'Ik word wakker. In mijn hoofd zijn mijn gedachten dadelijk actief en alert. Het is alsof duizend dingen moeten gezegd worden, maar ik kan niet luisteren. Ik probeer ze te negeren en vraag me af hoe ik me voel. Er is al zeker een gevoel van onbehagen. Ik heb me zelf jarenlang aangeleerd om al die vervelende gewaarwordingen van mijn lichaam op de achtergrond te zetten. Dankzij mindfullness maak ik af en toe een bodyscan. Ik ga voorzichtig in gedachten in mijn lichaam om het te voelen. Mijn maag doet raar, mijn hoofd heeft een strakke band, mijn mond is droog en heeft een vieze smaak en mijn lijf voelt zo moe. Het valt wel mee. Mijn gedachten roepen luider en proberen mijn aandacht te zoeken. Ik moet dus zo vlug mogelijk uit mijn bed om afleiding te zoeken.
In de living zie ik mijn cocon klaarstaan. Mijn zetel, mijn zachte deken, de computer en de afstandsbediening van de tv. Ik nestel me. Buiten is het nog donker. Het voelt als een warme verstopplaats. De computer gaat open op verschillende sites. De tv gaat open. Een vaste routine. De gedachten roepen wat minder hard.
Ik moet eten. Ik heb de hele dag honger. Het is een gevecht tussen mezelf en het eten rondom mij, met dank aan de cortisone. Soms heb ik de kracht om er aan te weerstaan, meestal ben ik te moe en geef er aan toe. Met lede ogen zie ik elke dag de wijzer van de weegschaal omhoog gaan.
Ik neem wat koffie en geniet van de warmte, van de smaak. Ik moet eten. Ik wil geen vette slechte dingen eten, maar een gezonde boterham. Ik drink langzaam mijn koffie leeg. Ik voel mezelf rechtstaan en naar de keuken stappen. Het mag niet. Ik neem een stuk taart. Stiekem. Ik voel schaamte en schuld opborrelen, maar de lokroep naar het stukje is groter en wint. Ik prop het in mijn mond. Het geeft een gelukkig, zalig gevoel en ik besef dat ik het hiervoor doe.
Het is 10.00u. Ik moet uit mijn cocon komen en het ontplofte huis opruimen. Ik moet strijken. Ik moet de was opvouwen. Ik moet berichtjes en e-mails sturen. Ik moet.. ik moet zoveel. Maar ik doe niets.Ik ben zo moe.
Mijn gedachten willen duizend dingen zeggen, maar ik luister niet. Even laat ik ze hier de vrije loop. Even maar. Om ze daarna terug te negeren. Ik probeer ze af te leiden en soms trappen ze er in. Dan gaat alle aandacht naar de cijfertjes en lijntjes op internet. En ze zwijgen. Even maar. '
Toen ik terug heel veel pijn kreeg in mijn schouders, stelde de huisdokter voor om cortisonespuitjes te geven. Ik sta daar normaal gezien niet voor te springen, maar liet het toch toe. Het viel me op dat het hierna beter ging op de revalidatie. De huisdokter vroeg zich hierdoor af of mijn lichaam, door aanhoudende stress, misschien zelf te weinig cortisol aanmaakte. Wanneer ik op internet informatie opzocht rond stress, bijnieruitputting en te weinig cortisol, dan viel ik van de ene verbazing in de andere. Wat een herkenning: cyste eierstokken, depressie, angst, voedselintoleranties, huidproblemen.
De dokter schreef me dus een cortisonekuur voor. In de praktijk betekende dit dat ik maanden cortisone nam tot het terug volledig afgebouwd was. Ik had hoge verwachtingen.
Na een tijdje voelde ik toch wel wat veranderen in mijn lichaam. Ik voelde me minder depri (om het met de woorden van mijn 14-jarige dochter te zeggen:), wou rondlopen en dingen doen. Zou het dan toch helpen? De wil om uit mijn zetel te komen was er, maar ik liep al vlug tegen mijn vermoeidheid aan, die nog aanwezig was.
'Ik zit in mijn bad. Ik ben moe, heel moe. Ik neem een stukje zeep in mijn handen, maar wacht nog even om me te wassen. Na een tijdje begint de zeep irritant aan te voelen in mijn hand. Overgevoelig zoals ik ben, voelt het verschrikkelijk aan. Maar ik blijf zitten zoals ik zit. Geen energie om het weg te leggen.'
En toch had ik niet het gevoel van -willen terugtrekken in mijn cocon met een deken over mij- zoals de weken ervoor. Er was iets dat me alert maakte. Het was alsof ik wakker werd uit een droom en ik de wereld rondom mij beter zag. Ik zag het huis en de rommel. Wat een verschil met de voorbije weken. Toen zat ik in mezelf en kon de wereld rondom mij me niet raken. Heel frustrerend allemaal, want ik bleek te moe om veel te doen.
En af en toe kwam het verdriet en de angst onverwachts terug piepen. Alsof ik ooit kon denken dat mijn dagelijkse pilletje al het verdriet van de voorbije maanden kon doen verdwijnen als sneeuw voor de zon. Ik moest zelf lachen wanneer ik mijn lied weer zong. 'I don't wanna hurt no more'. Ongelooflijk hoe mijn gemoed zo kon veranderen, zonder dat ik er controle over had.
Een lichtflits of was het een illusie? was het een droom? of alleen maar hoop? even knipperen en ik zag enkel de vertrouwde duisternis, maar de hoop was gebleven en nestelde zich dicht bij mij
Ik ben een vrouw van 46 jaar. Ik ben getrouwd en heb 2 dochters.
In 2011 kreeg ik te horen dat ik eierstokkanker had. Mijn leven werd even op pauze gezet. Erna begon een zoektocht. Stap voor stap ging ik door de verschillende fases van ontkenning, verdriet en angst.
Nu, in 2013, kom ik tot het besef, dat de zoektocht nog maar net begonnen is. Een zoektocht naar mezelf en naar mijn nieuwe toekomst. Ik heb mijn gevoelens teveel opzij gezet en opgesloten in vaten. In deze blog ga ik stap voor stap terug van toen naar nu en ga ik op zoek naar mijn emoties.