In de "Keien van de Wetstraat" van 16 november kon Caroline Gennez niet kiezen tussen Cuba of Toscane. "De zon schijnt in allebei, maar het eten is beter in Toscane"...
In hetzelfde programma benadrukte ze tevens het belang om met duidelijke standpunten naar buiten te treden...
De kans is groot dat de universiteit van Leuven op weg is om een krachtig geneesmiddel te ontwikkelen tegen een aantal vormen van kanker. Het geneesmiddel blokkeert de PIGF-groeifactor in tumorcellen, zonder daarmee een negatief effect uit te oefenen op gezond weefsel (De Standaard. 2/11/2007).
Dit is uiteraard een bijzonder hoopvolle ontwikkeling. Tegelijk licht deze wetenschappelijke doorbraak een tip van de sluier op wat betreft het betaalbaar houden van onze gezondheidszorg. Universiteiten worden namelijk betaald met overheidsgeld. Het betreft hier dus het resultaat van wetenschappelijk onderzoek dat voornamelijk publiek gefinancierd werd. Het mag niet zijn dat straks private firmas de winsten zullen opstrijken van dit onderzoek, terwijl het geneesmiddel door zijn kostprijs misschien buiten het bereik zal blijven van mensen die er nood aan hebben. Iedereen moet de vruchten kunnen plukken van wetenschappelijk onderzoek, zéker wat de gezondheidszorg betreft.
In een eerste fase zou het publiek gefinancierde medisch-wetenschappelijk onderzoek moeten worden omgezet in een publieke participatie in en publieke medezeggenschap over de farmaceutische sector. Zo vermijden we bvb. bittere tragedies zoals bij Janssen Farmaceutica. En uiteindelijk zou ook de farmaceutische industrie een volledig publieke sector moeten zijn.
Inderdaad, De Bruyn wil alweer nationaliseren Maar het is net het privé-bezit van al deze essentiële productiemiddelen dat een politiek dogma is. Dat economische sectoren zoals energie, farmaceutica, banken en verzekeringen onder de publieke sector zouden moeten vallen en democratisch zouden moeten worden aangestuurd is niet dogmatisch maar louter rationeel. Zowel de kosten als de baten in deze sectoren moeten worden gedragen door de gemeenschap, en de prioriteiten ervan moeten gemeenschappelijk en democratisch worden gepland.
Er is nog een andere manier om de gezondheidszorgen betaalbaar te houden: preventie. Eén op 8 niet-rokende Vlamingen sterft aan kankers veroorzaakt door milieuvervuiling, in het bijzonder kankers veroorzaakt door fijn stof. Dat fijn stof wordt veroorzaakt door de industrie, maar ook door het verkeer. Het gaat over 10.000 dodelijke longkankers per miljoen inwoners. Als we dan zien dat het in een stad als Antwerpen anno 2007 nog altijd onbegonnen werk is om rond de autosnelwegen die dwars door de agglomeratie lopen geluidsschermen op te richten die tegelijk ook het fijn stof neerslaan, dan zien we waar de prioriteiten liggen in dit land. Het is wellicht belangrijker om het aandeel van de patiënten in het betalen van de ziekenhuiskosten verder op te drijven om op die manier van gezondheid een lucratieve business te maken i.p.v. een recht voor iedereen.
Ik hoorde op het SP.a congres afgelopen zondag talrijke oproepen om de eenheid te herstellen en voor een stevige oppositie tegen de oranje-blauwe regering die in de steigers staat. Ik hoorde ook verschillende oproepen om opnieuw één front te vormen met de vakbonden in het algemeen en met het ABVV in het bijzonder.
Een eerste gelegenheid voor de nieuwe voorzitster om de woorden van het congres (het hoogste orgaan in de partij) om te zetten in daden kondigt zich al zéér snel aan: vrijdag roept ACOD-Spoor op om één uur het werk neer te leggen tegen de plannen van oranje-blauw om het stakingsrecht in te perken en een minimumdienstverlening in de openbare diensten op te leggen.
Als we ons efficiënt willen verweren tegen het asociale beleid dat momenteel in de steigers staat dan zullen we de vakbonden hard nodig hebben. Die zullen voluit moeten beschikken over hun sterkste wapen: het stakingsrecht.
In het kader van de eenheid, de partijdemocratie én de strijd tegen de rechtse regering in de maak is het dan ook evident dat SP.a de staking van vrijdag voluit en openlijk zal steunen.
Sinds gisteren is het hek helemaal van mijn mailbox. De sympathiebetuigingen, steunmails en hoerakreten blijven maar binnenstromen. Ik wil jullie allemaal héél hartelijk danken daarvoor, de warmte van de open partij stroomt mij momenteel weldadig tegemoet
Het is bijna niet meer mogelijk om iedereen individueel te beantwoorden. Mijn verontschuldigingen daarvoor. Het kan wél zijn dat jullie de komende weken een mail krijgen van SP.a Rood om eens te polsen in hoeverre jullie willen meewerken. Vele handen en vooral hoofden zullen het socialisme weer op de agenda zetten in Vlaanderen!
De omvang van het politiek potentieel dat SP.a Rood met de campagne voor het voorzitterschap opbouwde is nauwelijks te overzien. Belangrijker nog dan de 34 procent van de stemmen voor Elke en mezelf is dat wij voor 66 procent de inhoud hebben bepaald van de tussenkomsten op het congres van 21 oktober. Ik hoorde er spreken over onbetaalbare woning- voedsel- en energieprijzen, over een democratische partij, over een front met de vakbonden, over het feit dat je niet alleen arbeiders op de lijsten moet plaatsen maar vooral hun eisen moet vertolken, over de overbodigheid van een kartel met Spirit en de noodzaak van solidariteit tussen Vlamingen en Walen. Als kroon op het werk was er Fred Patrie en zijn vurig pleidooi voor een vermogensbelasting. Allemaal themas die SP.a Rood in de campagne heeft gebracht. Als kersje op de taart noemen we elkaar terug kameraden, en noemen we onszelf opnieuw socialisten. Dit congres ging gelukkig niet over vrijheid en zekerheid, het ging gelukkig niet over genetisch gemanipuleerd socialisme maar over authentiek socialisme.
Rond dat authentiek socialisme zal SP.a Rood de komende jaren zélf actie voeren indien de partij het zelf niet doet. Want we zijn daartoe gelegitimeerd door een congres.
Yves Desmet tracht in zijn editoriaal van 22 oktober nog krampachtig de deur gesloten te houden. Maar het is te laat. Naast die ene gesloten deur gingen er de afgelopen weken honderden deuren open. De meest verzuurde hoofdredacteur van Vlaanderen is een beklagenswaardig man: hij ziet zijn ideaal van een socialisme van de derde weg op niets uitlopen maar moet nog door een rouwproces.
Maar dat geeft hem niet het recht om gewone mensen te beledigen. Dat hij mij verguist vind ik niet zo erg. Het omgekeerde zou me onrust baren. Maar beledigende flauwiteiten over toogtijgers en volkshuizen als beschermde werkplaatsen laat hij best achterwege. Als ik zie hoe de zaken die ik aan journalisten van De Morgen vertel steeds weer in een compleet verneukelde vorm in de paginas van die vrij marginale krant worden weergegeven, dan lijkt het mij daar veel méér een beschermde werkplaats te zijn dan de volkshuizen.
Het is volbracht. De campagne voor het voorzitterschap is ten einde. Het deed me deugd om zaterdag op de allerlaatste meeting in Brussel nog vele medestanders van het eerste uur te hebben teruggezien. Met dat eerste uur bedoel ik het einde van de jaren zeventig, toen ik scheikunde studeerde aan de Vrije Universiteit te Brussel, en waar ik ook mijn politieke activiteiten startte bij de Aktief Linkse Studenten (toen nog de studentenorganisatie van de SP, nu helaas in een klein links doodlopend steegje gesukkeld).
Het resultaat zal goed zijn, zoveel is zeker. Er staat opnieuw een linkervleugel op de kaart in de sp.a.
Het bedroeft me dan ook dat ik zaterdagochtend het overlijdensbericht van Jakke Schelfhout in de brievenbus vond. In Jakke en zijn vrouw Irma beiden lid van de partij in mijn afdeling Deurne- heb ik altijd strijders gevonden voor een linksere, socialistische koers voor de sp.a.
Jakke was een medewerker aan het weekblad Links in de jaren 70. Hij zette zich onder andere fel in voor de internationale solidariteit met Cuba en Nicaragua. Ik hoop dat Jakke in zijn laatste levensdagen nog gemerkt heeft dat het vaandel van de linkerzijde in de partij weer wordt opgenomen.
Ik wil hier ook hulde brengen aan twee sterke vrouwen. Eerst en vooral aan mijn vrouw Lin Van Rompaey die mijn logistieke steun en coach was, en die in die functie een half partijapparaat heeft moeten compenseren. En dat naast haar job én haar moeilijke taak als hoofdafgevaardigde voor de ACOD bij de stad Antwerpen, een bedrijf dat niet steeds een personeelsvriendelijk beleid voert.
En ten tweede aan Elke Heirman, die ondanks haar jeugdige leeftijd enorm gegroeid is in haar kandidatuur voor het ondervoorzitterschap. Elke moest deze campagne zien te combineren met de eerste maanden van haar eerste jaar als onderwijzeres in een basisschool te Hoboken, waar ze meteen met heel wat sociale achterstelling wordt geconfronteerd. Zonder haar moedige en bijna roekeloze beslissing in juli om er samen met mij voor te gaan was dit allemaal niet mogelijk geweest. In Elke herken ik de strijdlust, verontwaardiging en oprechtheid van een grote socialiste waarvan we nog veel zullen horen.
Als gevolg van de minachtende houding van de directie hebben de vakbonden, in gemeenschappelijk front, besloten om vandaag zaterdag 29 september tot actie over te gaan. Omdat de organisatie van een algemene staking op zo een korte tijd niet mogelijk was, wordt het accent gelegd op de 16 winkels die door sluiting bedreigd zijn.
Eén van die 16 winkels bevindt zich op een paar honderd meter van mijn woning in Deurne Noord, aan de Ten Eekhovelei. Lin en ik brachten dan ook een solidariteitsbezoek aan het piket dat niet zozeer werkwilligen of boze klanten moest trotseren (de buurt is solidair) maar wél de stromende regen.
Wij zijn héél tevreden over de dienstverlening in onze GB. En we hebben nog méér bewondering en respect voor het werk van de kassiersters nu we vernomen hebben onder welke moeilijke omstandigheden ze vaak moeten werken. Moeilijke werkuren en lastige taken worden door de leidinggevenden bij voorkeur naar het gewone werkvolk doorgeschoven. Zo blijven ze zelf beschut. Opleiding is vrijwel onbestaande, nieuwkomers moeten hun plan maar trekken en worden zo goed en zo kwaad het kan opgevangen door de anciens. Winkeldiefstal en drugs- en alcoholgebruik komen in onze niet zo gemakkelijke wijk vaak voor en daar krijgen onze kassiersters ook mee af te rekenen.
Onze wijk zou met het verdwijnen van de GB een zoveelste klap moeten incasseren. De ironie wil dat men na het sluiten van het lokale postkantoor -in maart van dit jaar- een postpunt had gecreëerd bij de lokale GB. Dat zijn we nu dus ook kwijt.
Toch heeft Carrefour, zoals de BBTK het op haar website stelt, zijn keuze gemaakt:
liever de aandeelhouders belonen dan werk van kwaliteit uit te bouwen.
Alle mooie woorden ten spijt komt er bij de meeste werkgevers weinig in huis van maatschappelijk verantwoord ondernemen, ook niet bij Carrefour. Dat zullen we enkel van buitenaf kunnen opleggen: onder andere door een betere sociale bescherming voor alle werknemers in dit land.
Erik De Bruyn wil de uitslag van de voorzittersverkiezingen in de sp.a niet afwachten om alvast samen te werken rond datgene waarrond de kandidaten het eens zijn.
De Bruyn stelt vast dat Caroline Gennez op haar blog wonen een basisrecht noemt. Hoewel het niet in haar intentieverklaring staat en wél in die van Erik De Bruyn meent zij samen met De Bruyn dat 10 procent van de woningen sociale woningen moeten zijn.
Deze eis is het onderwerp van de Actie voor betaalbaar wonen in Vlaanderen. De actie bestaat in haar huidige fase in een verzoekschrift aan het Vlaams Parlement om een gedurfd plan op te stellen om in 20 jaar tijd tot 20% sociale woningen te komen in de grote steden en in Vlaanderen een gemiddelde van 10%.
Indien 15.000 inwoners van België dit verzoekschrift ondertekenen, moet de initiatiefneemster gehoord worden in het Vlaams Parlement. De hoop is dat dit de aanzet zou zijn tot een serieus debat (en besluitvorming) in het Vlaams Parlement.
De actie werd midden 2006 opgestart door Anke Hintjens, toen onafhankelijk kandidaat op de sp.a lijst bij de gemeenteraadsverkiezingen in Gent. Sindsdien werden door de actiegroep vormingsavonden en debatten georganiseerd, werd er deelgenomen aan ludieke acties en werden handtekeningen opgehaald op markten, feesten en festivals.
Momenteel zijn er 6.100 handtekeningen opgehaald. Zij zitten dus nog een behoorlijk eind van de vereiste 15.000.
Binnenkort krijgen alle 58.000 sp.a-leden een stembrief in de bus in het kader van de voorzittersverkiezingen. Erik De Bruyn stelt voor om bij deze brief meteen ook een oproep te voegen om de petitie te ondertekenen, en aldus het gat naar de 15.000 handtekeningen dicht te rijden.
Meer achtergrondinformatie is te vinden op de website van de actiegroep Betaalbaar wonen (www.actiebetaalbaarwonen.be).
Iemand op deze blog vond de uitleg die ik op 6 september in Geel (Kempen) gegeven had over economische democratie maar slappe kost. De sociale tragedie die de Kempen echter te verwerken krijgen met de reorganisaties bij Janssen Farmaceutica zij echter allesbehalve slappe kost. Dit is nu echt een schoolvoorbeeld van gebrek aan economische democratie. Duizenden werknemers gaven gedurende jaren het beste van zichzelf en bezorgden het bedrijf astronomische winstcijfers. De nettowinsten piekten in 2004 tot méér dan 400 miljoen euro of circa 17 miljard oude Belgische franken, een bedrag hoger dan de totale loonlast van het bedrijf. Ook vorig jaar werd er nog een riante 200 miljoen euro nettowinst gemaakt. Janssen werd daarbij geholpen door belastingverminderingen en subsidies van de Belgische overheid, ons geld dus. We zwijgen dan nog over de publiek gefinancierde research door universiteiten die door diezelfde farmasector ook gretig als grondstof wordt gebruikt. Ondergetekende kan ervan meespreken, de resultaten van zijn universitair proefschrift over adrenergische receptoren in de jaren tachtig belandden ook bij de farma-industrie.
Toch is het voor aandeelhouders nooit genoeg. In ons ondemocratisch economisch bestel hebben zij het recht om in functie van winsten die altijd moeten stijgen duizenden hardwerkende mensen aan de deur te zetten. Net zoals feodale heren in de middeleeuwen konden beschikken over het lot van hun lijfeigenen.
Vanavond kozen ook Nieuwpoort en Knokke-Heist onze zijde. Behalve hoofdplaats Brugge betekent dit dat in West-Vlaanderen de volgende afdelingen de kandidatuur van Elke en mezelf ondersteunen: Deerlijk, Diksmuide, Middelkerke, Kortemark, Knokke-Heist, Kuurne en Nieuwpoort. De belangrijke afdeling Blankenberge verkoos neutraal te blijven. Ook Kortrijk sprak zich niet uit.
Vanochtend sprak Melissa Van der haeghen, fractieleidster van de sp.a in de Oost-Vlaamse provincieraad zich op radio 1 eveneens gunstig uit over onze kandidatuur.
Het zal nu wel stilaan duidelijk worden dat de steun voor Elke en mezelf geen lokaal verschijnsel is, en evenmin het produkt is van schimmige mobilisaties of andere samenzweringen, en dat ze ook al niet te herleiden is tot afrekeningen tussen oude en nieuwe gardes.
Caroline mocht, kon en zou in Gent niet verliezen. Het zou het einde hebben betekend van haar kandidatuur. De partijtop in Gent (een krachtige, professionele organisatie die nog zéér veel krediet heeft bij de basis, een afdeling waar Antwerpen trouwens van kan leren) heeft dan ook alles op alles gezet om dit te vermijden. Tijdens het gesloten gedeelte van de vergadering (waarop de kandidaten niet aanwezig konden zijn) waren de donderspeeches hoorbaar tot op de straat. De vergadering was bovendien geen algemene ledenvergadering maar een "partijraad", een orgaan dat het midden houdt tussen een partijbestuur en een algemene ledenvergadering.
Onder de gegeven omstandigheden ben ik dan ook zéér tevreden met mijn resultaat van 21 procent! Temeer omdat ik het al voor de vergadering voor de camera van de VRT had voorspeld (20 procent).
De slag om de afdelingen is behoudens enkele navolgende schermutselingen voorbij, de slag om de leden kan nu beginnen.
In de namiddag ging ik ook nog spreken in Asse, nadat Caroline daar vorige week al was gepasseerd. Het werd een zeer levendige discussie die leidde tot een 50/50 patstelling. Asse steunt dus geen van de kandidaten.
ABVV Crown Cork Antwerpen: waar het allemaal begon
Gisterenavond had ik het genoegen om te mogen spreken voor de ABVV-militanten van Crown Cork Antwerpen, een fabriek in de metaalsector die verpakkingsmateriaal maakt.
Het werd een hartelijk weerzien. Want het was eigenlijk aan de fabriekspoort van Crown Cork dat op 4 oktober 2005 de basisidee van wat even later SP.a Rood zou worden, geboren werd. Ik was die dag al vroeg uit de veren om de algemene staking van het ABVV tegen het Generatiepact te ondersteunen aan de poort van het bedrijf dat het dichtst bij mij thuis gelegen is (zie foto). Ik was die dag (en ook nu nog) sterk onder de indruk van de vastberadenheid waarmee gewone mensen tégen de stroom in opkomen voor hun rechten. De ABVV-militanten moesten in die dagen immers optornen tegen een verenigd front van politieke partijen (waaronder tot onze grote schande ook de sp.a!) journalisten en professoren die allemaal in koor uitzongen dat we langer en harder zouden moeten gaan werken om onze pensioenen nog betaalbaar te houden. Ze moesten opboksen tegen een beeldvorming in de media die hen bijna als halve criminelen afschilderde. Ze konden op zijn zachtst gezegd niet echt rekenen op de strijdmakkers van het ACV, toch al zeker niet in die moeilijke eerste uren en dagen.
Als sp.a staan wij tegenover de vakbondsbasis van oktober 2005 in het krijt. We moeten die schuld vereffenen. We moeten opnieuw durven zeggen dat de betaalbaarheid van onze sociale zekerheid geen kwestie is van langer en harder werken zoals het neoliberale Europa ons voorhoudt. De sociale zekerheid zal ruimschoots betaalbaar blijven en zelfs versterkt kunnen worden op basis van een eerlijke herverdeling van de rijkdom die door onze economie wordt voortgebracht. Als ik voorzitter word zal ik onmiddellijk deze correctie in het partijstandpunt uitvoeren. Duidelijker kan ik daarover niet zijn.
Ik stel vast dat men op deze blog nu de pijlen richt op mijn medewerkers en op mijn medekandidaat voor het ondervoorzitterschap Elke Heirman. Zij kunnen daar tegen. Zij weten datde politieke omgeving een beenharde omgeving is waar je niet moet vertoeven voor je plezier.
Vooral Elke Heirman is op dat vlak een harde tante. Ik ben haar véél verschuldigd. Zij trok vanaf het begin mee aan de kar van SP.a Rood. Ze slaagde erin om in moeilijke omstandigheden in Brasschaat (sociologisch niet direct dé plaats om een rood bastion uit te bouwen) de SP.a weer op de kaart te zetten.
Voor het overige kan ik bogen op een groep fantastische vrijwilligers die SP.a Rood elke dag opnieuw weer gestalte geven en doen groeien. Zonder hen was alles wat we tot op heden hebben bereikt nooit mogelijk geweest. Maar een professioneel team is dit natuurlijk niet. En dat men hier en daar al eens een steek laat vallen is niet meer dan normaal. Het potentieel van deze kameraden is echter zeer groot: in de partijstructuren hebben ze tot op heden niet veel méér mogen ondervinden dan tegenkanting. En dan is dat laatste woord nog een eufemisme. Enkel hun socialistische overtuiging doet hen elke dag opnieuw de rug rechten. Maar zo leer je wel vechten voor je ideeën natuurlijk. En die strijdlust zullen we nog hard nodig hebben in een Vlaanderen waarin de rechterzijde nu aan zet is.
Robert Voorhamme zegt het, de Gazet van Antwerpen schrijft het en zelfs klein links is het er uit frustratie mee eens: de overwinning in Antwerpen is een lokaal verschijnsel, men stemde voor het principe van twee kandidaten, het was een samenvloeien van allerlei ongenoegen maar het was zeker geen stem voor De Bruyn.
Zij die op de vergadering van 8 september aanwezig waren en de tussenkomsten hebben gehoord weten wel beter. Er werd sterk inhoudelijk gedebatteerd.
Bovendien verliest men daarbij uit het oog dat Antwerpen slechts één van de twintig afdelingen is die mij steunt. Weliswaar veruit de grootste, maar toch. Men verliest ook uit het oog dat er zelfs in Mechelen steun zichtbaar wordt voor mijn kandidatuur.
Maar goed, ik stel dus vast dat er nog steeds ruis zit op mijn boodschap dat de partij weer naar links moet, en dan vooruit. Dus vraag ik met aandrang aan andere afdelingen buiten Antwerpen om deze boodschap te versterken!
Op een algemene ledenvergadering met circa 200 aanwezigen heeft stadspartij Antwerpen
-met haar ongeveer 4500 leden veruit de grootste sp.a afdeling van Vlaanderen- vanochtend beslist om mij voor te dragen voor het nationale voorzitterschap van de sp.a .
Deze beslissing werd genomen met een meerderheid van 59 procent. Een eerdere beslissing van het afdelingsbestuur om Caroline Gennez voor te dragen werd hiermee door de leden teniet gedaan.
Ik wil de Antwerpse afdeling en haar voorzitter Dirk Wiesé danken voor de zeer correcte en democratische afhandeling van deze episode. En ik wil ook alle partijleden danken die mij vanochtend hebben gesteund!
De nationale voorzittersverkiezingen treden hiermee in een kwalitatief nieuwe fase. Vanaf nu voldoe ik aan alle statutaire voorwaarden om effectief kandidaat te zijn: tenminste 10 afdelingen in tenminste 2 provincies met allemaal samen 5000 leden moeten mijn kandidatuur voordragen. Ik heb ondertussen een 20-tal afdelingen in 4 provincies met allen samen circa 7000 leden.
De lezing die Yves Desmet geeft van het rapport Janssens doet dit rapport oneer aan. En wees gerust, voor ondergetekende is dit rapport géén nachtmerrie. Zo lees ik op pagina 22 bijvoorbeeld twee belangrijke vaststellingen die zéker als je ze aan elkaar koppelt- een belangrijke steun in de rug zijn voor mijn kandidatuur.
Die twee vaststellingen zijn ten eerste dat de partij de klassieke socialistische themas teveel links heeft laten liggen en ten tweede dat de inhoudelijke verschillen met de andere partijen te gering waren . Samengevat is dat één van de kernpunten van mijn intentieverklaring: de partij moet zich duidelijker profileren op haar klassieke sociaal-economische themas. Daarvoor is een derde luik nodig van het ideologisch congres, waarbij we terug moeten durven luisteren naar de vakbonden. Dit laatste maakt van mij voor Yves Desmet wellicht een door hem gehate volkshuissocialist, maar het is wel wat ik in het rapport van mijn burgemeester lees.
Ik voel mij ook gesteund door de vaststelling dat de leden zich te weinig betrokken voelen bij de besluitvorming van de partij, en dat die verkrampte houding vaak eigengereid overkwam bij de achterban (pagina 32) en dat er opnieuw geïnvesteerd moet worden in de partijwerking (pagina 33). Een eerste stap om hieraan iets te doen lijkt mij het organiseren van een échte voorzitterverkiezing met verschillende kandidaten en verschillende visies, zodat de leden opnieuw een keuze hebben, en de overwinning van de toekomstige voorzitter een doorleefde en legitieme overwinning wordt.
Wat ik niet lees (en Yves Desmet wel) is een verhaal over een netjes ingedekte linkerflank. Het rapport spreekt over een groene flank (pagina 25) . Deze groene flank werd afgedekt doordat de partij sterk inzette op dit thema (eveneens pagina 25). Er is gewoon geen dreiging op links voor de sp.a. Groen! speelt die rol al lang niet meer. Wat dat betreft moet de sp.a alleen schrik hebben van zichzelf: door nog méér naar het centrum te schuiven op haar traditionele themas trekt ze op den duur een vacuüm langs links en kan die dreiging en versplintering er uiteindelijk toch nog komen, zoals dit in andere omliggende landen reeds het geval is.
Waar het rapport over de grenzen heen kijkt blijft het trouwens schromelijk in gebreke. Enkel de buitenlandse zusterpartijen worden hier als ijkpunt genomen. Zo leer je natuurlijk weinig. In alle ons omringende landen is de sociale structuur van de samenleving nauwelijks anders als bij ons. Toch scoren in al die landen relatief grote socialistische partijen die zich duidelijk links van de traditionele sociaaldemocratie profileren. Ze scoren bovendien in belangrijke mate ten koste van extreem-rechts. Dat stemt mij zéér optimistisch: Vlaanderen moet voor mij de eerste regio in Europa worden waar men de sterke punten van de nieuwe linkse partijen zoals SP en Die Linke combineert met de troeven van de klassieke sociaaldemocratie. Want laten we duidelijk zijn: Vlaanderen kan zich géén versplintering van haar linkerzijde veroorloven.
Laat me tenslotte eindigen met een belangrijke vaststelling van Yves Desmet (én van het rapport) waarmee ik het ook eens ben: de socialisten hebben geen wervend verhaal meer.
Ik ben zo stoutmoedig om een voorstel te doen. De gloriedagen van de socialistische beweging werden geschreven toen de socialisten erin slaagden de maatschappij ingrijpend te democratiseren. Eerst was er de politieke democratisering met het afdwingen van het algemeen stemrecht. Na de tweede wereldoorlog volgde een sociale democratisering: degelijk onderwijs, huisvesting en gezondheidszorg werden in het bereik gebracht van iedereen. Aan het begin van de 21e eeuw moeten we een nieuw en wervend verhaal brengen over economische democratisering. Dat is in wezen een optimistisch verhaal: nooit eerder in onze geschiedenis waren we zo rijk en productief. Wetenschap en technologie zijn tot op een nooit eerder gezien niveau ontwikkeld. De mogelijkheden zijn daar om de grote sociale en ecologische kwesties van onze tijd aan te pakken. Wat ontbreekt is economische democratie: de middelen moeten worden ingezet niet daar waar zij het meeste winst opleveren, maar daar waar zij het hardst nodig zijn. Het is een verhaal waar gewone werkende mensen zowel als de beter gesitueerde maar kritisch denkende middenklassers zich in zouden kunnen terugvinden. Meteen is daarmee een ander pijnpunt uit het rapport Janssens aangepakt, namelijk de dualisering van de socialistische achterban.
Ik hoop dat het voor Yves Desmet geen nachtmerrie wordt, maar ik zal de komende dagen en weken tijdens mijn tournee langs de spa. afdelingen uitgebreid citeren uit het rapport Janssens. In mijn voordeel.
Erik De Bruyn
4 september 2007
PS Deze tekst zal verzonden worden als opiniestuk naar De Morgen.
Zoals elke analyse bevat ook het document Janssens een resem interessante informatie en invalshoeken. Globaal gezien laat de analyse me echter op mijn honger zitten omdat ze erg marketingtechnisch is en weinig politiek. Als exact wetenschapper kan ik ook genieten van scattergraphs en regressierechten maar dat is slechts alaam.
Het rapport ontwaart een lange termijn analyse in de neergang van de sp.a. Daarin waren er twee positieve uitschieters: 1985 en 2003. Het is net van daaruit dat een politieke analyse zou moeten beginnen. Maar die komt er niet. Net in 1985 en in mindere mate in 2003 had het verkiezingsprogramma een uitgesproken links en socialistisch cachet. In 1985 met het erg radicale SP-alternatief dat goed was voor 30 procent van de stemmen in Vlaanderen, in 2003 met het gratis verhaal van Stevaert. In de twee gevallen brachten we een andere visie op economie, fiscaliteit, betaalbaarheid van diensten enzovoort.
Volgens de Janssens-analyse verliest de sp.a vooral op rechts en minder op links. Dat kan ook moeilijk anders: er is geen linkerzijde in Vlaanderen buiten, en zéker niet links van de sp.a. Groen! speelt die rol nagenoeg niet. De sp.a is op zichzelf aangewezen en kan zichzelf slechts bij de haren omhoogtrekken met een helder socialistisch verhaal. En niet ten koste van een voor het overige onbestaand links. De linkerzijde moet hier door noeste arbeid en op eigen kracht uit de Vlaamse klei worden getrokken.
De vergelijking met het buitenland die in dit rapport wordt gemaakt is tendentieus en onvolledig: daar bestaan die andere grote linkse partijen vaak wél, maar uit hun bestaan en hun succes wordt geen lering getrokken in deze analyse. Enkel de buitenlandse zusterpartijen worden als ijkpunt genomen.
Ik ben dan ook niet geneigd om deze analyse in de plaats te laten treden van wat ik in tientallen afdelingen door honderden militanten hoor zeggen, en van wat ik in de verkiezingscampagne van mei-juni 2007 toen ik in contact kwam met nog veel méér mensen buiten de partij, heb ervaren.
Zoals ik eerder al zei was ik afgelopen maandag in Gent. Ik sprak er met de mensen van de vzw Vrede, een vredesorganisatie die onze aandacht verdient.
Vrede wil in haar werking het direct haalbare van de Realpolitik overstijgen. Uitgangspunt blijft dat iedereen op de wereld recht heeft op een menswaardig leven. Wanneer dit niet het geval is ontstaan er conflicten. Vrede focust daarom vooral op de economische achtergronden van die conflicten. Er moet een andere soort economie komen waarin de menselijke behoeften centraal staan.
Vrede heeft serieuze bedenkingen bij de roep naar een Europees leger. Het is een waanbeeld dat dit er zal komen met een kleiner budget. Javier Solana bvb. noemt het cijfer van drie procent van het BNP. Dat is dubbel zoveel van wat we nu uitgeven. Ontwapenen om te ontwikkelen zullen we in die Europese context dus niet kunnen realiseren.
Voor Vrede is het alternatief preventie door duurzame ontwikkeling. Als uitgangspunt nemen zij de 7 programmapunten van de UNDP (United Nations Development Programme). Maar binnen een liberale (laat staan in een neoliberale, door het financiekapitaal gedomineerde) wereld kunnen deze niet worden gerealiseerd.
Net als de vzw Vredesactie verwerpt Vrede de logica van militaire interventies. Deze dienen al te vaak als moreel schaamlapje en op de achtergrond spelen doorgaans imperialistische belangen.
De organisatie voelt zich erg gefrustreerd door de totale impasse in het Midden-Oosten. Desnoods moet België bereid zijn om unilaterale initiatieven te nemen zeggen zij, bijvoorbeeld naar aanleiding van de grove schendingen van het oorlogsrecht door Israël of de schending van de mensenrechtenclausules en de clausules van de VN met betrekking tot de uitvoer uit de bezette gebieden.
Ik meen dat vzw Vrede één van die organisaties is waar wij ons kunnen herbronnen op het vlak van de buitenlandse politiek.