Wegens einde woonrecht in een woonzone werd afgelopen donderdag in de overvolle kerk van Doel na afloop van het concert The Last Post' geblazen. De waanzin van beslist beleid van de ideale schoonzoon van Vlaanderen gaat door. En de Vlaming telt beaat de appeltjes onder zijn appelboom. Enkel op hoogdagen zoals morgen op de ijzerbedevaart, op de hoge stelten van flinke woorden knetteren van verontwaardiging de melktandjes van fiere leeuwen. En verder, ja verder zwijgt men over Doel als vermoord. Dit stille zwijgen of beter de Meidung noemt men de loyale uitvoering van een regeerakkoord. En op zondag 6.9 gaan we weer lekker gordelen
Last Post in Doel: http://www.youtube.com/watch?v=vRrmldLvWW0 Niettemin wens ik onze Vlaamse politici in het zweet huns aanschijns een gezapig, vreugdevol en humaan beslistbeleid toe. Van ganser harte zelfs. Frank De Vos DorpsDichterDoel 2009-2011
Ik ben terug uit vakantie, en overweldigd door de rijkdom aan onderwerpen waarover ik het in deze blog zou kunnen hebben. De pracht van de Gaume bijvoorbeeld, het uiterste zuiden van België, waar Lin en ik tien heerlijke dagen hebben doorgebracht. Of de geneugten van het fietsen, zélfs in de nabije omgeving van Antwerpen. Lin heeft namelijk een probleempje met haar voet waardoor we hopelijk tijdelijk- geen lange afstanden kunnen wandelen zoals we dat al jaren doen tijdens onze vakanties. Voorlopig schakelen we dus over op fietsen.
Ik zou het natuurlijk ook kunnen hebben over de politieke ontwikkelingen van de afgelopen zomer. Over de revolte in de SP.a-afdelingen van Vlaams Brabant tegen de defenestratie van Frank Vandenbroucke. Over de profilering van Philippe Muyters als vertegenwoordiger van het patronaat in de Vlaamse regering. Over de oproep van Luc Cortebeeck om de betaalbaarheid van de sociale zekerheid te garanderen door een verhoging van de belastingen (read my lips, I will only say this once: raising taxes) op vermogens en winsten. Het stuitende getouwtrek rond Opel. Of de rel met Nederland over de verdieping van de Schelde. Maar daar is nog even tijd voor. Het politieke jaar is nog nét niet begonnen. Nog even genieten we van de laatste zomerwijn.
Ik kies daarom voor een overgangsonderwerp. Het onkruid in mijn tuin. Als je een tijdje van huis bent geweest in de zomer dan staat het onkruid in de tuin vaak hoog. Bij mij is dat dit jaar vooral het geval in mijn virtuele tuin: de reacties op mijn blog en op Facebook. Een aantal mensen had blijkbaar last van de warmte.
Sommigen menen zelfs te weten wat de inhoud van mijn job is, hoeveel ik daarmee verdien,en vinden ook dat ik veel te lang op vakantie ga en dat ik dus over veel geld en tijd moet beschikken. Anderen brachten aan het licht dat ik deel uitmaak van een wereldwijde communistische samenzwering. Hoewel dat maar het tipje is van de roddeltjes die in de SP.a en daarbuiten soms de ronde doen is het misschien interessant om het eens te hebben over mijn vakantie, mijn job en mijn politiek engagement en hoe ik dat alles zo goed en zo kwaad het kan met elkaar combineer.
Om met de vakantie te beginnen. Ik ben ambtenaar, en een van de interessante aspecten van dat statuut is dat het relatief lage loon ten opzichte van gelijkaardige verantwoordelijkheden in de private sector voor een stuk gecompenseerd wordt door meer vakantiedagen. Dat is mooi meegenomen als je je politiek engageert. Vorig jaar ging het grootste deel van mijn vakantie bijvoorbeeld op aan het schrijven van mijn boek. Het jaar daarvoor waren het de voorzittersverkiezingen in de SP.a. En dit jaar heb ik vier weken verlof genomen in mei en juni om de verkiezingscampagne te kunnen voeren. Restten dus twee weken échte vakantie waarvan we de eerste dagen gebruikt hebben om het puin te ruimen dat sinds de campagne was blijven liggen. Daarna zijn we voor tien dagen naar de Gaume vertrokken, waar we verbleven in Florenville bij een kranige oude dame van 83 jaar die een kamer verhuurde.
Dan mijn job. Die is ongelooflijk boeiend. Waarschijnlijk de boeiendste job na die van Patrick Janssens, als het al niet omgekeerd is .Ik ben namelijk milieuambtenaar bij de stad Antwerpen, en in die functie ben ik coördinator van de milieutoezichters van de stad. Je zou het een soort milieupolitie kunnen noemen, zij het dat wij met bestuurlijke maatregelen werken en niet te vaak op de strafrechtelijke toer gaan. Dat is de taak van de échte politie. Elke dag gebeurt er in onze stad en in onze job wel weer iets anders. Er begint een container te lekken, of de brandweer vraagt advies bij een bedrijfsbrand. Er wordt asbestafval aangetroffen. Een stankgolf trekt vanuit de haven over de stad. Of luchtverversingsinstallaties van grote gebouwen maken teveel lawaai met het warme weer. Iemand houdt gifslangen op een appartement. In een woonbuurt worden in een achterliggend magazijn scheikundige stoffen opgeslagen. Elektronisch afval probeert zijn weg te vinden naar Afrika. De waterzuiveringsinstallatie van een olieraffinaderij begeeft het. Popfestivals produceren teveel decibels. Een in allerijl ontruimd drugslabo dumpt zijn grondstoffen in de gracht. Je noemt het maar.
Dat soort incidenten houdt zich niet aan de kantooruren. Wij zeggen hier: Shit komt in clusters, en in het bijzonder op vrijdagnamiddag. Mensen werken dan wat haastiger of zijn moe van de week, en er gebeuren meer incidenten. Anderen zijn al wat vroeger thuis, gaan in hun tuin zitten en zijn op dat ogenblik extra gevoelig voor stank en lawaai. Doorgaans hebben we op vrijdagnamiddag de handen vol en kloppen we overuren, in het bijzonder in de zomer. Op vrijdag 10 juli bijvoorbeeld
Om alles te kunnen opvangen hebben we ook een 24/24 en 7/7 permanentie, de Milieuwacht. Ik ben dus geregeld van wacht, ook s nachts en in het weekend. Dat impliceert dat je midden in de nacht door de politie uit je bed gebeld wordt en aan het werk gaat. Het impliceert ook dat je in die periode de stad niet verlaat.
Welk loon staat daar tegenover? Een directeurswedde lees ik tussen het onkruid op mijn blog. Wel, het loon van een ambtenaar is openbaar: ik verdien het loon van een niveau A met 9 jaar anciënniteit (plus 7 anciënniteitsjaren meegenomen uit een vorige job in een openbaar bestuur). Om je een idee te geven: dat is ongeveer wat de best betaalde arbeiders verdienen, namelijk zij die volcontinu werken in de petroleumindustrie.
Het is een redelijk loon, ik klaag er niet over. Ik besteed daarvan maandelijks een 300 euro aan mijn politiek engagement.
Heb ik verder nog iets aan te geven? Ja, in 1999 kocht ik voor een prikje een afgeleefde woning in Antwerpen noord, een van de achtergestelde buurten van de stad. Met veel hard labeur en met de hulp van vrienden en kennissen heb ik daar drie appartementen gerenoveerd, die ik momenteel verhuur aan jonge mensen voor zeer sociale tarieven (circa 60 procent van de gangbare huur). Een mini sociale woningmaatschappij zeg maar. Op het gelijkvloers is het secretariaat van Vonk gevestigd. Het is niet mijn ambitie aan dat huis iets te verdienen. De waarde ervan op zich is natuurlijk een soort spaarpotje.
De communistische samenzwering dan. Toen ik in 1979 lid werd van de (B)SP beschouwde ik mezelf als marxist. Toen al, nu nog altijd. Tot mijn verrassing was er in de SP, en in het bijzonder in de Jongsocialisten, een marxistische stroming aanwezig, de Vonk. Ik heb me daarbij aangesloten, ben er tot op de dag van heden nog altijd lid van, en ik heb dat nooit onder stoelen of banken gestoken. Integendeel, ik heb jarenlang de Vonk gecolporteerd en ervoor geschreven. Vandaag gebeurt dat nog weinig omdat ik er geen tijd meer voor heb.
Met de Vonk waren we erg prominent aanwezig in de Jongsocialisten. Hebben we daarbij fouten gemaakt? En of! We waren jong, scherp, en te weinig getekend door mensenkennis of levenservaring. Enfin, als je nog wat van de sfeer wil opsnuiven, lees de bijdragen van ene GB op mijn blog, of van sommige jonge gasten van SP.a Rood of van de Vonk die er soms ook wel wat van kunnen. Komt wel goed. Veel stuitender was de manier waarop de partijleiding toen met ons meende te moeten omgaan. Misschien moeten we die geschiedenis nog eens opschrijven.
Marxisten beschouwen het werk van Marx, Engels, Lenin, Trotski, Gramsci, Grant en andere vooraanstaande marxisten als onmisbaar in het analyseren en begrijpen van de samenleving. Vanuit dit begrijpen kan er vervolgens tot doordacht handelen worden overgegaan. Net zoals een ingenieur nood heeft aan Euclides, Newton en Fourier.
Marxisten zijn er ook van overtuigd dat er een andere samenleving nodig is, een socialistische samenleving. In die zin zijn we revolutionairen. Maar het heeft geen enkele zin om alle daarbij horende karikaturen en vooroordelen op ons los te laten. We zetten ons trouwens met volle overtuiging in voor verbeteringen binnen de bestaande maatschappelijke orde, en we respecteren voluit de democratie, die we echter lang niet democratisch genoeg vinden.
Vonk werkt in een internationaal verband: de IMT, of International Marxist Tendency. Het is grosso modo een stroming die van oordeel is dat de plaats van marxisten is in de grote linkse partijen, en dat het voortdurend opsplitsen in kleine sectarische partijtjes een steriele bezigheid is.
Onze aanwezigheid in de SP.a kan bij sommigen binnen en buiten de partij wrevel opwekken, maar ze is volkomen legitiem. Het marxisme heeft altijd deel uitgemaakt van de BWP, de BSP, de SP en de SP.a, en zal dat blijven doen.
Wat is nu het verband tussen Vonk en SP.a Rood? SP.a Rood is een veel bredere linkse stroming in de SP.a, hoofdzakelijk bestaande uit niet-marxisten. Het is een stroming die van de SP.a opnieuw een authentiek socialistische partij wil maken die dan misschien niet revolutionair is, maar tenminste wel reformistisch in de zin dat ze de strijd aangaat voor socialistische hervormingen of voor het behoud van socialistische verworvenheden.
Vonk steunt die inspanning en is er goed in vertegenwoordigd. Maar SP.a Rood beslissingen worden door SP.a Rood genomen en door niemand anders. Zo transparant, collectief en democratisch mogelijk.
Daarmee is het onkruid in mijn tuin voor een tijd gewied. Maar ik maak me geen illusies, het zal blijven opschieten. Toch hoop ik dat we in de toekomst eens op een andere manier met elkaar kunnen omgaan, in plaats van elkaar voortdurend voor verrot te schelden en elkaar intentieprocessen aan te doen. Want ook dat is een deel van de oorzaak van de miserie van links.