DE NEGEN LEVENS
VAN POESSIE
Na een hels leven van honger en ellende, opgejaagd,
verstoten en voortdurend belaagd kwam Poessie na een verschrikkelijke dood
opnieuw bij de Maker van Al-wat-is terecht.
Wat heeft u mij toch aangedaan! Zo een miserabel
leven dat u mij gegeven heeft! klaagde ze miauwend.
Maar daar had jij toch zelf voor gekozen, niet?
weerlegde de Maker zacht en lief, zoals altijd.
Nu ja, ik wilde een leven in volle vrijheid,
ongebonden zodat ik kon doen wat ik maar wilde. Maar er kwamen onophoudelijk
narigheden en moeilijkheden op mijn levensweg.
Zozo. Wat wil je dan in een volgend leven? Je weet
dat je zelf mag kiezen waar en in welke omstandigheden je wil herboren worden.
Ik wil nu bij mensen in een gezin terechtkomen.
Daar zal ik zeker veilig en comfortabel kunnen leven, zonder zorgen of angst.
En zo geschiedde. Poessie kwam als huisdier bij de
familie Pestjens terecht. Als verjaardagsgeschenk voor het jongste zoontje.
Maar deze beschouwde de kat als een stuk speelgoed waarmee hij kon doen wat hij
wou. Hij trok hard aan haar staart, schopte en sloeg en gooide met van alles en
nog wat naar het arme dier. Op een keer had de zoon haar zo erg toegetakeld dat
ze het leven liet en zo opnieuw bij haar Schepper belandde.
Kon je mij niet in een goede familie laten leven?
vroeg ze verwijtend. Had dat dan gezegd, jij mag altijd kiezen maar je moet
wel zorgvuldig en precies zeggen wat je wil antwoordde de Maker bedaard.
Bovendien speelt het karma van je vroegere levens mee; je moet immers leren
uit jouw levenservaringen om zo uiteindelijk volmaakt gelukkig te kunnen worden.
En zo werd Poessie geboren in een nest bij de
familie Liefvrint. Ze speelde er met de kinderen, werd prima verzorgd en kreeg
er lekker eten. Het leek wel een paradijs. Maar op een dag brachten ze haar bij
de dierenarts die haar voorgoed beroofde van de mogelijkheid zelf een gezin te
stichten, tot haar groot verdriet. Tot overmaat van ramp kwam er een grote hond
als tweede huisdier bij en die maakte haar het leven zo zuur dat het
paradijselijk bestaan tot een hel werd. Poessie was zeker geen katje om zonder
handschoenen aan te pakken maar tegen zo een groot vervaarlijk monster kon ze
echt niet op. Die enorme loebas zat haar op een keer zo bedreigend grommend
achterna dat ze pardoes de straat op liep en onder een vrachtwagen terechtkwam
Een volgende keer wil ik weer in vrijheid leven,
maar wel in een beschermde omgeving opperde Poessie en de Maker vervulde zoals
altijd die wens.
In haar vierde leven woonde Poessie aldus in een
groot woud, ver van alle mensen vandaan. Geen honden in de buurt en voldoende
voedsel en zuiver water uit de beek. Eindelijk leek ze een mooi en gelukkig
bestaan te kunnen leiden. Maar helaas, door uitzonderlijke droogte ontstond er een
reusachtige bosbrand en Poessie werd een prooi van de ongenadige vlammen
Over haar vijfde leven kan ik kort zijn. Ze koos
een dorp op grote afstand van enig woud of bos als verblijfplaats. Na een grote
wolkbreuk overstroomde de nabije rivier en het ganse dorp verdween met man en
muis (en kat) in de zondvloed
Geef mij maar een nieuw leven, deze keer als
woestijnkat sprak Poessie zelfverzekerd. Geen mensen, geen honden, geen bos,
geen rivier
wat kan er dan nog misgaan? De Maker stemde stilzwijgend toe. Hij
wist dat ze uiteindelijk van dorst zou omkomen maar zij had nu eenmaal de vrije
keuze en kon enkel leren uit haar levenservaringen
Deze keer wil ik precies omschrijven hoe ik mijn
zevende leven wil doorbrengen sprak Poessie beslist. Ik wil geboren worden op
een plaats en in omstandigheden waar de ellende uit mijn vorige levens niet
kunnen geschieden. De Maker knikte prijzend en stond de gunst welwillend toe.
Ons katje begint wijzer te worden dacht hij.
In een land met een gematigd klimaat, met lieve en
diervriendelijke mensen zwierf Poessie gelukkig en tevreden rond. Ze had nooit
honger of dorst en niemand viel haar lastig. En toch, er leek iets te ontbreken
in dit anders zo zalig leventje. Ze ontmoette nooit een geschikte levenspartner
en haar kittenwens werd dus niet vervuld. Ze stierf van eenzaamheid en verdriet
om het gemis van een kroostrijk kattengezin.
Ze vroeg de Maker een gelijkaardig leven als het
vorige maar dan mèt een kater aan haar zij. En voor de achtste maal incarneerde
Poessie met de zegen van de Maker van Al-wat-is.
Aanvankelijk was alles rozengeur en maneschijn. Tomkat
was de ideale gezel voor Poessie en schonk haar veel liefde en talrijke nesten
schattige kittens. Maar op een dag merkte ze dat hij nog een heleboel andere katjes
had die hij maar al te graag in het donker kneep
Na een hoogoplopende ruzie
verliet Tomkat haar en bleef ze verweesd en eenzaam achter. Ze stierf van
liefdesverdriet.
En, welk leven wil je nu? vroeg de Maker.
O neen! Nu is het genoeg geweest. Het draait toch verkeerd
uit, wat ik ook kies. Wat doe ik toch altijd verkeerd? Waarom wordt ik telkens
weer gestraft met een ellendige incarnatie? Ik wil voortaan een leven waarbij
ik telkens weer jouw raad en steun kan krijgen, zonder daarvoor eerst iets
onaangenaams te moeten tegenkomen of in miserie te moeten sterven.
Goed, dat kan. Een heel wijs besluit, lieve
Poessie. Overigens treft jou geen enkele schuld, jouw zogezegde fouten of
zonden zijn enkel te wijten aan vroeger karma of aan onwetendheid. Zoals ik al
eerder zei word je niet gestraft maar juist geholpen om door leerrijke
ervaringen in het vervolg het juiste te doen en volmaakt gelukkig te zijn. Je
weet toch dat ik zielsveel van je houd zoals van al mijn schepselen, zonder
onderscheid. Ik zou jullie nooit kunnen straffen of op enigerlei wijze pijn
doen of laten lijden
Voortaan mag je mij altijd aanroepen wanneer je dat nodig
vindt of wenst. Het volstaat stil te worden, je ogen te sluiten en in gedachten
naar boven te kijken. Je zal mij dan kunnen zien en vragen wat je maar wil.
En zo gebeurde het dat in haar negende leven
Poessie van begin tot einde gelukkig was. Voor elk probleem dat zich aandiende
zocht ze raad en hulp bij de Maker van Al-wat-is. Al haar wensen werden vervuld
en als er toch iets tegenviel, dan leerde ze daar uit en ging welgemoed verder.
Hoe het verder met haar ging? Na haar negen levens
als kat, incarneerde ze nog vele malen als een ander dier en uiteindelijk ook
als mens. En zoals elke mens reisde haar ziel na vele leerrijke incarnaties in
alle sferen tenslotte voorgoed naar haar Schepper, de Maker van Al-wat-is in
zijn immer uitdijende oceaan van gelukzalig liefde-bewustzijn.
Yogannes
|