Omdat ik toch nog moet terugkeren naar Cartagena en er al eens 5 dagen was vertrok ik naar Taganga in de namiddag. Daar zou ik Dave ook terug ontmoeten om samen naar Cabo de la Vela te reizen. Na zijn bericht gelezen te hebben had ik al een klein vermoeden dat hij langer in Taganga zou blijven. Iedereen blijft langer in Taganga dan voorzien of keert er naar terug. Het is een klein rustig vissersdorpje aan de caraibische kust. Maar eerst moest ik nog naar Santa Marta gaan. Ik stapte op een bus en vroeg of de bus naar de terminal reed. De chauffeur bevestigde dat en dus zat ik met een gerust hart in de bus te luisteren hoe een straatmuzikant nog meer kleur aan het geheel gaf. Een half uurtje later gebood de chauffeur me uit te stappen omdat we er waren. Ik zag nergens een terminal, alleen maar zandwegen en een hoop bussen en drukte. Vanaf hier kon ik ook een bus nemen naar Santa Marta. Ik vertrouwde het helemaal niet. Kon 4000 pessos afpingelen omdat ik wist dat een ticket maar 20.000 kostte vanuit de terminal. Had de dag ervoor geinformeerd. 2 uurtjes verder werd ik weer de bus uitgejaagd omdat we er waren maar dit was helemaal Santa Marta niet. We stonden in Barranquilla onder een brug en moesten van bus veranderen. Voor ik het wist was er een klein oud ventje met mijn rugzak vandoor, luid van zijn oren aan het maken tegen de buschauffeur en companen. Hij kreeg geld in zijn handen geduwd en zou de rest van mijn rit naar Santa Marta regelen. Dit was echter te weinig en geen enkele bus nam me mee. Ondertussen ging mijn geld al 2 keer van hand tot hand naar kerels die mijn bus zouden regelen. Was al een keer teruggelopen naar de andere chauffeur om meer geld te krijgen maar hij weigerde. Na ongeveer een half uur was ik er helemaal klaar mee. Greep het geld uit de handen, helemaal opgenaaid stapte ik naar de buschauffeur en begon te tieren dat ik meer geld moest hebben. Blijkbaar hielp dat. Die avond kwam ik laat aan in Santa Marta en zocht er een hostel voor 1 nacht.
De dag erna s middags nam ik een bus naar Taganga. In "hostal Moramar" kwam ik Dave en zijn nieuwe vriendin meteen tegen. We praatten wat bij en een uurtje later lagen we aan een klein, rustig strandje. Na een frisse duik in het water was het tijd voor een partijtje schaak. Na anderhalf uur van constant verdedigen zag ik een kans om hem op sluwe manier schaakmat te zetten in een paar zetten. s Avonds kookten we spagetti en speelden kaart terwijl we een fles rum leegdronken. Toen we op het punt stonden om te vertrekken naar een fuif riep ineens iemand mijn naam. Het waren Marten en Fred. De 2 hollanders van op de boot naar Iquitos in Peru. Na 5 minuten besloot ik met hun mee te gaan want de andere bleven maar achter. Na een restaurant bezochten we de disco "garaje". Dronken een biertje en toen viel ineens de stroom uit in de zaak. Na een half uurtje hielden we het voor bekeken en ik ging nog even bij hun langs in het hostal.
Na een ontbijtje keken we een match van de premier league live op tv in het hostal. Zochten wat informatie voor het carnaval in Baranquilla op het internet. Dan was het alweer tijd om wat te eten en vervolgens om op het strand wat te luieren. s Avonds kookten we bonen met rijst, keken Boca juniors-River plate. Na een filmpje las ik nog wat in bed en viel in slaap.
Die morgen zocht ik de hollanders op in hun hostal en die mannen vertrokken juist naar Tayrona nationaal park. Ik gaf Marten mijn hangmat mee en wandelde deze keer naar een strandje aan de linkerkant. Daar was ik de enige blanke tussen de lokale Colombianen. Na 3 uurtjes lezen in mijn boek werd het me wat te heet in de zon en ik had ook nog altijd Dave en Emelie niet gezien. Terug op de heuvel zag ik ze op het strandje erlangs liggen. Dit was helemaal verlaten op ons drietjes na. s Avonds vroeg op mijn bed gaan liggen en doorgelezen in mijn boek omdat het vrij spannend is. Maakte nog een praatje met de zwitser in mijn kamer en toen hij sliep heb ik maar hetzelfde gedaan.
s Morgens zat ik al om 9 uur op de bus naar El Banco. In totaal zaten er maar 4 mensen in het busje. Vandaar dat de rit zo duur was. Eens we van de geasfalteerde weg afgingen veranderde het landschap. Langs de brede zandweg waren kilometers lange grasvelden met grazende koeien, grote boerderijen, waterplassen en veel verschillende vogels. Na meer dan een uur stopte het pad ineens en moesten we een veerboot op om de rivier over te steken. Daar begon een vrouw met me te praten en ze vertelde me dat ik een moto moest nemen van El Banco tot Mompos omdat er geen bus-of bootverbinding was. Eens in El Banco bood het meisje dat in de bus zat aan dat haar broer mij naar Mompos zou brengen. Wel tegen betaling. En dit was ook niet goedkoop maar er was geen andere mogelijkheid. Met mijn 20 kg zware rugzak stapte ik achterop de moto. Mijn klein rugzakje zat tussen ons in zodat geen van mijn kostbare bezittingen onderwegen verloren konden gaan. Na een half uurtje begon de broeierige hete rode zon onder te gaan en ik voelde me een beetje als Che in "the motorcycle Diaries". Ik slaagde erin om zelfs 2 filmpjes te maken vanop de moto. (Op Youtube onder Lago76) Eens de zon onder was hoopte ik dat we er zo snel mogelijk waren. De zandweg was bij momenten vreselijk slecht en er was natuurlijk geen verlichting. De insecten vlogen constant in mijn ogen bij het minste wat ik opkeek en de rugzak begon serieus door te wegen. Na 2 uur dropte hij mij aan een hotel. Ik ging nog iets eten en nam een douche. Toen ik me wilde afspoelen stopte de douche ineens. Daar stond ik mooi ingezeept. Gelukkig stond er een emmer met water zodat ik me toch kon afspoelen. Zal wel vaker gebeuren dat ze zonder water zitten.
s Morgens bezocht ik het centrum. Dit is niet zo heel groot en is gelegen langs de rivier Magdalena. In de koloniale tijd was dit een belangrijk havendorpje omdat vele goederen van Cartagena naar hier verscheept werden waarna het verder inlands werd vervoerd. Tegenwoordig heeft het geen functie meer als haven en als je in dit prachtig dorpje rondwandelt met de koloniale gebouwen en 6 kerken is of je terug in de tijd ronddwaalt. Het merendeel van de bevolking zijn negers die in die tijd aangevoerd werden als slaven. Dit en het weer zorgen voor een speciale sfeer. Het was er zeer rustig buiten de brommertjes gerekend. Een beetje te rustig en na 1 dagje had ik het er eigenlijk al gezien. Maar ik bleef nog een 2de dagje wat rondhangen. Op woensdag nam ik een bus naar Cartagena. Alweer moesten we een ferry op om ons deze keer een heel stuk verder te laten droppen. In de namiddag kwamen we aan in cartagena waar ik in hotel Familiar terechtkwam omdat hostel Vienna vol zat. Al snel kwam ik aan de praat met 2 duitsers en een zwitser. De rest van de dag bracht ik door met hun.
Die nacht er eens over geslapen en beslist om El fosil en el infiernito niet te bezoeken. Het geraamte van de krokosaurus had ik de dag ervoor op de camera van een zwitserse gezien. Het was zoals een krokodil maar dan iets groter. En El infiernito bestaat uit een stuk of 30 stenen in de grond geplaatst. Het was me ook een beetje te fris in de namiddag in Villa de Leyva wanneer het telkens begon te regenen. Tijd om andere oorden op te zoeken en dus sprong ik op de bus naar San Gil. In hotel San Andres nam ik de goedkoopste kamer en at er ook iets. Na enig speurwerk in de Lonely Planet kwam ik op het idee om Parque el Gallineral te bezoeken. Hier waren een hoop bomen met van die slingers in. Ben ondertussen alweer de naam vergeten maar als je de fotos bekijkt snap je het wel. Ik vind deze bomen ongelooflijk knap en later ga ik heel mijn tuin er vol mee planten. Hier en daar waren er wat speciale (voor mij toch) planten en bloemen. Middenin het park was er een zwembad. Als ik dat had geweten had ik zeker mijn zwembroek meegenomen want hier in San Gil was de temperatuur meer dan aangenaam.
Na een goede nachtrust nam ik die morgen een bus naar Barichara. Een dorpje 40 minuutjes van San Gil. Onderwegen reden we door de bergen en kwamen mooie villas of finchas tegen gebouwd in de spaanse koloniale stijl. Barichara was meer van dat. Een beetje te vergelijken met Villa de Leyva en Raquira. Het is nu eenmaal de streek om dit type van dorpjes tegen te komen. Heel mooi en rustig, maar na een paar uurtjes heb je het wel gezien. Ik bezocht de kerk, het kerkhof en het uitkijkpunt. Het kerkhof vond ik wel de moeite. Alle graven een beetje kris kras doorheen vlak naast de kerk. De ene al mooier dan de andere. En het geheel ademde een speciale sfeer uit. Nog beter tijdens de nacht met een volle maan en zwarte katten. Na mijn morbide gedachten op het kerkhof wandelde ik wat verder, at een snack en nam de bus terug naar San Gil. Die avond eindigde ik mijn boek van Brusselmans. Eigenlijk 3 romans van hem gebundeld. Moe en tevreden ging ik slapen.
Omdat de douches naast mijn kamer waren werd ik vroeg in de morgen al gewekt. Veel meer had San Gil mij niet te bieden want de andere activiteiten zouden te veel geld kosten. Dit zijn rafting, speologie, rapellen en andere dingen. Met een 4 uur durende busrit was ik opeens in Bucaramanga. De hoofdstad van de provincie Santander. Niks speciaals, gewoon een grote, drukke stad met een 600.000 inwoners. Hier verbleef ik 1 nachtje om de reis naar Mompos een beetje te breken. Mijn kamer had een tv met 77 kanalen, waarvan vele amerikaans, en dus zapte ik de hele avond van het ene naar het andere kanaal. Was lang geleden dat ik me daar nog eens mee bezighield. Probeerde Jurrasic Park te kijken. Maar vond er geen bal aan omdat de krokosaurus niet meedeed. Zag wel dat Justine Henin de ballen vrij goed sloeg.
Zondagmorgen om 5 uur stonden we op. Nathan moest bij een familie ergens naar toe in de buurt van Cali. Dave en ik gingen samen naar het busstation. Ik kocht een ticket voor de bus van 8 uur s avonds naar Bogota. Dave vertrok naar Cartagena. We maakten plannen om elkaar in het noorden terug ergens te ontmoeten om La Guajira te bezoeken. Dit is het uiterste noorden van Colombia aan de grens met Venezuela. Het is een woestijn heb ik me laten vertellen met mooie stranden. In geen enkele LP vind je er informatie van. Excellent om eens te gaan verkennen. De hele dag zat ik dus in het busstation en de hele voormiddag kreeg ik rond met mijn blog een beetje bij te werken op het internet. In de namiddag kwam de vermoeidheid opzitten van het weinige slapen de dagen ervoor. Ik legde me even neer op een bankje en was meteen vertrokken met slapen. Na een uurtje werd ik wakker geschud door de politie. Het was verboden languit op een bankje in het station te slapen. Ik voelde me eens zo mottig en besloot maar wat rond te wandelen. Ik haalde 20u en in de bus was viel ik onmiddellijk in slaap.
s Morgens kwam ik aan in Bogota en na een half uurtje wachten nam ik een taxi naar Hostel Sue 2 in La Candelaria. In oktober waren we er ook en het hostel viel goed mee. Ik moest wachten tot 12 uur eer ik een bed had en de jonge kat Candelario hield me wat gezelschap. Na een uurtje ging ik ontbijten en even het internet op. In de namiddag keerde ik terug en fristte me op. Ik belde Andres en in de namiddag pikte die me op. We dronken een paar pintjes en ik vertelde mijn avonturen die ik beleefd had sinds ik hem verlaten had. Hij reed met mij een 40 minuutjes buiten Bogota waar hij en zijn vriendin een huisje huren op het platteland. Het is een klein gezellig huisje, perfect voor 2 personen, rustig gelegen in de natuur weg van alle drukte in Bogota. Vooraleer we iets gingen eten haalden we Mando uit. Dit is Andres´ kameraad die ik vorige keer ook al ontmoet had. Na een pizza gingen we naar de "Bogota beer company". Daar hadden ze mij vorige keer ook naar toe genomen. Deze keten in Bogota brouwt zelf blond en bruin bier. Een lekker biertje daar niet van maar bij het binnen komen in deze cafe zag ik een Duvel bord tegen de muur hangen. Onmiddellijk begon ik op de kaart te speuren naar dit duivels bier. En ja hoor ze hadden het. Ik verkeerde even in een lichte vorm van hysteria en sprak Andres en Mando er over aan. We bestelde een karaf van anderhalve liter en Andres herkende meteen het bier want ik liet het hem als eens proeven in Brugge. De opdienster (knap ding) kon de Duvel zelfs perfect ingieten. In mijn ogen werd ze alleen maar mooier. Dit smaakte hemels na meer dan 10 maanden geen belgisch bier meer gedronken te hebben. Andres moest de dag erop werken en rond 1 uur vertrokken we. Omdat iedereen in de kamer sliep ging ik op de tast naar mijn bed. Ik voelde ineens iets harigs op mijn bed en verschoot me een ongeluk. Bleek het Candelario te zijn die zich op mijn bed genestelt had. Ik liet hem liggen en kroop over hem in bed. Pas in de vroege morgen vertrok hij.
Na een douche en het pakken van mijn spullen was ik op weg naar Villa de Leyva. Zag het nut niet om nog langer in Bogota te blijven. Was trouwens al de 3de keer dat ik er was en het was er koud vergeleken met Cali. En het is niet meteen mijn favoriete stad. s Avonds arriveerde ik in Villa de Leyva waar ik direct op zoek ging naar "hostel Dinos". Dit bestond niet meer na enige navraag. Daarom ook dat ik het niet vond. Nogal logisch natuurlijk. Dan maar naar "hospederia la villa". Eens daar bleef ik er ook omdat het fel regende. Villa de leyva is een klein koloniaal dorp gesticht in 1572. Het is ongeveer authentiek gebleven als toen en je vind er een van de fijnste architectale gebouwen. Het was er vrij rustig omdat het een weekdag is. In de weekends verandert het in een drukte van jewelste omdat velen mensen van Bogota dan afkomen. Na een heerlijke biefstuk op crioolse wijze las ik nog een beetje in mijn boek van Herman Brusselmans (gevonden in Quito).
Ik sliep uit tot 10 uur en nam een douche en zocht de bakkerij op. Vandaar ging ik naar het busstation en tijdens het wachten at ik mijn broodjes. Ik plande die dag een trip naar Raquira. Op aanraden van Andres en mijn LP. Dit is een klein dorpje 25 km van Villa de Leyva. Het is bekend om zijn kwaliteit van aardewerk zoals potten en beelden, houten eetgerei, hangmatten,ponchos, houtbewerking etc... Het dorpje ziet er heel levendig uit door de vele kleuren die de mensen gebruiken om hun huizen te verven. Wat me meteen opviel was het manneke pis op het plein voor de kerk. Na 2 uurtjes rondwandelen in de straten en de winkeltjes had ik het gezien. Terwijl ik op de bus wachtte kreeg ik gezelschap van 3 oudere dames. Zij zetten zich naast mij en begonnen een praatje. Ik kreeg complimenten omdat ik mijn spaans zo goed kon. Het verstaan is tegenwoordig niet zo zeer het probleem maar wel het praten. Na mijn 3 weken spaans in Bolivie heb ik mijn boeken niet meer open gehad met resultaat dat ik geen progressie meer maak. Ach ja ik heb nooit de perfectie nagestreefd. Even later zat ik met wat souveniertjes terug in de bus richting Villa de Leyva. Daar gaf ik een ouder duits koppel nog wat nuttige tips voor de rest van hun trip in Colombia.
Na 2 dagen van drinken en feesten besloten we om naar Cali te gaan. Dit was niet echt mijn bedoeling om er heen te gaan. Maar het ligt op de weg naar Bogota en ik kon gratis in Nathan zijn appartement verblijven. s Avonds kwamen we aan nadat ik bijna de hele busreis geslapen had. De naweeen van al het gefeest. Onmiddellijk voelde ik het milde klimaat in Cali. Stukken beter dan de koude avonden in Pasto en Quito. Nathan zijn appartement bevind zich in "San Antonio" een 20 meter van het park bij de kerk. Dit park was goed gevuld op een zondagavond. Dit omdat de dag erna een feestdag was. Welke heilige ze nu weer eren weet ik niet maar het lijkt alsof de colombianen altijd aan het feesten zijn. En vooral hier in Cali, de stad van de salsa. Een ander ding wat meteen opviel waren de mooie meisjes en vrouwen. Samen met Medellin word gezegd dat deze steden de mooiste vrouwen van Colombia hebben en dat kan ik alleen maar beamen.
Die nacht werd ik wakker van stemmen in het appartement en s morgens toen ik opstond lag Dave (australier) in de living te slapen. Nathan kende hem van in Chili en ontmoette hem terug in het hostel in Pasto. s Middags zochten we wat te eten en bezochten het centrum. s Avonds keken we een dvd die we gekocht hadden. De kwaliteit van de dvd was slecht, alsook de film zelf. Maar wat wil je met "Aliens vs predator 2" Ik viel dan ook al snel in slaap en toen ik terug wakker werd hield ik het voor bekeken.
De dag erop ging Dave de zoo van Cali bezoeken en ik vergezelde hem. De Lonely Planet beschreef de zoo van Cali als belangrijkste van Colombia. Na een 3 kwartiertjes wandelen kwamen we aan en betaalden 8000 pessos (ongeveer 3 euro) inkom. En voor dit geld zagen we allerlei rare beesten, vogels en reptielen. Eindelijk zag ik nu ook eens een condor. Spijtig genoeg was het in een kooi. Deze keer lukte het mij ook vrij goed om de lieve beestjes te fotograferen. Alleen gruw ik nog altijd van het idee van een dier in een kooi. Vooral toen ik bij de katachtigen kwam zoals de pumas, jaguars, tijgers en leeuwen, kreeg ik een slecht gevoel. Op 4 uurtjes hadden we de zoo bezocht en op de terugweg kochten we de ingredienten om spagetti te koken. Dit was Dave zijn taak, ik zorgde ondertussen voor de drank.
De rest van de dagen gingen rustig voorbij in Cali. Meestal speelden we s morgens wat schaak en als we honger hadden gingen we op zoek naar eten. We wandelde wat rond en zaten dikwijls in het park al het vrouwelijk moois te bewonderen. s Avonds zagen we Nathan dan altijd terug omdat hij tijdens de dag les geeft. Op vrijdagavond lieten we ons nog eens gaan en het was 7 uur s morgens eer we ging slapen. Paar uurtjes erna voelde iedereen zich belabberd en levensloos. Na een heerlijke lasagna kwam er een beetje verandering in. Diezelfde avond bezochten Dave en ik een reggea concert. Een mooie afsluiter van een rustig weekje in Cali want de dag erna gingen Dave en ik verder op pad. Hij naar Cartagena en ik weer naar Bogota.
Na een douche en een stevig ontbijt nam ik afscheid van iedereen in "hostal Huauki". Na een uurtje zat ik al op de bus naar Tulcan. Eens in tulcan deelde ik een taxi met een man die ook naar de grens moest. Kwestie van de kosten te drukken. Toen er ineens een 2de man instapte kreeg ik het even warm en spookten er al scenarios van overvallen in mijn hoofd. Gelukkig was het loos alarm en werd ik veilig aan de grens gedropt. Daar stond een meterslange rij aan te schuiven om een stempel te bemachtigen. Geduldig ging ik ook aanschuiven en na een uurtje was ik aan de praat met de colombiaan voor me en even later ook met de amerikaan, Nathan, achter me. Hij stond al een ganse dag aan te schuiven om zijn werkvisum voor Colombia in orde te krijgen. Hij is namelijk leraar engels in cali. Na 4 uur wachten hadden we dan uiteindelijk toch onze stempel. Aan de colombiaanse zijde was er minder volk en na een kwartiertje namen Nathan en ik een taxi naar Ipiales. De traditionele kip met rijst was ons avondeten en daarna keerden we terug naar het hotel.
s Morgens namen we een bus naar Santiario de las lajas. Dit is een neo-gotische kerk gebouwd tussen 1926 en 1944 voor de verschijning van de maagd. Volgens de legende verscheen die 45 meter hoog op een enorme vertikale rots. Waar de verschijning was werd het altaar gebouwd op deze klif. Het is een spectaculair zicht om deze kerk over de rivier te zien. Na ons christelijk voormiddagje genoten we nog even van het carnaval in Ipiales en gingen daarna voor het echte werk in Pasto. In deze regio viert men carnaval in de eerste week van januari. Het is een oud feest dat terug gaat in de tijd van de slaverij. In Pasto is dit feest het grootst. In de namiddag liepen we al vrolijk scheerschuim te spuiten op iedereen. s Avonds kochten we ook nog kalk om mee te gooien. Op het einde van de avond hingen we helemaal vol en moesten we terugkeren naar het hostel omdat Nathan een heel deel talk recht in zijn oog kreeg.
In de voormiddag schaakten we wat op de kamer en terwijl we rond de middag voor eten zochten werden we meermaals aangevallen en besmeurt met scheerschuim en talk. Ons ook maar scheerschuim en talk aangeschaft om ons te verdedigen. Het volgende belangrijke was rum kopen. Eens we die hadden trokken we ons terug op de kamer en begonnen te drinken. Na enkele uurtjes kregen we bezoek van een oostenrijks koppel dat we de dag ervoor hadden leren kennen. Samen gingen we de straat op om te feesten maar tot onze grote spijt was alles al afgelopen. Gelukkig vonden we nog rum en met ons viertjes feestten we door op de kamer.
Die morgen nog eens lang gedouchet en mijn boeltje gepakt. Op pad gegaan om mijn stempel te halen voor mijn paspoort. Natuurlijk was het kantoor weer gesloten. Een politieman aangesproken en die belde in het politiekantoor de mannen van de immigratiedienst op. In de namiddag kon ik terug gaan en toen was er ook inderdaad iemand. Zonder problemen kreeg ik mijn stempel terwijl ik al 3 dagen in het land was. Na mijn bezoekje aan de politie kocht ik een busticket om die avond naar Quito te gaan. In het park aan de rivier maakte ik nog filmpjes van de apen die de mensen aan het entertainen waren. Dit was kostelijk tijdverblijf. De filmpjes vind je op Youtube onder Lago76. Na een biertje ging ik het internet op om mijn belevenissen van de Amazonas neer te schrijven. Na alweer kip met rijst was het tijd om mijn bus te nemen. In de bus vroeg ik me af waarom al die zuid-amerikanen telkens toch zo moeilijk kunnen doen om de juiste plaats te vinden. En toen ze er mij mee kwamen lastigvallen veranderde ik omdat er toch plaats genoeg was. Nog geen minuut later was het weer prijs en deze keer antwoordde ik hun. Bleek dat ik de hele tijd verkeerd zat en op een verkeerd nummer aan het kijken was. Stilletjes mijn boeltje genomen en op de juiste plaats gaan zitten.
Later als verwacht kwamen we in Quito omdat we onderwegen 2 politiecontroles hadden. Alleen de mannen werden gecontroleerd. Iets later was ik in Mariscal(nieuwe stadsgedeelte). Ik liet me afzetten aan "hostel Huauki". Daar zat ik de vorige keer ook. Het was een blij weerziens met Oscar(eigenaar), Mario en Carolina(kuisvrouw). Zij zei me dat ik er mager uitzag. De Amazonas liet dus zijn sporen na. Een uurtje later ging ik een boek omwisselen in "The english bookshop". De beste boekenwinkel in Quito. De eigenaar maakte een praatje met me en gaf me zelfs een kopje thee. Van engelse gastvrijheid gesproken. Ook belde ik even later naar huis omwille van de feestdagen. In de namiddag kon ik in mijn kamer en ontmoette ik ook al meteen mijn kamergenoten. Een koreaan en 3 jonge amerikaanse meisjes. Hield het die dag bij wat lezen en ging vroeg slapen.
De dag erna was ik al vroeg uit de veren en ging mijn vuile was binnen doen. Installeerde me erna in de tv-ruimte en las mijn boek verder. Erik ontmoette ik daar en hij vroeg me of ik meekwam naar de teleferico. En omdat ik vorige keer niet zoveel bezocht had ging ik dus maar mee. Daar leerde ik nog 3 andere zweden kennen en ook Lee(koreaan) was van de partij. Ik vond het niet zo geweldig. Had al veel mooiere bergen en uitzichten gezien in zuid-amerika. Maar zo leerde ik de andere in het hostel kennen en dat was mooi meegenomen de laatste dag van het jaar. Toen we terug onder kwamen maakte we ook nog een bezoekje aan het pretpark. Ook niet veel fameus en mijn dollars niet waardig. Terug in het centrum en vooral op Av. Amazonas was het al een drukte van jewelste. Mensen liepen verkleed(leek wel carnaval), dronken bier en zagen er gelukkig uit dat er een nieuw jaar op komst was. Her en der stonden karikaturen opgesteld van politiekers(Chavez, Mendez, Fidel...), voetballers en andere belangrijke weet-ik-veel-wat. Die zouden dan middernacht bij de overgang naar het nieuwe jaar in brand gestoken worden. Wel een mooie traditie maar niet voor mij. De rest van de bende buiten Lee en ik kochten zich ook een masker. Ik was wel de eerste om ons groepje aan te moedigen om een frisse pint te drinken. En we waren vertrokken. Terug in het hostel kregen we nog bier van Oscar. We gingen ook sterke drank inslaan en begonnen er meteen aan. Gelukkig gingen we die avond met ons allen nog iets eten want buiten alcohol had ik nog niks geconsumeerd. Erna stonden we buiten aan het hostel met ons allen de pop te verbranden klokslag 12 uur. Toen de drank op was doken we het nachtleven in in verschillende discotheken.
Na 2 of 3 uurtjes werd ik wakker en besloot om op te staan. Ik voelde me vrij goed voor zoveel gemixt te hebben en besloot het thuisfront op te bellen. Toen ik papa een gelukkige verjaardag wenste besefte ik dat ik toch nog zat was. Maar er zijn ergere momenten geweest. De rest van de dag heb ik geluierd en verschillende films gekeken. Die dag ook nog afscheid genomen van Suzanne. Een toffe madam waar ik goed mee opschoot. Spijtig dat ze haar bus naar Lima moest nemen.
Die dag ook nog geluierd en me een paar films gekocht. Ook nog een hele tijd met Oscar gebabbeld en zijn volgend plan is om een "hostel Huauki" aan de kust in Ecuador te openen. Als hij het dit jaar geregeld krijgt ga ik zeker eens langs beloofde ik hem. s Avonds gingen de zweden, amerikanen, Lee en ik samen uit eten. Iedereen vertrok de dag erna naar andere bestemmingen.