Het houtafval dat overblijft na het verhakselen kan nog goed gebruikt worden als bodembedekker. Daarom wordt het verzameld en met de tractor naar de verste uithoek van het park gevoerd. Op de eerste foto zie je hoe de houtschilfers in een kruiwagen worden geschept. Vandaar worden zij vervoerd naar een tweede berg die zich vlak bij de uitgang bevindt, zodat zij van daar met de tractor kunnen vervoerd worden naar de plaats van bestemming. Een deel wordt rechtstreeks van de werf met die tractor weggebracht.
In de meest zuidelijke hoek van het park vind je een plek waar een deel van het afgereden gras wordt uitgestrooid. Via deze plek vertrekt de 'Chaussée André', een sluipweg naast de buitenmuur van het park. Om deze plek beter berijdbaar te maken, moet een deel van dat gedumpte gras weggevoerd worden (met de kruiwagen alweer). Zo krijgen wij een keerpunt waar onze tractor vlot kan draaien en wij niet telkens achterwaarts moeten rijden om de aanhangwagen leeg te kappen. De laatste foto toont ons deze weg die genoemd werd naar zijn ontwerper: een strook van pakweg twintig meter, naast de muur die het domein scheidt van de tuinen van de wijk Bordink.






|