Zelfvoorzienend leven - gezondheid - groei - OVERVLOED!
13-03-2010
TRANSITIE Vlaanderen
Transitienetwerk Vlaanderen
Samen
piekolie en klimaatverandering aanpakken
Gemeenschappen helpen om hun
lokale veerkracht opnieuw op te bouwen en hun CO2-uitstoot te
verminderen.
Hoofd,
hart en handen samenbrengen voor de overgang naar een leven na de olie.
De veranderingen die we nodig hebben om de
totale ineenstorting te vermijden, zijn precies die dingen die we moeten
doen om de wereld te creëren waar we van dromen
Prof.
David Korten, econoom en psycholoog
Denk globaal, doe
lokaal!
Het Transitienetwerk
is een nieuwe beweging met als doel gemeenschappen, groepen en
initiatieven te inspireren, aan te moedigen, te helpen, te trainen
en,met hen samen te werken in de overgang van olie afhankelijkheid
naar een meer lokale en sociale economie.
Transitie-initiatieven beweren natuurlijk niet alle
antwoorden te hebben, maar we denken dat er oplossingen te vinden
zijn in oude wijsheden en de aanwezige creativiteit, talenten en
vastberadenheid in onze eigen wijk, stad of dorp.
Zo gaat elke groep op zijn eigen plek aan de slag met de
mensen en de middelen die er zijn. Daarbij is het versterken of
het opnieuw creëren van een gevoel van gemeenschap heel belangrijk.
Verandering is hoognodig, maar zulke
fundamentele veranderingen zijn niet mogelijk van de ene dag op de
andere. We hebben nog steeds tijd, maar alleen als we nu beginnen!
De transitie naar een manier van leven,
die minder fossiele energie verbruikt en toch een meer vervulde en
gelukkige levenswijze betekent, is veel beter te realiseren als
we samen de handen uit de mouwen steken.
"...opvallend is dat politici tekort
schieten in het plannen maken voor deze onvermijdelijke transitie, of
om hun kiezers zelfs maar op dezeonvermijdelijkheid
voor te bereiden.
Jonathan Porritt, voormalig
Engels politicus en milieuactivist
info
over aangeboden vorming, training en activiteiten
ondersteuning van wie lokaal aan de slag wil (teksten,
documenten, werkvormen en verdere lectuur)
Waarom Transitie-initiatieven?
Het is
ondertussen wel duidelijk dat het gebruik van fossiele brandstoffen
ernstige gevolgen heeft voor ons klimaat.
Onze straten puilen uit van de auto's.
We voeden, kleden en verwarmen ons niet met producten uit onze eigen
omgeving, maar met voedsel, goederen en brandstoffen die honderden
en duizenden kilometers hebben afgelegd.Een systeem dat dus volledig
afhankelijk is van goedkope olie.
Wetenschappers kondigen aan
dat het onvermijdelijke einde van het tijdperk van de goedkope olie
(piekolie) nabij is.
Omdat onze huidige levensstijl zo nauw verbonden is
met goedkope olie, zal dit einde weldra ook ernstige gevolgen hebben
voor onze manier van leven.
Niet alleen
klimaatverandering, maar ook de financiële crisis, de vervuiling van
ons milieu, het verdwijnen van veel dier- en plantensoorten, het
grote aantal vluchtelingen, de kloof tussen Noord en Zuid, enz. maken
duidelijk dat er iets moet veranderen.
Nieuwe
ideeën, nieuwe manieren ...
Om een mooie en leefbare
toekomst te verzekeren is het van groot belang dat we onze
afhankelijkheid van olie verminderen en overschakelen naar een
levensstijl die generaties lang vol te houden is.
De overgang (transitie) van
onze huidige verkwistende, vervuilende en energieverspillende manier
van leven naar een andere levensstijl, waarin iedereen kan delen, is
letterlijk van levensbelang.
Om tot een nieuwe manier van denken,
leven en samenwerken te komen die onze lokale gemeenschappen
veerkrachtiger en rijker (in geest) maakt, werken een groeiend aantal
gemeenschappen met het model van transitiontowns.
Hierin is het begrip veerkracht
heel belangrijk. Dit wil zeggen dat we beter in staat zijn te
reageren op tegenslagen en er samen oplossingen voor kunnen bedenken.
Dat we dus
als gemeenschap in staat zijn zelf ons dagelijks leven te sturen. Om
dit te bereiken is het nodig dat we als samenleving zelfstandiger
worden en meer in onze eigen behoeften, zoals voedsel, energie,
bouwmateriaal voorzien.
Transitie-initiatieven
inspireren groepen mensen om samen oplossingen te
bedenken die afhankelijkheid van fossiele brandstoffen
afbouwen en zo ook
de
uitstoot van CO2 verminderen maar die vooral de lokale
veerkracht
opbouwen. Het gaat hier
dus niet alleen om denken, maar vooral om doen!
Oplossingen zullen over verschillende
themas gaan - zoals transport, voeding, onderwijs, energie, wonen -
en die worden uiteindelijk samengebracht in een
lokaal Minder Energie Plan. Een dergelijk plan omschrijft
de stappen die
moeten leiden naar een
leven dat zo weinig mogelijk afhankelijk is van fossiele
brandstoffen, veel minder CO2-uitstoot veroorzaakt, en
gebouwd is op de
overvloed
van middelen en talenten binnen onze gemeenschappen.
Uitdagingen voor de samenleving!
De twee grootste
uitdagingen voor de mensheid in het begin van de 21ste eeuw zijn
klimaatverandering en piekolie. Terwijl er over het eerste heel veel
gepraat en geïnformeerd wordt, zijn de meeste mensen zich veel minder
bewust van het piekolie probleem.
Piek olie is de daling van de beschikbaarheid van (goedkope)
olie. Hierdoor kan onze economie en samenleving zodanig in de
problemen komen dat ook de maatregelen die nodig zijn om de
klimaatveranderingen aan te pakken in gevaar komen.
Overstappen op andere brandstoffen, zoals
bij voorbeeld steenkool, zou dan weer heel nadelig zijn voor ons
klimaat.
Transitie-initiatieven
vormen op dit moment een van de meest veelbelovende manieren om
mensen en gemeenschappen in beweging te zetten en deze twee
gigantische uitdagingen (en nog vele andere) aan te pakken.
De waarde van Transitie zit er vooral in dat deze
reorganisatie van ons leven op lokaal vlak kan leiden naar een
sterkere sociale verbondenheid, die opnieuw leidt naar meer
waardering en energie om samen problemen op te lossen en een gezond
alternatief te realiseren.
Maar wat
gebeurt er dan juist
Enkele voorbeelden van wat er in
transitie-initiatieven gebeurt.
- Bewustmaking
Films,
evenementen en lezingen kunnen de gemeenschap attent maken op de
gevolgen van zowel piekolie als klimaatverandering - waarbij de
eerste een veerkrachtiger gemeenschap vereist, en de laatste een
vermindering van de
CO2-uitstoot. De
inloopdagen over heel Vlaanderen en de filmavonden in de
verschillende initiatieven dragen hiertoe bij.
- Themawerkgroepen
Met de
aanwezige talenten en interesses worden groepen gestart die werken
rond alle belangrijke aspecten van het (lokale) leven, zoals energie,
voedsel, geld, bouwen, transport, bedrijfsleven, onderwijs,
gezondheid, psychologie, afval, lokaal bestuur...
- Een eigen lokale munt
In Totnes en
Lewes in Engeland wordt hier al een tijdje mee geëxperimenteerd,
binnenkort waarschijnlijk ook in Gent.
- Leuke acties
Bv.
pompoenen aanplanten in parken door het Leuvense initiatief, verdelen
van zaden om meer bloemen die bijen aantrekken te krijgen door
Zoemend Wijgmaal, aanplanten van noten- en fruitbomen in het openbaar
groen, transitiefietstocht in Scherpenheuvel-Zichem.
- Dromen over de toekomst
Transitie-initiatieven
worden gedreven door een positief toekomstbeeld, dus dan moeten
we daar ook over dromen en nadenken, zoals op de open dag in Gent, de
toekomst artikels van Merchtem, verhalen vertellen,
- Samenwerking
Er wordt
ook samengewerkt met de lokale overheid, die de onafhankelijke
transitiegroep kan steunen, en met reeds bestaande initiatieven om de
lokaal aanwezige energie maximaal te gebruiken.
- de Grote Herscholing
Het
transitie-initiatief kan de 'grote ontscholing van de afgelopen
40 jaar omkeren door training aan te bieden in een grote waaier van
verloren gegane praktische vaardigheden zoals reparaties,
natuurlijk bouwen, voedsel kweken,lokale economie, etc.
Zo was er in Gent al een
doe-dag en een cursus hoe groenten kweken zonder tuin en geeft
Tervuren informatie over composttoiletten.
- Ontwerp een Minder
Energie Plan
Eigenlijk is het hier allemaal mee begonnen, in
Kinsale, Ierland. Zo een plan geeft gedetailleerd voor de
verschillende sectoren weer hoe we jaar per jaar ons
energieverbruik kunnen afbouwen.
Het Transitienetwerk
is een nieuwe beweging met als doel gemeenschappen, groepen en
initiatieven te inspireren, aan te moedigen, te helpen, te trainen en
met hen samen te werken in de overgang van olie afhankelijkheid naar
een meer lokale en sociale economie.
Transitie-initiatieven beweren natuurlijk niet alle antwoorden te
hebben, maar we denken dat er oplossingen te vinden zijn in oude
wijsheden en de aanwezige creativiteit, talenten en vastberadenheid
in onze eigen wijk, stad of dorp.
Zo gaat elke groep op zijn eigen plek aan
de slag met de mensen ende middelen die er zijn. Daarbij is het
versterken of het opnieuw creëren van een gevoel van gemeenschap
heel belangrijk.
Verandering is hoognodig, maar zulke
fundamentele veranderingen zijn niet mogelijk van de ene dag op de
andere. We hebben nog steeds tijd, maar alleen als we nu beginnen!
De
transitie naar een manier van leven, die minder fossiele energie
verbruikt en toch een meer vervulde en gelukkige levenswijze
betekent, is veel beter te realiseren als we samen de handen uit de
mouwen steken.
"...opvallend
is dat politici tekortschieten in het plannen maken voor deze
onvermijdelijke transitie, of om hun kiezers zelfs maar op deze
onvermijdelijkheid voor te bereiden.
Jonathan Porritt, voormalig Engels politicus en
milieuactivist
contactgegevens
en sites van gestarte en startende transitie-initiatieven in
Vlaanderen
info
over aangeboden vorming, training en activiteiten
ondersteuning
van wie lokaal aan de slag wil (teksten, documenten, werkvormen
en verdere lectuur)
De
Transitiebeweging verspreidt zich
Sinds de lancering van de eerste Transition Town, in Totnes
in Engeland in 2006, heeft het concept zich snel verspreid, zowel
in het Verenigd Koninkrijk als in andere delen van de wereld, ook
in Vlaanderen.
(zie
www.transitionnetwork.org voor een lijst)
(zie
www.transitie.be voor initiatieven in Vlaanderen)
Honderden andere dorpen, steden en wijken
overwegen ernstig om hun eerste stappen naar de start van een
transitie-initiatief te zetten. Sluit je aan bij
de wereldwijde beweging en start met een groepje enthousiastelingen
uit je buurt ook een initiatief!
Verder lezen over de transition towns-beweging?
- Rob Hopkins, Het
transitiehandboek, Jan van Arkel, 2009.
Ben
Brangwyn, Rob Hopkins, Basishandleiding Transition Towns,
Transition
Towns is ernaar streven steden en dorpen zo zelfvoorzienend en
energiezuinig mogelijk te maken.
Wondere,
veerkrachtige wereld Veerkracht,
daar draait het om in dit boek. Voor ecologen is veerkracht een
vertrouwd begrip, voor de rest van ons veel minder. Veerkracht
verwijst naar het vermogen van een systeem om zijn samenhang te
behouden en te blijven functioneren als het wordt blootgesteld aan
verandering en schokken van buitenaf. Een systeem kan een paar
individuen betreffen, maar ook hele economieën. Dit boek, Het
Transitiehandboek,
stelt dat we naast onze huidige inspanningen om de CO2-uitstoot
drastisch te verminderen, evenveel aandacht zouden moeten besteden
aan het bouwen aan veerkracht, of om precies te zijn: aan het weer
opnieuw opbouwen daarvan. Hoe
ziet veerkracht er eigenlijk uit? In
1990 bezocht ik de Hunzavallei in Noord-Pakistan. De Hunzavallei was
tot de opening van de Karakorum Highway in 1978 bijna volledig van de
buitenwereld afgesloten. Voor mijn bezoek wist ik niets over
permacultuur of over veerkracht, en zelfs maar weinig over voedsel,
landbouw of het milieu. Maar ik wist toen dat ik op een
uitzonderlijke plek was aangekomen.
Ik
vond een citaat in een boek dat ik las op weg naar Hunza (ik ben de
titel ondertussen vergeten): Als er op aarde een tuin van
gelukzaligheid is, is het deze, is het deze, is het deze.
Deze
woorden bleven tijdens de twee weken die ik in Hunza verbleef,
regelmatig door mijn hoofd spelen. Dit was een samenleving die zijn
grenzen respecteerde, en dit op een verbluffend geraffineerde en
tegelijk eenvoudige manier. Al het afval, met inbegrip van het
menselijk afval, werd zorgvuldig gecomposteerd en teruggegeven aan
het land. De terrassen die eeuwenlang tegen de bergwanden waren
gebouwd, werden bevloeid via een netwerk van kanalen, dat met een
verbazingwekkende precisie mineraalrijk water van de hoger liggende
gletsjer naar de velden bracht.
Overal
stonden er abrikozenbomen, en kersen-, appel-, amandel- en andere
fruit- en notenbomen. Rondom en onder de bomen groeiden gerst, graan,
aardappelen en andere groenten. De velden waren netjes, maar niet
strak afgelijnd. Planten groeiden in kleine percelen eerder dan in
grote monoculturen. Doordat ik op een bergwand verbleef, moest ik de
hele tijd bergop en bergaf wandelen en voelde ik al snel de goede
conditie ontstaan waar de Hunza om bekendstaan.
De
paden waren afgezoomd met stapelmuurtjes en waren bedoeld voor mensen
en dieren, niet voor autos. De mensen leken altijd tijd te
hebben om even te stoppen en een praatje te maken met elkaar en tijd
door te brengen met de kinderen, die blootsvoets en stoffig door de
velden renden. Abrikozen werden geoogst en te drogen gelegd op de
daken van de huizen, een verbluffend gezicht in de heldere bergzon.
De gebouwen waren opgetrokken van lokaal geproduceerde
modderbakstenen, warm in de winter en koel in de zomer. En er was
altijd de majestueuze pracht van het hooggebergte. Hunza is
eenvoudigweg de mooiste, rustigste, gelukkigste en overvloedigste
plaats die ik ooit heb bezocht.
In
die tijd was ik kunstenaar en bracht ik mijn dagen door met een
schetsboek in de hand, zwervend over de velden, landweggetjes en
terrassen, verbluft door het licht en de kleuren, vele uren werkend
aan één tekening in een uiteindelijk zinloze poging om de
schoonheid van wat zich voor mij uitstrekte weer te geven.
Als
Hunza toen afgesneden zou zijn geweest van de buitenwereld en van de
wereldeconomie met zijn snelwegen met vrachtwagens volgepakt met
goederen, zou het zich uitstekend gered hebben. Als er een globale
economische recessie of zelfs ineenstorting zou zijn geweest, zou die
weinig effect hebben gehad op de Hunzavallei. Ook de mensen waren
veerkrachtig, gelukkig en gezond en hadden een sterke
gemeenschapszin.
Het
is niet mijn bedoeling dit te romantiseren of te idealiseren, maar
toen ik in Hunza was ving ik een glimp op van iets dat resoneerde met
een genetische herinnering ergens diep in mijzelf. Ik groeide op in
Engeland, waar het feest van de fossiele brandstof in volle gang was,
in een cultuur die onophoudelijk probeerde alle sporen van veerkracht
uit te wissen en van elke gelegenheid gebruik maakte om dit idee tot
nonsens te verklaren. Plattelandsmensen werden afgeschilderd als dom,
het traditionele als `ouderwets en groei en `vooruitgang als
onvermijdelijk. In deze afgelegen vallei voelde ik een verlangen naar
iets waar ik niet echt mijn vinger op kon leggen, maar wat ik nu zie
als veerkracht: een cultuur gebaseerd op het vermogen voor onbepaalde
tijd te functioneren en te leven binnen haar grenzen, en die op deze
manier kan bloeien.
Hoewel,
zelfs toen, in 1990 begonnen dingen te veranderen. Toen ik daar was,
zag ik lege zakken stikstofmest liggen in de hoeken van sommige
velden. Zakken cement deden hun intrede, net als voedsel met
geraffineerde suiker en dranken met bubbels. Het was menens met het
beginnen de veerkracht te ondermijnen, net zoals dat al gebeurd was
in de meeste delen van de wereld en nog steeds in een razend tempo
doorgaat. Ik ben sindsdien niet meer terug geweest en kan dus geen
nieuw verslag uitbrengen, maar het zou mij zeer verbazen als de
verandering gericht zou zijn op het behoud van het vermogen van de
vallei zichzelf te onderhouden.
En
inderdaad, te zien aan de hoeveelheid advertenties op het internet
die `Hunza-producten verkopen, lijken ze te zijn overgegaan naar
een op export gerichte economie.
Krachten,
die maken dat we kiezen voor het behouden en versterken van
veerkracht, in plaats van deze verder te laten afbrokkelen, groeien
op dit moment zeer snel naar elkaar toe, zozeer dat het veel meer is
dan louter een academische kwestie. Het punt is niet langer of we de
krachten van de economische globalisering ter discussie zouden moeten
stellen omdat deze onrechtvaardig en onbillijk zijn, of dat ze
roofzuchtige vernietigers zijn van culturen en milieu. Het gaat erom
te kijken naar de achilleshiel van de economische globalisering,
waarvoor geen andere bescherming bestaat dan veerkracht: namelijk
haar mate van afhankelijkheid van olie.
Economische
globalisering was alleen maar mogelijk door goedkope, vloeibare
fossiele brandstoffen, en er bestaat geen bruikbaar alternatief voor
op die schaal. De overgang naar meer gelokaliseerde,
energie-efficiënte en productieve manieren van leven is geen keuze;
het is een onvermijdelijke richting die de mensheid móet inslaan.
Het
Transitiehandboek
is meer dan alleen een boek met problemen en ideeën. Het gaat over
oplossingen, en over het Transitiemodel, waarvan ik denk dat het de
grondslag zou kunnen blijken te zijn voor een van de belangrijkste
sociale, politieke en culturele bewegingen van de eenentwintigste
eeuw. Ik geef je graag een voorproefje.
Het
is een koude voorjaarsavond in Totnes, een kleine stad in Devon. Zon
160 mensen zoeken een plaatsje in de St.-Janskerk voor een
avondbijeenkomst met als titel `Lokaal Geld, Lokale Vaardigheden,
Lokale Kracht. De bijeenkomst is georganiseerd door de Transition
Town Totnes (TTT), het eerste Transitie-initiatief in het Verenigd
Koninkrijk, en de avond op zich is al een succes: 160 mensen die de
deur uitgaan voor een bijeenkomst over economie, een onderwerp
waarvoor mensen meestal niet uit hun luie zetel komen.
Iedereen
kreeg bij aankomst een Totnes-Pond, één van de driehonderd
biljetten gedrukt door de TTT als proefproject om te kijken hoe een
gedrukt betaalmiddel ontvangen zou worden in de stad. De ene kant is
een reproductie van een bankbiljet uit Totnes uit 1810, een tijd
waarin de bank van Totnes zijn eigen valuta uitgaf, een bankbiljet
dat vier weken eerder werd opgemerkt aan de muur van een lokale
filmmaker.
Om
de avond te beginnen, nodig ik het publiek uit allemaal met hun
ponden in de lucht te zwaaien - het is een geweldig gezicht. 160
Mensen, pond in de hand, aan het begin van een indrukwekkende reis
die bestaat uit nieuwe verhalen vertellen over geld, en ook over de
toekomst en haar mogelijkheden, en over hun onderlinge
afhankelijkheid als gemeenschap.
Het
vertellen van verhalen staat centraal in dit boek. Je zou het kunnen
zien als een verhaal op zich: het verhaal van de opkomst van de
Transitie-beweging, van het belangrijkste onderzoeksproject dat op
dit moment loopt. Maar het gaat verder dan dat. Onze cultuur stoelt
op verschillende verhalen, culturele mythen die we allemaal voor waar
aannemen: dat de toekomst rijker zal zijn dan het heden, dat
economische groei oneindig kan doorgaan, dat we zon
individualistische samenleving zijn geworden dat elk
gemeenschappelijk doel ondenkbaar is, dat bezit je gelukkig kan maken
en dat economische globalisering een onvermijdelijk proces is waarmee
we allemaal hebben ingestemd.
Zoals
we zullen zien, zijn dit allemaal verhalen die fundamenteel
misleidend en ook absoluut schadelijk zijn voor de uitdagingen
waarmee we sneller geconfronteerd zullen worden dan we denken. We
hebben nieuwe verhalen nodig die nieuwe mogelijkheden uittekenen, die
ons opnieuw positioneren in relatie tot de wereld om ons heen, die
ons verleiden om in de komende veranderingen vooral de mogelijkheden
te zien die ze in zich dragen, en die ons uiteindelijk de kracht
zullen geven om aan de andere kant weer te verrijzen in een nieuwe
wereld die ons beter onderhoudt.
Toen
ik daar vooraan stond, in een zaal vol met lachende mensen met
twinkelende ogen, zwaaiend met hun Totnes-Ponden, was ik zeer
ontroerd. Hier, dacht ik, is een kracht aanwezig die nog nauwelijks
werd aangesproken. Natuurlijk zouden we ons geschokt, bang, en
overweldigd moeten voelen als we nadenken over piekolie en
klimaatverandering. En toch zat hier een zaal vol mensen die in de
wolken waren en die tegelijkertijd de dubbele uitdaging van piekolie
en klimaatverandering recht in de ogen keken.
Hoe
zouden acties rond het milieu eruitzien als die erop gericht waren
dit gevoel van vervoering op te wekken, eerder dan de gevoelens van
schuld, kwaadheid en afgrijzen die de meeste campagnes oproepen? Hoe
zouden ze eruitzien als ze zouden proberen te inspireren,
enthousiasmeren en focussen op de mogelijkheden in plaats van op de
waarschijnlijkheden? Het is nu nog niet helemaal duidelijk, maar de
transitiebeweging is een poging om nieuwe, overvloedige paden uit te
tekenen. We vertrekken op de top van de oliepiek en bedenken nieuwe
verhalen over wat ons zou kunnen wachten aan het einde van de
afdaling. En we zetten het opbouwen van veerkracht opnieuw centraal
in al onze toekomstplannen.
Transitie-initiatieven
zijn niet het enige antwoord op piekolie en klimaatverandering. Elk
coherent nationaal antwoord zal op alle niveaus hand in hand moeten
gaan met antwoorden vanuit de overheid en het bedrijfsleven.
Toch
zullen alle overheidsantwoorden gedoemd zijn te mislukken of zullen
langdurig moeten strijden tegen de wil van het volk, tenzij we dit
gevoel van verlangen, verrukking en een collectieve roep om avontuur
op grote schaal kunnen opwekken.
Stel
dat er een manier zou zijn om dat gevoel van positief engagement en
het vertellen van nieuwe verhalen op te wekken op lokaal of zelfs op
nationaal vlak.
Dit
boek is een verkenning van dat potentieel, een onderdompeling in de
mogelijkheden van toegepast optimisme en een inleiding in een
beweging die zo snel groeit dat ze alweer groter zal zijn tegen de
tijd dat je dit boek uit hebt.
De
tijd dat we globalisering kunnen zien als een onoverwinnelijke en
onaantastbare kolos, of lokalisering als een soort levensstijl die je
kunt kiezen, is voorbij. Het einde van het Tijdperk-van-Goedkope-Olie
komt snel op ons af en het leven zal radicaal veranderen, of we het
nu willen of niet.
Dit
boek presenteert een nieuwe manier van kijken naar wat de toekomst
kan brengen, en stelt dat door te kiezen voor een pro-actief antwoord
eerder dan een reactief, en door rekening te houden met de snel
veranderende energie-context, we die toekomst nog steeds zo vorm
kunnen geven dat deze uiteindelijk de voorkeur verdient boven het
heden.
Het
opnieuw opbouwen van lokale landbouw en voedselproductie,
decentralisering van de energieproductie, het herdenken van de
gezondheidszorg, herontdekking van lokale bouwmaterialen in de
context van nulenergie-bouw, het opnieuw bekijken hoe we met afval
omgaan, deze creëren allemaal veerkracht en dragen de mogelijkheid
van een buitengewone renaissance in zich - economisch, cultureel en
spiritueel.
Ik
ben niet bang van een wereld die minder consumptie-gericht is, waar
minder spullen zijn en geen economische groei. Ik ben inderdaad
veel banger voor het tegenovergestelde: dat het proces dat zakken vol
kunstmest bracht naar de meest vruchtbare velden waar ik ooit geweest
ben, doorgaat. En dat daardoor na dit korte intermezzo in de
geschiedenis, waarin de industrie in staat was aardgas om te zetten
in kunstmest en waarin de auto koning was, het vermogen van
gemeenschappen om zichzelf te onderhouden aangetast wordt.
Dit
is geen boek over hoe vreselijk de toekomst er uit zou kunnen zien;
het is eerder een uitnodiging om je aan te sluiten bij de honderden
gemeenschappen over heel de wereld die stappen ondernemen om een
voedende en overvloedige toekomst te realiseren.
Oprichter
van het overgang netwerk en verspreider over de hele wereld, Rob
Hopkins praat over Transition Town Totnes en op weg naar een
post-peak oil samenleving.