G'day!
Een tweede roadtrip zit er alweer op na de aankomst in het hete ministadje Broome. Na twee weken toeren langs de westkust en 3200 km meer op de teller kan ik nu de tijd nemen om wat ervaringen te delen.
Ditmaal trekte ik rond met de Duitsers Marthe en Malte. Ons eerste voorsmaakje bevond zich slechts enkele honderden kilometers van Perth: de Pinnacleswoestijn in Nambung National Park. Daar maakten we een ritje waarin we uitkeken op honderden kalkrotsen in een droge zandvlakte. We zetten onze tocht diezelfde dag verder naar Kalbarri. Onderweg werden we verbaasd door een roze (!) meer in Northampton. Dit vreemde fenomeen ontstond doorheen de tijd onder invloed van de betacarotene in het water. De aankomst in Kalbarri National Park startte een reeks van uitzondelijk mooie uitzichten die op onze weg zouden liggen. De zuidelijke kuststreek van het park kleurde onze huid rood tijdens onze tripjes naar Red Bluff Beach (prachtig strand), Mushroom Rock (een rots die dus echt op een champignon lijkt) en een aantal rustige uitkijkplekjes. We spotten er hier en daar een Southern Rightwalvis in de eindeloze oceaan. Dit zijn kanjers die tot 18 meter lang kunnen worden en 80 ton kunnen wegen! Daardoor waren ze makkelijk op te merken, zelfs vanop een verre afstand. De Southern Rights migreren tussen augustus en november naar de Australische westkust om er te kalven. Perfecte timing dus! De rivierstreek in het oosten van Kalbarri kon ons ook bekoren met een wandeling naar Nature's Window. Deze naam mag je letterlijk interpreteren: door een reuzegat in een rots kijk je neer op de rivier in een prachtige omgeving van groen en droogte. Het was pas na Kalbarri dat mijn persoonlijke hoogtepunten volgden. We reden de adembenemende werelderfgoedrit naar Shark Bay en bewonderden er uitzonderlijke plekjes.In Eagle Bluff keken we neer op de zeebodem door heldere, vlakke waters en een mini-eilandje, bewoond door een massa vogels. In Shell Beach liepen we op miljoenen schelpjes in plaats van zacht zand. In Hamilton Pool aanschouwden we de oudste levensvormen op aarde: stromatolieten. Toen arriveerden we in Monkey Mia, het dolfijnenresort. We relaxten er op het strand om opeens bezoek te krijgen van een aantal dolfijnen die een toertje maakten slechts enkele meters van het strand verwijderd. We trotseerden de volgende dag de regen om een dolfijnenvoeding mee te maken. We waren zelfs bij de gelukkigen die een vis in de lachende dolfijnenbek mochten stoppen! Een ervaring die me lang zal bijblijven! Vanuit Monkey Mia volgde Coral Bay, waar het Ninjaloo Reef start. Het rif is makkelijk te spotten doordat de helblauwe waters overschakelen naar een donkere kleur. Snorkelen bleek er echter teleurstellend door de wind en de golven die het zicht teveel vertroebelden. Maar we zagen rifhaaien op enkele meters van onze voeten zwemmen in het ondiepe water en dat maakte onze dag toch nog spannend! In Exmouth werden onze snorkelverwachtingen dubbel en dik ingelost in het Ninjaloo Marine Park. We zwommen er tussen de kleurrijke visjes in het paradijselijke Turqoise Beach (de naam liegt niet)! Dankzij de onderwatercamera van Malte kan ik jullie tonen hoe mooi het onderwaterleven ginds was! We verzamelden verder nog speciale schelpjes in Surfers Beach en keken uit op het wrak van de Mildura dat er in het verleden op de rotsen is vastgelopen. Na deze ontspannende strandbezoeken reden we een saaie, 600 kilometerlange, rit inland naar Kalbarri National Park, het paradijs voor avonturiers. We waagden ons aan een aantal lastige wandelingen die ons naar beneden de kliffen leidden. We trotseerden het water, waar we soms door moesten, soms ontwijken door op de kliffen te klimmen. We probeerden de spiderwalk, waar we met onze armen en benen ons probeerden veilig te houden van het water onder ons. Eerlijk gezegd, ik ben toch af en toe een beetje op mijn ongemak geweest. Een simpele misstap kan heel wat miserie en pijn opleveren. Maar we zijn er zonder ongelukken vanaf gekomen en met alweer wat nieuwe ervaringen in mijn rugzak! Eens aangekomen op onze bestemmingen onderaan de kliffen, konden we een verfrissende duik nemen in de natuurlijke waterplassen, waar we onze ogen uitkeken op de schoonheid van de natuur. De volgende dag arriveerden we in Broome. Dit is een kleine stad, die eigenlijk de naam stad niet verdient. Het is een toeristisch dorpje dat je naar mijn mening snel kan doorkruisen. Buiten het strand is er hier niet zoveel te doen, dus ik denk dat ik nu zo snel mogelijk naar Cairns vlieg. Van daaruit plan ik een nieuwe roadtrip via de oostkust naar Sydney, waar ik mijn vlucht naar Hong Kong neem op 27 oktober!
Weetjes: - Onderweg naar Kalbarri National Park moesten we dringend een kampeerplaats vinden, dus we besloten een zijwegje te nemen naar een heuvel. Toen we op de heuvel kwamen, keken we uit op een wit, verlaten strand. We reden ernaartoe en kampeerden daar, zalig! - We arriveerden een maandje te laat in Monkey Mia. Tot augustus is het immers het seizoen van de walvishaaien die er een aantal maanden verblijven en dan weer verdertrekken. Deze slome, ongevaarlijke haai is de grootste vis die er bestaat. Hij wordt gemiddeld acht meter lang, maar kan gerust 12 tot 15 meter lang worden.In Monkey Mia krijg je (weliswaar voor minstens 350 dollar) de kans om ertussen te zwemmen. Jammer dat ik niet meer de optie gehad heb om het te doen. Maar soit, ik heb tegelijkertijd een som uitgespaard om andere dingen mee te doen he! - We maakten een helrit mee toen we het Ninjaloo Marine Park verlieten. We spendeerden een half uur om twintig kilometers verder te raken omdat we constant werden opgeschrikt door kangoeroes. Ik denk dat we er op dat half uur minstens honderd hebben gezien, en ik overdrijf echt niet! Constant zaten ze langs de weg, waardoor we moesten vertragen want de stommerds springen gewoon op de weg, net voor de auto als het hen invalt. Mijn hart stond op meerdere momenten eventjes stil! - De woestijn zag er helemaal anders uit aan de westkust dan doorheen het centrum van Australie. In mei was het nog redelijk nat en de woestijn zag er nogal groen uit. Maar nu oogde de woestijn heel droog. Op sommige plaatsen zag je niets dan een bruine vlakte. We passeerden vele kreekjes en in geen enkel bespeurden we water. - Ik las in de West Australian (krant) een artikeltje over Belgie! Is het weer ruzie ja? Het artikeltje beschreef de woorden van Onkelinx waarin ze waarschuwde over de splitsing van Belgie! - Slecht nieuws dat opnieuw eens de risico's van de Australische wateren bewijst. Vorige maand is een Australische vader om het leven gekomen nadat hij tijdens het surfen in de benen werd aangevallen door een witte haai. Men kon hem uit het water halen maar hij is overleden op weg naar het ziekenhuis.Zo'n nieuws doet je toch eventjes denken hoor. Het gebeurde in een van de Perthstranden toen ikzelf nog in Perth verbleef. - De termen 'ver' en 'dicht' hebben voor mij een volledig nieuw begrip nu. Als ik nu zie/hoor dat er nog 300 kilometer volgt, denk ik spontaan 'oef, we zijn er bijna'! - Toen we bijna in Broome waren, passeerden we een weiland met wel duizenden koeien op! Echt, je zag koeien waar je keek! Ik heb dit proberen fotograferen: wat je op de foto ziet is nog niet de helft van hoe ver het uitstrak!
Groetjes!



















12-09-2010 om 00:00
geschreven door Elke 
|