Day 6 ; Cliffton to Glencairn 123km /
1900htm
Zeer zware
rit met na 20km een 2km lange helling, recht omhoog, haast nooit onder de 16%
de Gumtree-klim, waar je neus regelmatig tegen je stuur zal tikken, zo staat
het in het briefingsboekje. Om af te sluiten zijn de laatste 200 meter minimum
20% zwaar, loodzwaar. En er komt nog
veel meer moois die dag. Persoonlijk vind ik dit de mooiste rit van de negen
dagen, alhoewel het moeilijk kiezen is.
Aan de start
om 7.00 uur is het dringen, alsof ze allemaal niet snel genoeg aan de
Gumtree-klim kunnen beginnen. Ik sta weer ergens halfweg in het pak dat
ondertussen al met 150 rijders minder is. Opgevers, om verschillende redenen
zoals één duidelijk niet getrainde Belg, een Waal met teveel buikvet. Onder begeleiding van
doedelzakspelers en amazones te paard verlaten we de Cliffton High School waar
we bijzonder lekker hebben gegeten en geslapen.
Na 2km wordt
de etappe op gang geschoten, 20km licht dalend naar de voet van de gevreesde
klim. Na 200 meter gebeurt het weer. Een echte Parkinson-blokkage, een
on-periode. Bergop en bergaf moet ik iedereen laten voorbij rijden en na 15 km zie
ik niemand meer achter me. Ik rijd op het vlakke dan ook amper 10 a 12 km/uur. De
fufuzela bezemmotard zie ik nog niet achter mij, maar dat is omdat er enkele
anderen ongelukkige bikers al lek
gereden zijn, en daar moet hij achter blijven. Maar ik weet met zekerheid dat
er geen 20 meer achter mij rijden. Dat betekent dat er voor mij een slordige 630 bikers fietsen!!!
Ik geef toe
dat ik op dat moment zo niet dacht, want
ik zou ter plekke gestopt zijn. Ik was vooral bezig met het moment af te
wachten wanneer deze verdoemde blokkage over zou zijn. Een tweetal km voor de
waanzinklim was het weer ineens voorbij. Tegen dat we haaks de Gumtree
opdraaiden sloot ik bij de laatste rijders aan die onmiddellijk van de fiets
stapten. Gelukkig is dit een brede klim, en geen singletrack. Hierdoor kon ik
laverend, slingerend en roepend tot boven rijden. Twee keer heb ik voet aan de
grond moeten zetten omdat er tussen de vele stappers op dat moment geen plaats
meer was om voorbij te rijden. Boven gekomen was ik zeker dat ik meer dan de
helft van alle vertrekkers die dag voorbij gereden ben, omdat tragere rijders
op zon hels stuk automatisch in de achterste gelederen verzeilen. Aan de
eerste bevoorrading na 35 km kwam ik Nic tegen, de Belg uit Zemst die alle
dagen rond plaats 300 of verder binnenkwam. Dat bevestigde mijn vermoeden. De
volgende 10 km reden we weer op een plateau met de wind vaak pal op de neus, en
bijgevolg ideaal om weer plaatsen te pikken. En dan reden we de singletracks
op, en dit haast voor de volgende 90km. Eerst was er een speciaal voor de
JoBerg2c gemaakte downhill track ,
Harrisons Pass, met meer dan 50 uiterst scherpe steile
haarspeldbochten. Zeer technisch en prettig maar onmogelijk voorbij te steken.
In enkel kms daal je haast 600htms om uit te komen pal in een Zoeloedorp. En
ook daar is het de hele dag kermis en
feest, zingende, dansende kinderen, vrouwen en mannen. Bijzonder aangenaam maar
als je erover nadenkt, wij westerlingen zullen daar eventjes passeren op onze
10.000 kostende mtbike. Bedrag dat deze mensen nooit van hun leven gaan zien.
Maar we hebben ze op zijn minst toch één dag plezier bezorgd.
Na de
passage door het dorp waar ik weer enkel rijders kan passeren, is het terug
stevig klimmen, om de zone Rock n Roll in te rijden. 30 km op en neer en
waar vooral de eerste 15 km zeer technisch zijn, op en over veel rollende ronde
witte stenen en rotsblokken. Ook nadien gaat het nog verder met de singletrack,
het woud in, waar inhalen soms mogelijk is.
Op de witte stenen-zone
gebeurt het volgende. Ik sluit aan bij een vrouwentrio die veel te traag voor
mij rijden, maar noodgedwongen moet ik erachter blijven. Ze botsen en
schodderen over elke steen en rijden enkele meters uit elkaar. Plots panikeert
de eerste bij het zien van een afsprongetje van 20 a 25 cm, ik hoor ze roepen
owowowow, en pats daar gaat ze over kop. De tweede heeft tijd zat om te
stoppen, maar om één of andere duistere reden lukt dat niet of wil ze niet, en
ze gaat collegiaal haar vriendin achterna. Ze tuimelt ook over kop , pats op
haar vriendin. De derde
ja het is echt waar, doet krek hetzelfde, ik geloof
niet wat ik zie. Het is net of ik in een scene van Comedy Capers of Laurel
& Hardy zit. Ik moet zelfs niet remmen om te stoppen, mijn voet uit het
klikpedaal en ik sta stil, stap af en begin de dames op te rapen om nadien hun
fietsen uit elkaar te halen. De eerste had zich toch wel wat bezeerd maar
mtbike madammen kunnen wel lomp zijn, maar
het zijn harde tantes. Van één fiets stond het stuur scheef, van een andere
was de bidonhouder half afgebroken. Ik heb altijd wat materiaal mee, en met een
kniptang en een strippeke lapte ik de bidonhouder op, met de juiste sleutel
positioneerde ik de andere haar stuur. Ondertussen was er toch weer wat trager
volk ons voorbij gereden en besefte ik dat mijn resultaat die dag niet
schitterend zou zijn. Het was voor mij niet alleen een Parkinson-dag, maar ook
vanwege het niet kunnen passeren ook een ParkinGson-dag!
Na de
beklimming volgde er weer een prachtige 3 km speciaal aangelegde singletrack
door het woud, om zo de laatste 7 km vlak naar de finish te rijden. 244ste
ben ik geëindigd, slechts drie kwartier na de Marc die alweer rond de 110e
plaats was binnengereden, de regelmaat zelve.
Het
tentendorp was voor de zoveelste dag op rij op een schitterende plaats
opgetrokken. Op één van de vele boerderijen van farmer Glenn, één van de drie
organisatoren. Superlocatie!
Day 7 ; Glencairn to McKenzie Club
87km / 1378htm
Tijdens de
briefing de avond voordien werd dit voorgesteld als een overgangsrit. Vooral
omdat er meer daalmeters dan hoogtemeters zijn, maar dat wil niks zeggen. Ik heb alle Belgen die ook savonds bij elkaar
aan tafel zitten gezegd ; Tétekeréire, geloof het maar niet. Stevige rit,
niet vergeten dat we al zes dagen weg zijn.
Vanwege de
vele singletracks terug in groepen vertrokken. Ondanks mijn triest presteren
van gisteren , 244ste en daardoor gezakt tot de 122ste
plaats in de ranking, mocht ik nog steeds in groep B vertrekken. Vertrekken
toch, want ook vandaag zat ik 300 meter na de start alleen, iedereen uit groep
B was weggedemareerd en ik bleef eenzaam zitten. Vandaag waren het weer de afschuwelijke
teenklauwen die me parten speelde. Het was zeer lichtjes bergaf de eerste 15
km, maar ik kon mijn voet onmogelijk in het klikpedaal zetten, en moest mij
eerder lichtjes laten bollen omdat elke trapbeweging terug het teenklauwen
veroorzaakte. Tegen dat we na 15 km de
singletrack opdraaiden hadden de koplopers van groep C me ingehaald, maar het
moet zeer eigenaardig zijn voor hen, want op het moment dat ik ingehaald werd
kon ik er terug los van weg rijden. De crisis was weer voorbij en Sterke Jan
(aldus de Vincents) vond zijn kracht en pedaaltred terug. Tijdens de
traditionele inhaaljacht kwam ik op een singletrack vast te zitten achter een
groepje, waarbij de twee laatste forse potige ladys waren. Tijdens de voorbije
dagen en ook deze dag hadden we nog geen modder gezien, alleen stof. En plots
duikt er op de track een modderpoel op van wel drie meter lang!!!! Je kon van
veraf zien welk spoor de voorrijdende bikers genomen hadden, echt niks moeilijk
om erdoor te bollen
..behalve voor forse manwijven. Ons groepje komt in
eendenpas aangereden, niemand sukkelt, maar het eerste manwijf weigert te
trappen, waardoor de tweede op haar botst en deze loemperik tegen de laatste
tikt, en pardoes voor de vierde keer een pausenkus op Zuid-Afrikaanse bodem
geeft. Plat in het slijk, ik had het zien aankomen eigenlijk, ezel dat ik ben.
Manwijven oep ne velo, ge moet er voor opletten. Van wijven oep ne velo
moet je ook geen sorry verwachten. Dat is dan ook de reden waarom het woord
gentleMAN bestaat, en gentleVROUW allang uit
het groene boekje en andere woordenlijsten uit het ganse universum
geschrapt is. Enfin, een goed vettig fietskostuumpje was het enige dat ik eraan
over hield, en deels uit colere heb ik ook als een gentleWIJF die twee
onmiddellijk voorbijgereden met ellebogenwerk.
Aan het
eerste waterpunt na 40 km sloot ik terug aan bij een groep van een 40-tal
bikers uit groep B. Hier zaten de Johan en den Diestse deggereir bij, ook de
twee Vincents. Door het voortdurend op en af, technische beklimmingen en
afdalingen was dit zoals voorspeld geen overgangsrit, maar voor de derde dag
opeenvolgend loodzwaar. In de laatste 10 km spat alles uit elkaar en kom ik binnen als 82ste. Ik klim terug wat plaatsen in de algemene
rangschikking en kom uit op de 125ste plaats.
Het
onderwerp van de dag bij de Belgen, het overgangsritteke, manwijven oep ne
velo modderbaden en den Diestse deggereir. Goed gelachen en ook veel leute
aan tafel tijdens het lekkere diner.


|