Eén november is een dag waarop nog steeds veel mensen de
kerkhoven en de graven bezoeken, hoor ik zonet in het nieuws. Als kind deden we
dat ook, maar de laatste jaren niet meer terwijl er hoe langer hoe meer mensen
uit de dichte omgeving overleden zijn. Het lijkt dus een beetje tegenstrijdig. Maar
ik hoef echter geen grafbezoek om stil te staan bij de degene die er niet meer
zijn. De fotos op de kast doen er mij veel vaker aan denken dan een bezoek aan
het graf. Ook al omdat de afstand een snel bezoekje niet toelaat.
Dus deze Allerheiligendag is een feestdag, en meer nog een
dag waarop ik niet hoef te werken en er me ook niet schuldig moet over voelen.
Een dag waarop wassen, plassen en strijken op de agenda staan. Extra tijd om
het huishouden aan te pakken en dat is eens nodig, want de laatste maanden is
het professioneel zo druk geweest dat er voor niets nog tijd resteerde. De
sociale agenda op een laag pitje gezet, de afspraken afgebouwd, mijn bureau een
kleine ramp en een paar projecten waar ik nog niet eens aan begonnen ben. Maar
zoals het een goede zelfstandige betaamt, we zeggen nooit neen tegen een klant.
We stoppen nooit en we geven nooit op.
Het goede is dat ik er rustiger van word, niet gelaten of
onverschillig, maar nog georganiseerder omdat er geen ruimte is voor
tijdverspilling of onbenulligheden. En bij mij leidt een goede organisatie tot
nog meer efficiëntie. Elk punt op het lijstje wordt nauwkeurig afgewerkt en
afgevinkt. Check! Op naar het volgende....
Maar niet vandaag. Lekker relax nu de strijk achter de rug
is, het middageten binnengewerkt, de vaatwasser aan de gang en de keuken
opgeruimd. Deze namiddag maken we tijd voor een uitstapje. Het weer lijkt er
misschien niet naar, maar herfstig als ik ben is dit puur genieten. Ik voel
de Sinterklaassfeer alweer helemaal opborrelen.
Ingeduffeld met een warme sjaal en een stevige regenjas kunnen we de regen en
de kou trotseren. Nu nog een bestemming kiezen en we zijn vertrokken.
De actualiteit van de afgelopen dagen heeft me beziggehouden,
met name de ongewenste sexuele intimiteiten op de werkvloer. Dat er effectieve
namen op geplakt worden, verrast me des te meer, maar de kern van de zaak
blijft toch het gedrag van zovele mannen in al die jaren.
Na het potje over de mishandeling van (voornamelijk) jongens
door de religieuzen, wordt nu ook van dit potje het dekseltje gerukt. Hier zijn
het meestal vrouwen die het hebben mogen ondervinden.
Het is gelukkig niet meer van deze tijd, maar tot pakweg 20
jaar geleden was het geen onbekend gegeven in de werksfeer. Eén van de dames
die hierover op radio 1 geïnterviewd werd zei op een bepaald moment in het
gesprek dat haar moeder vroeger de opmerking maakte dat ze goed diende op te
letten voor de mannen. Niet dat het ooit tegen mij gezegd werd, maar het was
welherkenbaar. Tegelijk was er die
bewustwording dat moeders dat vandaag niet meer hoeven te zeggen tegen hun
dochters die uit werken gaan.
Ik ben er bijna van overtuigd dat als men aan 100 dames die
in de jaren 70 aan het werk waren de vraag stelt of ze ooit lastiggevallen
werden, hetzij met schunnige taal, hetzij lichamelijk, dat er dan makkelijk 80
handen de lucht in gaan. Ik heb het zelf ook mogen ondervinden, midden jaren 90,
door een manager van een andere afdeling. Gelukkig had ik zelf een
(vrouwelijke) baas die mij de mogelijkheid liet om een officiële klacht in te
dienen. Zij heeft er hem ook op aangesproken en het is bij die ene keer
gebleven.
Mijn jongste collega begrijpt de hele heisa nieten nog minder wat men daar nu juist mee
bedoelt. Mooi zo, denk ik dan, want in principe zou dit een ongekend begrip
moeten zijn. Zoals iemand die in Humo
stelde dat degenen die het hele verhaal rond de politicus in vraag stellen,
zich gelukkig mogen prijzen; voor hen betekent dit dat ze het niet kennen en
niet hebben moeten meemaken. Alle anderen herkennen het helaas wel.
Elke 10 jaar zetten we als beschaafde mensen een stap vooruit
naar nog meer gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Per 10 jaar dat men
teruggaat in de tijd, bots je wel op wanpraktijken tegen de menselijkheid en
menselijke waardigheid. Wij kunnen ons niet meer inbeelden dat mensen openlijk gefolterd
werden, dat mensen als slaven gebruikt werden. Er is op tal van vlakken strijd
geleverd naar een beter leven. En we moeten nog steeds stappen in de goede
richting nemen. Maar tegelijk zullen er nieuwe stinkende potjes geopend worden
over onheuse dingen die in het verleden gebeurd zijn en die dan pas het grote
daglicht te zien krijgen.
Je houdt het niet voor mogelijk wat mensen elkaar aandoen:
mishandelen, hun kinderen vermoorden, hun kinderen verkopen,.... Mijn verstand is
daar allemaal ietwat te klein voor om dat te kunnen vatten.
Zou het niet makkelijker leven zijn mochten we allemaal wat
toleranter zijn? Elkaar wat vaker helpen in plaatsen van tegenwerken? Meer
luisteren naar het verhaal van de andere? Wat meer bezorgdheid? Mathilda
Met het
voorjaar komen gelijk de wielerwedstrijden weer op de proppen. Een sport die ik
de afgelopen jaren hoe langer hoe meer ben beginnen appreciëren, vooral dan het
veldrijden in de winter. Je kan niet anders dan bewondering hebben voor de
kilometers dat die jongens elke keer weer opnieuw af te leggen hebben, om dan
op het laatste moment nog eens alles uit hun hele hebben en zijn te persen om
de sprint te winnen.
Daar kan je
alleen maar bewondering voor hebben.
Maar dan is
daar ook een andere kant van de medaille. Deze van de entourage van de
wielersport en vooral de supporters.
Ik begrijp
dat wielerwedstrijden ergens moeten kunnen plaatsvinden. Dat is nu eenmaal
eigen aan de sport. De kilometers bouw je niet op rond de kerktoren of op een
piste, maar een beetje respect voor de dorpen en gemeenten waar die caravaan
doortrekt, is toch niet zoveel gevraagd, denk ik dan.
In onze
gemeente vinden er per jaar 3 koersen plaats, allemaal georganiseerd door een
lokale middenstander die er bijna een hoofdbezigheid van gemaakt heeft. Mocht
hij mogen, hij zou er elke week één organiseren.
Een paar
dagen voorafgaand worden er bordjes geplaatst dat alle wagens op het parcours
van de straat verdwenen moeten zijn tussen dit en dat uur. Lijkt mij logisch
voor de veiligheid van de koers en de wielrenners. Voor onze buren die geen
oprit hebben, betekent dit dat ze kunnen oprotten voor de dag, of hun autos op
het dak van hun huis moeten zetten.
Maar dan is het zondag en wie zie je dan her
en der parkeren, op de voetpaden en de wegbermen? Juist, ja, supporters en
entourage.
De entourage
komt met bestelwagens en grote autos met het hele hebben en houwen van de
wielrenner in. Binnen de kortste keren
verandert de straat in een campeerterrein met tafeltjes, inklapstoelen,
frigoboxen, etc... Hiervan zie je vooral het resultaat wanneer de rust
terugkeert over het dorp en overal rommel en afval achterblijft.
Dit is punt
één.
Het tweede
punt is de arrogantie en onbeschoftheid van de supporters. Blijkbaar moet het kunnen
dat men op onze oprit komt wildplassen? Kinderen die dringend moeten, denkt u?
Nee hoor, een zestigplusser die 10 meter onze oprit opliep en zich dan richting
onze planten ontlastte van zijn ongemak. We hebben nog staan roepen dat het
ongehoord was, maar hij draaide niet eens zijn hoofd om en had er geen haast
bij. Had ik een emmer water bij de hand gehad, dan.... Jaja, zeker weten.
Een uur
later merkte ik dat er aan onze voordeur redelijk wat geluid (lees: gebabbel)
te horen was. Ik trok de voordeur open en gelijk sprongen er twee mensen recht
vanop onze deurdorpel. In totaal waren er vier volwassenen die het zich
permitteerden om onze voortuin te betreden en tot aan de voordeur te komen om
zich daar dan comfortabel te maken. Ik heb dan maar duidelijk gemaakt dat het
openbaar voetpad niet aan onze voordeur is en dat het ongepast is om ongevraagd
op privédomein te gaan zitten.
Aan zon arrogantie
erger ik mij blauw.
Is er geen mogelijkheid om vanuit de
organisatie hun toeschouwers aan te manen tot elementaire beleefdheid rondom
het parcours. Op voetbalstadions worden ongehoorzamenheden gepenaliseerd. Wel,
misschien is het tijd dat er bij elke wielerwedstrijd een mogelijkheid bestaat
voor de omwonenden om hun grieven te uiten. Een soort van forum waar men een melding van
ongehoorzaamheid kan doen.
Misschien
moet de organisatie eens stilstaan bij de overlast en hier gepast mee omgaan.
Niet haalbaar, denkt u? Wel, laat de organisatie dan opruimen na de wedstrijd, dat
moet toch al tot nadenken stemmen?
In mijn jonge jaren hield ik een dagboek bij. Niet dat ik daar elke dag wat in schreef, maar toch
heel regelmatig. Het was mijn uitlaatklep om de dagelijkse dingen van mij af te
schrijven. Ik heb het jaren gedaan tot op het ogenblik dat mijn toenmalige partner
van mening was dat hij die allemaal mocht lezen. Ik was daar zo erg tegen gekant dat ik ze allemaal snel verbrand
heb. Ik was toen midden de twintig.
Ik wou dat ik er nu nog eens door kon gaan. Even teruggekatapulteerd worden
naar die spannende jeugdjaren waarvan ik toen vond dat ik een vrij
indrukwekkend leven had. Thuis boterde het niet zo goed, maar op school
amuseerde ik me te pletter en met de vrienden thuis maakten we het ook wel
bont. Altans, zo leek dat toen. En al die spectaculaire verhalen werden netjes
opgetekend en voorzien van bijpassende documentatie. Zo heb ik ook een zakdoek
ingeplakt die ik gebruikt had tijdens een speciale avond uit.
Gisteren was ik met mijn dochter op stap en in het weekend,
en in de auto wil ik al wel eens naar radio Nostalgie luisteren,
want de jaren 80, die zijn van ons, weet je wel.?We waren onderweg naar huis van een avondje
uit toen Viola Wills met Gonna get along without you now op de radio was.
Muziek is zon krachtig instrument omdat je het onmiddellijk associeert met een
bepaalde leeftijd, met situaties in je
leven, met locaties waar je toen was, en soms zelfs met geur.
Die Viola Wills associeer ik met een kop vol puistjes en
acne die bedwongen moest worden met een middeltje dat ik in het geheim en met
eigen zakgeld kocht omdat er thuis niet veel aandacht aan geschonken werd. Dus
samen met dat liedje was er ook de geur van dat product.
Heeft het geholpen tegen de puistjes? Nee, niet echt.
Naast geur is smaak ook vrij bepalend. Soldatenkoeken
bijvoorbeeld gaan er bij mij niet meer in sinds het tweede leerjaar. En ja,
dat is intussen toch al even geleden, he. Toen ik zeven was heb ik een tijdje
met enorme buikpijnen geplaagd gezeten en ik moest daar medicatie voor nemen.
Omdat ik die megapillen niet doorgeslikt kreeg, werd de inhoud van de capsule
gemengd met geplette soldatenkoek. Vreselijk was dat. Maar ik begrijp wel dat
mijn grootmoeder alle moeite deed om mij die pillen te doen nemen. Gelukkig is
soldatenkoeken eten geen must om de rest van het leven door
te komen, he? Jaren later heb ik nog eens een hap van zon koek genomen, maar
ik kreeg het amper binnen. De bittere smaak van de pillen zat er nog steeds in.
Aan mij hebben ze helaas geen geld verdiend.
Gierigheid is aan mij niet besteed, maar verkwisting is helt dan weer te veel over naar de andere kant. En dan vooral als deze verkwisting gebeurt door degenen die ons vandaag aanmanen tot besparen en inboeten. Redelijk frustrerend is dat. Waar gaat het hier over? Omheiningen rond openbare carpool-parkings....
Een carpool-parking is voor iedereen - lees wel, voor IEDEREEN - toegankelijk. Er is geen inkom te betalen, er staan geen barelen, er is geen ticketje te nemen, ... Neen, het is volledig gratis en vrij door iedereen te gebruiken. En toch heeft iemand het nodig gevonden om rond tientallen van dergelijke parkings een hoge omheining te plaatsen.
En dat vind ik bizar, en niet een beetje. Iemand is daar natuurlijk beter van geworden en het is die leverancier/installateur van harte gegund. Maar die overheid die de beslissing neemt om een dergelijke onnodige en overbodige bestelling te plaatsen, moeten we die niet even tot de orde roepen?
Foei overheid, dit getuigt niet van efficiënt beheer.
Bij wie moeten we zijn om dit aan te kaarten? Kan dit geld (en ja, het gaat over heel veel geld) niet beter besteed worden? Zijn er geen andere bestemmingen die effectief baat hebben met een miljoenenbijdrage?
Mijn dochter en schoonzoon zijn vandaag naar een
familiefeest aan zijn kant. Een nieuwjaarsfeest met uitstel omdat de familie
een zodanige omvang heeft dat het niet haalbaar is om het feest op nieuwjaar
zelf te houden.
Er bekruipt mij dan altijd een lichte vorm van jaloezie
omwille van de gezelligheid die ik mij daarbij inbeeld.
In het gezin waar ik ben opgegroeid was affectie niet aan de
orde. Mijn ouders hadden geen tijd of zin om een warme sfeer te scheppen. Als
ik terugdenk aan warme momenten uit mijn jonge jaren, dan heeft dit dus niet te
maken met dit gezin. Mijn nostalgie gaat over het gezin van een vriendin van een
toenmalig klasgenootje waar ik af en toe ging spelen. Dit meisje, Gaby, had een
Nederlandse mama en een Aziatische papa. Haar ouders waren een stuk ouder dan
de mijne, maar deden er alles aan om haar en haar broer een leuke thuis te geven. Geloof het of niet, ik ben er ooit
maar één keer thuis geweest, maar het maakte zon indruk op mij dat het vandaag
na 30 jaar nog steeds vrij duidelijk op mijn netvlies gebrand staat. Het huis was
niet speciaal groot, maar het was er zo mooi ingericht en aangenaam warm, en
haar mama stond te koken/bakken in de keuken. Het is zelfs moeilijk te omschrijven
wat dan net maakte dat het mij is bijgebleven en dat ik het nog steeds
associeer met huiselijkheid.
Maar bon, terug naar het familiefeest.
Mijn gevoel zegt dat andersmans familiefeesten leuk zijn, dat de sfeer optimaal
is, dat het een Nigella Lawson Kerstgehalte heeft, dat het eten zo goed als
vanzelf op tafel komt, dat iedereen met iedereen door eenzelfde deur kan,
kortom dat het daar aan niets of niemand ontbreekt.
Natuurlijk is dat niet zo, want hoe vaak stond al niet te
lezen in damesbladen dat meer mensen tegen familiefeesten zijn dan ernaar
uitkijken.
Door wat er in het verleden gebeurd is, heb ik mij min of meer van mijn eigen
familie afgescheurd. Sinds een paar sta ik er neutraal tegenover. Ik kan gerust
zeggen dat ik ze niet nodig hebben om gelukkig te zijn.
Mijn schoonfamilie is eerder
vrij grijs en zal conflictueuze gesprekken uit de weg gaan. Elk gesprek
wordt op dezelfde toonhoogte gevoerd. Emoties zijn ook niet aan de orde. In het
begin was dit voor mij echt wennen, want ik ben zelf nogal uitbundig en spreek
in tal van toonaarden.
Het gezegde je eigen familie kan je niet kiezen, je schoonfamilie wel gaat
eigenlijk niet op, he. Want ook hier moet je doen met wat zich aandient.
Gesteld dat we allemaal vrije keuze zouden hebben, wie zou
dan mijn familie willen zijn? Wie zou met plezier aan onze tafel komen
mee-eten? Wie zou staat springen omdat de feestdagen er weer aan komen? Bij wie
zou ik mezelf zodanig comfortabel voelen dat er geen stress is om te koken of
de tafel sfeervol aan te kleden? Met welke mensen zou, op filmse wijze, ons
plaatje kloppen?
Het deeg
voor mijn broodje ligt momenteel een eerste keer te rijzen. Nog 15 minuten te
gaan en dan even platdrukken en in de juiste vorm een tweede keer laten rijzen.
Zo staat het
op de verpakking vermeld. Moeilijk is dat allemaal niet meer. Die kant-en-klaar
pakjes waar je enkel water moet bijdoen en kneden, meer is daar niet aan.
Maar de
gezelligheid van de geur die uit de over komt zodra het brood gebakken wordt,
is ongelofelijk.
Dat
gecombineerd met de geur van verse koffie....
Nu worden we
helemaal melig, maar er zijn momenteel dat ik me er helemaal laatdoor meeslepen.
En vandaag ga ik
all-the-way.
Na het brood
ga ik nog wortelsoep maken en als avondmaal nog een lekker licht stoofpotje.
Eentje van eigen hand, met kip en veel groenten. Zelfs de aardappelen gaan mee
in de stoofpot. In plaats van bier als saus, ga ik voor een lichte
kippenbouillon, wat currypoeder , en werk ik af met magere room.
En vanavond,
nadat al dat lekkers verorberd is, zet ik me voor TV in de zetel en brei ik nog
een sok.
Wie me niet
kent moet er nu steevast van overtuigd zijn dat de hippiestijl mij helemaal
eigen is, maar niets in minder waar. Nee hoor, ik ben het typemadame die nooit ongeschminkt buiten gaat, wiens
haar in de juiste plooi moet liggen, die graag elegant gekleed is en schoenen
met hakken draagt.
Mensen die
mij vaag kennen kijken vaak raar op als ik breien als één van mijn hobbys
vernoem. Het zal dus niet stroken met het beeld dat men van mij heeft.Maar als ik thuis in mijn coconne zit, dan is
dat meestal in een verlepte makkelijke broek en een warme fleece. Cocooning,
he!
En dan komt
het geitenwollensokkengevoel wel naar boven borrelen.
Zo, broodje
in nu voor de tweede keer aan het rijzen en mag over een half uurtje de oven
in.
Ik ben van
nature een persoon met een groot rechtvaardigheidsgevoel, altijd al geweest. Dat
maakt dat ik vaak steiger als ik onrecht zie of hoor, in de eerste plaats over
dingen die in eigen land gebeuren. En dat steigeren doe ik hoe langer hoe meer
in stilte of besloten kring, want als zelfstandige vind ik het niet gepast om
openlijk uiting te geven aan mijn mening. Je weet per slot van rekeningnooit helemaal hoe de andere over de kwestie
denkt en je wilt niet aanstootgevend zijn.
Wat ik
echter al te kras voor woorden vind, is de hele discussie over de
pensioenhervorming en het zogenaamd langer werken. Maar laat mij vooral van
start gaan over het fenomeen staken en
niet alleen bij de openbare diensten.
Ik heb vóór
mijn zelfstandige activiteit20 jaar in
loonverband gewerkt en ben steeds van mening geweest dat wanneer je niet langer
tevreden bent over de gang van zaken bij je werkgever, en je je niet meer kan
stellen in de beslissingen die daar genomen worden, dat je dan op zoek moet
naar een andere job, een andere werkgever. Je kan toch niet verwachten dat je
werkgever zich aan jou gaat aanpassen?
Wij hebben als
Belgen de mogelijkheid om zelf die keuze te maken? Waarom vinden mensen het dan
vaak nodig om hun werkgever (soms letterlijk) te gijzelen met stakingen?
Elk bedrijf
is ooit opgestart door mensen die een ideologie nastreefden. Die mensen hebben
hun persoonlijk kapitaal benut om iets op te starten, met wat geluk en hard
werken uit te breiden, en ze hebben mogelijkheden gecreëerd om personeel in
dienst te nemen. Om een lang leven beschoren te zijn moet elk personeelslid dat
in dienst komt rendabel zijn. Dat klinkt
hebberig, maar is het niet.
Als we in de
media horen dat er her en der een aantal ontslagen vallen, dan is men meestal niet
over één nacht ijs gegaan. Dan is dit het resultaat van dagenlang tellen en
cijferen, en het onderste uit de kan halen om het bedrijf niet over kop te
laten gaan.
Stel dat het
financieel slecht gaat in je huishouden, dan ga je in eerste instantie manieren
zoeken om te besparen. Maar als je dan in een fase komt dat besparen niet meer
helpt en dat je andere dingen moet vinden om overeind te blijven, dan moet je
soms drastische beslissingen nemen.Daar
maak je je niet populair mee, maar is op dat moment echt wel nodig.
En begrijp
me niet verkeerd. Met deze stelling neem ik het absoluut niet op voor al de
bedrijven die frauderen, belasting ontduiken, dikke bonussen uitdelen aan het
management terwijl het personeel ondergewaardeerd wordt. Rechtvaardigheid, weet
je nog?
Maar dan: de
pensioenhervorming en het langer werken.
Vorige week
stond er in het weekblad Humo een brief van een leerkracht lichamelijke
opvoeding die haar (kan ook een man geweest zijn) beklag deed over het feit dat
ze door de nieuwe regels niet vervroegd met pensioen kon gaan. De details over
leeftijd en nog te werken jaren herinner ik me niet meer. Wat wel blijft
nazinderen nadat ik dit gelezen had is het volgende:
Een
leerkracht LO heeft naar mijn gevoel de makkelijkste job in het lerarenwezen.
Geen huistaken na te kijken, geen examens voor te bereiden, laat staan te
verbeteren, en bovendien gezien het vak, in de beste conditie. Dus eigenlijk
weinig fysieke reden om er vervroegd een punt te moeten achterzetten.
Als we dan
toch toegevingen moeten doen in het toelaten van vervroegde pensionering, laat
ons dan mild zijn voor degene die in weer en wind buiten werken, voor degene
die fysiek zware arbeid leveren, voor degene wiens gezondheid niet meezit.
En voor alle
anderen, probeer blij te zijn met het feit dat je kan en mag werken, dat je
lichaam en geest het toelaat om arbeid te verrichten.
Wat is de
zin van een pensioenleeftijd als die voor bitter weinig mensen van toepassing
is? Waarom vinden zoveel mensen dat het aan de andere is om langer te werken en
niet zozeer zijzelf? Waarom moeten we het afschuiven op een handvol mensen? Das
toch niet fair ten opzichte van onze jongere generaties? Dat kunnen we hen toch
niet aandoen?
Gisteravond bij De Laatste Show waren er twee mensen te gast die in het verleden een bijna-dood-ervaring gehad hebben. De dame had het zelfs reeds twee keer meegemaakt. Beiden hadden het over een helder licht. Niet het felle witte licht dat in films wordt opgevoerd, maar een heel helder licht dat ze niet verder konden omschrijven. De dame had in dat heldere licht ook haar vader gezien die haar de hand reikte. Ze vertelde dat ze zijn gezicht heel duidelijk kon zien, maar een lichaam was er niet bij.
Het is vooral dat laatste dat mij blij stemt, want ik heb altijd gehoopt dat ik mensen ga terugzien als ik ooit kom te gaan. Diep in mij ben ik er zelfs van overtuigd dat (vooral) mijn grootmoeder "daarboven" mij zal opwachten om mij daar wegwijs te maken.
Toen mijn grootmoeder als stevige tachtiger begin 2000 overleed was ik totaal kapot van verdriet, maar tegelijk blij voor haar omdat ik er zeker van was dat zij op haar beurt haar moeder zou terugzien. Ze was zelf een tiener toen haar moeder overleed. Als ik me goed herinner was zij op dat ogenblik het oudste meisje in huis waardoor de huishoudelijke taken op haar schouders terechtkwamen. Zij nam de zorg voor vader en de jongere kinderen voor haar rekening. Het was pas nadat ze zelf overleden was en ik haar in gedachte levend probeerde te houden, dat er herinneringen aan verhalen naar boven kwamen die ze me in de jaren voordien verteld had. Ik kon daar alleen maar uit concluderen dat zij haar moeder enorm moet gemist hebben. Ik herinner me nog de wazige, starende blik in haar ogen als ze over haar moeder vertelde. Zij heeft nooit de kans gehad om de gelukkige momenten in haar leven te delen met haar moeder. Niet haar huwelijk, niet haar kinderen en evenmin haar kleinkinderen voor wie zij onvoorwaardelijke liefde had. En ik kan het weten, want ik stond steeds eerste in de rij wat dat betrof. Zij was de eenvoud in persoon die alleen maar te geven had en nooit iets vroeg. Haar leven speelde zich af in en rond haar huis dat ze met een onuitputtelijke perfectie piekfijn in orde hield.
Dus toen mijn grootmoeder overleed, hoopde ik dat er iemand haar zou opwachten, want dat heeft ze echt verdiend. Het heeft tegelijk mijn angst voor de dood wat naar de achtergrond geduwd.
Is dat nu bijgeloof of zou er daarboven toch iets zijn? Er is geen man overboord door dit te willen geloven, toch?
Eerder deze week was ik bij een vriendin op bezoek voor een gezellige babbel. Maar zo gezellig werd het niet. Deze vriendin heeft twee kinderen; de oudste is een tiener en de kleinste zit in de 3de kleuterklas. Toen ik aankwam was enkel de jongste spruit thuis. In dit gezin is freedom of speach door de kinderen een standaard gegeven. Dit betekent dat de kinderen spreken en de ouderen onmiddellijk al hun aandacht naar de sprekende kinderen richten. Met andere woorden, ons gesprek werd voortdurend onderbroken door een kind dat iets wilde hebben, iets wilde vragen, iets wilde zeggen, ... Als ik er op terugdenk, weet ik niet meer of we drie zinnen hebben kunnen zeggen zonder onderbreking. Dat een kind dit doet, lijkt mij niet abnormaal. Dat je dit als ouder toelaat, vind ik des te merkwaardiger. Maar dit was niet het enige. Dochterlief wilde dat er een CD opgezet werd, dus mama stond onmiddellijk op om aan de wensen te voldoen. De CD was niet naar wens, en mama stond weer op om de CD af te zetten. Vijf minuten later diende de PC aangezet te worden volgens de dochter, waarop mama zich direct richting PC begaf om deze aan te zetten. De gekozen website was niet de juiste, en mama ging er weer op in. Maar ook dit kon haar niet lang boeien. Dochter beslist om dan toch maar TV te kijken.... mama zet de TV aan en de gevraagde DVD op.
Ben ik ouderwets als ik vind dat kinderen een gesprek van volwassenen niet voortdurend te onderbreken hebben? Ben ik conservatief als ik vind dat een "nee, niet nu" nog steeds moet kunnen? Moet je je, als ouders, richtlijnen laten opspelden door je kinderen? Is een goede portie discipline niet meer van deze tijd?
De kinderen in de huishouden hebben het goed voor mekaar. Zij zwaaien hier de plak en dirigeren naar believen. Tegelijkertijd klaagt mijn vriendin steen en been over hoe moeilijk het allemaal wel niet is om dingen gedaan te krijgen. Zo moet ze een grote aankoop plannen, maar ze komt er niet toe. Gebrek aan tijd is hier niet aan de orde, want ze heeft elke dag tussen 16u en 18u tijd om in de winkel te geraken. Maar omdat de kleinste er geen zin in heeft en dit niet leuk vindt, gebeurt het niet.
Mag ik hier verbaasd over zijn? Is dit de tendens van vandaag? Kan iemand mij dit uitleggen?
Ik heb er al bij al twee uren gezeten, heb me behoorlijk geërgerd en voelde me niet erg welkom. Ik was nochtans niet onaangekondigd binnengevallen. We hadden mijn bezoek eerder in de week afgesproken, maar weinig wees er op dat ik verwacht werd.
In het algemeen hecht ik enorm veel belang aan elementaire beleefdheid en ik probeer steeds mijn volle aandacht aan bezoekers te schenken. Of dit nu in een zakelijke of een privé-omgeving is, maakt voor mij geen verschil. Er is niets dat minder geld kost dan een beleefd gedrag naar anderen.
Onverwachts ergens binnenvallen is niet echt meer van deze tijd. We zijn veel te mobiel geworden waardoor we heel vaak niet thuis zijn. Iemand dit wil langskomen zal meestal vooraf even verwittigen. Mocht het je dan niet uitkomen, dan is daar niets aan gelegen om dat te zeggen. Dat moet echt wel kunnen. Maar... als het je wel uitkomt, maak dan tijd voor de bezoekers en ga niet ondertussen nog wat andere dingen doen waardoor je bezoek daar wat zit te zitten.
Als dit ouderwets is, dan ben ik maar al te graag ouderwets.
Ik durf het bijna niet uit te spreken, maar met dit weer en de dagen die gevoelig korter worden, komt ook het najaar stilaan in zicht. Terwijl ik dit schrijf, weet ik dat er zovelen zijn die me naar verre oorden verwensen, maar ik kan er niets aan veranderen.
Elk seizoen heeft z'n goede en charmante kanten, maar voor mij weegt er niets op tegen de herfst. De warmere kleren mogen terug uit de kleerkast (alhoewel ze deze zomer niet weggeweest zijn), de natuur verkleurt in de meest warme tinten, de kaarsjes mogen aan, de gezelligheid in huis wakkert weer aan, en de maaltijden worden weer voller. Mochten we een haard hebben, dan zou ik hem nu al aansteken, denk ik. En hoewel het twintig jaar geleden is dat ik in Engeland was, toch geeft het najaar me de sfeer van Engeland. Ik zou er zowaar een klein bureautje aan een raam voor inrichten om in het halfdonker met een leeslampje aan in een boek of op computer te schrijven. Mensen die vaak naar Engelse films of feuilletons kijken zullen vast begrijpen wat ik bedoel. De grijzige, vochtige sfeer die er dan buiten hangt, is ook heel typerend.
Maar, de zon breekt ineens door en mijn bubbel barst open. Weg dagdromen en weg najaarsgevoel.
Misschien nog maar goed ook, want onze vakantie begint deze week en volgens het weerbericht begint ook gelijk de zomer. Het heeft lang geduurd eer we beslist hebben wat we zouden gaan doen en waar we onze vakantie zouden doorbrengen. Geen van ons beiden zijn strand- of zwembadmensen, maar avontuurlijke tochten zijn nu ook weer niet aan ons besteed. We nemen de dag graag zoals hij komt en liefst hebben we iets gedaan of gezien. De voorbije jaren zijn we op citytrips geweest. Redelijk vermoeiend, want we trokken daar gemiddeld zo'n drie dagen voor uit en dan holden we van hot naar her om zoveel mogelijk gezien te hebben. Met als resultaat dat (vooral) ik de laatste dag geen stap meer vooruit kon van de pijn in benen en voeten. Dit jaar wordt het toeristisch sportief. We trekken naar de westhoek waar we logeren in 5 verschillende B&B's. Twee nachten per B&B en ter plaatse wordt onze tijd ingevuld met fietsen, wandelen, boeken lezen, sokken breien, teksten schrijven, en relaxen. Alles op ons eigen tempo zonder inmenging van anderen. En ons motto is "alles kan, niets moet".
Ik zie het helemaal zitten. Als de strijk op tijd gedaan geraakt en het huis aan kant is, zijn we klaar om te vertrekken. En het verslag en feedback over de bezochte logementen volgt later.
De hoogdag van Vlaanderen, zo wordt vandaag genoemd, en dat heeft alles te maken met de Ronde Van Vlaanderen die vandaag gereden wordt. Via een leverancier had ik er vorig jaar kunnen bij zijn als VIP. Nu bekeken wil dat zeggen dat ik misschien een minuscuul klein deeltje had uitgemaakt van het fictiereeks De Ronde.
Wat mij het meest fascineert aan de fictiereeks, is de technische kant van de opnames. Fenomenaal vind ik dat. Je staat er als kijker niet bij stil wat er allemaal komt bij kijken om zoiets in beeld te brengen. Urenlang complete focus op alle beelden en kiezen welke van die beelden uitgezonden moeten worden. Geen tijd om na te denken, want alles gaat rechtstreeks.
Dat er gisteren zoveel duizenden wielertoeristen zijn gaan voorproeven, kan geen verrassing zijn, want ook al heb je als kijker van de reeks intussen afgehaakt, er wordt nog steeds over gepraat, en dat is altijd goed voor een volkstoeloop.
De zon is er intussen doorgekomen en in navolging van een quote uit de reeks, hoorde ik daarnet iemand op TV zeggen: "het wordt een fantastische ronde". Dat ze er dan maar van genieten.
10:15 - Ik ben vandaag op business trip in het buitenland, helemaal alleen. Dat was niet de bedoeling, want mijn klant, namens wie ik naar hier afgereisd ben, zou me vergezellen met twee personen. Toen ik in Brussel Zuid op hen stond te wachten, kreeg ik een sms dat ze beide ziek zijn.
En zo ben ik van de derde plaats en gewone deelnemer aan de meeting opgeschoven naar voorzitter van de meeting. Is dat niks?
Onvoorbereid, en geen idee wat de vragen of te vertellen, mag ik hier de kar gaan trekken.
Misschien zou ik me nu moeten bezighouden met het noteren van wat zinvolle gespreksonderwerpen, maar de zenuwen gieren door mij lijf en het enige wat ik kan bedenken om wat rustiger te worden, is gewoon wat te typen. De dingen wat van mij af te schrijven. Dat heeft altijd goed gewerkt, dus waarom zou dat nu niet het geval zijn.
We hebben nog een half uur eer de meeting van start gaat. Tegen die tijd moeten de zenuwen onder controle zijn.
Wat al positief bijdraagt, is het gebouw en de vergaderzaal waar ik op dit ogenblik vertoef. Onderweg naar hier had ik het me grootster en luxueuzer ingebeeld. Iets wat meer past bij de stijl van de business. Maar nee, het is hier eenvoud troef en ik denk dat dat een goeie zaak is. Geen impressionante, ongemakkelijke toestanden. Niets van dat alles. Tenzij mijn meetingdeelnemers mij seffens nog van mijn sokkel blazen.
12:30 - Dit is het mooiste deel van de meeting... Ze is achter de rug en ik heb het overleefd. Mijn gesprekspartners waren twee professoren, dus niet van de minste, zeker niet in de medische wereld. En gelukkig hadden zij voldoende om te vertellen zodat ik niet te veel uit mijn kot moest komen. Zoals wel vaker voorkomt, werd er lustig op lost gejongleerd met vakterminologie en afkortingen. Om gek van te worden als je niet weet waar die voor staan. En ook al worden die één keer voluit uitgesproken, dan nog krijgt het geen betekenis als je niet continue in de business zit of er mee te maken hebt.
Maar bon, meeting achter de rug, ik weet nu wie wie is en wie mijn toekomstige contactpersonen zijn en zij kennen mij nu ook en weten mij te plaatsen in de ketting van activiteiten. Ik heb zelf een paar topics op tafel kunnen gooien waar het voor mij onduidelijk was, en dat is ook opgelost, of althans genoteerd om aan te pakken in de nabije toekomst.
Eindconclusie: we hebben het er goed van af gebracht en ik denk niet dat zij het een meeting van niets vonden.
En nu zit ik hier in het station bij Starbucks. Te wachten op de trein huiswaarts die over 3 uren vertrekt. Ik ben even gaan polsen naar een eerdere trein, maar tevergeefs. Dit is de enige. Ik kan er dus maar beter voor zorgen dat ik hem niet mis.
Het treinstation puilt uit van snackbars en kleine winkeltjes zoals je dat in België ook ziet. Het type winkeltjes waar je binnengaat als tijdverdrijf, maar waar je niets koopt omdat het kwalitatief niet echt dat is en vooral omdat je niets nodig hebt van al die rommel.
En ik ben trots op mezelf dat ik de hele onderneming op mijn eentje gedaan heb. Heel vroeg uit de veren, de trein op naar hier, de meeting, en straks terug.
Een lange dag op pad voor een meeting van anderhalf uur. Qua nuttige tijdsbesteding kan dit alleen maar een lage score krijgen. Qua bezigheidstherapie daarentegen....
Alleen de koude, daar zie ik van af. Deze morgen al toen ik bij ons op de trein stond te wachten, werd het snel duidelijk dat ik niet warm genoeg gekleed ben. Dat gaat zo met een kantoor-outfit. Daar kan je niet mee buiten komen wegens niet warm genoeg. En warm genoeg staat gelijk aan niet elegant genoeg. Het zal dus niet verbazen dat ik nu al uitkijk naar mijn zelfgebreide wollen sokken en een warme fleece-pull.
17:00 - Straks is nu. Met andere woorden, we zijn onderweg naar Brussel. Mijn onderneming zit er bijna op.
Nadat ik bij Starbucks vertrokken ben, heb ik wat rondgedwaald in het station. Winkel in, winkel uit, op zoek naar niets. Een half uur later ben ik dan uit verveling in de stationslobby gaan zitten. Die maakt deel uit van de lokettenhall. Gezellig en vooral lekker warm.
Maar nu zit ik weer op de trein naar huis. Nog een goed uur rijden en het is achter de rug.
Twee van mijn reisgenoten zijn op hun I-Pad bezig. De ene is aan het lezen en de andere is spelletjes aan het spelen voor zover ik het van hier kan inschatten.
Deze morgen op de heenreis was er ook een reiziger aan het lezen op zijn I-Pad.
Ik heb het al een paar keer overwogen om aan te kopen, maar zag er nog niet zo direct de voordelen van in. Na vandaag een hele dag gesleurd te hebben aan mijn werktas met laptop in, begint het zo stilaan te dagen. Voor mijn schouders en ellebogen zullen morgen weer pijnlijk voelbaar zijn van al dat gewicht.
Op zon moment denk ik dat een lichtgewicht I-Pad het een stuk makkelijker zou maken. Een filmpje kijken, een boek lezen, wat spelletjes spelen, .... Werken kan je dat moeilijk noemen, maar wie gaat mij hier zeggen wat ik wel en niet moet doen. Tijdverdrijf, he. Dat is waar een mens zich op de trein mee bezig moet houden. En dat lukt voor de meeste vrij aardig.
Rechtover mij zitten twee heren samen reizen. Eens gezeten hebben ze elk hun pc bovengehaald, koptelefoon ingeplugd en nu zitten ze elk naar hun eigen ding te kijken/luisteren. Van wat ik kan horen door hun koptelefoon lijkt het mij niet echt businessgericht. Maar geef toe, het oogt wel professioneel, met volle aandacht naar die pc starend.
Maar even terug naar die I-Pad, hoe kan ik mezelf verder nog overtuigen dat het geen folieke wordt? Eerder deze week was ik bij een kennis die voortdurend op zn I-Pad bezig was, ook al waren we in gesprek. En wat bleek, hij gebruikt het dus effectief als werktool en is helemaal gewonnen voor alle Apple-toestellen en applicaties. Ik denk dat ik nog niet in die fase zit. Ik ben ook helemaal geen gadget-freak. Het zou mogelijk moeten zijn om zon toestel een tijdje in demo te gebruiken. Voor mij werkt dit vaak verriijkend in de zin dat ik snel tot de conclusie kom dat ik dat niet gebruik en dus niet nodig heb. Een jaar geleden dacht ik een spelletjestoestel ...DX te willen. (ik weet al niet eens meer wat de naam was) Mijn dochter vond dat ik best het hare tijdelijk kon gebruiken om te zien of ik dit echt wel nodig had. En nee, hoor, dit was echt niets voor mij. Hooguit een paar weken heb ik spelletjes gespeeld en dan lag het daar, stof te vatten.
Een smartphone heb ik wel, maar das uit professioneel oogpunt om mijn e-mails te kunnen lezen als ik onderweg ben. En dat doe ik wel degelijk. Ik zei gisteren nog dat GSMs voor mijn part in modulevorm verkocht zou mogen worden; mijn pakketje zou bestaan uit een module bellen, een module smsen, en een module e-mails. Al de rest mag er uit of er af. En zo koop je dan op maat volgens je gebruik. Als je denkt een extra module te willen, dan koop je die gewoon bij. Makkelijk, toch?
Back to basics is natuurlijk terug naar af, maar daarom niet minder goed. Daarnet las ik in de Trends van afgelopen week een artikel over less is more, en het ging er onder andere over dat terug naar de eenvoud de tendens is. Rustiger, stiller, minder, gewoner, etc.. je snapt het wel, he. En daar zouden we allemaal beter van worden en meer in balans zijn. Voor mij dus een moduleerbare GSM. En misschien zijn er nog wel toestellen waarop dit van toepassing zou kunnen zijn. Zolang je maar de mogelijkheid hebt om toe te voegen, aan te bouwen, of bij te duwen zodat je niet beperkt wordt.
Dames en heren uitvinders? Pikken jullie dit op? Kunnen jullie hier eens werk van maken? Willen jullie wat helpen in het terugvinden van de eenvoud? Bij deze alvast mijn dank. Ik zie het wel verschijnen op de markt.
Zo heb ik een goed jaar geleden in een winkel eens laten vallen dat het tijd werd dat iemand op de proppen zou komen met een klantenkaart per persoon waar je, ongeacht de winkel of het merk in foldervorm je punten kan opsparen. Elke winkel(keten) die je wil toevoegen aan je klantenkaart, moet dan vanop zijn eigen kassasysteem een folder aanmaken op je klantenkaart. En bij wijze van back-up systeem kan je dan thuis de inhoud van je klantenkaart op je PC downloaden.
Heb je al eens stilgestaan bij de hoeveelheid klanten- en lidmaatschapskaarten een mens voortdurend meesleurt, Ik denk dat mijn aantal makkelijk de 25 stuks overschrijdt. Gevolg: ik heb alleen de hoofdnoodzakelijke kaarten mee en de rest ligt gewoon thuis. Sta ik onderverwacht in een winkel, dan kan ik mijn kaart bijgevolg niet voorleggen.
Nieuwe kaarten weiger ik steevast omdat ik er geen extra bij wil.
Maar ik denk dat we hier op goede weg zijn, want onlangs hoorde ik over een kaart met een gecombineerd puntensysteem. Hoe het juist in zn werk gaat, weet ik niet, maar het zou de richting van mijn denkpatroon kunnen uitgaan. En mocht ik het verkeerd ingeschat hebben, dan hier ook een oproep aan de techneuten uitvinders: maak een kaart die onshet leven als klant makkelijker maakt. Less is more is hier meer dan ooit van toepassing.
De trein dendert ondertussen voort en ik kan niet eens zeggen dat hij rustig voortdendert want met een Thalys is dat niet aan de orde. Ik denk zelfs dat we momenteel op zn hardst gaan, gezien er redelijk wat lawaai is. Zelfs de binnenbekleding van de trein laat van zich horen en dat hebben we in het afgelopen uur nog niet meegemaakt.
Nog een klein half uurtje te gaan voor deze rit en dan nog een nationale trein richting huis.
Een overlijden in de familie stemt tot nadenken en maakt dat je wat gemoedelijker over dingen gaat spreken dan in gewone omstandigheden. We hebben onlangs een tante ten grave gedragen. In de familie stond ze bekend om haar wat eigenzinnige visie en aparte mening op dingen. Dat werd haar niet altijd in dank afgenomen waardoor dat ze niet in de lijst van de meest geliefde familieleden voorkwam. Maar dan plots komt ze te overlijden en is iedereen opeens wat milder gestemd. En wat mij het meeste opvalt, en niet voor het eerst, dat je over de overledene dingen te weten komt die je helemaal niet bij die persoon gedacht zou hebben. Hoe lief, hoe sociaal, hoe geëngageerd, hoe meelevend, hoe trots, hoe strikt, hoe zichzelf wegcijferend ze tijdens haar hele leven geweest is. Het was zo verrijkend dat je bijna spijt moest gaan krijgen dat je haar niet beter gekend hebt en geen deelgenoot was van haar leven. Ook aan de koffietafel tijdens een korte babbel met de dochter ben ik een paar keren positief verbaasd geweest over de verhalen.
Een drietal jaar geleden, tijdens de begrafenisplechtigheid van een tante van mijn man werd er door haar kleinkinderen een pracht van een tekst voorgelezen waarin zij vertelden over hun oma en hoe zorgzaam zijn voor hen geweest was. Wat voor een fiere, kokette vrouw ze was geweest die nooit buitenkwam zonder een hoedje op. Hoe ze samen met hen koekjes bakte en leuke dingen met hen deed op woensdagnamiddagen. Hoe één van de kleinkinderen tijdens haar studententijd een lange periode bij de oma gelogeerd heeft om rustiger te kunnen studeren. Ook deze tante had de naam niet de gemakkelijkste te zijn, om niet te zeggen eigenwijs, maar dit valt toch allemaal gewoon in het niet als je dan mag ontdekken wat een warme en zorgzame persoonlijkheid ze was.
Deze beide dames, die elkaar helemaal niet kenden, hebben gewoon groot gelijk gehad. Ze hebben zich niets aangetrokken van de ranking van meest-geliefde-familielid en het beeld dat ze bij de ruimere familie achtergelaten hebben. Ze hebben zich volledig gegeven voor hun eigen gezin, hun kinderen en hun kleinkinderen. De rest was gewoon bijzaak.
Ik kan hier alleen maar uit concluderen dat familieleden de meest vreemde mensen kunnen zijn voor mekaar. In onze familie waar deze tante deel van uitmaakte, zagen we elkaar maximum 5 keer per jaar. Een gemiddeld jaar bestond uit een communiefeest, een voorjaarskermis, een najaarskermis, Kerstmis en Nieuwjaar. Dat is toch wel bitter weinig om daar dan zo'n negatief beeld over iemand aan op te hangen, niet? Mijn grootouders aan die kant hadden 10 afstammelingen die elk op hun beurt ook niet stilgezeten hebben. Een familiebijeenkomst was elke keer opnieuw een groot evenement. En zo lang ik mij kan herinneren was er een groep van de populaire tantes en nonkels, en dus ook een groep van de niet-populaire. Toeval of niet, maar ook de neven en nichten werden gelijk in de hun toegewezen categorie geduwd. En dat merk je vandaag nog altijd. Wanneer ik stel dat we elkaar 5 keer per jaar zagen, dan kwam dat voornamelijk omdat wij nooit op zondagmiddag afzakten naar mijn grootouders, wat anderen wel deden. (De neven en nichten hadden daardoor een goede band met elkaar en wij waren de buitenbeentjes.) Ik vermoed dat mijn ouders telefonisch gevoed werden door de andere populaire familieleden om zo hun negatief beeld over andere familieleden te vormen.
Totaal fout, dus, want deze tante werd door haar eigen kinderen op handen gedragen en ze hebben dat publiek gemaakt tijdens haar begrafenis, en dat doe je toch alleen maar als het echt zo is. Who cares wat de anderen dan ook denken? Groot gelijk gehad, tante! Het ga je goed.
Gewoontegetrouw en zoals de kalender het voorschrijft is het vandaag nieuwjaar. Voor het eerst ooit zijn we gisteravond gezellig thuisgebleven om niets te doen. Zielig, zeg je? Nee, toch niet. Afgelopen week stond ingepland als een weekje verlof, maar er is niets van in huis gekomen. Een aantal van mijn klanten wilden van deze verlofweek gebruik maken om een aantal dingen en vooral het professioneel jaar in schoonheid af te ronden. Gisteren heb ik zelfs nog 4 uren langer gewerkt dan wat ik ingepland had. Dus was ik er niet rouwig om dat we een rustige oudejaarsavond tegemoet gingen. We hadden ons zelfs voorgenomen om te gaan slapen als we moe waren en niet per se te wachten op het nieuwe jaar. Voor mij is het half twaalf geworden.
Ook vandaag staat er niets speciaals op de agenda. Mocht het weer niet zo vochtig zijn, dan zou ik een uitstapje per trein wel zien zitten. Wat sfeer opsnuiven in een stad. Liefst een stad die ik niet echt ken, zodat er nog veel te ontdekken valt. In de plaats daarvan heb ik me in de zetel genesteld en wacht ik op het veldrijden op TV. Niet dat ik zo'n sportliefhebber ben, maar als achtergrondprogramma is dat wel leuk om te volgen. Meestal kijk ik TV terwijl ik nog wat anders omhanden heb. Op dit ogenblik is dat deze blog, maar vaak is het breien. Sinds half oktober heb ik al 6 paar sokken gebreid (ja, dat is weer helemaal in) en ik ben nog aan twee paar bezig.
Ik heb geen goede voornemens gemaakt voor het nieuwe jaar. Dat is aan mij niet direct besteed. Ik ben eerder iemand van het type dat dingen altijd doet of net nooit. Nieuwe gewoontes aankweken, en dan vooral dingen die ik in het verleden niet kon volhouden, zullen nu dus ook niet aan de orde zijn. Samen met mijn dochter maken wij vaak plannen om dingen te doen, te bezoeken, te maken, te ondernemen. Maar als het dan zover is, komt er bitter weinig van in huis. Ondertussen hebben we dan wel veel leute gehad met het denkwerk en de plannen van. Dat is toch ook al iets, niet?
Nieuwjaarswensen is ook nog zoiets. Standaard wensen we elkaar veel geluk en vooral een goede gezondheid toe, en dat is ook wel heel gemeend. Maar persoonlijk zou ik mensen toch graag iets meer verdraagzaamheid willen toewensen. Verdraagzaamheid ten opzichte van en begrip voor andere mensen, andere culturen, minderbegoeden, enzo. Ik wens alle mensen ook meer sociaal contact, niet via sms, e-mail, of de facebooks van deze wereld, maar persoonlijke contacten. Op zaterdagmiddag voor de gezelligheid samen een koffie gaan drinken en wat bijkletsen bijvoorbeeld. En ik pleit zelf ook schuldig, want sinds ik zelfstandig werk, zie ik de sociale contacten almaar verminderen. Anderzijds denk ik dan dat het van twee kanten moet komen, niet. Ik heb een paar vriendinnen met wie ik een vriendschapsband heb die altijd goedkomt. Ook al zien we elkaar niet vaak en komt het er zelfs niet van om regelmatig per e-mail te babbelen, toch klikt het elke keer dat we samenkomen. En dat vind ik zowaar nog belangrijker. Dat zal de kwaliteit van de vriendschap zijn, veronderstel ik. Of het feit dat het gewoon klikt en dat je het elkaar niet kwalijk neemt, als je niet voldoende tijd hebt om elkaar vaak te zien.
Nu ik er zo over nadenk, is er misschien toch wel iets waar ik meer aandacht zou moeten aan besteden. Dat zijn mijn petekinderen. Het zijn twee meisjes. De ene is 17 en de andere 7. Eerder deze week vertelde een vriendin dat zij haar petekind belt op belangrijke dagen, en dan bedoelt ze niet enkel de verjaardag en feestdagen, maar na examens bijvoorbeeld. Mijn oudste petekind doet al jaren een sportieve activiteit waarbij ik zeg dat ik wel eens ga komen kijken. Als ik het nog even uitstel, kan het misschien niet meer. Dat zijn dan van die dingen waar ik faal. Ik heb wel de bedoeling om te gaan, maar uiteindelijk komt het er niet van. Vandaar dat dit met stip op plaats 1 van mijn lijstje moet komen te staan. En nu dan maar hopen dat ik over een paar maanden trots kan zeggen, dat ik geweest ben.
Voor iedereen een gelukkig en zorgeloos 2011. Mathilda
Het is de avond van Kerstmis en dan vraag je je af of ik niets anders te doen heb dan wat te typen. En nee, ik heb momenteel niets om handen. Niet dat dit erg is, hoor. Het is zo dat ons familiekerstfeest gisteravond niet doorgegaan is. In de namiddag werd er beslist dat het te gevaarlijk was om de baan op te gaan, vooral gezien de afstand. Wij wonen elk op een afstand van minstens een uur rijden van mekaar. Naar Amerikaanse normen is dat niets, maar in ons klein Belgenlandje is dat toch wel wat. Je moet dan ook nog zorgen dat je 's nachts veilig terug thuis geraakt.
In plaats van dit familiefeest zijn de dochter en schoonzoon hier kerstavond komen vieren. Dat was dan weer het kerstfeestje dat voor vanavond gepland stond, nadat zij terug kwamen van de familie van de schoonzoon. Tja, zoveel familie en zoveel feesten, niet. Het is niet eenvoudig om iedereen tevreden te stellen en overal op tijd te geraken en er dan ook nog voldoende tijd te spenderen zodat iedereen tevreden blijft. Mijn dochter en schoonzoon zijn hier blijven overnachten, en na een gezellige kerstavond met veel cadeautjes, hebben we vanmorgen nog een aangenaam ontbijt gehad samen. Dat doet me een beetje dagdromen over de jaren die nog moeten komen, samen met de kleinkinderen aan de ontbijttafel op kerstdag. Gezellig, toch.
De vele cadeautjes waar ik het net over had, lijken wel een decadente bedoening, maar dat is het niet. Vorig jaar hebben we kerstsokken aan de schouwmantel ingevoerd (toch ergernis van de mannen en jolijt van de dochter en ik). In die sokken stoppen we de kleine pakjes. Ze zijn vooral klein van prijs, want ze moeten rond de 5 per pakje schommelen. Dat kunnen dus gadgets zijn, maar evengoed snoepjes. De kunst is om dingen te zoeken die de andere leuk of lekker gaat vinden. En dan is er nog het groot cadeau. Dat is er één per persoon. En daarvan ligt de prijs wat hoger volgens ieders budget.
De hele cadeautjesjacht is een taak die mijn dochter en ik op onze schouders nemen omdat de mannen dat niet zien zitten; maar het openmaken kan toch wel op hun enthousiasme rekenen. En geen enkel cadeau is tot hiertoe negatief onthaald, wat met mijn man geen evidentie is.
Omdat we vanmiddag niets om handen hadden, heb ik genoten van een kerstfilm om TV, hebben we zonet de restjes van ons feestmenu van gisteren opgegeten, en gaan we vanavond nog wat gezellig TV kijken. De kerstverlichting is aan en de kaarsjes branden. Nog een haard en het is helemaal compleet. Maar dat is nog niet voor direct.
van sneeuw via politiek naar een referendum = zalige kerst voor iedereen
Het is straks kerstavond en ik zit momenteel een beetje aan huis gekluisterd, want mijn auto geraakt niet door de sneeuw. Met een zelfstandige bezigheid die zich voornamelijk buitenshuis afspeelt is dat niet echt leuk. Want niet werken staat gelijk aan niets verdienen. Maar ik klaag niet, want ik zit aangenaam warm, heb een lekkere muntthee in de buurt en heb zicht op het mooie sneeuwlandschap vanuit mijn kantoor thuis. Onze gemeente, die toch vrij centraal in België gelegen is, blijft er veel langer wit uitzien dan gelijk welke omringende gemeente. Om één of andere reden wordt hier weinig (om niet te zeggen niets) gedaan om de banen min of meer berijdbaar te maken. Wij wonen op een steenweg, wat toch bij de 'grote' wegen hoort en redelijk wat passage uit andere gemeenten met zich meebrengt. Het lijkt wel of de technische gemeentedienst hier een onbestaande gegeven is in de winter, of dat ze na de eerste sneeuwbui al geen zout meer hadden, en sneeuwruimers zijn al helemaal uit den boze. Als er al zout was, dan werd het bovenop een stevige laag sneeuw gestrooid. Je hoeft geen kenner te zijn om dit als amateurisme te catalogeren.
Er is geen enkele gemeente in België waar je meer gemeentebelastingen betaalt dan hier. Op momenten als vandaag vraag je je toch af waar dit geld naartoe gaat. Bij het openslaan van het periodiek gemeenteblad, wordt het me weer duidelijk. De kerk! Dat is de prioriteit van onze gemeente en daar worden onze centen naartoe gedragen. Tel eens even mee: 11.390 + 8.206 + 9.921 + 12.604 + 15.937 + 19.937 = 77.995. Dat is het totaal voor de 6 kerkgemeenschappen (die onze gemeente telt) en dat er volgens de notulen van deze editie wordt gedoneerd. Hier word ik zo lichtelijk ambetant van.
En dat is verre van het enige waar ik me hoe langer hoe meer aan erger. Dat komt waarschijnlijk omdat ik van karakter nogal rechtuit ben en er geen nut in zie om doekjes rond dingen te doen. Pas op, ik blijf beleefd en diplomatisch waar nodig en gewenst, maar rond-de-pot-gedraai is aan mij niet besteed. Niet in staat zijn om de juiste prioriteiten te stellen of om beslissingen te nemen; ik snap zo'n mensen niet. Maar ik ken ze wel. We kennen ze allemaal. Onze politici bijvoorbeeld, om gelijk een schuldige aan te duiden. Een zootje ongeregeld dat zonder kennis van zaken, maar mits mandaten gegeven door de burger, het voor het zeggen krijgt. Dat is toch hallucinant. Wordt het niet eens tijd dat verkozen politici, vooraleer aan hun mandaat te beginnen, wat opleidingen gaan volgen. Een cursus managementvaardigheden, leidinggeven, en misschien zelfs iets in de zin van Landsbeheer, zoals een zelfstandige een bewijs van Bedrijfsbeheer moet kunnen voorleggen. Gedaan met het verschuilen achter zoveel onkunde. Hoe langer, hoe vaker dat ik me afvraag waarom wij als burgers niet meer op de straat komen om te protesteren tegen dingen. Of het idee van een referendum spreekt me ook wel aan. In Zwitserland vinden er jaarlijks vier plaats en het resultaat telt. Dat moeten wij toch ook kunnen. Iedere burger zou dan onderwerpen kunnen aanleveren die op een website geplaatst worden zodat mensen er kunnen op stemmen. Over de 4 onderwerpen met de meeste stemmen wordt dan per kwartaal een referendum gehouden. Dat is pas democratie!
Zo los uit de pols zijn dit alvast een paar van mijn onderwerpen: - De kerk moet voor zichzelf kunnen instaan. Geen belastingsgeld meer naar de kerk. - Godsdienstlessen uit het scholenpakket verwijderen. Hierdoor worden alle scholen gelijk (geen katholiek of ander onderwijs meer) en kan elk kind ongestoord naar gelijk welke school. Wie een godsdienst wil beoefenen, moet dit maar in een vorm van vereniging gaan doen. - Politici moeten een attest van managementvaardigheden kunnen voorleggen vooraleer een mandaat in de regering te mogen opnemen.
Misschien moet ik zelf wel een lijstje beginnen aanleggen en op tijd en stond doorsturen naar onze dames en heren politici.
Maar niet vandaag, want vanavond is het Kerstavond en moeten we proberen op het kerstfeest te geraken. In normale omstandigheden is het een uur rijden. Ik denk dat we nu minstens het dubbel moeten tellen. Dat wordt heen en terug zo'n 4 uurtjes rijden voor een feestmaal en een gezellige babbel met de familie.
Aan iedereen die dit leest, wens ik aangename en warme feestdagen.
Op sommige vlakken wil ik graag van de oude stempel zijn, en het hanteren van goede manieren is daar zeker één van.
Mijn ouders waren zelfstandigen en wij hadden een aantal beleefdheidsregels te volgen waar niet van afgeweken kon worden. Iedere persoon in het dorp kon een mogelijke klant zijn, dus tegen iedereen die we onderweg tegenkwamen, moesten we dag zeggen. In de winkel ging alle aandacht naar de klant. Onder mekaar praten was compleet uit den boze. Een gesprek werd dus gewoon stopgezet op het ogenblik dat de winkelbel aangaf dat er een klant binnenkwam. Deze drill is blijven nazinderen tot de dag van vandaag en eerlijk gezegd, ik heb het nooit ervaren als een last. Toen ik pas het huis uit was en in een ander dorp woonde, heb ik moeten afleren om mensen op straat dag te zeggen. Je wordt onbegrepen aangestaard alsof je van een andere planeet komt en de kans dat iemand reageert, is heel klein.
Maar..... goede manieren is niet meer van vandaag, terwijl dit eigenlijk maar een kleine moeite is. Ik erger mij dan ook mateloos aan winkelpersoneel dat onder mekaar hun hele privéleven uit de doeken doet. Dit gebeurt aan de kassa van het grootwarenhuis of de superette, maar ook in eender welke winkel in de stad. En de onderwerpen die aangesneden worden, gaan van onschuldig tot heel genant. Ik heb al meer dan eens plaatsvervangende schaamte gehad. Als klant sta je erbij en kijkt ernaar! Het is me zelfs al overkomen dat ze zo druk tegen mekaar aan het vertellen waren dat ik er geen woord tussenkreeg om iets over gewenste aankopen te vragen. Het is mij ook aangeleerd om pratende mensen niet te onderbreken (want dat is niet beleefd), met als gevolg dat ik de rekening gepresenteerd kreeg ipv wat uitleg waar ik om wilde vragen.
Afgelopen weekend stond ik in een winkel aan te schuiven om iets te kopen/vragen, en toen het aan mij was, draaide de winkelpersoon (de eigenaar zelfs!) zich om naar een andere klant die het lef gehad had om te roepen in plaats van z'n beurt af te wachten. Dat is dus blijkbaar de nieuwe manier om je ding gedaan te krijgen. Negeer de welgemanierde klant die plichtsgetrouw aanschuift en kruip voor door onbeleefd en luid genoeg te roepen.
Ik vermoed dat het aan mij ligt, want niemand rondom mij lijkt zich hieraan te storen. Niemand lijkt dit abnormaal te vinden. Heel af en toe kom ik nog iemand tegen die de wending van de afgelopen jaren ook maar bizar vindt, maar we zijn een uitstervend ras aan het worden. En toch blijf ik ijveren voor wat welgemanierdheid. Zoveel moeite kost dit toch niet?
Ik kom net van het ziekenhuis Gasthuisberg waar ik een MRI scan moest laten nemen of ondergaan. Dat is zo'n type scanner waarbij magneten tegen mekaar schuren of wrijven en dat maakt een oorverdovend lawaai. Je krijgt wel een koptelefoon op, maar die haalt weinig uit. En dan zeggen dat muziekconcerten oorschade kunnen veroorzaken. Dit kan anders ook wel tellen. Gelukkig duurt dat maar een kwartiertje.
De reden van die scan is dat ik me al geruime tijd niet goed voel. En met geruime tijd bedoel ik zo'n jaar of drie. Ik ben heel vaak duizelig en misselijk. Gedurende een lange tijd heb ik me afgevraagd of ik duizelig word omdat ik misselijk ben, of omgekeerd. En ik ben er nog altijd niet uit, omdat het me elke keer zo ineens overvalt dat ik geen tijd heb om daar over na te denken. Het bizarre is dat dit voornamelijk in de voormiddag is. Het begint tussen 9 en 10, en ebt weer weg rond de middag. Gelukkig is het niet alle dagen, maar wel zo'n 4 à 5 dagen per week. Niet goed, dus. Ook zo'n drie jaar geleden begon ik last te krijgen van mijn ogen. Eerst zag ik troebel door mijn links oog en dat duurde een paar dagen, en dan ging dat over naar mijn rechts ook. De oogarts die ik raadpleegde vond dat niet kunnen omdat ogen niet apart werken. Daar sta je dan voor aap. Ik kon toch maar zeggen wat ik ondervond, niet? Resultaat: mijn leesbril werd aangepast en mocht een eerste keer onder de scanner (zonder enig erg). Omdat die oogarts mij niet veel vertrouwen gaf, heb ik een andere geraadpleegd en die heeft dan wat extra testen gedaan. Maar hier ook niets te zien.
Gelukkig maar, zeg je dan. Ja, dat is zo, maar die klachten vind ik toch niet uit!
In de maanden die daarop volgden ben ik nog een paar keer naar de huisdokter gegaan met mijn klachten over duizelig- en misselijkheid. Intussen heb ik medicatie voor migraine (trek ik zwaar in twijfel) die ik niet neem en een andere keer kreeg ik dan weer iets voor de maag en de misselijkheid. Het is eigenlijk begin juni dat ik er echt op gestaan heb om dit verder te onderzoeken, want ik voel mij dus echt niet goed en ik wil weten wat dit is en wat er al dan niet aan gedaan kan worden. Eind juni dan maar naar een NKO-arts voor evenwichtstesten. Man, man, man, daar word je echt niet goed van. De duizeligheid wordt daar opgewekt door middel van een stoel waarop je in het donker ronddraait. Bij een andere test spuiten ze eerst warm en daarna koud water in je oren terwijl je ook weer in het donker ligt. Omdat hier ook niets speciaals op te merken viel (let op: officieel heb ik nog steeds geen uitslag van het onderzoek. Dat hou je toch niet voor mogelijk, he!), was de volgende stap de neuroloog. Het standaardonderzoek was ok, zonder iets opmerkelijks. Vandaar dat een nieuw scan van mijn hoofd aangewezen was.
Nu is het weer afwachten en een nieuwe afspraak met de neuroloog inplannen.
Omdat die klachten al een hele tijd aanslepen, ben ik zelf al wat op onderzoek uitgegaan. Tja, de nadelen van het Internet is dat een mens ook wel wat kan opzoeken. En dat hebben dokters niet zo graag. Want dan weerleg je hun bevindingen. Je weet op voorhand al dat je bij een doktersonderzoek onderworpen wordt aan een reeks vragen; voel je dit, heb je daar last van, wat gebeurt al je zus doet, en wat als ik hier duw of daar trek, enzovoort. Dus wat doe je dan: je wordt opmerkzaam en probeert elke pijnscheut, kramp, gevoel, geluid, ervaring van duizelig- en misselijkheid te noteren zodat je een heel gedetailleerd verslag kan overbrengen aan de dokter wanneer die aan z'n vragenlijstje begint. Maar.... je kijkt dus ook al eens op het Internet en je praat met mensen. En zo zei mijn dochter op een bepaald moment dat het wel leek op de ziekte van Meunière, want haar voormalige baas heeft dat en mijn symptomen lijken daar wel erg op. Toen ik dit aanhaalde bij de NKO-arts bij het evenwichtsonderzoek, werd dat genegeerd. Bizar, he! Een vraag die ik af en toe krijg van artsen is: draai jij of draait de wereld rond jou? Da's een doordenkertje, niet? Hoe maak je daar nu een onderscheid tussen? Wat voel je bij het ene en hoe voelt het andere dan aan? Ik weet het niet, hoor.
Mijn man, die medische technologie in z'n opleiding had, zegt altijd dat het verschil tussen de gewone mens en de dokter niet meer is dan wat kennis van moeilijke woorden. Daar is wel iets van, he. Uiteindelijk stelt de dokter een diagnose aan de hand van wat jij hem vertelt, niet per defnitie of enkel om wat hij zelf gevonden heeft. Een dierenarts heeft het heel wat moeilijker, want via het dier gaat hij weinig te weten komen. Je ziet wel dat het niet goed gaat, maar dan pas begint de zoektocht naar de mogelijke ziekte. Dat verdient respect!
Het is zondagmorgen en het ontbijt is net achter de kiezen. Dat is een activiteit die ik op mijn eentje doe, want mijn man ontbijt niet. Maar niet getreurd, ik geniet van de rust van het alleenzijn. Ik heb even tijd nodig om wakker te worden en mijn dagelijkse boterham met (zelfgemaakte) confituur en een lekkere kop koffie doen daar wonderen bij. Op weekdagen houden we het op de standaard routine van eten en weg, maar in het weekend neem ik er echt mijn tijd voor. Niet zozeer voor het eten op zich, maar voor wat ik er bij doe. Op zaterdag lees ik de reclamefolders en locale weekkrantjes die in de afgelopen week in de brievenbus staken. Nee, op onze brievenbus vind je de sticker 'Geen Reclame' niet. Ik vind het heerlijk om ze één na één door te bladeren. Vooral de weekkrantjes. Het is niet het wereldschokkende nieuws, maar een mens steekt hier en daar toch wat van op. Zo las ik gisteren dat er een goedkeuring is voor het bouwen van de langverwachte sporthal in onze gemeente. Leuk toch, als je graag sportief bezig bent. (Ik niet ) En op zondag is dat vaak met de Humo erbij, of zoals vandaag, met de PC. Eerst wat surfen op zoek naar iets en niets, wat dingen lezen of gewoon wat ronddwalen. Bij voorkeur geen professioneel gerelateerde dingen. Toch niet bij het ontbijt!
De wasmachine staat volop te draaien zodat ik het gevoel heb druk bezig te zijn. Op zondag wil het wel eens gebeuren dat ik niet uit mijn slaaptenue geraak, vooral als we de deur niet uit gaan. Ik zit daar niet mee, zondag is luilekkerdag als de planning dat toelaat.
Vandaag ben ik helemaal in mijn nopjes omdat het weer niet echt dat is. (Dat klinkt tegenstrijdig, he, maar mensen die mij kennen snappen het wel.) Je voelt de nakende herfst al in de ochtendtemperatuur en de sombere lucht. Van alle seizoenen kijk ik het meeste uit naar de herfst. De sfeer van de kleuren en geuren van de herfst vind ik in geen enkel ander seizoen terug. Weer kan mij niet uit mijn lood slaan. De standaard winkelpraatjes over het 'slechte' weer zijn aan mij dus niet besteed. Meestal weet ik vandaag niet meer wat het weer van de afgelopen dagen was, tenzij het extreem warm of koud was. Ik probeer de over-het-weer-klagende-medemens altijd te overtuigen van de onzin hiervan, want je kan dit toch niet beïnvloeden. Je weet dat het gaat regenen, wel, voorzie je daar dan op. Je weet dat het gaat heet worden, hou daar dan rekening mee voor je activiteiten. Maar goed, de herfst komt er bijna aan en dit vraagt om een vreugdekreetje, weliswaar binnensmonds om niet te bruskeren. Het begint eigenlijk al in september met het eerste-schooldag-gevoel en terwijl ik er aan denk, word ik gelijk teruggekatapulteerd in de tijd van de lagere school. Vroeg opstaan na een nacht van buikkrampen en niet kunnen slapen, nette kleren aan, boterhammen in de brooddoos, een veel te grote boekentas met enkel een pennenzakje in, en klaar om te voet naar school te vertrekken. De geur van zo'n vochtige septemberochtend op zo'n eerste schooldag is in niets te vergelijken met de warme junidag aan het einde van een schooljaar. Maar omdat september nog een zomermaand is, kleedden we ons navenant en dus iets te licht. Je kon de vochtige lucht op je gezicht en benen voelen, en tegen de tijd dat ik op school aankwam, was ik helemaal gehuld in de dauw. Tegenwoordig staat de herfst gelijk aan gezelligheid. De theelichtjes en kaarsjes kunnen bovengehaald worden. Warme appeltjes met kaneel mogen weer. We passen ons menu aan aan de seizoensproducten. En de natuur kleurt zo prachtig mooi. Een paar jaar geleden wou ik een nieuwe traditie opstarten om de herfst een extra touch te geven én omdat er doorgaans in die maanden niets georganiseerd werd. Ik wilde dus met een aantal bevriende koppels een herfstfeest houden. Het is een paar keren doorgegaan totdat één van de koppels het beter vond om dit sfeerrijke herfstfeest in de zomer te houden en er gelijk een barbecue van te maken. (en laat ons eerlijk zijn; hadden we nog een extra bbq-party nodig?) Ons herfstfeest bestond uit een volledig 4-gangen menu dat in samenspraak samengesteld werd en waarbij elk koppel één van de onderdelen voor z'n rekening nam. Het eerste jaar vond het bij ons plaats en wij stonden toen in voor de organisatie en de accommodatie. Van aperitief met hapjes tot en met koffie met chocolaatjes en alles wat er tussen zat werd door één van de koppels gemaakt. Het was ongelofelijk plezant en de sfeer was relax. Na dit eerste geslaagde herfstfeest was iedereen gewonnen voor de nieuwe traditie. Als ik me goed herinner is het op die manier 3 keer doorgegaan totdat de bbq in het leven geroepen werd. De oorspronkelijke groep vrienden werd uitgebreid met vrienden van de organiserende koppels en het grappige is dat wij sinds een jaar of twee zelfs niet meer uitgenodigd worden. Ik heb zelfs geen flauw idee of de bbq überhaupt nog plaatsvindt. Vorig jaar zei één van de vriendinnen dat we terug naar de kern van de zaak moesten en er opnieuw een herfstfeest van maken, zonder de kinderen of alle koppels die er in de loop der jaren bijgekomen waren. Voilà, dat bedoelde ik dus. Blij dat men het met mij eens is. Volgend jaar doen we het opnieuw bij ons, want dan zou onze verbouwing rond moeten zijn en hebben wij voldoende ruimte om 14 mensen aan tafel te zetten. En als dat meevalt, zal het vanaf dan elk jaar bij ons plaatsvinden, met de kerngroep en geen aangroei.