De wederkomst van Jezus Christus
Inhoud blog
  • Ik zal een vuur zenden in Magog, en onder degenen, die in de eilanden zeker wonen; en zij zullen weten, dat Ik de HEERE ben.
  • De profeet Micha en het TIJDS-DAL in de heilsgeschiedenis
  • De Moeder van alle verwoestingen 1
  • De Moeder van alle verwoestingen 2
  • De Moeder van alle verwoestingen 3
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    18-08-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ADVENT. KOMT HIJ OF KOMT HIJ NIET MEER?

    Definitie van het woord Advent (Bijbelse Encyclopedie KOK, 1975): Latijn: Adventus, komst. Aanduiding van de komst van de Zoon van God in het vlees, de incarnatie; voorts van Zijn wederkomst ten oordeel in de volheid der tijden.

     

    Volgens deze definitie is met ADVENT niet alleen de voorbereidingstijd tot het Kerstfeest bedoeld, maar ook een leven in de verwachting van de wederkomst van Christus in de zogenaamde ‘volheid der tijden’. Dit laatste is een verwachting die het traditionele christendom, ook wat er van overblijft in de tweede generatie sinds de kerkverlating, niet meer kent. De verwachting van het traditionele christendom is er een van als mens geboren worden, ouder worden, moeten sterven en daarna de hemel (als het goed is), de overige wacht de traditionele hel. Dit christendom heeft weinig of geen kennis van de Bijbel en laat zich al eens leiden door leiders die hun geloof in de Bijbel, al tijdens hun opleiding in de seminaries en/of Bijbelscholen als een gevolg van de Bijbelkritiek en de evolutietheorie, verloren - opgegeven -, of er een eigen invulling aan gegeven hebben.

     

    De Bijbel leert nochtans duidelijk en niet mis te verstaan, een wederkomst van Christus. Deze komst heeft Jezus tijdens zijn leven en bediening voorzegt, en werd door de evangelisten zo genoteerd. Onmiddellijk na Zijn hemelvaart wordt dezelfde boodschap herhaald.

     

    Handelingen 1:“Zij dan, die daar bijeengekomen waren, vroegen Hem en zeiden: Here, herstelt Gij in deze tijd het koningschap voor Israël? Hij zeide tot hen: Het is niet uw zaak de tijden of gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan Zich gehouden heeft, maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de heilige Geest over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde. En nadat Hij dit gesproken had, werd Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. 10 En toen zij naar de hemel staarden, terwijl Hij henenvoer, zie, twee mannen in witte klederen stonden bij hen, 11 die ook zeiden: Galileese mannen, wat staat gij daar en ziet op naar de hemel? Deze Jezus, die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze wederkomen, als gij Hem ten hemel hebt zien varen.” (NBG Vertaling 1951)

     

    In het hiervoor geciteerde Schriftgedeelte worden enkele eenvoudige waarheden weergegeven. De verwachting namelijk van het herstel van koningschap van Israël en de wederkomst van Jezus Christus op dezelfde wijze zoals bij Zijn hemelvaart. Boven Jeruzalem is er duidelijk een voor onze ogen, onzichtbare deur naar die andere dimensie van waar Jezus op God ’s tijd zal terugkomen. Naar de komst van dit Rijk Gods hebben honderden en honderden miljoenen christenen bijna tweeduizend jaar lang al, sinds 30 AD (dikwijls onwetend) gebeden. Het ‘Onze Vader’ namelijk zoals het in het evangelie opgetekend staat.

     

    Matteüs 6:En wanneer gij bidt, zult gij niet zijn als de huichelaars, want zij staan gaarne in de synagogen en op de hoeken der pleinen te bidden, om zich aan de mensen te vertonen. Voorwaar, Ik zeg u, zij hebben hun loon reeds. Maar gij, wanneer gij bidt, ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader in het verborgene; en uw Vader, die in het verborgene ziet, zal het u vergelden. En gebruikt bij uw bidden geen omhaal van woorden, zoals de heidenen; want zij menen door hun veelheid van woorden verhoord te zullen worden. Wordt hun dan niet gelijk, want [God] uw Vader weet, wat gij van node hebt, eer gij Hem bidt. Bidt gij dan aldus: Onze Vader die in de hemelen zijt, uw naam worde geheiligd; 10 uw Koninkrijk kome; uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde. 11 Geef ons heden ons dagelijks brood; 12 en vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren; 13 en leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. [Want Uwer is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.] 14 Want indien gij de mensen hun overtredingen vergeeft, zal uw hemelse Vader ook u vergeven; 15 maar indien gij de mensen niet vergeeft, zal ook uw Vader uw overtredingen niet vergeven. (NBG Vertaling 1951)

     

    Dit beloofde Koninkrijk is komende. Het zal niet tot stand komen door menselijke inzet, maar net zoals bij de wedergeboorte van een mens, zoals beschreven in het evangelie naar Johannes, door God Zelf. De verwachting van het komende Godsrijk werd echter als een gevolg van het lange uitblijven van de Messias, door het christendom al vroeg in de geschiedenis opgegeven. Toen de Romeinse keizer Constantijn zich in de vierde eeuw tot het christendom bekeerde en de kerk van Rome tot staatsgodsdienst verhief, leerde en verwachte men dat het Godsrijk door mensenhanden gebouwd kon worden. De profetische gedeelten van de Bijbel werden als een allegorie uitgelegd en ontdaan van hun letterlijke boodschap. Alle heilsbeloften in de Bijbel, die betrekking op het volk Israël hadden, werden op de kerk van nu, van toepassing gebracht. De duizend jaar dat satan volgens het boek Openbaring, tijdens het komende Vrederijk gebonden zou worden, werd niet meer letterlijk genomen, maar gezien als een zinnebeeld van de nieuwe tijd die sinds Constantijn baan brak. Dat het sterven, de dood bleef heersen, nam men erbij.

     

    In de twintigste eeuw in het jaar 1948, werd de staat Israël echter werkelijkheid. En dit slechts drie jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog. In het ‘christelijke’ Europa werden tijdens deze oorlog 6.000.000 Joden door de nazi’s opgejaagd en in vernietigingskampen e. a. plaatsen vermoord. Vele overlevenden van de Holocaust luisterden daarna naar de stem van de Zionistische beweging en besloten naar Palestina te emigreren. Ook vanuit de Arabische wereld begon tegelijkertijd een uittocht van Joodse mensen naar Israël. En het gevestigde christendom was getuige van deze Bijbelse ‘heils’-feiten. De vraag zou moeten zijn: is het herstel van het volk der Joden nu de vervulling van Oudtestamentische profetieën of niet? En indien het antwoord ja is, moeten we de Bijbel opnieuw en ditmaal los van alle tradities bestuderen. De Bijbelse profetieën betreffende een derde herstel van de Joden in het oude land der vaderen zijn duidelijk leesbaar en herkenbaar. Zo een voorbeeld is de profetie van Amos:

     

    Amos 9:11 Te dien dage zal Ik de vervallen hut van David weder oprichten, Ik zal haar scheuren dichten en wat daarvan is ingestort, overeind zetten; Ik zal haar herbouwen als in de dagen van ouds, 12 opdat zij beërven de rest van Edom en van al de volken over wie mijn naam is uitgeroepen, luidt het woord van de HERE, die dit doet. 13 Zie, de dagen komen, luidt het woord des HEREN, dat de ploeger zich aansluit bij de maaier en de druiventreder bij hem die het zaad strooit; dan zullen de bergen druipen van jonge wijn en al de heuvelen daarvan overvloeien. 14 Ik zal een keer brengen in het lot van mijn volk Israël: verwoeste steden zullen zij herbouwen en bewonen; wijngaarden zullen zij planten en de wijn ervan drinken; boomgaarden zullen zij aanleggen en de vrucht daarvan eten. 15 Dan zal Ik hen planten in hun grond, en zij zullen niet meer worden uitgerukt uit de grond die Ik hun gegeven heb, zegt de HERE, uw God. (NBG Vertaling 1951)

     

    Vers 15 van het hiervoor geciteerde Bijbelgedeelte van Amos leert een derde definitieve herstel van Israël. Dit betekent dat de catastrofe van het jaar 70 AD met de vernietiging van de Tempel te Jeruzalem door de Romeinse legers en de wegvoering van de Joden in de diaspora niet het einde is, maar de belofte van een herstel inhoudt, na een lang tijd-dal van inmiddels bijna tweeduizend jaar.

     

    De gevestigde kerken zoals de Rooms-katholieke kerk, de oosterse orthodoxe kerken en vele Protestantse kerkgenootschappen leren nochtans dat de kerk in de plaats van Israël is gekomen en dat de Joden als heilsorgaan in de eerste eeuw van de christelijke jaartelling, vervloekt en definitief door God opzijgezet werden. Deze Kerkgenootschappen, het christendom, beschouwen zichzelf als het geestelijke Israël uit de Bijbel. Alle beloften, die in het Oude Testament handelen over het 'heil voor Israël' en over het Messiaanse Vrederijk, past het christendom op zichzelf toe. Volgens de orthodoxe exegese is met de start van de Kerk in 30 AD met Pinksteren, alle Oudtestamentische profetie vervuld. Het volk Israël als uitverkoren volk van God heeft al 20 eeuwen voor hen afgedaan.

     

    Er staan in de Bijbel talloze profetieën die men nochtans moeilijk kan 'vergeestelijken' of allegoriseren en op de Kerk toepassen. Bijbelse profeten zoals Joël en vele anderen voorspelden Israëls herstel in de 'komende dagen'. Ik geef hierna één voorbeeld weer dat voldoende moet zijn, namelijk de profeet Joël van het Oude Testament. Naar het hierna volgende profetische gedeelte van Joël heeft de apostel Petrus op de Pinksterdag bij de aanvang van de EKKLESIA of kerk, verwezen. Voor de gevestigde kerken is de ganse profetie van Joël hiermee vervuld. De aandachtige lezer(es) moet nochtans vaststellen dat de apocalyptische verzen 30 en 31 toen niet zichtbaar waren.

     

    Joël 2:28 Daarna zal het geschieden, dat Ik mijn Geest zal uitstorten op al wat leeft, en uw zonen en uw dochters zullen profeteren; uw ouden zullen dromen dromen; uw jongelingen zullen gezichten zien. 29 Ook op de dienstknechten en op de dienstmaagden zal Ik in die dagen mijn Geest uitstorten. 30 Ik zal wonderen geven in de hemel en op de aarde, bloed en vuur en rookzuilen. 31 De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed, voordat de grote en geduchte dag des HEREN komt. 32 En het zal geschieden, dat ieder die de naam des HEREN aanroept, behouden zal worden, want op de berg Sion en te Jeruzalem zal ontkoming zijn, zoals de HERE gezegd heeft; en tot de ontkomenen zullen zij behoren, die de HERE zal roepen.

     

    Het zou duidelijk moeten zijn dat slechts een gedeelte, een belangrijk gedeelte weliswaar, in 30 AD vervuld werd. De daarop volgende verzen 30 en 31 liggen echter nog in de toekomst.

     

    Over de bloedmaan en de dag des HEREN schreef ik op deze blog eerder op 29-07-14 een artikel: De profeet Joël en de bloedrode maansverduistering.

     

    Het wonderlijke is ook dat alle tijdgenoten van de Joden uit de eerste eeuw van onze jaartelling, verdwenen zijn. De volken van toen, hun talen en rassen zijn verdwenen. Opgegaan in andere en nieuwe volken en talen. Het Latijn, de taal van de verdrukkers van toen is tegenwoordig een dode taal. De Joden echter hebben hun aard en religie bewaart en dit in de diaspora in den vreemde, ver weg van het oude land der vaderen.

     

    Een andere religie die een derde herstel van Israël afwijst is de Islam. Soera 17 uit de Koran is hier overduidelijk:

    Soera 17:1 "Lofprijzing aan Hem, die Zijn dienaar des nachts deed reizen van het Gewijde Bedehuis (Mekka) naar het Uiterste Bedehuis (Jeruzalem), welks omtrek Wij gezegend hebben, opdat Wij hem van Onze tekenen zouden tonen. Hij is de Horende, de Ziende. (2) En Wij hebben Musa (Mozes) de Schrift gegeven en Wij hebben haar gemaakt tot een rechte leiding voor de Zonen Israils: Neemt u niet buiten Mij een zaakbezorger. _ (3) Nakomelingschap van hen, die Wij met Nuh (Noach) medevoerden. Hij was een dankbaar dienaar. – (4) En Wij hebben aan de Zonen Israils in de Schrift de beslissing gegeven: Gij zult op de aarde twee malen verderf verspreiden, en gij zult rijzen tot grote hoogte. – (5) Wanneer de tijd komt van de eerste der twee aanzeggingen, zenden Wij tegen ulieden dienaren van Ons, toegerust met hevig geweld, welke tussen de woningen door speuren; en het zal een verwerkelijkte aanzegging worden. – (6) Daarna geven wij U weder de kans tegen hen en versterken Wij u met bezittingen en zonen, en maken Wij u talrijker in krijgerscharen. – (7) Indien gij lieden wel handelt, dan handelt gij wel voor uzelven, en indien gij slecht handelt, dan is dat ook voor uzelf. Wanneer dan de tijd komt van de latere aanzegging, zal het gebeuren, dat zij uw gezichten schenden en dat zij het bedehuis binnendringen, zoals zij het de eerste maal binnengedrongen waren, en dat zij de plaats, waarover zij komen, geheel verwoesten. –(8) Mogelijk, dat uw Heer ulieden dan barmhartigheid zal betonen. Maar indien gij terugkeert, keren ook Wij terug en maken Wij Djahannam voor de ongelovigen tot een inperking." (Uit het Arabisch vertaald door J.H.KRAMERS, 1976)

     

    De Arabische Koran is tot stand gekomen in de zevende eeuw na Christus. De Joden waren toen al zes eeuwen eerder sinds 70 AD (en de laatste opstand en wegvoering in 135 AD) in de diaspora, in de zogenaamde verstrooiing, ook in Arabië. Wanneer men de eerste acht verzen van Soera 17 doorneemt merkt men dat de Koran een herstel van Israël in het oude land der vaderen, uitsluit. Er staan geen jaartallen vermeldt in de Koran, maar vanuit de Bijbel en de wereldgeschiedenis herkennen we in de eerste aanzegging de verovering van Jeruzalem door de Babyloniërs in het jaar 586 v. Chr. De tweede aanzegging geschiedde in het jaar 70 AD toen de Romeinen onder leiding van Titus de stad en Tempel verwoesten. En dan staat er vervolgens de waarschuwing in Soera 17:8 “Indien gij terugkeert”, en de waarschuwing met ‘Djahannam’ voor de teruggekeerde ongelovigen. Het woord Djahannam is het Arabische woord voor hel (een Nederlands woord dat ontleend is van de Germaanse mythologie): een plaats van foltering.

     

    Er is voor Israël in de Koran geen derde herstel beloofd. Twee maal slechts werd het hun vergund een nationale staat te hebben. Daarom ook wordt de staat Israël sinds 1948 als een doorn in het Arabische/Islamitische vlees ervaren. Een doorn die verwijderd moet worden. Voor Islamitische fundamentalisten is de Koran grondwet en is een Joodse staat in het Midden-Oosten onaanvaardbaar.

     

    De Joden die in 70 AD in een wereldwijde diaspora terecht kwamen, zijn in deze volken-zee echter bewaard gebleven, zij het dikwijls onder heel zware verdrukking. Sinds 1948 kennen we een nationaal herstel in het zogenaamde oude land der vaderen: Israël. Een nationaal herstel dat onder grote moeilijkheden gehandhaafd wordt.

     

    Onder diegenen in het christendom die op basis van de profetische Boeken van de Bijbel in een derde herstel van Israël geloven is de vestiging van de seculiere staat Israël in 1948 het grote teken, nu nog meer aan het begin van het derde millennium, dat de (weder)komst van de Messias nabij is. De seculiere Joodse staat die anno 1948 opgericht werd schept namelijk de voorwaarde tot het in vervulling gaan van de Bijbelse profetieën in verband met het beloofde derde herstel.

     

    In de profetische boeken van de Bijbel vinden we alle gebeurtenissen in detail beschreven, die zullen leiden tot de wederkomst van Messias Jezus. Zie het artikel op deze blog van 31-07-2014: De zeventig jaarweken van de profeet Daniël. Men kan het vergelijken met een spoorboekje waar alle stations in beschreven staan die men zal aandoen, alvorens zijn bestemming te bereiken.

     

    In de ‘tussen’-tijd geldt het Woord van de Heer Jezus Christus aan zijn Joodse discipelen:

     

    Matteüs 24:3 Toen Hij op de Olijfberg gezeten was, kwamen zijn discipelen alleen tot Hem en zeiden: Zeg ons wanneer zal dat geschieden, en wat is het teken van uw komst  en van de voleinding der wereld? 4 En Jezus antwoordde en zeide tot hen: Ziet toe, dat niemand u verleide! 5 Want velen zullen komen onder mijn naam en zeggen: Ik ben de Christus, en zij zullen velen verleiden. 6 Ook zult gij horen van oorlogen  en van geruchten van oorlogen. Ziet toe, weest niet verontrust; want dat moet geschieden, maar het einde is het nog niet. 7 Want volk zal opstaan tegen volk, en koninkrijk tegen koninkrijk, en er zullen nu hier, dan daar, hongersnoden en aardbevingen zijn. 8 Doch dat alles is het begin der weeën.

     

    Wordt vervolgd…

     

    Met vriendelijke groet,

    Robert De Telder





    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie * Very Happy Smile Sad Surprised Shocked Confused Cool Laughing Mad Razz Embarassed Crying or Very sad Evil or Very Mad Twisted Evil Rolling Eyes Wink Exclamation Question Idea Arrow
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)

    Archief per week
  • 15/10-21/10 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 12/12-18/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 01/02-07/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 23/11-29/11 2015
  • 10/08-16/08 2015
  • 29/06-05/07 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs