De Vaamsche tale
Guido Gezelle
De Vaamsche tale is wonder zoet,
voor die heur geen geweld en doet,
maar rusten laat int herte, alwaar,
ze onmondig leefde en sliep te gaar,
tot dat ze, eens wakker, vrij en vrank,
te monde uit, gaat heur vrijen gang!
Wat verruwprachtig hoortoneel,
wat zielverrukkend zingestreel,
O, vlaamsche tale, uw kunste ontplooit,
wanneer zij t al vol leven strooit
en vol t onzegbaar schoon zijn,
dat, lijk wolken wierooks, welt
uit uw zoet wierookvat!
***
Uit : De
vermakelijke spraakkunst
Jacop van Lennep
(1802-1868)
Geen Engelsch, Duitsch of Fransch,
Geen Russisch of Japansch,
Verwint in zwier of praal
De Nederlandsche taal.
Hoewel haart noodlot bant
In t enge moederland
En zij haar schatten nooit
Naar buiten om zich strooit,
Hoewel haar ieder schrijft,
Al naar de wind hem drijft,
Haar, als een wassen neus,
Naar eigen gril en keus,
Verfonfaait en verdraait
-Hetgeen haar niet verfraait-
Hoewel schier iedereen,
Geleerde en brekebeen,
Haar ongepermitteerd
Mishandelt en verneêrt,
Toch blijft ze ons eerbiedwaard,
Toch, ons de liefste op aard;
(
)
|