Vandaag zou ik graag een vreselijk onrecht aanklagen. Het gaat over de compleet foute typering van mannen in actie- en avonturenfilms. Geen voor de hand liggend thema. Iedereen heeft het voortdurend over de vrouw en hoe zij aldoor in de media wordt opgevoerd. Niet onterecht hoor! De Vogue staat vol geretoucheerde fotos van babes met perfecte maten. Nergens vlekken, schrammen, blutsen, steenpuisten, schimmels of psoriasis bij onze topmodellen. En dat leidt al eens tot frustraties bij gewone meisjes en vrouwen. Ik ben dan ook de eerste om te onderstrepen dat er dringend nood is aan meer oude, lelijke en dikke wijven in de media.
Maar laat ons alsjeblieft ook een keer oog hebben voor het gruwelijk onderschatte en onderbelichte probleem van ons mannen. En dan vooral de vaders van jonge kinderen. Wanneer ik af en toe ik de tijd neem om met mijn kinderen televisie te kijken, merk ik dat ze vooral gek zijn van actie- en avonturenfilms. De mannelijke hoofdrol in dit soort cinema bestaat veelal uit superhelden, die alle voeling met de realiteit verloren hebben. Deze sujetten vertekenen het wereldbeeld van mijn kroost en -erger nog- het beeld dat ze hebben van hun vader.
Een voorbeeld. Ik rijd op zaterdagochtend naar de Spar voor de wekelijkse charcuterie. Mijn Skoda kan ik nipt parkeren tussen een Toyota Prius en een VW Sharane. En ja, om dat zonder blikschade te kunnen moet ik inderdaad twee keer voor- en drie keer achteruit manoeuvreren. So what ? Iedereen moet dat zo doen. Maar dan hoor ik het gezucht en afkeurend gemompel op de achterbank al opstijgen. Logisch. De kids hebben die ochtend Nicolas Cage aan het werk gezien in Gone in 60 seconds. Wanneer Nicolas zijn Shelby Mustang GT500 parkeert, gebeurt dit met behulp van de handrem. En met veel trucage. Waardoor de kist in één vloeiende laterale beweging op de voorziene plaats lijkt te glijden.
Wanneer Harrisson Ford in Raiders of the Lost Ark wordt lastiggevallen door een ietwat boertige Egyptenaar, dan antwoordt Ford met een krachtige kopstoot en een welgemikte trap op een ietwat lullige plaats. Sta ik diezelfde middag aan te schuiven op het postkantoor om de nieuwe themazegel van het Rode Kruis te kopen, komt plots ongegeneerd een dikke vent voorgekropen : t Stoort toch ni dak effe veurkroap éé menier? k Moet nog noa de kwaffeur. De kinderen kijken dan al afwachtend naar papa, hopend op een gerichte Indiana Jones reactie. Maar papa kan enkel mompelen : Nee, nee, mijnheer, we hebben toch tijd, daarbij de blik afwendend
Ik bedoel maar, door al dat TV-geweld komt papa er keer op keer slecht uit. Hoe kunnen kinderen in deze wereld nog opkijken naar hun vader ? En hoeveel vaders moeten er wereldwijd niet leiden aan minderwaardigheidscomplexen ? Maar niet getreurd, er is een solide oplossing. Denk als vader goed na welke kinderhelden zowel mentaal als fysiek de mindere zijn van jezelf. En laat je kinderen enkel nog naar hen kijken. Bij ons komen enkel K3 en de Teletubbies nog op de buis !
Kabila, kabeljauw kuist zichzelf niet. Laurent keek op. Het was Ijpeert, die hem toesnauwde.Op de visserssloep wilde hij Kiefte genoemd worden, maar Ijpeert was zijn echte naam. Handen als koolschoppen, armen als kabels. Het gezicht gekerfd en de huid getaand door de zilte zeewind. Bovendeks steevast gekleed in gele regenkledij en dito zuidwester. Binnen had hij de verwrongen gewoonte in bloot bovenlijf te lopen. Daarbij etaleerde hij ongegeneerd zijn biceps, triceps en quadriceps, gevormd door intensieve zumba-workouts.
Laurent mompelde een verontschuldiging, sloeg de ogen neder en sneed de zeevis in de lengte open. Onhandig zocht hij de ingewanden. Zijn drie weken ervaring in de visserij stelden amper iets voor in vergelijking met Kiefte. Die zat al ruim dertig jaar onafgebroken op zee, een achtjarige celstraf wegens zedenfeiten niet te na gesproken. Opnieuw voelde Laurent zich misselijk worden, maar hij bedwong zich. Vier uur eerder had hij het donkere scheepsruim al kort verlaten om in zee te braken. Kiefte zou geen tweede pauze dulden. Laurent mocht dan een Master of Business Administration op zak hebben, op dit schip was Kiefte de baas.
Het viel hem moeilijk dit voor zichzelf toe te geven. Maar hij beklaagde zich nu die VDAB-omscholing naar een knelpuntberoep. Hij had naar oma moeten luisteren ! Verdomme toch. Die eindeloze dagen op een trawler van 30 meter in een oceaan van zee. De walm van opengesneden vis, die glazige vissenoogjes, de immer zwetende en halfnaakte Kiefte, diens gesnurk tijdens hun nachten in de gezamenlijke kajuit. Maar boven alles de onophoudelijke kleineringen aan zijn adres, de hoon en de spot. Niet enkel over zijn naam. Dat was te verwachten. Al heel zijn leven kreeg hij opmerkingen over zijn naamgenoot en voormalig president van Congo. Veel pijnlijker vond hij de opmerkingen over zijn flaporen en zijn X-benen. De sneren over zijn magere en pezige lichaam. De onophoudelijke en ongegeneerde opmerkingen over zijn buitenmaatse geslachtsorgaan tijdens het gezamenlijk douchen. En de pesterijen, zoals het verstoppen van zijn bril, zodat hij telkens half blind door het deinende schip op zoek moest.
Het werd eventjes te veel. De levenloze kabeljauw voor hem. De sombere herinnering aan de voorbije weken. Het vooruitzicht nog eens een maand in deze muffe kotter tussen Jan Mayen en de Lofoten te moeten zwalpen. Een kortsluiting voltrok zich centraal in Laurents hersenpan. Steeds had hij beheerst en gelaten zijn lot aanvaard en nu - in een fractie van een seconde - kwam het eruit.
Ijpeert, klootzak, ik ben het hier kots-kots-beu. Eikel. Het was eruit voor Laurent het wist. Abrupt hield hij meteen zijn mond, beseffend wat hij gedaan had. Pijnlijk lang galmden zijn woorden nog heen en weer tussen de stalen wanden van de fileerkamer, die dra haar naam alle eer zou aandoen. Kiefte hield op met werken. Hij zei geen woord, maar draaide een kwartslag naar de deur. Laurent hoorde hoe het slot werd dichtgedraaid. Hij slikte. Kiefte keerde zijn massieve lichaam weer om. Zweet parelde omlaag over zijn borstkast om in zijn broek te verdwijnen. In zijn ogen zag Laurent een mengeling van razernij en begeerte. Het zou niet Laurents meest fijne dag op het schip worden.
Het huishouden leidt tot heel wat besognes. Dat is geweten. Ook ik heb daar last van. Jawel, als goede huisvader draag ik mijn steentje bij aan ons huishouden. En daar gaat heel wat gepieker en gepeins mee gepaard. Neem nu de afvalkalender. De vuilzakken buitenzetten is één van mijn kerntaken. Tweewekelijks op dinsdag het algemeen huisvuil. Tweewekelijks op vrijdag de PMD-zakken, met name in de week waar er geen algemeen huisvuil wordt gehaald. En tweewekelijks op vrijdag de GFT. Dit in dezelfde week als de PMD-zakken. Ziet u de complexiteit ? Gelukkig zijn er steeds onze buren. Doorgaans check ik s ochtends wat de rest van de straat heeft buitengezet. En dan doe ik hetzelfde.
Meer kopzorgen krijg ik van mijn tweede huishoudelijke taak : het sorteren van gewassen sokken. Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik enkel mijn eigen sokken sorteer. De sokken van de andere huisgenoten sorteert mijn vrouw Helga. Maar laten mijn sokken nu net de moeilijkst sorteerbare zijn ! Die van mijn eega durven hier en daar nog wel een schalks motiefje te vertonen. En de kindersokken hebben gave prints van Winnie de Pooh of andere kleuteridolen. Die match je zo.
Mijn sokken zijn óf egaal zwart óf egaal blauw. Dit maakt het sorteren erg zwaar. Een beetje nonchalante man zal misschien redeneren dat het niet eens zoveel uitmaakt welke sok aan welke sok gekoppeld wordt. Als ze toch allemaal dezelfde kleur en motief hebben. Maar ik wil me er niet zo makkelijk vanaf maken. Immers, als je heel goed kijkt zijn er toch subtiele verschillen in kleur en textuur. En dan mag je je er niet te snel vanaf maken, vind ik. Een man, die in het huishouden helpt moet dat naar behoren doen.
Wanneer na enig gepuzzel de meeste sokken weer aan hun vriendje gekoppeld zijn, dan doet zich een vreemd, maar steeds wederkerend probleem voor. Ik noem het : Het fenomeen van de Solitaire Sok. Een verschijnsel, waar mijns inziens nog te weinig wetenschappelijk onderzoek naar gedaan werd. Om de één of andere reden verdwijnen er telkens een aantal sokken op de route van de wasmand naar de wasmachine naar de sokkensorteertafel. En blijf je steevast met enkele eenzaatsokken zitten. Die leg ik dan netjes apart in een mandje, in de veronderstelling dat de tweede sok wel zal opduiken na een volgende wasronde. Meestal is dat ook zo, vaak echter niet
Telkens, rond de jaarwisseling, maak ik een afsluitende inventaris van de overgebleven sokken. Hetgeen steeds leidt tot existentieel gepieker. Hoe kan nu zon grote hoeveelheid sokken in het niets verdwijnen? Wat als je dit voor heel België extrapoleert? Dat moet over een énorme textielberg gaan. Gewoon weg, zonder enig spoor. Een mens zou nog gaan geloven in een vierde dimensie. Een apart universum, parallel aan het onze, waar het wemelt van sokken, sleutels, horloges, GSMs en mannen die even een pakje sigaretten gingen halen. In theorie zou dit volgens natuurkundigen kunnen. De sokken zouden dan verdwijnen via wormgaten, die de tijd-ruimtestructuur vervormen.Praktisch bezwaar is evenwel, dat zoiets bijzonder complex is en erg veel energie vraagt. Maar beste lezer, geldt datzelfde nu niet precies ook voor het doen van het huishouden? Aha, quid erat demonstrandum.
Het parkje waar ik zit, werd minutieus symmetrisch aangelegd. Twee perpendiculaire grindwegen vormen vier afzonderlijke groenperkjes. Op de kruising een soort van pleintje in gravel. En daar middenin, als een spin in haar web een standbeeld van Nikè, de Griekse godin van de overwinning. Een tikje te pompeus voor een gemeenteperkje.
Ik ga zitten op een bankje en eet mijn te duur betaalde broodje kip-pestosalade. Met rucola. Kijkend naar Nikè dwalen mijn gedachten naar een uiterst vermakelijke aflevering van de Pfaffs, die ik ooit zag. Sam moest kotsen omdat hond Angie op de keukenvloer gescheten had. Ik kan een glimlach niet onderdrukken en word dan plots opgeschrikt door een krakend stemmetje. Ik ontwaak uit mijn dagdroom en ontwaar een oud vrouwtje, dat naast mij op het bankje zit. Het lijkt of ze uit het niets gekomen is, maar haar looprekje suggereert dat ze niet plotsklaps verscheen.
Ben je je tong verloren ?, vraagt ze. Hierbij ontbloot ze haar tanden. Of beter, de plek waar haar tanden hadden moeten zitten. Instinctief schuif ik een beetje opzij, daarbij mijn afkeer voor oude mensen slechts met moeite onderdrukkend. Hoe bedoelt u ?, repliceer ik. Het klinkt vriendelijker dan ik bedoel. Ik vroeg wat jij denkt over de economische crisis, zegt ze. Deze keer spettert wat speeksel uit haar mond op het stuk bank tussen ons in. Ze veegt haar mond af met een zakdoek, hard geworden van gedroogd snot. Ik schuif verder tot tegen de armleuning.
Ik kijk haar aan, krijg een wee gevoel en stop met het verorberen van mijn broodje. Ik twijfel even of ik zou opstappen, maar hoor mezelf tenslotte zeggen : Ik stoor me vooral aan dat legertje van zelfverklaarde experts. Ze kijkt me vragend aan met haar asgrauwe oogjes. Je weet wel, de Paul DHoores van deze wereld. Ik denk dat ze maar wat uit hun nek kletsen. En toch krijgen ze een forum in alle media. Tegen mijn verwachting in knikt het oude besje bevestigend. Ze laat een korte stilte vallen alsof ze meer kracht wil geven aan hetgeen ze gaat zeggen. Ik snap je, zegt ze beverig. In maart komen ze verkondigen dat de olieprijs naar 200 dollar gaat. En kijk eens nu. 40 euro godverdomme. Daarop laat ze onbeschaamd en duidelijk hoorbaar een scheet. Ik besluit dit te negeren.
Ik begrijp trouwens niet waar ze al die kerels vandaan halen, ga ik verder. Zon bompafiguur als Paul De Grauwe van de KU Leuven straalt nog enig vertrouwen uit. Maar met die mannen in maatpak zoals een Geert Noels, hoofdeconoom bij Petercam of zon Pascal Paepen, die al jaren in de Londense City werkt, daar heb ik het moeilijk mee. Zijn het niet net dat soort mensen, die het allemaal verklooid hebben met hun weinig ethisch gedrag ? En die mogen nu komen uitleggen waarom het mis gaat. Ik voelde me helemaal op dreef komen. Als de criminaliteitscijfers de hoogte in gaan, dan laat de VRT toch ook geen seriemoordenaar naar de studio komen om één en ander te duiden. Toch ?
Vragend draai ik mn hoofd naar de oude kol naast me. En stel vast dat die feeks verdwenen is, net zo gauw ze gekomen was. Mocht er geen walm van duffe kleding en ongewassen haar boven haar lege plekje hangen,ik zou gedacht hebben dat het een droom was.
Laten we vandaag onze feestdagen eens onder de loupe nemen. Te beginnen met Kerstmis. Feest van de vrede, de vreugde, de vergeving en de vriendschap. Het is de harmonie en de pracht, die je het hele jaar door vond in Rivendel, woonplaats der elfen in het Midden-Aarde van Lord of the Rings. Maar dan één keer per jaar.
Toegegeven, het is eigenlijk ook wel een ietsiepietsie ergernis, Kerstmis. Haal bijvoorbeeld maar eens een moslim weg uit Mekka. Terwijl hij net samen met vier miljoen andere moslims zijn zeven rondjes om de Kaba aan het trekken is. En zet die moslim in één van onze winkelcentra in de periode voor de Kerst. Veel kans dat hij spontaan gaat hyperventileren door de enorme massa elkaar vertrappelende consumenten. Die moslim smeekt om meteen terug naar de Grote Moskee te mogen.
En ga maar eens peilen naar de stemming van de brave huisvader, die net een veel te grote kerstboom in zijn veel te kleine gezinswagen heeft gepropt. Daarbij de lak onherstelbaar beschadigend. En die daarna de helft van zijn vrije zaterdag op een wankel laddertje kerstballen heeft mogen hangen in dat woonkamervreemde stuk flora. Nee, Kerst is niet helemaal peis en vree.
Weet je wat het ook is met die feesten? Ze beginnen steeds vroeger en vroeger. Vaak is het nog terrasjesweer wanneer de eerste veel te warm geklede- sinten onze stadscentra beginnen te terroriseren. En nog voor dat hele Sintencircus op volle toeren gaat draaien wordt de kerstverlichting al opgehangen. Vervolgens krijg je een soort van Sint/Kerstman overlapperiode waarna iedereen begin december de oudjaarsfeesten begint te plannen.
Niet enkel volgen de feestdagen elkaar steeds sneller op. Het worden er ook steeds méér. Je kan spreken van een echte feestinflatie. Ik denk dat er de voorbije 10 jaar, jaarlijks gemiddeld zon 2,4% aan feestdagen zijn bijgekomen. Het begon allemaal wat onschuldig met Valentijn. Je geliefde een cadeautje geven, daar kan nu toch niets mis mee zijn? Toch ? Mja, vergeet het maar. Valentijn is een ramp voor elke goedmenende man die zijn vrouw het hele jaar door in de watten legt. Want je hoeft het maar één keer te vergeten en je bent alle krediet van een heel jaar bloemen, voetmassages en juwelen geven verspeeld.
Nog zon nieuwe is Halloween, Zeg eens eerlijk : Wie had er vijf jaar geleden al van Halloween gehoord ? Nou ? En plots staan daar dan buurkinderen voor de deur, nog lelijker dan anders. Met een uitgehold stuk groente in de hand. Komen ze geld vragen. Oprotten jongens. Al die dwaze Amerikaanse gebruiken. Zodadelijk moeten we nog kalkoen gaan eten voor Thanksgiving. Of gaan we de "fourth of July" ook vieren ? Laten we nou met zn allen gewoon effe terug normaal doen. En ons beperken tot de klassiekers als Pinksteren of Maria Hemelvaart : goeie ouwe feestdagen, die teruggaan op eeuwenoude tradities en waarvan we met zn allen de betekenis tenminste nog helemaal doorgronden.
Ooit was ik een heuse adept van de doe-het-zelf-cultuur. Dit vanuit het adagium : Wat je zelf doet, doe je beter. Tegenwoordig heb ik een leeftijd waarop ik besef niet alles zelf te kunnen. En ook het geld om één en ander uit te besteden aan de juiste vakmannen.
Helaas dwingen de omstandigheden mij heel af en toe om toch de handen uit de mouwen te steken. Kent u nog de Kindersurprise chocolade-eitjes? U weet wel, van de enerverende televisiereclame uit de jaren negentig. Een rotverwend ADHD-kind zeurt zijn moeder de oren van het hoofd. Het ettertje wil snoep én iets nieuws én een speelgoedje. In plaats van de logische draai rond zijn oren krijgt het kleine monster een Kindersurprise. Een chocolade ei, met in het midden een plastic geel ei. En daarin dan weer een speelgoedje.
Waar dit reclamefilmpje in de jaren 90 nog ver van mijn bed stond, veranderde één en ander toen ik zelf kinderen kreeg. En ik zelf geconfronteerd werd met een supermarkt, zeurende kinderen en geamuseerde blikken van omstaanders. En ook ik kies soms voor de makkelijke weg en koop mijn kroost een Kindersurprise, teneinde een wapenstilstand af te dwingen. Meteen gedaan met het gezeur. Maar zoals wel vaker is de kortetermijnoplossing niet altijd het beste op lange termijn.
De eerste achttien seconden gebruiken mijn kinderen om de chocolade in hun mond te proppen en naar hun maagjes door te sluizen. En dan verschuift hun duivelse aandacht naar het Gele Ei in het Midden ! In de supermarkt zagen zij de levensgrote pancartes, waarop Kindersurprise zijn vetcoole speeltjes aanprijst. Hippe gadgets met topnamen als Cyberdog of Sweet Gorrillas, het topsegment van de speelgoedpiramide, zeg maar.
Hoeveel groter kan het contrast zijn met de rommel aan plastic buisjes, rondjes en klemmetjes die uit het ei op tafel vallen. En hoe groot de teleurstelling in de ogen van de kinderen. Maar geen nood. Zelfs in tijden van Mega Mindy kijkt een kind nog op naar zijn papa. Papa kan alles en bovendien zit er bij de onderdelen ook een handleidinkje bij. Een vodje papier van vier vierkante centimeter. Met daarop enkele pictogrammen, die op de steen van Rosetta niet zouden misstaan.
Wat dan volgt is eigenlijk te pijnlijk voor woorden. Papa begint vol goede moed. Papa zweet, worstelt en vloekt. Papa wordt boos en gaat brute kracht gebruiken. Eindresultaat is een griezelige mutant-variant van Cyberdog. En enkele losse onderdelen op overschot. De kinderen zijn op dat moment al lang weer in de tuin aan het voetballen.
Aan Google Maps, Aan de verantwoordelijke voor Noord- en West-Europa.
Geachte, graag deed ik beroep op uw hulp inzake een geschil tussen mezelf en mijn collega Anton van de afdeling Automatisering.
Toen ik eerlangs in de kantine van ons bedrijf mijn collega Anton kond deed van mijn recente aanschaf van een tuinhuis uit de Ecoline-serie van Chalet Center, meende deze eens te meer mij voor mijn collega's belachelijk te moeten maken. Hij deed mijn verhaal af als ongegeneerde opschepperij. Mijn financiële middelen zouden ontoereikend zijn voor de 16 vierkante meter aan Zweeds kwaliteitshout, de decoratieve beplanking met tand en groef en de vertikaal gefreesde hoekverbindingen. Mijn collega beweerde dat de onder druk geïmpregneerde balken, die ik hem zo plastisch beschreef niet meer dan een hersenspinsel van mijn gefrustreerde brein waren. Hij bezigde woorden als fantast, duimzuiger, ja zelfs volksverlakker. En dit in het bijzijn van de dames van de verkoopafdeling !
Enigszins gebelgd vanwege het ongeloof van mijn collega besloot ik mijn gelijk te bewijzen met behulp van de modernste technologie. Ik verwees mijn collega naar uw website, beste Google Maps, teneinde met behulp van uw sattelietfoto's het bestaan van mijn riante tuinhuis te bewijzen. En voor eens en voor altijd een einde te maken aan de vernederingen en het cynisme van mijn collega Anton.
Beste Google, ondanks het feit dat ik mijn collega de correcte geografische co-ordinaten opgaf van mijn woning te Essen-Wildert moest ik tot mijn ontzetting vaststellen dat ik de volgende dag wederom trefpunt van spot en hoon was op mijn werkplek. Volgens mijn collega Anton was het perceel dat door mezelf als het mijne was aangeduid maagdelijk leeg, op de eigen woning en de zandbak van de kinderen na. Afgedrukte sattelietbeelden van mijn eigendom, afkomstig van uw site en opgehangen aan de informatie-borden bij het koffie-apparaat staafden deze uitspraak.
Best Google, graag zou ik u bij deze willen verzoeken de sattelietfoto van het kwadrant Wouw - Putte - Wuustwezel - Rucphen zo spoedig mogelijk te actualiseren. De huidige foto dateert van voor 2006 en bevat als dusdanig nog niet mijn in maart 2007 gebouwde tuinhuis. Ik ben van mening dat dit bedroefelijke ritme van actualiseren een bedrijf als Google onwaardig is. Graag zou ik u dan ook vriendelijk, maar met klem willen verzoeken uw satteliet opnieuw over mijn perceel te laten vliegen. Bij voorkeur op zaterdagochtend aanstaande, zodat ik ook mijn nieuwe Skoda Octavia op de oprit kan zetten. Bij bewolkte hemel stel ik voor dat we de fotoshoot met een week uitstellen.