BWINDI
We krijgen in Buhoma Community Rest Camp ons logement aangeboden, Eric krijgt een stenen huisje, Liliane en Joost, Dorine en Frank worden een tent aangeboden.
Wat een prachtig zicht op de dichtbegroeide heuvel en weten dat daarin de gorillas leven. Ondertussen brengen we de rest van de tijd, in afwachting van het avondmaal, door in het restaurant.
Dorine en Liliane naaien de scheur in de broek van Eri. Vanaf 18.45 u. wordt elektriciteit geproduceerd en kunnen onze batterijen worden opgeladen.
Het wordt een heerlijk avondmaal bij kaarslicht. Champignonsoep, aardappelen en/of rijst met een mengeling van gestoofde groenten en rundvlees. Als dessert was er nog een bananencake. We zijn heel alleen in het restaurant, niemand anders komt aan de gedekte tafels zitten. Wat gaan ze daarmee aanvangen, met zon voorraad bereid eten? Tegen 21.30 u. trekken we naar onze tenten of lodge en
we mogen niet vergeten onze dagelijkse malariapil te slikken.
Dag 10: De gorillas in het Bwindi National Park maandag, 18 april
Vandaag staat het hoogtepunt van de reis op het programma, het bezoek aan de gorillas.
Is dat nu regen dat we horen en zullen we voor het eerst onze regenjas moeten aantrekken? Helemaal niet, het is gewoon het ruisen van de bladeren in het woud.
Tegen 7.00 u. waren we aan de ontbijttafel en met een packed lunch plaatsen we alles in de auto. We begeven ons naar de briefing voor de gorillatrekking. Omdat we zo vroeg inschreven en de eerste waren die een permit bestelden (29 nov. 2010) krijgen we de grootste familiegroep gorillas toebedeeld. Per dag mogen er slechts 8 bezoekers bij een groep. De Habinyanja familie, bestaat uit 19 familieleden. Onze ranger heeft uitleg over de trekking: voldoende water meenemen, wandelstok kan goed van pas komen, er kan beroep doen op een drager, geen fotos maken met flits, niet in de ogen kijken van een gorilla en nederig hurken indien nodig
Met de auto rijden we een heel stuk verder. Tegen 9.15 u. bereiken we de plaats waar wij naar de gorillas zullen trekken. De dragers staan klaar. Wij nemen voor ons 5 één drager, kwestie van de fototoestellen en lenzen gemakkelijk te kunnen verwisselen. Een groep moet altijd uit 8 personen bestaan, zodat we aangevuld worden met 3 personen uit Londen.
OOG IN OOG
We hebben nog geen 15 minuten geklommen en gedaald doorheen het dichte oerwoud, of onze ranger meldt dat we de rugzakken mogen afleggen, een slokje drinken en
inderdaad, we zijn bij de gorillas aangekomen.
Het eerste wat we zien is een blackback die op en neer gaat. Wat is me dat? Het mannetje is gewoon met een wijfje aan het paren. Zodra hij is klaargekomen, draait hij zich om, bekijkt ons
en komt op enkele meter naast ons staan. Hij loert rechtstaand rond, want wat hij nu heeft gedaan is het voorrecht van de silverback. Hij speurt waar de baas van de troep zit en trekt gewoon verder. Wat een beest op 2 m van ons! De ranger slaat met zijn machete takken weg om een weg te banen op zoek naar de andere gorillas. Plots even schrikken
wat een gebrul! Blijkbaar sloeg onze ranger wat te dichtbij de takken weg, net voor de silverback. Geen paniek, de silverback gaat rustig zitten en we kunnen die gadeslaan. Wat verderaf maken we kennis met tal van wijfjes en kleintjes. Enkele van die jonge snaken kruipen in de bomen. De silverback verplaatst zich opnieuw, wat een schouwspel! Zon beest kan nogal wat winden laten. Het zweet druipt van onze gezichten, is dat nu van de spanning of de inspanning. We horen een groot gekrijs van twee gorillas. Die zijn blijkbaar voor fruit ruzie aan het maken, weet onze ranger. De silverback richt zich op, slaat met een forse slag een boompje omver en roept iedereen tot de orde. Hij gaat zich rustig neerzetten, recht tegenover ons en gaat wat bladeren verorberen. Wij schieten met zn allen het ene plaatje na het andere. Het is moeilijk tussen al die takken heen. Precies om 10.40 u., we zijn dan één uur bij de gorillas, wordt de terugweg aangevat. Dat was de afspraak, 1 uur ! Tegen 11.00 u. bereiken we al de rand van het bos en kunnen we terugtocht met de wagen aanvatten. We genieten van prachtige vergezichten, de plukkers in de theeplantages zijn volop aan het werk.
Precies om 12.00 u. bereiken we opnieuw het hoofdkwartier. We krijgen een diploma aangeboden als herinnering aan deze uitzonderlijke dag. Het was inderdaad een hele ervaring, die we niet dikwijls zullen beleven, oog in oog staan met gorillas midden hun habitat, het Bwindi park.
Zo keren terug naar ons Rest Camp en nemen de tijd om ons lunchpakket te gebruiken.
WANDELING
We spreken af om 13.30 u. voor een wandeling langs de rivier. Het wordt een mooi wandelingetje langs het water, omgeven door een prachtige natuur. De vlinders fladderen, menige orchideetjes fleuren het grasveld op, de trompetbloemen zijn ook overal terug te vinden
Na een uurtje zijn we terug en trekken nu verder langs de vele souvenirwinkeltjes. Het is nu het laagseizoen, en we zijn de enige toeristen die er voorbij wandelen. Iedereen wil dat we iets kopen. De speciale biersleutels vinden we bij iedereen terug, maar die zijn te duur, vindt Liliane. Ik wil toch wel een handgesneden gorillaatje met een jong op de rug. De mevrouw van het winkeltje heeft een zoontje van 3 jaar en een dochtertje van 2 maand. We maken enkele fotos en beloven die door te mailen.
ZINGENDE EN DANSENDE KINDEREN
Zo bereiken we opnieuw ons Rest Camp, afspraak om 17.15 u. om naar het optreden van de kinderen te trekken. De kinderen zingen, dansen en springen en worden begeleid door drums. Het is een heel mooi optreden van de kinderen. We steunen ze met een financiële bijdrage en ik koop noigen een muziek-CD met muziek kan er ook nog af.
Het is 18.30 u. wanneer we het restaurant binnen stappen en in afwachting van het avondmaal nog iets drinken. Deze keer is er heel wat meer volk om het avondmaal te gebruiken. Na de wortelsoep kunnen we ons bedienen aan de matoke (gekookte bananen), rijst of de plakkerige spaghetti, opnieuw een ratatouille van groenten en gefrituurde vis. Niet veel zaaks deze avond. En als dessert krijgen we nog een pannenkoek.
Tegen 21.15 u. trekken we ons terug in ons tent of lodge. Eigenaardig, we zijn hier altijd zo moe en slapen nochtans veel langer dan we thuis gewend zijn. Eerst nog wat werken aan het verslag van de dag en de fotos en ik kan ook om 22.30 u. te bed.
Dag 11: Bwindi National Park Lake Bunyonyi dinsdag, 19 april
NAAR LAKE BUNYONYI
Om 6.15 u. is er opnieuw elektriciteit en gaat het licht in de kamer aan. We kunnen opnieuw een douche nemen en alles klaar maken voor het vertrek naar de volgende post.
Voor de laatste keer maken we de beklimming van het restaurant. Het is inderdaad telkens heel wat dalen om naar onze verblijfplaats te gaan. Het restkamp ligt op een heuvelrug.
Om 7.50 u. zitten we reeds op de hobbelige weg. We nemen de weg terug naar Kihihi. In een bank wisselen we geld, onze voorraad Ush is opgebruikt. Voor 50 dollar krijgen we meer Ush dan in de andere banken, maar met de euro die Dorine wisselde liep het mis, ze heeft veel te weinig gekregen.
We vervolgen onze weg. Het is opnieuw een triestige weg, voordurend putten en van links naar rechts laveren op de weg, dalen en stijgen, we zitten in een zeer heuvelachtig gebied.
NYIAKIBALE ZIEKENHUIS: BEZOEK AAN DE KATHO STUDENTEN
Eenmaal in Rukungiri (nogal een grote stad) bereiken we de asfaltweg. We telefoneren naar Elise, de studente uit Menen (dochter van de Roby), die er samen met nog 4 andere Katho-studenten werkzaam is voor drie maanden in het Nyakibale Hospital: Sandra Boone (Eke), Elise Robesyn (Menen), Maarten Delaere (Menen), Jolien Leleu (Ieper) en Sanne Vanhecke (Heule). We worden er hartelijk ontvangen en worden er ook door de dokter van dienst ontvangen. Na het invullen van het gulden boek, leiden de studenten ons rond: in de materniteit, de spoed,
we zien er de zieken liggen in zaaltjes
Sandra geeft uitleg over de materniteit en onze dokter Joost kan meepraten over de verschillende handelingen bij de geboorte, de geneesmiddelen
We komen bij de plaats waar de aankomende zieken eerst moeten betalen en dan bij de dokter mogen. In de apotheek moeten eerst de geneesmiddelen worden betaald. We kunnen ook even een kijkje nemen in de radiologie. Tenslotte maken we ook kennis met de Maarten Delaere. Die krijgen we het laatst te zien, want die is werkzaam in het operatiekwartier en het is een drukke dag vandaag. Het is een zeer groot hospitaal, maar je kan je moeilijk voorstellen hoe de patiënten er gehuisvest zijn. Familieleden moeten er ook zorgen voor zieke, zo zijn er afzonderlijke gebouwen waar ze eten kunnen bereiden.
Vandaar trekken we dan naar hun verblijfplaats, een leuke woning die ze met zn vijven delen. Ze hebben wel geen stromend water, maar ze hebben geluk
iemand anders haalt het voor hen. Na twee uur nemen we afscheid van de vijf, niet zonder nog enkele groepsfotos te hebben genomen en natuurlijk hebben we de pakjes gegeven die we vanuit België meekregen.
LAKE BUNYONYI
We rijden nog een heel stuk naar het zuiden. Wanneer we de stad Ntungamo bereiken, houden we halt aan een restaurant om de lunch te nemen. Drie van ons bestellen gegrilde geit met frieten, Dorine houdt het bij kip met frieten. Frank is de slimste, zal achteraf blijken, de rijst met groenten-curry is zacht. Onze geit is waarschijnlijk een oude bok, zo taai. En de kip, amaai, een stukje borst met een vleugel, gewoon niet van elkaar te krijgen, zo hard.
Tegen 15.15 u. zetten we onze tocht verder. Zo komen we stilaan in het gebied rond Kibale. Deze omgeving wordt ook wel het Klein Zwitserland van Oeganda genoemd en is één van de mooiste gebieden in het land. Kibale zelf is een zeer grote stad, het ziet er zwart van het volk (zowel letterlijk als figuurlijk). Even voorbij de stad trekken we nu het gebergte in, tot op een hoogte van 2000 m. (Frank heeft een hoogtemeter).
Langs de weg is het opvallend hoeveel mensen stenen aan het kloppen zijn. Vanuit het gebergte worden grote stenen gehaald. Die worden dan verwerkt in de huizen. Eenmaal boven hebben we een prachtig zicht op het meer, de Lake Bunyonyi. De naam van het meer betekent letterlijk Meer van de kleine vogels wegens het rijke vogelleven in dit gebied.
Aan het meer is het een echt paradijs, omgeven door de bergen. We hebben drie prachtige kamers aan de waterkant. Fantastisch.
We moeten tijdig ons diner bestellen, want ze hebben de tijd nodig om het te bereiden. We kiezen voor drie maal steak met frieten en twee maal katvis (crayfish) met avocado. En inderdaad, ze hebben heel wat tijd nodig om het op tafel te bestellen. Ze kennen hier vast en zeker het spreekwoord haast en spoed is zelden goed. We willen twee flessen wijn bestellen een rode en een witte. Vooraleer die mannen dat begrepen hebben? We bestelden ook 5 maal als dessert fruit. Terwijl we aan het eten zijn, komt een boy met een kan fruitsap en begint in glazen te schenken. Frank en Joost geven te kennen dat ze geen fruitsap nodig hebben. Nadat ze de tafel afgeruimd hebben, wachten we op ons fruitdessert. Na lang wachten doen we even navraag. Dat was dat glas fruitsap. Vandaar dat de boy het zo raar vond dat twee er geen wensten, hoewel we er vijf hadden besteld. Amaai, wat een toestanden hier. En als we om 21.30 u. naar de receptie trekken om voor het eerst van het internet gebruik te kunnen maken, vindt de receptionist het te laat: We hebben genoeg gewerkt voor vandaag, alles wordt gesloten, morgen om 7.30 u.
Dag 12: Lake Bunyonyi: Batwa stam (pygmeeën) woensdag, 20 april
EINDELIJK INTERNET
Om 7.30 u. trekken we met de laptop terug naar de receptie. We kunnen inderdaad internet gebruiken mits betaling. Internet !!! Amaai, t is precies als de bediening hier
traag
traag
traag
Ik had een kleine selectie gemaakt van een honderdtal fotos en ze zelfs een heel stuk verkleind
Het vergde een eeuwigheid om één foto te uploaden
In een half uur tijd hebben we slechts een viertal fotos kunnen opladen en de tekst.
Tegen 8.00 u. zitten we aan de ontbijttafel. Geduld is de boodschap. Vooraleer de bestelling is opgenomen en de bediening
En wat voor een bediening
de ene kreeg zn pannenkoek
het ene gebakken ei werd verwisseld met het andere soort ei
kortom, we hebben alles een beetje gedeeld
DE PYGMEEËN
Tegen 9.30 u. zijn we aan de motorboot die ons over het meer tot bij de stam zal brengen. In een overdekte ruimte van de tuin volgen heel wat mensen een eucharistieviering. Eric beweert het wellicht omwille van het witte donderdag is, maar hij vergist zich schromelijk, we zijn pas woensdag vandaag. Het was al de gehele morgen aan het regenen, maar gelukkig blijft het nu over en moeten we onze regenjas nog niet tevoorschijn toveren. Links en rechts genieten we van het prachtig landschap. De zon doet een poging om door het wolkendek te breken. Een prachtig tapijt van waterlelies ligt aan onze aankomstplaats uitgespreid. De kinderen komen vanaf de heuvel naar beneden gelopen. Wij moeten de heuvel op. Helaas, bij het nemen van een groot hoogteverschil, gleed Eric uit naar beneden, recht met zijn achterwerk op het gezicht van Dorine. Ze kreeg de slappe lach, met alle gevolgen dienst.
Eenmaal boven gekomen wemelt het van de kinderen. Ze hangen aan ons en lopen mee. Joost is in zijn nopjes met de kinderen, hij leert ze een handklapspelletje en zet het ook met hem op een lopen
Eenmaal aangekomen bij de Pygmeeën, komt iedereen naar buiten, van oud naar klein. Ze heffen een lied aan en iedereen zingt uit volle borst mee. De stammoeder danst en nodigt ook Dorine uit om mee te dansen. Bij een volgende dans springen ook de kinderen uit volle kracht mee. De grote borsten van de jongere dames slaan op en neer. Een kleine op de arm van mijn mama leutert aan de borst om er nog een druppel uit te persen
Na het spektakel kunnen we nog een groepsfoto bewerkstelligen en dan bieden ze ons hun handwerk aan. We kopen samen 3 gevlochten mandjes (25.000 Ush). Met een massa kinderen om ons heen wandelen we terug tot bij de heuvel waar de boot ligt aangemeerd. De gehele weg leert Joost ze zingen van Abenono en bikke bikke bik
hop hop hop. Niet te geloven, maar er zijn daar zelfs heel jonge kinderen bij met een kindje op de rug.
We dalen de heuvel af en een vrouw met haar 5 maanden oude baby vaart met ons mee. We vorderen langzaam, want we zien een koppel kraanvogels, otters in het water en tal van andere prachtige vogels.
VRIJE NAMIDDAG -REGENBUIEN
Zo bereiken we om 14.00 u. opnieuw de Bunyonyi Overland Resort. Tijd om onze lunch te bestellen.
Frank en Eric trekken het eerst naar de bar, terwijl de anderen hun schoenen verwisselen. Eric informeert naar bruin bier, t was precies of hij in Keulen hoorde donderen. Niet alleen zit er geen spoed in die gasten, ze zijn ook zo dom als het achterste van een koe.
Dan komt diezelfde jongeling opnemen wat we wensen te eten. Liliane en Eric wensen ook eens de lekkere katvis met avocado. Geen avocado vandaag! Nu, een andere boy komt langs en bij kunnen wel de avocado bestellen. Wat is me dat hier toch een zootje? Na lang wachten, heel lang wachten
krijgen we ons middagmaal geserveerd. Ondertussen is het hevig beginnen regenen en af en toe hoort er een harde donderslag bij. Voorlopig kan de regen ons niet deren, deze namiddag staat immers als rust in het resort genoteerd. Het is een overheerlijke soep, de hoofdschotel valt bij iedereen in de smaak en het fruit als dessert maakt het geheel compleet. Tegen 15.15 u. kunnen we naar onze cottage.
Het blijft maar regenen en de elektriciteit is ook verdwenen. We vullen onze tijd rustig in, de ene met wat lezen, de andere met wat dutten op bed of het verder afwerken van verslag en bewerken van fotos. In elk geval, onze regenjas hebben we nog steeds niet nodig gehad.
Tegen 17.15 u., wanneer de zon stilaan weer een poging waagt, trekken we even op verkenning in het resort. In de prachtige tuin staan diverse beelden van dieren. Over het pad kruipt een extra lange en dikke regenworm. Nooit zagen wij zon exemplaar en we slaan die met volle aandacht gade.
We trekken ook even langs de straat op wandel. De stofferige weg is herschapen in een dikke modderbrij. De inwoners spreken ons aan. Eric wil voor zn tuin ook zon machtig mes. Na wat uitleg begrijpen ze dat het om een Panga gaat. We doen de man ook een plezier met even binnen te kijken in zn winkeltje. Een vrijwillige bijdrage komt er ten goede van de weesjes. In ruil voor 10.000 Ush krijgt Eric een bewijsje en kiest een primitief gemaakt bootje.
Vooraleer het avondmaal te gaan bestellen neemt Frank een frisse duik in het meer. We bestellen het avondmaal, en in afwachting kunnen we een gesprek voeren met een groepje Vlamingen uit Mol. De bestellen nogmaals de lekkere soep van deze middag. Joost en Liliane houden het opnieuw bij avocado met crayfish en Frank en Eric genieten van vis in een of anders soort saus. Alles wordt geserveerd met frietjes. En Dorine? Die heeft al de gehele dag wat last van de maag en vast, net als deze middag, nog eens en eet niets. Ons dessert is opnieuw dat lekkere potje gemengd exotisch fruit.
Ten 21.30 u. trekken we ons opnieuw terug in onze cottage voor een verkwikkende nachtrust.
Dag 13: Lake Bunyonyi Lake Mburo National Park donderdag, 21 april
NAAR LAKE MBURO
Na het ontbijt zijn we klaar om een nieuwe verplaatsing te maken. Het is goed 8.30 u. als we Bunyonyi verlaten. We moeten opnieuw de berg naar beneden tot in Kabale. De mist hangt in de vallei. De mannen en vrouwen die stenen kappen zijn reeds druk in de weer. Het zal aan dat tempo toch nog enkele jaren duren vooraleer de gehele berg zal kapot gekapt en geklopt zijn. De stenen moeten dienen voor de bouw van huizen. Henri vertelt dat de steenkappers een prijs krijgen volgens de grootte van hun hoop.
In de stad Kabale heerst reeds een drukte, iedereen is in de weer. Heel wat bussen staan opgesteld aan het busstation. Het is 11.30 u. bereiken we Mbarara en houden we halt aan het Agip Motel. In het restaurant maken we de bestelling: drie maal pizza, één maal lasagne en één maal Talapivis met frieten. Wachten is opnieuw de boodschap. We slaan ondertussen een praatje en bekijken het doen en laten rondom ons. Precies na een uur worden de maaltijden geserveerd. t Komt hier in Oeganda allemaal op hetzelfde neer, ge duld hebben en tijd hebben kost hier blijkbaar geen geld. In elk geval, de gerechten zijn wel heerlijk.
Tegen 13.00 u. kunnen we opnieuw vertrekken richting Lake Mburo. Na nog een half uurtje highway, slaan we rechts een aardeweg in. We zitten volop tussen de farmers die koeien met enorme hoorns kweken. Zij zijn er ook de oorzaak van dat er nog zo weinig leeuwen in het park leven. Omdat de leeuwen en hyenas hun koeien aanvielen, hebben ze die systematisch vergiftigd.
HET RWONYO CAMP
Eenmaal in het park rijden we heel langzaam, speurend links en rechts naar dieren. Net voorbij de ingang zien we reeds een kudde impalas. Baboons vind je uiteraard overal. Eindelijk ontwaren we in de verte de eerste zebras. Langsheen de zebraweg zien we reeds 3 zebras van dichtbij. Het is een mooie verschijning in het groene landschap. Ze schudden voortdurend met hun hoofd en zwaaien met de staart heen en weer. Even verder zien we links van de weg een koppel kraanvogels. De nationale vogels is inderdaad heel mooi om van dichtbij gade te slaan. Via een andere weg krijgen we nu hele kuddes zebras te zien. Elanden hebben we niet kunnen spotten.
Zo bereiken we het Rwonyo Camp. Terwijl Henri de nodige formaliteiten vervuld, zitten we reeds in het souvenirstalletje. Het vriendelijke verkoopstertje willen we iets gunnen en samen kopen we tien van die typische biersleutels-sleutelhangers.
We krijgen drie tenten toebedeeld midden het bos, op enige afstand van elkaar. We plaatsen gewoon ons gerief in de tent, trekken eens naar het toilet. Het is een schamel, stinkend kotje in het bos. Toilet en douche zijn samen verenigd en we stoten het hoofd tegen de deur, wellicht bestemd voor pygmeeën. We moeten onmiddellijk opnieuw de Toyota in, want om 16.00 u. start een boottocht op het meer.
BOOTTOCHT OP LAKE MBURO
Het meer ligt er heel prachtig bij in een oase van groen. Na enkele minuten wachten komt er een motorbootje vol toeristen aangevaren. Aangezien wij maar met vijf zijn, neemt de bootsman een andere boot. Terwijl hij alles in gereedheid brengt, moeten we een orange lifejacket aantrekken.
Het is heerlijk toeven op het verfrissende water. De zon brandt in alle hevigheid. Gelukkig kunnen we schuilen onder het zeil dat de boot overspant. We starten aan een boom met honderden nesten van wevervogeltjes. Ze vliegen af en aan, het is één symfonie van gekwetter. Reeds van ver horen we het gebrom van de nijlpaarden. Massas groepjes nijlpaarden varen we voorbij. Ze kijken ons steeds meewarig aan, duiken kop onder of proesten het water uit hun neus de hoogte in. Hier en daar is er al een die zijn wijde muil openspert. In de bomen zien we tal van statige zwart-witte visarenden. Ze leven hier met tientallen aan het Mburomeer. Hun vlucht is heel statig. Prachtig is het rood-blauwe vogeltje dat op een takje rustig voor onze fotolens blijft poseren. Aan de oever zijn ook hier en daar enkele vissers druk in de weer. Ze zetten hun netten uit in het meer en duiden de plaats aan met uit het water stekende stokjes. Onze bootsman pronkt met de vele krokodillen, maar zijn er nergens. Maar voor alles hebben ze een uitleg. Het is te warm, ze liggen in de schaduw onder de bomen op de oever. Op de terugvaart zien we gelukkig nog twee kleine krokodilletjes. Het ene is 2 jaar oud, zegt ons bootbestuurder. Krokos kunnen 100 jaar oud worden. Het andere komt precies vers uit het ei, zo klein is het.
Tegen 17.20 u. kunnen we uit de boot stappen. Het was opnieuw een mooie tocht. We worden verwelkomd door een familie grazende wrattenzwijnen. We trekken binnen in wat ze hier een restaurant noemen. We bestellen opnieuw een Nile (het nationale bier van Oeganda). Het dienstertje excuseert zich dat ze niet zo koud zijn, er is ook geen elektriciteit voor de frigos. We moeten ook ons avondmaal bestellen. Er hangt een bord met erop geschreven Todays Menu. Het eerste wat Eric bestelt een gebakken vis met frieten is niet voorradig. Wat geïrriteerd vraagt hij waarom ze het dan op het bord schrijven? Uiteindelijk wordt het dan voor het overgrote deel gestoofde groenten met aardappelen en voor Eric gestoofd rundvlees met aardappelen. Onze wachttijd bedraagt opnieuw meer dan een uur. Wachtend schieten we fotos van de ondergaande zon op het meer. In de wolken flitsen bliksemschichten. De nijlpaarden zijn in het water nog aan het genieten van de zwoele avond, de wevervogeltjes kwetteren nog steeds en vliegen onafgebroken af en aan. Ondertussen hebben we het over het leven in Oeganda Het zijn allemaal zon trage gasten. Niet te verwonderen dat de kolonisten destijds ze een wip gaven om verder te doen. Ik zou het in elk geval zo langniet uithouden. Ik zou ze verdomd nu al een stamp onder hun gat willen geven. Overal hetzelfde, een uur wachten voor het ontbijt, een uur wachten voor het middagmaal, een uur wachten voor het avondmaal
KAMPVUUR
Henri brengt ons na het avondmaal terug naar het tentenkamp. Op we weg loopt voor ons een nijlpaard. t Is niet waar hé, dat die nijlpaarden rond onze tent zullen zitten. Bij aankomst brandt het kampvuur reeds. Een lantaarn op batterijen staat voor onze tent. We nestelen ons met onze stoel bijhet kampvuur. Brandweerman Frank is niet enkel handig in het blussen, ook met vuur maken kan hij goed overweg. We fantaseren over allerlei dieren die deze nacht rond onze tent zullen hangen. Wanneer Eric enkele meter verwijderd is van het vuur werpen de vrolijke olijkerds een steen in zijn richting. Van schrik zit hij één wip terug op zijn stoel, was me dat even schrikken
En lachen dat die anderen deden! We trekken ons na deze gezellige kampvuuravond, zonder drank, terug in het isolement van onze tent. We hadden wel water en Ricard, maar geen bekers.
Dag 14: Lake Mburo National Park Kampala vrijdag, 22 april
OCHTENDWANDELING IN HET MBURO NP
Om 6.30 u. komt Henri ons ophalen voor een ochtendwandeling in het Lake Mburi Nationaal Park, het enige park in Oeganda waarin je kan wandelen. Na een nacht waarbij we telkens iets meenden te horen, stappen van wilde dieren... zijn we klaar voor de ochtendwandeling. De ranger wordt opgehaald en weg zijn we, enkele km verder. In het ochtendschemer starten we voor een wandeling van 2.30 u. Ondertussen heeft een Deens koppel onze groep vervoegd. We krijgen bij een ondergronds hol wat uitleg en plots
is me dat schrikken
twee wrattenzwijnen komen uit het hol gesprongen en zetten het op een lopen. Wat verder zien we de eerste dieren, antilopen die we tot op heden nog niet hadden gezien: topis. Voor hen stapt een koppel kraanvogels in beeld. De topis rennen weg uit de grasvlakte wanneer ze ons opmerken. Wat verder bemerken we de eerste zebras. Het zijn ook zeer schichtige dieren die we niet kunnen benaderen of ze zetten het ook op een draf. Uiteraard ontbreken ook de buffels niet en het is leuk kijken naar de kuddes impalas. Met hun leuke oortjes rechtop kijken ze ons aan. Inde verte merken we ook een dier op dat zich weinig laat tonen, de eland. En daar staan er nu drie exemplaren bij elkaar. Zebras, waterbucks en impalas springen telkens weg als we in hun omgeving komen. We hebben ook aandacht voor kleine diertjes, een duizendpoot en termieten. Die bouwen overal op de grasvlakte hoge heuvels. Op sommige groeien zelfs bomen en dat vormt mooie composities. De valvetaap maakt de wandeling compleet. Zo bereiken we om 9.00 u. de wagen waarin Henri ons opwacht.
ONTBIJT AAN HET MEER
We trekken terug naar het restaurant (een grote naam, maar stel er je er niet veel van voor) aan het meer. De nijlpaarden zijn reeds aan het baden, hun nachtelijke wandeling op het vasteland zit er op.
We bestellen het ontbijt. Slenterend komt het dienstertje van dienst vragen wat we wensen. Een voor een noteert ze wat we wensen. Als dat maar weer niet verkeerd afloop. En dan is de wachttijd weer aangebroken. Het is een marteling voor mensen zoals ik die geen zittend gat hebben. Gelukkig heb ik al geleerd om telkens aan tafel mijn computertje mee te nemen zodat ik altijd wat kan schrijven aan het verslag of de vele fotos bewerken. Terwijl we aan het wachten zijn genieten we ook van de apen die tot aan de keuken eten komen zoeken of op de balken in het restaurant rondlopen. Een vijftal apen amuseren zich ook bovenop de geparkeerde autos. Ondertussen zijn enkele Nederlandse koppels ons komen vervoegen in het restaurant. Ze hebben twee zwarte peuters bij. Ze vertellen ons dat wanneer je in Oeganda een kindje wil adopteren, je eerst drie jaar in Oeganda moet wonen. En had ik niet gedacht dat het verkeerd zou aflopen. De dienster brengt me een bord gebakken eieren en kijkt me stom verbaasd aan wanneer ik vraag of ik er geen brood kan bij krijgen. Brood, bekijkt ze me met een dwaze blik, alsof ze het in Keulen hoort donderen.
Tegen 10.30 u. bereiken we opnieuw onze drie tenten. We willen ons wat opfrissen. Deze morgen hadden we de wandeling aangevat komend recht uit ons bed. Het was er toen nog donker om in het lamploze toilet ons te gaan wassen. De bagage wordt in de auto geplaatst en om 11.00 u. verlaten we het Camp Rwonyo, richting Kampala. We hebben nog een laatste blik op zebras, impalas en een kudde topis die heel dichtbij zitten.
Het wordt heel druk op de weg naar Kampala. De autos steken de een na de andere voorbij. Als tegenligger moet je vaak eens op de remmen gaan staan. Ondertussen valt de regen met bakken uit de lucht. De vele putten zijn gevuld met water. De activiteiten in de dorpen die we voorbijrijden gaan gewoon door, tussen de plassen in. Voor ons rijdt er plots een vrachtwagen met op elkaar gepakte koeien. Ze zitten geperst als sardienen in een doos, moest die van Gaia hier eens komen, hij zou een toontje lager zingen. Even verder staat het verkeer stil Er is geen doorkomen aan, een petroleumvrachtwagen is in de gracht geslipt en met een overtandse takelwagen probeert men die uit te trekken. Tevergeefs. Vooraleer een nieuwe poging aan te vatten laten ze gelukkig onze kant van het verkeer door.
DE EVENAAR - WATERPROEF
Het is 14.20 u. wanneer we opnieuw de evenaar bereiken. We houden halt aan wat zij blijkbaar een wegrestaurant noemen. Er is een prachtige tentoonstelling van Afrikaanse schilderijen en allerlei handwerk. We bestellen de maaltijd, maar de wachttijd beloopt meer dan een uur. Na een half uur gaat Eric vragen wanneer we a.u.b. de drank kunnen krijgen? We zijn aan het klaarmaken! Eric merkt op dat de drank toch niet moet klaargemaakt worden, een sleutel nemen en de fles opentrekken! Okee, we krijgen toch al de drank, maar de voor Dorine bestemde cola is er niet, die is op, geen cola meer vandaag! Na de maaltijd stappen we een vijftigtal meter verder tot aan de evenaar. Henri wil ons bewijzen dat er een verschil is tussen het noordelijk en het zuidelijk halfrond. Er staan drie borden met een gat opgesteld, één precies op de evenaarslijn, één enkele meter verder in het noordelijk halfrond en een in het zuidelijk halfrond. De man van de proef giet water in de eerste pot, legt er een bloemetje op en laat het water weglopen via een gat onderaan. Het water draait naar links. Hij doet hetzelfde in het noordelijk halfrond en het bloempje draait naar rechts? Tenslotte op de evenaar: het bloempje draait niet en loopt recht naar beneden door het gat naar beneden. Liliane is niet overtuigd, ze is een beetje zoals de ongelovige Thomas. De man van het eerste winkeltje herhaald nog even de proeven. Wie niet geloven wil moet zien! Henri betaalt de daaraan verbonden vergoeding, we maken nog enkele groepsfotos voor de evenaar en kunnen nog even de vele souvenirwinkeltjes binnen trekken.
OP NAAR KAMPALA
We zetten de tocht verder naar Kampala. Nog een 80 km voor de boeg vooraleer we de hoofdstad bereiken. Naarmate we Kampala naderen wordt het verkeer steeds drukker. Aangezien er slechts twee rijstroken zijn kan niemand voorbijsteken wanneer een vrachtwagen zich puffend naar boven hijst op een heuvel? Het is ook opmerkelijk dat er heel veel petroleumwagens op weg zijn. In de voorsteden van Kampala staat het verkeer in de tegenovergestelde rijrichting zelfs helemaal stil. Wat moet dat in de toekomst worden wanneer er nog meer autos zullen zijn? En highways die niets van een snelweg hebben, tenzij heel veel putten en stroken kapotte weg. Ze hebben hier blijkbaar geen minister Crevits. Een gehele wijk van Kampala staat onder water, de huisjes van de armen steken uit het water uit. Die mensen hebben gebouwd in een moeraszone, weet onze chauffeur. Ze deden het toch, met alle gevolgen vandien. Gelukkig kent Henri Kampala als geen ander en weete wegen te nemen met minder verkeer, zodat we in de kortste keren aan het Hotel Ruch staan.
We nemen afscheid van Henri. Hij kan deze avond rustig naar Entebbe rijden en de nacht bij zijn vrouw doorbrengen. Wij trekken naar onze aangewezen kamer. Mooi, maar bij Frank en Dorine is er geen elektriciteit. We hebben nog onze douche van deze morgen te goed. Monter en opgefrist trekken we naar de bar om nog naar eens te genieten van een Nile, het nationale bier.
Tegen 20.00 u. begeven we ons naar het restaurant aan de overzijde. Gezellig in de verlichte tuin. Een lieve en daarenboven heel mooie dienster brengt ons de spijskaart. We bestellen eerst een fles witte en rode wijn. Rode hebben ze evenwel niet. De bestelde soep is overheerlijk. De menus zijn al evenmin te versmaden. Nu ja, het prijskaartje is ook wel wat hoger, maar de rekening is toch niet voor ons maar voor Great Lakes Safaris. In de tuin is het er zo heerlijk, dat we onze laatste avond ook wat langer laten uitlopen dan anders
Het wordt reeds na 23.00 u. wanneer we onze kamers opzoeken. En we kunnen zowaar nog fotos maken van de goedlachse receptioniste.
Dag 15: De bronnen van de Nijl - Terugvlucht zaterdag, 23 april
JINJA: DE BRONNEN VAN DE NIJL
Onze laatste dag in Oeganda. Aangezien we de terugvlucht pas s avonds laat hebben, krijgen we nog een ganse dag ter beschikking. We willen die nuttig spenderen en niet een ganse dag schoppen in een drukke stad als Kampala is.
Onze chauffeur-gids beloofde dat hij met ons nog naar Jinja, 80 km noordwaarts wil rijden. Daar liggen immers de bronnen van de Nijl. En die willen we nog zien.
Tegen 8.30 u. zal hij komen ophalen. Hij is naar Entebbe getrokken, naar zijn vrouw en kind. Na bijna twee volle weken afwezigheid is hij blij zijn gezien te kunnen terugzien. En dat heeft hij vast en zeker dik verdiend.
Voor de laatste keer worden de reiszakken gevuld terwijl het buiten opnieuw in alle hevigheid regent. Het laatste ontbijt in het restaurant tegenover hotel Rust is er deze keer een met zelfbediening. We kunnen genieten van het vele fruit. Verse ananas smaakt hier zoveel beter en de bananen gerijpt in eigen land zijn een lekkernij. Onze reiszakken worden in de receptie van het hotel geplaatst en kunnen met de ondertussen aangekomen Henri weer de baan op. We rijden eerst doorheen het administratieve deel van de hoofdstad met super-de-luxe hotels en hoge flatgebouwen van banken en ministeries. Op dat moment waan je je even in een of andere Europese hoofdstad. Maar na enkele kilometer laveren door het drukke verkeer, sta je meteen weer met de voeten op de grond. Opnieuw de vele verkoopstalletjes links en rechts van de weg, tussen de plassen door. Honderden mensen die er iets zoeken te kopen en te verkopen
We rijden doorheen prachtige landschappen en komen in een streek waar heel wat suikerriet wordt geteeld. We dwarsen een groot tropisch woud, het tweede grootste van Oeganda na dat van Bwindi, waar we de gorillas ontmoetten. Ondertussen heeft de regenbui plaats geruimd voor een stralende zon.
Tegen 10.00 u. bereiken we de stad op de Nijl, Jinja. We moeten een lange brug over de Nijl over en onze chauffeur waarschuwt ons: Geen fotos van de brug! Wanneer ze je zien fotos maken, wordt het toestel afgenomen. En inderdaad, de brug wordt zowel bij het begin als op het einde bewaakt door politie, ze kunnen zich geen sabotage of bomaanslagen van de brug veroorloven.
We houden eerst even halt aan een soldatenkerkhof zoals wij er hier zoveel kennen rond Ieper, het Commonwelth War Graves van Jinja 1939 - 1945.
Jinja is ook de geboortestad van onze chauffeur. We rijden voorbij het hospitaal en ook de lagere school waar hij school liep. Plots staan we aan een bareel, we moeten om de bronnen te zien inkomgeld betalen. Aangezien de dag voor ons extra is, moeten we nu alles zelf betalen. Wat een verschil in de toegangsprijs: inwoners 2000 Ush - toeristen het vijfvoudige: 10.000 Ush (= 3 euro). Tussen de vele souvenirstalletjes door bereiken we de Nijl. We worden voortdurend aangespoord hun waren te bekijken. Maar het overal hetzelfde: schilderijen, beeldjes, djembees, T-shirts
We staan voor een brede Nijl. We dachten dat alle begin toch een bronnetje is? Een man komt ons voorstellen met de boot te varen tot aan de bronnen en dat voor 50.000 Ush. (= 15 euro). We mogen ons dat niet ontzeggen, aan de bronnen van de Nijl staan, dat moet toch iets enigs zijn. Sir John Hanning Speke had die ontdekt in 1862.
We varen even voorbij de aalscholvers die op een tak de veren aan het drogen zijn en een grote leguaan. Het bootje legt aan en we stappen uit. We staan aan de bron van de Nijl. We begrijpen er niets van, de Nijl is er nog altijd even breed. Onze bootgids wijst ons op een draaikolk in het water. Hier komt het water van de Nijl naar boven. 30% van het Nijlwater wordt gevoed door het water die hier opborrelt. De overige 70% komt van het aansluitende Victoriameer. Via wat stenen in het water kunnen we ook tot bij een betonblok die symbolisch het 0-punt van de Nijl aanduid. Tot aan de monding in de Middellandse zee is de Nijl 6400 km lang. Water van hieruit doet er 3 maanden over om de totale weg af te leggen. Net als andere toeristen wil Eric even op de betonblok klimmen. Hij grijpt zich vast aan een boompje om zich op te trekken, maar
de stam zit vol met miljoenen mieren. Meteen zitten er duizenden mieren op zijn gehele lichaam. Op de wankele stenen en met fototoestel en camera in de hand kan hij niet meteen reageren. De anderen kunnen zich niet inhouden van het lachen.
We varen nog even op het Victoriameer voor we de terugweg aanvatten. We komen voorbij bomen waar niet honderden, maar wellicht duizenden aalscholvers op zitten. Die moeten toch dagelijks tonnen vis verorberen?
We moeten opnieuw doorheen de lange rij stalletjes links en rechts. Iedere verkoper klamp ons aan. Aan de oever van de Nijl wijst Henri ons op een monument ter ere van Mahadma Ghandi. Van deze Indiase politieker, die opkwam voor geweldloos verzet en overleed in 1948, werden hier de zijn asse in de Nijl gestrooid.
JINJA
Henri rijdt nog even voorbij de Victoria Nile School waar hij lagere school liep. Oude huizen uit de 50-jaren, maar nu compleet vervallen in ruïnes (en nog bewoond) duiden op het eens zo grote en machtige Jinja. Aan de andere kant van de weg tennisclubs, golfbanen
Wat een contrast!
In het centrum van Jinja kunnen we inkopen doen, beter dan in Kampala. Het is 12.00 u. geworden en spreken af om 13.00 u. We gaan op zoek naar onze laatste souvenirs en geschenken voor het thuisfront. Eric wil een vlag van Oeganda. Reeds de gehele week is hij er tevergeefs naar op zoek. Nu ook blijkt het een moeilijke opdracht. Na veel winkeltjes en aanwijzingen vindt hij die uiteindelijk ineen sportwinkel. Liliane wijst Eric er op dat ze in een winkel een mooie kerststal zag opgebouwd in een kalebas. Inderdaad, heel mooi en een enig stuk voor zijn kerststallencollectie.
We gebruiken het middagmaal ook in Jinja. We zijn het eens over het menu, allemaal hetzelfde: een pannenkoek gevuld met kip in een saus van guacamole. (spreek uit: wakamole) (avocadomousse) is een bekende (dip)saus. De ingrediënten zijn naast avocado vaak ook tomaat, ui en/of knoflook, sap van een limoen of citroen, chilipeper, korianderblad en verschillende andere kruiden.)
BUJAGALI FALLS
Een volgende attractie op de Nijl zijn de Bujagali Falls, even ten noorden van Jinja. Het is een kort ritje op een hobbelige aardeweg. Nu het geregend heeft, ziet die heel mooi rood van kleur.
De watervallen zijn een toeristische attractie want deze keer zijn we er niet alleen. Het is ook een gebied waar rafters aan hun trekken komen. Het water stroomt met een zeer hoge snelheid naar beneden. Het geluid klinkt als hemelse muziek in de oren. Enkele waaghalzen willen er een cent aanverdienen. Met een bootje en een peddel overwinnen ze de verschillende hindernissen. Ook een zwemmer komt de waterval naar beneden gezwommen. Uiteraard komen ze dan even rond om een cent op te halen.
Daarmee zit de laatste attractie van onze 15-daagse reis in Oeganda er op. We kunnen terugkeren naar het hotel en ons klaarmaken voor de terugvlucht.
KAMPALA
We bewonderen een laatste keer de drukke activiteiten in de dorpen die we voorbijkomen. Het ene winkeltje naast het andere,.. Een aantal winkels met tientallen bedden en zetels voor de deur
Wie koopt dat allemaal? Wat als het regent? Allemaal vragen waarop we geen antwoord hebben en die voor ons Westerlingen een raadsel zullen blijven.
Naarmate we Kampala naderen wordt het steeds drukker. Het wordt aanschuiven in de files. Tegen 17.40 u. bereiken we opnieuw het Hotel Rust. We krijgen een kamer ter beschikking om ons wat op te frissen en andere kledij aan te trekken. Henri zou graag om 18.00 u. vertrekken naar de luchthaven, want met het drukke verkeer weet je maar nooit.
Er heerst inderdaad een drukte in Kampala. Het verkeer
gewoon niet te doen. Autos komen van links, van rechts, motos en fietsers voegen in of rijden erdoor, voetgangers steken erover
. Er zijn gewoon geen woorden voor.
Net voor we het gebied rond de luchthaven bereiken moeten we allemaal uit de auto. Iedereen wordt er door de politie gescand. We vinden het toch maar niets, we kunnen toch gewoon onze bom in de auto hebben gelaten of in onze rugzak. Wat voor zinloos gedoe is me dat? Het is 19.00 u. geworden wanneer we de luchthaven bereiken. We zijn dus ruim op tijd. We nemen afscheid van onze goede chauffeur-gids Henri en wensen hem alle heil toe.
LUCHTHAVEN ENTEBBE
De bagage en wijzelf worden een eerste maal gescand. Het is dan even wachten voor we kunnen inchecken. Aangezien het vliegtuig reeds uit Kigali zal komen met heel wat passagiers, is het opnieuw moeilijk om ons allemaal bijeen te zetten. We moeten dan door de pascontrole. Hier leggen ze een verzameling aan, onze beide handen en beide duimen worden ingescand.
We wandelen even door de taxfree shops, maar alles blijkt veel, veel duurden dan de winkeltjes langs de straat. We verteren onze laatste Oegandese shillings aan wat drank en een hapje.
Omstreeks 21.30 u. beginnen ze de boarding. Pas- en ticketcontrole, controle van de handbagage en alle schoenen uit
En tegen 22.15 u. kunnen we onze plaats innemen in het vliegtuig van Brussels Airlines. Om 22.45 u. verlaat het vliegtuig de luchthaven en trekt naar de startbaan. Op het televisiescherm kunnen we de bewegingen volgen. Het is naar Brussel 6422 km vliegen en zal er 8.10 min. over doen. Aankomt is voorzien om 5.50 u. We zullen ons uurwerk dus een uurtje moeten terugdraaien.
De hostesses komen eerst rond met een krant. Ik kies uiteraard voor Het Nieuwsblad. En net zoals in de heenreis is het de editie Kortrijk-Menen en
er staan opnieuw twee fotos van mij op de regionale pagina. Oei
de moord op de vrouw uit Moorsele wordt uitvoerig beschreven door collega Oscar De Winter. Daarna brengen ze een koptelefoon en een deken. Zo wordt het tijd voor het avondmaal. Ik kies voor rundvlees met tagliatelli en een flesje witte wijn. Er volgt nog een koffie.
De lichten van het vliegtuig gaan uit en iedereen probeert de slaap te vatten. Ook ik probeer het, maar
zoals steeds
. Van echt slapen komt er bij mij niets in huis. Naast mij ligt een kleuter en die ook vrij onrustig in zijn slaap, nu eens leunt hij met zijn hoofd tegen me aan, dan eens zwaait hij met zn arm en krijg ik een duw
.
Het is 5.00 u. geworden als de lichten opnieuw worden aangemaakt. Op de kaart op het televisiescherm bevinden we ons nu boven de Middellandse zee, vliegen op 11.800 m. en hebben nog ruim 1200 km. voor de boeg.
6.20 u. Nancy nog 320 km snelheid 870 km per uur buitentemperatuur 57°C - hoogte: 11552 m.
Het wordt stilaan tijd om terug te schakelen naar onze tijd, 5.20 u. Tegen 6.00 u. staan we opnieuw aan de grond op vaderlandse bodem.
Onze bagage is er zeer snel en het is nog maar 6.30 u. geworden of we zitten reeds in de bestelwagen richting thuisfront. Lennert, de zoon van Joost en Liliane brengt ons veilig thuis.
Zo zit een unieke reis Oeganda er op. Onvergetelijk ! Een mooi land, prachtige landschappen, veel dieren, vriendelijke mensen
(Maar ook dieven!! Zondag zal blijken dat in de luchthaven het een en ander verdween uit de bagage van Joost en Liliane).
|