Van 9 tot en met 23 april trokken we door Oeganda.
Eric Vanthournout
Joost Staelens en Liliane De Pessemier
Frank Degraeve en Dorine Missiaen
Lees hieronder het volledig verslag.
Vanaf nu plaatsen we ook dagelijks foto's bij de tekst, naargelang die bewerkt en klaar zijn.
Veel leesplezier.
Eric
Dag 1: vlucht Zaventem - Entebbe
zaterdag, 9 april 2011
Na maanden voorbereiding met o.a. boekjes maken met alle gegevens over het land en de te bezoeken parken, steden en dorpen, het scannen van landkaarten, mailen naar onze reisorganisatie Great Lakes Safaris met de verantwoordelijke Miranda, het aankopen van tickets om te vliegen met Brussels Airlines en dure pillen tegen de malaria die Dorine in Frankrijk heeft gekocht na het bezoek aan 3 Franse apotheken
is de reis eindelijk aangebroken. (Eric)
Oei, Oei, het begint al moeilijk, maar alles verdwijnt als sneeuw voor de zon. Frank is vanaf gisteren weer de oude. Hij poetste het gehele huis samen met zoon en vriend! Wat een aangename verrassing voor Dorine tot
zij s morgens afscheid wou nemen van Hannes! Ze stond met haar voetjes in het water; een gesprongen leiding? Of een fles water omgegooid (denkt Frank) na
(Lilianne)
7.15 u. Ik ben de laatste om opgehaald te worden aan huis. Met het ganse gezelschap brengt de bestelwagen ons naar Zaventem: Joost en Liliane, Frank en Dorine en Eric.
VLUCHT ZAVENTEM - KIGALI - ENTEBBE
8.30 u. Wat een drukte in Zaventem, niet verwonderlijk, het is het begin van de Paasvakantie. Na wat aarzelend zoeken wat we met onze computerprints moeten aanvangen komen we bij Gate 1 terecht. Vandaar sturen ze ons naar Gate 4. We worden tamelijk snel bediend en me mogen de 5 valiezen samen zetten. Gelukkig maar, want ik ben toch zwaar gepakt, extra fototoestellen, statieven, batterijen, omvormer van sigarettenaansteker naar 220 Volt, verlengsnoeren
In totaal hebben we voor de 5 personen maar 88,5 kg bagage. We mogen ook maar 1 handbagage mee hebben en het moet ook gewogen worden. Gelukkig kan Liliane mijn fototas ter hand nemen, anders zat ik alweer in de miserie. De nu de allereerste keer dat ik weet dat de handbagage ook een label krijgt. (Eric)
Enfin, aangekomen in Zaventem met Marcel van Mimi (n.v.d.r. Mimi is de zus van Joost), (straf wel bedankt) ingecheckt, maar dan
iedereen zat verspreid. Jammer, jammer, jammer, maar
ook hier viel alles weer op zijn pootjes, bleek dat iedereen zo zat en door de hulp van lieve vriendelijke hostessen werden we weer verenigd! Goed, goed en een pluim voor SN Brussels Airlines. (Lil.)
De vlucht was gepland om 10.40 u. We begeven ons naar Gate T68, nogal heel ver. We vinden nog de tijd om een koffie om frisdrankje te drinken. En zo bereiken we de instapplaats. Voor we instappen krijgen we nog een krant. Wat een geluk, t is Het Nieuwsblad, editie Kortrijk - Menen. En dan nog met twee van mijn fotos. Tegen 10.15 u. hebben we onze plaats gevonden en ons geïnstalleerd. En heel stipt, enkele minuten erna, taxiet het vliegtuig naar de startbaan. Het vliegtuig wordt geleid door een vrouwelijke gezagvoerder, Mevr. Vandenbosch.
Precies om 11.00 u. klimt het vliegtuig de hoogte in. Op de televisieschermen kunnen we de gegevens volgen: afstand tot bestemming: 6367 km. We zien de hoogte toenemen, de snelheid opdrijven en de buitentemperatuur dalen
(Eric)
Zitten nu op het vliegtuig aan het aperitief. Eric witte wijn, Joost gin-tonic, Frank: pintje en Dorine cola en ik een cavaatje (moet kunnen hé?)
Na een lekkere lunch: Joost: kabeljauw, prei, puree. Liliane en Eric: beef, rijst (heel lekker) en boontjes, genieten we van het leuke en boeiende gesprek tussen Eric en zijn reisgenote (21 jaar, studente industriële ingenieur aan de HoWest). Inmiddels is dit meisje al volledig ondergedompeld in Erics leven: zijn reizen, zijn familiesamenstelling, zijn ganse leven! Grappig, grappig.
Joost zit volledig ondergedompeld in zijn Oegandaliteratuur en ik ga seffens de ogen dicht doen! We vliegen momenteel op 11 km hoogte aan een snelheid van 885 km/u. op -58° C ter hoogte van Alexandrië en 4000 km. Boeiend niet. (Liliane)
Heb net een fotosessie achter de rug. Voor een keer waren wij niet de modellen, maar de fotografen (héhé, hihi). Eric en Eva stonden model, alhoewel zij van zichzelf vindt dat ze een lelijk model is, valt dat heel erg mee.(Liliane)
16.15 u. Eric is niet te houden!! Hij kan het niet laten om fotos te nemen o.a. t personeel die friscos uitdeelt, van hemzelf die een frisco aan t likken is
en wat hij allemaal nie aan t regelen is om nog bij te doen bij onze 15-daagse reis
met een jonge deerne die naast hem zit tijdens de vlucht. Dus dat belooft
aan verrassende momenten zullen we geen begeven in het midden gebrek hebben met Eric in ons gezelschap!! En dat Joost uiteindelijk maar vliegtuigreizen moet meemaken om zijn zeiltechniek nog beter op punt te stellen
een betere plaats dan hier kan hij zich niet veroorloven om k weet nie wat van windtoestanden, knopen, e.d
dus
je ziet wel, een lange vlucht kan toch meevallen!! Socializing, studeren
17.40 u. Liliane had het eventjes te warm?? Hoe zou dat komen? t Was wel niet te doen waar ze zich bevonden op het vliegtuig
30° en puffen maar!! Eric doet zijn ronde op het vliegtuig om wat af te koelen !! Blijkbaar heeft de airco het begeven in het midden van het vliegtuig. Frank en ik hebben meer chance !! We zitten aan de staart van het vliegtuig en het is werkelijk frisser. (Dorine)
KIGALI - RWANDA
Het is precies 19.00 u. wanneer het vliegtuig landt in Kigali, de luchthaven in de hoofdplaats van Rwanda. Een aantal passagiers moeten uitstappen en anderen zullen er op komen om de verplaatsing naar Entebbe, nog 338 km te maken. Maar deze ligt in een andere uurzone en daar is het nu reeds 20.00 u.
Om 20.20 u. is alles klaar om opnieuw op te stijgen., maar eerst wordt het vliegtuig ontsmet. Met sprays lopen de hostesses van achter naar voor. Dat is om eventuele aanboord gekomen muggen en ander ongedierte te verdelgen. De aangekondigde vluchttijd bedraagt 35 min. (Eric)
ENTEBBE OEGANDA
Het is 20.55 u. wanneer we landen in Entebbe, tijd om ons uurwerk een uurtje verder te draaien. 22.00 u. Het verlaten van het vliegtuig gaat snel, maar dan
zon lange rij wachtende voor ons. Ondanks het feit dat we reeds een Visum hebben, duurt het even langs. Plots komt er een strenge dame van de Immigrationdienst en doet iedereen op 1 recht lijn staan. One line plaese. De controle op zich duurt voor ons niet zo lang, netjes lachen naar de camera om een foto te laten maken en weg zijn we, de bagage tegemoet. Ook dat lukt vlot en eenmaal het luchthavengebouw uit, staat de man van ons reisagentschap er ons op te wachten.
We worden vriendelijk verwelkomd en alle bagage wordt achteraan in een grote jeep geladen. Het is inderdaad een grote wagen. Groot ja, gelukkig maar, we zullen er de komende twee weken ons thuis van maken, 3 rijen banken
En zo rijden we onze eerste verblijfplaats Airport Guest House Entebbe tegemoet. Na een tiental minuutjes rijden, het laatste gedeelde over een hobbel-de-bobbelweg, bereiken we in het pikdonker onze verblijfplaats. We krijgen het gehele programma voorgeschoteld (wat we al lang uit het hoofd kenden) en moeten dan betalen. Dat duurde nog het langst van al. Het duurde een eeuwigheid vooraleer de dame begreep dat we ieder afzonderlijk wilden betalen. Dan telde ze uiteraard het geld na, maar de 100 dallarbriefjes die te oud waren wilde ze niet. Geld van voor het jaar 2000 wordt niet aanvaard. Toen ze het geld natelde klopte het niet, er was 100 dollar te weinig. Liliane kreeg het op haar heupen, nog even hertellen, er was maar 50 dollar meer te kort. Bij het nogmaals hertellen (die nieuwe briefjes kleven zo gemakkelijk) werd de laatste 50 dollar ook gerecupereerd. Zo konden we eindelijk om 24.30 u. naar ons logement. Slaapwel, want morgen moeten we vroeg het ontbijt nemen. Het vertrek is om 7.30 u. gepland. (Eric)
Dag 2: Entebbe - Kampala Murchison Falls National Park
zondag, 10 april
Om 5.50 u. besluit ik maar van onder het net vandaan te komen, te douchen en me klaar te maken. Tegen 6.30 u. kan ik in de ontbijtruimte het verslag afwerken en om 7.00 u. zitten we allen aan tafel. Eerst krijgen we een potje met een minibanaantje en wat stukjes verse ananas. Ondertussen bestellen we een pannenkoek met kaas, twee pannenkoeken met banaan, een Frensh toast en een omelet. Een heerlijk ontbijt om onze eerste Oegandadag te beginnen. De koffie daarentegen is gewone oploskoffie.
Tegen 7.30 u. laden we de bagage in de Toyota. Nog even zien naar de dans van de duizenden muggen, de duizendpoot die wegkruipt en de prachtige bloementuin en weg zijn we. De klok duidt 7.45 u. aan.
DRUKTE IN KAMPALA
Na de eerste bocht bevinden we ons onmiddellijk in Oegandese stemming. Verschillende huizen, druk verkeer
. We schieten plaatje na plaatje, want het beschrijven is heel moeilijk hoe de mensen er langs de straat handel drijven, hoe ze rijden
Zo bereiken we na een 20-tal km de buitenwijken van Kampala. Omdat het zondag is, is het verkeer nog te doen, zegt onze chauffeur Henri. En toch zijn er tientallen, misschien wel honderden taxis die er als mieren dooreen slalommen. Ook heel veel winkels zijn open. We stoppen aan een apotheek. Ondertussen kan ik nog wat beelden schieten in de straat. En dan trekken we de weg op naar het noorden, een zeer mooie, vlot lopende asfaltweg. Bedoeling is tegen de middag in Masindi te zijn.. We hebben ogen te kort om alles langs de weg gade te slaan, de mensen, de huizen, de activiteiten
Geregeld zien we ook plaatsen waar stenen worden gebakken. Heel vaak zien we mensen met hun allerbeste kleurige klederen aan naar de kerk trekken. Oeganda is voor het overgrote deel katholiek. Aan een grote fruitshop houden we even halt. Henri wil voor ons een tros kleine banaantjes kopen. Ondertussen genieten onze dames van de babys. Ze leveren ook leuke fotos op. Wanneer we opnieuw aan het rijden zijn, vertelt Henri dat bananen het basisvoedsel zijn voor die streek. Zoals wij aardappelen eten, eten zij bananen. Een grote tros, daarmee kan een gemiddeld gezin een drietal dagen verder. Bananen worden het gehele jaar door geplant. 6 à 7 maanden later zijn de vruchten klaar voor consumptie en daarna moeten de bananenplanten afgekapt worden. Bananen kunnen slechts eenmaal vrucht voortbrengen, daarna worden nieuwe bananenplanten geplant.
MASINDI
Het is precies middag wanneer we halt houden aan een restaurant in Masindi. We bestellen Talapiavis met rijst of frieten. Onze chauffeur vertelde dat die vis in het Victoriameer leeft, vandaar dat we daar mee gestart zijn. Overheerlijk.
Tegen 13.15 u. zijn we opnieuw aan het bollen. De eerste straat rechts en we zitten op een gewone aardeweg. De aarde heeft hier wel een heel rode kleur. Die aardeweg bolt ook bijzonder goed. Tegen 14.00 u. bereiken de gate die toegang geeft tot het Murchison Park. Henri zorgt dat de nodige formulieren en betalingen in orde worden gebracht. Nu is het wel wat hobbel- de bobbel en af en toe is de weg wel heel slecht. Aanvankelijk zien we nog geen dieren, af en toe wel bavianen (baboons), maar die zijn heel schuchter en vluchten telkens weg. Naarmate we vorderen zien we nog heel wat dieren, maar telkens we de ramen open draaien om fotos te nemen, worden we bestookt met binnendringende grote vliegen. Zo zien we wrattenzwijnen, Oegandese kobs (te vergelijken met impalas), waterbucks en een kudde buffels. Plots merkt de chauffeur op de weg een kameleon en kan nog tijdig stoppen. Het is leuk te zien hoe die met een ritueel van de ene poot vooruit, de andere omhoog traag vooruitstapt en zich leuk laat fotograferen. We hebben een prachtig vergezicht over het machtige park. Wanneer we de zijweg naar de watervallen inslaan verslechterd de weg nog. Het gaat voortdurend op en neer, van links naar rechts om de grootste putten te vermijden.
MURCHISON FALL
Even voor 16.00 u. bereiken we de hoogte en meteen de parking aan de waterval. Wat een prachtig natuurschouwspel! Het water dondert naar beneden, stuift op, vormt een regenboog
We hebben ogen te kort om het donderend watergeweld te aanschouwen. We genieten van het gebeuren, maar het is wel snikheet. We puffen ongehoord bij de minste beklimming.
Na het schouwspel keren we het stuk weg terug tot aan de splitsing. We houden nog even halt voor de troep buffels. Die is nu dichter bij de weg gekomen. Buffels zien niet zo goed, vandaar dat de leider enkele stappen naderbij komt.
Zo bereiken we opnieuw de hoofdweg en wanneer we tientallen maraboes op een boom bemerken, zijn we aan onze overnachtingplaats, het Red Chilli Rest Camp. Ondertussen is het 17.30 u. geworden. Het is genieten van het vergezicht vanuit een zeteltje onder een houten afdak met een lekkere frisse pint.
We bestellen ons avondmaal, want dat moet vooraf gebeuren aan de bar: aardappelen met kip en suikerboontjes. We trekken gepakt en gezakt ons terug in onze huisjes. Het zijn mooie ronde gebouwtjes, gelukkig hoeven we niet in een van die vele opgeslagen tentjes te overnachten. Wij hebben ten minste een douche, en alhoewel die enkel koud water uit de kranen laat lopen, het is een welkome verfrissing op ons oververhitte lichaam.
Tegen 19.30 u. worden we verwacht voor het avondmaal. Nog wat napraten en tegen 20.15 u. trek ik me terug om wat aan de fotos en tekst te werken. Maar overmand door vermoeidheid leg ik me om 21.15 u. te slapen onder het muskietennet. Slechts een paar wakker geworden en precies dan valt de elektriciteit uit, want de electrogroep houdt op met draaien.
Dag 3: Murchison Falls National Park
maandag, 11 april
DE NIJL OVER
We moeten er vroeg bij zijn deze morgen. Zonder elektriciteit verlaat ik het bed om 5.50 u. Gelukkig ben ik goed voorzien van de nodige lampen en kan ik me toch deftig scheren en alle gerief klaar maken.
Tegen 6.20 u. staan we aan de bar om een koffie te drinken en ons bestelde ontbijtpakket op te halen. Zo zijn we klaar om met de wagen enkele honderden meter verder te rijden. Na het betalen van de nodige bijdrage gaat het bareel open en mogen we tot aan de overzetpont. Ondertussen is ook onze ranger Geoge zich bij de groep komen voegen. Het is een goedlachse man, met een oud geweer bewapend. De zon verschijnt over de Nijl. Wat een prachtig gezicht met de proestende nijlpaarden in het water. De overzet vertrekt voor tijd en hij is pas enkele tientallen meter ver, of hij mag op zijn passen terugkeren om nog een wagen en tal van arbeiders mee te nemen. Ja, dat komt er van wanneer je voor tijd vertrekt.
GAME DRIVE IN HET MURCHISON FALLS NATIONAL PARK
Eenmaal de overkant bereikt begint de tocht doorheen het Murchison Falls National Park. Aanvankelijk zien we niet zoveel dieren, behalve enkele bavianen die schichtig weglopen. Toch ontwaren we plots een eenzame olifant en een buffel. Naargelang we vorderen over de hobbelige wegen zien we meer en meer dieren. Een tankwagen is in een greppel beland. In de grasvlakten zien we zelfs honderden en honderden antilopen, in alle maten en soorten: Uganda Kobs, waterbucks, hartebeesten
Ook meer en meer giraffen verschijnen ten tonele en ook massas buffels. De begroeiing is ook sterk afwxisselend, groene vlakten, vlakten met bomen en struiken, droge grasvlakten
Ook een vliegveld en een militair domein zijn er onder gebracht. We mogen daar geen fotos nemen. Ja, ze moeten me juist dat zeggen. Een militair domein, enkele schamele hutjes bijeen en een vliegveld, een omheinde grasvlakte kleiner dan het voetbalveld van Rekkem Sport. Na heel lang rijden verlaat Henri, onze chauffeur, het pad en rijdt tussen struikjes door. Onze ranger George wil op zoek gaan naar leeuwen, hij hangt buiten aan de wagen. Aanvankelijk zien we er geen. Ze (onze wagen en deze van Matoke Tours met uit Roeselare afkomstige Vlamingen) maken rechtsomkeer en rijden via een andere kant achter de struiken door. Daar staan heel wat stadige giraffen. Plots verschijnt er een jonge leeuwin en die gaat zich wat verder neervlijen. Wat later verschijnt er nog een leeuwin en gaat zich naast de andere leggen. Wat een schouwspel. Ook een derde leeuw komt ten tonele, volgens onze ranger is het de moeder. Ze blijft onbeweeglijk staan, ze heeft de wrattenzwijnen in het oog. Dan wordt de wagen gestart en rijden we tot vlak voor de leeuwen. Ze verroeren van geen vin en geven ons de kans prachtige fotos te maken van zo dichtbij. Snel, zegt onze ranger, want wat we doen, mogen we niet en kan ons een flinke boete opleveren. Vooraleer verder te rijden, kraakt onze ranger een takje van een struik en legt het op de weg. Het is een teken voor de andere rangers dat daar leeuwen te zien zijn.
Zo rijden we verder tot aan het Albertmeer. Er zijn heel veel nijlpaarden te zien en ook drie soorten watervogels. De nijlpaarden zitten opeen gepakt. Wanneer ik nader naar de watervogels toetrek om fotos te maken, vliegen ze op. Wat een schouwspel.
Zo is het ondertussen al 9.15 u. geworden, tijd om ons ontbijtpakje aan te spreken. Een boterhammetje met kaas en een met ham
Welke Belg kan er zeggen dat hij een ontbijt heeft genomen aan het Albertmeer met in de achtergrond een kudde nijlpaarden?, merkt er een van ons gezelschap op.
Om 9.30 u. is het tijd om de terugweg aan te vatten. Weer zien we heel wat dieren en wanneer we fotos wensen, moeten we maar roepen om te stoppen. Zo zien we hoog in een boom een prachtige visarend. De antilopen en giraffen, we hebben ze in grote getale. Het grote probleem zal opnieuw zijn die honderden fotos te sorteren
Tegen 11.00 u. zijn we opnieuw aan de overzet om de Victorianijl over te steken. Een paar honderd meter verder zijn we opnieuw aan het Red Chilli Restkamp. We zijn de enigen die er zijn deze middag. Eric heeft verschrikkelijke rugpijn enkan nog moeilijk rechtop. Gelukkig is Dr. Joost er, en met enkele manipulaties is de rugwervel terug op zn plaats gezet. We genieten in de schuwduw van het afdak van een frisse pint en bestellen ons middagmaal: 5 maal vol-au-vent. We vragen er ook 5 desserts bij, maar als ze alles bij elkaar leggen hebben ze er maar 3 meer in voorraad. En terwijl we aan het eten zijn komen zowaar twee wrattenzwijnen snuffelend op ons af. Daarna is het genieten van een siësta, voor mij betekent het wat tijd om aan de fotos en het verslag te werken, want alles moet up-to-date worden ingevuld, zoniet vergeet je de helft.
NIJLCRUISE
Tegen 14.00 u. staan we klaar aan de wagen. We lopen er allen licht gekleed bij, zon verzengende hitte. Op het water zullen we zeker geen trui van doen hebben en goed insmeren tegen de ongenadig brandende zon is meer dan nodig.
Het is een klein bootje, maar wanneer hij aan de andere kant nog enkele Belgen uit Roeselare oppikt (diezelfde van deze morgen) en enkele Amerikanen, is het snel vol.
Langzaam vaart het bootje langs de groene oevers. We zijn pas gestart of we zien reeds 4 grazende olifanten, twee volwassen dieren en twee jongeren. Ze slokken pakken fris groen van de Nijloever naar binnen, rustig voortstappend en zien niet naar ons om. We varen verder. Het is de ene kudde na de andere nijlpaarden die we op onze vaart tegenkomen: de ene trekt al eens zijn muil open, de andere veert eens recht,
Onze bootgids wijst ons ook de vele vogels aan: de Kingfisher,
Op een bepaald moment snelt het bootje naar de overkant. De bootsman heeft een grote krokodil gezien. We naderen, maar onze dames schrikken, gillen, en
de krokodil spurt het water in.
En zo varen we steeds verder en verder, genietend van het water, de natuur, de zon
Na meer dan 2 uur varen bereiken we de Murchisonwaterval, het doel van onze tocht. De gids verwittigt ons dazt we de handen binnen de boot moeten houden, want we varen door de krokodillenpoel. Hier bemerken we inderdaad heel veel krokodillen. Dat komt omdat daar heel veel vis kan verorberd worden. De vissen die bovenaan de waterval worden meegesleurd overleven het niet en komen dood beneden terecht en worden dus een gemakkelijk geserveerd maal voor de krokos. De boot blijft op een veilige afstand van de waterval en legt aan op een rots midden de rivier. We mogen de boot verlaten en van op de rots kunnen we kiekjes maken.
Daarna is het tijd om de terugtocht aan te vatten. Het is reeds 16.45 u. Nu gaat het wat in sneller tempo, maar het is nog een hele vaart terug. Het water spat verfrissend tegen ons aan. Af en toe wordt de vaart verminderd om toch nog iets gade te slaan. En zo bereiken we om 17.45 u. onze oever. De tocht zit er op. Een echt geslaagde dag, een rustige gamedrive in de voormiddag en een verfrissende Nijlcruise in de namiddag?
We wandelen te voet terug naar ons Restcamp op enkele honderden meter van de Nijl. De schuwe bavianen maken zich snel uit de voeten van de weg. We genieten van een frisse Nile (das een ½ liter Oegandees bier) en bestellen ons avondmaal voor 20.00 u. De ene houdt het bij vegetarisch maal met pasta, anderen bij kip met rijst en ik houd het bij rundsvlees met puree.
Nog wat napraten, een douche nemen, avondmalen, weer wat praten en fotos en verslagen maken
zo zit dag 3 er op.
Dag 4: Murchison Falls National Park Fort Portal
dinsdag, 12 april
Afspraak om te vertrekken is vandaag 7.00 u. Om 6.00 u. wippen we uit het bed, maar aangezien er s morgens geen elektriciteit wordt geproduceerd op de kampplaats, is het behelpen met de zaklamp. Scheren, wassen, bagagezak maken,
alles gebeurt met de zaklamp. Maar tegen 6.30 u. is het stilaan aan het klaar worden en gelukkig maar, we kunnen nog een grondig controleren of we niets lieten slingeren.
We slurpen een superhete kop koffie aan de bar, de bagage wordt geladen en tegen 7.10 u. zijn we op route. Al snel verlaten we het park via Bugungu Gate (7.20 u.). De aardeweg leidt doorheen verschillende dorpjes en langsheen de weg lopen tientallen kinderen in mooie, kleurige uniformpjes naar school. Wat een massa kinderen, ze komen van alle zijkanten de weg op. In het volgende dorpje is het weer van hetzelfde, maar nu in een ander uniformkleur. We zien een school met honderden joelende kinderen, terwijl anderen nog langs de weg aan het naderen zijn. Aan putten in de weg en stof is er geen gebrek. En ook de baboons zijn opnieuw op de afspraak. Bovenaan een heuvel houden we halt om te genieten van een mooi vergezicht. De vele fietsers met enorme ladingen trekken te voet naar boven of donderen vervaarlijk naar beneden. Opvallend is dat de trappers van de pedalen slechts uit de spil bestaan. Een man maakt zelfs met zijn enorme last houtskool een buiteling en Liliane en Dorine snellen ter hulp om hem opnieuw recht te trekken. De andere is ook een sukkelaar, een T-shirt vol gaten. Omdat hij zich gewillig laat fotograferen besloot ik maar mijn twee T-shirt van de voorbije dagen aan hem weg te geven. Die man was zottekontent en dat zijn er al 2 minder die Bea niet meer moet wassen. De sukkelaar wipte zijn fiets op en door de steile afdaling belandde hij ook op de grond. Hoe geraken die mensen in godsnaam die berg beneden? Echt bewonderenswaardig!
Tegen 9.45 u. bereiken we Hoima, een tamelijk grote stad. In het Kolping Hotel kunnen we genieten van een lekker ontbijt, geserveerd in de tuin. Ondertussen is de tuinman van dienst in uniform de gevallen bloemblaadjes aan het oprapen. Maar hij had pech, de felle wind zorgde voor een nieuw tapijt. Herbeginnen is de boodschap. Zo heb je hier in Oeganda werk van s morgens tot s avonds, blaadjes rapen hier, blaadjes rapen daar, blaadjes rapen overal.
Ondertussen worden de gebakken eieren met lekkere worstjes en tomaat geserveerd.
Tegen 11.15 u. kunnen we verder rijden, maar
we willen eerst een bank bezoeken om geld te wisselen, we hebben nog steeds geen Oegandese shilling. Buiten aan de deur worden we eerst gescand of we geen bankoverval willen plegen. Dan naar een eerste bediende aan een bureel. Het nummer van het bankbiljet wordt genoteerd, mijn telefoonnummer,
Als alles klaar is, is het dan aanschuiven in de wachtende rij om het geld te krijgen. Daar worden de papieren nogmaals ingetikt in de PC. 20 min. om 50 US-dollar te wisselen. Zo zijn Dorine en Liliane ook in de bank aangekomen. Pech voor Dorine, allemaal kleine coupures, zodat de man zich gek moest schrijven om al die nummers van de bankbiljetten te noteren. Ondertussen trekken Joost en Eric op zoek naar een computermuis, want zijn PC-muisje was kapot. Na zoveel zoeken in winkeltjes , vinden ze uiteindelijk een flashy-muis bij een Indiër in Afrika voor 20.000 US. (Liliana en Dorine zijn er zot van). Die twee vrouwen waren nog steeds in de bank gegijzeld, zodat J en E tijd hadden om stiekem fotos te gaan nemen in de straat van de vele winkeltjes en het marktje. Dat viel soms wel niet in goed aarde, maar je kent mij
ik trek mij dat allemaal niet aan
hoe meer illegale fotos, hoe liever. Zo o.a. een die slippers aan het snijden was uit oude autobanden.
Zo was het 12.00 u. geworden voor we uiteindelijk Hoima konden verlaten.
De weg is gewoon vol putten en scheuren en onze fantastische chauffeur-gids loodst te wagen van links naar rechts op de stofferige weg. We genieten van het wisselend landschap, van de mensen langs de weg, de kinderen die van of naar school trekken, de mensen werkend op het veld, rustend voor hun huisjes
Echt het Oegandese dagelijkse leven speelt zich als een film voor ons af. In Keyenjojo, op de plaats waar een nieuwe brug wordt gebouwd, stappen we even uit de wagen en trekken te voet over de bouwwerken. Een man is in de rivier zijn laarzen aan het wassen, anderen zijn naarstig ijzer aan het binden, terwijl nog anderen het heel rustig aan doen. In Keyenjojo begint ook de snelweg naar Fort Portal, nog zon 48 km ver. Een snelweg heeft niet dezelfde betekenis als bij ons, hier is de weg gewoon geasfalteerd. Links en rechts zijn er grote theeplantage aangelegd. De thee is een groot exportproduct voor Oeganda. En zo bereiken we even voor 16.00 u. onze verblijfplaats, het Rwenzori View Guesthouse in Fort Portal. We hebben dorst en terwijl onze chauffeur met de wagen naar de garage trekt, genieten we van een lekkere frisse pint bier. We hebben ook nog geen middagmaal gehad, en de dienster van het huis bereidt ons enkele crocks met kaas, ham en tomaat.
BEZOEK AAN LIEN LAMON IN HET VIRIKA HOSPITAAL
Lien Lamon uit Menen is werkzaam als vroedvrouw in het Virikaziekenhuis in Fort Portal. Henri, onze bestuurder is terug van de garage waar de remmen werden vervangen en brengt ons naar het ziekenhuis. Ondertussen is de eerste regenvlaag voor ons een feit. Mensen schuilen onder alles wat maar enige beschutting biedt: het afdak van een benzinestation, een afdakje van een marktplaatsje
Anderen stappen of rijden gewoon verder. Ook wij hebben niets tegen de regen aan, maar gelukkig is het gestopt met regenen als we het ziekenhuis bereiken. Aan de receptie van het ziekenhuis bellen we Lien op en ze komt ons tegemoet. We trekken mee naar haar verblijfplaats, een mooi ingerichte kamer met keuken. We overhandigen haar het kleedje dat haar moeder vanuit Menen heeft meegegeven. Lien moet naar een feest en ze had geen beste kleed om aan te trekken. Tussen onze dokter Joost en vroedvrouw Lien wordt menig woordje gewisseld over haar werk in het ziekenhuis. Het ergste vindt ze de vele kinderen die sterven bij de geboorte.
We nemen afscheid, wensen haar nog veel geluk en arbeidsvreugde in Oeganda en beloven de genomen fotos aan het thuisfront te bezorgen.
Terug aangekomen in het Guesthouse, is het tijd om een warme douche te nemen. Heerlijk na die koude van de vorige dagen. Pech wanneer de elektriciteit voortdurend uitvalt. Tegen 20.00 u. worden we aan tafel verwacht. We zijner niet alleen, we zitten als een familie samen met nog enkele Nederlanders. Zo is er een bankdirecteur die vanuit Kigali (Rwanda) met zijn vrouw en twee kinderen op vakantie is. Het is heel gezellig en de Nederlandse eigenares van de zaak zet eerst de soep op tafel. Daarna worden de gerechten geserveerd: verschillende groenten, varkensvlees en kip. Als dessert krijgen een soort zure kwark met speculoos erin voorgezet. We genieten deze avond ook voor het eerst van een glaasje witte en rode wijn.
De avond wordt gesloten met nog wat gezellig napraten, vooraleer we ons op onze kamer terugtrekken.
Dag 5: Fort Portal Semliki National Park Kibale Forest
woensdag, 13 april
Ontbijt om 7.00 u. is de afspraak. Waarmee kan je de dag beter inzetten dan verse frisse ananas, papaya en een banaan. Natuurlijk wordt er weer een eitje gebakken en een lekker worstje erbij, dat smaakt altijd.
Onze bagage gaat opnieuw de auto in. We moeten nog onze drie flessen wijn betalen die we gisterenavond hebben gedronken, en weg zijn we. Het is bijna 8.00 u. wanneer we richting centrum Fort Portal rijden. We zijn bijzonder goed gekleed, lange broek, T-shirt met lange mouwen. De chauffeur heeft gezegd dat we voor de wandeling in het regenwoud goed moeten beschermd zijn tegen de insecten.
WEGENWERKEN
In het centrum van Fort Portal wemelt het reeds van de bedrijvigheid. We hebben ogen te kort om alles gade te slaan. Eenmaal uit het centrum zitten we in de bergstreek van de Rift Valley. Tientallen arbeiders zijn aan de weg aan het werken: kranen, tientallen zware vrachtwagens, honderden arbeiders
Het is een Chinese onderneming die de werken leidt
Met een rode en witte vlag, met een masker tegen het stof voor de mond, regelt een dame, en wat verderop een jonge heer, het verkeer. Wat verderaf zijn ze met een groep, ieder met een drilboor, de rots aan het afboren. Stof, stof en nog eens stof en daartussen kinderen die naar school trekken, fietsers met pakken geladen, zwaarder dan zichzelf
We komen voorbij verschillende dorpjes en genieten van de vele schouwspelen: kleurig geklede dames stappend met een pak op het hoofd, groepjes die keuvelend voor hun deur zitten, anderen die sleuren met trossen bananen op een fiets
. Overal geitjes en zeer veel kinderen. Zelfs een paar scholen met spelende kinderen. De vallei zelf is heel prachtig, een oase van groen en in de verte hebben we een zicht op buurland Congo.
Na meer dan een uur rijden verlaten we de hoofdweg, of wat er moet voor dienen. We komen in een kleinere veldweg terecht midden plantages van bananen en Henri moet zelfs even checken of we wel juist zijn. We zitten precies in een andere wereld. Links en rechts kleine huisjes, bewoners aan het werk
We zitten midden in het echte Afrika, onvoorstelbaar en niet te beschrijven. De weg is heel smal en over stenen en bulten, eens omhoog, eens omlaag trekken we verder richting Semliki Nationale Park, op de grens met Congo en gescheiden door de Semliki River.
HOT SPRINGS
Na twee uur hotsen en botsen bereiken we uiteindelijk het park. We worden verwelkomd door gids Dustin. Het is snikheet en we maken ons klaar voor de twee duur durende wandeling: hoge schoenen aan met de broek in de kousen, insmeren tegen de zon en weg zijn we, op zoek naar apen. Stappen in het tropisch regenwoud was heel indrukwekkend. We zijn wellicht de eersten die dit jaar de tocht ondernemen, want onze gids moet met zijn snoeischaar takken wegknippen. Plots wippen we allen op, we voelen overal beten van mieren, op en tussen ons benen, buik, rug,
We slaan en duwen waar we maar kunnen om ze van ons lijf te krijgen. Leuk is anders! Af en toe zien we er wel eens een aap in een boom, maar het is heel moeilijk om ze op beeld vast te leggen. Ze zitten verscholen achter de takken of wippen weg. Bedoeling van de wandeling was ook de Sempaya Hot Springs te zien. Zo bereiken we de eerste, de vrouwelijke. Het kokend water komt uit de grond geborreld. We moeten opletten waar we onze voeten plaatsen, alleen de stenen volgen. De gids geeft uitleg waarom deze geiser de naam vrouwelijk kreeg. Terwijl we proberen tot bij de geiser te geraken voor een groepsfoto, worden twee eieren gekookt in het hete water. Kokend heet zijn die eieren en na enige tijd kan Liliane, die nogal tegen wat warmte kan blijkbaar, ze pellen. De eitjes smaken. Zo stappen we verder door het regenwoud op weg naar de mannelijke geiser. Oei, wat is er nu aan de gang? De zolen van Dorines hoge schoenen hangen er plots los aan en vallen zelfs helemaal af. Hoe is dat in godsnaam mogelijk dat die zolen het nu begeven en dan nog van beide schoenen? Dat kan geen toeval zijn. Een houten staketsel van de rand van het woud leidt door een hoge grasvlakte naar de plaats. Deze geiser levert heel wat stoom. In de hut genieten we van de omgeving en er is natuurlijk heel wat commentaar op de schoenen.
Zo keren we door het woud terug naar onze startplaats. Wanneer jet uit het frisse bos komt, voel je meteen de hitte branden op je lijf. In een overdekte hut gebruiken we de meegebrachte picknick: een sandwich met kaas en een met ham. Wat ze hier een sandwich noemen is voor ons een gewone boterham. En als toetje nog een stuk verse ananas en een banaan.
Tegen 13.00 u. vatten we de terugweg aan over die hobbelige smalle weg tussen de plantages en de huisjes. We proberen weer wat beelden te schieten van de mensen langs de weg, de dames met last op hun hoofd. Kinderen vallen nog gemakkelijk te fotograferen vanuit het open raam, maar de dames draaien zich snel om wanneer ze het fotoapparaat door het raam zien. Nu, aan fotos zullen we zeker geen gebrek hebben. Zo bereiken we opnieuw de stofferige hoofdweg die naar Fort Portal leidt langsheen de frisgroene Rift Valley. Arbeiders zijn nog steeds volop aan het werken, de vele zware vrachtwagens rijden op en af, waardoor we af en toe eens moeten wachten. Zo zien we hoe een kraan zware rotsblokken laadt. Het moet niet eenvoudig zijn een weg te verbreden in de bergen, de rotsen moeten gewoon weggehaald worden. De mannen met de drilboren, de dame en de jongeling met de vlaggetjes
ze zijn ook nog druk in de weer.
Na twee uur rijden we opnieuw Fort Portal binnen. Het is er nog steeds een wirwar van bedrijvigheid en vooral omdat er wegens werken een kleine omleiding is, rijden we door de zijstraatjes en kunnen we nog beter de levenswijze van die mensen begrijpen.
NIEUWE SCHOENEN
We vragen Henri of hij soms een schoenwinkel weet zijn, want Dorine kan onmogelijk met schoenen zonder zolen nog wandelingen meemaken. Een politieman wijst ons de weg naar een Bata-schoenwinkel. Inderdaad, er staan heel mooie schoenen. Maar de mooie bergschoenen, die zijn veel te groot en kleine maten hebben ze niet. Eric liet zijn oog vallen op heel mooie, sportieve schoenen,, ideaal om tijdens de komende zomer te dragen en dan nog van een heel gekend merk. Ze passen als gegoten en voor die prijs vind je zoiets zeker niet bij ons. Even met zijn allen snel rekenen. Ze kosten 85.000 Ugandese shilling en voor 50 US dollar krijg je er 114 000. Dat komt neer op 30 euro. Dus kopen we die schoenen maar. Terwijl Eric naar de tegenoverliggende Bank of Afrika trekt om 50 dallar te wisselen, trekken de dames nog even op zoek. In een zijstraatje met onooglijk kleine winkeltjes vinden ze een schoenwinkeltje. Zonder veel hoop er iets te vinden, vragen ze Verkoop je bergschoenen? Ze krijgen een positief antwoord. De dame tovert er mooie Lafuma-bergschoenen tevoorschijn voor 50 000 Ush. Welgezind komt Dorine ons opzoeken om er het geld mee te nemen naar het winkeltje. Das met moeite 25 euro voor een paar mooie bergschoenen. Ze zijn wel een maatje te groot, maar met twee paar kousen moet het zeker lukken.
We hebben deze nog tijd zat en Henri wil even met zijn wagen naar de garage om zijn banden te laten blazen. Ondertussen worden we afgezet aan een mooi etablissement om er een frisse pint te drinken, want met die hitte en het stof hebben we het wel verdiend. In een bijhorend soevenirwinkeltje vind ik er een leuk Afrikaans popje, een moeder met een kindje op de rug gebonden. Dat zal vast en zeker een leuk geschenkje worden voor Noor.
Tegen 17.45 u. zetten we onze weg verder naar het Kibale Forest voor een verblijf midden de Afrikaanse jungle. We dachten dat we deze keer in een tent zouden overnachten
maar bij aankomst aan het Primate Kibale Lodge vallen onze monden open van verbazing
zon mooie met stro bedekte gebouwen, midden de bomen met in het midden een mooie groene vlakte. We worden hartelijk verwelkomd met een glas fruitsap. Onze zakken worden door boys uit de wagen gehaald en afgestoft. Daarna krijgen we een mooi huisje aangewezen. De boys dragen onze zakken er heen. Wat een leuke huisjes, midden de bomen, met een terrasje, een badkamer
Alles erop en eraan om twee heerlijke nachten door te brengen.
We spreken af om 19.00 u. in het huisje van Frank en Dorine om er een aperitiefje te nemen en tegen 19.30 u. zitten we aan tafel. Gezellig onder het strooien afdak met kaarslicht. Een voorgerecht Guacamole (voorgerecht op basis van avocado), lekkere soep, aardappelen met beef met gestoomde groentjes en als dessert lemon cake met chocoladesaus. We genieten nog even na van de gezellige warmte bij het brandend haardvuur in de put vooraleer onze huisjes op te zoeken voor de nacht midden het woud.
Dag 6: Kibale Forest & Bigodi Swamp
donderdag, 14 april
Om 6.30 u. word ik gewekt door de hevige regenval. Het giet water, de naam regenseizoen waardig. Maar wanneer we ons om 7.00 u. naar het ontbijt begeven, gebruik makend van een paraplu die ondertussen voor onze deur werd neergezet, is het gedaan met regen.
We kunnen eerst aanschuiven voor een bordje met ananas en watermeloen met een glaasje fruitsap. De 4 borden met Spanisch eggs en het bord eggs met cheese worden geserveerd met geroosterd brood en koffie.
We maken ons klaar voor de chimpanseetrekking deze voormiddag: lange broek met de pijpen in de kousen om ons te beschermen tegen de prikkende mierenkolonies, stevige schoenen en de rugzak. Voor we vertrekken hebben we nog zicht op een processie van heen en weer lopende mieren. Het Kibale Forest National Park is een bebost gebied waar de meeste soorten én hoogste concentratie apen in Afrika te vinden zijn!
CHIMPANZEETREKKING
Zo bereiken we de startplaats van de trekking op een paar 100 meter van ons Primate Lodge. We zijn er niet alleen, twee groepen van 5, een groep van 6 en een koppeltje wereldreizigers uit Israël. We krijgen de nodige instructies voor het vertrek van wat we mogen en niet mogen doen. Aangezien er 3 groepen van 6 moeten zijn, wordt het koppeltje gescheiden. En zo trekken we het Kibale Rain Forest in. De gidsen staan met elkaar via de walkie talkie in verbinding. We zijn nog maar pas vertrokken of we keren op onze stappen terug. Blijkbaar zitten de chimpansees dichtbij en kreeg Alex, onze begeleider de info doorgespeeld. Inderdaad, we zijn nog niet zo ver of hoog in een boom zien we chimpansees van de ene tak naar de andere springen. We blijven ter plaatse staan om alles in de boom gade te slaan; Onze gids zegt dat ze nu aan het ontbijten zijn, fruit. Vandaar dat we geruime tijd blijven staan. Meer dan een half uur staan we te staren in een boom en zijn al blij als wed een zwarte pels zien. Uiteindelijk verplaatsen we ons rond de boom. Vanaf nu zien we regelmatig chimpansees. Meer dan een uur draaien we cirkels door het bijna ondoordringbare groen, en telkens zien we chimpansees. Een te ligt te slapen, een andere op een tak
Een kleine chimpansees teelt de show wanneer die zich verplaatst. Alle fototoestellen klikken om het meest, in de hoop toch een paar mooie fotos te hebben. Apen fotograferen zo hoog in de bomen lijkt niet zo eenvoudig. Om 11.15 u. maakt onze gids een einde aan het schouwspel, we moeten terugkeren naar het kamp. Red-tailed monkeys, black and white colobus monkeys en andere primaten hebben we helaas niet gezien.
We mogen nog een beoordeling invullen en tegen 11.45 u. zijn we opnieuw in de Primate Lodge. Dorstig als we zijn genieten we van een lekkere frisse pint, zetten alle fotos van Eric, Liliane en Dorine op de PC en bekijken de resultaten. En inderdaad, er zitten heel bruikbare, mooie fotos tussen, maar het overgrote deel mag gewist worden.
Tegen 13.00 u. gaan we aan tafel. Vooreerst is de plaats al enig om het middagmaal te nemen, het woud naast ons, een stralende zon en met stro bedekte open gebouwtjes.
De naam van de lekkere soep onthouden we zelf maar eventjes. De hoofdschotel bestaat uit een stuk vegetarische pizza met fishfingers en gestoofde witte kool, koude aardappeltjes in mayonaise en tomatensalade. En het dessert een lekker bordje fruit: banaan, watermeloen, ananas en passievrucht.
BIGODI SWAMP
(swamp = moeras)
Onze gids deelt ons mede dat we om 14.30 u. zullen vertrekken naar Bigodo, niet zover afgelegen. Frank, die de gehele week last heeft van zn rug, zal in de lodge blijven. Onderweg houden we nog even halt om een mooi krater te bekijken. Een vrouwtje is er takken aan het verzamelen en een jongetje, met een groot mes in de hand, bekijkt ons ook van kop tot teen. Eenmaal haar takkenbundel klaar, plaatst ze die bovenop het hoofd en vertrekt.
Tegen 14.45 u. kunnen de wandeling rond het moeras (wetland) aanvatten. Owen, onze gids geeft wat uitleg over de wandeling. Een ontwikkelingshelper stelde de bevolking voor om de streek toeristisch te promoten, zo komt er wat geld binnen voor projecten. De streek bestaat uit heel wat moerassen en in de bomen leven 8 soorten apen. Onze wandeling is pas gestart en we zien in de bomen reeds de eerste apen, de Black and White Colobus. Het is natuurlijk heel moeilijk ze op beeld vast te leggen want ze zitten in het bladerdak. Een eenzame jongeling zit er te wachten met zelfgemaakte beeldjes en hoopt er aan voorbijkomende toeristen te verkopen. Hoeveel zouden er hier per dag voorbijkomen? In elk geval willen we die blij stemmen met het aankopen van een chimpanseebeeldje (5000 US Shilling = 1,75 euro). We lopen verder aan de rand van het moeras en op de vochtige plaatsen zijn houten staketsels aangebracht. We krijgen nog heel wat apen te zien. Ook de landerijen rondom zijn mooi: velden met sperziebonen, velden met tabak, suikerriet,
Halfweg de wandeling kruisen we een andere groep Vlamingen die gestart zijn in tegengestelde richting. Ze hebben nog geen enkele aap gezien. Wij geven ze moed, wij hebben er al heel wat gezien. In een open grasvlakte krijgen we plots zicht op enkele prachtige blauwe vogels, de Grote Blauwe Turaco. In een weide zijn twee schamel geklede kleine kinderen koeien aan het hoeden. Vandaar trekken we nu dwars door het moeras op houten planken. We lopen tussen de papyrusplanten die welig tieren. Vanuit de uitkijktoren hebben we uitzicht op het moeras. We wandelen verder, nog een half uur, zegt de gids. Maar plots zien we een grote boom met tientallen heen en weer springende apen. We gei!eten van het schouwspel, ze springen van het een naar het ander. Ze komen naar dichterbijstaande bomen. Het is voor ons echt genieten. We staan geboeid te kijken, we vergeten alle tijd. We zien de Red Colubus, Red Tailed Monkey, Gray Chiked Magaby
Tegen 17.50 u. bereiken opnieuw onze startplaats. Het was een heel leuke wandeling. Bij aankomst zitten een tiental vrouwen samen, ze zijn blijkbaar aan het oefenen. Wanneer onze dames Liliane en Dorine vragen om een foto te nemen, willen ze wel, maar
ze willen zich eerst opstellen. Zodra ze opgesteld zijn beginnen ze een lied. We horen dat het over Uganda gaat. We geven ze een daverend applaus en stoppen de leidster wat geld in de hand. Als dank brengen ze ons nog een traditionele dans.
De terugtocht naar de lodge is opnieuw in enkele minuten afgerond.
Na een korte rust in de Afrikaanse veranda trekken we ons terug om te genieten van een verfrissende douche; Afspraak bij Eric om 19.30 u. voor het aperitief en om 20.00 u. trekken we naar de eetplaats. Een voorgerechtje, tomatensoep, geroosterde kip met aardappelen.
Onze gids Henri beloofde voor ons van de groene bananen te laten klaarmaken. Hij heeft een tros groene bananen aangekocht en liet die bereiden. De bananen worden gepeld en gekookt. De ontstanen pasta heet matoke. De matoke wordt ons geserveerd met pindasaus. Als dessert krijgen we orangecake.
Zo zit er opnieuw een bijzonder leuke dag er op.
Dag 7: Kibale Forest Queen Elizabeth National Park
vrijdag, 15 april
We mogen vandaag lang slapen, want we moeten pas om 9.00 u. vertrekken naar Kikorongo, het Simba Safari Camp nabij het Queen Elizabeth National Park.. We starten opnieuw de dag met een heel korte, maar intense regenbui. Frank en Eric genieten van een bijzonder ontbijt: witte bonen in tomatensaus; een worstje en warme tomaat.
Mijn bagage wordt vanuit het boshuisje door een jonge vrouw, bovenop haar hoofd, naar de Toyota gedragen. Ik voel me wat ongemakkelijk, een vrouw die mijn last moet dragen.
We zijn pas de weg opgedraaid of we houden reeds halt voor een familie bavianen. Een moeder komt er aangestapt met een baby op de rug. Vader baviaan ziet nauwlettend toe op zijn hele kroost en wanneer hij ons bemerkt, neemt hij onmiddellijk het kleintje tussen zijn armen ter bescherming. We genieten van het spel van de bavianen langs de straat.
EEN OVERBEVOLKT KLASJE
Na enkele kilometer neemt Henri een smalle veldweg. We houden halt om een kratermeer in de diepte en het landschap te bewonderen. Hij rijdt langs kleine dorpjes. Plots zien we kinderen in een klaslokaaltje. De kinderen zwaaien ons toe. We verlaten de auto en trekken naar het klasje. De juf is er les aan het geven aan een massa kinderen die opeengepakt zitten in de kleine, donkere ruimte. Via tekeningen in een boek moeten de kinderen de naam van de dieren afdreunen. Na het geven van een fooi mogen we de kinderen fotograferen. Alle kinderen verlaten het klaslokaaltje voor een groepsfoto en soms krijgt er wel eens eentje die te uitbundig doet, een tik van de juf. Het wordt een leuke groepsfoto. De juf vertelt dat ze in de klas normaal 72 leerlingen heeft, maar vandaag zijn er slechts een 60-tal aanwezig. Tal van jeugdigen slaan vanop de straat het schouwspel gade. En zo trekken we verder doorheen de kleine dorpjes. Overal roepen de kinderen ons na How are you?. Van klein tot groot, iedereen roept ons na.
Aan de kraters houden we halt en kunnen we genieten van het landschap. Links en rechts is er een kratermeer. Een jongeling met een zwaar beladen fiets geraakt met moeite de heuvel op. Mits een kleine fooi laat hij zich gewillig fotograferen. Uit de tegenovergestelde richting komt een oudere man met een pak op het hoofd. We mogen hem ook fotograferen, maar hij moet geld hebben. Wanneer ik die een stuk van 200 shilling overhandigd protesteert hij heftig, want hij vindt het te weinig.
Langs de weg willen we even halt houden om de bloem van een bloeiende bananenboom te fotograferen en roepen Henri toe weer even te stoppen. Aan de overzijde van de aardeweg staan twee vrouwen met een kleintje op de arm. Ze kijken ons nieuwsgierig aan. Hoeveel blanken zouden hier al halt hebben gehouden in de middle of nowhere? En in het veld, midden de bonenplantjes, ligt een baby. Terwijl moeder werkt op het veld, joelt de drie maanden oude baby tussen de bladeren. Verder op de weg ontmoeten we de ene fietser na de andere geladen met groene bananen. Ze brengen de bananen naar de verzamelplaats langs de hoofdweg. Vandaar zullen ze dan getransporteerd worden naar Kampala, zegt Henri.
OP DE MARKT
Zo bereiken we opnieuw een mooie asfaltweg, de highway naar Kasese. In Rwimi zien we een grote markt. We vragen even halt te houden, we willen een bezoek brengen aan die kleurige markt. Henri zegt dat we moeten opletten bij het maken van fotos. Ik maak dan ook enkel fotos met het toestel voor mijn buik en zo wordt afgedrukt. Van alles wordt er te koop aangeboden: slippers uit autobanden, kleurige stoffen, kruiden, meel, draagbare radios,
Het merkwaardigste is de vleesafdeling. De koeienkoppen liggen zomaar in het gras. Vel, poten en staarten, het ligt er allemaal op de markt, gewoon onvoorstelbaar.
In Kasese wordt getankt en ondertussen genieten we opnieuw van het schouwspel.. Een aantal km voorbij Kasese hebben we aan onze linkerkant het Queen Elizabeth National Park. We nemen rechts de weg. Een wegwijzer duidt aan dat de grens met Congo nog 38 km ver is. Een 1200 meter verder hebben de toegang tot het Simba Safari Camp, (Sibma = leeuw), in Kikorongo. Het is 12.30 u. geworden en de zon brandt ondertussen opnieuw in alle hevigheid.
We bestellen ons middagmaal: drie maal frieten met tomaten en twee maal frieten met brood kaas/ham. Je houdt het niet voor mogelijk, in de keuken werken ze met 5 man om wat frieten te bereiden en het duurt meer dan een uur voor we het middagmaal geserveerd krijgen. Als dessert krijgen we nog een kommetje gemengd fruit.
We hebben rustig de tijd om naar onze huisjes te trekken en wat te rusten. Het doet deugd even binnen te kunnen schuilen, want zon warmte zijn wij toch niet gewend. Ik maak nog een korte fototocht doorheen de tuin om de eigenaardige vruchten die aan de bomen hangen te bekijken en er enkele af te plukken voor een nader onderzoek.
QUEEN ELISABETH NATIONAL PARK
Tegen 15.30 u. worden we opnieuw aan de auto verwacht. Henri rijdt met ons naar het Queen Elisabeth Nationaal Park. We zijn pas de hoofdweg opgedraaid of we dwarsen de evenaar. Dat is een heel belangrijk moment voor ons, op de evenaar staan! We maken fotos van de groep, individueel, doen alsof we een evenwichtoefening uitvoeren op de evenaarslijn
Wat verder komen we dan aan het paviljoen waar Queen Elisabeth in 1954 rustte toen ze het park bezocht. Een parkbediende geeft wat uitleg, toont op de kaart waaruit het park bestaat, hoe groot het is
. We kopen er ook allemaal enkele zichtkaarten.
Vandaar gaat het nu naar het park zelf. Henri kan er vrijuit zijn weg kiezen en houdt geregeld halt om ons de kans te geven de dieren te bekijken en te fotograferen. Het eerste wat we zien zijn enkel buffels. De Ugandese Kobs (= antilopen) zijn er in grote getale. Ook een waterbuck wordt door de telelens gespot. We wippen en hossen verder door en langs de vele putten to we plots een harde slag horen
Henri gaat even uitstappen om te zien. De vering van de wagen heeft het begeven. We moeten stapvoets terugkeren, er zit niets anders op. Langzaam, met voordurend geklop, bereiken we opnieuw de Simba Lodge. Wij kunnen een rustige avond doorbrengen terwijl Henri in Kasese een garage opzoekt. We moeten opnieuw tijdig ons avondmaal bestellen. We houden het deze keer bij beef met aardappelen. Om 20.00 u. nemen we ons avondmaal. Daarna nog wat gezellig samen napraten. Ondertussen komt Henri ook het restaurant binnen, de auto is hersteld. De vering is vervangen. Slaapwel. (ik werk nog eventjes veder aan het verslag en de fotos tot 22.30 u.)
Dag 8: Queen Elizabeth National Park
zaterdag, 16 april
Iets na 4.00 u. worden we gewekt door de hevige regenval. Gelukkig moeten we nog niet het bed uit, we mogen er nog een paar uurtjes proberen bij te doen. Om 5.40 u. start ik de nieuwe dag. We worden verwacht om 6.20 u. voor een kop koffie en vertrek met de wagen om 6.30 u. voor een game drive in het Queen Elisabeth NP. Het regent nog steeds, wel niet zo erg, we hebben nog geen regencape van doen.
Voor ons, in de ochtendschemering, zien we het Lake George en het meer in de Kikorongokrater. We zijn pas de grote weg opgedraaid of links ontwaren we in het hoge gras een hyena. Hij komt naar ons toe, komt de weg opgelopen, blijft voor de auto staan, bekijkt ons en rent terug de grasvlakte in. Zo dicht hij kwam, geen enkele van ons kon er een deftige foto van schieten. Het was inderdaad nog donkeren dat is natuurlijk heel moeilijk. De zonsopgang fotograferen gaat eenvoudiger, want die blijft er langer staan dan een hyena. We rijden het park in. We worden verwelkomd door kuddes buffels. Ugandian Kobs zijn er in overvloed. Het regent wel niet, maar door de bewolking krijgen we niet snel een klare belichting. Henri rijdt van het ene kleine paadje naar het andere op zoek naar leeuwen, maar van leeuwen geen spoor. Welveel wrattenzwijnen, waterbocks
en mooie vogels o.a. de yellow billed stock, de African fish eagle
We hebben geluk, we zien twee keer de nationale vogel van Oeganda, de grijze kraanvogel. Wat een statig dier. Ook de vlucht van deze vogels zijn voor ons een machtig schouwspel. Maar ondertussen zijn er nergens leeuwen te bespeuren. Henri rijdt terug naar de lodge, maar houdt nog even halt om voor ons geroosterde bananen te kopen. We schieten enkele plaatsjes van de armzalige met verroeste platen bedekte stalletjes, waaronder o.a. een vrouw haar baby borstvoeding geeft. Tegen 10.00 u. bereiken we opnieuw onze lodge. Tijd om het ontbijt te nemen.
KAZINGA CHANNEL
Na wat vrije middagtijd worden we opnieuw aan de wagen verwacht om 12.30 u. Er staat een boottocht over het Kazinga Channel op het programma, een natuurlijk kanaal tussen Lake Edward en Lake George.
Na voor de zoveelste keer de evenaar voorbij te zijn gereden volgen we nog enkele kilometer de hoofdweg. We vragen ons af waarom op die hoofdweg zoveel verkeersdrempels liggen, telkens 5 opeenvolgende strookjes asfalt. Daarna slaan we de zijweg naar Mweya, 22 km aardweg. Links houden we even halt om een andere krate, Lake Nyamunuku, te bekijken. Links van de weg ziet Frank plots een kudde olifanten. Dat is geluk hebben, want op het moment dat je voorbijrijdt kunnen ze evengoed achter een struik zitten en zie je ze niet. Wat een schouwspel, de etende kolossen met jongere dieren en zelfs een heel kleine olifantenbaby. Hij doet ons denken aan Kai Mook.
We rijden de Kabatoro Main Gate binnen. We zijn mooi op tijd, 13.30 u. We hebben nog even de tijd om de Mweya Safari Lodje te bekijken en van daaruit ook het panaroma op Lake Edward.
Tegen 14.00 u. komen we aan bij het bootje voor een twee uur durende tocht op de Kazinga Channel. Ons sympathieke gids vertelt ons over het ontstaan van de rivier, de Nijl, het leven in en rondom het water. We zijn net aan het varen of in de verte zien we op de oever honderden dieren. We varen er recht naartoe. Wat een schouwspel, tientallen olifanten waaronder er enkele in het water stoeien. Eveneens een ontelbare kudde buffels. Verschillende onder hen liggen gewoon te relaxen in het water. Ze zoeken afkoeling, de zon straalt inderdaad weer heel hevig hier aan de evenaar. Ze liggen ook in het water om zich van de vervelende insecten te ontdoen, weet onze gids. In het water liggen ook verschillende kuddes nijlpaarden. Ze genieten ook van het heerlijk verfrissende water. Eentje komt als eens dreigend uit het water. We waren rustig verder en om een bocht van het kanaal zien we plots een grote olifant in het water. Wanneer hij ons ziet doet hij alsof hij naar ons wil toestormen. Het water spat op en levert heel mooie beelden op. Even verder zijn twee jonge olifanten in het water aan het spelen. Ze gaan kopje onder, duwen elkaar
leuk om het allemaal intens te bekijken. En zo gaat de tocht verder langs de oever van het kanaal. We genieten van het gekwetter van de vele mooie vogels
. Wanneer we rechtsomkeer maken kunnen het gele scenario van spelende olifanten, waterbuffels en nijlpaarden herbeleven. De boottocht eindigt na 2 u. en als toetje zien we voor het eerst enkele pelikanen.
Ondertussen begint de maag wel wat te protesteren, maar we moeten verder. Geen middagmaal vandaag, avondmaal om 20.00 u.
Henri neemt een nadere terugweg op zoek naar leeuwen. Van leeuwen of luipaarden geen spoor. Wel enkele leuke aapjes. Plots houdt Henri halt, langs de weg staat een olifant. Hij wil die niet voorbijrijden, je weet maar nooit. Eenmaal die in de struiken is verdwenen, rijdt Henri wat verder. We zien olifantenfamilie bestaande uit 4 gezinsleden eten. In deze periode is er heel veel voedsel, informeert Henri ons. Via de Katunguru Gate komen we opnieuw op de hoofdweg terecht. Het is 17.45 u. wanneer we ons Simba Safari Lodge bereiken. Het was inderdaad, zoals ons vooraf in de brochure werd meegedeeld, een van de hoogtepunten van de reis.
Nu volgen de gewone avondlijke activiteiten: douche, aperitiefje nemen, fotos van iedereen in de laptop opslaan, avondmalen en slapen gaan. Maar terwijl we na het avondmaal nog even genieten van ons drankje, zien we plots enkele ratten doorheen de eetplaats lopen. Eentje trekt recht de keuken in en even later verschijnt ze opnieuw en loopt naar buiten. En plots voelen we met zijn allen heel veel jeuk. Liliane zit vol bobbels is de nek, Eric heeft de ene beet naast de andere op zijn schouder. Iedereen voelt jeuk aan de voeten of enkels. Hier zijn blijkbaar vlooien aan het werk geweest. Eric kan het beamen, hij zag iets springen op de tafel. Slaapwel.
Dag 9: Queen Elizabeth N. Park Bwindi National Park
zondag, 17 april
Vandaag zondag is de afspraak voor het ontbijt 7.30 u. Frank en Eric genieten van een Spanish egg met worstjes en tomaat. De valiezen worden weer in de Toyota geladen en om 8.30 u. zijn weer op weg. Eerst wordt de dieseltank gevuld, terwijl wij enkele fotos schieten voor het bord Border Congo 38 km. Na enkele km verlaten we de hoofdweg en nemen de secundaire aardeweg naar Ishasha, vooral bekend voor zijn leeuwen die in de bomen rusten.
Langs de weer is er opnieuw van alles te beleven. Mannen die in groep het gras afslaan met een manchette, werken aan kapotte bruggen, een zwaar beladen vrachtwagen die omver is gevallen
Zo bereiken we de gate die naar het Ishasha NP leidt.
ISHASHA NATIONAL PARK
Henri gaat in de nederzetting op zoek naar een ranger die ons naar de leeuwen kan brengen. Via kleine weggetjes rijden we doorheen een prachtig gevarieerd landschap. We zien er op een heuveltje een stenen gebouwtje staan, wellicht een picknickhuisje. Wanneer we er voorbijrijden zien we er plots 4 leeuwen liggen. Eric wipt snel achteraan recht, hapert met zn broek aan de kapotte armleuning en
een ferme scheur
Iedereen moet uiteraard lachen met de pechvogel. De ranger begrijpt niet waarom iedereen bij die leeuwen nu zo plots moet lachen. De leeuwen slapen gewoon naast elkaar op de betonnen vloer. Met moeite heffen ze even het hoofd op om te zien wie er hen daar nu zo kom storen. Het is niet gemakkelijk om fotos te maken, 4 slapende leeuwen in een gebouwtje. Gelukkig rijdt Henri wat vooruit en achteruit. Kom, we hebben toch al iets. We rijden verder rond door het gebied, maar hoe iedereen ook staart en tuurt
geen andere leeuwen te zien. Na een uurtje rondrijden eindigen we onze tocht nogmaals aan het huisje. Nog steeds liggen de leeuwen er onbevangen te slapen, zelfs een in een plas urine.
OP DE GRENS MET CONGO
Nadat we onze ranger opnieuw hebben afgezet, rijdt Henri met ons naar een campsite gelegen aan de grens met Congo. Een rivier, de Ishasha, scheidt beide landen van elkaar. Voor Joost, in Congo geboren, is het een emotioneel moment. De picknick laat zich smaken bij zon uitzicht, boterhammetjes met kaas en hesp, een banaan, verse ananas en een brikje mangosap. We genieten nog even van de omgeving en horen de nijlpaarden knorren. Ze liggen wat verder in het water aan Congolese kant. Ook een groep Indiërs van de UN komen er een kijkje nemen.
Henri rijdt nog een tijdje met ons rond in de omgeving. Het zijn echt zeer slechte wegen, maar de landschappen zijn heel uitzonderlijk. De schakeringen van de verschillende soorten groen zijn echte schilderijtjes.
Na anderhalf uur rijden, begeeft Henri zich opnieuw naar de uitgang en komt opnieuw op de hoofdweg terecht. Die aardeweg is gewoon kapot gereden door de vele vrachtwagens die naar Congo moeten, het is laveren van links, naar rechts op de weg.
Plots zien we links een wegwijzer Bwindi. Zo komen we opnieuw in de bewoonde wereld terecht. We rijden door heel wat dorpen. In Kihihi moet Henri tanken en wij maken er eventjes gebruik van om een kijkje te nemen in het stadje. Ondanks dat het zondag is, zijn weer heel wat winkels open. We bemerken er ook die houten fiets zoals we die in ons Oegandaboek aantroffen. We maken er fotos en weer hetzelfde liedje, onbeleefd: Give me money!.
In de volgende dorpjes zien we enorme massas mensen langs de straat. Ze hebben palmtakken in de handen. Inderdaad, vandaag zondag is het palmzondag. Bij het voorbijrijden van de kerk staan er nog honderden mensen te keuvelen. Iedereen heeft zijn beste kledij aan, dames met zijden sjaals, heel kleurrijk. Vanop een heuvel hebben we een prachtig vergezicht op de meanderende rivier beneden, het doet ons denken aan de Ardennen. In de volgende dorpjes staan de huisjes gewoon tussen de bananenplanten. En zo bereiken we om 17.15 u. eindelijk, na een ganse dag schudden, het Bwindi Inpenetrable National Park, het leefgebied van de bedreigde berggorillas. (Bwindi in de plaats
10-04-2011 om 00:00
geschreven door eric 