Ik denk het voortdurend, 20 keer op een dag: had ik mijn fototoestel nu
maar bij de hand. Sir William is echt geweldig, hij is totaal niet meer bang,
nieuwsgierig zoals elke poes, maar toch nog een beetje kitten-achtig, ook al is
hij nu al 13 maanden. Hij is flink gegroeid, toen ik hem daarstraks in tegenlicht
zag merkte ik het opeens. Hij wordt echt een grote jongen. Maar speels en
nieuwsgierig en altijd in om te spelen. En zo hebben we nu de kattentunnel
ontdekt. Ik heb het voorbereid, meer dan een week. Het is namelijk zo dat
Jozefien veel moet eten, maar echt gigantisch onvoorstelbaar schrikbarend veel.
En dat zij enkel natvoer eet, en liefst boecht van den Aldi. Maar ik wil SW niet
zoveel natvoer geven, en verzin daartoe allerlei trucjes. Om te beginnen krijgt
hij maar een schepje van haar gehele portie, als hij natvoer krijgt. Ik kan het
niet maken om hem niks te geven, dan moet ik hele dagen de deur dichthouden, en
dan is het samenleven ook niet meer gezellig. Dus als hij in de buurt is en hij
merkt dat Fien eten krijgt, dan krijgt hij iets. En dat iets dat kan dus, zoals
gezegd, een klein schepje van haar portie zijn, of een kattensnoepje, of, nu hij
gewend is aan droge brokjes, gewoon gezonde brokjes uit een klein zakje
(verpakkingen van 100g of 400g). En die geef ik hem ondertussen op speciale
plaatsen. Als ik hem dan toch moet afleiden (wat echt heel makkelijk is, hij
volgt mij gelijk een schoothondje, en is blij met al wat hij krijgt) kan ik die
afleiding net zo goed gebruiken om hem nieuwe dingen te laten verkennen. Dus ik
leg die brokjes in de transportbak, zodat hij ze daaruit moet halen, zodat hij
die bak dus niet in eerste instantie associeert met onprettige dingen. Of ik
leg die brokjes in de kattentunnel. Ik dacht dat hij daar nu wel aan toe zou
zijn, nu hij vol vertrouwen is. Dus na 10 dagen brokjes uit die tunnel vissen,
steeds een beetje dieper, achtte ik gisterenavond de tijd rijp voor de ultieme
doorloop. Daarvoor gebruikten we natuurlijk, hoe kan het ook anders, het stokje
met de pluimen. Eigenlijk ben ik verbaasd dat er nog steeds pluimen aan dat
stokje hangen, die moeten verdorie stevig vastgemaakt zijn. Niet dat het er nog
even weelderig uitziet dan 4 maand geleden, maar het hééft nog een paar
(verfomfaaide en sterk uitgedunde) veertjes. En het is nog steeds
onweerstaanbaar. Dus met dat pluimenstokje speelde ik met hem rond de tunnel,
een beetje in de tunnel, tot het moment waarop ik het er helemaal kon
doorsteken, en vervolgens weer naar mij toe kon trekken, de hele tunnel door, en hij
volgde. En toen had hij het door, en hebben we ons geweldig geamuseerd met die
tunnel. Ik stak mijn hand erin en bewoog tegen de kanten, waarop hij de tunnel
in vloog om te kijken wat daar aan het bewegen was. En dan weer het
pluimenstokje. Tot hij echt moegespeeld was. Tja, hij had dan ook immense
sprongen gemaakt (ettelijke malen in de lengte over de ganse tunnel gesprongen,
om maar iets te noemen). En toen lag hij in de tunnel, languit, de pluimpjes
tussen zijn voorpoten, en ik dacht: verdorie, had ik nu mijn fotocamera maar bij
de hand.
Dat dacht ik ook toen hij daarstraks languit op de terrastafel lag te
zonnen. Das trouwens één van zijn vaste gewoonten, in de voormiddag, als het
nog niet te heet is, effe zonnen op tafel. Hij ligt daar dan echt te blinken in
het zonnetje, maar vanaf hij mij ziet bewegen in de keuken komt hij afgestormd,
dus ik weet zelfs niet of ik dat ooit ga kunnen fotograferen.
Enfin, zulke momenten dus.
Ik denk niet aan fotograferen als ik, zoals vlak na het beëindigen van
de vorige poezenmail, vanuit mijn bureau pats midden in een plas stinkie stink
trap. Het mag raar klinken, maar ik werd er niet geïrriteerd van. Ik dacht
gewoon oei, slipper uit en oppakken. Ik ken de routine ondertussen. Eerst het
meeste er af halen met wc-papier, en dan afspoelen. Dat afspoelen is een werkje
van geduld. Ik draag altijd zon soortement van birckenstocks, nep, gekocht in
Turkije op een markt voor 4, maar met dezefde zool. Kent u die birkenstockzool?
Stel u nu voor dat bijvoorbeeld de voorste helft van die geultjes volledig
opgevuld is.  Vul het op met iets plakkerigs, dat niet al te fris ruikt, als u
begrijpt wat ik bedoel. En houd het dan onder de kraan, liefst warm water, en
houd vol. Zet de kraan niet te hard, je wil niet dat het spettert. Niet op jou,
niet op je kleren, niet op de zeep, niet op je tandenborstel. Dus een gestaag
lopende kraan. En wacht. Het komt in orde, helemaal, je merkt niet dat er iets
heeft tussen gezeten. Als je tenminste genoeg geduld hebt gehad, en de slipper
af en toe gedraaid hebt.
En dan ligt daar nog die plas. Met een mooie
gedeeltelijke voetafdruk. En een aroma van ....
Enfin, wc-papier, een plastic zak, en alles komt goed. Let wel: die plastic
zak is van groot belang. Ik had de gewoonte dat wc-papier in de wc te gooien en
door te trekken, maar omdat de plassen omvangrijk zijn, en het benodigde
wc-papier dus veel, is mijn wc een keer heel erg verstop geraakt. Dus plastic
zak, vuilnisbak.
In de logica dat ze me iets wil vertellen, ga ik er dus van uit dat het
haar niet aanstaat, dat plat gedoe, en dus heb ik de dosis groene klei
opgevoerd. Zelfs terug een schepje veenextract. We zullen zien.
Ik hoop toch dit jaar naar Turkije te geraken, en ben op zoek naar
catsitters, en wil het graag tegen dan in orde, zodat die mensen niet elke dag
kakplassen moeten opkuisen. Hoewel ik het natuurlijk niet verzwijg, misschien
vind ik mensen die zo blij zijn dat ze enkele weken uit hun appartement kunnen,
en een tuintje hebben, dat ze het er graag bijnemen. We zien wel, al wat nodig
is komt op je pad he.
|