De fles is vol. De voorbije dagen zijn bloedheet geweest. Vochtig en warm. De remedie is een lange siesta. Van één tot vijf leggen we de wapens neer. Een lange dut of een plons in het fantastische beekje een beetje verderop is ideal. Met den bouw gaat het gestaag verder. De coördinaten liggen vast. Geen eenvoudige klus omwille van de ongewone vorm van het huis. Ondertussen zijn we de strook voor de fundamenten aan het graven. Het is best wel een beetje artie - een megaspiraal van zo'n meter diep. Met een beetje ondernemingszin kan je dit verkopen als kunst. In alle geval het was geen kunstje om het uit te tekenen. Het werkvolk is hier niet zo thuis in de wondere wereld der mathematica en supersonische meettoestellen zijn er niet. Gelukkig is Bertrand naar school geweest. In Wallonië weliswaar, maar het volstaat. Ik, op mijn beurt, heb me toegelegd op de constructie van droogrekken. Het heeft wat voeten in de aarde gehad, maar ze staan er en de eerste druifjes en peertjes zijn al te drogen gelegd. Heden wordt het wachten op de post die Bertrand zal worden toegestuurd: een grote doos met chocolade, andalouse-saus, trappist y otras cosas. Qué barbaro.
Wat een land, Argentinië. De architecte heeft zin in wat vakantie en is er even tussenuit zomaar in de volle opbouw van het project. Geen nood, we redden het wel. Als toetje mogen we haar auto gebruiken. Een babyblauwe Chevrolet (1956) en ik denk dat hij ooit nog van de familie Wemmel is geweest. Vliegen doet ie alvast niet meer, maar hij bolt. Leuk voor een uitstapje op zondag en zo geschiedde. Drie gringo's naast elkaar in een huge van een oldtimer op weg naar een meertje om wat te zwemmen. Halverwege krijgen we gezelschap van twee lifters - een vers koppeltje en behoorlijk high in the sky. Ze krijgen een ligplekje in de laadbak. Dankzij een gouden tip van een local weten we een goed baanrestaurantje te traceren. Slecht is ie niet, die choripan (broodje worst) en de papas fritas zijn enorm. Goeie tip en de zondag kan al niet meer stuk zowaar - ook al blijkt het meertje niet echt een zwemmeertje te zijn. No nadar, pero une siesta esta una buena alternativa. Na de dut terug in de truck. De lifters zijn nog steeds aan onze zijde en we leggen ze netjes weer detras in den bak. Hop naar huis voor een duik in ons eigenste beekje. Wat jammer dat we niet op de gastank gelet hebben. Als een slokop gaat het peil naar beneden en wanneer de lampjes rood kleuren zit er niets anders op dan de wegberm op te zoeken. Niet veel later vinden we een sympathieke collega chevroletter met een stevig stuk touw die ons naar het volgende naftstation sleept. Qué adventura. En zo komen weer thuis voor de welverdiende plons. Nog even opschudding als Katy wordt gebeten door een vis (?), een slang (?), een otter (?) of iets anders in het water. God mag het weten, maar ze heeft het overleefd en dat is ook al goed. Listo.