Ik vind het behoorlijk jammer, en ook best wel gênant om toe te geven, dat ik, iemand die toch wel enig belang hecht aan esthetiek, een bijzonder lelijk handschrift heb. Ja het is vaak zelfs zo erg dat ik mijn eigen gekrabbel niet meer kan ontcijferen. Zo heb ik hier een tiental schriftjes vol met (pogingen tot) poëzie en bedenkingen die ik graag op mijn blog zou willen plaatsen, maar de duivel mag me halen als ik begrijp wat ik wou zeggen! Afgelopen nacht zat ik met het schaamrood op de wangen mijn notities te doorbladeren. Met zulke hanepoten doe ik de woorden waarover ik zo lang heb gepiekerd een heus onrecht aan! Natuurlijk, in theorie zou ik alles gewoon meteen op de computer kunnen intikken, maar dan gaat er voor mij een stuk authenticiteit verloren. Dat, en het feit dat ik een natuurlijke afkeer heb van technologie, maakt dat ik, ondanks mijn doktersgeschrift, nog steeds meer neig naar pen en papier. Van een ding blijf ik anders wel spijt hebben; ik zal nooit kunnen meedoen aan het Groot Dictee Der Nederlandse Taal, wat zou de jury wel niet van me denken!
... dan zou je eens wat zien! Ohja! Als ik wat te vertellen had, dan stond hier al meteen een captatio benevolentiae, zo een waarvan je zegt "Nou, dit lijkt me wel de moeite! Gauw verderlezen." Ik verzeker je, ik zou ogenblikkelijk je onverdeelde aandacht hebben. Dan zou ik verdergaan met een vloeiende uiteenzetting van hetgeen ik kwijt zou willen, doorspekt met een onweerstaanbaar gevoel voor humor en met een niet te stuiten overtuigingskracht. Een tekst zo degelijk als een mahoniehouten garderobe, geheel volgens de regels van de kunst, zou mijn nederige weblog sieren. Wanneer mijn punt dan gemaakt zou zijn, zou er een bondige samenvatting volgen met een afsluiter om u tegen te zeggen! Het zou zo mooi zijn allemaal, als ik maar wat te vertellen had...