Gelukkig ben ik geen schipper. Ik zou het niet lang trekken. Deze namiddag de zoveelste aanvaring gehad. Met de stukadoor van op de markt. En met de baas. En, bijna, met de bazin.
Komen ze vanmorgen vragen of ik in d'oude garage de camionet van Jorden wil herstellen. Hij was zondagmiddag ietwat te enthousiast thuisgekomen en daarbij de zijkant van zijn werkpaard een goei wreef gegeven. Zijn wederhelft, eigenlijk zijn wederdriekwart, was de zaterdag in twee gevallen en hij was de, nu nog, gelukkige eigenaar geworden van een nazaat.
Zijn matrone is nogal een bazig schepsel en hij wilde het akefietje verborgen houden. En betaalbaar. Dus, niets nieuwe deur en zijpaneel. Hamer en slijpmachien, polyester en wrijfmachien. Rot en vele, zeiden ze bij mij thuis. Ik ben begonnen om half negen en speciaal doorgewerkt in de namiddag. 't Regende en ik kon drinkgeld verdienen. Vandaar.
Gans de zijkant was beletterd met logo, adres, www-dinges en nog wa schoon tekeningskes van truwelen. Het was namiddag tegen dat die rommel verwijderd was en mijn poten deden zeer alsof ik honderd kokosnoten verpulverd had. Dat doe ik dus nooit meer. Nee ik heb het niet over die noten.
Komt die halfgestoven staal prei rond drie niet binnen zeker. Draait rond het karreke en heeft het lef om te vragen hoe het komt dat ik nog maar zo ver sta!
' Euch, Jorden, sorry maar ik ben vanmiddag ingedommeld na het eten van mijn bokes.' Ik bleef cool.
' Ge gaat toch doorwerken om dat in te halen, zeker Vroum.' Er stond geen vraagteken na zijn zin.
'Vanzeneigens, Jorden.' Maar eerst ga ik naar huis om een tukske te doen om er goed tegen te kunnen vanavond.'
Hij was nog aan het nadenken over wat ik zei toen ik de deur achter mij dichtsloeg. En sloot.
Naar de bureau gereden, een serieuze klap gedaan met de baas en hem bij het voortgaan verteld dat de zeiker nog in de garage zat. Nog een telefoontje had van de baas. Niet opgenomen.
't Bazinneke is hier een kwartier weg en ik mag morgen weer beginnen.
|