De spanning was te snijden .
Ik was zo bang voor de beslissing die zou genomen worden en die waarschijnlijk mijn verdere toekomst zou bepalen .
Zowel mijn ouders, als ik hadden al een gesprek gehad met de begeleiding .
Mijn ouders waren nog steeds van het idee dat een kind thuis hoorde te zijn en moest luisteren .
Alle spieren in mijn lichaam stonden gespannen en een gevoel van angst overviel me .
Ik probeerde mijn zenuwen onder controle te houden en niets te laten merken .
De uren leken voorbij te kruipen tot uiteindelijk iemand me kwam vertellen dat ik niet terug naar huis moest .
Er was een plekje vrijgekomen in een soort tehuis in Edegem.
Het zou voor een langere tijd zijn en ik zou een eigen kamer krijgen .
Ik kon wel huilen van opluchting !
Een intake gesprek met de mensen van het tehuis vond plaats de week erop .
Ik werd met de wagen naar daar gebracht samen met een begeleider .
Het tehuis zag er niet uit zoals ik het me had ingebeeld . Een beeld zoals dat van in de films was het gelukkig niet .
Dit huis zag er heel normaal uit, een oud herenhuis met een stenen trapje naar de voordeur en een ijzeren vlinderen erop deed verwijzen naar de naam " de vlinderkens " .
Ik werd warm onthaald door mensen die er werkte . Een team van toegewijde begeleiders die uiteraard ook erg benieuwd waren naar de nieuweling .
Iemand deed de rondleiding en stelde zich voor als mijn individuele begeleidster.
Zij zou de taak op zich nemen om gesprekken met mij te voeren over de moeilijkheden waarmee ik te kampen had in mijn verleden.
Op het gelijkvloers was er de leefruimte waar een grote eettafel stond met een 10-tal stoelen aan , een salon en een televisie.
Ook een kleine maar practische keuken, een vergaderzaal en een lokaal waar de begeleiding vaak gesprekken deden met de jongeren en hun collega's.
Een houten trap leidde naar het eerste verdiep waar de jongenskamer waren en een kamer waar de begeleiding kon slapen , ook een grote badkamer met een bad en douche.
Op het 2de verdiep waren de meisjeskamers en zo ook mijn kamertje met uitzicht op de grote tuin .
De kamer op zich was niet echt groot , hoogstens 4 meter lang en 2 meter breed maar ze was praktisch ingedeeld met een bed , bureau en een ingemaakte kast . Meer had ik uiteindelijk niet echt nodig .
Op het gelijkvloers was ook nog een trap naar beneden waar een kleine douche was voor de meisjes en nog een andere deur waar zich de wasplaats bevond met een wasmachine, droogkast en een soort van voorraadkast met shampo, tandpasta, tandenborstels enz .
Het leek allemaal heel huiselijk ingericht en dit gaf me bijna instant een warm gevoel.
Ook de jongeren die op dat moment aanwezig waren leken nieuwsgierig naar mijn komst .
Het was een tehuis voor jongeren tussen de 14 en 18 jaar oud.
Ik zou 1 van de jongste zijn daar tussen een groepje dat elkaar duidelijk al enige tijd kende .
Toch zag ik het helemaal zitten om een nieuw hoofdstuk in mijn leven aan te gaan en nam ik me voor om me stelselmatig te gaan openstellen .
Een kleine week later stond ik met mijn koffers klaar om te vertrekken .
Ik nam afscheid van de jongeren en de begeleiding van het orientatie-observatie centrum.
Ondanks alles ,was verandering voor mij nog steeds niet iets waar ik naar uitkeek , maar ik hoopte echt dat dit de laatste maal was dat ik een koffer moest inladen .
Mijn intrede in de Vlinderkens, verliep in het begin niet van een leien dakje .
Zo had ik vrij snel al ruzie met een meisje waardoor de spanning hoog kon oplopen.
Elke jongere had zijn of haar eigen rugzakje/verleden waardoor er bij elke nieuweling gezocht moest worden naar een ander evenwicht binnen de groepsdynamiek.
Maar naarmate we elkaar beter leerde kennen , werden we een hechte klik samen .
Het warme gevoel dat ik eerder bij dit tehuis ervoer, komt omdat er alles wat wat mijn hartje negeerde .
De jongeren zag ik als mijn broers en zussen .
De begeleiding als familieleden .
Er kon gepraat worden over eender welk thema , zolang het maar met wederzijds respect gebeurde .
Dit werd mijn nieuwe thuis en zo kijk ik er tot op heden nog steeds op terug !
Els kwam in die periode ook wel eens op bezoek .
Ik vond het ongelofelijk dat ze speciaal tijd met mij spendeerde en benieuwd was naar de nieuwe omgeving waar ik vertoefde .
Het weerzien met haar was telkens heel intens .
Ik kon haar wel om de hals vliegen van blijdschap en wou haar nooit meer loslaten .
Stilletjes hoopte ik dat ze me zou adopteren .
Boeken zoals die van Roald Dahl genaamd Mathilda , een boek waarin een meisje slechte ouders heeft en uiteindelijk geadopteerd wordt door haar juf , gaven hoop.
In de week gingen de jongeren net zoals ik naar school.
Sommige namen de bus hiervoor , weer andere de fiets .
'S ochtends zaten we dan gezellig met z'n allen aan een grote tafel te ontbijten of simpelweg een tas koffie te drinken.
Daarna ging ieder zijn eigen weg om dan rond het avondmaal weer samen te zijn .
In het weekend gingen er vele elders overnachten.
Sommige bij vrienden, weer andere bij familieleden.
Ik koos ervoor om zo goed als elk weekend bij mijn oma te verblijven .
Als ze me kwam ophalen, was het telkens een warm weerzien .
Ik kon honderduit vertellen over alles wat ik die week had meegemaakt of soms zelfs had uitgespookt samen met andere jongeren .
Mijn oma woonde niet zo ver van mijn ouders af .
Wat maakte dat het me telkens wel ongerust maakte of ik hen zou tegenkomen .
Mijn oma is de moeder van mijn vader en aangezien hij ( zoals mijn moeder het altijd noemde) een echt mama's-kindje was , zat die kans er wel eens in.
De band tussen mijn moeder en mijn oma was vaak moeilijk .
Mijn moeder verweet haar dat ze haar dochter inpikte, dit terwijl zij degene was die me er steeds dropte .
Ik kon niet vatten dat ze dan verwachtte dat we geen goede band zouden krijgen .
Mijn oma op haar beurt had altijd graag een dochter willen hebben , maar kreeg 2 zonen.
Ik was de eerstgeboren kleindochter binnen de familie en onze karakters ( beide waterman ) paste goed bij elkaar .
Toch kan ik niet zeggen dat ik mijn oma op mijn manier als moeder heb ervaren .
Ik zag haar eerder als een hartsvriendin, iemand bij wie ik ten alle tijde mezelf kon en mocht zijn .
Ik kon bij haar ventileren over mijn frustraties , kwaadheid en angsten .
Maar over het gemis van een moeder heb ik nooit iets losgelaten .
Ik denk dat we beide wel wisten en aanvoelde dat de situatie thuis niet zorgeloos verliep.
Tijdens vakantieperiodes in de Vlinderkens, werd er vanalles
georganiseerd .
Zo gingen we met de hele groep op kamp met tenten , speelden we spelletjes , maakte we een fietstocht of gingen we kano-varen.
Ik had er de tijd van mijn leven en ondanks de moeilijkheden die ik emotioneel nog had , dacht ik dat alles wel een plekje zou krijgen .
Ik was inmiddels 15 jaar geworden ,
Wat kon er misgaan?
Wordt vervolgd ...
|