Vandaag weer naar het ziekenhuis voor een gesprek met de professor. Een uur later dan gepland waren we aan de beurt. Een andere arts heeft ons eerst ontvangen en heeft wat gegevens genoteerd, waarmee hij naar de professor is geweest. Die kwam uiteindelijk zelf ook nog, voor een gesprek en voor het geven van de tweede spuit Zoladex.
Ik had gehoopt of ze al iets meer gingen testen, maar het is allemaal nog te vroeg. De arts was al helemaal verbaasd dat ik nog geen last heb gehad van menopauze-'aanvallen' (nachtzweten, opvliegers...), maar hij verzekerde me dat dat zeker nog gaat gebeuren... Op 30 augustus krijg ik de derde prik Zoladex en op dat moment zullen er enkele labo-onderzoeken gaan plaatsvinden, vooral dus om te zien of het stilleggen van de eileiders zijn effect heeft gehad. Daarna kan er pas begonnen worden met de hormoontherapie.
Het feit dat mijn borstbeen af en toe pijn doet is normaal. De behandelingen hebben hun tijd nodig om te gaan werken en het bot heeft tijd nodig om zich te herstellen. Dat betekent niet dat de kanker weg gaat, maar stabiel wordt of het liefst natuurlijk verminderd. De tumor in mijn borst is alvast niet groter geworden.
Het motto lijkt wel wachten, wachten, wachten te worden. Ik heb liever actie omdat ik dan weet dat ik actief werk aan de bestrijding, maar ik begrijp ook dat niet alles tegelijkertijd kan en dat alles ook zijn tijd nodig heeft om goed zijn werk te kunnen doen.