Crocodile Trophy 2014 (en andere mtbike-uitdagingen)
De beslissing, de zware en lastige voorbereiding, de uitdaging om als 49 jarige Parkinson-patient de extreem zware mountainbike wedstrijd Crocodile Trophy in Australie en andere meerdaagse mtb-wedstrijden in het buitenland te rijden.
06-06-2017
The JoBerg2c 2017! The Route Is King!!!! (Op weg & Day1)
The JoBerg2c
2017 !!!! The Route Is King!!!!
9 dagen - 900km 13000htm
Na mijn
deelname vorig jaar heb ik in mijn naaste omgeving, en ook in de rest van de
wereld verkondigt hoe fantastisch deze 9-daagse marathon is. Een vol jaar heb
ik de dagen afgeteld om terug naar Johannesburg te reizen. Mijn achterbuurman
Marc V. (de fietsende buurmannen in mijn straat heten allemaal Marc), is in de
aftelperiode ook enthousiast geraakt door mijn verhalen. Met twee zijn we op dinsdag
18 april het vliegtuig op gestapt, naar de JoBerg2c.
Aan de
incheckbalie van Emirates stonden nog 2 Belgen met een fietskoffer uit Diest
voor hun eerste deelname. Ik kon alweer mijn vertellingen doen van vorig
jaar. En toen we na de lange vlucht in Johannesburg op 19 april uitstapten liep
ik in de luchthaven de heren Vincent & Vincent tegen het lijf. Met deze 2
Walen heb ik vorig jaar een heerlijke week beleefd in Mongolie ( ja, die
afschuwelijk slecht georganiseerde Mongolian Bike Challenge). Daar hebben ze de
belofte gedaan dat we elkaar zouden terugzien in Zuid-Afrika, en ze zijn die
nagekomen. Uiteindelijk stonden er enkele dagen later een 20-tal Belgen aan de
start tussen de 800 deelnemers.
Het was ook
een zeer prettig weerzien met Ryan en zijn wederhelft die de buitenlandse
deelnemers opvangen en begeleiden ( Game On Sports & Travel). Een absolute
aanrader als je geen tijd wil spenderen aan hotel- en taxireserveringen etc.
Op donderdag
worden de fietsen in elkaar gezet en afgeleverd, moeten we naar de registratie
en briefing. Daar kom ik ook enkele deelnemers van vorig jaar tegen , en ook
enkel organisatoren kennen me nog, ook dit is een warm welkom. Na de briefing
begint het allemaal wat te spannen. Ben ik wel goed, heb ikgenoeg getraind, maar die zenuwen hebben ook
de andere Belgen, heerlijk toch Mijn belangrijkste vraag is zoals steeds of Mr
Parkinson mij veel parten zal spelen.
Iedereen
kruipt die avond vroeg in bed want morgen vrijdag worden we om 05.00 (u leest
dit goed), om 05,00 uur s morgens opgehaald door bussen om ons naar de
vertrekplaats 80km buiten de stad te voeren. Deze plaats wordt genoemd naar één
van de grootste sponsors van dit event, Karan Beef. Op dit leeg veld gaat die
dag de JoBerg2c om 8.00 uur van
start.
Als we op
dit machtige veld toekomen en uit de tientallen bussen stappen terwijl de zon
majestieus opkomt, is iedereen blij. De sfeer is opperbest, de muziek is
heerlijk, de speaker van dienst heeft geen moeite om iedereen dolenthousiast te
krijgen, de tv-helicopters vliegen enkele keren over, de tv- motoren staan klaar,
het is duidelijk feest. Elke avond wordt deze wedstrijd uitgezonden op tv, en
vooraleer de Afrikaanse Vive Le Velo op tv wordt uitgezonden, krijgen wij de
uitzending te zien rond 19.30 uur, in de eettent na het avonddiner. Ondertussen
valt het me op dat de wachtrijen voor de wcs behoorlijk lang zijn (de zenuwen
weet je wel .).
Ik, Marc,
Nic (een andere Belg uit Zemst) en
enkele andere Belgen staan ongeveer halverwege het peleton van 800 deelnemers.
Vincent & Vincent zijn altijd zenuwachtig en wanen zich echte coureurs,
ze staan helemaal vooraan en zullen dat alle volgende dagen blijven doen.
Deze eerste
etappe is een kennismaking met het Zuidafrikaanse land, en wordt gereden zonder
tijdsopname, iedereen krijgt dezelfde tijd als de winnaar. Bijgevolg kan
iedereen het rustig aandoen, wat ook iedereen zegt te doen. Zeggen hè .mon
oeuil, ik ken het van vorig jaar, als het startschot valt .En dan is het ineens
8.00 uur!!! Het startschot valt en alle 800 deelnemers stuiven als wildemannen
weg.
Day 1 ; Karan
Beef to Frankfort 116km / 870htms
We zijn
vertrokken, de helicopter cirkelt boven het hele peleton en stof, stof stof .
Ik ben de Marc al kwijt na 100 m, is hij voor mij? Achter mij, de andere
Belgen? Dat ik het ni weet. Wat ik wel weet is dat er na enkele kms een nijdige
helling volgt, en dat we daarna een kilometerslange singletrack opmoeten. Ik
zoek mijn tempo en tijdens de klim haal ik de Marc en de anderen die echt als
een fuséé zijn gestart in. Ze zijn absoluut gestart oep t gemakske, ik laat ze achter en
gniffel.
De volgende
40km haal ik alleen maar renners in, en na 50 km kom ik in de groep van de
Vincents terecht. Die vertellen mij dat er nog een peleton voorrijdt. Ik blijf
mijn tempo gestaag aanhouden en tijdens een volgende beklimming rij ik weg uit
de groep Vincents. Enkele kms verder zie ik inderdaad voor mij uit een
stofwolk. Ik heb het gevoel dat ik daar gezien mijn tempo makkelijk naar toe
kan rijden. Ik zen goe!!! En zowaar kom ik na een 65 km in een kopgroep van 35
man terecht, en laat me hier gewoon meedrijven tot aan de derde bevoorrading.
Het heeft
veel geregend de afgelopen weken waardoor er vele rivieren en stuwmeren veel
meer water bevatten dan gemiddeld. Daar is ook niemand kwaad voor, maar de
organisatoren kunnen vanwege de hogere waterstand niet zomaar floterende
bruggen bouwen. En waar vorig jaar mijn eerste kennismaking was met zon op
het water zwevende brug, zijn er nu overzetboten voorzien vanwege de hoge
waterstand in dit stuwmeer.
In deze
kopgroep zitten vele UCI-renners, die misschien niet 100% rijden maar toch niet
willen onderdoen voor elkaar. Haantjesgedrag zeker, en ik doe graag mee dus
raprap door de tweede bevoorrading, afdalen en de boot op. Ik mag als
allerlaatste dat bootje op, en sluit het hekken achter mij, de volgende mtbiker
moet 10 meter verder naar boot 2.
Aan de
overzijde aangekomen moet ik als eerste van het bootje, wip op mijn bike en
pedalleer na 90 km de bergflank op. Bovengekomen kijk ik om, en zie verbaasd
niemand in mijn wiel. Ik ben alleen , rij 200 meter voor de kopgroep uit!!!
Waar zit die fucking helicopter nu!!! Da kan toch ni, en ik leg me plat, rijden
maar . Maar enkele kms verder denk ik toch al anders, het is nog 25 km, en
mijne hartslag is niet echt laag te noemen. Ik rij nog steeds enkele honderden
meters voor op de kopgroep maar besluit toch wijselijk om mij terug te laten
inlopen want dit zou wel eens slecht kunnen aflopen anders, het is nog 8 dagen
koers.
Terug in de
kopgroep en met nog 15 km te gaan wordt het tempo echt verhoogd, ook vooral
omdat het parcours naar het einde toe nog pittig wordt. De renners lossen één voor
één de kopgroep, ook ik moet er aan geloven .en ik begin krampen te krijgen.
Neen, deze keer helemaal niet van Mr Parkinson, maar krampen in mijn bovenbeen
en kuit, van de inspanningen, echte coureurskrampen .heerlijk eigenlijk.
Beetje minderen en de krampen gaan over.
De laatste 2
km zijn constant bergop naar Frankfort, en hoe korter je komt hoe meer volk er
op straat staat te dansen, te zingen, te juichen en te supporteren. De klein
mannen staan met uitgestoken hand naar je om handjeklap te doen, iets waar ik
niet kan aan weerstaan. Net als vorig jaar is binnenrijden in Frankfort hemels,
echte kermis, een sensationeel gevoel.
Uiteindelijk
eindig ik op de 20ste plek!!! Ik voel me fantastisch. Het tentendorp
is net als in 2016 magnifiek, de bagage wordt voor jou gedragen, de fietsen
worden voor jou gepoetst, superdouches, de beenmassage heerlijk. Enkele uren
later is iedereen binnen, en zie je alleen maar contente mensen, ook mijn
buurman Marc is blij hier te zijn. Wat later zitten alle Belgen bij elkaar in de recovery-zone,
eten, drinken, verhalen, lachen, het is plezant. Wat kan het leven mooi zijn.
Over het
avonddiner ga ik niet beginnen, vele hotels, restaurants kunnen hier nog veel
komen leren. Fantastisch! En na het eten de dagfilm, de fotos van de dag,
briefing voor morgen etc etc. Twee uur ambiance in de tent, maar om negen uur
is alles stil. Morgen begint de koers!
Het is nog
donker en stil, zeer stil. En dan begint er stillekes ver weg een haan te
kraaien, maar hij heeft precies een snotvalling, rauw en hees, maar het kraaien
wordt luider, geweldiger, heviger, en dan heb je een hond die ver weg
terugblaft, 5 seconden later lijkt het wel of je in een discotheek vol hanen en
blaffende honden zit, je weet niet wat je overkomt. En dan AC/DC met Thunderstruck!
gitaren gieren, snerpen, loeihard THUNDERSTRUCK!!!! En het stopt niet meer,
van het ene snoeiharde nummer naar het andere Sweet Caroline (Neil Diamond)
andere meezingers, up-tempo nummers, anderhalf uur aan één stuk. Ziehier de wekdienst
in de JoBerg2c, klokvast om 5.30 uur smorgens begint de verkouden haan te kraaien.
Vele deelnemers schrikken zich rot die eerste morgen, maar het zorgt
onmiddellijk voor sfeer.
In anderhalf
uur moet je klaar zijnom te starten
want elke morgen om 7.00uu stipt worden we op gang geschoten. Terwijl ik
gisteren geen moment aan Mr Parkinson heb gedacht laat hij me deze morgen
duidelijk verstaan dat hij het nog steeds voor het zeggen heeft. 10 minuten
voor de start krijg ik mijn gevreesde teenkrampen (oncontroleerbare
bijwerkingen van de zware medicatie of dyskinesieen in het doktersjargon (ik
begin ook die taal stillekesaan te kennen). Ik kan geen kant meer uit en sukkel
naar de allerlaatste positie van het peleton. Daar tref ik de bezemwagen aan.
Een man die op een trialmotor het hele parcours achter de laatste renner
afbotst. En heel die tijd heeft hij een fufuzela bij zich waar hij regelmatig
op blaast. Ge zult maar slecht zijn en de kracht ni meer hebben om die fufuzela
van zijne nek te wringen en weg te smijten, om zot van te worden dus.
Niettemin, het is een geweldige sympathieke kerel die ik vorig jaar ook heb
leren kennen. Ik roep hem tot bij mij en leg hem uit wat er aan de hand is. De
start wordt onder neutrale vlag gegeven de eerste 5 km, tot we het stadje
Frankfort uit zijn. Na de echte start moeten die 800 man op een 2-sporen track,
wat een hele opstopping teweeg brengt. Ook dat weet ik nog van vorig jaar. In
overleg met de fufuzela-man rij ik eerst de startlijn over, stop onmiddellijk
tot mijn teenklauwende krampen weg zijn. Dat duurt een klein halfuur, en om
07.15 kan ik als allerlaatste de weg op en sluit aan wanneer de laatste
deelnemers de 2 sporentrack opgaan. Missie geslaagd, maar wel 800 man voor mij.
Het is niet
moeilijk wanneer ik mijn tempo gevonden heb om constant tragere rijders in te
halen, voorbij te steken waar dat kan. Op sommige bredere stukken met
tientallen tegelijk en zo schuif ik op. Na drie uur inhalen ben ik noggeen enkele Belg tegengekomen, en zeker de
Marc niet, die rijdt ook wel goed dan.Heb ik ondertussen 300 man of 600 man ingehaald? Ik weet het echt niet,
en dan BAF! daar hangt mijn kopman weer aan mijn trui. Van het éné op het
andere moment kan ik met de beste wil ter wereld geen omwentelingen meer maken,
ik zit verstijfd op mijn fiets alleen maar in mijn stuur te nijpen, rij amper
15 km/uur. Bij een beetje bergop zakt dat naar 8 a 10 km/uur, en soms als het
wat steiler wordt 3 tot 5 km/uur. Mijn hartslag gaat niet hoger dan 120. Ik word door velen terug voorbij gereden en
velen vragen of ik wel ok ben, omdat ik meer zwalp dan rechtdoor rij. Mijn
antwoordt luidt steevast ; no problem, i will get you back. En dan ineens in t Kampenhouts
alles ok Jan? DeMarc samen met enkele
andere Belgen. Ik roep terug ; Jaja, Parkinson-momentje. Vermits ik met Marc
samen met enkele andere vrienden, elke week enkele uren mtbike, weet hij
ondertussen wel dat het van voorbijgaande aard is en hij peddelt verder. Ik ben
toch wel verbaasd dat ik hem veel vroeger heb ingehaald zonder daarvan iets te
merken.
Enkele kms
verder is het bevoorrading en op het moment dat ik daartoe kom vertrekken
enkele andere Belgen die bij de Marc zaten toen ze mij voorbijreden, maar Marc
zie ik nergens meer. Ik neem alle tijd omdat ik na het nemen van mijn
medicijnen niks anders kan doen dan wachten tot het motortje weer op on gaat.
Na een kwartier vertrek ik , zeer rustig en wat later is alles weer even snel
voorbij als het gekomen is en ik kan weer trappen. Ik haal de andere Belgen nog
in op 10 km van de aankomst tijdens een single downhilltrack, daarna rijden we
dwars door een wolvenkwekerij. Special gevoel toch als je door zon kennel
rijdt waar bijna 100 van die dieren zitten.
Na alle
Parkinson ellende eindig ik nog vlak achter de groep van Marc op de 118e
plek. De Marc is 109e , 20 sec voor mij. Ik ben content. Later die
dag zal zoals alle volgende dagen, bij de Belgen in de recovery-zone veel
plezier beleefd worden. Het eten en de ambiance in de eettent was ook niet mis,
maar een avondgebed met zijn allen, en een preek er bovenop door één of andere
pastoor mocht van mij wel achterwege blijven. Niettemin was de sfeer kort na
dit gebeuzel terug opperbest.
Day 3 Reitz
to Sterkfontein Dam 130km / 1380htms
5.30 uur
daar is de haan met zijn valling weer,vandaag beantwoord door wolvengehuil, angstwekkend en toepasselijk,
gelet op de passage door de wolvenkennel gisteren. Maar net als de honden
verdwijnen ze pijlsnel wanneer de vlijmscherpe gitaren van AC/DC beginnen te
huilen.
Van deze
etappe weet ik dat het zwaartepunt in de laatste sectie ligt met de beklimming
van Mont Paul. Door zijn unieke ligging heb je spectaculaire vergezichten,
daarna een sublieme afdaling, om daarna 15 km met uw smoel tegen een forse
wind naar de aankomst toe te stormen. Het tentendorp is opgeslagen aan de rand
van een fantastisch meer ontstaan door de bouw van een stuwdam. Lastige etappe.
De eerste 60
km zijn veelal op brede zanderige dirttracks, afgewisseld met nijdige beklimmingen op hotsende singletracks doorgrasvlakten, leve de fully-mountainbike!
Ik vertrek
weer ergens halverwege, rij tijdens de beklimmingen van groep naar groep, en na
40 km kom ik zowaar de twee mannen uit Diest tegen. Deze twee jongere kerels
gaan hard en staan ergens rond de 70ste plaats in het klassement. Ze
denken dat ze in het eerste amateurpeleton zitten. Er zijn zowat 50 profs aan
de start, en met die mannen kunnen amateurs echt niet mee, of toch zeer
weinige. Ook de Waalse Vincents zitten in die groep. Het is een hele sliert en
het valt mij op dat waaierrijden een probleem is voor vele bonkige robuuste Zuid-Afrikaanse
kerels, terwijl de Vlamingen daar handig weten gebruik van te maken. Maar op
een bepaald moment is er toch een split in dit grote peleton. Ik zit net als de
Vincents in het tweede afgewaaierde deel. Maar wat later tijdens een
singletrack-klim maak ik alleen toch terug de oversteek en kom in een groep van
een 20tal renners terecht waaronder de Diest-boys.
Na 70 km is
er de tweede bevoorrading en de Diestse mannen zijn snel weg, ik maak dat ik
kan aanpikken. Hun tempo is zo sterk dat ik wel kan volgen, maar van overnemen
is geen sprake. Ik weet ook wat er nog komt en doe bewust niet te gek. Aan de
voet van de 25 km lange beklimming van Mont Paul begint ook het lampje van
Johan uit te gaan,en zijn teammaat moet
rekening houden met hem. Ik rij solo en moet naar niemand wachten, en mijn
lampeke brandt nog zeer goed. Merci gasten om in het wiel te mogen hangen, ik
betaal jullie straks een pint, maar den deze is weg, ik heb nog kracht op
overschot. Ik haal nog wel wat renners in tijdens de klim, ook op het wind
tegen stuk en eindig die dag 48ste. Ik klim in het algemene
klassement naar de 68e plaats. Als dit maar blijft duren. Marc komt
zowat 45 minuten later binnen op wat zijn plaats is , ergens tussen de 105e en
de 125e stek. Ik schrik toch wel wat van de behoorlijke
tijdsverschillen maar hoe verder je kijkt hoe kleiner ook de tijdsverschillen
onderling.
De Diestse
mannen hun pint betaald, plezant gerecoverd wat ons vanaf die avond de bijnaam
Crazy Belgians bij de organisatie oplevert. En elke avond komt er tijdens het
avondvullend programma wel één of ander opmerking over de Crazy Belgian Riders.
Vandaag
wordt de start gegeven in groepen van 60 man naargelang de ranking. Dit omdat
er spectaculaire mountainbiketracks, zowel uphill als downhill aankomen, en zo
de tragere deelnemers, de rappe of behendiger mtbikers nietgaan hinderen. Elke 5 minuten start er een
groep, en vanwege mijn plaats mag ik starten in groep B. Groep A is voor de
eerste 50 plaatsen + de leiders van de verschillende categorieën.
Om 7.05
worden we op gang geschoten. In deze groep B vertoeven ook Les Vincents en de
Diest-boys, en het gaat hard, zeer hard. Maar ik kan goed mee. Na 20 km haken
er twee rijders voor mij in elkaar en samen met nog een andere mtbiker ga ik
met een klap mee overkop. De klap komt aan want het tempo lag hoog. Ik heb wat
schaafwonden op de rechterkant maar mijn fiets zit helemaal vast aan een
andere, en er is wat gepruts nodig om ze uit elkaar te halen. Tijdens dit
gepruts stuift er een kleine groep voorbij met de Diest-boys bij. Die lagen er
dus al af, en ik doe teken dat alles in orde is.
Uiteindelijk
zijn de fietsen uit elkaar, maar mijn stuur en zadel staan goed scheef, ook
mijn remhendels zijn helemaal verschoven. Ik wil dit allemaal snel verhelpen ,
klop wat recht, spring terug op mijn tuig maar niks staat zoals ik het wil.
Joenge, stop ermee, doe dat rustig en degelijk want er komen nog kms technische
stukken, en op je fiets moet je toch kunnen vertrouwen. Dit afstellen neemt
allemaal wat tijd in beslag want ondertussen is groep C ( vertrokken 5 minuten
na mijn groep B) ook al voorbij. Hierin zit Marc en ook hem roep ik toe dat
alles ok is. Enkele minuten later kan ik terug weg op met een goede afgestelde
fiets en ik sluit aan bij een 20-tal man, bij het opdraaien van de singletrack
klim naar de spectaculaire rotsformatie Great Wall My China. Hier ligt de
singletrack kilometerslang naast een ijzingwekkende diepe klif, wondermooi.
Tijdens de
beklimming passeer ik waar ik kan de tragere deelnemers voor mij, ik maak mij
niet druk omdat ik soms lang moet wachten , maar toch . Uiteindelijk ben ik ze
alle 20 voorbij en rij tijdens de rest van de klim naar het volgende groepje
toe. Ik sluit net aan op de top van de klim op een steil opkantje, wanneer de
renner voor mij ineens stopt om een spectaculaire foto voor zijn nageslacht te
maken. Door deze onverwachte stop van hem bots ik tegen zijn achterwiel en ga
voor de tweede keer die dag ten gronde, deze keer op mijn linkerkant. De
godverdoemmes komen langs alle kanten, en hij excuseert zich, zit ermee
verveeld want hij had de hele klim als laatste gereden en had niet verwacht dat
er iemand in zijn wiel zat.
Allee
vooruit, terug het hort op en verder op deze adembenemende singletrack. Ik
stuif verder en rij van de ene deelnemer naar de andere en wordt nu wel gevolgd
door de tv-helicopter.
Na deze
fantastische singletrack op dit plateau komt de spectaculaire downhill Great
Traverse.Tijdens deze downhill kom ik
terug bij de Marc, en samen bereiken we de eerste bevoorrading. Bij elke
bevoorrading is ook een dokter, en ik besluit toch maar om mijn rechterkant te
ontsmetten en te beschermen, vooraleer verder te rijden. De Marc vraagt of hij
moet wachten. Zot, rij maar verder, ik haal u straks wel weer in.
Na het
oplapwerk vertrek ik weer met een stevig tempo en begin weer aan de zoveelste
inhaalrace, en net voor de tweede bevoorrading na 70 km aan de voet van een
nijdige klim heb ik de Marc terug bij zijn nekvel. De Marc is ook een
karaktermens en een keikop, en hij maakt dat hij wat sneller weg is bij de
bevoorrading dan ik. Maar tijdens deze ambetante klim haal ik hem terug in en
samen bereiken we de top, ik in zijn wiel.
En dan volgt
weer een waanzinnig stukje mountainbiken, bijna 20 km aangelegde downhill track
The Long Drop , nadien nog 4 km vlak naar de finish. Plezier en fun
gegarandeerd, ook voor ons twee. In zijn jonge jaren heeft de Marc (nu 58 jaar)
motorcross gereden. Het is eraan te zien, het zot is er ondanks vele breuken
nog altijd niet af, zijn verstand duidelijk af en toe wel Halverwege de Long
Drop komen we achter enkele madammen terecht die vooraan staan in het
damesklassement en bijgevolg in groep A mogen starten. Het is duidelijk dat ze
technisch een pakminder zijn dan deze
twee ouwe rakkers, en noodgedwongen (en tegen de goesting) blijven we steeds
remmend kilometers aan een stuk achter hen. Tot ineens het oud zot van mijn
buurman opsteekt en hij in een hairpin een move doet en zo twee madammen
ineens pakt ( da moet lang geleden zijn), en hij als een gek verder
wegstuift. Even later zie ik een spoor waardoor ik de volgende hairpin kan afsnijden
en de twee dames ook voorbij kan gaan zonder hen te shockeren. Ik vlieg achter
de Marc aan die toch wel dik 100 meter voorligt. Nu mag er veel gebeuren maar
diene kerel gaat er mij nu niet afrijden
en met alle kracht die mij rest sluit ik op 2 km van de meet terug aan. Het is
te zeggen, ik blijf 20 meter achter hem , want ik weet dat ik er in één ruk
naartoe kan. Marc kijkt geen moment achterom, is gefocust op de track voor hem
en zal alle moeite doen om mij af te houden. Op 500 meter van de meet gaat hij
naar links, ik volg hem blindelings ipv op mijn gps te kijken, en we moeten
onmiddellijk al onze remkracht gebruiken om niet op een weidehek te botsen.
Ezel dat ik ben, dat ik hem zomaar volg. We kijken hijgend naar mekaar, en dan
lachen maar. Nu heeft spurten geen zin meer , de spanning is eraf en we rijden
samen over de meet, hij 111e ik 112e.
In het
tentenkamp toegekomen is het douchen in de open lucht, zalig toch in dit
klimaat. Nadien laat ik mijn wonden nog eens verzorgen bij de dokter. De Belgen
namiddag is weer zeer snel voorbij, evenals de filmpjesavond. Maar velen zijn
toch wat nerveus voor de volgende dagen. Het zwaartepunt van de JoBerg2c begint
morgen, en duurt 4 dagen.
Day5 ; Emseni
to Cliffton 125km / 2010htm
Ook vandaag
vertrekken we in groepen voor deze loodzware rit, zelfs een halfuur vroeger dan de andere dagen.
Ik ben ondertussen wat gezakt in het klassement en sta 83ste maar
vertrek nog steeds in groep B. Vandaag om 6.35 uur. De pees wordt er vanaf de
start weer opgelegd maar ik weet wat er komt en ga me niet laten vangen,
vandaag kan je veel tijd verliezen, maar ook winnen. Les Vincents daarentegen
schieten weer weg als een kanonsbal, als daar maar geen vodden van komen.
Ik kan ook niet
wegschieten want daar hangt mijn kopman Parkinson terug aan mijn trui. Ik doe
het zeer rustig en na een kwartiertje gaat het beter. Ongetwijfeld vanwege het
halfuurtje vroeger starten waren mijn medicijnen nog niet verteerd bij de
start. Maar zoals alle voorgaande dagen, als de motor op gang is, is er geen
stoppen meer aan, en het achtervolgen en voorbijsteken is een dagelijks ritueel
geworden.
Hoe
waanzinnig deze organisatoren het soms weten te brengen, vandaag rijden we
enkele honderden meters op een spoorwegbedding waar de treinen worden gestopt
wanneer er mtbikers aankomen. Het omgekeerde is voor ons logischer, in
Zuid-Afrika daarentegen ..
Van bij de
start van de etappe is het constant vals plat omhoog op bobbelige singletracks
door grasvlakten, het bolt voor geen meter, stoempen, stoempen, stoempen . Maar
hoogtemeters tellen zeer langzaam op de eerste 60 km. Onderweg sluit ik aan bij
een groepje met de Diestse boys, en zit bij het doorrijden van een klein
beekje, gevolgd door een opkant van anderhalve meter in het wiel van de
jongste. Alle rijders voor hem rijden het opkantje op, maar hij slaagt er niet
in en ik bots tegen zijn wiel, en daar lig ik voor de derde keer op mijn zij. Godverdoemme
hoe ist mogelijk, en na zijn excuses begin ik te lachen en van dan af noem ik
hem den Diestse deggereir. Wat later laat ik hen achter want De andere Diestenaar Johan heeft zijndagje niet.
Vlak voor de
tweede bevoorrading na 61 km kom ik in het wiel terecht van Les Vincents, die
overduidelijk teveel energie verbruikt hebben bij de eerste 60 stoempkilometers.
Om hen wat moraal te geven vertel ik hen dat nu pas het echte werk begint ,
want de volgende 30 km is het echt wel bergop, brede dirt roads (zandwegen) kilometers
steil aan een stuk, en dan zeer steil naar beneden zodat er weinig tijd om te recupereren
is, om terug weer steil omhoog te gaan, dit een aantal keer na elkaar. Echt
content zagen ze er niet uit na deze informatie.
Nadat ik aan
deze (en alle bevoorradingen zijn zo) uitgebreide bevoorrading mijn
energiepotteke wat had bijgetankt vertrek ik met de Vincents in mijn wiel naar
het zeer mooie reservaat Zulu Waters. Onmiddellijk bijhet binnenrijden beginnen de dertig kilometer
sadomasochistisch klimplezier. Anders kan ik het niet noemen. Bij het klimmen
halen wij drie gestaag ook weer rijders in die we direct achterlaten. Het is
duidelijk dat deze bikers ook te voorvarend gestart zijn. De klimmen zijn hels
maar de afdalingen nodigen uit tot waanzin. Als we in de zeer late
Belgennamiddag onze gps en/of fietscomputerke vergelijken qua snelheid ben ik
de King, liefst 84,2km/uur met een mtbike. Les Vincents staan op 2 met 82,6 en
de traagste Belg haalt nog ruim de 70. Als ik er nu aan denk, brrrrr..
Halverwege
de klauterpartij is de naft op bij éné Vincent, en laten we hem ook achter. Of
beter, ik laat ze alletwee achter want teamleden moeten bij elkaar blijven. Op
het einde van deze track waar 75% van de dag-hoogtemeters inzitten slaag ik er
in om voor het tweede jaar op rij goed in beeld te komen met de cameraman op de
motor door wat te spelen met elkaar. Kortom, ik heb mijn krachten goed
gedoseerd in deze etappe en eindig 48ste, met nog wat overschot.
Ook deze
locatie van ons tentendorp is weer subliem en er is teveel van het goede,
teveel van alles.
Tot laat die
namiddag blijven er rijders binnensukkelen en om halfzes, 30 minuten voor
sluitingstijd rijdt de laatste over de meet onder luide toejuichingen. Die
rijder heeft die dag wel bijna 11 uur gefietst. Ook de Marc had het niet
makkelijk, bijna een uur na mij spurt hij binnen op alweer min of meer zijn
plaats. Maar enkele tientallen halen deze dag de finish niet.
Zeer zware
rit met na 20km een 2km lange helling, recht omhoog, haast nooit onder de 16%
de Gumtree-klim, waar je neus regelmatig tegen je stuur zal tikken, zo staat
het in het briefingsboekje. Om af te sluiten zijn de laatste 200 meter minimum
20% zwaar, loodzwaar. En erkomt nog
veel meer moois die dag. Persoonlijk vind ik dit de mooiste rit van de negen
dagen, alhoewel het moeilijk kiezen is.
Aan de start
om 7.00 uur is het dringen, alsof ze allemaal niet snel genoeg aan de
Gumtree-klim kunnen beginnen. Ik sta weer ergens halfweg in het pak dat
ondertussen al met 150 rijders minder is. Opgevers, om verschillende redenen
zoals één duidelijk niet getrainde Belg, een Waal metteveel buikvet. Onder begeleiding van
doedelzakspelers en amazones te paard verlaten we de Cliffton High School waar
we bijzonder lekker hebben gegeten en geslapen.
Na 2km wordt
de etappe op gang geschoten, 20km licht dalend naar de voet van de gevreesde
klim. Na 200 meter gebeurt het weer. Een echte Parkinson-blokkage, een
on-periode. Bergop en bergaf moet ik iedereen laten voorbij rijden en na 15 km zie
ik niemand meer achter me. Ik rijd op het vlakke dan ook amper 10 a 12 km/uur. De
fufuzela bezemmotard zie ik nog niet achter mij, maar dat is omdat er enkele
anderen ongelukkige bikers al lek
gereden zijn, en daar moet hij achter blijven. Maar ik weet met zekerheid dat
er geen 20 meer achter mij rijden. Dat betekent dat ervoor mij een slordige 630 bikers fietsen!!!
Ik geef toe
dat ikop dat moment zo niet dacht, want
ik zou ter plekke gestopt zijn. Ik was vooral bezig met het moment af te
wachten wanneer deze verdoemde blokkage over zou zijn. Een tweetal km voor de
waanzinklim was het weer ineens voorbij. Tegen dat we haaks de Gumtree
opdraaiden sloot ik bij de laatste rijders aan die onmiddellijk van de fiets
stapten. Gelukkig is dit een brede klim, en geen singletrack. Hierdoor kon ik
laverend, slingerend en roepend tot boven rijden. Twee keer heb ik voet aan de
grond moeten zetten omdat er tussen de vele stappers op dat moment geen plaats
meer was om voorbij te rijden. Boven gekomen was ik zeker dat ik meer dan de
helft van alle vertrekkers die dag voorbij gereden ben, omdat tragere rijders
op zon hels stuk automatisch in de achterste gelederen verzeilen. Aan de
eerste bevoorrading na 35 km kwam ik Nic tegen, de Belg uit Zemst die alle
dagen rond plaats 300 of verder binnenkwam. Dat bevestigde mijn vermoeden. De
volgende 10 km reden we weer op een plateau met de wind vaak pal op de neus, en
bijgevolg ideaal om weer plaatsen te pikken. En dan reden we de singletracks
op, en dit haast voor de volgende 90km. Eerst was er een speciaal voor de
JoBerg2c gemaakte downhill track ,Harrisons Pass, met meer dan 50 uiterst scherpe steile
haarspeldbochten. Zeer technisch en prettig maar onmogelijk voorbij te steken.
In enkel kms daal je haast 600htms om uit te komen pal in een Zoeloedorp. En
ook daar ishet de hele dag kermis en
feest, zingende, dansende kinderen, vrouwen en mannen. Bijzonder aangenaam maar
als je erover nadenkt, wij westerlingen zullen daar eventjes passeren op onze
10.000 kostende mtbike. Bedrag dat deze mensen nooit van hun leven gaan zien.
Maar we hebben ze op zijn minst toch één dag plezier bezorgd.
Na de
passage door het dorp waar ik weer enkel rijders kan passeren, is het terug
stevig klimmen, om de zone Rock n Roll in te rijden. 30 km op en neer en
waar vooral de eerste 15 km zeer technisch zijn, op en over veel rollende ronde
witte stenen en rotsblokken. Ook nadien gaat het nog verder met de singletrack,
het woud in, waar inhalen soms mogelijk is.
Op de witte stenen-zone
gebeurt het volgende. Ik sluit aan bij een vrouwentrio die veel te traag voor
mij rijden, maar noodgedwongen moet ik erachter blijven. Ze botsen en
schodderen over elke steen en rijden enkele meters uit elkaar. Plots panikeert
de eerste bij het zien van een afsprongetje van 20 a 25 cm, ik hoor ze roepen
owowowow, en pats daar gaat ze over kop. De tweede heeft tijd zat om te
stoppen, maar om één of andere duistere reden lukt dat niet of wil ze niet, en
ze gaat collegiaal haar vriendin achterna. Ze tuimelt ook over kop , pats op
haar vriendin. De derde ja het is echt waar, doet krek hetzelfde, ik geloof
niet wat ik zie. Het is net of ik in een scene van Comedy Capers of Laurel
& Hardy zit. Ik moet zelfs niet remmen om te stoppen, mijn voet uit het
klikpedaal en ik sta stil, stap af en begin de dames op te rapen om nadien hun
fietsen uit elkaar te halen. De eerste had zich toch wel wat bezeerd maar
mtbike madammen kunnen wel lomp zijn, maarhet zijn harde tantes. Van één fiets stond het stuur scheef, van een andere
was de bidonhouder half afgebroken. Ik heb altijd wat materiaal mee, en met een
kniptang en een strippeke lapte ik de bidonhouder op, met de juiste sleutel
positioneerde ik de andere haar stuur. Ondertussen was er toch weer wat trager
volk ons voorbij gereden en besefte ik dat mijn resultaat die dag niet
schitterend zou zijn. Het was voor mij niet alleen een Parkinson-dag, maar ook
vanwege het niet kunnen passeren ook een ParkinGson-dag!
Na de
beklimming volgde er weer een prachtige 3 km speciaal aangelegde singletrack
door het woud, om zo de laatste 7 km vlak naar de finish te rijden. 244ste
ben ik geëindigd, slechts drie kwartier na de Marc die alweer rond de 110e
plaats was binnengereden, de regelmaat zelve.
Het
tentendorp was voor de zoveelste dag op rij op een schitterende plaats
opgetrokken. Op één van de vele boerderijen van farmer Glenn, één van de drie
organisatoren. Superlocatie!
Day 7 ; Glencairn to McKenzie Club
87km / 1378htm
Tijdens de
briefing de avond voordien werd dit voorgesteld als een overgangsrit. Vooral
omdat er meer daalmeters dan hoogtemeters zijn, maar dat wil niks zeggen. Ik heb alle Belgen die ook savonds bij elkaar
aan tafel zitten gezegd ; Tétekeréire, geloof het maar niet. Stevige rit,
niet vergeten dat we al zes dagen weg zijn.
Vanwege de
vele singletracks terug in groepen vertrokken. Ondanks mijn triest presteren
van gisteren , 244ste en daardoor gezakt tot de 122ste
plaats in de ranking, mocht ik nog steeds in groep B vertrekken. Vertrekken
toch, want ook vandaag zat ik 300 meter na de start alleen, iedereen uit groep
B was weggedemareerd en ik bleef eenzaam zitten.Vandaag waren het weer de afschuwelijke
teenklauwen die me parten speelde. Het was zeer lichtjes bergaf de eerste 15
km, maar ik kon mijn voet onmogelijk in het klikpedaal zetten, en moest mij
eerder lichtjes laten bollen omdat elke trapbeweging terug het teenklauwen
veroorzaakte.Tegen dat we na 15 km de
singletrack opdraaiden hadden de koplopers van groep C me ingehaald, maar het
moet zeer eigenaardig zijn voor hen, want op het moment dat ik ingehaald werd
kon ik er terug los van weg rijden. De crisis was weer voorbij en Sterke Jan
(aldus de Vincents) vond zijn kracht en pedaaltred terug. Tijdens de
traditionele inhaaljacht kwam ik op een singletrack vast te zitten achter een
groepje, waarbij de twee laatste forse potige ladys waren. Tijdens de voorbije
dagen en ook deze dag hadden we nog geen modder gezien, alleen stof. En plots
duikt er op de track een modderpoel op van wel drie meter lang!!!! Je kon van
veraf zien welk spoor de voorrijdende bikers genomen hadden, echt niks moeilijk
om erdoor te bollen ..behalve voor forse manwijven. Ons groepje komt in
eendenpas aangereden, niemand sukkelt, maar het eerste manwijf weigert te
trappen, waardoor de tweede op haar botst en deze loemperik tegen de laatste
tikt, en pardoes voor de vierde keer een pausenkus op Zuid-Afrikaanse bodem
geeft. Plat in het slijk, ik had het zien aankomen eigenlijk, ezel dat ik ben.
Manwijven oep ne velo, ge moet er voor opletten. Van wijven oep ne velo
moet je ook geen sorry verwachten. Dat is dan ook de reden waarom het woord
gentleMAN bestaat, en gentleVROUW allang uithet groene boekje en andere woordenlijsten uit het ganse universum
geschrapt is. Enfin, een goed vettig fietskostuumpje was het enige dat ik eraan
over hield, en deels uit colere heb ik ook als een gentleWIJF die twee
onmiddellijk voorbijgereden met ellebogenwerk.
Aan het
eerste waterpunt na 40 km sloot ik terug aan bij een groep van een 40-tal
bikers uit groep B. Hier zaten de Johan en den Diestse deggereir bij, ook de
twee Vincents. Door het voortdurend op en af, technische beklimmingen en
afdalingen was dit zoals voorspeld geen overgangsrit, maar voor de derde dag
opeenvolgend loodzwaar. In de laatste 10 km spat alles uit elkaaren kom ik binnen als 82ste.Ik klim terug wat plaatsen in de algemene
rangschikking en kom uit op de 125ste plaats.
Het
onderwerp van de dag bij de Belgen, het overgangsritteke, manwijven oep ne
velo modderbaden en den Diestse deggereir. Goed gelachen en ook veel leute
aan tafel tijdens het lekkere diner.
Alleen maar
lachende gezichten om 7.00 uur aan de start die weer gegeven wordt in groepen
met tussentijden van 5 minuten. Ik , Marc, De Vincents, en den Distse deggereir
en zijn teammaat starten allemaal met de glimlach in groep B. Dat Happy feeling
gevoel is te wijten aan het vooruitzicht van de eerste 40 km, alleen
bergaf .wat daarna komt, daar weigert ons brein aan te denken. De start wordt
gegeven en de eerste 7 km gebeuren in licht dalende lijn, en dan 20km bergaf
voor mountainbikers. De zoveelste singletrack speciaal aangelegd voor
mountainbikers, de onvergetelijke , wondermooie Umko-Drop. Je kan deze
schoonheid nietvertalen, niet
beschrijven. Het is slingeren, draaien, keren, technisch, speedy-stukken, soms
tricky, van een tafelberg langs de klif naar beneden, naar de Umko-vallei.
Ondertussen komt de zon op, verdampen haar warme stralen de vochtigheid in de
vallei, het is van een ongeziene schoonheid. Ik krijg nu nog kiekenvel als ik
eraan denk, en besef toch weer eens wat een ongelooflijke gelukzakken wij zijn
om daar voor ons plezier met ons fietske te kunnen rijden.
Door welke
mug de Marc die morgen gebeten is weet ik niet, maar de vele tassen koffie die
hij s morgens binnenkapt maken hem zeker niet kalmer. Als een dolle hond stort
hij zich naar beneden en schuwt geen risicos. Ik roep hem enkele keren toe om
toch niet als een dwaas andere bikers te passeren, maar hij blijft erdoof voor. En plots in een scherpe haarpin is
hij verdwenen, onderuit gegaan. Als ik de bocht neem krabbelt hij terug recht,
gelukkig is hij langs de klifkant gevallen en niet langs de valleikant. Enfin,
hij was nadien plots wel iets rustiger. De kilometers vliegen erdoor en voor je
het weet zijn de 20 km onder de wielen gegaan. Beneden fiets je nog enkele kms
door de wonderschone Umko-vallei , langs de mistige rivier.
Het gaat
zeer snel en ik heb echt kracht op overschot. Mijn tempo ligt zo hoog dat ik
van iedereen wegrij en de ene na de andere rijder inhaal en ook achterlaat. Als
de mist is weggebrand komen we aan de eerste bevoorrading, waar een minuutje
later ook de Marc met een smile tot achter zijn oren stopt. Iedereen heeft het
over de fantastische Umko-drop. Maar het lachen zal na het bijtanken wel
vergaan, ook voor ondergetekende.
We moeten
verder en het gaat na de bevoorradingspost onmiddellijk fors bergop en dat zal
het ook de volgende 25km blijven doen. De eerste kms is het op een breed goed
bereidbaar pad, maar dan gaat het rechtsaf. Het volgende uur is een steile klim
, een singletrack met soms zeer technische stukken. En na enkele honderden
meters , pats, het is ni waar hè, nu tochniet de Parkinson-blokkage. Mijn off-periode op het meest slechte
moment. Ik kan niet meer peddelen en balanceer tegen 3 a 4 km/uur de berg op.
Ik kan elk moment omvallen, maar ik weet dat dat niet gebeurt. Ik word langs
alle kanten voorbijgereden (alhoewel voorbijgekropen een betere omschrijving is)
door snellere bikers die wel op een klein verzet omwentelingen kunnen maken.
Hun snelheid zal tussen de 8 a 10 km/uur liggen.
Na een
kwartier kruipen besluit ik toch te stoppen en een koekje te eten, wat te
zitten wachten, tot deze off-periode voorbij is, want zo verder doen heeft echt
geen zin. De klim is nog zeer lang.
Er komen
steeds meer rijders aan en mijn picknick inspireert sommige om dat ook te doen.
Na 10 minuten zittijd (dat duurt lang) kruip ik terug mijn tuig op. Ik voel
direct dat het nog niet voorbij is, mijn hartslag blijft zeer laag (max 120).
Ik sukkel maar verder en op de technische stukken moet ik bij gebrek aan
snelheid soms te voet verder. Ook kan ik zo aan de kant voor de tientallen die
mij voorbijrijden. Hoe hoger ik fiets of wandel, hoe langer het duurt voor er
weer bikers mij voorbijrijden. Soms ben ik minutenlang alleen. En als ik weer
eens afstap op een technisch stuk komt er plots een blonde dame uit de bosjes
gehuppeld (neen, ik lijd niet aan zinsverbijstering en neem geen drugs). Ze
heeft ook een mtbike bij, draagt een fietsbroekske en heeft een JoBerg2c nummer
aan haar stuur hangen.
Ze vraagt of
ik even kan helpen met haar kledij. Haar truitje is volledig opengeritst.
Natuurlijk wil ik dat, ik ben geen gentleWIJF hè, wat moet ik doen? Wel zegt
ze, je moet je hand tussen mijn benen steken en zo mijn broekzeem tegen mijn
aandrukken. Ik weet niet wat ik hoor, denk dat mijn Engels tekort schiet om dit
te verstaan en vraag nog eens wat ik moet doen. Weer zegt ze hetzelfde en doet
zevoor waar ik mijn hand moet leggen.
Ze heeft een zitvlakprobleem (in het coureursjargon, een joekel van een puist
oep haar gat) , en ze komt een hand te kort om een soort van desinfecterende
sticker op de juiste plaats aan te brengen.Ik vertel haar dat ik vanwege Parkinson toch wel wat handshake, . Ze
lacht en zegt ;ik ben wel wel meer
gewend. En ik doe mijn goede daad die dag. Het ene manwijf is de andere
bosnimf niet hè. Je kan wat tegenkomen zomaar ergens in de broesse.
Na het
spelletje broekske wrijven (dat veel te snel voorbij was) moeten ik en zij
weer verder, de steile col op. Uiteindelijk kom ik boven, en kan ik onmogelijk
inschatten hoeveel tijd ik verloren heb. Veel, zeer veel, das een zekerheid.
Maar eens ik terug enkele honderden meters heb gefietst is plots de power terug.
Het is onbegrijpelijk en ongelooflijk, maar ik voel het niet aankomen dat ik in
mijn off-periode val, ik voel het ook niet aankomen datmijn on-periode terug ingaat. Het is ineens
weg, en het is ineens terug. En voor de zoveelste keer begin ik weer te poweren
en in te halen. Er blijven nog zon 30 km te rijden met nog aardig wat klimwerk
en een sterke tegenwind. En daardoor haal ik nog echt veel rijders in, maar ik
heb geen enkel idee in welke positie ik rij.
Bij de
finish ben ik zeer verbaasd dat ik als 147e binnenrij, slechts 18
minuten na Marc, die wel lek gereden is, maar toch moet ik sterk gereden hebben
die laatste 30 km. Het is ook te merken dat we 8 dagen aan het fietsen zijn,
velen zitten op hun tandvlees. Ik daarentegen voel me kiplekker.
Deze finish
is eigenlijk het fictieve eindpunt. Hier wordt het eindklassement van de
JoBerg2c opgemaakt.Morgen, de laatste
etappe, is een paraderit, de Champagne Stage zoals de organisatie het noemt, is
er om te genieten. Er worden morgen geen tijdsopnames meer geregistreerd. Dat
betekent dat ik 120e geëindigd ben in het totaal klassement,12e
bij de Masters of de ouwe venten categorie,ondanks alle Parkinson-ellende.Regelmatige
Marc eindigt 110e en 11e
bij de Masters. Het is wel indrukwekkend want van de 800 gestarte deelnemers
worden er slechts 393 of de helft geklasseerd. De andere helft heeft om een of
andere reden opgegeven, niet alle ritten gereden, is buiten tijd aangekomen etc.
Hetzelfde fenomeen in de Master-categorie, 97 deelnemers aan de start en
slechts 47 geklasseerd.
De rest van
de dag en de avond verloopt natuurlijk in een geweldige sfeer, omwille van het
broekske wrijf verhaal en alles wat daarvan gemaakt wordt, maar ook omdat
het morgen een paraderit is. Toch waarschuw ik de Belgen dat er morgen toch ook
behoorlijk venijnige beklimmingen inzitten, het is geen met 2 vingers in de
neus etappe. sAvonds tijdens de show en de briefing wordt er gezegd dat de
start morgen naar keuze is tussen 07.00 en 08.00 uur. Dit wordt met gejuich
onthaald. De plezante avond duurt een dik uur langer dan de voorbije en rond
21.30 begint de eetzaal leeg te lopen. Op de Crazy Belgian Table blijven
behoorlijk wat lege flessen wijn achter.
Day 9 ;
Jolivet to Scottburgh 83km / 970 htm
Voor de
laatste keer dit jaar in de JoBerg2c begint stipt om 05.30 uur de haan te
kraaien. Het beest is nog altijd snipverkouden, kort daarna beantwoordt een
fiere haan het eerste schorre gekraai,waarop de honden ook weer wakker worden en beginnen blaffen en bassen,
in verschillende toonaarden, kortbij en veraf, de mannen van AC/DC zijn er
ook nog steeds met hun snerpende gitaren en Thunderstruck!!!
Gisterenavond
hebben de Belgen afgesproken om met zijn allen de laatste rit in groep te
rijden, ook de Waal die opgegeven heeft rijdt mee, en we zouden vertrekken om
07.45 uur. Om halfacht rijden Marc en ik naar de start waar ze al allemaal
klaarstaan, en op enkele bikers na is het hele peleton al vertrokken voor 07.10
uur. Het is niet te geloven, dus de Belgengroep vertrekt dan ook na
beeldopnames voor de tv-uitzending die dag. Ik voel weer dat het een
Parkinson-moeilijk begin voor me zal zijn, en zeg tegen de rest dat ze maar
verder rijden zonder naar mij te kijken, ik haal hen wel terug in. Gelukkig
duurt mijn ellende niet al te lang en na een dikke 20 km zit ik terug bij de
Belgengroep die er een gezapig tempo op nahouden. Zoals eerder gezegd zitten er
drie nijdige klimmen in, en even nadat ik terug aangesloten ben is er de Out
of Africa-klim. Bovengekomen is het lang wachten eer de laatste Belg, de
herstarte Waal samen met Nic, terug aansluiten. Halverwege de etappe die door
onnoemelijk veel suikerrietvelden gaat, vooral in lichtjes dalende lijn is,
komt de zoveelste steile moeilijke en technische helling van deze
JoBerg-editie. Deze keer door een weide, en daardoor zie je een sliert van
wandelende bikers naar de top klimmen. Tijdens onze beklimming moeten de betere
Belgen, waar ik mezelf ook toereken, slalommen en balanceren tussen de rotsen
en de wandelaars naar boven toe. En ook hier ga ik voor de vijfde keer dan
tegen de vlakte door een domme beweging van een wandelende biker. Maar ach, een
schaafplek meer kan de pret niet derven. Bovengekomen wachten we op de andere
Belgen. Maar het duurt erg lang en we besluiten dan maar om verder te rijden
tot de bevoorrading en daar elkaar op te wachten.
Na de
bevoorrading valt onze groep weer uit elkaar, alle Vlamingen zijn samen op Nic
na (ook teveel buikvet) , onze Waalse vrienden Les Vincents zijn er ook bij. De
andere Walen zitten in groep 2. Wat verder rijdt er één van de twee Vincents
lek en besluiten ze dat ze op de andere Walen gaan wachten. Federalistisch
Belgie rijdt ook in Zuid-Afrika mee.
We krijgen
nog een extra tv-opname van de Crazy Belgians, alhoewel Wallonie niet meer
vertegenwoordigd is in onze groep, maar dat zeggen we niet. En ineens is het zo
ver, de finish is in zicht, enkel nog de 300 meter lange op het water zwevende
brug over de zee-arm over, en we zijn er. Maar er is geen water, daarvoor zijn
we te laat binnen. Al het zeewater is weg vanwege het getij. Voor de tweede
keer op rij kan ik niet over het zeewater rijden, nu omdathet eb is, vorig jaar omdat de brug gesloten was
vanwege teveel wind. Dus moet ik volgend jaar terugkomen.
Marc en ik
rijden al hand-shakend over de aankomstlijn en krijgen net als iedereen een fles
champagne. Na de proficiats onder elkaar en tegen vele andere deelnemers die we
tijdens dit avontuur leren kennen hebben, worden de flessen ontkurkt. Het
smaakt afschuwelijk, maar daar maakt niemand een punt van. Het was wreed
plezant!!!!
Na een
tijdje rijden we verder en zoeken onze gids Ryan op die staat te wachten met
onze fietskoffers en bagage. Rond 14.00 uur is alles ingepakt en vertrekken we
naar ons hotel in Durban met de bus. We kijken nog eens achterom en ik denk, wees
maar zeker dat wanneer mijn lijf en gezondheid het enigszins toelaten ik in 2018 terugkom, voor de derde keer in
drie jaar tijd.
Ik weet niet
of dat gaat lukken. Ik heb me daar ook voorgenomen om vanaf heden zulke
evenementen eerder op een rustige toeristische manier te beleven, ipv te
koersen. Ik weet niet of ik daartoe in staat ben, maar ik ga het proberen. En
dat zal nog dit jaar zijn, ook in Zuid-Afrika, in oktober tijdens de 7-daagse
Cape Pioneer Trek.
En ga zeker
via dezehomepagina naar de knop
media, en klik op Youtube videos and images. Neem iets om te drinken en te
knabbelen, en geniet van de bijzonder mooie films/ fotos van de dag, die wij
elke dag tijdens het avonddiner mochten bekijken op groot scherm in de enorme
eettenten, voor de tv-uitzending.