t Is weeral efkes geleden dat ik nog iets gepost heb, maar ja je moet ook af en toe iets leuks vinden om over te schrijven. Moeilijk is dat natuurlijk niet hier in China, want zelfs de meest evidente dingen waar je zelfs niet bij stilstaat dat ze wel eens anders kunnen zijn; zijn anders in China!
Een voorbeeldje dat ik al lang wou vertellen is het turven oftewel het zetten van streepjes om iets te tellen.
Op het bureau hier worden de koffies geteld want er moeten op het eind van de maand bonen gekocht worden, dus hangt er aan de koffiemachine een lijst. De eerste keer dat ik begon ik gewoon met één verticaal streepje (zie eerste kolom). Ik kreeg al direct commentaar natuurlijk dat ik niet juist aan het tellen was, want het eerste streepje is een horizontaal streepje (tweede kolom).
Toen was ik toch wel even verward, maar na een hele uitleg bleek dat chinezen tellen door het karakter zhèng te schrijven; wat iets betekent wat niks met 5 te maken heeft.
Zoals je weet bestaat een chinees karakter uit een aantal pennetrekken, waarvan het aantal en de volgorde waarin ze gezet worden belangrijk zijn. Om te turven hebben ze dus gewoon een teken gekozen met 5 pennetrekken maar het had net zo goed een ander teken kunnen zijn. Dus ik stelde voor waarom tellen jullie niet door het karakter wǔ te schrijven. Dat betekent namelijk 5 en bestaat uit vijf streepjes (dacht ik; zie derde kolom).
Mis dus, wǔbestaat maar uit 4 streepjes.
Ondertussen zijn we een paar maanden verder en heb ik het systeem wel door. Ik denk zelfs dat ik al een vijftigtal karakters kan herkennen (dus nog maar een kleine 4000 te gaan voor ik mezelf geletterd mag noemen in China).
Voor de chinezen is het momenteel de belangrijkste vakantie periode van het jaar. Er wordt namelijk Nieuwjaar gevierd (van 2 op 3 februari). Tijdens deze periode vinden er hele volksverhuizingen plaats, de stad loopt letterlijk leeg.
In Wuxi bleven de meeste winkels dicht en was het opvallend rustig op de straat. De mensen die normaal in de stad wonen om er te werken trekken nu terug naar het platteland om Nieuwjaar te vieren met de familie.
Elk jaar heeft in de chinese kalender een bepaald dier, dit gaat in cycli van 12 jaar. Er zijn allerlei dieren zoals hond, varken, muis, tijger, draak maar dit jaar is het jaar van het konijn.
Omdat er deze week weinig te doen was ben ik nog eens naar Liuzhou getrokken voor daar nog te gaan kijken. Oudejaarsavond werd ik vriendelijk ontvangen bij de grootouders van een vriend. Er geraken was weeral een heel avontuur want de grootouders woonden niet echt in het centrum van de stad.
Toen ik er aankwam was iedereen volop bezig met de voorbereidingen: sommigen waren bezig met het kuisen van de groenten aan de pomp, anderen waren nog snel kleren aan het wassen aan de beek! (En dat in deze tijd, ik dacht even dat ik 100 jaar was teruggeflitst in het verleden).
De deur naar de eetkamer werd versierd met rode papieren met daarop chinese tekens die geluk en voorspoed moeten brengen voor het komende jaar. Het eten werd door de vader bereid op een houtvuurtje in het schuurtje ernaast.
Tegen valavond was alles klaar en konden we aan tafel. Het menu bestond voornamelijk uit verschillende soorten vlees (varken, koe, kip) maar wel klaargemaakt op zn chinees. Het was lekker maar je moet er wel de beentjes, kraakbeen en vet bijnemen. Alles wat echt niet eetbaar was werd door mijn tafelgenoten lustig op de grond gespuwd en de kippen waren er als eerste bij om het op te pikken. Voor drank kwam er een goedje op tafel dat volgens mij geklasseerd moet worden onder Toxic waste (het spul waarvoor greenpeace zich vastketend aan de spoorweg). Dus na één vlammend glaasje uit beleefdheid hield ik het voor gezien.
Na het eten werden er onder de familieleden kleine rode envelopjes uitgedeeld met daarin geld.
Ook in Liuzhou waren veel zaken gesloten dus de stalletjes die wel open waren deden gouden zaken. Vermits de temperatuur al aangenaam tegen de 20°c aanliep was het leuk om in dit gewoel en plaatsje te veroveren en nog eens een lekker pikant bordje noedels te eten.
Een populair tijdverdrijf in deze vakantie is natuurlijk het spelen van Mahjong. Dit kan uren doorgaan en wordt gespeeld in een hoog tempo. Een spelletje duurt maar enkele minuten en het is werkelijk fascinerend om te zien hoe snel er gespeeld wordt. Bij het nemen van de volgende steen wordt er gevoeld met hun vingers welke steen het is, zodat zelfs zonder te kijken ze al weten wat ze gekregen hebben. Ik heb geprobeerd om het spelletje te doorgronden maar telkens je denkt dat je het hebt is er toch weer een spelregel die voor dat geval weer iets anders zegt. Afblijven dus of het kost je veel geld (ja er wordt hier altijd voor geld gespeeld).
Gedurende de week hoorde je elk moment van de dag wel vuurwerk, maar het vuurwerk van de stad was gepland voor vrijdag. Dit vuurwerk was weer van een andere orde dan al wat je kan zien in Europa. Tegen 8uur s avonds was het donker genoeg en werd een knallend bombardement van vuurwerk in gang geschoten.
We zullen deze week afsluiten met een welgemeende Xin Nian kuaile!. (Gelukkig Nieuwjaar in het chinees).
Bij mijn terugkeer na een leuk kerstverlof heb ik blijkbaar de sneeuw van België mee naar hier gebracht. Mijn vliegtuig was maar goed geland of de eerste vlokjes kwamen hier naar beneden gedwarreld. Nog meer als bij ons zijn hier zeker niet ingesteld op sneeuw. Veel mensen met een eigen auto laten deze aan de kant staan en kiezen voor de taxi of het openbaar vervoer. Dit heeft als gevolg dat er geen taxis te krijgen zijn en ik genoodzaakt ben om s morgens te voet naar het werk te stappen (20min.). De politie doet er ondertussen alles aan om het verkeer vlot te houden; wat wil zeggen zout strooien met de hand uit de achterkant van een pick-up.
Bussen die een brug opkunnen wegens te glad, uren vertraging, geweldig chaotische opstoppingen, ze kennen het hier allemaal bij 1 cm sneeuw.
De temperatuur is rond het vriespunt maar echt warm kan ik het stoken in mijn appartement. De aircos draaien dag en nacht in achteruit om het warm te krijgen en na één week zit ik ongeveer op 17°C binnen. Echt veel warmer ga ik het niet meer krijgen denk ik want de verdampers van de aircos zijn ondertussen grote ijsklompen geworden.
Het is hier nu nog één week voor chinees Nieuwjaar (oudjaar is 2 februari) en ook hier krijgen ze koopkoorst. Ik weet niet wat ik moet verwachten dus ik zal ook maar mijn voorzorgen nemen deze week en genoeg eten inslaan om een week te overleven op fruit en droge koeken. Er gaan in elk geval aardbeien bij zijn want dat is nu blijkbaar het seizoen en ze zijn nog lekker ook.
Niet alleen de koopkoorst maar ook de vuurwerkkoorst scheert al hoge toppen, als je buiten bent hoor je regelmatig wel ergens knallen. Vanmiddag toen ik eindelijk eens rustig mijn chinees aan het leren was begon er een chinees te oefenen met vuurwerk onder mijn raam. (zie filmpke). Gewoon luid knallen das al wat het hier moet doen dat vuurwerk want het is om de boze geesten te verjagen.
Vorige week zijn we naar één van de grootste Buddhas ter wereld gaan (88m hoog) kijken; dus gelukkig nog altijd kleiner dan ons aller cathedraal van A. Normaal als je naar zon een site gaat dan denk je dat daar minstens duizend jaar geschiedenis aan vooraf gaat, in China is niks minder waar. Al de paleizen en tempels en de Buddha zelf natuurlijk zijn minder oud dan ikzelf.
Ze hadden hier gewoon een mooi stukje grond waar ze een thema-park van maken, zoiets als Plopsaland hé. Geen railways maar mooi aangelegde paadjes tussen gevaarlijk diepe vijvers (zie bordje), paleizen waar je geld kan achterlaten bij beeldjes of gewoon in het restaurant of de giftshop.
Elk Buddha beeldje in het park (en dat zijn er veel), daarvan wil men de handen, voeten of het hoofd aanraken (dat brengt geluk, gezondheid, geld en geweldige sex (om met een g- te beginnen hé)). De bronzen beelden blinken dan ook enorm op sommige plaatsen. De grote Buddha heeft zeker geen last van tenenkaas want dat is zowat het enige stukje dat je kan aanraken en dat blinkt bijgevolg als een spiegel.
Het voordeel van geen chinees te kunnen lezen is natuurlijk ook dat je niet kan lezen wanneer je ergens niet mag komen. Zo belanden we na een kriskras wandeling bij de slaap plaatsen van de thema park figuranten (de Boeddhistische monniken). Dit was een rustgevend plekje waar de indian summer prachtige kleuren had getoverd op de bomen.
Ter afsluiting van deze dag nog snel even langs de gebedsmolens wandelen om enkele boodschappen de ruimte in te sturen naar de allerhoogste tegen 45 toeren per minuut. In elk geval sneller en gemakkelijker dan een hoop Weesgegroetjes.
Vandaag staat er nog eens een dagje Shanghai op de planning. Eigenlijk is het zeer makkelijk om van Wuxi naar Shanghai te gaan. Er is een rechtstreekse verbinding met een supersnelle trein (350km/u) die je op een klein uurtje tot in hartje Shanghai brengt. Vandaar kan je met de metro alle uithoeken van deze metropool bezoeken.
Vandaag geen speciale dingen gepland, we gaan mensen bezoeken en we zien wel waar de flow ons brengt. Blijkbaar gaat de flow naar hogere sferen want we belanden in het hoogste gebouw van Shanghai de Shanghai World Financial center (dat gebouw met dat gat erin). Op een kleine 500m hoogte heb je een mooi zicht op de stad alleen is de lucht niet heel helder vandaag, maar dat is meer de regel dan een uitzondering (smog hé). Dan volgen we de oevers van de Huangpu naar Yuyuan wat een wirwar is van kleine steegjes vol met winkeltjes speciaal voor toeristen. Leuk om eens door te lopen maar als je hier iets koopt betaal je zeker te veel als langneus. Daarna richting french concession om in een duitse bar schnitzels met frieten te gaan eten, dit zegt iets over het internationale karakter van Shanghai.
Op de fotos staat er verschillende keren een blonde toerist die steeds voor de lens kwam lopen, raar, maar jullie moeten maar zoeken op welke fotos deze waar is Wally staat.
De eerste verkenning van Shanghai was leuk maar er zullen er nog wel volgen.
Af en toe mag het ook wel eens over het werk gaan. Vrijdag 12 november was een speciale dag voor Atlas Copco (Wuxi) compressor Co. zoals het hier officieel heet. Het was namelijk 15 jaar geleden dat de fabriek hier werd ingehuldigd en dat moest gevierd worden. Personeelsfeestjes in China zijn toch anders dan wat we kennen in België. Het was een uitgelaten feestje met enkele geweldige optredens van lekkere violisten, flexibels turndames, een goochelaar enz. Het meest speciale was echter dat een aantal werknemers zelf op het podium kruipen om een liedje te zingen. Dat zie ik in België nog niet veel mensen doen, maar hier met al dat karaoke gedoe zijn ze dit gewoon. En het moet gezegd er zijn er bij die een serieus stukske kunnen zingen, buiten het obligate wo ai ni * versta ik er dan wel niks van maar het klinkt toch. Om te zorgen dat niet iedereen naar huis trekt nadat hun buik vol is wordt er nog een kleine lotterij gehouden, en mag ik ook op het podium om onschuldige hand te spelen.
Het mag echter niet baten om 20u. staat hun klak naar huis en stromen ze en masse naar buiten. De achterblijver blijken allemaal belgen te zijn en er zit niks anders op om nog een biertje te drinken want het is nog vééél te vroeg om te gaan slapen.
Vorige week ben ik hier de plas overgestoken, meer bepaald de Oost Chinese zee. Hetzelfde als je in België het kanaal oversteekt kom je terecht in een andere wereld waar ze links rijden. Idem voor Japan, het contrast met China kan moeilijk groter zijn. De rit van Haneda airport naar het hotel in het stadscentrum van Tokio heeft me bijvoorbeeld geen hartaanval bezorgt. Geen getoeter onderweg, of kamikaze manoeuvres (waren de Japanners daar nu niet de uitvinder van?).
Hoewel de stad ook een organisch kluwen is van verhoogde rijbanen, betonnen torens en tunnels toch heeft ze een andere aanblik als bijvoorbeeld Shanghai, properheid en rust zijn hier troef.
Op 3 dagen heb ik een trip gemaakt met de Shinkansen (de japanse kogeltrein) van Tokio naar Fukui dan per auto naar Shiga en per Shinkansen terug naar Tokio. Tijdens de trein reis kwamen we voorbij de bekende Fuji berg en net zoals op de alom bekende fotos lag er een kleine kraag van sneeuw om de top.
Den elektriek loopt hier op zijn amerikaans door een bos van palen en draden boven de grond.
In Fukui een bezoekje gebracht waarop het verder ging per auto. Het was een soort rechthoekig koekjestrommel op wielen: een Toyota Voxy; maar wat zijn vorm of chauffeur (60plusser), niet deed vermoeden was zijn snedig rijgedrag. Dit stukje weg van 200km reed hij enkele keren per week wisten we later.De weg van Fukui naar Shiga was zo ongeveer de natte droom van elke motard of petrol head in het algemeen. Een slingert lint asfalt tussen allemaal zeer scherpe bergen en dalen. Eén minpuntje: in haarspeld bochten zijn dwarse stroken over de weg aangebracht om snelheid te minderen.
Volgende dag in Shiga nog een bezoekje en dan met de trein terug naar Tokio. s Avonds was het daar eten in een zeer traditioneel restaurant met één Michelin ster. Het eten was Ozashiki-tempura, wat zo veel wil zeggen als alles soppen in deeg en bakken zoals smoutebollen (maar iets verfijnder). Hierna nog één nachtje in het ANA Intercontinental, tijdelijk mijn sjieke rustoord.
De volgende dag alweer op het vliegtuig richting getoeter en smog. Jochei!
Na de bewogen dag van gisteren gaan we vandaag een bezoekje brengen aan de wereldtentoonstelling in Shanghai. Hoewel de meeste mensen hier het ons afraden wegens te druk, lange wachtrijen enzomeer ben ik toch vast van plan om er een kijkje te gaan nemen. Je weet wel been there, done that...
We mochten de driver van het bedrijf lenen en die bracht ons groepje van 5 (3 Belgen en 2 Amerikanen) naar de Expo.
We waren allemaal voorzien van een ticket en de inkom was duidelijk berekend op een massale stortvloed van mensen en vermits dat goed meeveel waren we zo binnen. Het eerste wat je overweldigt is het Chinese paviljoen. Het is immens groot(s) en overschaduwt alle andere paviljoenen. Kwestie van duidelijk te maken wie er een thuismatch speelt.
Onze strategie voor vandaag is dat we gaan naar de paviljoenen waar we niet moeten aanschuiven. België is nummer 1, met ons paspoort mochten we direct binnen via de vip ingang. Het Belgische paviljoen is samen met dat van de europese gemeenschap in één gebouw, maar de tentoonstellingen zijn wel gescheiden. Het algemene thema van deze hele expo is ecologische ontwikkeling voor de volgende decennia. De Belgische tentoonstelling sloot wel niet geheel aan bij dit thema; Hergé, de smurfen, het koningshuis ze passeren allemaal de revue. Wat die te maken hebben met ecologie weet ik niet maar eigenlijk moet wel gezegd worden dat het Belgische paviljoen wel één van de beste was wat we vandaag zouden zien. Het toonde tenminste waar België voor staat: bier, frieten met stoofvlees en chocolade en in het zuiden van de land rijden ze nog met paard en kar. Het restaurant had bijzonder veel aantrek en de chocolade nog veel meer.
Na onze Belgische lunch gingen we naar het paleis van de VS. Ook daar mochten we met de paspoorten van onze Amerikaanse gezellen binnen via de vip ingang. In het Amerikaanse paleis kregen we 2 filmpjes voorgeschoteld met een hoog yes we can gehalte en meliger dan een zak bloem. Dit moet een koude douche zijn als je voor deze 20 minuten 3uur hebt moeten aanschuiven.
De paspoorten waren op, volgende tactiek was doe u voor als iemand anders. Naast de VS lag het Canadese paviljoen dus onze Amerikanen mogen proberen een Canadees accent te imiteren. We vielen echter al snel door de mand en proberen met we onderhandelen toch binnen te komen maar dit lukte niet. Ons volgend doel was Nederland, het nederlands paviljoen zag eruit als een enorme attractie van de sinksefoor. Niet wat je van architectuur minnend Nederland gewend bent. Een eerste poging met een nederlands accent aan de vip ingang mislukte ook, maar zo snel zouden we het niet opgeven. Eerst het zweedse paleis; niet dat we Zweeds kennen maar Atlas Copco is behoorlijk zweeds en één van de sponsors. Even met wat business kaartjes zwaaien en we waren binnen. Ecologie was hier duidelijk wel het thema. Hop nu terug naar Nederland, ondertussen was de hostess aan de vip gewisseld en mochten we binnen (we hadden ons wel eerlijk als belgen voorgesteld). Dit paleis kreeg de eer het slechtste te zijn dat we hebben gezien. Oranje en nijntje (in het oranje) das alles wat me is bijgebleven.
Het duitse paviljoen zag er indrukwekkend uit, het was een kruising tussen een stealth bommenwerper en een bunker. De buitenbekleding was volledig uit een metaal gaas. Nu moesten we hier ook nog binnen geraken. Het heeft stevig wat onderhandelen gevraagd maar ook hier zijn ze gezwicht voor de vlaamse talenkennis. Binnen was het OK, met enkele mooie voorstellingen van de duitse technische suprematie (met dank aan BMW en andere bekenden).
Laatste poging om ergens binnen te komen was bij onze zuiderburen. Daar was het superdruk en aan de vip ingang stonden ook vele tientallen in een poging om binnen te komen. De hostess daar was van oosterse origine en sprak ik gewoonte getrouw direct aan in het engels met het verhaal dat we fransen waren maar dat ons paspoort op de immigratie dienst lag en dat we dus niet konden tonen dat we Frans staatsburger waren. Hmm, dat kan iedereen wel zeggen, en om ons te strikken schakelde ze over in het Frans. Een mens moet een beetje flexibel zijn en ik schakelde dus ook vlot over en dit overtuigde haar van mijn hele verhaal. Ze was gelukkig ook niet Frans van origine want anders had ze ons accent wel doorzien. Het franse paviljoen was ook wel mooi aangekleed met klimop over een metalen raster. Binnen waren het vooral sfeerbeelden van Parijs en enkele reproducties uit het louvre van Van Gogh en Gaugin. Dat gaat er altijd wel in bij de chinezen.
Na dit laatste paleis restte ons alleen nog de wandeling terug, tussen de paleizen, die nu de nacht was gevallen feestelijk verlicht werden.
Zes paleizen op één dag is sterke prestatie en tevreden keerden we huiswaarst.
Vrijdag avond was ik uitgenodigd op een house warming party en daar kwam het fenomeen Hash ter sprake. Ik moet zeggen ik had er nog nooit van gehoord maar ik hoorde dat het iets met lopen te maken heeft en was dus direct geïnteresseerd. Ik wrong me mee in de groep en na een paar hints was ik mee uitgenodigd om de volgende dag mn eerste hash mee te maken. (Wil je er zelf ook wat meer over weten : http://wuxih3.org/hash/ of http://wuxi.hash.house.harriers.over-blog.org/ ).
Om kort te gaan zijn de hashers gewoon een internationaal stelletje buitenlanders die een excuus zoeken om met elkaar eens een pintje te gaan drinken. Zoiets als al die wielertoeristen in België, die zich eerst een paar uur moeten uitsloven op de fiets om daarna zonder schuldgevoel, voor 12 uur, hun eerste Trappist naar binnen te kunnen kappen.
In plaats van te fietsen is het lopen en om er voor te zorgen dat iedereen tesamen aankomt is het een sporentocht waarbij de snelsten de sporen zoeken en dus voortdurend foutlopen. zoeken.
Zo, dat ging ik dus morgen doen.
Eens op de afspraak stond er een bus klaar om ons naar het platteland te rijden. Het was ondertussen stevig aan het regenen dus dat werd leuk. Ondanks het slechte weer kwam er toch veel volk opdagen en in totaal waren we met een 50-tal, waarvan een gedeelte hasher waren van het naburige Suzhou (toeristisch bekend voor parels en zijde).
Onderweg hadden we een kleine kopstaart aanrijding met een chinese pipo die stopt voor groen (je weet maar nooit of er iemand door het rood rijdt natuurlijk dus beter even stoppen ).
Gelukkig waren we met 2 bussen en kon iedereen in de andere bus, waardoor de bezettingsgraad steeg naar 200%.
De looptoer zelf was alles bij elkaar een goede 10km en ging over kleine single track paadjes tussen een mandarinnekesplantage (woord met hoog scrabble gehalte). Ondanks het slechte weer voelde ik mij in mijn nopjes en kon ik af en toe eens deftig doortrekken op dit cross parcours. Dus dit gedeelte was zeker voor herhaling vatbaar.
Na het lopen kwam het drinken, dit gedeelte noemen ze de circle en is eigenlijk een beetje cantus-achtig. Als nieuweling moet je natuurlijk een keer naar voren treden om je voor te stellen en een biertje te legen. Dat was ook allemaal niet zo kwaad want een getraind wielertoerist is meer gewoon dan chinees fluitjesbier.
De avond zouden we afsluiten met een diner in een chinees restaurant. Vermits we op het platteland waren werden er behoorlijk wat zaken geserveerd waar de meeste buitenlanders hun neus voor ophalen. Zoals de gebruikelijk chicken feet en de drunken prawns. Dat laatste was voor mij ook nieuw. Dit is gewoon een grote glazen schaal gevuld met levende grote garnalen (lengte 4cm) overgoten met een soort van rijstwijnazijn (2 X woordwaarde). De eerste tien minuten op tafel springen die beesten dus rustig op en neer en regelmatig kan er zelfs één ontsnappen over de rand. Smakelijk dus.
Toen de rijst eindelijk op tafel kwam werd klonk er een zucht van opluchting, maar de avond was nog niet voorbij
Bij het betalen van de rekening begonnen de problemen pas goed. Door een meningsverschil over de reservatie en een restaurant baas die al die buitenlanders eens een goede poot zou uitdraaien kwam het tot wat geroep tussen de hash-organisatie en de andere partij.
Uiteindelijk draaide het erop uit dat het keuken personeel de bus had geblokkeerd en dat wij de politie hadden gebeld.
Na 2 uur verhoren afnemen en pvs opmaken konden we eindelijk naar huis vertrekken. Het was een boeiende dag maar de volgende keer mag het ook iets minder zijn behalve dan voor het lopen.
De meesten zullen het al wel weten, ik zit terug in China, niet in Liuzhou zoals vorige keer maar in Wuxi (spreek uit als Woeshie). Om het te situeren kan je stellen dat Wuxi een gehucht is van Shanghai met een slordige vier miljoen inwoners. In dat gehucht verblijf ik in een compound gelegen in het new district. Dit is een buitenwijk van het gehucht waar veel nieuwe fabrieken staan kan je nog volgen?
De compound waar ik verblijf heeft de ronkende naam Changjiang Guo Ji, en je kan dit voorstellen als een luxe centerparcs waar allemaal dezelfde huizen kriskras door elkaar staan en gevuld zijn met mensen van alle nationaliteiten. Een buitenlander is hier dan ook geen rariteit.
Omdat het hier al heel wat meer verwesterd is zal ik jullie niet elke keer kunnen verbazen met speciale fotos of verhalen. Toch zal ik proberen om wekelijks een vleugje China te brengen.
Google earth is alvast een fantatische uitvinding, ik moet zelfs mijn luie zetel niet uit te komen om fotos te trekken van de compound. Volg gewoon de link en je weet waar op de aardbol ik ergens slaap.
Ik heb toch even de moeite genomen (vanuit die zetel hé) om het uitzicht door het raam te fotograferen.
Zoals je wel zal door hebben is alles binnen het muurke compound en daarbuiten is het krot en company.
Vandaag stop ik met een cliché: het is al laat en ik moet gaan slapen. Tot binnenkort.
Het einde van november nadert snel, dat merk ik aan de verschillende afscheidsfeestjes. Soms wordt ik thuis uitgenodigd bij collega's die dan hun beste beentje voorzetten. Op een keer kreeg ik Chongqing eten geserveerd. Een vissoep die pikant was voor gevorderden, volgens mij een mengsel van tabasco en nitroglycerine. Met gemengde gevoelens verliet ik Liuzhou en trok naar Beijing. Hier zou ik nog snel enkele highlights meepakken om dan naar huis te gaan. Het begon op vrijdagavond met highlight nummer één; gaan eten in een zeer bekend Beijing eend restaurant (Quanjude). Zij hadden sinds hun ontstaan reeds 115 miljoen eenden geroosterd. De volgende dag naar de muur in Badaling en in de namiddag de verboden stad en Tienanmen. De avond werd afgesloten met eten in een typisch Beijing hotpot restaurant. Dit was Beijing in een flits, het vliegtuig stond te wachten om mij eindelijk terug naar huis te brengen. Na 6 maanden zat dit avontuur er op voor mij, het was leuk geweest met goede en minder goede momenten, maar achteraf bekeken heb ik er geen seconde spijt van.
Vorig weekend was het hier nog bijna 30°C, nu zijn het er nog maar 8. De wind is van de week gedraaid en komt nu pal uit het noorden. Deze ijskoude wind vanuit Mongolië heeft de temperatuur hier op een week tijd laten vallen als een baksteen. Nu zal je zeggen 8 graden is toch niet zo erg, dat klopt in België waar iedereen verwarming heeft en waar men binnen gaat zitten. Hier hebben de mensen echt geen verwarming, de huizen zijn er zelfs niet op voorzien. Nergens zie je een schoorsteen voor een kacheltje. Als de mensen zich echt willen warmen maken ze een vuurtje op straat.( de kwaliteit vd foto's is wat minder want ik vind het wel gênant om dit ostentatief te fotograferen). Omdat ze zoveel kleren over elkaar aan trekken zijn de chinezen precies 10kg bijgekomen. Dit is echt de enige manier om warm te blijven als je gewoon moet stil zitten in een winkeltje of in een eetstalletje. Ook op het werk zitten we nu allemaal te werken met onze jas aan, het is binnen wel geen 8 graden maar toch maar een graad of 15. Dat is fris om achter een computer te zitten. Ik ben ondertussen ook overgeschakeld van gekoeld water naar warme thee, keuze in verschillende soorten genoeg. Op mijn appartement heb ik geluk, ik heb een achteruit versnelling aan de airconditie en ik krijg het hier dus voldoende warm. Vanavond heb ik ook even mijn schoenen laten kuisen, dat werd onderhand wel tijd want die hadden in geen weken een doos blink gezien. Nu kunnen ze gerust terug een controle van eender welke "boefer" met glans doorstaan. De dame in kwestie schrok wel toen ik een foto trok.
Deze week voelde ik mij even topkok. Juan (spreek uit Tjwen) ging mij leren chinees koken. Het zou kippensoep worden met gestoomde rijst klaargemaakt in bamboe bladeren. Voor de ingrediënten gingen we zoals het een echte topkok betaamt naar een marktje waar alles ligt uitgestald en vers van het veld komt of ter plekke de kop wordt afgeslagen (in het geval vd kip). Veel hadden we niet nodig: een halve kip, wat gedroogde paddestoelen, pijpajuintjes en natuurlijk nog wat chinese kool en de nodige verse pepers. De halve kip werd met een hakmes in een flits verhakselt in kleine stukjes en dit inclusief beenderen en zelfs de kop. De poot werd echter voorzichtig gemanicuurd en van nagels ontdaan. Thuis gekomen liet ik het koken vooral over aan Juan en binnen de 1000 seconden rook het heerlijk en stond er een chinese maaltijd op tafel. Het meest verbazende was echter wel dat je echt geen bouillion blokjes ofzo nodig hebt om een geweldig lekkere en kruidige kippensoep te maken. Voor de enige poot in de soep hebben we niet moeten vechten, die mocht zij hebben. De gestoomde rijst uit bamboe bladeren kleeft lekker en kan je dan ook met grote brokken tussen je stokjes nemen en natuurlijk even in de soja azijn (gemixt met pepers) soppen voor je hem opeet. Dit was les één in chinees koken, maar het had in de verste verte niks te zien met de belgische nummerkes 39 en 57 van de chinees.
De week in België is weeral voorbij gevlogen en ondertussen zit ik weeral in Liuzhou. Ditmaal voor het laatste deel tot eind november. Hier is nog niks veranderd; ze spreken nog allemaal chinees, maar ondertussen loopt het aantal belgen in Liutech wel drastisch terug. Deze week hebben we een afscheids diner gegeven met de 3 overblijvende belgen omdat het de laatste week was dat we hier samen zijn. Wouter heeft op 30 oktober hier z'n laatste dag gewerkt. Nicolas gaat zijn vakantie opnemen tot half december en ik vertrek dus het einde van de maand. Met ons drie hadden we de engineering en productie afdeling uitgenodigd in een restaurant. Het feest verliep volstrekt volgens het vaste chinese scenario: tegen 18.30u aan tafel en binnen de korste keren de tafel veranderen in een waar slagveld. Ondertussen wordt alles weggespoeld met bier en baijiu (= sterke drank 40° of meer). Dan beginnen de drank spelletjes waarbij er om ter hardst wordt geroepen. Het straffe is wel dat deze spelletjes allesbehalve simpel zijn, er moet snel gerekend kunnen worden en oog hand coördinatie is ook zeer belangrijk. Tegen 21.00u moet alle drank op zijn want dat is het uur dat ze allemaal hun schup afkuisen. Het enige wat rest is Van Gansenwinkel bellen om te kamer op te ruimen met een bobcat. Het was leuk geweest. Ik ging mij deze week ook nog eens wagen aan koken voor mezelf, ik had wat spaghetti meegebracht van thuis. 's Avonds na het werk (dan is het hier ook al donker) moest ik alleen nog tomaten kopen. Toen heb ik mij vergist met een vrucht (zie foto) die zeer goed op een tomaat lijkt. Het was pas toen ik ze doorsneed dat ik zag dat het geen tomaat was maar iets anders. Het was een zoetig vruchtvlees dus dat kon niet mee in de saus. Uiteindelijk is het spaghetti met een kaassaus en vlees geworden, ook nog lekker. Het grote verschil met Belgie is wel dat je in de straat kan zien welke groenten of fruit er geoogst worden. Hier alles vers en niks ingevoerd. De tijd van de lycee is voorbij en nu is het suikerriet en mandarinnekes. En zoals je kan zien is de hond hier ook nog altijd vers. Per scooter transport naar het restaurant om klaargemaakt te worden, mmm jammie!
Ondertussen zaten we dus op onze boot "Margarite Junk" tussen de eilanden. De activiteiten die ze voor ons bedacht hadden waren een bezoek aan een grot, kajakken in de zee, daarna zwemmen en de avond werd afgesloten met diner en natuurlijk karaoke... In de grot werden we rondgeleid en de gids vertelde over allerlei dingen die je kon zien in de vormen van de stalagtieten en mieten. Apen in bomen, leeuwen, schildpadden, vrouwen...Om alles te zien wat hij zag moest je al een stevige puntzak gerookt hebben. Na de grot gingen we naar de kajaks. De huisjes waar deze werden verhuurd stonden op vlotten gemaakt van bamboe en als vlotters werden grote blokken isomo (frigolit) gebruikt. De zee dreef dan ook vol met bollekes. Verschillende huisjes bij elkaar vormden echt kleine dorpjes. Na het kajakken terug naar de Margarite om te zwemmen. Daar werden we uitgedaagd om van het hoogste dek te springen, vermits het meiskes waren konden we ons niet laten doen en zijn we ook maar gesprongen (een meter of 9). Tijdens het zwemmen werden we belaagd door drijvende bootje waar je vanalles kon kopen. 's Avonds bij de karaoke is er niemand meer overboord gesprongen alhoewel dat aan mijn zangkwaliteit niet kan liggen (Assurancetourix is er niks tegen). De volgende dag nog wat tussen de eilanden gelaveerd om 's avonds terug in Hanoi te belanden. De dag erna stond een trip naar Tam coc en Hoa lu op het programma. Hoa lu is de oude hoofstad van Vietnam; zo'n 1000 jaar geleden, want in 2010 wordt 1000 jaar Hannoi gevierd. Tam coc zijn enkele grotten op een rivier en in een lange stoet bootjes wordt je over de rivier geroeid, en als de roeiers moe worden gaan ze gewoon verder door met hun voeten te roeien! Onder het motto no guts no glory hebben we de volgende dag ons leven gewaagd op een motoscooter (110cc met half automatische 4-bak en tip hiel schakeling). Het verkeer is hier zo mogelijk nog chaotischer en veel sneller dan in China. We zijn er uiteindelijk in geslaagd om zonder ongelukken een dagje rond te rijden. Oefff. Het was ondertussen de avond vd 7de oktober en de trein stond op ons te wachten om ons in omgekeerde richting terug naar het vertrouwde China te voeren.