Juist terug van tweehonderd km, voor de honds zijn kloten, rond rijden. We gaan ieder jaar naar de rally in Neufmaison kijken. Nu, ik was dat vergeten en lag om zes nog in mijn tweemeterbak toen ik wakkergebeld werd door mijne copain. 'Of ik niet wilde rijden? Hij kreeg de auto niet van zijn groeze.' 'Rijden? Wat? Waar? Hoedadde?' Word zo ne keer wakkergemaakt als je daags voordien half tonneke Jupiler hebt soldaat gemaakt.
Een half uur later zat ik half gewassen, half wakker en half droenke in mijne slee. Aan de rechterkant. Alachtere. De Ben wist het zijn en zijn vader rijdt graag met mijn tuut. Zodus, nog een uurtje maffen. Joepi!
'Mijnheer heeft zijn gordel niet aan, zie ik?' 'Wat? Waar? Hoedadde?' Dat was de tweede keer dat ik bruusk uit mijn slaap gewekt werd op een uur tijd. Het mag gaan stoppen. Nu waren het overijverige flikken die me uit dromenland haalden. Water gieten en de mensen toch lastig vallen op zondagmorgen. Je moet er je moeder en vader voor omgebracht hebben.
'Papieren in orde maar mijnheer hier geen gordels aan.' 'Lul' zei ik in mijn zelven, niet luidop., 'Kom een keer mee in de camionette.'
Een kwartier later zat ik terug in de auto met mijn 'zantje' in mijn pollekes. Vijftig Eurokes lichter gemaakt door een bende gauwdieven.
Niet meer geslapen tot in Neufmaison om daar te constateren dat de rally afgelast is. Wegens geen pompiers. Water genoeg anders, ze gingen kunnen spuiten, die gasten. Kloteflikken.
|