Objectieve bewijzen zijn er niet. Zijn titel werd vermoed op
basis van zijn mooie smoking, zijn hemd met witte bef, zijn witte sokjes, zijn
uit het vilt der verbeelding opgetrokken hoge hoed die altijd een tikje scheef staat. Eerlijkheidshalve moet worden toegegeven dat
zijn sokjes niet altijd hagelwit zijn. Maar ook een aristocraat is
onderhevig aan het stof op aardse wegen.
En zelfs het vilt der verbeelding is niet bestand tegen wat stof en een
streepje groen, vermoedelijk van een takje dat er tegenaan streek.
Ook de Ninja beschikt niet over authentieke Japanse
geloofsbrieven. Zij dankt haar predicaat
volledig aan haar bijzondere acties. Haar zwarte oogmaskertje en haar korte
zwarte capeje, dat het zwevende van haar elegante sprongen accentueert, zijn
eveneens gesponnen uit de draden der fantasie.
Voor mij zijn alle attributen echt, en ik geniet dagelijks
van de avonturen, grappen en grollen, krijgslisten, plaagacties en onmogelijke
acrobatische toeren van mijn bijzonder tweetal.
In gedachten schrijf ik elke dag over hen, want elke dag gebeuren er
vermeldenswaardige dingen. Helaas, of gelukkig, kom ik er niet altijd toe om
effectief de tijd te nemen mijn letters uit het stof der fantasie om te zetten
in getypte. (Hoe echt die letters zijn
zolang ze niet zijn afgeprint en effectief in zwarte inkt op wit papier staan,
is nog maar de vraag. Maar leesbaar zijn
ze wel, eens ik op de juiste toetsen heb getikt, in een welbepaalde volgorde.)
Over kerstbomen heb ik geschreven, in die verbeeldige
letters. Een bijna vallende kerstboom,
een gevallen kerstboom, een engeltje met een gebroken vleugel, de net op het
nippertje voorkomen diefstal van een gedeeltelijk losgeprutste slinger, die in
een zwart wit bekje werd weggedragen met bijna medeneming van alweer die
kerstboom, die een tijdje een behoorlijk actieve rol heeft gespeeld in onze
levens. Aangezien onze kerstboom 11 van
de 12 maanden mag slapen, lijkt het mij ook niet verschrikkelijk erg dat hij gedurende
een maand een iets actievere rol moet spelen dan de gemiddelde kerstboom. Hij zag er bijwijlen wat verfomfaaid uit
bijna zo verfomfaaid als Sir Williams hoge hoed- maar volgens mij was hij
eigenlijk best in zijn nopjes. Ninja
Helena kon tegen het einde van de
actieve kerstboommaand met één gerichte sprong een appeltje bij het lusje in
haar bek nemen, het af de boom trekken en landen met het zelf bemachtigde
object netjes in haar bek. Op dat moment
was het object ook nog heel. Maar zelf
bemachtigde objecten moeten getest worden, op de grond gelegd -al is leggen
misschien iets te voorzichtig uitgedrukt- en dan met een pootje aangetikt,
voortgestuwd, tegen de plint geketst. Ik
heb 8 rode appeltjes minder terug opgeborgen dan ik een maand eerder uit de
doos met kerstversierselen had opgediept. Eigenlijk valt dat aantal reuze mee,
want ik heb heel wat keren het net uit de boom geplukte appeltje redelijk snel
terug kunnen bemachtigen, en het intact of slechts zeer licht beschadigd terug
in de boom gehangen. De grootste beschadigingen
waren ook aan het zich actief neerleggen van de kerstboom te wijten, en niet
aan de plukacties.
Verder heb ik in mijn fantasieletters geschreven over de
onmogelijke plekken waarvan Ninja Helena zich lanceert om, elegant zwevend met
wapperende cape en haar ogen glinsterend achter dat zwarte ninja-maskertje, te
landen bovenop Sir William. Het is één
van haar geliefde hobbys, en het feit dat Sir Williams hoge hoed er altijd een
beetje verfomfaaid uitziet, is natuurlijk ook een beetje aan die hobby van haar
te wijten. Gelukkig heeft ze nog
poezelige voetjes, en is ze licht als een pluimpje. Als ze echter in haar ongetwijfeld onstuimige
puberjaren zou besluiten tot het dragen van zwarte hoge laarzen met
naaldhakken, om haar schitterende outfit te completeren, zou dat wel eens tot
pijnlijkere ontmoetingen kunnen leiden.
Voorlopig kan Sir William nog steeds veel verdragen, al heeft hij ook
wel elke dag nood aan een paar solo katerwandelingen, waarbij hij rustig en
ongestoord zijn ding kan doen.
Ninja Helena leert gestaag bij, en hoewel dat mij ook wel
met trots vervult, vrees ik toch de dag dat ze geen nonchalante blunders meer
zal begaan. Die maken het samenleven met
haar zo onwaarschijnlijk grappig. Ze
doet onmogelijke dingen, waarmee ik bedoel dat ze op een ondeelbaar ogenblik
verplaatsingen maak die met geen natuurkundige wetten te verklaren zijn, dat ze
hoger springt dan ik enige kat of kitten ooit zag springen, dat ze taken kan
verfijnen tot motorische hoogstandjes waarvan mijn mond openvalt. En dan doet
ze iets zo stoms dat ik moeite moet doen om niet hardop in lachen uit te
barsten.
Zo stond ze bijvoorbeeld onlangs op de leuning van een
keukenstoel. Die leuning is vrij smal,
en alle vier haar pootjes stonden in één rechte lijn achter elkaar op die
leuning. Zijzelf was perfect in balans, de stoel kantelde niet, ze voerde dat
onwaarschijnlijke evenwichtskunstje volledig beheerst uit. Vanuit die positie
begon ze met één voorpoot woest te spelen met een propje dat op de keukentafel
lag. Nog steeds bleven zij en de stoel
perfect in evenwicht. Vervolgens sprong
ze helemaal op de keukentafel, en ging volledig op in het spelen met dat
propje. Waarbij ze vergat dat ze zich op de tafel bevond, en op een bijzonder
klunzige manier op de grond belandde.
Ach, ik had natuurlijk ook kunnen schrijven: De Aristocraat
en het Kleine Meisje. Ze is klein, en
bij wijlen hartveroverend schattig. Zoals daarnet, toen ze op mijn benen kwam
liggen terwijl ik TV keek. En dan vooral dat ene korte moment waarop ze met haar
wondermooie hazelnootbruine oogjes in de mijne keek. Lang houdt ze dat natuurlijk niet vol, want
er moeten schatten gevonden worden, vliegende roze muizen gevangen, werelden
ontdekt. Maar ze deed het een tijdje
later nog een keer over. Uiteraard net op het moment dat ik de TV had uitgezet
en mij wilde prepareren om te gaan slapen.
Ik heb haar dan maar even vast gegrabbeld, nog steeds het probaatste
middel om haar spartelend op de vlucht te jagen.
Helena heeft dus besloten mij stilaan te vertrouwen. Andere tweevoeters daarentegen blijft ze
angstvallig uit de weg gaan. Als ik hier bezoekers heb laat ze zich niet zien.
Sir William twijfelt nog aan sommige tweevoeters, maar zijn nieuwsgierigheid
begint het te winnen, en hij laat zich door de meesten over zijn bol
aaien. Wie attent genoeg is om een
speeltje te pakken en hem uit te nodigen tot een spelletje krijgt altijd
gehoor. Hij blijft een speelvogel, en
zoals hij al spelend millimeter voor millimeter achter de zetel is uitgeraakt,
is hij ook bereid al spelend contact te maken met elke bezoeker.
Ik ben nog steeds verwonderd als ik zie hoe deze Sir
blijvend evolueert. Ik heb er dan ook alle vertrouwen in dat de kleine Helena
nog stapjes gaat zetten. Wat mij betreft
hoeft ze niet alle mensen te vertrouwen. Dat doet Sir William ook niet zomaar,
en ik zou alle katachtigen dezelfde voorzichtigheid aanraden. Ik weet helaas maar al te goed dat sommige
tweevoeters in het geheel geen vertrouwen waard zijn. Trouwens, als ik mag zou ik aan de
tweevoetige lezers dezelfde boodschap willen geven. Maar met voldoende zelfzekerheid en een groot
vertrouwen in je intuïtie kom je een
heel eind, of je nu een aristocraat bent of een ninja, of gewoon een klein
meisje.
|