Ik probeer de verslagen van de laatste dagen op de harde schijf
van mijn pc op te slaan, want door het mistige, regenachtige
weer lukt het mij niet om op internet te geraken.
Het blijft de ganse dag miezeren.
Dan maar winkelen,
Wij naar de Auchan in Avalon.
Daar kunnen we gas tanken, inkopen doen en een paar schoenen
laten herstellen.
Want door het vele vocht begint de lijm te lossen.
Door al deze activiteiten hebben we vandaag Maarten, die ook
een vrije dag heeft genomen,
nog niet gezien en we zitten nochtans
op dezelfde camping.
Zondag 22 juni 2014 - Arcy-sur-Cure - Vézelay 20,8 Km
Ik ga de straat van de camping uit, de brug over de Cure over en ben al op
het traject van vandaag. Nog enkele foto's maken, van de Cure
en van het slot van Chastenay en ik ben op weg naar Saint-Moré, nog
4,5 Km geeft mijn gids aan. Maar het lijken er wel 10. Eérst door het bos,
boven de rotsen en dan langzaam naar beneden om helemaal terug
langs de rotsen te stappen. Daar doemt de kerk van Saint-Moré op.
En wie tref ik daar aan? De jongeren van gisteren. Ze zijn slechts
met zes en ze zijn allemaal uit de buurt van Parijs. Ze wachten op de
twee ontbrekende jongens, die één van de twee auto's die ze meehebben
in Vézelay zijn gaan zetten en met de tweede komen de twee terug naar
Saint-Moré om dan vanavond het omgekeerde te doen en dan na
een mooi week-end terug naar Parijs te reizen.
Ik, verder naar La Jarrie, via een "overbodige klim" zegt de gids, want
je kan ook via de straat. Neen, ik via het bos én de klim.
Dan Les Hérodats, een gehucht, ik heb 4 huizen geteld. Het zullen er
nog wel enkele meer zijn die ik niet zag staan maar na het laatste huis
staat er wel een watertappunt links naast de weg. Is nodig, want mijn
water raakt op. De zon staat hoog, het is snikheet.
Op de weg naar Asquins, dat 2 Km vóór Vézelay ligt, zie ik de basiliek
al voor mij liggen, hoog op de berg en nog een hele afstand verwijderd.
Eérst nog door het centrum van Asquins en dan helemaal naar beneden
in het dal om van daaruit de klim naar de basiliek van Vézelay aan te vatten.
Ik doe ongeveer 40 minuten over de klim van 2 Km om op het plein
voor de basiliek te geraken.
Ga naar binnen, en ook ik kom onder de indruk van de afmetingen
van de voorhal. En dan de basiliek, romaanse bouwkunst, imponeert
op haar manier door de zuiverheid van de stijl. De zon schijnt binnen
langs de nauwe ramen en een man beweegt zich, op blote voeten,
van lichtstraal naar lichtstraal om telkens enkele ogenblikken halt
te houden.
Na een ingetogen moment ga ik terug naar de voorhal om bij de info-
en verkoopstand een stempel te vragen. De vriendelijke mevrouw
achter de balie, die blijkbaar al redelijk wat ervaring heeft met
pelgrims, doorbladert mijn stempelboekje en wijst met haar
rechter wijsvinger naar de stempel van Viroinval: "Jamais vu".
Ik zeg dat het de mooiste stempel is die ik heb. Zonder iets te
zeggen steekt ze dezelfde wijsvinger omhoog en haar ogen gaan
wijd open. Ik voeg er snel aan toe: "Tot nu toe". En dat bevalt haar.
Ze neemt de stempel en zet zorgvuldig een afdruk in mijn boekje.
Inderdaad, de stempel van "Sainte Marie Magdeleine van Vézelay"
is ook mooi en daarmee is mijn tweede dubbelblad gevuld.
Als ik op de camping kom, 1,5 Km van de basiliek, tref ik Christiane,
vele Nerderlandse toeristen en Maarten, die op 1 juni vanuit
Antwerpen vertrokken is voor een tocht naar Compostela.
Het gesprek met Maarten en een Nederlander verplaatst zich
als snel naar de match van de Belgen vanavond
Zaterdag 21 juni 2014 - St-Cyr-les-Colons - Arcy-sur-Cure 21,6 Km
6u30 en wakker worden onder een stralende zon. "La douce France".
Scheren, douchen en dan "baguettes" halen bij de warme bakker op de plaats.
Om 8u45 ben ik op weg naar Cravant, 9,5 Km verder. Bossen en wijnvelden
wisselen mekaar af, de hellingen en de afdalingen ook.
Ik ben nà 11u00 in Cravant, een charmant dorpje aan de samenloop van
de Cure en de Yonne.
Ik kom de stad binnen via de "Poort van Arbault" (14de eeuw)
en ga de rue Arbault omhoog naar het gemeentehuis. Zaterdag, dus
Ik ga voorbij een vakwerkhuis, dat het oudste gebouw van de stad
schijnt te zijn. En zo verder langs de kerk, die in de steigers staat.
Voor een stempel ga ik naar het info-bureau. Voor de vrouw,
die hier sinds gisteren de dienst verzekert, ben ik de eerste pelgrim
bij wie ze een stempel mag plaatsen in het stempelboekje.
Kan blijkbaar moeilijk afscheid nemen van dit mooie, rustige,
nog niet door toeristen overvallen stadje.
Ik verlaat 't via een deel
van de stadsgrachten dat nu "promenade Saint-Jean" heet.
Vooraleer ik de ring rond Cravant oversteek bezoek ik eerst nog
een voormalige overdekte wasplaats. Daar ontmoet ik een groep jongeren,
4 jongens en 4 meisjes, wanneer ik naar het stadsplan sta te kijken.
Ze staan achter mij en één van de jongens vraagt of ik de weg kwijt ben.
Ik zeg "nee" en wijs hem op het plan waar ik naar toe wil.
Ah, wij gaan ook die kant uit, zegt hij. "Le voie de Saint-Jacques".
Ik vertel aan de groep dat ik naar Compostela wil en dat ik al sinds
26 mei op weg ben. De jongen antwoordt dat zij slechts twee dagen
gaan stappen tot Vézelay. Vandaag tot Arcy-sur-Cure. En morgen naar
Vézelay.
Hé, da's toevallig, ik overnacht ook in dezelfde plaats.
Allez, misschien tot straks of tot morgen,
Ik verder naar Accolay. Bij het binnenkomen van dit dorpje herinnert
een kunstwerk in keramiek aan de beroemde pottenbakkers
van destijds
Het is middag en ga een boterhammetje eten in het hokje van de
bushalte naast het kunstwerk.
Een kwartier later komt de groep jongeren voorbij en zij installeren
zich op de picknickplaats iets verderop. Wanneer ik opnieuw vertrek
maak ik nog een foto van de groep en ga verder.
Rond 12u30 als ik voorbij de laatste huizen van Accolay ga zie ik
een vrouwelijke postbode aan het werk. Ze is brieven aan het deponeren
in de batterij brievenbussen die daar staat.
Ben jij vandaag aan het werk, vraag ik. Wij werken zes dagen op zeven,
zegt zij. Als ze weet dat ik uit België moet ze ook weten hoe dat bij ons gaat.
Ik vertel dat in België, op zaterdag, enkel dagbladen worden uitgereikt.
Wij doen ook dagbladen op zaterdag, maar ook gewone briefwisseling,
zegt zij. Nog een foto gemaakt, afscheid nemen, want zij moet nog werken
Ik stap verder naar Bessy en zo naar Arcy. Deze twee dorpen dragen
de bijvermelding "sur-Cure" omdat ze op de oevers van deze rivier liggen.
Maar om bij Christiane op de camping te geraken moet ik eerst een brug
over de Cure oversteken en dan terug naar de camping.
Vrijdag 20 juni 2014 - Collan - St-Cyr-les-Colons 20,0 Km
Ik moet de afdaling van het kerkplein naar het centrum van Collan vandaag niet
doen, want Christiane zet me beneden af.
Onmiddellijk toch weer een stevige klim naar de bovenkant van de wijnvelden
rond Chablis. Maar de wegen waar ik over wandel, tussen de wijnvelden, zijn
allemaal bezaaid met losse, dikke, scherpe keien
De afdaling naar Chablis is niet van de poes.
Ik ga voorbij de camping van Chablis, waar we overnacht hebben,
naar het centrum.
Ik doorkruis de stad via de hoofdstraten en kom opnieuw
in de wijnvelden terecht waar vele arbeiders bezig zijn met de ranken in goede
banen te leiden.
In Courgis vind ik een oude wasplaats, waar een bank in staat en waar ik mijn
boterham kan eten.
Vooraleer ik dorp uitga kan ik ook mijn water nog bijvullen
aan een watertappunt op de hoek van de hoofdstraat (Grande rue).
Om de kapel van Préhy te bereiken moet ik eerst steil naar beneden om
daarna weer opnieuw steil naar boven te klauteren, naar de kapel toe.
Men noemt dit "de kapel van Préhy" maar het is in feite
de Onze-Lieve-Vrouwekerk met een kerkhof ervoor.
Nogmaals tussen de wijnvelden door bereik ik St-Cyr-les-Colons.
Christiane staat helemaal beneden in de vallei. Dus nog eens naar beneden.
Ik zal goed slapen
Donderdag 19 juni 2014 - Flogny-la-Chapelle - Collan 20,0 Km
"Een pelgrim vraagt niet, een pelgrim krijgt "
De nacht was rustig op de parking van de feestzaal aan de eerste kerk van Flogny.
Ik stap vanaf de tweede kerk van Flogny naar het kanaal van Bourgondië, langs
het industrieterrein naar Roffey.
Ik kijk nog even of de Mairie open is. Tevergeefs.
Dan verder naar Bernouil, waar de parochiekerk, een erkend historisch monument,
is toegewijd aan Jacobus de Meerdere. Enkele foto's gemaakt maar noch de kerk,
noch de Mairie zijn open.
Wanneer ik zo'n 300 m voorbij de kerk ben, komt er een auto naast mij rijden.
De man zegt vriendelijk goeiendag en vraagt of ik een eind wil meerijden
richting Vézannes. Ik antwoord "neen" en leg hem uit dat ik op weg ben
naar Compostela en dat ik iedere meter te voet wil afleggen.
Hij noemt mij een moedig man en wenst me nog veel succes met mijn tocht.
In Vézannes aangekomen vind ik een picknicktafel op een schaduwrijk plekje.
Eérst een boterhammetje eten, dan nog water bijtanken.
Maar het watertappunt
werkt niet. Dan maar verder stappen. Het is nog 5,3 km tot Collan.
Net bij 't buitengaan van het centrum van Vézannes komt er een witte renault
voorbij gereden richting Vézannes.
Ik groet ook deze man door mijn hand op
te steken. Ik neem nog een foto van het gemeentebord.
De auto remt en komt
achterwaarts teruggereden.
De man stapt uit, komt naar me toe en vraagt of ik iets nodig heb, water, brood
of nog iets anders. Ik zeg dat ik niets nodig heb, of ja, toch misschien wat water.
Ik leg hem uit dat het watertappunt in Vézannes niet werkte.
Ok, zegt de man, je remonte.
Ik zit inderdaad in een ferme klim en wandel ondertussen nog 30 m verder.
Na enkele minuten komt de witte renault terug de berg opgereden.
Hij stopt aan de kant van de weg, stapt uit en overhandigt mij een fles water,
een half stokbrood en een doosje leverpastei.
Ik ben verwonderd dat de man, Yves is zijn naam, me dat aanbiedt. Ik bedank
hem uitgebreid.
Yves vertelt dan dat hij in Auxerre woont en deze
weg regelmatig afrijdt naar zijn moeder die in Vézannes woont.
't Is trouwens
op aanraden van zijn moeder dat hij brood en leverpastei moest meenemen.
Yves zegt ook nog dat er op de kop van de helling kersenbomen staan die
van hem zijn en dat ik er kersen mag plukken.
Uiteindelijk nemen we afscheid. Terwijl Yves wegrijdt drink ik al van het water
en daarna steek ik al toostend de fles in de lucht!
Yves claxoneert
Niet te geloven!!... Ben ik nu toch nen echte?...
Enkele kersen ga ik toch nog plukken. Ze zijn lekker en goed rijp.
In Collan vertel ik het verhaal aan Christiane. Zij kan 't ook niet geloven
maar ik heb de bewijzen mee.
Voor overnachting rijden we naar de camping van Chablis.
Woensdag 18 juni 2014: Eaux-Puiseaux - Flogny-la-Chapelle 21,7 Km
Vooraleer ik vertrek gaan we nog wat water bijtanken. Ik zet de mobilhome
dichter bij de kraan en onze Nederlandse buren op deze camping komen
ons al uitwuiven. Marijke wil eerst nog een fotootje van Christiane en mij.
Ik zet de mobilhome terug op zijn plaats, neem afscheid van Christiane
en ben weg.
t Is 8u40 en minder dan 22 Km, het zal een "korte" wandeling worden vandaag.
Op weg naar Ervy-le-Chatel word ik een andere weg opgestuurd. De voorziene
weg is via het bos, maar aan de afslag links staat "dat het af te raden is" om deze
weg te nemen. Dus dan maar naar rechts en de omleiding volgen via het gehucht
"Les Chaillots". En zo verder over een asfaltweg naar Ervy-le-Chatel.
Vlak voor het binnenkomen van dit stadje word ik terug op het traject
gebracht en ik bereik Ervy-le-Chatel rond 10u45 en vraag een stempel op het
toeristisch bureau, dat onderdak heeft gevonden in de oude korenbeurs.
Dit stadje uitgeraken doe ik door de opgesomde straten te passeren. Als
ex-postier is dat geen probleem.
Dan via het gehucht Mesnil, dat maar enkele huizen telt naar Mezières.
Net buiten Mezières loopt het verkeerd.
Ik raak de weg kwijt, keer weer, moet een bos door, kilometers lange
rechte weg, er passeert een camion die omgehakte bomen komt ophalen,
kom uiteidelijk uit op een asfaltweg, D374, die ik niet terugvind op mijn kaarten.
Intuitie zegt me nu: naar de zon
Ik stap naar rechts en blijf stappen tot aan de eerste boerderij die ik
tegenkom.
Ga het hof op en vraag de weg naar Flogny-la-Chapelle.
Ik ben blijkbaar al in de goede richting aan het stappen, maar volgens
de boer is het nog 4 Km
Na 1,5 km loop ik door het centrum van het dorp waar de boer woont.
Van daaruit moet ik naar La Chappelle Vieille Forêt, 2,5 km verderop.
Christiane vraagt zich ondertussen af waar ik blijf?
Dan kom ik aan een kerk waarvan drie mensen na mekaar zeggen dat
het kerk van Flogny is.
Maar Flogny heeft twee kerken, vandaar.
En Christiane staat aan de andere.
Dus nog 2 km verder en nog 25 minuten wachten.
Uiteindelijk bereik ik de plaats van afspraak rond 15u45.
Dit was niet de makkelijkste etappe, maar ook dit is pelgrimstocht
En vanmorgen, na ongeveer 5 km heb ik de 500 km-grens overschreden.
Dinsdag 17 juni 2014 - La-Rivière-de-Corps - Eaux-Puiseaux 27,7 Km
Het belangrijkste doel is het NU. (Leo Tolstoj)
Wij verlaten de camping in Pont-Sainte-Marie aan de Noord-Oostkant om naar
La-Rivière-de-Corps aan de Zuid-Westkant van Troyes te rijden, omdat ik
de doorsteek van het centrum van Troyes gisteren gelopen heb.
Het "Hotel de Ville" is open. Het is 9u25. Nog 200 m verder kom ik terug
op het traject. Met de wind in de rug ben ik in minder dan één uur in Lépine.
Wanneer ik er bij de kruising van D94 en D141 de "Voie Royale" volg (een
vroegere Romeinse heirbaan) kom ik na ongeveer 300 m, tussen de graan-
en koolzaadvelden, een meisje van 15 à 16 jaar tegen. Ze vraagt me of ik
haar hondje heb gezien? Ik moet negatief antwoorden en vraag haar hoe
ver ze is gaan zoeken. Tot in het volgende dorp, 2,5 Km verder en niets gevonden.
Ik beloof haar uit te kijken
Ik hoop dat het meisje haar hondje gevonden heeft want ik heb hem niet gezien.
Dus verder naar Laines-aux-Bois. Hier maak ik mijn laatste foto vandaag
want de batterij is plat. Dom eh!
Laines-aux-Bois, de naam verraadt het al. Ik ben nog maar net het dorpje uit of
ik stap het bos in op weg naar Sommeval.
Ik ga ruim 6 Km door het bos,
dichte begroeiing dan weer wat open, holle wegen die soms tot 3 m diep zijn
om uiteindelijk het bos uit te komen en Sommeval aan mijn voeten te zien
liggen, ja letterlijk Nog 3 bochten en nog 300 m wandelen ligt Sommeval daar 50 m dieper mooi te wezen.
Dan verder naar Fort Chenu. Bij het verlaten van dit dorp kom ik een groep,
ongeveer dertig, wandelaars tegen die juist vertrokken zijn voor hun
wekelijkse tocht.
Vooraan loopt "Haantje de voorste " (hoe kan het ook anders)
en hij zegt tegen mij dat ze de andere kant oplopen "C'est per là "
en dat ik me moet omkeren. Natuurlijk wordt hij onmiddellijk bijgestaan
door enkele anderen die er een grap in zien.
Ik antwoord: "Non, c'est par là " en wijs in de richting dat ik stap.
Dit herhaalt zich nog eens en ik zeg, terwijl ik ongeveer de helft van de
groep ben gepasseerd, "Compostelle, c'est par là". Midden in de groep
is er een man die reageert: "Oui Monsieur, Compostelle est par là, la
première à droite", inderdaad de weg die ga inslaan.
Ik wens iedereen een mooie wandeling en stap verder, naar Eaux-Puiseaux.
Ik heb geluk, de Mairie is open op dinsdag van 14u00 tot 16u00. Maar
de bediende laat mij weten dat ik voor een stempel op de camping
moet zijn.
Ik naar de caming voor een stempel én voor overnachting want Christiane
is er ook!
Morgen: Eaux-Puiseaux - Flogny-la-Chapelle 21,7 Km
Het is al een stuk nà 8u00 als we wakker worden. Eerst douchen, we kunnen gebruik
maken van de campingaccomodatie, en daarna eten.
Dan moeten we de afwas nog doen
van vanmorgen én van gisterenavond.
Ah ja, ik heb gisteren nog een aantal dagverslagen op de blog gezet,
tussen 20u00 en
20u30 hebben we geskyped met de kinderen en daarna onze financiële toestand
eens bekeken.
Maar een goed uur later is de afwas én de was al gedaan.
We nemen de bus naar de stad. Lijn 1 rijdt tot aan de deuren van de kathedraal.
Wij naar binnen, maar het is opnieuw na twaalven en we zullen nog eens
moeten terugkomen voor een stempel.
Ik spreek met Christiane af dat ik hier vóór de kathedraal zal terugkomen
omdat ik 3,8 km ga stappen naar La-Rivière-de-Corps.
Christiane kuiert ondertussen door de stad.
Om het centrum van de stad uit te geraken volg ik de R.P.51 die een opsomming
geeft van straten en pleintjes tot ik uiteindelijk op de "voie verte des Viennes" geraak.
Dat is een wandel- en fietspad, naast het riviertje de Vienne, dat de buitenwijken
met de stad verbindt.
Na goed driekwart uur ben ik in La-Rivière-de-Corps. Nu nog een bushalte vinden?
De eerste mevrouw waar ik het aan vraag stuurt me onmiddellijk naar de terminus
tegenover het gemeentehuis, nog ongeveer 500 m stappen. Daar moet ik nog ruim
20 min. op de autobus wachten.
En de bus doet er 30 min.over om terug aan de kathedraal te geraken.
Wij gaan iets eten in Troyes en dan terug naar de camping want
onze derde rustdag zit er bijna op.
Ik probeer toch nog mijn achterstand op de blog weg te werken, wat me duidelijk lukt
Vanavond vroeg naar bed want morgen staat er een zware dobber (lange afstand)
op het programma.
Morgen is het ook mijn 20ste stapdag.
Morgen: La-Rivière-de-Corps - Eaux Puiseaux 27,7 Km
Om 6u30 zijn we al wakker. Scheren, douchen, kleden, tafel klaarzetten want
Christiane is al naar de bakker.
De zon staat al te blinken.
Verse bagetten, maar eerst een chocoladekoek om nog
wat extra calorieën binnen te hebben.
Rond 7u45 komen er auto's de, nochtans grote, parking opgereden.
Blijken de ouders te zijn van de jeugdspelers van de plaatselijke voetbalclub
die de verplaatsing meemaken met hun kinderen.
Om 8u05 is de parking terug leeg.
Een half uurtje later vertrek ik, 2 lege bokalen meenemend, omdat ik gisteren
bij aankomst net buiten het centrum van het dorp een mini-containerpark
had opgemerkt. Aangezien ik dezelfde weg (1,2 km) terugga kan ik deze daar deponeren.
Eens terug op het jaagpad, ik heb vandaag voor het fietspad (voie verte) gekozen
merk ik al snel dat het zondag is.
Vrije dag of ontspanningsdag.
Wandelaars, joggers, fietsers, zowel toeristen als hardrijders
Met aan mijn linkerzijde het rustige kanaal met zijn eendjes, waterhoentjes en
vooral de véle, véle vissen. Ik heb tussen 3 en 30 cm àlle maten gezien, het krioelt ervan
En de dorpjes passeren, Payns (L), Saint-Benoît-sur-Seine (L), Saint Lye
om dan naar Barberey-Saint-Sulpice te gaan.
Van daaruit gaat het in rechte lijn,
via de steenweg, naar Troyes.
Om één uur ben ik al aan de kathedraal. Naar binnen, het imponeert, de lengte
van de kathedraal lijkt binnen nog langer dan buiten. En al die glasramen uit de 16de
en de 17de eeuw. Ik kom ogen tekort om dit alles te bekijken.
Ik vraag aan de surveillant om een stempel. Maar "de stempelaar" is "en repos"
en hervat om 14u00.
Ik dan verder richting de gemeentelijke camping van Troyes, die op het grondgebied
van Pont Sainte Marie ligt, want hier gaan we twee keer overnachten.
Zaterdag 14 juni 2014 - Anglure - Savières 24,5 Km
Eerst rijden we 12 Km terug naar Anglure waar Christiane me aan de Mairie aflevert.
Van hier nog enkele honderden meters tot het traject. Dan stap ik
3 Km langs een brede beek tot in Bagneux en vandaar nog eens 3 Km
langs een vrij drukke baan (D5) tot Clesles.
In Clesles kies ik voor het jaagpad langs "het kanaal van de Haute Seine".
Dit kanaal verbindt Marcilly-sur-Seine met Troyes en is 44 Km lang.
Zo kom ik vlug in Méry-sur -Seine. Oei, waar heb ik die naam nog gehoord?
Natuurlijk, hier hebben wij vannacht geslapen
Vanaf Méry-s/Seine volgen de dorpjes zich zeer snel op:
Droupt-Sainte-Marie ligt links op 700 m, Vallant-Saint-Georges rechts op
700 m, Rilly-Sainte-Syre links op 1,4 Km en Saint-Mesmin rechts op 1,5 Km.
In Droupt-Sainte-Marie is er een aquaduct van het kanaal "Haute Seine"
over de rivier Beauregard. En in Savières eentje over de Melda.
Dus op beide plaatsen loopt 't kanaal telkens in een goot, ongeveer
3 m boven de rivier, het kruispunt over
Daarna komt Savières dat rechts op 1,2 Km van 't kanaal ligt. Ik daar naartoe.
Want de afspraak met Christiane is de parking naast de kerk.
Na wat verfrissing zoeken we 'n tankstation want "'t lichtje begint al
te knipperen" zegt Christiane.
Na een rondvraag blijkt er een tankstation
te zijn bij de Intermarché, een grote winkel, twee dorpen verder.
Wij daar naartoe. Gazole blijkt diesel te zijn, dus wij tanken
Bij terugkomst op de parkeerplaats kijken we nog wat rond en vinden
we ook nog een warme bakker aan de andere kant van de straat
op een pleintje, waar ook de bibliotheek ligt.
De bakkerij is morgenvroeg, zondag, al open om 6u30.
Ah ja, zegt de bakker, om 6u30 staan de vissers hier al aan de deur,
dus dan zijn we open
Van de camping van Sézanne, die trouwens héél proper is, rechtstreeks de etappe
op. Ik vind vrij snel mijn ritme. Komt dat door de goede nachtrust?...
Het eerste dorp is Vindey, nog een champagnedorpje.
Op de steenweg naar Saudoy ontmoet ik plotseling Catherine. Zij komt met haar
ezel uit een zijwegeltje terwijl ik al langs de grote baan loop.
Terwijl we verder
wandelen, aan 't tempo van Charles, zo noemt de ezel van Catherine,
praten we nog wat. Zij is op stap naar Vézelay en wil daar vóór 2 juli
toekomen, want dan reist ze met haar ezel terug naar huis.
We komen voorbij een fontein en Charles mag drinken en wij ook.
Daarna wandelen we verder en praten we over internet, pc, tablet en al de
problemen daarrond. Catherine heeft een tablet en heeft in Frankrijk
een SIM-kaart gekocht die duurder is als onze domino en het werkt niet
We nemen afscheid want zij heeft gemerkt dat ik 't moeilijk heb om me aan hun
tempo aan te houden.
Dan volgen twee dorpen waarvan de namen mooi klinken en die mooi
liggen te wezen in een rustig landschap,
Barbonne-Fayel en
Saint-Quentin-le-Verger.
Het wordt echter een monotone wandeling. Kilometers ver stap ik met een
oude, afgedankte spoorweg aan mijn rechterzijde en immens grote
graanvelden aan mijn linkerzijde. Bij het binnenstappen van Anglure snap
ik het plaatje van deze dag. Want daar staan torenhoge graansilo's,
en dan is de cirkel rond.
Christiane laat mij weten dat ze in Anglure aan de kerk staat te wachten.
Maar voor de overnachting trekken we een aantal kilometers verder
naar de gemeentelijke camping van Méry-sur-Seine.
Aangezien wij gekozen hadden om in de kleinere dorpen te overnachten en technisch geen fantasten zijn, heeft het enkele dagen geduurd vooraleer we terug op internet konden. Stappen en mensen ontmoeten is voor mij het hoofddoel.
En wachten kan lang duren als je geen nieuws meer doorkrijgt...
Wij hebben ons eergisteren een "domino van Orange" aangeschaft en daarmee kunnen we nu makkelijker op internet.
Gelieve ons te verontschuldigen voor de lange afwezigheid. Met Christiane en mezelf gaat het goed.
Christiane komt sinds de tweede week in haar ritme van verplaatsing doen, wassen, plassen, schilderen, eten maken, enz...
En ik verteer de kilometers en de zon alsmaar beter. Drinken is de boodschap...
Ik ga trachten de achterstand van verhalen, die ik dagelijks geschreven heb, zo spoedig mogelijk weg te werken.
Deze Sorry heb ik geschreven op de gemeentelijke camping van Sezanne.
Ik heb vandaag al mijn 16de stapdag achter de rug en wij hebben al 2 rustdagen gehad.
Voor negen uur vertrokken, want ik moet de laatste 500 m van de tocht
van gisteren overdoen. Dan onmiddellijk klimmen, een steile helling
naar 't bos. Na 1500 m zie ik Morangis niet meer liggen, maar passeer
het gehucht "Les Buzons". Op een veldweg vraag ik aan een vrouw die
met haar hondje aan 't wandelen is of deze weg naar de D40 loopt?
"Deze weg komt uit op een asfaltweg waarvan ik de naam niet ken!"
antwoordt ze.
Verder tussen de velden en door de bossen bereik ik Montmort.
Daar staat een kasteel dat het dorp en de vallei van de Surmelin (rivier)
domineert. Op de Mairie wordt ik vriendelijk ontvangen met een
handdruk van de Burgemeester. Hij vraagt of ik "Pèlerin" ben en verwijst
me verder naar de bediende die een stempel bijzet in mijn stempelboekje.
Dan naar Baye. Christiane wacht op de "Place Berthelot".
Deze plaats ligt rechtover "Foyer de Charité" (zetel van Liefdadigheid)
die gevestigd is in het vroegere kasteel van Baye. Het is een gemeenschap
van leken (mannen en vrouwen), die naar het voorbeeld van
de eerste christenen hun materiële, geestelijke en spirituele goederen
gemeenschappelijk maken en deze gelofte ook beleven.
De Foyer ontvangt pelgrims.
Christiane heeft een vrouw met een ezel zien binnengaan in de Foyer
Daar moet ik het fijne van weten. Terwijl ik vastberaden de straat oversteek
passeer ik een koppel, die vanop afstand de gebeurtenissen gadeslaan. Ik groet
hen "Goeiendag, Bonjour". Ik krijg een groet terug en ze volgen ons,
Christiane is ook al mee, naar de binnenkoer.
Daar wordt het eerste raadsel opgelost.
De vrouw met de ezel is Catherine uit Bosvoorde (Watermael-Bosvoorde).
De ezel, 12 jaar, staat op pension in Hoeilaart.
Catherine is op 11 mei uit Bosvoorde vertrokken en is samen met haar ezel
op tocht Zij logeert vannacht in de "Foyer de Charité".
Terwijl Catherine haar ezel op de weide van het kasteel te drinken geeft
krijgen wij contact met dat koppel. Het blijken Zweden te zijn.
Lars en Britta uit Garphyttan. Zij zijn hier in de buurt (champagnestreek)
om champagne te kopen voor hun dochter die op 13 september trouwt.
De taal om te converseren met deze mensen is Engels.
Maar ik heb bijna "Zweuds gespreuken", omdat de vertaling van sommige
woorden, zoals pelgrim of grens, niet veel verschilt van het Nederlands.
We nemen foto's van mekaar en ook afscheid, terwijl Britta belooft om
op 13 september aan ons te denken
Vanaf 18u00 komt er in Baye, om de veertien dagen op woensdag,
op de plaats Berthelot een rijdende frituur langs.
Om 18u00 zijn wij de eerste klanten: "Plat complet avec Andouilette"
tweemaal En de klanten zijn tevreden.
Voor de overnachting is deze plaats te rumoerig wegens de passerende
D951.
Wij verplaatsen ons naar Beaunay om bij een champagneboer
te overnachten.
Dinsdag 10 juni 2014 - Germaine - Morangis 25,8 Km
n Goeie nacht gehad in Mutigny.
Maar we moeten vanmorgen terugkeren naar Germaine om te starten.
Onmiddellijk op de Mairie een stempel halen en dan naar Hautvillers.
Ook daar een stempel gekregen.
Ik zit hier midden in de champagnestreek, daar kan ik niet naast kijken.
In ieder dorp vind ik er wel, champagneboeren.
Als ik Mardeuil gepasseerd ben kom ik op de "chemin de ceinture".
Dat is een rondweg (zeg maar Ring) rond Epernay.
Niet voor het doorgaand verkeer maar voor de plaatselijke bevolking,
de boeren en de pelgrims.
Deze weg ligt boven tussen de hoogste wijngaarden en de bossen.
Fantastische panorama's
Om dan via Pierry en Moussy, waar de kerk van Chavot helemaal afgezonderd
op een helling staat, via Monthelon naar Morangis te trekken.
Christiane wacht me op aan de Mairie.
Maar we trekken één straat
verder om te overnachten.
Op de terugweg van Chamery naar Bétheny pakken de wolken zich samen.
In Bétheny aangekomen passeert die onweerswolk
Tien minuutjes wachten in de mobilhome en ik kan de baan op.
Een half uur later schittert de zon al over de regio.
Nog een half uur later
ben ik al in Reims. De statige kathedraal had ik al vanop afstand gezien,
nu van dichtbij.
Na enkele foto's buiten en binnen in de kathedraal,
n kaarsje, een stempel en een bezinningsmoment kan ik weer verder
op mijn tocht.
Cormontreuil bereik ik door onder vijf bruggen door te lopen:
Pont de l'Europe - Pont de Venise - Pont de Flechambault -
t viaduct van de snelweg en de Pont Huon. Maar ik volg het jaagpad van 't kanaal
(coulée verte) en loop een stuk tussen 't kanaal en de Vesle (rivier).
Aan de brug van Flechambault staat een bordje "Compostela 2400 Km".
Degenen die goed gekeken hebben, zullen opgemerkt hebben dat
ik tussen Hautville en Château-Porcien 't bordje van 2454 Km ben gepasseerd.
Na Cormontreuil, Trois-Puits, Montbré en Rilly-en-Montagne, waar ik nog eens
mijn voorraad water moet aanvullen stap ik verder via Les Haies (deelgemeente)
naar Germaine.
Christiane staat me op te wachten, want we trekken 8 Km verder naar een
camperplaats in Mutigny.
Lang geslapen en ik ben goed uitgerust. Christiane ietsje minder omdat ze meer last gehad
heeft van de fuif, van 't lawaai natuurlijk.
Na 't ontbijt samen de afwas en ben ik 't dorp
ingegaan om 'n bakker te vinden.
Bakker gesloten op maandag, dus maar een brood
meegenomen voor morgen. Een "campagnard", een rond wit brood, dat niet kan gesneden
worden omdat de bakker géén snijmachine heeft.
"Evidemment" bagetten moeten niet gesneden worden.
Rond de middag zijn al de andere mobilhomes vertrokken behalve een Frans gezin,
van uit de buurt van Parijs, met twee kinderen, die er een weekendje-uit van
gemaakt hebben.
We verbroederen en mogen de binnenkant van elkaars "huis op wielen" zien.
In de late namiddag loopt de parkingplaats opnieuw vol. Aan de andere kant van ons
arriveert een Engels koppel, die vandaag een afstand van ongeveer 400 miles (+/- 690 Km)
hebben afgelegd.
Zij trekken morgen verder naar 't zuiden van Frankrijk, op vakantie.
Zaterdag 7 juni 2014 - Saint-Loup-en-Champagne - Bétheny 25,3 Km
Goed op tijd vertrokken in Saint-Loup. En ondanks de blaar op de onderkant
van mijn rechtervoet, die ik heb afgeplakt met "compeed", vorder ik pijlsnel
op de landweg die tussen de velden naar L'Ecaille (4,5 Km verder) leidt.
Op weg naar Bazancourt begin ik de tol te betalen van de "vele kilometers" gisteren.
Na een stempel (Joepie, mijn eerste dubbelblad is gevuld met 11 stempels)
stap ik verder tussen de velden naar het fort van Fresnes, wat tegenwoordig
dienst doet als motorcrossterrein.
Dat valt tegen want hier wil en zal ik eten.
Van Fresnes tot Bétheny is het nog 5,2 Km. De kaarsrechte vroegere Romeinse heirweg
lijkt eindeloos. Maar toch raak ik, ruim voor 't geplande uur in Bétheny.
Christiane wacht aan de kerk, rechtover het gemeentehuis, waar net 'n koppel
binnen is om te trouwen.
Oh fijn, denk ik, nog een stempel. Maar de ambtenaar die
het huwelijk heeft voltrokken verzekert mij dat hij me geen stempel kan geven
Ok, dan maar
Geen stempel, maar heb er nog twee blaren bij
Morgen is 't rustdag en we gaan in Reims op een camperplaats overnachten.
Maar de plaats is vrij rumoerig, wegens het voorbij razend verkeer van de autostrade.
We beslissen om naar Chamery te rijden, 12 Km verderop.
Inderdaad Chamery, waar de familie Maillart reeds meerdere flessen
champagne verkocht heeft aan de mensen die met Rantour op stap zijn geweest
Chamery, het is hier heel rustig, ondanks er vanavond een verjaardagsfuif is
in de plaatselijke feestzaal. En de camperplaats gevuld is met 8 mobilhomes (2 Belgen -
1 Nederlander - 2 Duitsers en 3 Fransen)
Vrijdag 6 juni 2014 - Wasigny - Saint-Loup-en-Champagne 25,0 Km
Eérst nog een aantal foto's gemaakt van de oude halle (dateert uit de 15de eeuw)
en dan verder naar Justine-Herbigny.
Daar loopt het goed fout. Aangezien we in deze regio met 3 verschillende
wegbewijzeringen zitten (GR12 - GR654 en de via Campaniensis) heb ik
me laten misleiden door een omweg die moest vermeden worden.
Gevolg: 8 Km omweg gemaakt om uiteindelijk toch in Hauteville
te geraken dat slechts 3 Km van Justine-Herbigny ligt. De stempel die
ik in Hauteville kan bemachtigen maakt véél goed.
Verder naar Château-Porcien. Tussen de grote, lange, brede velden en de
windmolens kom ik een persoon tegen op zijn fiets.
Wanneer hij nog een 15-tal meters verwijderd is roep ik hem toe:
Bonjour Monsieur, c'est la direction Château-Porcien?
Hij nadert en stopt. "Gij zijt géén Fransman!"
"Neen, een Belg" antwoord ik.
"Ik ben een Nederlander" zegt hij.
Woont in een buurgemeente van Wasigny en verdient zijn boterham
via het internet. Ik heb wat met Nederlanders?...
Dan verder naar Château-Porcien waar ik ook een stempel haal
op de "Mairie". En dan naar Avançon, maar mijn drank raakt op
In Avançon is er niets!!! Dus kijk ik uit of ik in de privéwoningen
aan water kan geraken. 't Laatste huis van Avançon, de man is 't gras aan 't maaien.
Ik groet hem en steek mijn lege fles omhoog. Hij komt naar de straatkant en gaat
mijn lege literfles vullen. Stelt zelfs voor om een 2de fles mee te geven
Ik bedank de man, want het is maar 3 Km tot Saint-Loup-en-Champagne.
Aangekomen stel ik vast dat ik mijn eerste blaar heb gelopen.
Maar ja, wat wil je na 33 Km door de hitte.
Goeie nacht!...
Donderdag 5 juni 2014 - Aubigny-les-Pothées - Wasigny
"Wie langzaam loopt, komt ver" (gezegde uit Afrika)
Na de regen van gisteren, vandaag door kniehoog gras lopen, heeft gevolgen.
Na een uur wandelen zijn mijn korte broek (vooral de onderkant),
mijn sokken en schoenen opnieuw doornat.
Blijven doorstappen, het gras wordt korter, maar dan door een weide
(gelukkig staan er geen stieren in) en tussen twee weiden die waren
afgespannen met prikkeldraad, op naar Signy-L'Abbaye, dat midden in een
woud van meer dan 3500 hectaren ligt, waar ik op het gemeentehuis een
stempel krijg. Verder naar Lalobbe. Het houtvestershuis van Quatre-Frères
heb ik wel gevonden, maar via een omweg. Een afslag gemist
En op de weg naar Lalobbe loopt het nog eens mis. Eén kilometer in de
verkeerde richting! Da's nog één kilometer terug of twee kilometers
téveel gelopen
In Lalobbe nog iets eten en dan verder naar Wasigny. Als ik in Wasigny
toekom tref ik in de oude halle 2 Nederlanders. De ene komt uit Zandvoort
en is op weg naar Compostela maar wil nog verder naar Lissabon (nog
ong. 650 Km verder). De andere komt uit Utrecht. Hij is in mei al eens 14 dagen
op stap geweest en is nu opnieuw een week aan 't stappen,
(wil ook naar Compostela) tot hij 't moe wordt en dan gaat ie terug naar huis.
De Zandvoortenaar neemt morgen een dagje rust en verblijft hier in de
streek. We nemen afscheid zoals pelgrims dat doen "Bon Camino".
Ik loop verder tot bij de mobilhome.
Wanneer ik terugkom van de Mairie, jaja ik heb 2 stempels vandaag,
kom ik de Utrechtenaar opnieuw tegen, hij is nog op weg naar zijn
slaapplaats.
Ik ga straks ook slapen, maar eerst nog een Belgisch pralientje