DE BOOM VAN JESSExml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Wie is Jesse ?
Volgens Gods beloften zou de Messias geboren worden uit de nakomelingschap van Abraham Door u zal zegen komen over alle geslachten op aarde (Gen.12,3; hernomen in Sir.44,21; Jer.4,2; Hand.3,25; Gal.3,8) en uit het geslacht van koning David, aldus de Godspraak via de profeet Natan: Ik zal de nazaat die gij verwekt hebt hoog verheffen en zijn koninklijke macht in stand houden.
en Ik zal zijn koninklijke troon voor altijd in stand houden. (2 Sam.7,12-13).
In het populaire kerstverhaal van Lucas lezen we dat Jozef, omdat hij behoorde tot het huis en het geslacht van David (voor de volkstelling) op weg ging naar Judea, naar de stad van David, Betlehem geheten (Lc.2,4).
Twee evangelisten, Matteüs en Lucas, geven in de aanvang van hun evangelie een gekunstelde geslachtslijst van Jezus. Zeker Matteüs die de nadruk erop wil leggen dat Jezus wel degelijk de langverwachte Messias is, laat de genoemde dynastieke belofte uitkomen. In een afdalende geslachtslijst van Jezus vermeldt hij aldus Davids vader Isaï: Obed was de vader van Isaï en Isaï van David, de koning (Mt.1,5). Ook de tweede gekunstelde, (tot Adam!) opklimmende geslachtslijst van Jezus die Lucas geeft bij het begin van Jezus openbaar optreden, vermeldt de vader van David: Isaï (Lc.3,32). De naam van Davids vader komt ook voor bij Paulus (Rom. 15,12) (zie verder) en nogmaals bij Lucas (Hand.13,22-23): Nadat God Saul verworpen had, verhief Hij David tot hun koning. Van deze gaf Hij het getuigenis: Ik heb David gevonden, de zoon van Isaï, een man naar mijn hart, die mijn wil in alles zal volbrengen. 23 Uit diens nakomelingschap heeft God volgens belofte voor Israël een Verlosser doen voortkomen, Jezus.
Isaï, wiens naam betekent Hij is de Heer, treedt in het bijbelse verhaal (1 Sam.16) enkel op in functie van de uitverkiezing van zijn zoon David tot gezalfde koning. Samuël wordt gezonden naar Isaï, de Betlehemiet, want een van diens zonen heb Ik voor het koningschap bestemd, aldus de Godspraak (v.1). Bij het opdragen van een kalf als offer valt het oog van Samuël op de oudste zoon van Isaï, maar hij is niet de door God uitverkorene; immers een mens kijkt naar het uiterlijk, maar God naar het hart (v.7). Isaï stelt aldus zeven van zijn zonen aan Samuël voor, maar geen van hen blijkt de uitverkorene. Ten allerlaatste wordt de jongste die de schapen nog aan het hoeden was, gehaald en gezalfd: Sedert die dag was de geest van God vaardig over David (v.13).
In tegenstelling tot de moderne Nederlandse vertaling Isaï luidt die naam in het Latijn van de Vulgaat Jesse. Dergelijke andersluidende invullingen van de klinkers (zeker bij vertalingen) zijn nu eenmaal eigen aan het Hebreeuws dat enkel vaste medeklinkers kent.
Omwille van de eeuwenoude Latijnse traditie is echter de (stam-)boom van Jesse als begrip ingeburgerd geraakt, wat wel eens voor een valse verwarring zorgt tussen de beide versies voor de naam van dezelfde persoon.
Rudi Mannaerts, toerismepastoraal Antwerpen Boom van Jesse in kloosterkapel Keyhof van Huldenberg
|