My home is my castle
Louis Plaque is op weg naar huis. Hij rijdt net iets sneller dan zou mogen maar wijt zijn zware voet aan de vermoeidheid na de lange rit. De levering van motoronderdelen aan een Zweeds autofabrikant verliep probleemloos. Met zijn retourvrachtje meubelen geraakte hij zonder meer over alle landsgrenzen. Zo vlot gaat het zelden.
Maar nu wil hij naar huis. De cabine van zijn vrachtwagen anders een gezellig substituut van de huiskamer wordt hem te benauwd. Thuis zullen Marie en Tom op hem wachten met het avondeten. Tom zal honderduit vragen over Zweden, de Zweden en de autofabriek. Hij is nu eenmaal erg geïnteresseerd in alles wat zich op vier wielen met een motor voortbeweegt. Louis is benieuwd wat hij van de schaalmodellen zal vinden die hij van de Zweedse magazijnier meekreeg.
Als Marie aan de beurt is, zal ze zachtjes in zijn oor fluisteren: je taime, tu sais. Ze weet dat het Frans, zijn moedertaal, hem nog steeds iets doet, al woont hij al zijn halve leven aan de Vlaamse kant van de taalgrens en spreekt hij vloeiend Nederlands.
Vlot schuift hij zijn truck en oplegger de lange oprijlaan naar hun huis op. Dat ze dit kasteeltje voor een appel en een ei hebben kunnen kopen, blijft hem verbazen. Dat ze er al jaren al hun vrije tijd en spaargeld in steken om het op te kalefateren, verbaast hem heel wat minder.
© Barbara
|