foto’s.  De ralreiger kwam zeer kortbij, tot op zo’n meter of  7 schat ik, heel indrukwekkend.

    Ik heb dan wél gewacht tot de reiger weggevlogen was, voor ik aan de terugweg begon.

    Het zijn misschien niet mijn allerbeste foto’s, maar ik heb nooit meer voldoening gehad aan mijn momentopnames dan bij deze.

     

    Wie een eerder verschenen artikel over Lesbos wenst te raadplegen, kan in het archief op zoek gaan naar de bijdrage verschenen op:

     

    22/06/2014: Bijeneters op Lesbos

     

    Vanavond volgt nog een reeks van 5 foto’s van de merkwaardige ralreiger











    31-01-2016 om 19:06 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (1 Stemmen)
    27-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De kauw in de kou

     

    Geraadpleegde bronnen:

     

    ·         Natuurpunt: vogelexpert, Gerald Driesen 

    ·         Persbericht: Natuurpunt en Vogelbescherming Vlaanderen

     

    Tijdens de jongste vogeltelling werd reeds gemeld dat de kauw, een kraaiachtige voor het 3de jaar op rij de vaakst waargenomen vogel was op de Vlaamse speelplaatsen.

    Nooit eerder namen zoveel scholen deel aan de vogeltelling.

    Minstens 4 400 leerlingen telden meer dan 8 600 vogels op de speelpleinen.

     

    De speelplaats blijkt vooral interessant voor grotere vogels zoals de merel, houtduif, zwarte kraai en kauw.

    Toch bleken ook kleinere typische tuinvogelsoorten zoals pimpel- en koolmees, roodborst en huismus in ongeveer de helft van de scholen voor te komen.

    Ook bijzondere verschijningen als de grote bonte specht, de zwarte mees en de staartmees werden frequent opgemerkt, op ongeveer 5% van de speelplaatsen.

     

    Hier en daar lieten ook puttertjes (distelvinken), boomkruipers en goudhaantjes zich zien.

    Vooral scholen die over een langere periode en met regelmaat voederden, kregen hogere aantallen en meer soorten over de vloer.

    Immers, vogels hebben altijd een gewenningsfase nodig vooraleer ze een nieuwe voederplaats vertrouwen. Zeker op plekken waar veel mensen komen, zoals op de speelplaats.

     

    Versoepelde afwijkingsprocedure treft ook de kraaiachtigen

     

    Natuurpunt en Vogelbescherming Vlaanderen zijn verontwaardigd over de beslissing van de Vlaamse regering om spreeuw, kraai, kauw, ekster, gaai en over zomerende brandganzen ‘vogelvrij’ te verklaren.

    Deze vogels zijn immers beschermd door de Europese Vogelrichtlijn.

    Een drastische maatregel zoals bestrijding moet dan ook gestoeld zijn op wetenschappelijke gegevens, moet schade effectief helpen vermijden en mag geen impact hebben op andere soorten.

    Met deze recente wijziging is aan geen van die voorwaarden voldaan. Het is dan ook voor Natuurpunt en Vogelbescherming Vlaanderen evident dat deze dwaze beslissing drastisch dient teruggeschroefd.

     

    In 2009 besliste de Vlaamse regering om een speciale afwijkingsprocedure te voorzien voor de bestrijding van spreeuw, kraai, kauw, ekster, gaai, kokmeeuw en zilvermeeuw.

    Sindsdien kunnen deze vogels worden gedood na een eenvoudige melding aan het Agentschap voor Natuur en Bos. Geen antwoord 48 uur na de melding, betekent toestemming.

    Die al te vrijblijvende afwijkingsprocedure werd vorige vrijdag nog versoepeld ondanks het herhaaldelijk protest van Natuurpunt en Vogelbescherming Vlaanderen.

    Het wordt nu heel gemakkelijk om die vogels uit de weg te ruimen, zelfs al zijn deze wettelijk beschermd.

    Daarnaast zijn Natuurpunt en Vogelbescherming Vlaanderen sterk gekant tegen het gebruik van methodes zoals gas- en luchtdrukwapens, niet-selectieve vangkooien, trechtervallen en akoestische lokmiddelen. Die methodieken hebben altijd een onbedoelde impact op andere beschermde dieren en veroorzaken onnodig dierenleed.

     

    Het boek ‘De kauwentuin’

     

    De Kempense beeldende kunstenaar Achilles Cools is best tevreden met zijn tuin rond het kauwenhuis.

    In Geel, te midden van een landbouwgebied, houdt hij de biotoop van honderden dier- en plantensoorten in stand. Het lijkt wel op een wildernis, maar eigenlijk zijn de tuinen authentieke biotopen. Samen met een 60-tal kauwen woont hij in het met klimop en wilde wingerd overwoekerde kauwenhuis, vlakbij het natuurreservaat ‘De Zegge’.

    Wanneer hij de tuin betreedt, vliegen eksters, gaaien en zangvogels geschrokken op.

    Alleen de kauwen blijven. Zij kennen de kauwenvriend en aanvaarden zijn aanwezigheid in hun midden.

    Het boek is een uitzonderlijk natuurverhaal met fascinerende observaties over de manier waarop vogels met mensen en mensen met vogels omgaan: gelijkwaardig.

    Kauwen zijn echte individuen met vaak sterke persoonlijkheden. Veel van hun gewoonten doen denken aan menselijk gedrag. Ze doen ons inzien hoeveel dierlijke erfenissen de moderne mens nog in zich heeft. Te midden van al dat evenwaardig leven leert de mens zichzelf en de wereld beter begrijpen.

    Kauwen kennen liefde en haat, strikte monogamie, maar ook overspel, homoseksualiteit, hiërarchie en carrièreplanning, leugen, bedrog, diefstal, maar ook altruïsme en onderling hulpbetoon, spel, droom, apathie en frustratie.

     

    De intelligentie van het kraaienbrein

     

    Dat kraaiachtigen zeer intelligente dieren zijn, is al langer bekend. Hoe ver hun begrip gaat en welke strategische beslissingen zij nemen, blijkt nu uit wetenschappelijk onderzoek door neurobiologen van de universiteit van Tübingen.

    De probleemoplossende vermogens van kraaiachtigen zijn zeer gunstig voor hun overlevingskansen. Omdat kraaiachtigen (kauwen, kraaien, raven, eksters, roeken) zelfs gereedschap aanwenden om hun doel te bereiken, een uitstekend geheugen hebben en hun gedrag afstemmen op de verwachte reacties van soortgenoten, noemen gedragsbiologen ze ook wel ‘gevederde primaten’. Al steken de hersenen van vogels fundamenteel anders in elkaar dan die van zoogdieren, waaronder de primaten (apen en half-apen), toch lijken de breincellen, die betrekking hebben op het nemen van beslissingen, vergelijkbaar te werken.

    De vermogens van het kraaienbrein blijken onder meer uit een puzzel die kraai ‘007’ oplost in onderstaande video.

    Dr. Alex Taylor bestudeert wilde kraaien gedurende 3 maanden en laat ze daarna weer vrij.

    Hij heeft een opdracht bedacht die uit 8 stappen bestaat. De vogel analyseert snel het raadsel voor hij aan de slag gaat. Hoewel het een moeilijke opdracht is, voert hij deze stapsgewijs correct uit.

    Hoe hij uiteindelijk zijn beloning – een lekker hapje – te pakken krijgt, is wonderbaarlijk slim.

     

    http://www.piepvandaag.nl/intelligentie-kraaienbrein/












    27-01-2016 om 18:25 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    15-01-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15de editie van ‘Het Grote Vogelweekend’

     

    Geraadpleegde bron: Natuurpunt

     

    Tel zaterdag en zondag je tuinvogels!

     

    Dit weekend biedt zich een interessante editie van het 15de telweekend aan.

    Na een periode van zacht ‘herfstweer’ krijgen we toch een winterprikje te verwerken.

    Die koude golf heeft zich langzaamaan vanuit het noorden over onze contreien gespreid, wat merkwaardige gegevens kan opleveren.

     

    Natuurpunt roept iedereen op om tijdens het weekend minstens een half uur post te vatten in de tuin of vanuit een panoramische uitkijkpost de vogels te tellen.

    Het is de bedoeling dat de vogelspotters bijhouden hoeveel vogels ze tegelijkertijd te zien krijgen.

    Je vindt op www.vogelweekend.be alle informatie die je helpt bij het invoeren van je waarnemingen:

     

    ·         http://vogelweekend.natuurpunt.be/voederen/ Vuistregels van het vogelvoederen

    ·         http://vogelweekend.natuurpunt.be/vogels/ Herken de vogels

    ·         http://vogelweekend.natuurpunt.be/hoe-tel-je-vogels/ Hoe tel je de vogels?

    ·         http://tuintelling.be/vogelweekend/ Geef je telling via dit formulier door

     

    Met die data kunnen trends in de aantallen en de verspreiding van tuinvogels op grote schaal

    worden onderzocht. Daarnaast is het ook een ideale gelegenheid om mensen in contact te brengen met het fascinerende leven van onze gevederde tuinbezoekers en om het belang van voederen duidelijk te maken.

    De kans lijkt reëel dat de huismus stand houdt en de meest getelde tuinvogel blijft. Niet omdat de soort toeneemt, wel omdat de andere soorten net iets minder aanwezig lijken dit jaar. Dit geldt zeker voor zijn belangrijkste mededinger: de vink.

    Huismussenpopulaties die in een woonwijk op diverse voederplaatsen terecht kunnen, troepen in de winter steevast samen, wat een redelijke garantie biedt op een niet ongemerkt bezoek.









    15-01-2016 om 19:13 geschreven door birdy

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Laatste commentaren
  • moncler coat (caijuan83)
        op De biodiversiteit in het Zwin bevorderen
  • Fyne lente' (Louisette)
        op Vogels en renners: één strijd
  • copyright (Ho-Merris)
        op De biodiversiteit in het Zwin bevorderen
  • Kauw (Henriëtte)
        op De kauw
  • Goedemorgen,mooie blog.Wens jullie nog een fijne dinsdag toe. (Mieke)
        op M-day, een mix, magische momentopnames
  • Startpagina !

    Zoeken in blog


    Gastenboek
  • Goedemiddag blogvrienden u bent van harte welkom
  • Hallo beste Franz,prachtige foto's met omschrijving,heel interssant om te kijken en te lezen
  • Goedemiddag blogmaatje
  • Voorbeeld???
  • Ben is op bezoek geweest. (I like it)

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek




    Archief per jaar
  • 2025
  • 2024
  • 2023
  • 2022
  • 2021
  • 2020
  • 2019
  • 2018
  • 2017
  • 2016
  • 2015
  • 2014
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2005
  • -0001

    Foto

    Foto

    Over mijzelf
    Ik ben Franz Pieters
    Ik ben een man en woon in Zaventem (België) en mijn beroep is 25 jaar lkr, 2 jaar kabinetsadviseur, 2 jaar adviseur DVO, 2 jaar TOS21-projectmedew..
    Ik ben geboren op 08/05/1954 en ben nu dus 71 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: onderwijs - wetenschap & techniek - geschiedenis - natuur - muziek - lectuur - gastronomie - sport.
    2 jaar TOS21-coördinator, 3 jaar projectcoördinator ESF-projecten KOMMA, WERK PRO-OPER, LINK en nu op RUST
    Foto

    Foto

    Een interessant adres?

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Inhoud blog
  • Wetenschappelijk onderbouwd natuurbeheer is wat anders dan knaldrang
  • Een slinkende biodiversiteit heeft ook voor de mens nefaste gevolgen
  • Sinds kort broedt de steltkluut elk jaar bij ons
  • De drieteenmeeuw is onze enige echte zeemeeuw
  • De grauwe klauwier
  • Het opvallend riedeltje van de tjiftjaf kondigt de lente aan
  • Overleven: hoe doen pinguïns dat toch?
  • De Turkse tortel, één van de spectaculairste vogelinvasies ooit
  • Zwartkopje en bruinkapje
  • De zwarte kraai kiest voor een leven in de nabijheid van diervriendelijke mensen
  • Handel en stroperij brengen Europese zangvogels in gevaar
  • Grote stern, wit, zwart en geel puntje
  • Scandinavische neefjes van de vink geven de winter kleur
  • De mandarijn-eend
  • De Krakeend, vijftig tinten grijs
  • Ruzie over de Zeearenden: conservator van De Blankaart beschuldigd van nestverstoring
  • De groenling heeft ernstig last van het ‘geel’
  • Fluiters zijn bang van muizen
  • Natuurmonitoring met AI
  • Meten is weten: de staat van de natuur monitoren
  • Vogelbeschermers die de handen uit de mouwen steken
  • De draaihals, een lid van de spechtenfamilie
  • Chemische vervuilers zijn alomtegenwoordig in onze leefomgeving
  • Onze kleinste uil krijgt het kwaad
  • Ooit was de bosbouwer Vlaams, nu is hij een wereldburger
  • Het vederlicht goudhaantje
  • De witte kwikstaart profiteert van lintbebouwing
  • Werelddierendag
  • De sperwer heeft geen noemenswaardig effect op het bestand van onze tuinvogels
  • De trompetkraanvogel
  • Het waterhoen houdt er een complex gezinsleven op na
  • De lachstern, een atypische luchtacrobaat
  • Blauwdruk voor de blauwe kiekendief
  • Jenny De Laet, bezielster van het huismussentelweekend
  • Een koppel zwarte en een koppel gekraagde roodstaarten stichten elk een gezin in één nest
  • Een slangenarend in onze streken waarnemen, is geen uitzondering meer  
  • Onze bijen zullen moeten leren zelf de Aziatische hoornaar af te slaan
  • Illegale vogelvangst wordt streng aangepakt
  • De bonte vliegenvanger is geen zorgenkind
  • Wonderlijke veerkracht: deel 2: de extreemste aanpassingen van veren treffen we aan bij vogels die een extreme ecologische specialisatie hebben
  • Wonderlijke veerkracht: deel 1: verrassende inzichten over het complexe ontwikkelingsproces van veren
  • Buizerds hebben een voorkeur voor soortgenoten die er hetzelfde uitzien als zij
  • Blauwborsten zijn showbeesten
  • Met hun krachtige tenen en nagels ‘kleven’ boomklevers echt aan boomstammen
  • De kans is reëel dat je elke winter op onze stranden dezelfde drieteentjes ziet
  • Vogelbescherming Vlaanderen dagvaardt rijke kasteelheer en de Vlaamse Waterweg
  • Domesticatie behoedde onze knobbelzwanen voor uitroeiing
  • Paul en Betty, het eerste koppel zeearenden in België
  • De fuut als voorbeeld van wat een ‘perfect koppel’ kan zijn

    {TITEL_VRIJE_ZONE}

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Dropbox

    Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    kodalinefansite
    www.bloggen.be/kodalin
    Privacyverklaring van de Kille Meutel Vogelvrienden

    Algemene privacyverklaring van onze vereniging: de Kille Meutel Vogelvrienden De Kille Meutel Vogelvrienden hechten veel waarde aan de bescherming van uw persoonsgegevens. In deze privacyverklaring willen we heldere en transparante informatie geven over welke gegevens we verzamelen en hoe wij omgaan met persoonsgegevens. Wij doen er alles aan om uw privacy te waarborgen en gaan daarom zorgvuldig om met persoonsgegevens. Onze vereniging houdt zich in alle gevallen aan de toepasselijke wet- en regelgeving, waaronder de Algemene Verordening Gegevensbescherming. Dit brengt met zich mee dat wij in ieder geval: • uw persoonsgegevens verwerken in overeenstemming met het doel waarvoor deze zijn verstrekt, deze doelen en type persoonsgegevens zijn beschreven in deze Privacy verklaring; • verwerking van uw persoonsgegevens beperkt is tot enkel die gegevens welke minimaal nodig zijn voor de doeleinden waarvoor ze worden verwerkt; • vragen om uw uitdrukkelijke toestemming als wij deze nodig hebben voor de verwerking van uw persoonsgegevens; • passende technische en organisatorische maatregelen hebben genomen zodat de beveiliging van uw persoonsgegevens gewaarborgd is; • geen persoonsgegevens doorgeven aan andere partijen, tenzij dit nodig is voor uitvoering van de doeleinden waarvoor zij zijn verstrekt; • op de hoogte zijn van uw rechten omtrent uw persoonsgegevens, u hierop willen wijzen en deze respecteren. Als Kille Meutel Vogelvrienden zijn wij verantwoordelijk voor de verwerking van uw persoonsgegevens. Indien u na het doornemen van onze privacy verklaring, of in algemenere zin, vragen heeft hierover of contact met ons wenst op te nemen kan dit via onderstaande contactgegevens: Kille Meutel Vogelvrienden Watertorenlaan 59 1930 Zaventem franz.pieters@telenet.be Mobiel: 0478 55 34 59 Waarom verwerken wij persoonsgegevens? Uw persoonsgegevens worden door onze vereniging verwerkt ten behoeve van de volgende doeleinden en rechtsgronden: • om te kunnen deelnemen aan de activiteiten van de Kille Meutel Vogelvrienden; • om de uitnodigingen, verslagen, nieuwsmeldingen, … te versturen (met toestemming van de betrokken sympathisanten); • om een brede en vlotte communicatie te verzorgen binnen het netwerk van de diverse partners; • om de jaarlijkse subsidiëring door de overheid te bekomen (wettelijke verplichting); Voor de bovenstaande doelstellingen houden we volgende gegevens bij: naam, voornaam, adres, telefoon/gsm-nummer (indien beschikbaar), e-mail (indien aan ons doorgegeven) We gebruiken de verzamelde gegevens alleen voor de doeleinden waarvoor we de gegevens hebben verkregen. Verstrekking aan derden Wij geven nooit persoonsgegevens door aan andere partijen waarmee we geen verwerkersovereenkomst hebben afgesloten, tenzij we hiertoe wettelijk worden verplicht (bv. politioneel onderzoek) Bewaartermijn De Kille Meutel Vogelvrienden bewaren persoonsgegevens niet langer dan 5 jaar op hun informaticasystemen. Beveiliging van de gegevens Wij hebben passende technische en organisatorische maatregelen genomen om persoonsgegevens van u te beschermen tegen onrechtmatige verwerking, zo hebben we bv. de volgende maatregelen genomen: • we hanteren een gebruikersnaam en wachtwoordbeleid op al onze systemen en cloud-toegangen; • de toegang tot de persoonsgegevens is beperkt tot de bestuursleden; • wij maken back-ups van de persoonsgegevens om deze te kunnen herstellen bij fysieke of technische incidenten; • onze bestuursleden zijn geïnformeerd over het belang van de bescherming van persoonsgegevens. Uw rechten omtrent uw gegevens U heeft recht op inzage en recht op correctie of verwijdering van de persoonsgegeven welke wij van u ontvangen hebben. Bovenaan dit privacy statement staat hoe je contact met ons kan opnemen. Tevens kunt u verzet aantekenen tegen de verwerking van uw persoonsgegevens (of een deel hiervan) door ons of door één van onze verwerkers. Klachten Mocht u een klacht hebben over de verwerking van uw persoonsgegevens dan vragen wij u hierover direct met ons contact op te nemen. U heeft altijd het recht een klacht in te dienen bij de Privacy Commissie, dit is de toezichthoudende autoriteit op het gebied van privacy bescherming. Wijziging privacy statement Onze vereniging de ‘Kille Meutel Vogelvrienden’ kan zijn privacy statement wijzigen. Van deze wijziging zullen we een aankondiging doen op onze website. De laatste wijziging gebeurde op 22 mei 2018. Oudere versies van ons privacy statement zullen in ons archief worden opgeslagen. Stuur ons een e-mail als u deze wilt raadplegen.


    Laatste commentaren
  • moncler coat (caijuan83)
        op De biodiversiteit in het Zwin bevorderen

  • Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs