'Vroumke, ge moe morgen maar naar de stock gaan en da zelf komen placeren.' ' 't Is iets van negentig euro voor de paal en het paneel.'
Dat waren de laatste woorden van de cafébaas tegen mij gisteravond.
Effe recapituleren.
Gistermiddag om elf samenscholing in de toonzaal. Baas en bazin spelen voor één keer garson en serveuse. Iedereen moet aanwezig zijn en blijven tot half één. Ze maken met iedereen een praatje en het komt niet op een Jup.
Is het om hun geweten te sussen of omdat ze blij zijn dat ze onze smoel voor drie weken niet zien, ik weet het niet. We zijn betaald tot drie uur, dus mij hoor je niet klagen.
In plaats van flesjes waren het dit jaar blikjes. Zeer tot ongenoegen van Anton. Onze gekwelde mechanieker heeft een hazelip en bij iedere slok uit een blik vloeit het bier langs zijn wangen. 'k Weet het, je mag er niet mee lachen, maar er zijn zo veel dingen waarmee je niet mag lachen. En! Hij zegt ook maar 'Vroum' als ik er bij ben.
Hij heet eigenlijk Antoine en corrigeert iedereen die 'Toane of Anton' tegen hem zegt. Ik heb het een keer bijgehouden. Echt niet te doen. En niemand die hem 'Antoine' noemt.
Ben één van de eersten weggegaan. De potschijters en de verkoper blijven het langst. Gatlikkers en bazenpoepers heb je overal. Gelukkig trappen mijn bazin en haar compagnon niet in die meesmuilerij.
Het kan niet zo slecht gaan in de garagebuseness want ze hadden nog voor een verrassing gezorgd. In plaats van 'éne met esp of éne met kees' was het bbq in 't café. En een vat!
'k Zal 't geweten hebben.
Nu eerst naar de stock met een gedeelte van mijn congégeld en de schade gaan herstellen. D' eerste Jup's van de apero zullen zure zijn.
|