Het is niet omdat
het ondertussen allemaal achter de rug is, dat ik het normaal vind. Het
vliegtuig nemen om 3.000 km ver van huis aan een wedstrijd deel te nemen. Hoe
irreëel kan een droom toch zijn? Ook in dromenland kun je blijkbaar je grenzen
verleggen. Negen jaar geleden, leek een Ironman nog een onbereikbare droom. Na
deelname aan mijn allereerste (kwart)triathlon in 2003 leek zelfs de halve
afstand te hoog gegrepen dankzij mijn zwakke zwemprestaties. Nu kan ik al
over nummer drie spreken. Om daarna te beginnen dromen over nummer vier ;-) Ja,
nummer drie. En wat voor één. Volgens sommigen de allerzwaarste, naast of na de
Ironman in Hawaï. De organisatie hun motto zegt ook veel: Normal limits do not
apply. Laat maar komen., was mijn persoonlijk motto ;-) Ik heb me nog nooit
zo goed kunnen voorbereiden op een wedstrijd. Je weet dat er altijd wel een
fysiek ongemak groot of klein - onverwachts opduikt. Een opkomende kleine
kwetsuur of een paar dagen ziek. In het slechtste geval erger gekwetst (Eindhoven
2008) of serieus ziek (Nice 2011). Maar deze keer absoluut niets. Het enige wat
er op mijn trainingen aan te merken viel, waren de ontbrekende open water
zwemtrainingen en het te weinig aantal fietskilometers bergop. Dan mag je
gerust van een perfecte voorbereiding spreken. En zo voelde ik me ook. Realistisch
en heel bescheiden voor de 3,8 km zwemmen. Met vertrouwen en hopend op een
knappe prestatie voor de 180 km fietsen. En boordevol vertrouwen en klaar om
mezelf en vele anderen te verbazen in de afsluitende marathon. Ook de dagen
voor de wedstrijd waren goed verlopen. Op een klein akkefietje met de huurauto
na, relatief weinig stress. Iets te weinig rust de avond voor de wedstrijd toen
de Ironkids wedstrijd wat uitliep en we daarenboven nog de ganse cérémonie
protocolaire (met plezier) hebben gevolgd omdat London een podiumplaats had
gehaald. Misschien was dat wel de reden waarom ik de nacht voor de wedstrijd redelijk
goed geslapen heb. Dat was in Zurich en Nice wel anders.
De wedstrijd zelf
dan. Net zoals in Nice, kan ik, na afscheid te hebben genomen van mijn trouwe
supporters, nog even inzwemmen. Dat doet me goed en zorgt ervoor dat mijn
zwemstart zonder probleem verloopt. Zelfs het passeren van de eerste boei, die
al na 200 m na de start ligt en daardoor met veel te veel triatleten
tegelijkertijd gepasseerd wordt, verloopt vrij goed. Enkele honderden meters
daarna, krijg ik het wel even moeilijk. Ik moet een paar klappen incasseren en
geraak even volledig uit mijn ritme. Op dat moment merk ik wat wedstrijdervaring
waard is. Ik probeer zo goed als ik kan niet te panikeren en mijn ademhaling
terug onder controle te krijgen. Ik ga iets meer opzij zwemmen waar het wat
rustiger is en kom terug in mijn ritme.
Na verloop van tijd
word ik meer en meer benieuwd welke tijd de wedstrijdklok me, bij de eerste
keer uit het water komen, zal aantonen. Ik blijk ergens onder de 39 minuten te
zitten. Perfect vergelijkbaar met vorig jaar in Nice. In het tweede gedeelte
heb ik het gevoel dat ik beter en sneller zwem. Dat blijkt achteraf ook te
kloppen. Ook al is die ene minuut sneller niet echt spectaculair. Bij de tweede
en definitieve exit uit het water, zie ik de eerste keer Christel, Marcella,
London en Vegas terug. Yes, Im still alive en klaar voor mijn inhaalrace. Het
wisselen gaat redelijk vlot, vind ik. Maar in zon ellenlange wisselzone duurt
het gewoon lang veel te lang eer je op je fiets kan springen. Veel sneller
dan 8 minuten zit er gewoon niet in.
Bij het buitenrijden
uit de wisselzone check ik nog eens vlug mijn tijd. Het is nog geen half negen,
dus ik zit nog op schema. De wind laat zich al goed voelen. De temperatuur valt
op dat moment nog best mee. In tegenstelling tot het zwemmen en het lopen, heb
ik niet echt een idee wat voor tijd ik ga nodig hebben voor het zware
fietsparcours. Sinds we arriveerden op Lanzarote is de wind beetje bij beetje
toegenomen. Afwachten wat dat wordt. Zes uur blijft wel een richttijd, maar
eerder als referentie om te rekenen hoeveel minuten ik in elk uur zal verliezen
ten opzicht van het schema van 6u, dan als grens waar ik kan onderduiken. Ik
check dan ook regelmatig hoeveel minuten ik achterlig op het schema om de 180
km in 6u te doen of dus aan een gemiddeld va 30 km/h. Het eerste uur gaat het
alvast goed, want dat rijd ik aan perfect 30 km/h gemiddeld. Maar ik weet wel
dat de zwaarste kilometers zowel wat hellingen als tegenwind betreft nog
moeten komen. Mijn benen voelen wel goed aan en ook mentaal voel ik me goed. Ik
switch mijn Garmin regelmatig tussen het scherm met de wegenkaart (in de
stukken bergaf) en het scherm met o.a. het stijgingspercentage (op de stukken
bergop). Bergop en tegenwind houd ik mijn snelheid bewust nooit in het oog.
Niet goed voor het koppeke. Andere atleten voorbij steken, daar trek ik me aan
op en dat gaat voortreffelijk. Ook eten en drinken gaat goed. Mijn maag is
blijkbaar ook goed in vorm. Samen gaan we potten breken ;-)
Ongeveer halverwege
spot ik mijn geliefd persoonlijk Ironman herkenningspunt: onze Vlaamse leeuw
vlag. Mijn supporters hebben post gevat
op een moeilijk stuk bergop en tegenwind en hebben daardoor alle tijd om me te
zien passeren. Ook dat is wedstrijdervaring ;-) Op dat punt heb ik al een
moelijker stuk van het fietsparcours achter de rug dan in het begin. Mijn
gemiddelde is dan ook al onder de 30km/h gezakt. Natuurlijk weet ik dat
Lanzarote gekend is voor zijn lastig fietsparcours met meer dan 2.500
hoogtemeters in combinatie met de wind die je met momenten soms bijna
letterlijk van je fiets blaast. Maar dat daarbovenop de erbarmelijke staat van
sommige wegen het nog wat extra lastiger maakt, dat had ik pas twee dagen
geleden ondervonden bij een stukje parcoursverkenning. Dat vind ik het grootste
minpunt aan deze Ironman. Ik heb ontelbaar veel atleten aan de kant zien staan
met pech. Dat kan toch niet de bedoeling zijn. Ik probeer er zo weinig mogelijk
aan te denken dat het ook mij kan overkomen. Blij dat ik rij.
De kilometers
vorderen en ik merk dat ik na de afdalingen steeds terug in de buurt van 30
km/h gemiddeld geraak. Stilaan begin ik een beetje te hopen op iets wat ik enkele uren geleden nog voor onmogelijk
hield. Bergop en in tegenwind blijf ik mijn zelfde tempo aanhouden. Het lijkt
me niet verstandig om op die stroken nog dieper te gaan. Ik heb immers nog een afspraak
met de grens van 3u30 in de marathon straks. Dus nog enkele uren mijn verstand
gebruiken kan daarbij wel helpen. Van zodra het niet meer bergop gaat of ik
geen tegenwind meer heb, probeer ik minder te recupereren dan gepland en
snelheid te maken om mijn gemiddeld omhoog te krijgen. Ik herinner me de raad
van Rudi: Niet teveel met de rem op tijdens het fietsen, maar jezelf ook niet
opblazen. Dat is exact wat ik nu aan het doen ben, coach. Met nog een 50tal
kilometers te gaan, gaat mijn gemiddelde snelheid de goeie kant uit. Ik begin
te rekenen in minuten voor of achter op het schema van 6u en geloof er nu
rotsvast in dat het moet lukken. Ik neem noodgedwongen zelfs nog eens de tijd
voor een plaspauze. De derde ondertussen waarbij ik even van de fiets moet. Al
fietsend was het me enkel de eerste keer gelukt, in een lange afdaling. Nog
nooit eerder geprobeerd op training of in een andere wedstrijd. En trots dat ik
was. De triatleet achter mij iets minder ;-) Pech, dan had hij maar wat sneller
moeten rijden. Voor mij, niet achter mij.
Iets voor half drie
rijd ik de wisselzone binnen. Ik had tegen Christel gezegd dat ze me kon
verwachten tussen half drie en drie. Maar ze wist natuurlijk wel beter, want ze
stonden me alle vier al net voor de wisselzone op te wachten. Ook de wissel
fiets/lopen verloopt goed. Ook al moet ik opnieuw even de tijd nemen voor een
plaspauze. Ik zal in totaal zeven plaspauzes nemen. A waste of time. Maar ook
een luxeprobleem van een triatleet die er onder bloedhete omstandigheden in
slaagt om goed gehydrateerd te blijven. Na meer dan 7u wedstrijd voelen mijn
maag en darmen merkelijk beter dan in mijn vorige Ironmans.
Mijn doel voor de
marathon was vooraf heel duidelijk, althans in mijn dromen ;-) Binnen de 3u30
finishen. Ik was tijdens het fietsen zo bezig geweest met eten en drinken, met
kilometers en snelheid (bergaf) en gemiddelde snelheid, dat ik nu pas besefte
dat een goede marathon me een eindtijd heel dicht bij de 11u zou opleveren.
Slik. Ik besluit toch om mijn marathon gewoon zo veel mogelijk op het gevoel te
lopen. Normaal stel ik bij een marathon mijn Garmin in op laps van 2km, maar
deze keer op laps van 1km. 42 keer piepen en het feest is gedaan. De eerste km
gaat in 4:33. Te snel, dat weet ik. Maar ik loop op het gevoel en blijf dat ook
doen. Niet dat dat een goed gevoel is. Maar ik weet dat dat normaal is. De
eerste 6 à 7 kilometers zijn de hel. Mijn voeten en onderbenen doen zeer en
willen niet mee. Een kwestie van doorbijten en denken dat het straks beter zal
gaan. Afzien en wachten op beterschap. Dat komt wel goed. Waar ik minder
gelukkig mee ben is dat na de 4de km mijn snelheid al boven de
5:00/km gaat. Langzaam aan begint het gevoel in mijn benen wel te beteren en
krijg ik het gevoel dat ik beter en beter begin te lopen. Alleen vervelend dat
mijn Garmin me kilometer na kilometer iets anders vertelt. Als ik nu al kilometer
per kilometer tijd moet beginnen toegeven op het schema van 3u30, moet ik die eindtijd dan nu al vergeten en
een nieuw doel stellen? Misschien niet, als ik nu het zwaardere stuk van het
loopparcours aan het doen ben. Na het keerpunt op 9 à 10 km, begint het
inderdaad te beteren. De wind in de rug en meer stukken bergaf dan bergop.
Zonder veel problemen krijg ik mijn snelheid terug richting 4:45/km. Ik begin
nu elke kilometer meer en meer voorsprong te nemen op het schema van 3u30. Eten
en drinken verloopt feilloos. Het is broeierig heet. Zelfs volledig ingesmeerd
met sunblock, voel ik de zon branden in mijn nek en op mijn schouders. Zo heb
ik het graag. Ik heb gelukkig zelf een aantal gelletjes in de achterzak van
mijn trisuit gestoken, want de bevoorrading is wel niet 100 % wat het moet
zijn. Alleen water en sponsen zijn er in overvloed en daar maak ik dan ook
gretig gebruik van om me te verfrissen, af te koelen en op temperatuur te
blijven.
Ik heb al een tijdje
de eerste vrouw in de wedstrijd in het vizier. Ik probeer haar al een tijdje te
volgen en stel vast dat ik haar langzaam maar zeker inhaal. Ook al ligt zij de
volledige eerste tour (van 18-19km) voor, het feit dat ik haar inhaal en de
rest van de wedstrijd kan voorblijven, betekent toch dat mijn loopsnelheid best
ok is. Ik voel wel duidelijk dat ik veel minder gedoseerd loop dan tijdens mijn
twee vorige Ironmans. Maar ik zit ondertussen halverwege en loop nog steeds
kilometers tussen 04:40/km en 04:50/km. Nog twee kleinere laps (van 11,5 km) te
gaan. Ik weet nu dat het eerste deel van elke van die laps zwaarder is dan het
tweede deel door de stukken bergop en de tegenwind. Toch lukt het me om de
volledige tweede lap onder de 5:00/km te blijven. Toegegeven, het gaat al lang
niet zo vlot meer dan in het tweede deel van de eerste lap. Maar ik geef
mezelf opnieuw een mentale boost omdat ik richting km 30 ga en nog steeds elke
kilometer seconden uitloop op een eindtijd van 3u30. Ik verwacht dat het eerste
gedeelte van de derde en laatste lap cruciaal gaat worden. Mijn benen laten me
immers langzaam maar zeker voelen dat het genoeg is geweest. Op het keerpunt
aan de finish, bij het begin van de laatste lap, zie ik de wedstrijdklok die
nog enkele minuten onder de 10u aangeeft. Dat betekent dat ik nog meer dan een
uur heb voor minder dan 12km als ik binnen de 11u wil finishen. Yes, dit moet
lukken. Dat mag g*dverd*mme niet meer mis gaan. Tot km 32 lukt het me om (net)
onder de 5:00/km te lopen. Maar dan. Dan krijg ik het lastig, heel lastig. Bij
elke stap voel ik de energie uit mijn lichaam stromen. Dat heeft niets te maken
met eten en drinken, want dat ben ik nog steeds goed aan het doen. Maar het is
op. Het vat is af. Mijn snelheid gaat boven de 5:00/km. Gewoon bergop voelt aan
als een beklimming buiten categorie. Gewone tegenwind als een felle Polderwind
die me in geen enkele fietstraining klein heeft gekregen. Maar daar nu precies
wel in begint te lukken. Ik probeer kilometer per kilometer mijn snelheid te
houden en denk niet aan de kilometers die nog moeten komen. Dood gaan, noemen
ze dit. Tot overmaat van ramp zorgt een overvolle blaas ervoor dat ik nog even
moeten stoppen voor mijn laatste plaspauze. Onmiddellijk terug vertrekken en
voelen dat het niet meer gaat. Ik heb de ganse marathon mijn snelheid nooit
tussentijds, maar pas op het einde van elke kilometer gecheckt. En dat doe ik
nu zeker. Zuiver op het gevoel afgaande, vrees ik het ergste en spookt het
eventjes door mijn hoofd dat het elk moment afgelopen kan zijn. Crashen? Fysiek
misschien wel, maar mentaal (nog) niet. Ik lig/lag op schema voor een tijd onder
3u25, maar loop nu kilometers waarop ik tot een halve minuut moet prijsgeven
tegenover het 3u30 schema. Ik droom van de finish, die ik maar niet in het
vizier krijg. Maar enkele kilometers later gelukkig wel. Nog even een kleine
oerkreet om dat beetje energie dat toch nog in mijn lijf zat, maar wat ik de
laatste 10 km niet meer gevonden heb, eruit te krijgen. Mamma mia. Een Ironman
marathon binnen 3u30 en de Lanzarote Ironman binnen 11u. Hoe heb ik dat in
godsnaam voor mekaar gekregen?
Nadat ik de finisher
medaille rond mijn nek krijg gehangen, word ik persoonlijk gefeliciteerd door
Kenneth Gasque, de race director, oprichter en nog steeds de bezieler van de
Lanzarote Ironman. Heel sympathiek van deze grote mijnheer en vooral omdat ik
hem even als steun kan gebruiken. Letterlijk. Want stappen is nu even niet veel
meer dan wankelen. En waarschijnlijk ook de reden waarom onmiddellijk daarna
iemand van de organisatie me naar de recovery ruimte brengt en vraagt of ik de
dokter wil zien e/of ik aanhet infuus wil. Euh? No, its ok. Thanks. Im fine.
Really. Not? Ive got some things to do, you know. I wanna see my family. Zo
slecht voel ik me nu ook weer niet
alhoewel. Nee ik voel me super. Niet blij
dat het gedaan is. Wel blij met wat ik gepresteerd heb.
Bedankt aan iedereen
voor alle aanmoedigingen en interesse die jullie getoond hebben. Bedankt Rudi
en Mieke voor elf maanden voortreffelijke coaching, die me alweer geholpen
hebben om een mooie sportieve droom waar te maken. Bedankt Marcella, London en
Vegas voor het supporteren en alle steun ter plaatse, voor en na de wedstrijd.
En bedankt Christel voor
you know
onze derde Ironman.
|