If you can meet with Triumph and Disaster and treat those two impostors just the same Rudyard Kipling - If (1895)
13-11-2008
Geen nieuws goed nieuws
Het is een tijdje geleden dat ik mijn blog heb aangevuld, shame on me! Maar geen nieuws was hier wel degelijk goed nieuws. Ik ben inmiddels al heel wat aangesterkt, maar alles te danken aan de sondevoeding. Zelf eet/drink ik op een hele dag: 1 kommetje soep, 1 glas water... Het is onwaarschijnlijk, maar het is 2 maand geleden dat ik nog een kop koffie dronk! Voor wie mij kent, die weet dat dit totaal onvoorstelbaar is.
Ondertussen blijf ik toch nog grotendeels afhankelijk van mijn pijnstillers. Een pijnplakker en 3x daags een shot in mijn sonde met een hoop gecrushte medicijnen. Maar ook dit moet zijn tijd hebben, het is belangrijker om zo weinig mogelijk pijn te hebben om goed te kunnen genezen.
Intussen ben ik voor alle huishoudelijk werk nog afhankelijk van mijn huisgenoten en een rits vrijwilligers. Ik moet mezelf nog steeds strikt beperken tot het absolute minimum. Alles daarboven moet ik direct bekopen met pijn en urenlang slapen. Dus is geduldig blijven nog steeds de boodschap.
Gelukkig is er de computer. Iedereen die mij af en toe mailt, of reageert op mijn blog, wil ik hierbij voor deze attentie danken. Het is niet altijd mogelijk om jullie te antwoorden, maar weet dat je er mij onnoemelijk veel plezier mee doet. Bedankt.
Terug thuis! Vrijdagnamiddag is Pol mij komen halen, en heb ik het ziekenhuisbed geruild voor mijn trouwe sofa. Nu 2 dagen verder kan ik melden dat het goed gaat. Door het op punt stellen van de pijnmedicatie, kan ik nu toch tot 6 à 7u 's morgens slapen alvorens wakker te worden van de pijn. Snel even iets inspuiten (in de voedingssonde) en voortslapen.
Voor het eten ben ik nog afhankelijk van de sondevoeding: 1000cc 's nachts en 1000cc overdag. Maar gisteren toch al opnieuw een bordje soep gegeten. De nare bestralingsperiode is nu achter de rug, de wonden genezen zeer goed. Dus langzaamaan klimmen we terug uit het dal. The only way is up!
Inderdaad, ik zit nog steeds in het ziekenhuis. Inmiddels gaat het wel een stuk beter met me. De wonden in mijn hals genezen mooi en mijn mond houdt zich koest. En morgen..... de laatste bestraling!!!
Dan met de juiste medicatie ook 's nachts nog kunnen doorslapen, en dan gaan we naar huis. De sondevoeding zal nog wel even aanhouden, maar dat is alleen maar makkelijk. Inmiddels kan ik overdag ook geen soep meer eten, dus behalve een stuk of 10 eetlepels (!) water, gebruik ik de hele dag niks. 's Nachts krijg ik dan 1000cc pap, en in de namiddag nogmaals 500cc.
Dat is het hele gekke: vroeger liep ik de hele dag af en aan koffie halen en een koekje en dit of dat.... En nu al zo lang niets meer. Het doet toch biezonder raar. Hoe dat stilaan terug op te bouwen, is mij nu nog niet duidelijk, maar dat komt wel.
Het is beslist. Ik heb de knoop doorgehakt: maandag laat ik me opnieuw opnemen in het ziekenhuis. Het is niet langer te doen. Ik heb medische verzorging nodig die mijn huisgenoten mij niet langer kunnen bieden. Hier thuis ontzie ik het om weeral iemand lastig te vallen voor de zoveelste pijnstiller of iets anders. En da's niet goed voor mij en niet goed voor hen. Dus een weekje ziekenhuis. Minimum. En anders nog een half weekje erbij tot werkelijk alle bestralingen afgerond zijn.
Maar ik blijf positief. En ik blijf aftellen. En bloggen, ook in het ziekenhuis.
Het is het enige waarmee ik nog bezig ben. Aftellen! Vandaag de laatste 10 sessies aangevangen. Bovendien was het een bijzondere sessie. Vanaf vandaag werden de bestralingszones aangepast. Tot hiertoe werden er 3 zones bestraald: de kaak zelf, een klier in mijn onderkaak en de halszone daaronder. De halszone heeft haar laatste bestraling gehad. Gelukkig! Nu nog 5x de kaak en 10x de klier.
Elke dag doe ik nu beroep op een vrijwillige chauffeur. Het is hartverwarmend dat vrienden, collega's en ex-collega's niet alleen hun vrije dag opofferen, maar ook nog eens vele kilometers afleggen om mij dan door de file naar Leuven te gidsen. Bedankt allemaal.
Nog 2 keer deze week. Volgende week elke avond om 18u30 Dan nog maandag en dinsdag. En dan... herstellen Duimen maar.
Het is een hele rare week geweest. Een week waarin ik evolueerde van natte dweil tot schotelvod. Maar laat mij dit vooral toelichten.
Afgelopen zaterdag was een absoluut dieptepunt. Doordat ik niet meer eet - mijn volledig dagmenu bestaat nog net uit 2 kleine borden soep - ben ik enorm verzwakt. Een natte dweil dus, zo voel ik me. Ik lig uitgeteld in de zetel, meestal tussen wakker en slapen. Het niet kunnen eten is niet zozeer een praktisch probleem. Ik kan niet echt mijn mond goed openen, en ja ik heb wonden in mijn mond, maar dat had ik al een paar weken. Het probleem stelt zich in de afkeer van alles en nog wat. Het zou een gekend probleem zijn bij radiotherapie. Als ik het eten ruik is er niks aan de hand, maar ik steek het in mijn mond en de afkeer is er. Niets tegen te doen. En de astronautenvoeding is al helemaal niks. Chemische smaken die ik echt niet meer binnen krijg.
Dus zat er niets anders op: sondevoeding. Maandagmorgen naar Leuven onder begeleiding van mijn zus. Na de bestraling begeven we ons naar de afdeling oncologie waar mij onmiddellijk mijn kamer en bed wordt toegewezen. En dan is het even bang afwachten wat er gaat gebeuren. Ondertussen maakt mijn zus zich een voorstelling over hoe het eraan toegaat met die zondevoeding.... "Nog een spruitje of 2... en nu 2 patatjes...." . Mijn zus en haar fantasie, altijd lachen!
De eerste verpleegster die mij bezoekt, stelt mij onmiddellijk gerust: als ik zo bang ben, dan laten ze de sonde plaatsen op de afdeling endoscopie, waar ze mij desgewenst ook kunnen verdoven. Iedere verpleegkundige die ik ontmoet krijgt van mij het woord 'verdoving' te horen. Tot de verpleegster op endoscopie mij de volgende angstwekkende boodschap brengt: "Ik breng je bij Toon, die doet niets anders dan maagsondes plaatsen, je zal er echt niks van voelen." Niks verdoving dus, en met een klein hartje bij Toon het volgestouwde onderzoekskamertje binnen. Gelukkig doet deze man zijn reputatie alle eer aan. Hij heeft zijn roeping als yoga-instructeur gemist en kan mij als geen ander geruststellen en het plaatsen van de maagsonde via de neus, was inderdaad gebeurd voor ik het wist. Oef!
Eerst een litertje water door de sonde. Geen probleem? OK Vervolgens een nachtje 500cc voeding. Geen probleem? OK Volgende nacht 1000cc flesvoeding. Geen probleem? OK, naar huis dan maar. Mijn maag van beton bewijst zijn diensten, en dus heb ik geen enkel probleem met de voeding. Ik vind het zelfs reuzemakkelijk, want nu kan ik al die grote pillen en verschrikkelijk smakende medicatie gewoon via een spuit in de sonde opspuiten. Gewoon luxueus. Wanneer Pol mij woensdagmiddag komt halen voel ik mij al een heel stuk knapper.... euh.... opgeknapt!
En dan het mannetje met de hamer tegengekomen. Thuiskomen is toch altijd wat stress. Eerst de rit naar huis: mijn kaak spant zich weer op als een weerspannige kleuter. En dan komt de vertegenwoordiger van de voedingsfirma met de eerste levering. En een hele lange uitleg. Als hij vertrekt ben ik uitgeput. Hoewel ik niets doe de hele dag, ben ik toch constant moe. Donderdag kwam gelukkig mijn vriendin, voerde me heen en terug naar Leuven, wachtte geduldig tijdens mijn doktersbezoek. Thuisgekomen warmde ze de soep en terwijl ik sliep, ging ze wat strijk te lijf en haalde mijn medicatie op bij de apotheek. Mercikes meisje.
Vrijdag had ik een dagje vrij. Geen bestraling. Gelukkig. Ik heb nl heel veel last van de wonden in mijn hals. En dus is een vrije dag welgekomen. Het jeukt verschrikkelijk en de zalf brengt altijd maar even afkoeling. En voor de rest lig ik de hele dag in de zetel. Geen natte dweil meer, maar toch minstens een schotelvod. En opgeknapt....? Voorlopig nog een afknapper.
Eindelijk is het oktober! Als je tegen iemand zegt dat je nog bestraling moet krijgen tot eind oktober en het is nog niet eens oktober, dan lijkt dit eens zo lang. Maar nu is het oktober. En we zijn over de helft, we zijn al vaker geweest dan we nog moeten. Toch enigszins vrolijk vertrok ik voor mijn dagelijkse afspraak. Vermits het donderdag was, stond ook de doktersafspraak op het appél. Ik had mijn lijstje klaar: attest mutaliteit invullen, extra pijnstillers voorschrijven, wondverzorging... Nu bij een doktersafspraak ben je eigenlijk nooit de leading party. Dus voor ik het wist spraken we over wat ik nog kon eten, hoeveel ik at, hoeveel ik woog en of ik nog gewicht verloor. Nu zijn dat nooit mijn favoriete gespreksonderwerpen geweest, maar meestal at ik teveel, woog ik teveel, verloor niet genoeg gewicht. Het is dan ook zeer vreemd om nu te moeten toegeven dat ik haast niets meer kon eten, nog steeds gewicht verloor en ja, de weegschaal stond ook nu onverbiddellijk niet aan mijn kant.
De dokteres verdween om even te overleggen met de diëtiste en de professor. Ze waren het allen roerend eens, en daar zit je dan... Heb je een keuze? Neen, ze zullen het wel beter weten zeker. Momenteel krijg ik niet genoeg voedingsstoffen of vloeistof meer binnen. De afkeer voor al wat ik voorheen lustte, ja zelfs voor mokka-ijs, gaat alleen nog maar toenemen. Dus zit er niks anders op dan een maagsonde in te brengen via het neusgat, en mij vloeibaar te voeden via de sonde.
"Er zit niks anders op. Je zit nog maar in de helft van uw bestralingen. Dit hou je niet vol!" Plots was ik niet al half zo ver, maar nog maar half zo ver....
Dus gaan we maandag maar weer opgenomen worden. Eerst de maagsonde inbrengen (weer zorgen maken voor 10 griezelige minuten die we toch doormoeten). En dan krijg ik 's nachts 1000 calorieën vloeibaar voedsel. Al wat ik dan overdag nog binnenkrijg is mooi meegenomen, maar niks hoeft meer, ik heb mijn basisaantal calorieën binnen. Na 1 nachtje ziekenhuis zou ik de procedure gewoon thuis kunnen uitvoeren, dus dinsdag kom ik terug naar huis.
Hopelijk zal ik dan wat meer energie hebben. Want de hele dag in de zetel liggen, zappen, lezen, slapen, computeren. Na een tijd verveelt het toch. Vooral omdat er 's avonds niets anders op het programma staat. Al dan niet in gezelschap van mijn familie, maar zij moeten ook voort met hun activiteiten. En ik houd thuiswacht. Gelukkig is er ons Vlekkie. Lieve schattige poes. Zij vindt het allemaal leuk, zo de hele dag iemand in haar buurt. En dan troosten we elkaar maar. Xjes, Lut
Eerst denk je dat het een prettig bijverschijnsel is. Maar met het gewichtsverlies komt onvermijdelijk het gebrek aan energie. Het probleem is bekend, dus reeds in de eerste week van de bestralingen, werd ik ontboden bij de diëtiste. Ik zweer het, je weet eerst niet goed wat je hoort! Alles wat ik nu al zeker 20 jaar geleerd heb om gewicht te kunnen verliezen, moest ik met 1 klik vergeten.
Het komt er namelijk nu op aan om zoveel mogelijk calorieën op te nemen. Dus ijsjes zijn een must, slagroom zoveel als kan, olie en boter gebruiken, vleessaus over de patatjes. Geen fruit of rauwe groenten, te zuur voor de wonden in mijn mond. Voorlopig deed ik het dus goed: elke avond een ijsje, een scheutje room in de soep enz...
Lang heeft het echter niet geduurd. Reeds een week nadien moest ik mijn toevlucht nemen tot aanvullende voeding, de zogezegde astronautenvoeding. Geen probleem, zo'n brikje vloeibare voeding gespreid over een uurtje, minimum 2 per dag. En daarnaast zoveel mogelijk eten als ik kan. Ook dit leek moeilijker dan ik dacht.
Ondertussen word ik misselijk als ik aan de bananen-, bessen-, aardbeienparfums van zo'n bijvoedingen denk. Een half brikje per dag lukt mij soms nog, soms ook niet. Alleen verse soep smaakt mij nog. Maar dan zonder tomaten, want dat prikt...
De gekste dingen overkomen mij. 's Morgens nam ik mijn medicatie al eens met donkerbruin tafelbier... lekker, die ene keer. Of 3 drankjes tegelijk voor mijn neus: een actimel, een chocolade bijvoeding, een beetje koffie. Afwisselend met elk drankje een pil binnenwurmen. Al jarenlang drink ik 's avonds een tas thee met melk en zoetjes.... Nu kan ik er niet aan denken zonder misselijk te worden.
Het is erg vreemd en niet erg leuk. En ondertussen val ik af en mag ik daar niet blij om zijn... Vreemd....
"Wordt het al donker?" Het is het klassieke mopje van Pol als we naar de cinema gaan. Je weet dat de lichten zullen dimmen, maar je kan nooit exact aangeven wanneer het zover is.
Dat gevoel had ik ook met de bijwerkingen van de bestralingen. "Voelt ge al iets?" Soms wel, maar voelde ik dat voordien ook al, of niet?
Maar nu is het pertinent zeker, en niet meer te ontkennen. Mijn kaak is gezwollen, mijn bovenlip gespannen opgetrokken. Mijn huid begint ook al een zonnebankteint te krijgen. Een erg éénzijdige weliswaar. En binnenin, je wilt het niet weten! De blaren zijn pijnlijk, maar het is te harden. Ik ben volop terug met mijn pijnmedicatie gestart, want spijtig genoeg zal het nog veel erger worden. We houden ons schrap.
9 bestralingen heb ik vandaag afgerond. Nog 26 te gaan. Het is een slecht teken dat ik ze tel, maar wat moet je anders? Volhouden!
Bedankt trouwens aan iedereen die op mijn blog reageert. Ik vind niet altijd de energie om jullie te antwoorden, maar ik geniet van alle reacties. Elke steun is welkom.
Hannibal Lecter, Batman, Zorro, Spiderman, Toetanchamon.... Een mengeling van allen, dat is het!
Wanneer ik op de bestralingstafel lig spoken de namen van bekende gemaskerde mensen door me heen. Probeer je in te beelden dat men een afgietsel van je gelaat heeft gemaakt in een soort plexi, waarbij alleen je neus vrij is. De rest sluit om mij heen als een 2de huid. Het masker omsluit nog net mijn schouders, zodat ook mijn hals helemaal ingesloten is. Aan weerszijden van het masker zijn druksluitingen, waarmee men mij aan de behandelingstafel vastnagelt. Niet dat ik veel keuze heb, maar ik hou mij onbeweeglijk stil en besef dat ik zelfs mijn adem inhoud.
Na 3 beurten verwonder ik mij nog steeds over de klank- en lichtshow die mijn bestraling is. Ik hoor vanalles, ik zie vanalles, maar ik begrijp er niks van. De show begint steevast met het 'tot seffens' van de verpleegster.
In het plafond zit een groen lichtje, één enkele straal. En ergens komt ook een rode straal voorbij, maar de bron is voor mij een raadsel. De plafondlampen worden uitgedaan, floepen dan plots terug aan. Een buzzer geeft aan dat... Ja wat eigenlijk? Ik gok op het sluiten van de 20cm dikke stalen deur die de ruimte achter de hoek afsluit. Een minder zware buzzer zoemt even. Was dat de bestraling?
Er komt leven in het apparaat naast me. Het zweeft boven me, toont me een soort zwarrt-wit landkaart, en zweeft voort. Was dit de griezelige boodschap om mij te laten weten welk gebied er bestraald wordt? Weer buzzers, weer lichten aan en uit.
Voilà Mevrouw, dit was het weer. Het hele gebeuren duurt geen 10 minuten, maar het zijn telkens de vreemdste 10 min uit mijn leven. Ik heb nog tickets voor de 32 volgende shows, dus ik hoop er nog wel achter te komen, en dan laat ik het zeker weten. Groetjes, Lut
Een stralende ochtend. Deze zomer wordt overal afgekraakt als niet veel soeps, maar telkens ik richting Leuven vaar, schijnt de zon voluit. Liever zo, want met de geleende auto - nog duizendmaal dank Polleke - rijd ik toch liever in optimale weersomstandigheden.
In geen tijd ben ik dan ook aan het UZ. Nu even opletten, want vorige keer reed ik gewoon de stop voorbij en moest dan knullig achteruit tot het portiershokje. Mijn kaartje voor parking 7 tovert nu echter een begrijpende glimlach op het gelaat van de jonge portiersjongen, en prompt opent ook de slagboom. Parking 7, het voorrecht van oncologie en de mensen die hier dagelijks bestraald worden. Toch attent vind ik.
Wanneer er niemand aan de balie is, informeert een lotgenote mij dat ik gewoon mijn afsprakenlijst in het bakje moet deponeren en plaatsnemen in wachtzaal 3. Ze komen mij dan wel roepen. Ze vergezelt mij, maar wordt onmiddellijk opgeroepen. Ik probeer even te lezen, maar na een paar minuutjes komt de radiotherapeute me halen en nodigt me uit voor een gesprekje. Prima, want ik weet nog geen nieuws over de bijkomende KST die ik vorige donderdag onderging.
Aan het verloop van het gesprek kan je de afloop soms al raden. Als men met de boodschap bots de deur binnenvalt, is het meestal goed nieuws. Slecht nieuws kleedt men voorzichtiger in. Nu de radiotherapeute heeft ontzettend haar best gedaan om me gerust te stellen dat het niet echt slecht nieuws was, dat men het zekere voor het onzekere wou nemen en dat men dus preventief ook een deel van de klieren in de hals gaat bestralen.
Slotsom: het aantal bestralingen wordt opgedreven tot 35 ipv 30. Daarvan wordt mijn kaak 30 keren bestraald, de hals 25 keren, en de verdachte klier 35 keer. Bijwerkingen: mogelijk slikproblemen, roodheid van de huid, geïrriteerde slijmvliezen in mijn mond.
Omwille van de gewijzigde therapie, wordt er vandaag niet gestart, maar morgen. De radiotherapeute had de keuze om mij dit vrijdag telefonisch te melden en mij zo het weekend in te sturen, of mij vandaag voor het gesprekje uit te nodigen.
Dus keer ik onverichterzake terug naar huis. Onderweg dank ik mijn huisdokter die mij recent wat zwaardere antidepressiva heeft voorgeschreven. Gisteravond toen mijn snoepzucht opnieuw de kop op stak, vervloekte ik hem nog, maar nu niet. Het helpt mij om negatieve boodschappen niet te zwaar te laten wegen en moedig blijven door te gaan. Tja, wat kan je anders doen?
Na het maken van het bestralingsmasker en de scan die erbij hoort, kregen we thuis telefoon. Men had op de scans toch 2 verdikte klieren gezien, die er voordien niet waren. Nu door de stresstoestand die morgen hoeft dit niets te betekenen, maar ze willen het zekere voor het onzekere nemen. Dus werd een extra KST-scan ingepland (met magnetische resonantie) op 4 september. In geval van... kunnen ze dan het bestralingsgebied uitbreiden. Ik mag hopen van niet. In elk geval wordt op 8 september met de bestraling begonnen.
Vandaag was ik op controlebezoek op MKA. De dokter die mij vorige week zo had moeten martelen, was blij te vernemen dat het nu allemaal wat comfortabeler ging. Hij kon hier of daar nog wat bijslijpen of doen, maar daar heb ik wijselijk voor bedankt. We hebben afgesproken na de radiotherapie. Dan gaat het prothesewerk verder.
Dus deze week wordt kalm. Gelukkig, want met het begin van het schooljaar zijn er genoeg andere dingen te regelen.
Zoals je kon lezen in mijn vorig bericht was afgelopen week niet echt mijn beste (om het zachtjes uit te drukken). Met een heel klein hartje vertrok ik dan ook vanmorgen naar de raadpleging. Voor mij waren er 2 mogelijke scenario's: ofwel zou ik terug worden gestuurd met de boodschap om nog veel geduld te hebben en veel pijnstillers te slikken, ofwel zou men daadwerkelijk iets doen aan al het metaal aan de linkerkant dat de grootste oorzaak was van alle pijn. Ik wist werkelijk niet wat te verwachten.
Na omstandig alles uitgelegd te hebben, werden 2 problemen vastgesteld. Aan mijn rechterzijde - de kant van het gezwel - waren de spieren verkrampt door de stress van de operatie, en deze moet ik nu gaan behandelen met flexium gel, kersenpitkussens en licht masseren. Het metaal aan die zijde berokkent mij geen last. Aan de linkerkant echter waren de metaaldraden teruggetrokken en teisterden dus mijn kaak en tong en verhinderden mij om mijn mond deftig te openen. Men besloot om ter plekke de metaaldraden te verwijderen. Wat toen gebeurde wil ik niet in detail gaan vertellen, maar het was een ware martelbehandeling. Vier dokters over je heen die wringen en wroeten en je (trachten) te verdoven... Er zijn geen woorden voor. Ik weet dat ze me wilden helpen en dat ze niet anders kunnen - ze excuseren zich dan ook voortdurend omdat ze je pijn berokkenen - maar dit soort interventies zijn mijn ergste nachtmerrie.
Vrijwel onmiddelijk na deze behandeling is mijn comfort er echt heel hard op vooruit gegaan. Geen ijzerdraad meer, opnieuw je mond wat kunnen bewegen, pijnvrij kunnen praten en tenminste terug een beetje vast voedsel eten! Gelukkig heb ik dus niet voor niks afgezien, en dus ben ik die dokters toch wel heel dankbaar.
Verder is het vandaag ook een scharniermoment geweest. In het UZ hadden we immers afspraak op oncologie. Er werd een masker gemaakt van mijn gelaat, en daarmee werd ik onder de scanner geschoven. Men spoot een contrastvloeistof in, ik bleef enkele minuten roerloos in de scanner en daarna werden op het masker markeringen gemaakt met viltstift. Het masker en de scans worden nu onderwerp van een hele hoop ingewikkelde berekeningen. Volgende week op 4 september start ik namelijk toch met bestralingen. In totaal zal ik 30 sessies, dagelijks op werkdagen, moeten ondergaan. Dus tot 8 oktober moet ik dagelijks naar Leuven.
De bestralingen zijn nodig uit voorzorg, omdat niet overal 1 cm weefsel rond het gezwel kon worden weggenomen. Door de grilligheid van het gezwel was dit soms maar 1 mm. De bijwerkingen zijn niet echt te voorspellen: droge mond, smaakwijziging Afwachten dus en hopen op zo weinig mogelijk ongemak.
Door alle pijn en miserie werd het bericht van de bestralingen wat naar de achtergrond verdrongen. Het werd ons meegedeeld vorige woensdag, en het was opnieuw effe slikken, maar zolang het niet concreet is, lagen we er niet van wakker. Vandaag was daarom een scharniermoment: de bestraling wordt nu echt concreet. Maar hierover later meer. Groetjes, Lut
Ondanks de tegenvallende 'pitsstop' van dinsdag met het onverwachte nachtje kliniek, zijn we woensdagnamiddag toch naar zee vertrokken. Onder het mom van 'zeer hebben kan ik daar ook' voltrokken we ons plan om 2 nachtjes in een hotel te overnachten op de dijk in Koksijde.
We hadden voor Koksijde gekozen omdat Ellen en haar vriend hier een weekje vakantiewerk doen. Ze bemannen als monitor de animatiestand van hun crea-organisatie. Er staat een 'funbus', springkastelen, gekke fietsjes, circusspullen, en een grimestand. Ellen bemant gewoonlijk de grimestand: ze doet het graag, en het is niet iedereen gegeven. Pol, zoals gewoonlijk nogal sceptisch, zag de stralende gegrimeerde snoetjes en moest ruiterlijk toegeven dat ze het niet onaardig doet.
Het hotelletje valt mee. Ruimte genoeg en goed sanitair. En voor de rest is het zoals je het mag verwachten aan de kust: wat vervallen en dringend toe aan wat opfriswerk, maar daar zaten wij nu niet echt mee. Pol wou vooral uitwaaien, de kust opsnuiven en een lekkere portie mosselen eten. En ik? Het Paul Delvaux museum staat hoog op mijn verlanglijst, maar ik wou gewoon de dagen zo goed mogelijk doorkomen en er even tussenuit zijn.
Wat we niet hadden voorzien (tenslotte had ik er beter moeten aan toe zijn) is dat ik eigenlijk absoluut niet kan eten. 's Middags hadden we het thuis nog uitgeprobeerd. Soep eet ik tegenwoordig met een lepel en een vork: sneetjes brood met een oppervlakte van 1 bij 1 cm, in de soep gooien, en met de vork in mijn mond duwen. Kauwen is al een maand niet aan de orde, maar nu is ook iets van een lepel eten nagenoeg niet mogelijk, en drinken is een geduldwerkje waarbij het servet steeds in de aanslag gehouden wordt. Komt er nog bij dat ik altijd al een zeer snelle eter was, en dat al die geduldoperaties dus danig op mijn zenuwen werken. Een paar daagjes achtereen 'uit' eten leverde volgend menu op: Woensdag: - half sneetje witbrood van 5x5cm met honing (nog in de kliniek) - half sneetje witbrood met boter en kom soep (thuis) - 2 pannenkoeken met suiker (op de dijk in Koksijde) - 5 gamba's en wat garnalen, aangevuld met een paar slierten nogal droge tagliatelli. Op het menu noemde men dit: Tagliatelli met gamba's in roomsaus. Elke gamba was goed voor 10 (!) happen en toen het bord werd afgeruimd was moeilijk te zien of behalve de gamba's er iets van gegeten was. Donderdag: - half sneetje lichtbruin brood gesopt in de dooier van een lichtgekookt eitje (hotel) - een kom soep met een sneetje beboterd brood (bij Carla) - dagsoep en de inhoud van 2 garnaalkroketten (resto Koksijde) Vrijdag: - half sneetje lichtbruin brood gesopt in de dooier van een lichtgekookt eitje (hotel) - dagsoep met sneetje brood (bij Verdonck in Koksijde) - 2 pannenkoeken met suiker (op de dijk in Koksijde)
Pol haalde bij de apotheek wat energy drinks, zodat ik toch een beetje energie kon opdoen. Het gekke is dat mijn tafelgenoten mosselen, sol meunière, frietjes, beleg, en allerhande eten, en dat het me niks doet. Eten is op een maand tijd van een feest 3x daags naar een corvee overgeschakeld. Niet alleen is het eten omslachtig, maar ook pijnlijk en onvermijdelijk vergezeld van een dosis pijnstillers, die ofwel kollosaal groot zijn, ofwel bruisend en dus amechtig slecht smakend.
Ook slapen is een marteling, en af en toe breek ik, maar het meeste van de tijd houd ik me groot. Voor Pol, voor Ellen, voor Carla en Luc, voor de obers en de andere restaurantgasten. s' Nachts lig ik wakker en schrijf in mijn hoofd blogberichten, of voer boze mails naar de professor. Maar meestal houd ik me zo stil mogelijk en spreek tot mezelf: kalm zijn, geduld hebben, morgen wordt het beter... hopen maar.
Tenslotte: het Delvauxmuseum hebben we niet gehaald. Maar donderdag hebben we genoten van het onverwachte bezoek aan Carla en Luc. We zien hen weinig, veel te weinig, maar het gevoel zit altijd onmiddellijk goed. We praten over koetjes en kalfjes, over sport, de Olympische spelen. We updaten elkaar over de rest van de familie, we keuvelen al slenterend over de dijk. Doen een terrasje en een winkelstraat en genieten van het flauwe zomerzonnetje. En we lachen (in mijn geval: we trekken pijnlijke grimassen) en vergeten even de realiteit van deze zomer. Genieten!
Enerzijds kijk ik er enorm naar uit, want het was lang wachten in een zeer oncomfortabele situatie.
Maar anderzijds zijn er natuurlijk de zenuwen voor deze nieuwe ingreep. De dokters zelf proberen me gerust te stellen, maar toch
Normaal zou ik er moeten uitkomen met een ietwat aangenamere stellage in mijn mond.
Ik hoop het. Vorige donderdag was ik nog op controle in Leuven. Het was weer een kwelling eer het mijn beurt was, maar gelukkig was ik er mentaal al wat meer op ingespeeld. Opnieuw een nieuwe dokter, waarvan ik de naam niet heb onthouden. We hebben de procedure voor morgen doorgesproken, en de prof zou alsnog opteren om de prothese met haken aan een bot vast te hangen. Dit had ik beter niet vooraf geweten, want het lijkt mij supergriezelig. Als de wonden goed genezen zijn, zou men ook reeds een afdruk nemen, om de definitieve prothese voor te bereiden.
Wat ik verder vooral onthouden heb, is dat mijn toestand bij ontwaken toch comfortabeler zou moeten zijn als nu.
Maar zekerheden heb je nooit.
Het grootste geluk van dit bezoek, was dat deze dokter zei dat ik voorlopig geen antibiotica meer hoefde te nemen! Joepie! Waarschijnlijk maar voor even, maar het is toch weer dat.
Nog even de zenuwen beheersen, nog even het geduld op de proef stellen...