Iemand schreef: de grootte van je pijn is de keerzijde van de omvang van je
liefde voor haar, en dat klopt ten dele wel he, je hebt niet zoveel pijn bij een
afscheid als je niet om iemand gegeven hebt natuurlijk.
Ze laat een immense leegte na, omdat de zorg voor haar stilletjes aan zo
was opgelopen, zonder dat ik het zelf in de gaten had, dat ik er bijna continu
mee bezig was. Toen ik overwoog om dit jaar eventueel toch even op reis te gaan,
en begon te bedenken wat ik dan allemaal zou moeten uitleggen aan de catsitter,
realiseerde ik mij al dat dat niet te doen was. Het was een uitleg zonder einde,
terwijl ik het zo niet voelde. Het gaat geleidelijk, er komt telkens iets bij,
en omdat je haar al zo lang kent en zo graag ziet merk je dat niet eens. Ik
realiseer mij nu ook dat alles in het teken van Jozefien stond, of ik ergens
naartoe ging en hoe laat ik vertrok, want ik moest haar voldoende vaak kunnen
eten geven.
Het is wel jammer dat er zo vlak voor haar afscheid nog troubles zijn
geweest met de buren, ze heeft dat zeker gevoeld, en dat maakte mij weer zo
onzeker over de beslissing, ik wilde echt enkel in haar belang beslissen, en
geen andere dingen laten meewegen.
Maar goed, ze kon maandag amper nog bewegen, alleen jammer dat ze toch nog
een ongelukje had in de transportmand onderweg, ze had daar een hekel aan, en is
nu moeten gaan met een staart vol kaka, dat vond ik echt erg, zon elegante,
fiere dame. Ik had het wel voorzien, ik had wat doeken en een oud T-shirt bij,
zodat ik haar toch nog een beetje kon helpen, en ik heb naderhand haar staart
nog wel wat gewassen en gekamd.
Maar het was inderdaad duidelijk, het langer rekken zou echt niet ok zijn
geweest. Ze heeft zich ook totaal niet verzet. Niet dat Maurits zich echt
verzette, maar voor die sliep, dat duurde toch even, daar heb ik nog tegen
gepraat, die keek in mijn ogen, en ik zei hem niet meer te vechten, ga maar, je
mag naar huis. Jozefien was gewoon zo op dat ze haar hoofdje neerlegde tijdens
de prik. Dat was tegelijk ook wel jammer, dat ik niet de kans kreeg nog iets te
zeggen. Hoewel alles eigenlijk al gezegd was natuurlijk. Toen ik haar hier
oppakte en nog heel eventjes tegen mij aanhield, alvorens haar in de
transportmand te zetten, wisten we het allebei. Dat ze zich tegen mij aanvleidde
was haar afscheid, want je weet het, het was geen pakkepoes of schootpoes.
De laatste keer dat ze bij mij op schoot heeft gezeten is tijdens de
hagelbollennacht van sinksen.
Al bij al ben ik ook wel een beetje opgelucht. Ik heb heel vaak gevreesd
dat ze zou beslissen zich terug te trekken om ergens alleen te sterven. En
iemand die je zo graag gezien hebt en die je zoveel liefde en plezier heeft
gegeven wil je niet laten creperen he. Maar je wil natuurlijk ook niet te vroeg
zijn.
Zondag was het nog niet duidelijk. Van zondag op maandag heb ik amper
geslapen, alle scenarios gingen nog door mijn hoofd, het
tuin-aanpassingsproject, dat eigenlijk maandag ging gebeuren, met daarbij een
wondermiddel tegen diarree en een Jozefien die opknapte, of het afbellen van het
tuinproject omdat het niet meer nodig was.
Maar maandag was het wel duidelijk, de eerste keer in 12 jaar dat ze mij
liet opstaan, naar beneden komen, haar zoeken en roepen, zonder dat ze eten kwam
vragen. Ze kon amper op haar pootjes staan, raakte niet in haar doos....
Ik denk dat het echt de juiste dag was.
En nu vind ik mijn draai niet. Ik hoef niet meer te checken hoe haar oogjes
staan, of er ergens iets ligt dat opgekuist moet worden, of er nog genoeg eten
staat. Haar lichaampje ligt vlak naast dat van Maurits.
En ik vond het wel ok dat de hemel vandaag heel de dag huilde.
Maar het hoort erbij, voor wat hoort wat, het doet nu pijn, maar het is het
waard. Ik heb zoveel geleerd van Jozefien, ze heeft mij zoveel steun geboden, zo
vaak laten glimlachen. Ze was blij telkens ik thuiskwam, ik was blij telkens ik
haar zag. Ze is gebleven toen de angst bij ons in huis woonde, ze is gebleven
nadat hij haar....
Dat neem ik mezelf kwalijk, dat ik dàt niet eerder heb doorgehad. Maar dat
zegt ook iets over hoe goed hij in zijn vak is, dieren kunnen bedriegen, het
vertrouwen winnen van twee katten en dat dan misbruiken, dàt is voor mij zijn
grootste kwaad. En niet omdat hij iets tegen dieren heeft he, gewoon om mij te
treffen, zodat ik teveel aan mijn hoofd had en er niet aan zou denken de
financiën te checken. Daarom moest hij schelden en problemen maken en over de
katten zagen, en eventueel nog een stapje verder gaan.
Het is allemaal zo met elkaar verweven, er komen nu zoveel herinneringen
boven, ik zie ons nog met zn drieën in de zetel zitten in die vreselijkste
periode eind 2009, en met zn drieën een halve meter omhoog springen bij het
geluid van de sleutel in het slot, en dan Maurits en Jozefien roef naar buiten. Maar elke dag
hielden ze mij wel gezelschap tot dat geluid, ze bleven niet weg, ze lieten mij
niet in de steek.
Ik zie Jozefien nog, zes weken oud, op haar achterpootjes staan,
voorpootjes tegen het glas, die eerste week, toen ik nog dacht dat poezen niet
binnen of in bed mochten slapen. Ze was zooo blij wanneer ze me zag alms ik 's morgens beneden kwam, ze wilde
binnen, bij mij zijn, en ik voelde me zoo schuldig. Ik vond dat ze eigenlijk een
beetje boos zou moeten zijn omdat ik haar s nachts buitensloot (ze had dat
waskot om in te slapen en daar stond haar eten ook de eerste twee weken). Nu ja,
jong als ze was wist ze toch al hoe iemand om haar pootje te winden, en het
heeft niet lang geduurd of dat eten stond binnen en het bed was haar vaste
slaapplaats.
En zo kunnen we nog even doorgaan.
Maar ik zal seffens nog eens eventjes met SW gaan spelen zie. Die is nog
steeds op zoek naar Jozefien. En ik kan het hem niet uitleggen he.
|