Ik word geregeld met de vraag geconfronteerd of ik misschien niet té veel nadenk over het leven. Ik word ook geregeld met de vraag geconfronteerd of ik niet te weinig stilsta bij de dingen die ik doe en niet te oppervlakkig door het leven wals. Het lijken twee behoorlijke uitersten en ik zou haast kunnen gaan denken dat ik met een gespleten persoonlijkheid zit. Misschien is dat wel zo? Ben ik dan de enige, nee waarschijnlijk niet. Ben ik de enige waarbij het nog bevestigd moet worden door een psychiater? Waarschijnlijk ook niet. Ben ik de enige die er dan misschien bij stilstaat? Nee, want anders zouden mensen mij die vragen niet stellen, denk ik dan. Ik moet zeggen dat beide vragen me niet echt een fijn gevoel geven. Té veel stilstaan en nadenken geeft me een wrang gevoel, omdat het eerder op stilstaan lijkt. Steeds maar alles overpeinzen en er nog eens over nadenken of je wel die juiste keuze maakt. Ik voel me saai wanneer iemand dat tegen mij zegt. Ik voel me die nerd met het brilletje die vanachter zijn computer analyses over het leven uitwerkt, maar het eigenlijk niet leeft. Ik voel me aangevallen in mijn levendigheid, mijn jeugdigheid en spontaniteit.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Langs de andere kant voel ik me een onwaarschijnlijke egoïst en egocentrisch wanneer iemand met die platwalsende kant van mij komt aandraven. De oppervlakkigheid van wie ik dan ben, druipt er af en ik voel me vuil en vies.
En toch vind ik het vreselijk moeilijk om mezelf niet te herkennen in die twee persoonlijkheden. Ik ben ze allebei en vind dat best wel moeilijk om die twee uitgesproken kanten van mezelf te aanvaarden. Ik vind ze allebei niet echt wie ik wil zijn in het leven, maar misschien maakt de mengeling van hen beiden net iets meer wie ik wel wil zijn en ook ben. Een gewone mens met harde en zachte contouren, met fraaie en minder fraaie kanten.
|