DE FIJNSPAR 
Langs straten en op pleinen staan ze te schitteren met hun veelkleurige lichtjes en ballen. Over al hoort men 'O dennenboom
' De kerstboom is terug van weg geweest. Maar onze kerstboom is geen dennenboom maar een spar.
Deze soort hoort hier eigenlijk niet thuis. Hij is hier aangeplant als kerstboom maar ook voor zijn hout. Hoofdzakelijk hoort hij thuis in Noord- en Midden-Europa. Van de Alpen tot Scandinavië en van de Balkan tot in Rusland. Hij houdt van een vochtige atmosfeer en een koud klimaat. Hij groeit dan ook op grote hoogten. Daar ontwikkelt hij zich tot een krachtige boom met een fraaie rechte stam. In onze streken wordt hij bijlange niet zo fraai. In vergelijking van zijn broers uit het hoge noorden is hij een verschrompeling. Hij werd hier ingevoerd in de 18de eeuw. De stammen uit het hoge noorden werden en worden veelal als masten gebruikt op zeilboten maar ook van grote en hoge tenten. Hij kan tot 62 hoog worden en zeer oud worden. Men spreekt tot 600 jaar. De fijnspar verdraagt veel schaduw en daardoor worden ze dicht bij elkaar geplant. Het is echt helledonker in een sparrenbos. Maar daardoor had men een grotere houtopbrengst. Na 3 tot 35 jaar kon men aan de kap beginnen. Daarna de grond ploegen en opnieuw planten.
De vrouwelijke bloem
De spar heeft platte naalden die rondom de twijg staan. Ze zijn scherp gepunt. De bovenste twijgen zijn omhoog gericht de onderste gaan neerhangen. Deze twijgen zijn roodachtig bruin.De boomschors is roodachtig bruin. Later zal, bij oudere bomen, deze kleur overgaan naar donker paarsachtig.. De schors vertoont barsten die ronde kleine gladde platen vormen.
De vruchten zijn 12 tot 18cm lange kegels. Die als sigaren van 2,5cm dikte aan de boom hangen. Tijdens de herfst rijpen de zaden maar het is pas een jaar later dat de kegel zijn zaden los zal laten. Hoger schreven dat de spar om zijn hout gekweekt wordt.
Hij levert sterk, licht , elastisch hout met een bleekgele kleur. Het is vooral gekend als vurenhout. Het wordt evenwel ook gebruikt voor kisten, interieurs, in de papierindustrie, voor violenbouw, als hei en telefoonpalen en in de scheepsbouw. In sparrenhout (vurenhout) vind je steeds kleine knoesten (wieren) tussen de grote. De den (grenenhout) heeft dat niet omdat hij geen zijtakken heeft. Op stam vindt men de harsblaren. Uit deze hars zal men terpentijn winnen. Heel de boom zit vol alveolen die met hars gevuld zijn. Ze hebben geen verbinding met elkaar. Het zijn die harsbubbels die ervoor zorgen dat het haardvuur knettert wanneer je harshoudend hout brandt. Het hout mag jaren drogen, toch blijft het vonken en gensteren. Het hout werd ook als mijnhout gebruikt.in de mijnen stutte men er de gangen mee. Wanneer er een instorting dreigde dan ging het hout zingen kraken en wist men dat men zich uit de voeten moest maken. Ander hout bezweek onmiddellijk onder de druk. Dit is ook de verklaring waarom er in de Kempen zoveel naaldhoutbossen aangeplant werden.
KERSTBOOM
De spar is reeds eeuwen het symbool van groei en bloei en de verjager van heksen en slechte geesten. Vroeger bond men sparrenboompjes hoog in de mast van een terugkerend zeilschip; men hoopt met kerst terug thuis te zijn. In de 5de eeuw was het reeds de Boom des levens in de mysteriespelen in Duitse kerken. Bij die gelegenheid was de boom versierd met appels en koekjes. In de 9de eeuw verbood Karel de Grote het opzetten van deze boom. Paus Martinus II deed hetzelfde in de 10de eeuw. Straatsburg toonde de eerste versierde kerstboom reeds in 1605. Het is pas in de 19de eeuw dat de opmars zal beginnen.
VOLKSGENEESKUNDE
Sinds mensenheugenis weet men dat het sap van de spar en bij uitbreiding bijna alle coniferen, slijmoplossend is en helpt bij aandoening van de luchtwegen. De etherische olie wordt, opgelost in heet water, gebruikt bij griep, koorts, astma.
LEGENDE Deze legende komt uit Beieren
Het was volop winter. Het sneeuwde en het vroor dat het kraakte. De drie bosarbeiders keerden terug naar huis. Onderweg kwamen ze een mooie vrouw tegen. Zij brak van een spar drie takken af en gaf ze aan de mannen met de woorden: Dit zijn gelukstakken. Bewaar ze goed. Twee arbeiders vertrouwden het zaakje niet en gooiden de vermeende heksentakken weg. De derde stak het takje op zijn muts. Als bij wonder veranderde het in een echte gouden tak. Onmiddellijk liepen de twee anderen terug om hun takjes te zoeken. Wie vandaag naar de Beierse bossen gaat zal die twee mannen nog steeds zoekend vinden.
ZALIG KERSTFEEST Hoe herkennen ? Spar : De naalden staan alleen rondom de tak solo (alleen) Den : de naalden staan per 2 duo ( per twee) Lork: de naalden staan gegroepeerd legio (met vele)
norbert mosselmans 12/2009
INFO
Bomen en struiken Readers Digest Fotos Internet Legende internet Kerjean info Volksgeneeskunde internet Gielenaroma
|