DE
NIEUWE ORDE in opkomst
Robert
De Telder
Uitgeverij
àksent. Wettelijk Depot: D/1985/4347/01
ISBN
90-73739-01-2
Sinds
het verschijnen van de eerste druk van mijn boek in 1985 zijn er bijna dertig
jaar voorbijgegaan en heeft er zich in de wereld een verdere en niet voorziene
ontwikkeling, naar het einde van de zogenaamde Bijbelse eindtijd voorgedaan.
Het boek was naar Nederlandse normen een besteller, kende vier herdrukken met
uiteindelijk 5000 verkochte exemplaren. Al vele jaren is het boek intussen
uitverkocht en alleen nog in sommige antiquariaatzaken verkrijgbaar. In enkele
nog te volgen afleveringen wil ik iedere keer op onderdelen van mijn boek
stilstaan en een evaluatie maken.
Met dit
artikel krijgt MAGOG = RUSLAND de aandacht.
Toen ik
dertig jaar geleden mijn boek DE NIEUWE ORDE IN OPKOMST neerschreef,
identificeerde ik het Bijbelse MAGOG van de eindtijd met de Sovjet-Unie. En dit
in lijn met de identificatie die Hal Lindsey maakte. De Sovjet-Unie is dan weliswaar
in 1991 ten graven gedragen, geïmplodeerd, mijn identificatie van het Bijbelse
Magog met Rusland blijft echter staande.
Toen ik
aan mijn boek werkte zaten we nog midden in de koude oorlog, met een verdeeld
Europa en in het Oosten, een tot de tanden toe bewapende Sovjet-Unie. En
wanneer de Sovjet-Unie in december 1979 Afghanistan bezette werd het
verwachtingspatroon van Hal Lindsey nog meer versterkt. Het toneel stond als
het ware klaar om de voorstelling te laten beginnen. Een offensief van de
Sovjet-Unie richting Israël, samen met zijn Midden-Oostenbondgenoten. Gelukkig
voor ons allen is dit doemscenario toen niet in vervulling gegaan. Een
nucleaire catastrofe zou het resultaat geweest zijn. Integendeel, de
ontwikkeling in Europa met de koude oorlog kende een ander verloop. In 1989
kwam de muur in het verdeelde Berlijn naar beneden, werd Duitsland herenigd en
herkregen vele volken van Oost-Europa hun vrijheid. En dit alles als een gevolg
van het verenigde gebed voor vrijheid van Oost-Duitse (protestantse) christenen
in hun kerken. Ook in Polen was er tegelijkertijd vanuit de vakbond en de
katholieke kerk een actie voor democratie bezig. Het resultaat kennen we; op
korte tijd werden de overige Sovjetsatellietstaten in de actie betrokken. Hongarije
was het eerste Oostblokland dat zijn grenzen met Oostenrijk opende. En in 1991
viel zelfs de machtige Sovjet-Unie als een gevolg van binnenlandse krachten
uiteen. Hal Lindsey s voorspelling was
achterhaald. Zo leek het althans.
Hierna
het betreffende Bijbelgedeelte van de profeet Ezechiël:
Ezechiël
38:1 Het woord des HEREN kwam tot mij: 2 Mensenkind, richt uw aangezicht tegen Gog in het land Magog, de grootvorst van
Mesek en Tubal; profeteer tegen hem, 3 en zeg: zo zegt de Here HERE: zie,
ik zàl u, Gog, grootvorst van Mesek en Tubal! 4 Ik zal u komen halen, haken
slaan in uw kaken en u doen uittrekken met uw gehele leger: paarden en ruiters,
allen volledig uitgerust, een grote schare, met grote en kleine schilden, allen
vertrouwd met het zwaard; 5 ook Perzen, Ethiopiërs en Puteeërs, allen met
schild en helm; 6 Gomer en al zijn krijgsbenden; Bet-Togarma ver in het noorden
met al zijn krijgsbenden vele volken met u. 7 Maak u gereed en rust u toe, gij met al de scharen die zich bij u
gevoegd hebben; wees gij hun tot een leidsman. 8 Na geruime tijd zult gij een bevel ontvangen; in toekomende jaren zult
gij optrekken tegen het land dat zich van de krijg hersteld heeft, (een volk)
dat uit het gebied van vele volken bijeengebracht is op de bergen Israëls die
tot een blijvende wildernis waren geworden, maar het is uit de volken
uitgeleid; allen wonen zij in gerustheid. 9 Dan zult gij optrekken als een
opkomend onweer; gij zult zijn als een wolk die de aarde bedekt, gij met al uw
krijgsbenden, en vele volken met u. 10 Zo zegt de Here HERE: Te dien dage
zullen er plannen in uw hart opkomen; gij zult een boze aanslag beramen, 11
gij zult zeggen: ik zal optrekken tegen een land van dorpen, een overval plegen
op vreedzame lieden, die in gerustheid wonen, allen zonder muur, grendels of
poorten 12 om buit te maken en roof te plegen, om uw hand te keren tegen de
weer bewoonde puinhopen en tegen een natie die uit het gebied der volken
bijeengebracht is, die have en goed heeft verworven, die op de navel der aarde woont.
13 Seba, Dedan, de handelaars en al de machtigen van Tarsis zullen tot u
zeggen: Komt gij om buit te maken; hebt gij uw schare bijeengeroepen om roof te
plegen, om zilver en goud weg te slepen, om have en goed te bemachtigen, om een
grote buit te maken? 14 Daarom, profeteer, mensenkind, en zeg tot Gog: Zo zegt
de Here HERE: zult gij het niet gewaarworden, te dien dage als mijn volk Israël
in gerustheid woont? 15 Dan zult gij
komen uit uw woonplaats uit het verre noorden, gij en vele volken met u, allen
ruiters, een grote schare en een talrijk leger, 16 en gij zult optrekken tegen
mijn volk Israël als een wolk die het land bedekt. In toekomende dagen zal het
geschieden, dat Ik u doe optrekken tegen mijn land, opdat de volken Mij leren
kennen, wanneer Ik Mij voor hun ogen aan u, o Gog, de Heilige betonen zal. 17
Zo zegt de Here HERE: Zijt gij het, van wie Ik in vroegere dagen gesproken heb
door de dienst van mijn knechten, de profeten van Israël, welke in die dagen
jarenlang geprofeteerd hebben, dat Ik u tegen hen zou doen optrekken? 18 Maar
te dien dage, wanneer Gog komt in het land van Israël, luidt het woord van de
Here HERE, dan zal mijn grimmigheid opstijgen in mijn neus, 19 en in mijn
naijver, in het vuur mijner verbolgenheid, zal Ik spreken: Waarlijk, te dien
dage zal een zware aardbeving het land van Israël teisteren. 20 Ja, beven
zullen voor Mij de vissen der zee, het gevogelte des hemels, het gedierte des
velds en al het kruipend gedierte dat op de aardbodem kruipt en alle mensen die
op de aarde leven; de bergen zullen neerstorten, de bergwanden zullen vallen,
elke muur zal ter aarde storten. 21 Dan zal Ik op al mijn bergen het zwaard
tegen hem oproepen, luidt het woord van de Here HERE; het zwaard van de een zal
tegen de ander zijn. 22 Ik zal met hem in het gericht treden door pest en door
bloed; stromende regen en hagelstenen, vuur en zwavel zal Ik doen neerregenen
op hem, op zijn krijgsbenden en op de vele volken die met hem zijn; 23 Ik zal
Mij groot en heilig betonen en Mij doen kennen ten aanschouwen van vele volken;
en zij zullen weten, dat Ik de HERE ben. (NBG Vertaling 1951)
In dit
Bijbelgedeelte beschrijft de profeet Ezechiël nauwkeurig hoe het leger van
Magog eens vanuit het verre noorden naar een hersteld Israël getrokken zal worden,
maar daar aan zijn einde zal komen. Naast Gog en Magog worden een aantal
bondgenoten van Magog genoemd die eveneens richting Israël zullen opmarcheren.
Het zijn namen van landen die met uitzondering van Perzië, tegenwoordig
allemaal verdwenen zijn. Het is dus een oefening door aan de hand van historici
uit de oudheid zoals Herodotos en Flavius Josephus, deze oude namen te
identificeren met de huidige landen, die in de profetie aangesproken worden.
De
belangrijkste bron ter identificatie van Magog,
is de Joodse historicus Flavius Josephus
uit de eerste eeuw van onze jaartelling. Josephus heeft in zijn geschiedenis
van het Joodse volk al de volken die in Genesis hoofdstuk 10 in de volkenlijst
genoemd worden, op de landkaart van zijn tijd geplaatst. Hierna het betreffende
citaat van Josephus:
1. Now they were the grandchildren of Noah, in honor
of whom names were imposed on the nations by those that first seized upon them.
Japhet, the son of Noah, had seven sons:
they inhabited so, that, beginning at the mountains Taurus and Amanus, they
proceeded along Asia, as far as the river Tansis, and along Europe to Cadiz;
and settling themselves on the lands which they light upon, which none had
inhabited before, they called the nations by their own names. For Gomer founded
those whom the Greeks now call Galatians, [Galls,] but were then called
Gomerites. Magog founded those that from
him were named Magogites, but who are by the Greeks called Scythians. Now
as to Javan and Madai, the sons of Japhet; from Madai came the Madeans, who are
called Medes, by the Greeks; but from Javan, Ionia, and all the Grecians, are
derived. (Joodse oudheden Boek I, vi.1)
Dat de
Scythen hun woonplaats in Rusland en de Oekraïne hadden staat historisch vast.
Het is Herodotos, de beroemde
historicus uit de vijfde eeuw voor Christus, die van de Scythen de zeden en
gewoonten beschreef. Eigenlijk is de naam een verzamelnaam voor verscheidene
clans. Ten tijde van Ezechiël beheersten zij een gebied van de Donau in Europa
tot aan de Gele Rivier in Azië. Over de landbrug die de Kaukasus is zijn ze in
de zevende eeuw voor Christus in het Midden-Oosten zelfs tot aan de grenzen van
Egypte doorgedrongen.
Het
Russische Rijk ontstond in de negende eeuw na Christus en werd gesticht door
Scandinaviërs. Omstreeks 825 AD vestigden deze Scandinaviërs die zich Roes
noemden, een onafhankelijk Rijk in het gebied van de Chazaren, met wie ze zich
eerder al verbonden hadden. Van de Chazaren trachtten zij de internationale
handel op Byzantium en Arabië over te nemen. Het zogenaamde Rijk van Kiev werd
rond 880 gesticht en werd de heerschappij van de Roes in het gebied daarop onomkeerbaar.
Tegen de tiende eeuw aan beheersten zij een gebied van de Donau-monding tot aan
de Wolga-monding. In het noorden en noordoosten breidden de Russen hun gebied
uit tot aan de Witte Zee, de Poolzee en het Oeral-gebergte. Dit was de toestand
tot aan de Middeleeuwen. In de tweede helft van de vijftiende eeuw zou Rusland onder
leiding van Iwan de Grote (of de Verschrikkelijke) zich enorm uitbreiden. De
Mongoolse heerschappij werd definitief gebroken en uiteindelijk zou Rusland
zich in Azië tot aan de Japanse Zee, uitbreiden. Onder de regering
van Iwan de Grote (1533/1584) die zich als Tsaar (keizer-koning) liet
aanspreken begon voor Rusland een nieuwe periode in de geschiedenis. Een andere
bekende tsaar is Peter de Grote (1689/1725) die op alle mogelijke manieren
trachtte westerse gewoonten en instellingen in Rusland te vestigen. Peter de
Grote liet de stad Sint Petersburg of Petrograd bouwen en vestigde de Russische
macht aan de Baltische Zee. De Romanow s zouden als tsaren over Rusland
heersen tot aan de communistische revolutie in 1917. Het communisme zou Rusland
daarop voor een periode van meer dan zeventig jaar in chaos aller aard
onderdompelen.
Het is
boeiend om in de studie van de profeet Ezechiël hoofdstuk 38 er meerdere Bijbelvertalingen
bij te nemen. De NBG Vertaling 1951 die ik meestal gebruik, heeft het
Hebreeuwse Rosh in de grondtekst met grootvorst vertaald. Zo ook de
Statenbijbel. De Willibrordvertaling heeft het Hebreeuwse woord Rosh echter gewoon
met Ros vertaald. Hierna het betreffende Bijbelgedeelte:
Ezechiël
38:1 Het woord van de HEER werd tot mij gericht: 2 Mensenkind, richt uw blik
naar het land Magog, naar Gog, de vorst van Ros, Mesek en Tubal. Profeteer tegen hem: 3 Zo
spreekt de Heer GOD: Ik kom op u af, Gog, vorst van Ros, Mesek en Tubal. 4 Ik
kom u halen: Ik sla een haak in uw kaken en voer u mee, al uw troepen met
paarden en ruiters, allemaal tot de tanden gewapend, uw machtige leger met
schild en rondas, het zwaard in de hand, 5 en al uw bondgenoten uit Perzië, Kus
en Put, uitgerust met rondas en helm; 6 Gomer met al zijn troepen en
Bet-Togarma uit het hoge noorden met al zijn troepen. Veel volken trekken met
uw mee. (Willibrordvertaling 1995)
Het
verband met Roes en Rus is in de Willibrordvertaling duidelijker en laat weinig
discussie over wat betreft de identificatie van de oude namen Gog en Magog. Gog
is in dit Bijbelgedeelte de leider, de grootvorst, van Ros/Rus/Roes.
Sinds
de val van de Sovjet-Unie zit Rusland met een kater. Een vergelijking met het
Duitsland van na de eerste wereldoorlog kan gemaakt worden. Net zoals Duitsland
in 1919 in zijn nationale trots gekrenkt werd, zien we hetzelfde in Rusland na
het verliezen van de zogenaamde koude oorlog. Net zoals Duitsland in 1919
gebied verloor aan zijn buurlanden en de politiek van de nazis gericht was op
het herwinnen van deze verloren gebieden, kunnen we hetzelfde met Rusland
verwachten. Ook Rusland verloor heel wat gebied dat de tsaren al onder controle
hadden. Honderdduizenden etnische Russen wonen in buurlanden zoals Estland,
Oekraïne, Moldavië, de Krim en de Kaukasus-landen. De annexatie van de Krim in
2014 en de huidige burgeroorlog in Oekraïne is hier het gevolg van.
Rusland
gaat sinds de implosie van de Sovjet-Unie in 1991, zijn eigen weg en wil zich
handhaven als een medespeler op het wereldtoneel. In juli 2007 tekende de
Russische leider Poetin een decreet waarin hij de samenwerking van het
conventionele wapenverdrag van november 1990 met het Westen opzegde. Het
verdrag bepaalde de aantallen van legereenheden die tussen de Atlantische
Oceaan en het Oeral-gebergte aan beide zijden gestationeerd mochten worden.
Ieder blok zag zijn wapenarsenaal beperkt tot 6800 gevechtsvliegtuigen, 2000
aanvalshelikopters, 20000 tanks, 30000 gevechtswagens en 20000
artilleriestukken. Ook voorzag het verdrag in verifieerbare inspecties op de
grond door zowel NATO als Rusland. Dit verdrag werd eenzijdig door Rusland
opgezegd met het excuus dat onvoorziene buitengewone omstandigheden met
betrekking tot de veiligheid van de Russische federatie het nodig maakten dat
het leger uitgebreid wordt.
Is dit al
de vervulling van het begin van de profetie van Ezechiël 38:7? Maak u gereed en rust u toe, gij met al de scharen
die zich bij u gevoegd hebben: wees gij hun tot een leidsman.
Wat tegenwoordig
in Rusland ook opvalt is dat het antisemitisme springlevend is. Honderdduizenden
Joden zijn sinds 1991 al geëmigreerd, velen naar Israël. Naar schatting drie
miljoen Joden blijven nog achter. De Bijbelse profeet Jeremia (16:14) spreekt
over een exodus uit het noorderland die de exodus uit Egypte met zijn tien
plagen zal overtreffen.
De
profetie van Ezechiël blijft in de tussen-tijd onvervuld. Want dit is iets
dat moet opvallen wanneer men het Oudtestamentische boek Ezechiël bestudeerd,
de voorspelling dat een geallieerde macht vanuit het verre noorden naar het
herstelde Israël zal oprukken en daar aan zijn einde zal komen, is in de
geschiedenis nooit vervuld geworden. Ezechiël trad op ten tijde van de Babylonische
Ballingschap en profeteerde daar over het herstel van de Joden in hun oude land
der vaderen. De hoofdstukken 36 en verder handelen over deze profetie. Zelfs de
oppervlakkige lezer moet inzien dat deze hoofdstukken niet in vervulling gingen
ten tijde van Ezra en Nehemia. Teveel details over o.a. een nieuwe tempel en de
verdeling van het land onder de twaalf Israëlitische stammen worden gegeven. De
profetie over de tempelbeek die noordelijk van Jeruzalem zal ontspringen en
naar de Dode Zee zal vloeien tart alle verbeelding. De profetie van Ezechiël leert
dat als een gevolg van de nieuwe rivier, dat zowel westelijk als oostelijk zal
lopen, de Dode Zee uiteindelijk gezond zal worden en in de toekomst een
oostelijke zee zal vormen. Allegoriseren en op de kerk van nu van toepassing
brengen, vergt ware hermeneutische acrobatie. De profetie van Ezechiël wacht
nog op haar vervulling.
Op God
s tijd zal dit alles in vervulling gaan en niet eerder. Aan ons is het vandaag
de zaak om op de tekenen te letten, die aan dit alles zullen voorafgaan. De
grote voorwaarde is het nationale en geestelijke herstel van het volk der Joden
in het oude land der vaderen. Dit is wat het nationale herstel betreft, sinds
1948 van de vorige eeuw een feit. Daarnaast moet de aandachtige lezer(es)
letten op de andere voorwaarden die de profeet voor de eindtijd schilderde:
namelijk een Israël dat in gerustheid leeft:
38:8 Na
geruime tijd zult gij een bevel ontvangen; in toekomende jaren zult gij
optrekken tegen het land dat zich van de krijg hersteld heeft, (een volk) dat
uit het gebied van vele volken bijeengebracht is op de bergen Israëls die tot
een blijvende wildernis waren geworden, maar het is uit de volken uitgeleid; allen wonen zij in gerustheid.
Deze
algemene gerustheid heeft zich sinds 1948 nog niet voorgedaan en intussen is
het wachten op een toekomstige algemene vredesregeling voor het Midden-Oosten,
met als resultaat een opgeven van muren en grendels door Israël. De
gerustheid zoals beschreven in vers 8 is als negatief te beschouwen. Zie het
hierna volgende Bijbelcitaat van de profeet Ezechiël.
Ezechiël
16:49 Zie, dit was de ongerechtigheid
van uw zuster Sodom: in trots, overdaad en
zorgeloze rust leefde zij met haar dochters zonder de ellendige en de arme te ondersteunen.
Het
toekomstige vredesverdrag zal (mis)leiden tot een zorgeloze rust dat
uiteindelijk geen heil zal brengen. Het is de invasie van Magog in Israël dat maakt
dat gans Israël ook geestelijk hersteld zal worden.
Ezechiël
39:25 Daarom, zo zegt de Here HERE, nu zal Ik een keer brengen in het lot van Jakob en Mij ontfermen over
het gehele huis Israëls, en ijveren
voor mijn heilige naam. 26 Zij zullen de smaad en al de ontrouw, waarmee zij
Mij ontrouw geweest zijn, vergeten, wanneer zij weer in hun land wonen, veilig,
zonder dat iemand hen opschrikt. 27 Als Ik hen uit het gebied der volken
terugbreng en hen uit de landen van hun vijanden verzamel, dan zal Ik Mij voor
het oog der talrijke volken aan hen de Heilige betonen. 28 En zij zullen weten,
dat Ik de HERE hun God ben, zowel wanneer Ik hen in ballingschap wegvoer onder
de volken, als wanneer Ik hen weer in hun eigen land verzamel, zonder dat Ik
iemand van hen daarginds achterlaat. 29 En
Ik zal mijn aangezicht niet meer voor hen verbergen, wanneer Ik mijn Geest
over het huis Israëls heb uitgestort, luidt het woord van de Here HERE. (NBG
Vertaling 1951)
Tot
slot wil ik opmerken dat de identificatie van Magog met Rusland, hen niet
slechter of beter maakt dan de andere huidige machtsblokken in de wereld. De
VS, de EU, NAVO e.a. landen en groepen streven allen in de huidige wereldcrisis
hun eigen programma s na, en hier is geen sprake meer van goeden of slechten,
zoals het zeventig jaar geleden ten tijde van de tweede wereldoorlog, zo duidelijker
onderscheidbaar was. De christen mag vandaag echter van één ding overtuigd
zijn: God heeft alles onder controle.
Wordt
vervolgd
Met
vriendelijke groet,
Robert
De Telder
|