Zaterdag 16 augustus 2014 - Los Arcos -- Viana 18,5 Km
Het feest in Los Arcos heeft de ganse nacht geduurd. Rond 7 u 00 vanmorgen
zijn de laatste jongeren, een groep van 40 à 50 jongens en meisjes, nog
op "kroegentocht".
De stadsdiensten zijn ondertussen al druk in de weer om alles proper
te vegen. Sommigen met borstel en schop. Anderen daarna met de
brandweerslang om alles schoon te spuiten.
Ik stap 150 m van de parking naar de kerk en ga van daar het dorp uit.
Gedurende ongeveer vijf kilometer ontmoet ik niemand, helemaal
niemand Dan gaan er mij, enkele meters voor een afslag naar rechts,
twee jongens voorbij. Ze zeggen goeiendag en stappen rechtdoor.
Ik wacht aan de afslag naar rechts en roep op hen. Ze komen terug.
Ze hadden de afslag niet gezien omdat ze tegen mekaar aan het praten
waren. Het zijn twee jongens uit Barcelona en ze spreken heel goed
Engels. Ze zijn aan een 7-daagse tocht bezig van SJPdPort naar Logroño.
Vandaag is hun laatste stapdag en ze willen in Logroño geraken, 9,5 km
voorbij Viana. Dag jongens, en nog een goede terugreis!
In de klim naar Sansol kom ik bij een vrouw, de vijftig gepasseerd, die
staat uit te blazen van de bergop. Het is een Amerikaanse uit
Seattle - USA. Zij doet de camino al voor de derde keer vanuit SJPdPort.
In 2001 heeft zij hem met haar zus gedaan. In 2003 met haar zoon en
nu met haar kleinzoon. Als ik haar vraag of ze tot in Compostela gaat
wandelen, zegt zij dat het van haar kleinzoon afhangt. Zij zal zien hoe
ver hij geraakt.
Als zij hoort dat ik uit België kom, zegt zij dat zij het land niet kent
maar het op "the map of Europe" (kaart van Europa) wel weet liggen.
Have a nice trip! (nog een fijne tocht).
Van de kerk van Sansol, naar deze van Torres del Rio is maar 800 m.
Maar éérst een afdaling en dan weer omhoog.
De overige 11 km tot Viana gaat door ruig, ruw landschap. Maar de
panorama's zijn er niet minder mooi om.
Christiane wacht op mij aan de kerk in Viana. De mobilhome staat
een paar honderd meter verderop.
Het is 12 u 45 en wij gaan eerst iets eten in één van de vele bar /
restaurantjes hier in dit dorp.
Vrijdag 15 augustus 2014 - Lizarra / Estella - Los Arcos 22 Km
Van de camping naar het centrum is nog goed 1,5 km.
Er zijn geen pelgrims meer te bespeuren, ze zijn allemaal al vertrokken.
t Is 9 u 15.
Twee kilometer verder, in Ayegui, is er een vriendelijke dame die me
de weg wijst naar het "monasterio" van Irache. Ik zie het al liggen in de
verte, maar eerst helemaal naar beneden om er dan naar toe te klimmen.
Juist vóór het monasterio is er een wijnhandelaar (bodega).
Er staan twee kraantjes aan de muur, uit het rechtse komt water,
uit het linkse komt rode wijn.
Aanschuiven! Het duurt wel even voor ik aan de beurt ben, want er zijn
er die halve-literflessen aan het vullen zijn en telkens als je aan de hendel
trekt komen er maar enkele centiliters uit.
Ik neem ook een beetje, trek drie keer aan de hendel, om te proeven.
Als ik mij aan de kant zet, hoor ik een koppel, man en vrouw, Frans praten.
Ik heb hen al enkele dagen gezien en dacht dat het Spanjaarden waren. 'n Speciaal koppel! Hij, Olivier, is afkomstig uit Perpignan. Zij, Marcina,
komt uit de Elzas. Zij zijn vertrokken in SJPdPort, zonder geld en proberen
met bedelen te overleven. Zij hebben één nacht onder de blote hemel
geslapen en zijn nat geworden van de regen. Op weg van Roncesvalles
naar Zubiri hebben zij een tent gevonden langs de weg en nu slapen zij
in een tent. Zij hebben ook een kat mee. Olivier is al tweemaal van SJPdPort
naar Santiago gestapt en heeft dan in albuerges (refuges) geslapen. Maar
hij vindt dat gejaag 's morgens niet goed. Sommigen vertrekken al vóór
6 u 00 's morgens met een lamp op hun hoofd. Daarom wil Olivier het nu
doen volgens 'l'esprit du vrai pèlerin" (de geest van een échte pelgrim)
Zonder geld, zonder plannen voor overnachting. Zij zijn wél vergeten
dat het vandaag 15 augustus is en daardoor zijn de winkels gesloten
en zij hebben nog niets gegeten. Het is nà 10 u 00. Ik geef hen ieder één
boterham (twee stukjes stokbrood met boter en speculoospasta)
en een koekje. De dankbaarheid die uit hun ogen straalt weekt emoties
in mij los. Toch eerst nog een foto maken en dan verder.
In Azqueta op een pleintje staan vier bankjes waar ik even een rustpauze
neem.
De kerk in Villamajor de Monjardin, op 675 m hoogte, is héél donker als
ik er binnenkom, omdat ik van het zonlicht in het duister stap. Maar na
enkele seconden wordt het blijkbaar klaarder. Er zijn slechts vijf vensters
in deze kerk, waarvan er drie de vorm hebben van omgekeerde schietgaten.
Een eind verder kom ik Anna en Gorden tegen, uit Tasmanië - Australië.
Anna heeft al vier weken gestapt in Italië en Frankrijk. Haar man Gordon
is deze week afgekomen en ze zijn nu samen aan de camino begonnen.
Wanneer ik in Los Arcos toekom, Christiane staat op een parking, verneem
ik dat er straks om 18 u 00 een "stierenloop" is.
Wij om 18 u 00 daar naartoe. Wij hebben gedurende twee uur een schouwspel
gezien van jongeren die trachten de horens van de stier te ontwijken en
een ring op één van de horens te schuiven. Dit alles begeleid door
aangepaste muziek. Spanje én de camino op zijn best Olé!
Donderdag 14 augustus 2014 - Puente la Reina - Lizarra / Estella 22 Km
Wij hebben ons gisterenavond nog wat korter naar het centrum geparkeerd.
Handig om een brood te halen 's morgens én wij blijven op de camino staan.
Ik verlaat de mobilhome om 8 u 45. Goed op tijd, naar onze normen,
héél laat, volgens de camino-normen, want de meesten vertrekken tussen
6 u 00 en 8 u 00. Omdat de pelgrims in de refugio's bijna allemaal om 8 u 00
moeten buiten zijn.
De bekende brug over en dan richting Lizarra / Estella.
Na goed 1 km over een grintweg, die vlot stapt, begin ik aan een klim die méér
dan een half uur duurt, om tussen twee bergtoppen door in een ander
landschap te geraken. Eens boven gekomen moet ik terug afdalen, vrij makkelijk.
In het dorpje Cirauqui stap ik via smalle straatjes tot boven op het kerkplein.
Maar de inwoners moeten hier ook allemaal naar omhoog om aan de kerk
te komen.
Op weg naar Lorca, ook een vrij steile klim, de derde al vandaag, kom ik achter
vijf jongemannen. Ik ga de ene na de andere voorbij. Ik hoor degene die een
eind voorop loopt voortdurend op de andere roepen. Het zijn Italianen.
Hij kijkt om, ik zit al in zijn spoor. Dan begint hij in het Engels tegen mij te
praten. Eerst vraagt hij of ik een Spanjaard ben omdat ik tegen iedereen
"Buenos dias" (goedendag) zeg.
Als hij weet dat ik een Belg ben, vraagt hij of ik Engels kan praten.
Hij noemt Dario en woont in Rome. Zij, Dario en zijn vier kameraden,
zijn eergisteren vanuit Italië naar Saint-Jean-Pied-de-Port gekomen om
tien dagen te stappen. Maar er werd héél slecht weer voorspeld om
de Pyreneeën over te trekken. Dan hebben zij besloten om onmiddellijk
door te reizen naar Pamplona en daar zijn ze gisteren, woensdag, vertrokken.
Als Dario mijn verhaal hoort, gaat hij het als een echte Italiaan,
met veel gebaren en lawaai, aan zijn metgezellen vertellen. Daarna gaan
we samen op de foto.
Ik zoek in het dorp een bank om te eten.
Ik zit nog maar net of d'er komt een jongedame naar mij toegestapt.
Ze heeft het verhaal van Dario gehoord.
Het schijnt dat jij een Belg bent, begint ze in het Frans. Ja.
Waar woon je in België? Ik leg dat uit en zij herkent Edingen.
Albane, is een Française maar woont in Elsene en werkt in Brussel.
Zij en haar drie vrienden zijn vandaag aan hun 5de stapdag bezig. Zij
zijn vertrokken in SJPdPort en hopen, na tien stapdagen,
ergens te eindigen tussen Burgos en Léon.
Tussen al deze contacten door is er vanmorgen, recht voor mij,
een molshoop opgedoken. Hoe verder ik vorder wordt het een bergske.
En naarmate ik Lizarra / Estella nader blijkt het een uit de kluiten
gewassen col te zijn.
Christiane heeft op de camping in Lizarra een tijdje moeten wachten
om de laatste campingplaats te mogen innemen. Zij heeft de voorkeur
gekregen, omdat het maar voor één nacht is én omdat er een pelgrim
mee is. Naar "Peregrinos" wordt hier in Spanje nog opgekeken.
Woensdag 13 augustus 2014 - Pamplona - Puente la Reina - 24 Km
De etappe van vandaag wordt in mijn gids als "middelmatig" aangegeven.
Maar ik heb ondertussen al ervaren dat "niets is, wat het lijkt".
Ik ben opnieuw laat vertrokken. Omdat de camping een eind buiten de
stad ligt en ik een deel van de etappe van gisteren heb moeten overdoen.
Om 10 u 10 passeer ik aan het "Officina de Turismo".
Er blijft nog zoveel te zien in Pamplona, maar ja,
De stad uitlopen is ook niet moeilijk. En ondertussen maak ik nog foto's
van de citadel.
Na 2 km zit er een Japans meisje op een bank aan haar voet te wrijven.
Ik vraag of alles OK is en ze steekt haar duim op.
Juist voorbij Cizur Menor, een Italiaanse jongeman die heel traag vordert
en een beetje mankt. Ook aan hem stel ik die vraag. Hij zegt dat alles
ok is maar dat hij het rustig aan doet (piano - piano).
Daarna begin ik aan de klim naar de top van "Alto del Perdon" op 770 m
(Pamplona ligt op 450 m). En ik kan maar niet in mijn ritme geraken.
Het gaat moeizaam. Op een iets minder steil stuk, kom ik bij Nathalie,
de Italiaanse van gisteren in Larrasoana. Ze herkent mij onmiddellijk
en vraagt of ik een foto van haar wil maken. Daarna stap ik verder.
Nog vóór de top, in Zariquiegui, ga ik eten.
Daarna verder naar de top. Maar er staat een felle, koude wind.
Ik heb mijn fleece vandaag nog niet kunnen uittrekken.
Maar ik heb weeral fantastische panorama's mogen aanschouwen
van de hele streek rond Pamplona, dat een stuk lager ligt.
Na de top ligt er natuurlijk weer een afdaling, over stenen.
Gedurende bijna 4 km naar Utera toe. Dat is afzien, want afdalen
is niet voor mij en zeker niet op stenen.
Het 15 u 45 en ik moet nog 8 km stappen. Plots vind ik mijn ritme,
mijn turbo slaat aan en ik leg deze afstand, via Muruzàbal en Obanos
af in één uur en vijfendertig minuten.
Christiane staat op een parking, ongeveer vierhonderd meter vóór
de kerk.
Na wat rust stappen Christiane en ik naar het centrum, want ik wil
een stempel.
In de "Eglisia del Crucifijo" (kerk van het kruis) staat er een kruisbeeld
in de vorm van een " Y " in plaats van een " + ".
Blijkbaar zou dit het enige kruis, in die vorm, in de wereld zijn!!
Als we terug naar de mobilhome stappen, rond 18 u 45, komen we
Nathalie (Italiaanse) tegen. Ze komt nu toe in Puente la Reina en
weet nog niet waar ze zal slapen. Ze is vermoeid
Als wij gedaan hebben met eten, rond 20 u 15, passeert de Japanse
(zie nà 2 km) die deze etappe toch al mankend heeft afgewerkt.
Proficiat!
Dinsdag 12 augustus 2014 - Zubiri - Pamplona 22 Km
Wij hebben goed geslapen, hier op de parking rond het zwembad in Zubiri.
En we stonden hier niet alleen. Ik heb gisterenavond acht campers geteld
die hier opgesteld stonden.
Ik ben vóór 9 u 00 al op de etappe.
In en rond Zubiri zijn er enkele bedrijven die aan grintontginning doen.
De etappe van vandaag loopt gedeeltelijk door zo'n gebied. Want na
een korte beklimming moet ik 90 (negentig) trappen terug naar beneden.
Verder stap ik door een bos, langs een rivier naar Larrasoana.
Wanneer ik daar toekom, het centrum ligt op 100 m naar rechts, staat er
een jong meisje met haar armen te zwaaien en de schouders ophalend.
Ik denk in mijn eigen: da's zeker een Italiaanse. Ik zeg tegen haar:
It is not easy! 't is niet gemakkelijk! En ze antwoordt: tu ne parle pas Français?
Ik zeg dat ik Belg ben en een beetje Frans praat. Zij is Italiaanse en kan
Frans praten. Zij is vertrokken in SJPdPORT en wil doorgaan tot Burgos.
Volgend jaar wil ze dan het andere stuk doen tot Santiago.
Dag Italiaanse!...
In de heuveltjes vóór Irotz komt er mij een jongeman voorbij gefietst
die, in het Frans, vriendelijk goeiendag zegt. Wat verder moet hij
van zijn fiets omdat het té steil wordt. Ik ben daardoor heel snel terug
bij hem. Hij noemt Fabrice en komt uit Parijs. Hij heeft de trein genomen
tot Bordeaux en is daar beginnen fietsen. Fabrice wil voor de eerste
keer naar Santiago. Dag Fabrice
In Zabaldika staan er banken. Eten. Terwijl ik aan het eten ben passeren
er meer dan veertig pelgrims. Ik kan ze makkelijk tellen want ze
moeten allemaal die steile beklimming op. Ik ook!
Eerst ongeveer veertig meter omhoog, dan veertig trappen en dan nog
een stuk minder steil maar toch nog omhoog. Boven op het plateau
lopen we nog een aantal kilometers langs de rijweg om terug af te
dalen naar Arre en Burlata, de voorsteden van Pamplona.
Christiane wacht op me aan de toeristische dienst. Na een stempel
willen we naar een Orange-winkel om onze "technische problemen"
(gsm én internet) op te lossen.
Het is 14 u 35 en de winkel heropent om 16 u 00. Dus in afwachting
gaan we iets drinken.
Om 16 u 00 zijn we 3de klant om onze gsm's over te zetten naar
Orange-Spanje. Dat lukt vrij vlug (opgelet! Spaanse normen )
Maar dan onze domino (om te internetten)! De dame van Orange,
héél gedienstig, probeert éérst met een kaart van de zaak.
Njet - Nada - niks! Dan stuurt ze ons naar een andere winkel waar
men domino's déblokkeert. De man in de winkel kan ons, na een
tijdje, niet garanderen in hoeveel uren hij de code kan krijgen
om te déblokkeren. Hij spreekt van 12 - 24u misschien wel 48 u.
Daar kunnen wij niet op wachten.
Wij terug naar de Orange-winkel, waar wij opnieuw ons beurt moeten afwachten.
Dezelfde vriendelijke dame wil ons helpen en wij schaffen
een nieuw systeem aan.
Einde verhaal, maar we zijn ondertussen
bijna vijf uur verder
MAAR wij zijn terug in contact met Belgie, dat zullen jullie ondertussen
wel gemerkt hebben
Maandag 11 augustus 2014 - Roncesvalles - Zubiri 21,5 km
Gisteren een goede "rust-dag" gehad in camping Urrobi in Aurizberri-Espinal,
4 km verder dan Roncesvalles.
Dus moeten we nog terugkeren,
en het is koud vanmorgen.
Maar ja, we zitten hier in Roncesvalles
nog op 950 m hoogte, wat wil je in de bergen?
Het is 10 u 10 vooraleer ik kan vertrekken op de parking in Roncesvalles.
De straat (N - 135) oversteken en ik ben op het traject van vandaag.
Het eerste dorpje waar ik passeer na 2,5 km, Auritz / Burgete, heeft
een smalle hoofdstraat met aan beide zijden een gootje waar het
bergwater door stroomt.
Ik verlaat de hoofdweg om door het bos te stappen.
Na goed anderhalf uur
begin ik toch nog aan een klimmetje, het eerste van de dag. Want ik moet
"alto de Mezkiritz" (922 m) over.
Daarna daal ik af naar Bizkarreta en Lintzoain.
Na het eten, een tweede klim, uitkomend op een plateau. Van daaruit
zacht dalend naar Zubiri. Enkel de laatste 3,6 km zijn steiler in de afdaling.
Er zijn mij ondertussen toch al zeker tien fietsers gepasseerd op deze route.
Als ik toekom in Zubiri, moet ik eerst over een bruggetje om in het centrum
te geraken. In het riviertje staan en liggen zeker dertig pelgrims die
vandaag in Zubiri zullen overnachten. En aan de refuges (in het Spaans: albuerges)
zitten er nog véél méér
Ik ben in een stroom, richting Compostela terecht gekomen.
Christiane staat op de parking aan het zwembad, ongeveer 200 m van de kerk.
Zaterdag 9 augustus 2014 - Saint-Jean-Pied-de-Port - Roncesvalles 27 km
Vandaag verlaten we Frankrijk en trekken we de grens met Spanje over.
Maar vandaag ook de etappe waar we, zowel Christiane als ikzelf, al zo lang
naar uitkijken: de Pyreneeën oversteken!
Van 200 m boven de zeespiegel in Saint-Jean-Pied-de-Port naar 1 430 m
op de top van de col Lepoeder.
In gans Frankrijk heb ik slechts enkele pelgrims geteld. Terwijl ik hier
vanmorgen rond 7 u 30 terugkom van de bakker, tel ik méér dan 30 (dertig)
pelgrims op twee minuten, die op weg gaan naar Roncesvalles.
Ik vertrek om 9 u 10 om de 23 km lange klim naar de col Lepoeder
aan te vatten. Eén ding is zeker, niemand kent hier blijkbaar de juiste
afstand: Les amis du St-Jacques spreken van 26 km, mijn gids geeft 27 km aan
en onderweg worden er nog andere afstanden aangegeven.
De klim begint onmiddellijk na de brug in Saint-Jean-Pied-de-Port
en blijft goed stijgen gedurende vijf-, zeshonderd meter, daardoor kan ik
ook zien dat er wolken boven het stadje hangen. Net buiten het centrum
moeten we kiezen tussen de GR65, die enkel bij goed weer mag bewandeld
worden, en de weg via Valcarlos.
Ik heb, zoals velen zal ik later merken, gekozen voor de GR65.
Na ongeveer 2 km ontmoet ik twee mensen, een man en een vrouw, uit
de streek en vraag hen of ze me de col Lepoeder kunnen aanwijzen,
want ik zie verschillende bergtoppen voor mij. Neen, zegt de man, dat
kan niet, want die zie je van hier niet liggen. Je moet eerst enkele keren
van bergflank veranderen en blijven stijgen om uiteindelijk op
Lepoeder uit te komen. Bedankt!
Dus ik verder op weg, het ene stuk stijgt al feller dan het andere.
Ik heb me voorgenomen om vandaag zeker om de dertig minuten te drinken,
want ik zweet héél veel. Na goed zes kilometer kom ik aan een eerste
café / winkel / restaurantje waar je van alles kan kopen. Hier zijn al méér
dan twintig pelgrims neergestreken voor een rustpauze maar ik stap door.
Een beetje verder zitten drie vrouwen langs de kant van de weg een
boterhammetje te eten. Een Canadese, een Zwitserse en een Nederlandse,
die mekaar gisterenavond getroffen hebben in de refuge in SJPdPort en
afgesproken hebben om vandaag samen te stappen. Succes dames!
Als ik ongeveer 2 u 45 gestapt heb, kom ik boven de laaghangende bewolking,
fantastisch zicht!
Mààr er komt een felle wind opzetten. Ik zweet enorm
en beslis om mijn fleece aan te trekken. En ik ben niet alleen, want ik passeer
nu meerdere pelgrims die langs de kant van de weg iets bij aantrekken.
De panorama's die ik hier kan / mag aanschouwen zijn ronduit s-c-h-i-t-t-e-r-e-n-d!
De grote bergweiden met daarboven de roofvogels, zwevend op de wind,
op zoek naar voedsel, p-r-a-c-h-t-i-g!
Koeien en schapen had ik al gezien, maar nu een kudde loslopende paarden
op een bergweide.
Na ongeveer 16 km, stap ik voorbij een man, een Australiër,die me vraagt
hoe ver het nog is tot Roncesvalles. Ik zeg, nog ongeveer tien kilometer
en vraag hem of alles goed is! Hij steekt zijn duim omhoog, maar zal nog méér
dan drie uur nodig hebben om Roncesvalles te bereiken.
Een kilometer verder staat er een bestelwagen langs de weg. De man verkoopt
dranken, fruit, kaas, brood, eieren, enz Ik neem een busje fruitsap, een
banaan en nog een stuk kaas. De man heeft ook de laatste Franse stempel mee.
Aan de bron van "Roland", na bijna 20 km, zitten er blijkbaar velen zonder
drank, want het is aanschuiven geblazen. Ik neem uit voorzienigheid toch ook
nog een litertje mee.
Om 13 u 17 ga ik de Frans - Spaanse grens over.
In de berghut Izandorre eet ik nog een boterham. Er passeren meerdere
pelgrims en ik nodig hen uit om mee te eten, maar niemand blijft.
Tot er een koppel, man en vrouw, binnenkomt. Hij is Fransman, zij is
Zwitserse en ze hebben twee kinderen, twee meisjes van 14 - 15 jaar.
Zij hebben net hun huis in Canada verkocht en zijn nu gedurende één maand
op tocht naar Compostela. Nu zijn we volledig "Vrij" zegt de man, want zij
hebben zelfs géén verblijfadres niet meer Ik ga deze vriendelijke mensen
nog een aantal keren ontmoeten vandaag.
Na een halfuurtje eten en rust, moet ik mij terug op gang trekken, want
de spieren verstijven veel sneller door de koude wind.
Maar dat lukt vrij aardig, zo goed zelfs dat ik gelijke tred kan houden met
een fietser die op een steil stuk zijn kleinste versnelling heeft gezocht.
Een Italiaans koppel, waarmee ik al enkele keren haasje-over heb gespeeld,
willen weten hoe lang ik op tocht ben met "zo'n kleine rugzak".
Wanneer ik hen mijn verhaal vertel, zegt de vrouw dat ik "een gelukzak" ben
omdat ik niet meer gewicht moet dragen.
Daar zie ik aan de rand van de weg een houten paal met daarop
"LEPOEDER - 1 429 m" We zijn er ! ! ! We zijn boven ! ! !
Nog een ander Italiaans koppel, die vlak nà mij boven komen, laten allebei
een zucht van verluchting
Ik heb vandaag véle nationaliteiten gezien, ook Japanners, Engelsen
en Basken ook,
Nu nog even genieten van deze top en een berichtje sturen naar Christiane,
want ik heb de hele dag "géén bereik" op mijn gsm gehad.
En dan nog 3,6 km, steile afdaling, over stenen. Ik doe meer dan één uur
over de afdaling, maar zonder risico's te nemen.
Op het eind zie ik het
Frans-Zwitsers koppel met hun twee dochters nog eens terug. Salut!
Het is 15 u 45 en ik ga eerst naar de mobilhome om aan Christiane mijn
verhaal te vertellen.
Het was mooi, mooi en nog eens
Na wat verfrissing ga ik om een stempel in de refuge, waar een Nederlandse
hospice me vertelt dat hier dagelijks 400 (vierhonderd) pelgrims passeren.
Terug buiten nemen we afscheid van de drie Parijzenaars. Zij zitten op de
bus te wachten die hen terug naar SJPdPort brengt, want zij overnachten
in dezelfde refuge als gisteren en morgen keren ze terug naar huis.
Au revoir, mannen en bedankt voor het gezelschap,
Wij trekken verder naar camping Urrobi in Aurizberri-Espinal, want
Vrijdag 8 augustus 2014 - Ostabat - Saint-Jean-Pied-de-Port 21,5 Km
Vrijdag en markt in Saint-Palais. Grote drukte, maar wij rijden terug naar
Ostabat. Christiane zet me af aan de kerk.
Na 150 m wil ik een foto maken
maar het toestel weigert. Ik ben vergeten om de batterij, die opgeladen
is, terug te plaatsen
Dus géén foto's vandaag, MIIILJAAAARD ..
Op weg naar Larceveau loop ik tussen de bergweiden en hoor enkel de
vogels en het geluid van koeiebellen.
Na 6,5 km kom ik uit het bos en het pad loopt door een bergweide (schapen)
25 à 30 m links onder mij gaat het gejaagde leven gewoon verder,
snelle motoren, camions, auto's en mobilhomes razen voorbij.
En ik, ik kijk rustig naar de bergen. Twee, drie en meerdere bergtoppen
naast mekaar. Wat kan het leven mooi zijn
In Gamarthe aan het kerkhof is er een man water aan het tappen. Ik wil
ook een voorraad, want het is al warmer, zwoeler dan gisteren.
De man, een Fransman, is al vier dagen met zijn vrouw en zijn negen
kinderen aan het stappen. Het jongste moet voortdurend gedragen worden,
in een zitstoeltje op de rug van pa of ma. Hij wil weten waar ik vandaan
kom en hoelang ik onderweg ben en wenst me dan nog een goede tocht.
Na 13,8 km is er de keuze:
1, ofwel de kortste route, maar de historische
weg
2 ofwel, een langere weg (+ 700 m) maar de D933 vermijdend.
Ik kies voor route 1, Zo stap ik 5,500 km langs de drukke D933.
Het is een keuze die je maakt.
Maar ik heb tientallen wuivende, groetende handjes gezien.
Een vrachtwagenchauffeur die knipperlicht en me dan uitbundig groet.
Of een andere vrachtwagenchauffeur die claxonneert en me dan groet.
Dat doet deugd,
Net voor ik de weg naar La Magdeleine wil inslaan komen de drie Parijzenaars
uit een zijweg. Zij hebben voor optie 2, gekozen.
Ik ga binnen in de kerk van La Magdeleine. Er ligt een pelgrimsboek en ik
schrijf er een boodschap in.
Tot Saint-Jean-Pied-de-Port is het nog twee kilometer. Het stuk richting
citadel is nog klimmen en dan is het afdalen naar de kerk.
Halverwege de afdaling omtmoet ik Joseph en Lucie, juist waar "Les amis
du chemin de Saint-Jacques" hun meldings- en infobureau hebben. Er
zijn vier tafels waar je kunt aanschuiven. Ik wacht geduldig mijn beurt af,
maar moet op mijn strepen staan want voorkruipers vind je blijkbaar
ook in alle landen
De man die mij helpt, vraagt mijn nationaliteit, plaats van vertrek en of ik
doorga tot in Compostela. Allemaal voor de statistieken.
Daarna krijg ik een aantal papieren en de uitleg over de etappe van morgen:
Saint-Jean-Pied-de-Port - Roncesvalles.
Dan wenst hij me "Buen camino".
Ik daal verder af naar de kerk waar Christiane op me wacht.
Eerst een verfrissende douche en dan winkelen.
Ondertussen trekt er een hevig onweer over de streek, met regen-
en hagelbuien.
Morgen: Saint-Jean-Pied-de-Port - Roncesvalles 27 km
Donderdag 7 augustus 2014 - Sauveterre-de-Béarn - Ostabat 25,8 Km
Wij hebben goed geslapen en de katten waarschijnlijk ook, want het
schoteltje met melk is leeg. En ze hebben zich opnieuw in hun
schuilplaats terug getrokken.
Vandaag vertrek ik op de camping en na 50 m zit ik op het traject.
Het weer is zwoel en er is 30° graden voorspeld.
Ik passeer door Osserain-Rivareyte en door Sussante maar tussendoor
toch al een flinke beklimming door het bos gehad.
Ik kom Henri tegen,
een zeventiger, die met zijn hond Titu aan het wandelen is. Henri stelt
vragen allerhande over mijn tocht. Hij spreekt met kennis van zaken,
want hij woont hier al jaren op de route naar Compostela. Hij zegt wel
dat er dit jaar weinig pelgrims passeren. Hij vermoedt dat de tocht
door Spanje té zwaar is. Afwachten maar!!!
Dag Henri, dag Titu. Au revoir!
In Saint-Palais ga ik op het "Office du Tourisme" binnen voor een
stempel en wat info, want wij overnachten hier vanavond.
Aan het kerkhof van Saint-Palais staan er twee banken in de schaduw.
Eten!
Maar op de andere bank zitten twee Parijzenaars en één man
uit Amiens. Deze drie mannen doen al gedurende vijf jaar, ieder
jaar een tocht van acht dagen. Zij zijn vertrokken in Mont-St-Michel.
En ze willen dit jaar eindigen in Roncesvalles. Misschien zien we
elkaar nog wel de volgende dagen. Salut!
Ik ga nog wat water tanken vooraleer ik opnieuw vertrek.
Voorbij het kruispunt waar het Franciscanerklooster (refuge) ligt
begint de weg te stijgen. En dat blijft stijgen tot aan de zuil van
Gibraltar in Saint-Saveur, gedurende 4,4 km. Daar is het een paar
honderd meter plat of licht dalend om dan een klim aan te vatten
van een echte pyreneeëncol. Gedurende 1,2 km héél steil omhoog
en dan nog 500 m omhoog naar de kapel van Soyarce. Ik ben
ondertussen de drie Parijzenaars voorbij gelopen.
Maar het is de moeite waard boven! Het uitzicht dat ik hier heb is
met geen woorden te beschrijven. Hoger staan dan bijna alles wat
360° rond je ligt. A - dem - be - ne - mend ! ! !
En ik ben hier niet alleen, er zijn hier koppels, maar ook ouders
met opgroeiende kinderen. Ook de Parijzenaars komen toe.
Ik neem wat foto's, tank nog water bij en begin aan de afdaling.
Eén kilometer voor de zuil van Ostabat kom ik bij Heather, die
al een poosje voor mij op stapt. Heather is een Australische die
in Puy-en-Velay vertrokken is en haar tocht hoopt te eindigen
in Roncesvalles.
Zij heeft over twee jaar de camino Frances gelopen. Zij houdt
wel van Europa maar de Franse taal valt niet mee dus spreken
we Engels tegen mekaar.
Na een foto nemen we afscheid.
Ik stap verder naar de kerk en kom aan de refuge Lucie en
Joseph tegen.
Die zijn vanmorgen om 7 u 15 vertrokken in
Sauveterre-de-Béarn en zijn nu al gedouchet.
Ik naar de kerk, bij Christiane, want die zit nog altijd met
een kattenprobleem.
Voor een stempel moet ik in de bar / retsaurant / bakkerij
zijn. Dus wij drinken hier iets en dan op weg naar Saint-Palais
voor overnachting.
In Saint-Palais ga ik onmiddellijk vragen waar er een dierenarts
woont en ze wijzen me de weg naar een dierenkliniek enkele
minuten buiten het centrum. Er is daar nog iemand aanwezig.
Ik probeer ons probleem uit te leggen, maar de man zegt dat hij
het ook niet kan oplossen. Ik open dan de motorkap en vraag
of hij toch eens wil kijken. De twee katjes zitten daar rechts,
voor de chauffeur dicht bij mekaar. De man doet dan toch een
poging en neemt, na enkele pogingen, het eerste katje met
de blote hand bij haar nekvel. Voor het tweede katje
beschermt hij zijn hand met een handdoek. Maar ook zij moet
eruit. De man zegt de katjes te houden omdat er regelmatig
vraag is naar jonge katjes. Wij zijn,
nà vier dagen, van ons probleem verlost.
Dankuwel.
Woensdag 6 augustus 2014 - Orthez - Sauveterre-de-Béarn 24 Km
Eerst de anderhalve kilometer van de camping naar het centrum
overbruggen om dan nog een aantal foto's te maken. Want Orthez
is toch een stad met geschiedenis.
De stad uit en voor de A64 (Pau - Bayonne) rechtsaf naar Sainte-Suzanne.
Dat valt nog mee.
De kerk van Lanneplaà ligt op een venijnig heuveltje, maar ik ga op het
gemeentehuis binnen voor een stempel.
Daarna via weiden en velden naar L'Hôpital d'Orion.
Op de rustplaats zie ik vier jongeren zitten. Ik groet hen en ga wat foto's
maken. Ik schrijf ook een boodschap neer in het pelgrimsboek dat in de
hal van de kerk ligt. Daarna terug naar de rustplaats om te eten. Daar
maak ik kennis met François, Joseph, Lucie en Anaïs. Deze jongeren
zijn alle vier afkomstig uit Mont de Marsan. Zij zijn daar begonnen aan
hun tocht en willen stappen tot Saint-Jean-Pied-de-Port.
Na mijn eten vertrek ik terug, de anderen zijn al een tijdje op weg.
Onmiddellijk een beklimming die twee kilometer duurt.
Nog twee kilometer verderop loop ik Joseph en Lucie terug in. François
en Anaïs heb ik niet meer gezien.
Na een lange afdaling opnieuw een pittige klim door het bos van 1,2 km.
In Andrein doe ik een ommetje om aan de kerk te passeren.
En ik Sauveterre-de-Béarn zit Christiane op het kerkplein op mij te
wachten. Eerst naar het Office du Tourisme voor een stempel.
Dan naar de camping want Christiane zit nog altijd met dat
kattenprobleem (miauwen tijdens het rijden).
Ze heeft al aan een man op de camping gevraagd om de motorkap te
openen, maar dat lukte niet.
Dus probeer ik de motorkap te openen, dat lukt na enkele pogingen.
Tot mijn verbijstering moet ik vaststellen dat er een kattenjong achter
het motorblok zit. Christiane spreekt van zelfs twee kattenjongen
En inderdaad, het zijn er twee. We hebben een groter probleem!
Ik probeer bij de baas van de camping aan een telefoonnummer te
geraken van politie, dierenbescherming, veearts,
Maar de baas gebaart van krommenaas. En zijn vrouw vertelt een aantal
feiten die reeds gebeurd zijn en waarbij deze instanties niet zijn komen
opdagen.
De man die de motorkap niet openkreeg, probeert dan nog met een
strop om de katjes eruit te halen. Maar het zijn geen katjes om zonder
handschoenen aan te pakken.
Christiane zet nog een schoteltje met melk onder de mobilhome, nadat
ze de katjes heeft laten drinken met een stokje, gedrenkt in melk.
Wij besluiten dan maar om een vierde dag met de katjes te verhuizen.
Er is geen andere oplossing.
Dinsdag 5 augustus 2014 - Labastide-Chalosse - Orthez 21,4 Km
Goed geslapen! En we hebben geluk gehad gisterenavond, de kassier
is niet komen incasseren.
Dus zet Christiane mij af in Labastide-Chalosse
voor de start van deze etappe.
Na 200 m verlaat ik de hoofdweg al (D357) om een steile afdaling van
400 m te doen. Zo eentje waarvan je denkt dat je tenen helemaal
opgerold onder je voeten zitten en je schoenen drie maten te groot worden.
Ken je dat? En dan ben ik nog géén kilometer ver.
De Pyreneeën komen eraan
Na 3 km kondigt de eerste beklimming zich aan.
Gedurende één kilometer gaat de weg gestadig omhoog, met af en toe
een platform om wat zuurstof te tanken. Om uit te komen op het
centrale plein in Argelos.
De route gaat hier naar rechts, maar ik stap nog
100 m rechtdoor naar de kerk voor enkele foto's.
Terug op de route is de weg over 600 m snel dalend om beneden onmiddellijk
de volgende klim (côte de la Lèbe) aan te vatten (zeer bekend bij
compostelagangers). Ongeveer zevenhonderd meter omhoog in drie
stages waarvan de platforms dan toch nog méér zijn dan "vals plat".
Dit lijkt wel de beschrijving van een bergetappe uit de Ronde van
Frankrijk.
Bij het binnenkomen van al die kleine dorpen staan er borden om de
pelgrims te verwelkomen en te melden dat "La voie de Vézelay"
is opgenomen als "Europese Culturele Reisweg"". Zo ook in Sault-de-Navailles, dat niet alleen een mooie kerk heeft,
maar ook een toren en er als dorp héél verzorgd bijligt.
In Sallespisse, het centrum ligt driehonderd meter buiten de route,
staat er een bank en tafel klaar, bijna op de route, eten dus
Aan het kerkhof is er een pelgrimsbrievenbus waar ik een boodschap
achterlaat. Er staan daar ook vier appelbomen - Reine des Renette -
geplant door de vereniging "Les amis du chemin de Saint-Jacques".
Een paar honderd meter verder, als ik bijna boven ben op een lichte
klim, word ik voorbij gereden door een vrouw met een citroën.
Dertig meter verder, een knal. Frontale botsing met een ford-fiësta
die uit de tegengestelde richting komt.
Ik loop naar de eerste auto, de ford, waar een jongeman in zit.
Hij doet teken dat hij niet uit de auto kan. Ik loop rond de auto
en trek de passagiersdeur open en zo kan de jongeman uitstappen.
Hij is niet gewond maar staat te trillen op zijn benen.
Ondertussen is er een bewoner, die de knal gehoord heeft, naar
buiten gekomen. Ik loop naar de vrouw, maar die is op eigen houtje
al uit haar voertuig gekropen. Ook zij is niet gewond.
De beide voertuigen hebben een bocht van bijna 180° gemaakt
en zijn serieus gehavend. Ondertussen begint de opgebelde familie
van beiden aan te komen. De jongeman, een twintiger, zijn zus, zijn
vriendin en haar broer. En de man van de vrouw, die boven de zestig
is. En natuurlijk nog wat kijklustigen.
Ik vraag aan de beide slachtoffers of ze mij nog nodig hebben en
vervolg dan mijn weg.
Blijkbaar ben ikzelf toch ook een beetje van slag door dit ongeval want
van de vier km tot Orthez kan ik me nog weinig herinneren.
Eerst naar "Office du Tourisme" en dan naar de camping die
anderhalve kilometer buiten het centrum ligt.
Bij aankomst zegt Christiane me dat ze het miauwen van een kat
gehoord heeft tijdens het rijden.
Ik kijk onder de mobilhome maar
vind niets en we horen ook niets meer.
Rik en Patricia, wij houden de "kennismaking" nog "tegoed" voor
als wij terug in het land zijn
Maandag 4 augustus 2014 - Saint-Sever - Labastide-Chalosse 23,8 Km
Wij zijn vanmorgen rond 4 u 45 wakker geworden van de regen.
Christiane al voor de 4de keer, ik de eerste keer.
Dan toch nog geslapen
en om 6 u 30 de wekker.
Ik vertrek vanaf de camping naar het centrum van Saint-Sever.
Anderhalve kilometer waarvan de laatste driehonderd meters
steil omhoog. Want ik wil bij de bakker nog een stokbrood gaan halen,
omdat de campinguitbater ons een "baguette" had opgeschreven in
plaats van een "pain". (een pain is het dubbele van een baguette)
Maar een pelgrim trekt zijn plan.
Op weg naar Audignon, rond 10 u 30, krijg ik van Christiane een berichtje
op mijn gsm: "Ik ben er (Labastide-Chalosse), en er staan hier Belgen in panne".
Kan je hulp bieden, vraag ik. Ja, alleen morele hulp, laat Christiane weten.
Doen!
Rik en Patricia, uit de buurt van Erpe-Mere, die met verlof zijn in deze
streek, hebben aan de kerk van Labastide-Chalosse de sleutels op hun auto
laten steken en het voertuig heeft zich automatisch vergrendeld. Patricia
neemt telefonisch contact met de verzekeringsmaatschappij in België.
Deze laat weten dat het twee uren kan duren vooraleer er hulp komt
opdagen.
Rik en Patricia zijn eigenlijk nieuwsgierig naar de reden waarom
Christiane alleen met de mobilhome toekomt aan de kerk van
Labastide-Chalosse.
Ondertussen nodigt Christiane de beide "slachtoffers" uit voor een
tas koffie. Het verhaal over onze tocht wordt dan helemaal uit de
doeken gedaan. De stap naar Christiane's hobby, schilderen, aquarellen,
e.d. is in zo'n gesprek vlug gemaakt. En zo draait de tijd en voelt
Christiane zich niet zo alleen deze voormiddag.
De depanneur meldt zich rond 12 u 30 en lost het probleem vakkundig op.
Rik en Patricia vervolgen hun weg naar zee, maar beloven aan Christiane
om vanavond nog eens langs te komen op de camperplaats in Amou.
Ik ben ondertussen al in Horsarrieu gepasseerd, waar ik heb gegeten en
ben nu op weg naar Hagetmau (uitspraak: Azjetmoo).
Hier zijn deze dagen feesten. Het centrum van deze gemeente is afgesloten
voor het verkeer. Er hangen heel veel vlaggetjes en de jongeren zijn alweer
in de straten plezier aan het maken.
Van Hagetmau naar Labastide-Chalosse loop ik voortdurend over een
asfaltweg.
De zon is er al vanaf 10 u 00 doorgekomen en het is warm geworden.
Na wat verfrissing rijden we naar de camperplaats in Amou om te
overnachten.
De camperplaats in Amou is in feite de "oude" camping, die achter
het voetbal- en rugbystadion ligt, waarvan nog alles onderhouden wordt
door de gemeente. Er is warm water in het sanitair, wc, douches en
zelfs electriciteit. De gemeentearbeider die het gras aan het maaien is
zegt dat we een plaats mogen kiezen en als we pech hebben, komt er
vanavond iemand om af te rekenen
Rond 19 u 50 rinkelt mijn gsm. Patricia laat weten dat ze laat zijn
terug gekomen van de zee, maar dat ze gaan proberen om morgenavond
langs te komen in Orthez. Wordt vervolgd,
Zaterdag 2 augustus 2014 - Mont de Marsan - Saint-Sever 21,4 Km
Het overschot aan kilometers tot het centrum van Mont de Marsan,
dat ik gisteren niet heb gedaan, zal ik er vandaag bijnemen.
Vanaf de camperplaats is het driehonderd meter en ik ben op de route.
Bij het binnenkomen van de stad, op een kruising van kleine, smalle
straatjes, zie ik het uithangbord van de refuge van Mont de Marsan.
Ik telefoneer naar de verantwoordelijke van de refuge. De man vraagt
me om de credencial van Peter in de brievenbus van de refuge te
deponeren, hetgeen ik dan ook doe.
Het centrum van Mont de Marsan is heel levendig op een zaterdagmorgen.
Langs de verbindingsweg tussen place Charles de Gaulle en place
Général Leclerc en voor het "office du tourisme" staan vijf levensgrote
bronzen beelden van vrouwen opgesteld, een gift van een plaatselijk
kunstenaar aan de stad.
Net voor ik aan de kerk van Benquet kom staat er een bord naast de weg
met de vermelding "Voie de Compostelle".
En de kerk van Saint Christeau is heel bouwvallig. Ze heeft nochtans
een speciale façade maar de binnenkant is vervallen.
Dan verder over een asfaltweg. En ik merk dat we richting Spanje gaan,
want een zijstraat heeft de naam "Route du Catalan".
Nog een aantal kilometers door het bos om dan nog een stuk "nieuw
aangepaste route" te nemen. De te volgen pijlen stemmen niet overeen
met de gids, maar ik kom wel aan de kerk van Sainte-Eulalie.
Hier ga ik binnen en laat een boodschap achter in het boek dat er ligt
voor de pelgrims.
Van Sainte-Eulalie naar Saint-Sever loopt de route over de dijk van
de Adour (rivier).
Christiane heeft me laten weten dat ik niet onder de
spoorweg mag doorlopen, maar erover, om aan de camping te geraken.
De camping ligt namelijk op de linkeroever terwijl de route over
de rechteroever loopt.
Na wat verfrissing stappen we, Christiane en ik, nog naar het centrum
van Saint-Sever, 1,5 km ver en het laatste stuk redelijk bergop.
Maar ja, elke medaille heeft een keerzijde, bij het terugkeren hebben
we bergaf.
Vrijdag 1 augustus 2014 - Gaillères - Mont de Marsan 18,4 Km
Vandaag een korte etappe. En ze wordt nog een beetje ingekort omdat
Christiane straks op de camperplaats (vroegere camping) zal staan die
vóór het centrum ligt in Mont de Marsan, vanuit de richting die ik ga lopen.
Het was heel rustig vannacht aan de gemeentelijke feestzaal
van Gaillères.
Ik ben heel vroeg op stap, 8 u 35, over een asfaltweg naar Bogue. Geen
drukke weg, maar de auto's die ik tegenkom groet ik zoals altijd en
krijg van allemaal een handje weer.
In Bogue ga ik rond de kerk en 500 m verder kom ik op een fiets- en
wandelpad op een vroegere spoorlijn. Het is er behoorlijk druk,
wandelaars, joggers maar ook fietsers, skaters en zelfs een snelwandelaar.
Zo gaan die zes kilometers heel snel voorbij en moet ik de camperplaats
nog zoeken.
Ik vraag aan een mevrouw die met een kinderwagen
aan het wandelen is of zij weet waar de camperplaats is. Bingo! Zij
draait zich naar rechts en zegt: daar ligt ze, maar je moet dit
wandelpad volgen tot het volgende kruispunt, daar naar rechts en
aan de rode lichten ook naar rechts
en dan na 50 m ligt
de vroegere camping. Dankuwel mevrouw,
En inderdaad, op de meter juist.
Christiane heeft ondertussen uitgekeken en rondgevraagd naar
een grootwarenhuis waar wij naartoe kunnen om onze wekelijkse
inkopen te doen. Ondertussen hebben we ook nog een
mobilhomeverkoper gezien en gaan daar ons product kopen voor
ons chemisch toilet. Nog een afdekkapje voor over de
electriciteitsaansluiting, want dat zijn we in La Réole ergens verloren
en ook nog twee blokken om de mobilhome waterpas te zetten.
Daarna nog iets eten en terug naar de camperplaats om te overnachten.
Het is ondertussen beginnen onweren en regenen, maar dat zal wel
eens stoppen zeker,
Donderdag 31 juli 2014 - Retjons - Gaillères 19,2 km
Wij hebben gisteren brood besteld aan de mevrouw die verantwoordelijk
is voor de camping. Om 7u55 wordt het brood geleverd. Dankuwel.
Dan rijden we nog zeven kilometers terug voor de start van deze
etappe.
De weg tussen Retjons en de aansluiting met de hoofdetappe
is duidelijk beter bewegwijzerd als de weg naar Retjons.
Als ik enkele honderden meters terug op de hoofdetappe ben,
50 à 60 meter vóór mij, aan de kant van de weg een ree.
Ik krijg niet de tijd om mijn fototoestel te nemen of ze is al weg.
Bedenking: "Wat is het mooi als wildvreemd wild je komt groeten
op je tocht!"
Met deze gedachte verder naar Roquefort ( voluit: Roquefort des Landes)
Ik kom aan aan de kerk, na enkele foto's ga ik op zoek naar
het stadhuis. Dat ligt eigenlijk rechtover de kerk. Dus, naar binnen
Op mijn vraag om een stempel legt de bediende me uit dat ze enkel
de gemeentestempel heeft. (zo heb ik er al meerdere) maar dat ik voor
een mooie stempel in mijn credencial (stempelboekje) naar
"Café de la Pain" moet gaan.
Ik de brug over de Douze (riviertje) over en er naartoe. Na een wit
wijntje krijg ik van de dienster een mooie stempel en zij vraagt
of ik slaapgelegenheid moet hebben voor vannacht. Natuurlijk niet,
want ik stap nog verder. Merci en salut!
Drie- à vierhonderd meters voor ik aan de kerk van Corbleu
(gemeente Poydesseaux) kom, vind ik het stempelboekje van
Peter, de Duitser. Ik laat Christiane weten om uit te kijken naar
Peter en Gisèle. Maar dit is té voorbarig. Wanneer ik het boekje
inkijk, zie ik dat hij gisteren een stempel heeft gekregen ik Roquefort.
Dus die zijn hier gisteren al gepasseerd.
In Bostens is de kerk gesloten, maar de refuge, te bereiken via een deur
in de inkomhal van de kerk is open. Ik ga eens binnen om de sfeer
op te snuiven.
Niemand thuis, maar alles is er aanwezig om de pelgrims
te ontvangen: kookfornuis, microgolfoven, koffiezet, tassen, borden,enz
In Gaillères staat Christiane op mij te wachten voor de kerk. De mobilhome
staat aan de feestzaal. Christiane doet nog een telefoontje naar de refuge
in Mont de Marsan om te zien of Peter daar nog is, maar de vriendelijke
man zegt dat zij, Peter en Gisèle, gisteren geweest zijn. Hij vraagt om de
credencial morgen binnen te brengen in de refuge van Mont de Marsan.
Woensdag 30 juli 2014 - Captieux - Retjons 26,2 Km
De etappe van vandaag is gewijzigd.
Ik stop niet in Bourriot - Bergonce, na 19,2 km maar ik stap nog
zeven kilometer verder naar Retjons.
Van daaruit kunnen we dan naar de camping Nauton in
Roquefort rijden.
Zevenhonderd meters na het vertrek in Captieux zit ik opnieuw
op de spoorwegbedding van gisteren. Negen kilometers, die ik
afstap in één uur veertig. Om dan de autostrade (A65) over te
steken en nog twee kilometers over dezelfde spoorlijn te stappen.
Dan ga ik zes kilometers van boerderij naar electriciteitskabine
(die allemaal een naam hebben) naar boerderij.
In Bourriot-Bergonce is het gemeentehuis gesloten.
Ik stap verder naar het kruispunt van de kapel van Lugaut. Want
daar begint de vertakking van de "oude weg" die naar Retjons loopt.
En daar wil ik naar toe.
Onderweg begrijp ik wel waarom de meeste pelgrims kiezen om
aan de kapel van Lugaut rechtdoor te lopen over de spoorwegbedding.
We moeten twee keer over of onder de autostrade en de afstand
via Retjons is duidelijk méér dan de aangegeven 3,1 km.
Maar ik geraak in Retjons.
Christiane staat daar te wachten op het
gemeenteplein.
Wij verplaatsen ons naar de camping in Roquefort
om te overnachten.
Het is koud vanmorgen. Iemand vertelde gisteren nog dat het weer
te wisselvallig is voor deze tijd van het jaar.
Wij hebben gisteren
"eindelijk" (na meer dan 14 dagen) onze Orange-domino,
onze verbindingsbox voor internet, opnieuw kunnen laten bijladen.
Normaal gezien kan je dat doen met een betaalkaart. Ik heb dat wel
twintig keer geprobeerd, maar dat lukte niet. Nu blijkt dat het
een Franse betaalkaart moet zijn. Wij, de buitenlanders, moeten
naar een Orange-winkel gaan. Maar die vind je niet in elke stad.
In La Réole dus niet. Maar in Bazas wél, in een super-U.
Wij daar naartoe en de uitbater heeft dat voor ons geregeld.
Dankuwel!...
Vandaag staan we vrij in Captieux, maar vanaf morgen woensdag 30/7
hoop ik weer een deel van mijn achterstand op de blog te kunnen
inhalen
Het loopt al vrij vroeg, na 4,5 km, fout vandaag. Ik stap op een asfaltweg,
die een bocht neemt van 90°. De route gaat echter rechtdoor het bos in.
Ik volg de asfaltweg omdat er juist in die ingang van het bos een auto staat.
Dom? Ja natuurlijk,
Na ongeveer twee kilometer stel ik vast dat ik verkeerd zit. Ik zie op de
kaart (veronderstelling) dat ik via "een kleine omweg" een eind verder
terug op de route kan komen.
Een berekende gok? Wie weet het? Maar het lukt
Als ik de autostrade Pau - Bordeaux (A65) ben overgestoken staat er
een oudere vrouw voor haar huis het gemaaide gras bijeen te harken.
Zij wil weten of ik nog ver ga wandelen. Vandaag tot in Captieux,
zeg ik, maar verder nog naar Santiago.
Dat vindt ze goed. En van waar ik kom, wil ze weten.
"La Belgique"doet blijkbaar niet onmiddellijk een belletje rinkelen
want ze begint over het weer. En dat ik schone benen heb
Als ik vraag om een foto te mogen maken laat ze onmiddellijk de hark
vallen. Ik vraag om hem terug te nemen omdat het zo mooi was, wat ze
dan ook wel doet. Merci en salut madame
In Bernos, gemeente Bernos-Beaulac, is het gemeentehuis open en ik
binnen voor een stempel.
Bij het buitengaan van het centrum van Beaulac draai ik rechts de bedding
van een oude spoorweg op. Zeven kilometers lang over deze spoorbaan
met afwisselend eiken, dennenbomen en varens. En het eind van de
tunnel die maar niet in zicht komt. Tweeenhalve kilometer voor de kerk
van Captieux ben ik er door.
Christiane wacht daar, maar we zoeken een andere plaats om te overnachten.
Rond 16 u 00 komt er een Chinese vrouw, Chon, die Nederlands praat, voorbij
de mobilhome. Ze heeft de Belgische nummerplaat gezien en vraagt aan
Christiane of ze soms Nederlands praat.
Chon en haar man zijn op weg van Limoges naar Saint-Jean-Pied-de-Port.
Zij zijn negen jaar geleden in Santiago geweest vanuit Leon in Spanje.
En willen sindsdien de verschillende routes in Frankrijk doen. Vorig jaar
hebben zij Vézelay - Limoges gedaan en zij zijn ook al eens van uit Le Puy
vertrokken voor drie weken. Chon is heel blij dat ze zo diep in Frankrijk
nog eens Nederlands kan praten en dat ze een pelgrim ontmoet die op
weg is naar Santiago.
En ze noemt de logistieke ondersteuning die Christiane doet "fantastisch".
De dag na een rustdag kom ik moeilijk op gang, maar toch!
Ik ben nog maar 500 m weg van de camping of ik kom Xavier
tegen, een Fransman, die een week wil stappen.
Hij is gisteren vertrokken in Langon en wil naar Bergerac.
Tussen La Réole en Floudès zie ik aan het hek voor een huis
een bakje hangen met de bestelling voor de bakker (zie foto)
Puybarban en Saint-Martin stap ik door, maar in Pondaurat
is het gemeentehuis open.
Als ik terug buiten kom, zet ik me neer op een bank. Daar
komen twee vrouwen tegenover mij zitten, Marie-Pierre
en Sylvie. Marie-Pierre is al eens in Santiago geweest via
de camino Frances, maar ook Sylvie heeft al heel wat
stapervaring maar nog géén camino.
Marie-Pierre wil zoveel mogelijk weten over mijn tocht.
Maar er ontbreekt nog iemand, naar 't schijnt, want Sylvie
is voortdurend aan het telefoneren.
Blijkt dat de derde persoon in Savignac aan het wachten is.
Daar stappen de dames naar toe en ik ook, maar langs
een andere weg.
In Savignac, 3,5 km verder, wordt mijn probleem opgelost.
Ik heb het blijkbaar niet goed begrepen. Het is niet één,
maar nog eens twee vrouwen, Marie-Christine en Dominique.
Marie-Christine is de minst ervaren stapper in het gezelschap
van vier. Ze heeft voor het verkeerde schoeisel gekozen. En haar schoenen kapot in La Réole.
Nu is de dochter, van de mensen bij wie het gezelschap
overnacht heeft, met Marie-Christine naar Marmande gereden,
10 km verder, om nieuwe schoenen te kopen. Om daarna
Marie-Christine en Dominique af te zetten aan de kerk in
Savignac.
Van liefdadigheid gesproken
Bij het binnenkomen van Bazas word ik opnieuw aan de klim
van Vézelay herinnerd, alleen dat ik hier via de trappen
veel sneller aan de kathedraal sta.
En Christiane staat daar al te wachten. De mobilhome
enkele honderden meters verder op een campeplaats.
Goed geslapen.
Ondanks een Fransman me gisterenavond had verteld dat de
bakkers van La Réole vanaf vandaag alle twee met verlof zijn,
vind ik er toch nog eentje die alle dagen open is, 7 op 7,
vanaf 5 u 00 's morgens.
Rond 10 u 30 trekken we de stad in, eerst terug de brug over
en dan klimmen naar het centrum.
Ik ga bij het "office du tourisme" langs voor een stempel en
om 11 u 15 naar de H. Mis met de Poolse priester. Een viering
met de meisjes van de "plaatselijke Chiro" en na de mis wordt
er ook nog een kindje gedoopt: Raphaël Bortot.
Het kind wordt door de vader en de moeder naar voren
gebracht, gevolgd door de peter en de meter en de
dooprituelen vinden plaats vooraan in de kerk. Daarna
zendt de priester iedereen naar huis, neemt plaats bij
de uitgang en drukt iedereen de hand.
Een oudere dame die na ons bij de priester komt, en ons
verhaal gehoord heeft, vraagt ons om voor haar te bidden
in Santiago.
Wij zullen dat voor U doen, Mevrouw.
We brengen een bezoek aan de abdij, want ik heb Christiane
gisteren al gesproken van de mooie galerij. Maar ook de
plafondschildering, op hout, en de hoge trappenhallen zijn mooi.
Dan iets eten en terug naar de camping om een beetje te rusten.
Rond 19 u 30 komen er twee jongeren, jongen en meisje,
de camping opgefietst. Zij zijn uit de streek van Kortrijk.
Zij zijn beginnen fietsen in de buurt van Bordeaux en willen
op veertien dagen in Perpignan zijn.
Moet lukken!
Zaterdag 26 juli 2014 - Saint-Ferme - La Réole 20,0 Km
Eerst 6 km van Monségur terug naar Saint-Ferme om van daaruit
te starten.
Het is mistig maar de zon gaat er door komen.
Maar nu nog niet want de vallei van de Dropt (rivier) is niet te zien.
Voorbij het centrum van Coutures, mis ik een afslag waardoor ik
met een boog rond Roquebrune stap en 2 km achter dit dorp weer
op de route kom. Niet zo erg, alleen heb ik geen foto's kunnen
nemen en weet ik er niets van
In Saint-Hilaire-de-la-Noaille is er een rustplaats achter het
kerkhof. Ik maak gebruik van één van de twee stenen tefels
en ook van het watertappunt, want de temperatuur is ondertussen
flink opgelopen. Terwijl ik aan het eten ben stopt er een man
met een jeep. Hij zegt vriendelijk goeiendag, stapt uit en
neemt een grote, zwarte plastic zak uit zijn voertuig.
Daarna begint hij dennennaalden te rapen en daarmee de
zak te vullen.
Als ik hem vraag of hij die dennennaalden gaat
gebruiken, komt hij dichterbijen vertelt dat hij "une esclade"
gaat maken. Ge neemt een houten plank, schikt die vol met
mosselen, goed tegen mekaar, de een tegen de ander.
Leg er dan 30 à 40 cm dennennaalden over en steek dat in brand.
De mosselen gaan eronder goed gaar worden in hun eigen vocht.
Volgens de man een delicatesse als hapje (enkele mosselen)
of als voorgerecht (meerdere).
Bedankt voor de tip, en... smakelijk!
Op 3 km van La Réole kom ik over het erf van een boerderij op
een asfaltweg terecht met een prachtig uitzicht op de stad.
Dus nog zover afdalen om aan de kerk en de abdij te geraken.
De weg naar Santiago loopt door de galerij van de abdij,
om terug op straat te belanden langs de mooie ingang.
Dan nog eens 121 trappen naar beneden, naar de oever van de rivier.
De zon is verschroeiend, goed dat het vandaag maar 20,0 km is.
En daarna de hangbrug over tot aan de camping op de
linkeroever van de Garonne (rivier).