Open brief aan
.de renners
Onlangs las ik in Het Nieuwsblad een artikel over de broeders Schleck. Daarin
stond, ik citeer : Ex-toppers vinden het niet kunnen dat ik goed met Alberto
Contador opschiet. Waarom zou dat niet kunnen? In de koers gaat het wel
snoeihard tussen ons, dan zijn we echte vijanden.
Hallo? Mijn weinige haren kwamen recht te staan. Hoezo, ze
zijn echte vijanden in de koers? Hoe zit dat dan met de fameuze rit met de
overslaande ketting van Andy? Contador mocht toen volgens Andy niet aangevallen
hebben. Alberto moest zelfs een zeemzoet filmpje op internet zetten om zich te
verontschuldigen. Vijanden? Het zal wel. En tijdens de aanvangsweek van de Tour
deed Cancellara wel het hele peloton wachten op de gevallen broertjes Schleck.
Om bij te huilen.
Het zou inderdaad vroeger geen waar geweest zijn. Kan, beste
lezer, u zich het volgende voorstellen: Paris-Roubaix
1975. Een tiental kilometer voor de streep zijn ontsnapt : Eddy Merckx, Roger De Vlaeminck, André Dierickx en Marc
Demeyer. De kannibaal krijgt op een van de laatste echte kasseistroken een
lekke band. Hebben Demeyer, De Vlaeminck en Dierickx toen gewacht? Natuurlijk
niet. Een van de grondslagen van de wielersport is om zo snel mogelijk van punt
A naar punt B te rijden. En wie eerst over de eindstreep komt is de winnaar.
Heb je een lekke band of materiaalbreuk, dan heb je pech. Vraag het maar aan
Eugène Christophe als je hem in het hiernamaals tegen komt. Boeken kan hij schrijven
over door materiaalpech verloren wedstrijden.
Maar om terug te keren naar Paris-Roubaix. De drie
overblijvers reden volop door. Eindelijk verlost van die vervelende kannibaal.
Nog twee tegenstanders te kloppen. Merckx moest zich het snot uit de neus
rijden om terug aansluiting te krijgen. Spannende televisie was dat toen. Komt
hij er bij of niet? Zal hij nog krachten over hebben om de sprint te
winnen? En wat deed Merckx? Vol
adrenaline en woede om zoveel pech kwam hij er bij en ging hij er over. Of
liever, hij probeerde er over te gaan. De drie waren echter grote kampioenen en
lieten hem niet gaan. Uiteindelijk won Roger De Vlaeminck. Merckx werd nog
tweede in de eindspurt. Dat was nog eens echte koers.
Neem dan de Ronde van Vlaanderen van hetzelfde jaar. Merckx
rijdt van ver weg met een verdienstelijke aanhangwagen, genaamd Frans Verbeeck
aan zijn wiel. Het duo rijdt de rest van het peloton in de vernieling en in de
plaatselijke omloop in Meerbeke demarreert Merckx nog eens en moet Frans,
dodelijk vermoeid, achter blijven. Na de aankomst kan hij nog met moeite zijn
historische woorden : Fred, hij rijdt vijf kilometer te rap voor ons
uitspreken. Heeft Eddy s avonds een telefoontje gehad met Frans om zich te
verontschuldigen omdat hij Frans nog uit zijn wiel gedemarreerd heeft? Neen,
natuurlijk niet. Frans heeft na een verkwikkende nachtrust s anderendaags
gewoon de beslissing genomen om nog harder te trainen zodat ook hij vijf kilometer
per uur rapper zou kunnen rijden.
Of neem die Luik-Bastenaken-Luik van 1970. De streep ligt op
de wielerpiste van Rocourt. Om die te bereiken dienen de renners door een
smalle donkere gang te rijden. De De Vlaeminck s manoeuvreren zodanig dat
eerst Roger en dan Eric de doorgang inrijden. Roger demarreert en Eric houdt de
benen stil. Gelukkig zijn er geen
geluidsopnamen van die momenten want het gevloek zal waarschijnlijk enorm
geweest zijn. Eric kreeg alle zottigheid van de wereld naar zijn kop geslingerd
maar Roger was wel de pist uit of liever de piste op. Van pure coleire won
Merckx een paar dagen later de Waalse
Pijl.
Daarmee wil ik slechts aantonen dat er in de koers echt
gestreden moet worden. Koers is koers en geen gezondheidswandeling. De Tour is
geen toeristische fietstocht richting de Alpen of Pyreneeën waarbij er niks mag
of kan gebeuren. Er dient strijd geleverd te worden.
Hetzelfde in het hedendaagse veldrijden. Onlangs las ik een dubbelinterview
met Niels Albert en Zdenek Stybar in HUMO. O wat waren ze lief voor elkaar. Op
en top media getraind zodat er geen onvertogen woord kan vallen, want dat zou
nadelig kunnen zijn voor de sponsor.
Denkt men werkelijk dat een sponsor daar nadeel zou kunnen
van hebben? Toen de eerder genoemde Frans Verbeek in 1973 op het einde van Luik-Bastenaken-Luik de sprint
verloor van Eddy Merckx, had heel televisiekijkend België dit gezien. Frans
daarentegen, toen al een lepe zakenman, dacht dat hij gewonnen had en
contesteerde de uitslag. Minutenlang stond hij zijn gelijk te verkondigen op
het interviewpodium voor de micro van Fred De Bruyne en met alle cameras op
hem gericht. Sponsor Watney wreef ongetwijfeld in de handen. Met de daaraan
verbonden bonus kon Frans later de eerste steen leggen van zijn succesvolle
zaak.
En wie herinnert er zich niet Luik-Bastenaken-Luik van 1999.
Dagen op voorhand had Frank Vandenbroucke al aangekondigd waar hij zou
aanvallen en hoe hij zou winnen. De tweestrijd tussen VDB en bartoli op de
helling van La Redoute staat in het Belgische Wielergeheugen gegrift. Bartoli
zette de aanval in maar werd gecounterd door VDB. Toen die langszij kwam keek
hij Bartoli eens diep in de ogen en zorgde er daarmee voor dat Bartoli
psychisch ten onder ging en L-B-L verloor.
Op de plaats waar hij het voorspeld had, op Saint Nicolas,
plaatste VDB zijn ultieme demaarage en reed zo weg van Michael Boogerd en won
overtuigend zijn eerste en tevens laatste, maar wie besefte dat toen al, grote klassieker.
Zo ging het er aan toe en zou het er aan toe moeten gaan.
Niels, geef toch eens toe dat als Stybar weer eens in het begin van de
wedstrijd weg demarreert je in je binnenste zit te denken van Verdoeme, de smeerlap,
hij is er weer vandoor. Ik val nog liever dood dan dat ik hem laat gaan.
Verdomse Tsjech ik ga u bij uw
.. hebben.
Zdenek, geef ook eens toe dat je op de Koppenberg zat te
denken van (vrij vertaald uit het Tsjechisch): Miljaar Nys. Ge hebt mij hier
bij mijn
.. Hoe ga ik hier recht blijven. Stomme supporters ga uit mijn weg!
En volgende week Nys, dan rij ik u in de vernieling.
Een beetje spanning moet er wel zijn in een wedstrijd. Koers
volgen is emotie en die emotie moet gevoed worden. De renners worden er beter
van, de organisatoren en het publiek ook.
Ronse 1963. Meer moet ik niet zeggen. Elke wielerliefhebber
weet direct waar ik het over heb. En als er dan toch een voetballiefhebber dit
blad in hadden heeft gekregen, Benoni Beheyt klopte Rik Van Looy in een
tumultueuze sprint aan het eind van het Wereldkampioenschap. België stond op
zijn kop en raakte verdeeld in twee kampen aan de ene kant de Beheyt mannen en
aan de andere kant de Van Looy mannen.
Wie is er beter geworden van dit alles? De sponsors, want
die kwamen bijna dagelijks in beeld, Van Looy en Beheyt ook want die werden er
zeker niet armer van. Benoni kon direct voor drie jaar contracten tekenen in de
Franse criteriums. Ook de organisatoren van criteriums waren niet rouwig om de
tweestrijd, want de massa die kwam kijken naar de twee kemphanen was niet te
tellen. En in het algemeen profiteerde de wielersport er van. We zijn 47 jaar
verder en echte wielerkenners kunnen nog uren discussiëren over deze
eindsprint.
Ik denk niet dat men over 47 jaar lyrisch zal doen over de
Tour van 2010. En dat brengt mij weer naar mijn uitgangspunt. Andy, Fränck,
Alberto, alstublieft, breng eens wat spanning in de Tour. Gun elkaar het licht
in de ogen niet. Probeer elkaar te lossen, ga er eens echt voor, verzorg de
show en laat de echte beste winnen.
Deze oproep kan uitgebreid worden naar alle renners. B.v.
naar Stijn Devolder toe. Stijn, nu je
voor een andere ploeg zal rijden, doe eens een gedurfde uitspraak naar Tom toe
in de aanloop van de Ronde en Paris-Roubaix. Je bent namelijk de meest
geschikte renner om als moderne versie van Ritten Van Lerberghe door te gaan.
Doe dan ook eens als Ritten en voorspel ook eens : kZal gulder allemoal
doodrieën. Yes you can zou Obama zeggen. Philippe Gilbert, meng je ook in de
discussie. Laat ons smullen van jullie prognoses, jullie gedurfde uitspraken.
Denk aan Frans Verbeeck. Hij durfde ook gewaagde uitspraken
doen en hij legde zich nooit neer bij het meesterschap van de andere
kampioenen. Negen van de tien keer reed hij figuurlijk met zijn kop tegen de
muur. Maar dat heeft Frans gehard en het zal mee geholpen hebben aan het feit
dat hij nu een succesvol zakenman geworden is. Is Frans door zijn uitspraken
minder sympathiek bevonden? Neen, ik denk dat Frans nog steeds een populair
figuur is. En indien ik hem zou ontmoeten, dan zou ik hem van harte danken voor de vele mooie
wielermomenten die ik mede dank zij hem heb mogen beleven.
En als jullie elkaar dan toch zo sympathiek vinden, ga dan
na het seizoen samen iets eten of drinken in een of ander restaurant in Monaco,
al of niet in aanwezigheid van tevreden sponsors. Wij, gewone supporters zullen
het niet weten want zo vaak gaan wij niet uit eten in Monaco.
G.L.
08-01-2011, 14:54
Geschreven door G.L. 
|