Een krantenknipsel (Gentenaar 3 juli 1938) vestigde ons de aandacht op het aantrekkelijk aanbod van onze spoorwegen, die vroeger de uitstappen organiseerde met radiotreinen. Zo werd op 7 juli 1938 voor bewoners langs de spoorlijn 66a Ingelmunster-Waregem (opstapplaatsen stations Oostrozebeke, Wielsbeke, Sint-Eloois-Vijve en Waregem) een uitstap met radiotrein georganiseerd naar Mariemont, Marches les Dames en Hoei.
De spoorwegen hebben een belangrijke rol gespeeld in de verspreiding van het fenomeen toerisme en dat eigenlijk op dubbel vlak. Vooreerst door het vervoer van de toerist en hun bagage, maar daarnaast behoorden die spoorwegmaatschappijen zowel in ons land als in Gr van uit te geven. Denken we maar aan de reisgids Atlas pittoresque des chemins de fer de la Belgique van omstreeks 1840.
Was de trein aanvankelijk voorbehouden aan de rijken, later wordt dat het vervoermiddel bij uitstek voor de minder gefortuneerde toeristen. Met de pleziertreinen en met de radiotreinen konden ook de minder kapitaalkrachtigen zich een reis naar zee veroorloven.
Plezier op de radiotrein
'In de jaren '30 reden er heel wat pleziertreinen. De radiotreinen zijn daar een mooi voorbeeld van. Radiotreinen bestonden uit een studiowagen en comfortabele rijtuigen, uitgerust met een luidspreker. Vanuit de studiowagen leverde een presentator commentaar bij de reis of draaide hij plaatjes op een grammofoon. Dikwijls werd er ook reclame gemaakt. De radiotrein was deel van een gewone trein, maar je moest er wel een speciaal ticket voor kopen. Echte liefhebbers konden ook een abonnement aanschaffen voor meerdere dagen. Dikwijls werden de uitstappen georganiseerd door plaatselijke reisbureaus als Wirtz van de De Keyserlei. Na de oorlog werden die treinen niet meer gebruikt.'
Op de site van de NMBS vond ik de volgende tekst: "In België ontstonden de eerste bescheiden vormen van massatoerisme in de jaren 1930. Met de invoering van het betaald verlof kon een steeds groter deel van de bevolking zich een daguitstap of reisje permitteren. Vaak was dit een kort verblijf aan de kust of in de Ardennen.
Deze nieuwe markt werd al snel ontdekt door de NMBS die vanaf het begin van de jaren dertig excursietreinen en bussen ging inleggen vanuit de grote centra naar allerlei toeristische trekpleisters in België en over de grens. Een aantal rijtuigen werden voorzien van een geluidsinstallatie en in enkele pakwagens werd een heuse geluidsstudio geïnstalleerd. Zo ontstonden de radiotreinen.
Na de Tweede Wereldoorlog werd vanaf 1948 opnieuw aangeknoopt met deze traditie. Ondanks het succes van de formule besliste de NMBS in 1964 om de radiotreinen in binnenverkeer af te schaffen. De kosten voor personeel en onderhoud van de geluidsinstallaties liepen immers te hoog op."
|