Ik heb Samaipata verlaten voor Sucre. Sucre is zogezegd de hoofdstad van Bolivië, maar in de praktijk gebeurt het grootste deel in La Paz. Ze mogen wel aanspraak maken op de titel van culturele hoofdstad en ook het Rechterlijk Apparaat is hier gevestigd. Wat kan ik jullie vertellen over mijn bezoekje aan deze stad? De eerste twee dagen zijn een beetje aan me voorbij gegaan omwille van een slechte adaptatie aan de hoogte (2790m). Tot veel activiteit ben ik hier niet gekomen, maar om te onthouden zijn: de overdekte mercado, de mirador van Recoleta, het zondagsmarktje in Tarabuco, La Bodega Vieja, gringonest Joy Ride en de stoet van de dansende studenten. Kortom, een leuke tussenstop alvorens Potosí aan te doen.
In mijn zoektocht naar coche-stickers stoot ik op een mobiel schooltje op een van de pleintjes. Het doet me wel wat. Enkele jaren terug zag ik een reportage op TV van een Belg die voor zijn opleiding (marketing of projectontwikkeling of iets dergelijks) een product moest ontwikkelen. Vele van zijn medestudenten zullen het waarschijnlijk iets commerciëler aangepakt hebben, maar hij besloot iets te bedenken voor de straatkinderen. En zo geschiedde. De mobiele school kende zijn ontstaan. Het is eigenlijk een groot schoolbord op wielen, waarop de kinderen allerlei oefeningetjes kunnen maken om te leren schrijven, rekenen,.. Verschillende jongetjes kwamen naar de les en één ervan sprak me aan. 'Ha, Peter Pan!', hij kende me nog, het was Rambo die ik de avond ervoor nog een stylo had gegeven op de plaza. Ik hielp hem wat met de oefeningetjes op het bord. Graag had ik wat langer gebleven, maar een uurtje later had ik mijn bus naar Potosí. Toch wel chique, die school. Chapeau.
Hallokes. Ik zit voor de moment in Potosí. Volgens de berichten de hoogst gelegen stad ter wereld en dat is op zo'n 4100 meters. Het is hier inderdaad happen. Dus doen we dat maar. Vandaag heb ik een bezoek gebracht aan de mijnen. Eén van de highlights toch wel van een Boliviareisje. De berichten die ik kreeg van andere trekkers waren unaniem: 'De max, maar dit doen we nooit meer'. Dit maakt een mens natuurlijk nieuwsgierig en hupsakee, wij die mijnen in. Alvorens af te dalen kregen we een costuumpje aangemeten en gingen we nog even langs The mineworkers Shopping Centre om wat dynamiet te kopen. De mijn in dus. Wat kunnen we erover zeggen? Het is er heel stoffig en benauwd en om naar het tweede en derde level te gaan komt er een klein beetje speleologie aan te pas, beetje klauwteren en langs gedateerde laddertjes naar beneden gaan enzo. Op dit punt haakte de helft van ons groepje af. Bleef ik over met twee Amerikanen en had ik als taak die van de reservegids over te nemen - met name het dragen van de 'rugzak' met drank en cadeautjes voor de miners. Het is echt wel spectaculair, want die mijn is geen museum ofzo, er wordt nog wel degelijk in gewerkt. Af en toe moet je uit de weg omdat er een wagonnetje voorbij komt - voortgetrokken door mijnwerkers. Dit is echt wel zwaar travakken. En je zit er midden in. Je ziet het allemaal van dichtbij. Zo waren er ook explosies. Ik weet niet of dat de bedoeling was, maar daar zit je dan ergens in een mijn die begint te dreunen.. De gids zegt dat we moeten voortmaken, maar op de terugweg komen de vrijgekomen gassen ons tegemoet. Dit lijkt wel een serieus uit de handgelopen lesje chemie - zo stinken. Rechtsomkeer en dan maar lopen. Dit is duidelijk een alternatieve route. De padjes worden smaller en lager - ik bots constant met men hoofd tegen de wand - en er staat ook water in de gangen. Na tien minuten rennen door de mijnen en op een hoogte van meer dan 4000m - 'waar zijn we weer mee bezig' denk je dan - komt er licht in zicht. Het einde van de tunnel en dus terug buiten. Wat een avontuur. Even terug naar de dagelijkse realiteit - die van de mijnwerkers. Ze werken zo'n zes dagen op zeven en meestal tien uur, soms wel vertien uur, per dag. Dit maakt dat ze heel de dag onder de grond zitten. Eten in de mijnen is uitgesloten omwille van de toxiciteit. 's Morgensvroeg, voor aanvang van de werkdag, eten de mijnwerkers een reuzenmaaltijd. Na een paar taloorkes gaan ze de mijnen in en het volgende etmaal overleven ze op coca. Vandaar die bolle hamsterkaakjes. Ze verdienen naar Boliviaanse normen goed, maar daar betalen ze natuurlijk wel een prijsje voor. Het hoeft niet gezegd, dit is reuzezwaar en ongezond werk. Per jaar sterven er gemiddeld veertig mijnwerkers. Voorlopig nog geen touristen.. Er valt wel wat te vertellen over die mijnen. Schatten zijn hier uitgehaald. Massa's zilver, ter waarde van miljoenen dollars, werden per boot naar Spanje getransporteerd. Alle rijkdom naar Europa dus en een deeltje aan de oceaan. Hier valt nog wel wat te rapen voor de duikers onder ons.. Genoeg hierover. Hasta luego.
Hallo. Aandachtige bloggers lezen ook wel eens de krant en het klopt dat er wat spanningen zijn in Bolivië. Niet dat dit nieuw is, maar waar gaat het over. Wel, zoals in elk land is er ook in Bolivië een rijker deel en een armer deel. De rijke provincie is Santa Cruz, waar ik drie weken verbleven heb. Ze willen kost wat kost onafhankelijk worden en onder leiding van oa Félipe Inviernos wordt de spanning opgedreven. Dat de president indiaanse roots heeft doet natuurlijk ook geen deugd. De rijken zien immers hun belangen niet verdedigd. Dit heeft tot resultaat dat er gemanifisteerd wordt en dit durft wel eens uit de hand te lopen. Ik heb de beelden op televisie en in de kranten gezien, maar gelukkig was ik hier ver uit de buurt. Momenteel ben ik nog verder uit de buurt, want ik zit in Salta, Argentinië. Niks aan de hand dus, maar wel interessant om volgen. Die toestand.
Ik zit nu twee dagen in Salta (Arg) en ik heb al zeker een koe op. Hoe lang ik dat ga volhouden weet ik niet, misschien moet ik maar eens een vegetarisch restaurantje zoeken. Hoewel, dit lijkt me niet evident in dit landje. Soit, het zijn zorgen voor later want vanavond is er een BBQ in de hostal. Dat worden weer zeven lappen steak met een beetje frans brood en vino de Mendoza. Njami. Verder moet ik hier dringend eens iets actief doen. De plannen zijn er om een autootje te huren voor twee dagen en beetje rond te rijden. Dinsdag vertrekken we dan naar BA. Hier zullen we een dikke week blijven om enkele festiviteiten mee te pikken en ons klaar te stomen voor een Patagonisch avontuur. Nog wat voorbereidingen treffen dus, zoals daar zijn: tent en hikingshoes kopen en wellicht ticketje verlengen. Hiphoi, die bergen in. Gisteren ging ik voor een ijsje. Dat is hier echt wel in orde. Eerst moet je uit een lijst van 20 mogelijheden je hoorntje kiezen. Je hebt klein, smal, breed, groot, super groot, met randje chocolade,.. Ik ging alvast voor dat laatste, maar blijkbaar had ik niet goed vertaald want er kwam iets anders uit de bus. Geen chocorandje dus, maar de ganse bol werd overgoten met chocoladesaus. Een soort van Magnum dus. Die was wel lekker. Waarom hebben ze dat bij ons niet - zo'n selfmade-magnum-machien? - (markt in het gat¿?). Der net nog een Argentijn ontmoet in de skate-shop. Hij speelt in een punkgroepje 'Luca Makonia'. Lang gebabbeld en wat muziek uitgewisseld. Ik heb nu een hele waslijst met Argentijnse punk en rock. Wie weet zitten er wel pareltjes tussen. I-pod's gewijs heb ik hem laten meegenieten van de Evil Superstars (die vond hij echt de max), ook Barman unplugged kon hem bekoren en verder heb ik hem opgezadeld met Foxylane, Zita Swoon en nog wat van dat. Alé - ik ga het hier bij laten.
Ik ben er weer. In de grote stad aan de haven. Buenos Aires. Na een tweedaagse tour in de omgeving van Salta is het hier wel even een ander ritme. Buenos Aires is huge. Alles bij elkaar zo'n tien miljoen inwoners netjes verdeeld in de talrijke quadras. Maar het bevalt me, deze stad. Ik zoek hier eventjes te blijven, wat cultuur mee te pikken en daarna trekken we de natuur in. Al heb ik gehoord dat er dit jaar heel veel sneeuw is gevallen in Patagonië en de trekkings pas half december kunnen doorgaan. We zien wel. In alle geval niet slecht om mijn knie wat te laten rusten. Zaterdag heb ik ze binnenstebuiten gedraaid nadat ik mijn voet verstuikte tijdens de interland 'Argentinië - Ierland' - die we wonnen met 8-7. Mijn bijdrage beperkte zich tot twee assists en een cambiootje in den tweeden tijm. Gevolg van dit alles waren twee pijnlijke dagen, maar ondertussen lopen we weer rond. Geloekig maar.
Eerstdaags mogen jullie nog wat foto's verwachten (zij die het nog niet wisten - klik op de foto met het varken en de ezels (rechts) of via de link 'fotoos' (ook rechts)) plus een verslagje van den tour samen met Rubenbelg en Floduitser en onzen Berlingo (zie hiervoor enkele dagen terug). Overigens - ik heb heel wat kilometertjes afgelegd om wat dichter bij jullie te zijn. Het tijdsverschil is nu slechts vier uurtjes. Twee uur dichter dus - al zit jullie Winter Tijd daar ook wel voor iets tussen.
We zijn weeral verhuisd. De goed uitgeruste coctailbar en de speakers van mijn vorig hostelletje (Limehouse) deden me gisteren al tot anticipatie overgaan. Mijn vermoeden werd bevestigd, dit is mijn plekje niet. De look-at-me mentaliteit van een percentage van het cliënteel en de onverschilligheid van de uitbaters lieten me andere oorden zoeken. Het bed dat ik kreeg was slecht, de matras flinterdun en na een uurtje kreeg ik felle rugpijn. Ikke uit mijn bed voor een nieuwe matras, maar dit was tegen de goesting van de nachtwachter. Zijn probleemoplossendvermogen was niet in verhouding met de creativi -en innoviteit van zijn prachtige uitgewerkte tattoo's. Ik kreeg het voor elkaar om toch naar een andere kamer te verhuizen, maar deze was voor vier in paalts van zes personen (moeilijk-moeilijk-moeilijk), dus moest ik vijf pesos bijleggen. Wat een kakkers. Dit kregen ze dan ook te horen deze morgen. 'Dat korte termijn winst nefast is op langere termijn' - maar waar viel ik hun ook weer mee lastig. Betalen die handel en oprotten. Deze nacht slaapt er iemand anders op dit rotbed en volgende week kunnen ze verder investeren in hun woofer-installatie. Nu zit ik in Hostal de Granados (San Telmo). Het is goedkoop, leuk gelegen, gezellig, rustig en aangenaam. De chica achter de balie heeft geen tattoos (zover ik weet - straks eens vragen : 'Tienes un tattootito¿?'), maar ze is alleraardigst en ze heeft een glimlach om in te vriezen of om confituur van te maken (wat bewaart het beste¿?).
Slecht nieuws uit het front. Ze hebben aan mijn spullen gezeten. Balans: digitale camera plus een zo goed als leeg potje wax zijn de pist in. Hoe kan dat gebeuren? Ik heb pech gehad met een van mijn roomies. De hostel waar ik zit is echt wel in orde. Rustig en ik zou zelfs bijna zeggen veilig. Zo voelt het althans. Alles goed op slot en er kunnen geen vreemden binnen. Misschien dat ik hierdoor in een nonchalance mijn camera oppervlakkig opborg van boven in mijn rugzak. Feit is dat het nu gebeurd is en de omstandigheden in acht genomen ben ik ervan overtuigd dat het één van mijn drie kamergenoten moet geweest zijn. Dat heb je dan - slaap je in dorms om geld te besparen en krijg je iemand met valse plannen in je kamer. Lesje geleerd nu. Beschuldigde nummer één is voor mij Diego de Braziliaan. Toffe, vriendelijke ontspannen kerel - niets aan de hand. Alleen hij was plots weg, terwijl hij nog dezelfde dag drie nachten extra had gereserveerd. Bij navraag blijkt hij helemaal niet Braziliaan te zijn, aangezien hij ingechekt is als Colombiaan. Het zal mij chorizo wezen. Braziliaan-Colombiaan, als ik hem tegenkom zullen we eens de samba dansen. Gelukkig had ik een deel van de fotoos reeds op cd en ook nog wat op de fotoosite. Minpuntje is dat ik nu in de kosten zit, tenzij dat ik vanaf nu fotoloos door het leven ga. In alle geval probeer ik hier en daar te recupereren van sympathieke reisgenoten, zodat ik toch nog iets heb om naar te kijken als ik thuis kom. Rest alleen nog het mysterie van het potje wax. Colombus had immers helemaal geen haar, hij was kort gecapuerrat. Of was het misschien toch Malfred, de Duitser met stekeltjeshaar. Jezus, wat een zooi. Vandaag ga ik me wat slotjes kopen - ja dat gaan we doen. Groetjes en braaf zijn - de Pé.
Argentinië is een voetballand. Dat is geen nieuwtje, maar je kan er niet onderuit. Alles wordt uitgezonden op TV: de argentijnse competitie, de spaanse competitie, europees voetbal, de nationale ploeg. Door het tijdsverschil maakt het dat je tussen de medialunes door al naar Madrid kan kijken en een beetje later naar River Plate. En dat vinden we wel snor. Straatvoetballertjes heb ik nog niet gezien, maar je hebt hier van die uitgebaatte voetbalpleintjes. Zoals je bij ons een tennisveld kan afhuren, kan je hier voor een uurtje een pleintje huren. Onderling kan je dan de stijd aangaan met andere ploegjes uit de wijk. Niet in clubverband dus, heel losjes allemaal. De pleintjes zijn voorzien van verlichting en tot een kot in de nacht wordt hier de ene cupmatch na de andere gespeeld. Fantastisch. Morgen is het de grote dag. Dan ga ik naar de Boca´s. Het heeft me weeral centjes gekocht door die mafia van een touroperators. Een ticketje kost normaal 50 pesos, maar hier vragen ze al gauw het viervoudige voor. Ik heb nog een poging gewaagd om in Boca te infiltreren en zo een plaatsje te bemachtigen op de platera (zitplaatsen) - niet tussen de meute want daar hoorde ik revolververhalen over. Helaas was er geen verkoop die dag. Enkel op de dag zelf en dat leek me wat te riskie. Goed, ik heb mijn duur ticketje en ik zal het koesteren. Om jullie wat in de sfeer te brengen, zal ik eens kijken of ik geen filmpje kan vinden van de Boca´s.
Over de match kunnen we kort zijn. Vier - nul voor de Bocas. Twee in elke tijm. Het niveau is niet echt spectaculair. Al zijn ze technisch wel onderlegd - taktisch is het een zootje. Maar kom, we zijn hier niet alleen voor de voetbal. De sfeer is enorm. Hier zie je niet het hip volkje dat je op Creamfields kon waarnemen (hoewel, ik was er zelf niet bij), maar het volk van de straat. Brood en spelen dus. Een ticketje is niet zo duur, amper 14 pesos (dikke drie euro) om te staan. Dat staat dan ook op mijn ticket, hoewel ik het tienvoudige heb betaald dankzij het imperium van de touroperators. Je betaald voor de veiligheid denk je dan. De veilgheid - het meest gecommercialiseerd product van deze tijd. Helaas sta ik even goed te blinken in het staanvak tussen potentieel crimineel engagement en bovendien staan we op de meest ondankbare plek - net onder het bezoekersvak. Die laten deze kans niet liggen en gedurende de ganse match worden we verwelkomd met mondregen. Later komen er stoeltjes en stenen bij en zelfs met urine gevulde ballonnetjes. Het grootste gevaar komt echter van de lichte paniek die ontstaat bij de talrijke touristen aanwezig in dit vak. Iedereen wil hogerop onder het afdak en beschermd van het projectiel geweld, wat maakt dat de mensenmassa in beweging komt en begint te drummen. Daar lag eigenlijk de taak van de operator - het aanbieden van een goede plek met overzicht op de groep. Nu is alles een zootje - iedereen staat afgezonderd. Maar soit, we laten het niet aan ons hart komen en genieten van de fantastische sfeer in het stadion. Van de eerste tot de laatste minuut gezang en lekker op een neer gewieg - fantastisch. Voetbalsfeer op en top. De Boca´s staan nu tweede in de stand op drie punten, met nog drie matchen te gaan waaronder een match tegen de nummer één. Alles kan nog. Spannend.
Vandaag is het mijn laatste dag in Buenos Aires. Ik heb nog heel wat te regelen, waaronder de aankoop van een nieuw fototoestel. Aan een fotografe had ik wat adresjes gevraagd voor fotostuff. Ik dus daar naartoe en in één van de vitrines zie ik hetzelfde modelletje als mijn gestolen toestel. Ik informeer naar de prijs en met 600 pesos (150 euro) kan ik me wel tevreden stellen. Als ik het toestelletje nader bekijk, herken ik de modderspatjes uit de Potosímijn. Dit kan niet waar zijn. Het is godverdomme de mijne. Ik informeer me iets gedetailleerder. Het toestelletje is binnengebracht in September (zever). Als ik wil kan ik een nieuwe adaptor bijkopen, plus een geheugenkaart en eventueel een beschermzakje. Ik kan het niet geloven en kijk rond in de winkel. Verstopt in een hoekje zie ik het origineel zakje liggen. Ik vraag om het me te tonen. De uitbater grijpt tweemaal naar het verkeerde, maar er is geen ontkomen aan. Ik wijs zover dat ik het bijna de muur induw. Even goochelt de uitbater nog met een document van de verkoop van mijn toestel om te tonen hoe regulair dit niet is. Maar ik breek bijna het ganse kot af. Diego de Colombiaan staat te blinken op het blad. Hij kreeg 300 pesos voor mijn toestel. Moet je nou wat. Welkom op het Falkonplein. Ik dreig met de politie, maar heb eigenlijk geen zin in die hele rompslomp. Bovendien is het niet mijn taak om een bende op te rollen. Als ik een toestelletje terugvind in een joekel van een stad, zullen ze mij ook wel weten te vinden. Geen zin in narigheid en ik onderhandel over de prijs. Alles komt boven tafel: de originele adapter, de batterij,.. Enkel de geheugenkaart met de fotoos is weg. Ze geven me een 2-gig kaartje en daarmee is de kous af. Tweehonderd zeventig pesos en wij de deur uit. Even bekomen met een Submarino. Wat een verjaardag. Miauwkes.
Scheetjes. Ik heb de stad achtermij gelaten. Nu zitten we wel degelijk in Patagonië. Meerbepaald helemaal in het oosten aan den atlantische. Hier niet ver vandaan is een schiereiland - Peninsula Valdes - interessant voor allerlei zeezoogdieren. Gaan we morgen naartoe. Even een walvisje (h)aaien. Daarna helemaal naar Chili. En dan met den boot naar beneden. Maar dat is voor volgende week. Haaikes.
..Het meisje van m'n kamer vraagt me of ik Zweeds ben. Ik antwoord met een 'hoezo'. Ze wijst naar m'n Nudie Jeans. Zweeds blijkt. Het doet haar merkelijk plezier, zover van het thuisfront enige link met het moederland te vinden. Ik doe er een schepje bovenop en wissel van broek. Een Fjäl Räven. Nu is ze helemaal van haar melk. Belgen die Zweeds gaan, dat had ze niet verwacht. Nu, wij weten wel beter. Welke Belg slaapt er niet in een Zweeds bed? Ze vindt m'n sweater wel leuk. Och, zeg ik, dat is een Hach-en-emmeke. Hennez and Mauritz - dat is dan drie-nul voor de Zweden. Ik kan er niet veel tegen inbrengen. Ik denk niet dat ze iets van Dries van Nooten aan heeft. Rest het me nog de eer om een own-goal te scoren. Ik kijk naar m'n Teva-sandalen. Begot zou ik niet weten waar die vandaan komen. Maar het mag gezegd, het zijn zweetschoenen eerste klas. Zweetish in alle geval..