Waarna het een klein half uur duurt voor het tot mij doordringt. Tot zijn registratiemail in mijn mailbox valt. Ja. Want nu heeft hij wel een eigen (oude) computer, maar de mail instellen was niet prioritair.
Ik spring half hysterisch uit mijn stoel, storm de trap op en begin een preek van heb ik me daar over de gevaren van het internet, de steeds uitbreidende wildgroei aan perverten die onze aardbol bevolken en nog wat gruwelijks meer. Zijn zelfbeheersing is enorm. Hij slaagt er in om niet één keer met zijn ogen te draaien, te zuchten of lachen en laat lekker mij uitrazen.
Weet ik toch wel.
Oh ja? sneer ik.
Tuurlijk mama. Geen adres invullen, geen telefoon en geen rare vragen beantwoorden. Of dacht je dat ze ons tegenwoordig helemaal niets meer leerden op school?
Oh, goed dan, piep ik.
En druip af naar mijn eigen computer. Maar als hij morgen op school is, ga ik toch stiekem dat ding even controleren. En zwijg mij van privacy, hij is nog geen twaalf. Eigenlijk mág hij helemaal nog niet op Netlog, want de uiterste geboortedatum die je daar kan invullen ligt in januari 1997. En toen was hij er nog niet.
Of ze heel zeker was dat ze niets hoefde mee te nemen, vroeg ik voor tigste keer.
Ze draaide haar ogen alsof ze nauwelijks kon bevatten waar mijn onmetelijke domheid aan te wijten was. Nee, zei ze kordaat. Om daar enkele seconden later aan toe te voegen: behalve een paraplu, een boerenpet en een regenjasje.
Dat kan niet, zei ik.
En waarom niet?
Het was mijn beurt om met mijn ogen te draaien. Omdat we naar de instapviering gaan. Naar de mis. De kerk, weetjewel? Dus ik denk niet dat je daar boerenpetten en paraplus nodig hebt. Die zijn voor het schooloptreden, niet voor de instapviering.
Goed dan, zei ze dramatisch. Ze sloeg haar armen over elkaar, knarste met haar tanden en keek me dreigend van onder haar wenkbrauwen aan. Maar je zult zien dat ik de enige ben
Ik zwierde de deur van de auto dicht.
We kwamen net te laat, uiteraard. Ondanks haar protest manoeuvreerde ik mijn dochter handig door de mensenmassa tot net voor het altaar en duwde haar tussen haar klasgenootjes voor het inleidende gezang. Tot mijn verbazing herkende ik een tocht door het donker in een licht aangepaste versie. Mijn dochter trok zich van de gekerstende versie niets aan en zong luid en duidelijk luider en duidelijker helaas dan de klasgenootjes om haar heen de originele versie, zichzelf ritmisch met voet- en heupbewegingen begeleidend. Met blozende wangen vanwege het succes zat ze twee minuten later naast mij op de stoel. En vervolgens op mijn schoot, want anders kon ze de meneren vooraan niet zien. Om drie seconden later alle interesse in de meneren te verliezen en de hele tijd luidop opmerkingen te maken, terwijl ikzelf mij keihard concentreerde op het heiligenbeeld vooraan om geen lachstuipen of woedeaanval te krijgen. Een mens moet keuzes maken in het leven.
Nog een half uur later schoot het haar te binnen.
Oei, klonk het voor de halve kerk toen ze de andere kinderen ijverig in hun moeders handtas zag vissen. Ik moest toch iets meebrengen.
Wat dan? Ik siste zo stil en dreigend mogelijk.
Het oor van god!
Ik concentreerde me weer op het heiligenbeeld.
Het oor van god, ging ze nog wat luider. En dat moesten we kleuren. Want hij kent al onze namen, maar hij weet niet wat ze wil zeggen en dus moesten vragen aan mama en papa en dat erbij zetten op het papier.
Ondertussen stapten alle klasgenootjes fier met hun gekleurde oren van god naar het altaar, alwaar een van de meneren ze in ontvangst nam om ze vervolgens aan een wasdraad op te hangen. Waarop het hele kinderkoor weer losbarstte in een nieuwe versie van de tocht door het donker en mijn dochter zich naar voren wurmde om uitbundig mee te doen.
Er resten ons nog vier maanden tot het moment van de waarheid.
En dit was het resultaat van de online enquête...
Je bent sterk werkverslaafd en loopt risico op een burn-out. Ook je omgeving ondervindt negatieve gevolgen. "Workaholics die denken dat het werk niet meer zonder hen kan, daardoor geen verlof durven nemen en niet kunnen niksen, gaan naar mijn gevoel te ver," vindt professor Stefan Lievens, hoogleraar psychologie aan de Universiteit Gent. "Dat soort gedrag is niet zelden de voorbode van een burn-out. Als de elastiek constant gespannen staat, verliest hij na verloop van tijd zijn veerkracht. Zo iemand pleegt roofbouw op zijn eigen lichaam."
Hmm. Ik wil niet onnozel doen, maar mijn werk kán niet zonder mij. Als ik morgen geen les ga geven, dan zal er geen vervanging zijn. En de teksten voor toneel en websites zullen zichzelf niet schrijven, mijn kinderen zullen (vooralsnog) hun eigen potje niet koken en hun kleren niet strijken, de boeken zullen zichzelf niet recenseren. Maar geen paniek, ik kan mezelf nog redden, want op deze site geven ze zeven tips om niet in je werk te verdrinken of om je werk uit je gedachten te bannen op vrije dagen. Huh? Vrije dagen?
Ik weet niet zeker wat ik had gehoopt. Een mens gaat niet elke dag onder verdoving. En voor die ene keer dat het dan toch gebeurde wou ik er iets memorabels van maken. Een heuglijke gebeurtenis als het ware, met een lange, donkere tunnel misschien, en een schoon wit lichtje aan het einde, waar ik naartoe zou fladderen tot de zachte stem van de mooie dokter mij terug naar dit aardsche bestaan bracht en ik - omringd door man en kinderen - met betraande ogen een zucht van verlichting zou slaken. Zoiets. Maar dat was blijkbaar teveel gevraagd. In plaats daarvan kreeg ik een droomloze slaap en werd ik hardhandig gewekt door de harde stem van een niet zo mooie verpleegster. Nog een geluk dat ik sowieso wakker werd. Het ware een roemloos einde geweest.
Af en toe bekruipt mij de goesting om in mijn kinders te bijten. Dan pak ik ze stevig vast en ik moet mij - echtig waar - bedwingen om er niet eens goed mijn tanden in te zetten. Vooral buik en billen, en in mindere mate bovenarmen en enkels, zijn geliefde doelwitten. Nu zijn mijn kinderen natuurlijk absoluut aanbiddelijk schoon en heeltegans om op te eten, maar toch. Als ik er weer een keer eentje grommend op mijn schoot getrokken heb en gekriebeld tot ze om genade smeken, denk ik wel eens dat er iets aan mij scheelt. Een of andere bizarre afwijking, misschien. Een onvermoede neiging tot kannibalisme, een onverwerkt jeugdtrauma na een beet van de hond, een obsessief teveel aan moederliefde. Of gewoon een tekort aan proteïnen. Toch was het een opluchting toen ik enkele maanden geleden (vraag me begot niet wanneer of in welke krant, ik zou het niet meer weten en ik doe geen moeite om het op te zoeken!) in een interview met Anne Provoost las dat ze fysiek helemaal zot was op haar kinderen. Of wanneer ik zie dat Gerda Dendooven in haar prentenboek 'Mijn mama' het gelijknamige hoofdpersonage haar kind op een bedje sla zie leggen. Dan denk ik dat het allemaal nog zo erg niet zal zijn. Dat mijn kinderen mij en mijn vreemde gewoonten ongetwijfeld zullen overleven zonder er jeugdtrauma's aan over te houden. En dat een beet op tijd en stond precies ook geen kwaad kan.
Mijn kinderen worden groot en ik oud. Dat confronterende besef groeit helaas niet langzaam. Op een kwaaie dag springt het onverhoeds in je nek en slaat ongenadig in je gezicht. Na het winkelen bijvoorbeeld. Wanneer je - moe van het trotseren van de winkelende medemens en muzak - bij thuiskomst tassen vol spullen neerploft en trots aankondigt wat je hebt gekocht. Jurkjes voor dochter, broeken voor zoons, en ondergoed. Dan gaan de ogen rollen. 'Geen slips mag ik hopen,' zegt hij laconiek. Ik kijk voor de zekerheid nog eens in de tas. 'Neen,' zeg ik opgelucht. 'Shorts.' Ik ben goed. 'Dan is het in orde. Want met die slips ga ik dus echt niet meer naar school. Mijn vrienden lachen zich ziek.' Hij is bijna twaalf. Volgend jaar wil hij vast zijn eerst tattoo.
We zijn op terugweg. Van school en tekenschool en andere naschoolse dingen. Mijn dochter zit vol overtuiging en overgave luidkeels te zingen in de wagen. 'Er kwamen twee paar heren, paar heren, paar heren. Er kwamen twee heren op mijnen egel staan. En toen kwam een klein nonneke, klein nonneke, klein nonneke. En toen kwam een klein nonneke op mijnen egel staan.' 'Op mijnen egel?' vraag ik. 'Euheu.' Ze knikt overtuigd en zwijgt even. 'Of misschien ook niet.' We zijn een dag later en ik heb mijn huiswerk gemaakt. Het was een drempel.
Al een viertal jaar ben ik aan het schrijven. Dat leverde tot nu toe een paar boeken op, vertalingen en een nominatietje (dit is een zéér vreemd woord!) af en toe. Het loopt dus wel vlot. Zodanig zelfs, dat in mijn directe kennissen- en vriendenkring verkeerdelijk de indruk ontstond dat ik een beetje bekend werd. Misschien heeft mijn klein gebrek aan bescheidenheid daar ook enigszins toe bijgedragen, maar soit. Feit is dat geen kat mij kent. Behalve u dus, de licht dementerende oude dame aan de overkant van de straat en de dorpsbakker. En nog een paar verdoolde zielen. Maar daar komt thans verandering in! Want nu sta ik hier. En dat zal nogal een keer vuurwerk gaan geven.
Groen als ik ben, durf ik ook op de blog een stukje van enige tijd geleden te recycleren. Hier en daar een punt of komma verplaatsen, en zo kan het wel weer. Geïnspireerd door shoppingscentra, solden en massa's onbeschofte mensen met winkelwagentjes wil ik u even onderhouden over schoeisel. Botten met talons meerbepaald, of laarzen met hakken in het Schoon Vlaams.
Volgens sommigen (totaal mode-onkundige randgevallen zonder enig gevoel voor esthetiek, maar dit geheel terzijde) een absolute zelfkwelling , maar ik ben er zot op. Vanaf de dag dat ik mijn moeders oversized plateauzolen ontdekte, over mijn eerste schuchtere 3cm-hoog-en-even-breed-pogingen in het middelbaar tot de kanjers waarmee ik tegenwoordig rondhobbel. Minimaal 7 centimeter. Zonder talons ga ik de deur niet uit, of het moest gebeuren tijdens één van die zeldzame pogingen die ik vruchteloos onderneem om op veel te late leeftijd iets aan mijn conditie te gaan doen. En aan mijn figuur natuurlijk, want laten we eerlijk zijn, hoeveel vrouwen doen écht aan sport voor hun lichamelijk welzijn?
Dit gezegd zijnde, heb ik vastgesteld dat ik minstens even snel kan lopen met een verhoog van 8 cm onder mijn hielen als op platte zolen. En een stuk eleganter. Hoewel dat laatste ook te wijten kan zijn aan het feit dat ik mij met hakken nooit of te nimmer en plein public in het zweet zou lopen tot ik een kop heb als een biet. In tegenstelling tot de keren dat ik mijn sportsloffen aan heb. t Kan zijn.
Waarom ik niet zonder kan? Om er groter uit te zien, tiens. Dat is geen overbodige luxe met mijn amper een meter zevenenzestig en goed op weg om binnenkort de kleinste in ons gezin te worden. En slanker. En eleganter. En om het ietsiepietsie gevoel van macht wanneer je hakken keihard door de gang je komst aankondigen, waardoor medewerkers opeens voluit aan de slag gaan.
Hier en daar is er te lande nog altijd een ex-collega die wit wordt rond de neus bij het horen van talons op het parket
We hebben er weer eentje gekregen. Waarschijnlijk al van een poos geleden, maar een mens kan niet altijd even snel zijn...
Voorts loopt er een bijzonder initiatief op jipjip, de weblog van kinderboekenkenner Richard Thiel. Hij lanceert deze maand als de maand van de onbekende kinderboekenschrijvers. En dat is mooi, want het is niet makkelijk om als jeugdauteur een beetje naambekendheid te verwerven. Dus krijgen (relatief) onbekende kinderboekenschrijvers op zijn druk bezochte weblog een forum. Er kwamen er al 6 aan de beurt en er zullen er nog een pak volgen. Waaronder ondergetekende. Volgen dus, dat initiatief. En reageren is uiteraard ten allen tijde toegestaan. Hoe luider, hoe beter!
oAlles nieuw Joke van Leeuwen | de eerste roman die ik las van haar en is bijzonder goed bevallen, dankuwel
oGeen spijt, leven en liedjes van kleine Edith Paul Verrept | groots klein prentenboek over een grote mevrouw
oDe mooiste begrafenis van de wereld Ulf Nilsson & Eva Eriksson | wondermooi prentenboek met bijzonder fijne humor
oDe nadagen Jef Aerts | had ik nog niet eerder iets van gelezen en is uitstékend bevallen, dankuwel
oLaika tussen de sterren Bibi Dumon Tak | non-fictie voor kinderen over historisch belangrijke dieren, heel leuk
oPaardenfluisteren Monique Snoeijen en Annemarie van der Toorn | Monty Roberts (de paardenfluisteraar, jawel) voor kinderen, ook voor niet-paardenliefhebbers!
Uw goede voornemen voor 2009? Schrijven natuurlijk, of wat had u gedacht? Op uw luie krent voor de beeldbuis blijven hangen tot uw hersencellen tot chocomousse zijn verworden? Uw vege lijf gaan afbeulen op loopbanden, gewichtsdinges en ander marteltuig tot u langzaam maar o zo zeker tot de onthutsende vaststelling komt dat het nog maar weinig kan baten op uw leeftijd? Bloemschikken, parelrijgen of ander onzinnigs proberen in de vingers te krijgen? Eindeloos op facebook rondhangen om u populair te wanen? Ik dacht het niet. Schrijven gaat u doen. Elke dag, een heel jaar lang. En omdat het ons goede voornemen voor 2009 is om uitermate sympathiek te zijn en ons mateloos populair te maken, laten we u niet aan uw lot. Dus heb ik alvast een pracht van een overzicht in elkaar gebokst van de meest fantastische cursussen en workshops waar u dat onder deskundige begeleiding (o ja hoor!) kunt doen. Zie hier: Uit het leven geschreven | 6 dinsdagvoormiddagen in CC de Schakel | Waregem | 13/01, 20/01, 27/01, 03/02, 10/02 en 17/02 | 9u 11u30 | 60 euro | info Verhalen schrijven: praktijk | 8 donderdagavonden bij Wisper | Gent | 29/01, 05/02, 19/02, 05/03, 19/03, 02/04, 23/04 en 30/04 | 19u30 22u30 | 108 euro | info Verhalen schrijven: kennismaking | 3 dinsdagavonden bij Wisper | Gent | 03/02, 10/02 en 17/02 | 19u30 22u30 | 52 euro | info Verhalen schrijven 1: basis | 5 dinsdagavonden bij VormingPlus | Poperinge | vervolgcursus na de Paasvakantie! | 03/03, 10/03, 17/03, 24/03 en 31/03 | 19u30 22u | 60 euro | info Verhalen schrijven | 3 woensdagavonden bij CC de Cerf | Wevelgem | 04/03, 11/03 en 18/03 | 19u30 - 22u | info U wordt verwacht.
Hartgrondig, goed gearticuleerd en vooral hardop vloeken kan wonderen doen, naar het schijnt. Helaas behoort dat momenteel niet tot de mogelijkheden. Mijn huis zit namelijk vol kinderen. De mijne én andermans buitengewoon brave en welopgevoede kinderen, welteverstaan. Waren het alleen maar de mijne, u had het al horen donderen tot aan uw voordeur and beyond. En ik vermijd liever dat het luchten van mijn frustratie het absolute hoogtepunt van hun vakantie wordt en aldus breed uitgesmeerd en met alle smeuïge details vandien tijdens de eerste vertelronde van het nieuwe jaar op school aan alle vriendjes en de juf zou doorverteld worden. Die het op haar beurt ongetwijfeld en onverwijld tot wetenswaardigheid in de lerarenkamer verheft. Dat zie je van hier. Enfin, u snapt waar ik heen wil. Het - grnffgrfn - aan deze periode van het jaar is dat onomkoombare gevoel er niet te raken. Er, als in de zin van: het voltooien van de dingen die nu eenmaal voltooid moeten worden. En dan heb ik het niet alleen over de kadootjes die gekocht, het ijs dat gegeten en de liters wijn die gedronken moeten worden. Ik heb het over de lijstjes die onophoudelijk door je hoofd spoken en per ongeluk ook al eens op een blog durven opduiken. De dingen die nog snel voor het einde van het jaar in orde gebracht zouden moeten. Zoals daar zijn: kerstkaarten schrijven (ik weet het, het is te laat, maar zaag niet of ge krijgt er geen!), deadlines halen, nog meer deadlines halen en massa's onnozelheden zoals de lijst hieronder, die zich eigenlijk elke dag tot in den treure letterlijk herhaalt (ja, ook dat van die verhalen en die paardenboeken!). Een mens zou van minder gestresseerd raken. Ongetwijfeld is het daardoor dat ik sedert een paar weken dezelfde droom heb: er duikt een klas op die ik al vanaf september vergeten was en die dus nog geen enkele les hebben gehad. Braaf klasje, zo blijkt. Want ondaks de grove nalatigheid van mijn kant, komen ze niet Freddy Kruger-gewijs met allerlei gevaarlijk tuig mijn dromen terroriseren of mij in stukjes en reepjes snijden. Nee, ze kloppen gewoon op de deur en vragen vriendelijk en beleefd of het mogelijk zou zijn om volgend jaar wel af en toe eens les te geven. Een droom vertelt iets over ons onderbewustzijn, hoor ik u roepen! Ja, tarara. Ik ben momenteel toevallig wel veruit te lui druk om daaromtrent enig opzoekingswewrk te verrichten. Bij deze mijn oproep: Wie kan/wil/durft mij eens haarfijn uit de doeken doen wat deze droom betekent? Dat ik een uitermate vriendelijk en beleefd mens ben, aangezien mijn onderbewustzijn bevolkt wordt door uitermate aardige wezens, zo ver was ik zelf ook al gekomen. Ik verwacht een diepgaandere analyse, met onderliggende betekenissen, verdrongen jeugdtrauma's en dies meer. Ik zal u eeuwig erkentelijk zijn. Als ik het niet vergeet...
feestsporen uit salon, keuken en hall verwijderen | (helemaal goed is het nog niet, maar we kunnen er weer tegen tot het volgende feest) kleren wassen, drogen en opplooien | gezin wassen, drogen en (op)voeden | 1 boek over paarden lezen en recenseren | 1 manuscript beoordelen | 1 online les versturen | 1 online les verbeteren | 1 Mechels verhaal afwerken | boeken uit de bibliotheekverkoop opknappen | vriendinnetje van dochter uitnodigen | (en passant ook nog een vriendje voor zoon uitgenodigd) zoon naar Kerstfeestje van jeugdbeweging voeren en weer ophalen | kippen en honden voeren |
Ze straalt. Met een vreemd rubberen mondstuk in haar veel te kleine mond gepropt zit ze in de kabine en ademt gedisciplineerd in en uit, alsof ze nooit iets anders heeft gedaan. Traag en diep, snel en oppervlakkig, ritmisch en zacht. Zes is ze, en ze doet alsof ze alles begrijpt wat de verpleegster vraagt. Wanneer ze het mondstuk uit mag halen, blijft ze nog even in de kabine zitten. Ze rammelt aan alle knoppen en buisjes waar ze bij kan. Ze trekt de deur dicht, neemt haar denkbeeldige stuurknuppel vast en maakt brommende geluiden. In haar hoofd vliegt ze weg, naar een planeet waar luchtvervuiling, astma en pollen niet bestaan.
Stel, u wilt ecologisch verwarmen. U neemt iemand onder de arm die beweert over de nodige knowhow te beschikken om u hiermee te helpen. U betaalt een klein fortuin, uiteraard, maar dat hebt u ervoor over. U denkt namelijk groen. Maar een paar weken na de installatie begint de miserie. Uw verwarming functioneert niet naar behoren, verbruikt veel meer dan beloofd en geeft er om de paar dagen de brui aan. U hebt geduld. U belt de deskundige, die het komt aanpassen. U betaalt de uren. Maar een paar weken na de aanpassing begint de miserie pas echt. Uw verwarming functioneert nu nog minder, verbruikt nog meer en geeft er meermaals daags de brui aan. U blijft geduldig, ook wanneer de deskundige de telefoon liever niet meer meteen opneemt. Wanneer de interventies steeds sneller worden aangevraagd, maar trager geleverd. Wanneer nu ook de brandstof problemen begint te vertonen. Wanneer een jaar na de eerste installatie alles nog steeds niet in orde blijkt. Na uw zoveelste telefoontje doet de deskundige een mondeling voorstel: hij zal een meer deskundig persoon onder de arm nemen en een performanter toestel plaatsen, uiteraard zonder extra kosten, want die neemt hij voor zijn rekening. Alvorens toe te zeggen - u bent dan wel groen, maar u koopt geen twee keer een kat in een zak - gaat u bij de meer deskundige een kijkje nemen. U ziet dat het goed gaat en gaat akkoord. Maar dan komt alsnog de kat uit de zak. Uw eerste deskundige, ondertussen deskundige af , ontpopt zich tot commercant eerste klas. Hij doet u nu hetzelfde voorstel, maar dan schriftelijk. En dan blijkt daar opeens toch een prijskaartje aan te hangen. Opnieuw een klein fortuin. Want hij werkt niet voor niets. U ook niet, uiteraard. U werkt blijkbaar om de onkunde van uw deskundige te bekostigen.
En alsof er nog niet genoeg te doen was, heeft Huize Mortier de voorbije weken de activiteiten uitgebreid. We zijn ondertussen recensente voor de Leeswelp en -Wolf, redactielid van het schitterende tijdschrift Verz!n en manuscriptbeoordelaar voor het al even schitterende Creatief Schrijven. Tussendoor produceren we teksten voor de Stad Mechelen, de Zuid-Nederlandse Uitgeverij, het theaterproject van een Kortrijkse toneelklas en een monoloog voor iemand die we een warm hart toedragen. Had u nog een streepje tekst, een kerstkaart, lofrede of andere onzin gewenst? U weet waarheen...