Nog vergeten te vertellen: we kamperen op
100 m van de zee, de Stille Oceaan. We zien de golven op het strand neer slaan.
Idyllisch lijkt het, maar er staat een fris tot ijselijk oceaanbriesje. Ik ken de Stille Oceaan in veel aangenamere temperaturen. Maar ja, ne mens moet
tevreden zijn met wat hij heeft nietwaar. Ideaal weer om eens een andere regio
van Sydney te bezoeken. Nu trekken we Zuidoosten, naar Paddington. Deze randstad
staat bekend om zijn mooie oude huizen in Victoriaanse terrace bouwstijl van
het einde van de 19de eeuw. De meest bezienswaardige exemplaren
zitten geconcentreerd in de wijk Old Village. Ze zijn uiterst smal (sommigen
zelfs maar 3 meter) en ze zij allemaal mooi versierd met smeedijzeren hekken,
zowel op het voetpad als op de balkons. Vandaar de benaming terrace stijl.
Het is meerdere tientallen kilometers
verwijderd van onze camping, we moeten er 2 trams en één bus voor nemen en we
zijn bijna 2 uur onderweg. Maar dat deert niet: ik vind zo mijn weg en alles
sluit perfect op elkaar aan. En het loont de moeite. En allemaal zo mooi
onderhouden. Je zou de wijk kunnen
vergelijken met de trendy Unitas-wijk in Deurne en met een mini versie van de Coges
Osylei in Antwerpen. Het is opmerkelijk hoe goed de meeste van de huisjes
onderhouden en gerenoveerd zijn. Het kan bijna niet anders dat men hiervoor
ettelijke miljoenen Australische dollars moet neertellen. Het type van autos
dat op straat geparkeerd staat, ondersteunt dit vermoeden.
Het voorbije weekend was voor de
Australiërs een verlengd weekend, want gisteren, maandag, was het een officiële
feestdag voor de verjaardag van d Queen. Het gevolg was dat onze camping plots
erg goed volzet was. De meesten komen hier aan met gedrochten zo groot als een
volwassen autobus. Bij één ervan heb ik gezien dat de familie een zijkant open
plooide en dat er, naast een volledig uitgeruste BBQ van een kubieke meter, ook
een volwaardige wasmachine in stond. En tot onze stomme verbazing heeft dat
gezin (vader, moeder en één dochter) ook een schaap bij. Wie houdt er nu een schaap
als HUIS-dier? Dat moet je letterlijk
opnemen, ze dragen het binnen in hun motorhome, na eerst haar pootjes proper te
hebben gemaakt en s avonds overnacht dat lief beestje samen met hen in hun camping
bus. Wie neemt er nu een schaap me op weekend op een camping?
Het was erg koud vannacht maar we hebben desalniettemin
goed geslapen.Het bed is zelfs lang (voor mij) en
breed (voor ons beiden) genoeg. Dat is een meevaller, want ik had me op het ergste
voorbereid.Waar ik me echtermentaal niet tegen gewapend had, was dat we s
morgens om 7 uur een quasi open lucht stortbadje zouden moeten nemen. Dat vergt
wel enige moed en zelfopoffering, maar ne mens wordt er wel goed wakker van.
Tegen half tien is alles ingepakt en vastgesjord. We gooien de trossen los en
starten met ons tweede lang traject (van de hele reis): 400 km van Wagga Wagga
naar Katoomba in de Blue Mountains. Omdat we de voorkeur geven aan mooie
binnenwegen boven een eentonige autostrade, neemt dat tripje wel een hele dag in beslag. Maar zo maken we ook even kennis met een stukje binnenland van New South Wales: veel houten kruipkrotjes van woningen, in alle denkbare stadia van verval, enorme storthopen met alle ondenkbare rommel en flink wat Australische mannen die hier bij enkele graden boven nul in een zomerse outfit rond paraderen. Dit wil zeggen: een fel gekleurde short (met blote benen voor de harde jongens, de poesies dragen daaronder een zwarte panty of zoiets), sleffers, een zotte, vuile en versleten T- shirt (of een marcelleke) én.... steevast een muts tegen de koude. Dat zijn volgens mij de kadees die de wereld willen doen geloven dat Australië een verschrikkelijk heet continent is. Ja, voor dergelijke ijsberen allicht wel. Maar niet iedereen is een ijsbeer of wil er een worden. Door de opwarming van de aarde, sterft die soort immers langzaam maar zeker uit.
We lukken erin om
voor den donkeren onze campingplaats te bereiken. De regio is hier zichtbaar meer
welstellend: de camping is mooi gelegen, heel netjes en de sanitaire voorzieningen
zijn hagelnieuw. Welgekomen luxe en bovendien blijken we momenteel, met twee
andere koppels, de enige klanten te zijn. Dat wordt hier vannacht niet alleen een ijs-koudddddde (3 graden) maar ook een Stille Nacht. Net kerstmis zonder sneeuw en zonder stal. Maar ja we zitten hier ook al op meer dan 1000 meter hoogte.
Vandaag start onze reis. Eindelijk. Ne
mens moet soms toch wel héél veel geduld en koppigheid aan de dag leggen. Maar
.. de volhouder wint. Om zes uur staan we op en om zeven uur brengt Toon ons naar
het verhuurbureau van Apollo campers. Dan volgt een hallucinant verhaal. Om 8
uur is er geen levende ziel te bespeuren. In de regen staan we daar te
verkleumen (8 graden!) te verkleumen en wortel te schieten. Al wie beweert dat
het heet is in Australië , dwaalt. In erge mate. Na tien minuten wordt onze
geest (en ons lichaam) terug wat ontdooid want er verschijnen 2 Argentijnse
meisjes van 30 jaar of daaromtrent. Zoals altijd is aan hun verhaal kop noch
staart te breien, maar één ding is duidelijk. Ze hebben een camper gehuurd en
gebruiken die als verhuiswagen, want ze gaan in Perth wonen. Na een kwartier
verschijnt het Apollo personeel met de nodige verontschuldigingen voor de
vertraging. Lap hiermee zijn we al een kwartier verloren. We hebben nochtans onze
tijd brood nodig om voor den donkeren op onze camping in Wagga Wagga te raken.
Anders moet ik daar in het duister de nutsvoorzieningen van onze camper gaan
aansluiten. Dat wil ik vermijden want ik het nog nooit eerder gedaan.
Dan schiet de Australische bureaucratie
in actie. Alle formulieren die ik vooraf met veel moeite had ingevuld (om de
check-in vlotter te laten verlopen) mag ik nog eens opnieuw vol schrijven. Op
hun tablet. Een naam als Van den Hauten correct over nemen blijkt erg moeilijk
te zijn. Een heel gedoe, maar hun systeem laat niet toe te spelling van de naam
te wijzigen als Kris nog niet getekend heeft. Kris moet dus tekenen onder een
foutieve naam. Euuu? Ik leg me erbij neer en denk bij mezelf: allicht gebruiken
ze SAP. Ik ken immers geen enkele andere bedrijfstool die zo moeilijk te
hanteren is als men een wijziging wil aanbrengen.
Alhoewel ik onze internationale
rijbewijzen vooraf had doorgemaild, willen ze die nog eens fotograferen, want
ze hebben ook ons nationaal rijbewijs van doen. Nou moe, dat heb ik nog nergens
in de wereld mee gemaakt. Soit, ik zwijg en overhandig hen het mijne. Dan
blijkt dat Kris haar nationaal rijbewijs NIET mee heeft. Thuis gelaten om een
reden die ik me moeilijk kan inbeelden. Gewichtsbesparing lijkt me geen goede
verantwoording. Maar ja, zonder haar nationaal rijbewijs mag zij niet
rijden.Ik probeer Apollo te overtuigen
dat ze het fout voor hebben en vertaal de tekst die in mijn internationaal
rijbewijs staat. Ik kan het amper geloven, maar daar staat letterlijk dat het
internationaal rijbewijs alleen geldig is mits voorlegging van het nationaal
rijbewijs. Een internationaal rijbewijs is dus met andere woorden niet meer dan
een officiële vertaling van het natkionale bewijs. Het personeel vraagt me om
de tekst van het internationaal rijbewijs te vertalen, want niettegeloven,
maar daar staat geen iota Engels in. Ik vertaal het uit de losse hand om het
gelijk aan mijn kant te krijgen en veroorloof mij enige dichterlijke vrijheden.
Ik heb jandorie pech: de cheffin van Apollo kent voldoende Duits om mijn
interpretatie van de kaart te vegen. Enfin ik zal dus alleen moeten rijden
totdat Kris een fotokopie van haar nationaal rijbewijs aan Apollo kan bezorgen.
Oef, weer een horde genomen.
Dan blijkt in hun systeem geen spoor meer
te vinden te zijn over onze verzekering. Mijn geduld raakt zo een beetje op en
ik diep mijn notebook uit mijn bagage en lees mijn notities voor over de gemaakte
afspraken, de kosten en de verkregen kortingen. Plots vinden ze de polis als
bij wonder terug. Maar de prijzen kloppen niet. Here we go again, denk ik. Na enkele
extra kubieke meters lucht wordt ook dat misverstand in ons voordeel opgelost.
Intussen zijn we al een uur kwijt. Dan
wordt de camper voor gereden. Zoals te verwachten in Australië: proper van ver,
maar verre van proper. Kris schiet in een Vlaamse colère en verkrijgt dat de
poetser opnieuw komt poetsen. Die blinde kwibus stapt de camper binnen en
vraagt wat er jandorie nog moet gepoetst worden. Kris wijst op de mensen in
wording, afgewisseld met wat schimmel in diverse kleuren enz. Ik zie intussen onze twee Argentijnse meisjes
met een goedkopere (want intussen door Apollo afgeschreven) camper vertrekken.
No worries.
De volhouder wint, na nog een half uur is
onze wagen betreedbaar. Dan blijken alle accessoires, die we in de
onderhandelingen verworven hadden, te ontbreken. Oeps, daar gaan we weer.
Alles komt in orde, behalve een extra verwarmingsvuurtje. Dat hebben ze niet meer
in voorraad, want het is defect. Hoe kan dat nu? We zijn toch de eerste of de
tweede klant na twee maand lock down? No worries, zeggen ze dan: koop er
onderweg een nieuw en we zullen u achteraf vergoeden. Dag Jan, denk ik. Na wat
gehakketak krijgen we het vuurtje uit hun eigen bureau. Het zal ze leren zo
weinig pro-actief te zijn. Het verhaal is eigenlijk bijlange nog niet ten
einde, maar ik stop ermee. Anders wordt het té vervelend. Eigenlijk een
kant-en-klaar scenario voor Faulty Towers.
We rijden de hele dag, zondigen s
middags met onze eerst hamburger en we komen om 16:30u aan op onze camping.
Hangt daar een mooie verwittiging dat ze morgenvroeg om 8uur de stroom gaan
afsluiten voor onderhoudswerken. Wat hebben die hier begot de laatste twee
maand uitgespookt? Ik begin al te vermoeden dat ik hier de enige abnormale ben.
Algemeen besluit: we zullen morgen weer
maar om zes uur opstaan.
Onze laatste dag in Kensington. s
Morgens nemen we afscheid van onze kennissen op de zondagsmarkt in
Flemington. We kopen een voorraad verse kwark (hermetisch verpakt) voor de volgende
week.Daarna met de adembenemend exact
op tijd rijdende trams naar de South Melbourne Market. Daar een voorraad
Iberrico jamon (ook hermetisch verpakt) ingeslagen en afscheid genomen van de
Spaanse uitbater. Uiteraard volgt er dan een onstuitbare Spaanse woordenvloed
en ik leer er onder meer uit dat hij Antwerpen en Brussel vrij goed kent.We passeren daarna een kraampje dat we de
vorige malen hadden overgeslagen. De uitbater hoort ons Nederlands praten en
hij reageert in zijn beste Suid Afrikaans: een Afrikaner! Het verrast me dat we op die twee maand zoveel
Nederlandstalige emigranten zijn tegen gekomen. Zelfs een Nederlandse broer en
zus die beiden aan de kassa in de lokale supermarkt werken. Niettegeloven.
Vandaag komt Toon en Romana bij ons het laatste avondmaal nuttigen. Het is gebraden
kip met aubergines, courgettes, aardappelen, paprika, rode peper en veel
rozemarijn en tijm. Het was lèkkerr, ech lèkkerrr.
Prachtig herfstweer: een staalblauwe
hemel bij een aangename temperatuur van net onder de 20 graden. Kortom ideaal
wandelweer. We beginnen vandaag ons afscheidstournee. Eerst naar Saint Kilda
voor aan strandwandeling van 12 km tot Brighton Beach (het strand met de mooi gekleurde strandcabines) en terug. Heel aangenaam en
geen modeshow met mondmaskers. Het valt ons overigens op dat men in het journaal
van de VRT heel wat mensen ziet met een mondmasker op hun . kin. Dat komt toch
echt niet erg geloofwaardig over.
Niets anders dan administratie, financieel
geëmmer (met een campinguitbater omdat ik zogezegd niet zou betaald hebben, terwijl dit wél het geval was),
plafonds op mijn creditkaart die verlaagd werden (omdat ik uit het oog verloren
was dat door ons ietwat uitgelopen verlof de einddatum, die ik in februari opgegeven
had, intussen verlopen was) en ga zo maar door.Veel energie en veel tijd, maar het komt allemaal wel in orde. Jumenas.
We hebben de hele voormiddag gespendeerd
aan het zoeken en boeken van de eerste campingplaatsen. En dat is gelukt. Dan
nog wat gebeld en gemaild om de nog openstaande refunds terug te krijgen. Op 2
na is dat ook gelukt. Rest nu nog 1 nacht op een campingsite en die hebben me
beloofd dat ze het deze week nog zullen vereffenen. De tweede is een taaiere
klant: AVIS. We hadden bij hen een gewone personenwagen gehuurd om in Tasmanië
rond te rijden. Maar, door de regeringsbeslissing in Tasmanië, we hebben die
wagen maar voor 50% kunnen benutten en ik probeer de andere helft terug te
krijgen. Niet evident.
Ik krijg ook nog een telefoon van het
verhuurbedrijf bij wie we de camper gehuurd hebben. Ze moeten van alles en nog
wat weten, bijna ook de maat van mijn onderbroek. Ik laat het lijdzaam over mij
heen gaan, tot blijkt dat ze voor allerlei zaken extreem hoge kosten willen
aanrekenen. Een voorbeeld: ze vragen een borg van 5.000 Australische dollar
(3.250 euro) als onderpand voor de huur van de wagen. Na wat doorvragen blijkt
dat, als er zich een schadegeval zou voordoen, zij die 5.000 als verworven beschouwen als dekking voor een
bestaande schuld en dat zij bijgevolg geen borg meer hebben voor een volgende
schadegeval. Bij een tweede schadegeval plunderen ze mijn creditkaart dan
opnieuw: weer voor 5.000 Australische dollar. Na nog een half uur palaveren blijkt
dat ze ook een klassieke omnium verzekeringsformule kunnen aanbieden voor . 1.470
Australische dollar. Enfin ik stop, want ik kan zo nog een hele bladzijde door
emmeren. Wat een verdolen geldmachine is me dat zeg.
Dan nog even naar ons Griekse viskraam.
Grote ontgoocheling: vandaag geen Red Emperor en geen Alfonsino.Spijtig. Het wordt dan maar een flinke moot
makreel(750 gr). Dat is ook een goddelijke vis en hij kost ons 14 euro.
We staan om 7 uur op want seffens komt
zowaar een poetsbedrijf onze air-B&B poetsen. We hebben al staaltjes gezien
van wat Australiërs poetsen noemen, dus zijn we van niets meer verwonderd.
Klokslag 8:30u verschijnt er een jonge gast met op zijn rug iets dat op een zuurstoffles
van duikers lijkt, maar dan dikker. Dat blijkt zijn stofzuiger te zijn. Wel
handig, want daardoor moet hij niet sleuren met een slee en heeft ie zijn handen
vrij. Hij kijkt rond en vraagt aan Kris wat ie moet stofzuigen want alles ziet
er toch netjes uit. Kris geeft hem wat aan en razendsnel haspelt hij die
taakjes af. De badkamervloer is nog nat, dus gaat hij er even met een swiffer
door en klaar is kees. Dat je je naam in de reling van de trap kan schrijven,
deert hem in de verste verte niet. Ruiten poetsen blijk hier een bezigheid te
zijn voor armen van geest. Ik denk dat want we hebben hier na al die maanden immers nog nooit
een particulier, of een professionele ruitenpoetser in een woonhuis aan het
werk gezien. De ruiten van onze B&B zijn nog amper de naam waard, want je
hebt er geen normaal zicht meer door.
Dan beginnen we te zoeken naar campingsites
voor de volgende week. Dat blijkt minder evident dan gedacht. In de meeste
gevallen gaan de sites wel open op 1 juni, maar dan beginnen ze met werken.
Dus zijn we daar nog niet welkom. Na een halve dag zoeken op tinternet, geef ik
het op en stuur een mail naar enkele kandidaten om te horen of ze nu echt wel
dicht zijn.
In de namiddag verschijnt de man van het
immobiliën kantoor om fotos te maken voor de publicatie van de verkoop van het
huis en de B&B op het internet. Hij steekt overal alle lichten aan en loopt
dan met zijn Sony camera met groothoeklens in speedtempo door de hele B&B.
In vijf minuten is de zaak geklaard.
Het is een stralende herfstdag. Dus maken
we nog eens wandeling van enkele kilometers en kopen in de Aldi van Moonee Ponds wat uitzet
aan om in onze campervan te kunnen overleven.
Als we terug thuis komen, heeft één van
de campingsites al gereageerd. En ja ze zijn open vanaf 1 juni, maar dat kan je
nog niet zien op hun websites. En avant, we gaan er nog door raken.
Deze dag is bepalend voor onze verder
reis. Zeg maar D-day. Kunnen we een camper huren? Kunnen we onze rugzak vol met
credits recupereren? Kunnen we de timing van de verschillende stappen van onze
reis terug in elkaar passen?
We staan op tijd op en trekken naar
Apollo Melbourne, de verhuurfirma, gevestigd in Somerton, waar we in februari
onze camper hadden gehuurd en die ons, in ruil voor onze noodgedwongen afzegging,
alleen maar credits wilde geven. Ter plaatse vinden we een aanvaardbare
oplossing, na veel zoeken, trekken en duwen. We lukken erin al onze credits
(2770 AU$) integraal te recupereren. We kunnen de camper maandag 1 juni vanaf 8
uur oppikken en we leveren hem op 7 juli in Sydney terug in. Oef, nu is de stop
uit de fles.
Terug
thuis boekt Kris onze terugvlucht van 7 juli van Sydney naar Melbourne. Dat
doen we welbewust bij Jetstar, omdat we daar ooknog 268 AU$ credits hebben staan van onze
geannuleerde vlucht van Hobart (Tasmanië) naar Sydney van 3 april. En yes, ook
dat lukt wonderwel. Weer onze credits integraal kunnen benutten.
Ik schep nog wat meer moed en pak het
dossier Avis aan. We hadden in februari bij Avis een huurauto (648 AU$) besteld
om in Tasmanië rond te toeren. Maar halverwege de trip moesten we, ingevolge de
regeringsbeslissing van Tasmanië, haven en goed in pand laten en halsoverkop
vertrekken. We leverden de auto noodgedwongen halverwege de huurperiode terug
in, maar de juffrouw aan de balie van Avis in Hobart was ons ik wik en weeg mijn
woorden- niet erg behulpzaam. Zij kon niets zeggen en niets doen. Ze was zelfs
niet bereid ons een ontvangstbewijs te overhandigen dat we de wagen in goede
staat hadden ingeleverd. Niets. Avis zou ons wel wat laten weten, beweerde ze. Ik
heb toen van alles fotos genomen, van het kreng incluis. Tot op heden had ik zoals
ik vreesde- nog steeds niets van Avis vernomen: geen mail, geen telefoon, geen
geld, geen credits. Het eerste telefoongesprek met Avis is een ramp. De
kwaliteit van de lijn is slechter dan de telefoonverbinding met de maan in de
jaren 7O. Het enerveert me enorm. Kris is bekommerd om mijn hart en raadt me toch
een tweede poging te ondernemen. Het is al wat beter, maar nog steeds
ondermaats. In tegenstelling tot de eerste onverlaat, neemt Maria zo heette de
nieuwe Avis juffrouw- het heft in eigen handen en zij beslist mij terug te
bellen. Dan klaart de telecom-hemel open en is een normaal gesprek plots mogelijk.
Ons Maria belooft de zaak te onderzoeken. En inderdaad een uur later ontvang
ik mail met bevestiging en status van mijn klacht: er zijn nog mensen van hun
woord!
Dan nog even gaan checken of ik van het camper
verhuurbedrijf de waarborg van mijn eerste boeking nu eindelijk terug gekregen
heb. En ja, dat is weer 3500 AU$ die terug zijn, waar ze thuis horen: bij mij. Nu
nog de eerste campingplaatsen reserveren en dan zitten we terug op de rails.
Ik kan me inbeelden dat jullie de draad
al lang verloren zijn in al die boekingen en her-boekingen en compensaties. Ik
prijs me gelukkig dat ik mijn notebook bij heb en alles mooi in een spreadsheet
bijgehouden heb. Anders was ook ik in die warboel al lang mijn weg verloren. Dat
hebben wij, verdiend zou ik zeggen, gevierd met een glaasje Chardonay: proost,
ook op jullie, geduldige lezers!
Zonnige zondagochtend en dus is een
dagtripje met de auto naar de kust gepland: Torquay: zo een 100km ten zuiden
van Melbourne. Een surfer- en kiteparadijs. Mark lukt er in om nog snel over
een weer naar de wekelijkse markt in Flemington te stappen, voor onze
overheerlijke Ash Brie en voortreffelijke organic kwark. Vervolgens rijdt Toon tijdens
de heenweg: hoofdzakelijk een autostrade M1-route.
Weliswaar koude wind en maar 11°, toch zijn er opvallend veel sportieve ijsberen
in Torquay, die de ijskoude zeegolven trotseren. Brr . Ons Jacquelinetje is
diegene die zich direct thuis voelt aan het koude strand en er lustig op los
stapt! De golven zijn hoog en heftig: niet ongevaarlijk, doch het lijken mij
allen ervaren zeerobben te zijn. Ik krijg koude rillingen bij het zien van
schaars geklede kindjes, spelend aan de rand van de zee. De surfers daarentegen
zijn uitgerust in hun speciaal pak, maar toch ook blootvoets.
Wij picknicken in het zonnetje en warmen
ons op aan take-away koffie en thee. Een wandeling langs deze mooie kuststrook
is een streling voor het oog: onaangeroerd strand en krachtige golvende zee met
standvastige cipressen, met hun karaktervolle horizontale takken, zoals in
Philips Island mij ook zo indrukwekkend overkwam en welke het wandelgedeelte
afbakent van het strand. Vaak ook nog met mooi onderhouden grasstroken, die dan
weer de autobaan op een afstand houdt.
Mark en ik verkennen een beetje de
verzorgde woningen en appartementen, terwijl de jeugd aan het rusten is. Wanneer
ik een tweede verblijf mocht kiezen, zou ik wel weten voor welk appartement ik
zou gaan: ééntje uit een geheel van 14 appartementen, trapsgewijs gebouwd en
allen met zicht op dit stukje prachtige zee met zijn ruige golven. Ideaal voor
surfers. Maar ja, dat is niet aan de orde, want surfen is ook niet mijn ding!
Dromen mag altijd. En kort nadien dromen wij met zijn allen dat het pakje friet
met ayola saus en ketchup smaakt, zoals bij heet weer: het warmt ons toch op van
binnen en het smaakt!
Tevreden en uitgewaaid keren wij
huiswaarts: gelukkig was er toch nog iemand wakker in de auto omveilig terug te rijden naar huis, want allen
waren uitgeteld: ik heb dus zalig genoten van de snurkende passagiers en het
zacht rijden met die hybride Toyota auto van Toon en Romana. Ik ben ervoor gewonnen om ook te kiezen voor een hybride
wagen!
Eens terug thuis kunnen wij opnieuw
genieten van een smaakvolle maaltijd in ons huisje: broccoli soep met spekjes
en daarna puree met prei en peterselie en een zalmmoot met mosterd en dille, gebakken door Dillen, die ondertussen terug
bij zijn positieve gekomen is. Daarbij een witte Australische Chardonay 2018. Het dessert (zelfgebakken cake met
bosvruchten) wordt meegenomen naar de overkant, want de buikjes zijn vol.
Toon en Romana beginnen te beseffen dat
het restaurant t Huisje aan de overkant zijn laatste week in gaat: tenminste
als Mark en ik erin lukken om op maandag 1 juni aan onze rondreis door New South
Wales te beginnen. Wat zijn wij erop uit om, na 8 weken Melbourne, eindelijk
aan onze rondreis te beginnen: in plaats van Queensland wordt het NSW. Allicht
zal het wat warmer zijn dan hier in Melbourne en daar snakken wij naar! Wij
hebben het samen met het jonge gezinnetje heel goed gehad en bij onze
terugkomst in juli, verblijven wij graag enkele nachten in hun nieuw huis in
Woodend, zo een 70km van Melbourne. Zij verhuizen immers op 11 juni naar den
buiten: ook voor hen dus een nieuwe start!
Voilà, ik heb de zoveelste versie (ik ben
de tel kwijt) van ons reisprogramma afgerond. Ik denk dat we hiermee nog iets
van onze reis zullen kunnen maken.
Als
afwisseling trekken we nog eens naar de South Melbourne Market naar onze authentieke
Spanjaard en onze Griek. De Spanjaard bezoeken we telkens voor zijn lekkere
jamon serrano en voor het babbeltje in het Spaans. Petros de Griek is weer gaan
lammeren bij de andere markkramers, dus geen Grieks vandaag. Maar dat belet
niet dat er aan zijn kraam weer de grootste samenscholing is van potentiële corona-dragers.
Het zal hem een zorg wezen. Er liggen weer nieuwe vissen in aanbieding.
Vooreerst de Red Emperor voor de leken. Zijn echte naam luidt Lutjanus sebae.
Blijkt één van de meest geapprecieerde vissen van Australië te zijn, maar wel relatief klein: slechts 60 cm lang. Naar Australische normen is het maar goudvisje,
maar wel een erg gegeerd. Zijn prijs is dan omgekeerd evenredig tot zijn
grootte: 50 Australische dollar de kilo (35 euro). Dat is een stuk duurder dan tonijn of zwaardvis. Nummert twee is een Beryx
decadactylus, Alfonsino voor vrienden.Het is een erg zeldzame helrode vis van 0.5 -1
meter lang, met erg grote ogen, een grote bek maar kleine tandjes. Hij zwemt diep,
soms tot 1000 meter.
Een beetje eentonig, maar we hebben niets
speciaals gedaan of mee gemaakt. Ik heb weer een halve dag gespendeerd aan de
uitwerking van ons reisprogramma. Als afwisseling de 83 uitgaven van mijn
kredietkaart gecontroleerd en een kleine wandeling gemaakt. En dan bij ons eten een lekkere fles rode wijn
open gedaan. De namen van de wijnhuizen zijn hier naar onze normen wel wat
raar. De rode wijn komt van het huis cat amongst de pigeons. Niet direct een representatieve
naam voor een degelijke wijn. Maar hij is wel lekker.
s Avonds is mijn broer Jan ons moeder
van meer dan 96 jaar kunnen gaan bezoeken in het rusthuis. Hij heeft zijn
smartphone mee en hij lukt erin een video-whatsapp te organiseren met moeder en hem enerzijds en mijn zus, Kris en
ik anderzijds. Het duurt even vooraleer zij helemaal door heeft wat er allemaal
gebeurt. Dan is ze zichtbaar gelukkig. Bedankt broer voor de organisatie.
Argenta laat weten dat ze het probleem (om
mijn uitgavenstaat van mijn creditkaart te visualiseren) niet op een twee drie kunnen
oplossen. Ze hebben me de staat voor de maand april dan maar via mail
opgestuurd. Daarmee kan ik aan de slag. Maar de uitleg die ze me geven raakt
kant nog wal. Ik heb, op suggestie van Kris, geprobeerd of ik de staat kan
visualiseren via de app op mijn smartphone. En wonder boven wonder: daar gaat
het wél. Straf hé!
De hele voormiddag ben ik dan ook ijverig
bezig met iedereen die me nog geld moet terugstorten effen aan te manen. En ook
even gecheckt of het verhuurbureau vanaf 1 juni effectief wel campers verhuurt
en of de campingplaatsen vanaf 1 juni ook open zijn. Blijkt allemaal zo te
zijn.Haha, de hemel begint stilaan terug
open te gaan. Er zijn nog wel wat voetangels, maar die zijn er om op te lossen.
Zo willen we op 1 juni in alle vroegte vertrekken. Gepensioneerden hebben
immers geen tijd. Dat veronderstelt dat we de camper een dag vooraf kunnen gaan
ophalen en inladen. Maar 1 juni is een maandag en s zaterdags is het
verhuurbureau gesloten. Dus moeten we hem vrijdag kunnen gaan halen. Hm hm, dat
wordt nog wat. Als dat lukt, dan moet ik de camper nog twee dagen ergens kunnen
parkeren. Maar in onze straat mag dat niet niet, vreest Toon. We zoeken het nog
uit.
De Premier van South New Wales heeft
aangekondigd dat vanaf 1 juni de mensen opnieuw mogen rondreizen in de staat New South Wales en
dat de campings terug open gaan.Gladys
Berejiklian, want zo heet ze, doet exact wat ik al meer dan een maand op gok.
Weliswaar een week later dan ik wenste, maar mijn noveen heeft toch half geholpen.. Queensland (de staat ten
Noorden van South New Wales) doet echter nog niet mee. Een bezoek aan het GBR
(Great Barrier Reef) wordt me dus niet gegund. Het zij zo.
Dat wil zeggen dat ik mijn ontwerp van alternatief
reisprogramma nu concreet kan maken met data en campingsplaatsen. Ik heb mijn
bezigheid dus.
Al goed dat we gisteren naar zee gereden
zijn. Vandaag is het zwaar bewolkt. Dus ideaal om eens naar de barbier te gaan.
We nemen de tram naar onze old fashionned schoenmaker, want in het spiegelbeeld
van zijn winkeltje is er een kapsalon in dezelfde Victoriaanse stijl. Ik word
daar vakkundig onder handen genomen door een uitgeweken Samoaner. Enfin in denk
toch dat we in het Nederlands een inwoner van de Samoa eilanden noemt. En
schrik niet: die jonge gast kon Nederlands! Hij had een tijdje in Rotterdam
gewoond met zijn Surinaams lief. Vandaar. Kris heeft een fotootje genomen van
de hele operatie.
Daarna zijn onze wegen gesplitst. Kris kiest
the stairway to hell en ze opteert om te gaan shoppen in de plaatselijke
H&M. Ik denk beter te weten met the stairway to heaven en keer terug naar
huis. Maar geen beiden kunnen we eronder uit dat het fout loopt. Kris koopt
amper iets en ik verspil de rest van de namiddag aan administratie en testen in
samenwerking met de informaticadienst van Argenta om het visualisatieprobleem
van de uitgavenstaat van mijn creditkaart op te lossen.
Schitterend weer vandaag. En Toon is zo
vrijgevig dat we zijn spiksplinternieuwe Toyota Corolla hybride mogen lenen.
Rechts stuur, automatische versnellingsbak, half elektrisch, links rijden op de ring vanMelbourne (das Brussel in t kwadraat): dat
is nog eens een uitdaging op mijn leeftijd zeg. Als ik de auto start staat de
teller op 58 km, nieuwer kan echt niet. Laat ons hopen dat ik nergens tegen
bots of een onverlaat tegen mij rijdt. De wagen rijdt amaaaaaaaaaaazing zalig.
We rijden naar Point Nepean, op het
uiterste zuidpunt van Melbourne. De havenstad Melbourne is gelegen in het
binnenste van een hoefijzervormige baai. Het zuidoostelijke punt van de baai
werd destijds gebruikt als quarantaine oord. Daar moesten alle mensen en dieren
op de schepen die Melbourne wilden aandoen, 40 dagen in quarantaine blijven,
alvorens ze de baai binnen mochten om aan te meren. Niets, maar dan ook niets
nieuws onder de zon dus. Men hoeft alleen het woord schepen te vervangen door
vervoermiddelen. En dat pest véél besmettelijker en dodelijker was dan
corona.
Op een gegeven moment moeten we de wagen
achter laten en de laatste kilometers afstappen door het natuurpark van pakweg
500 meter breedte. We zien met andere woorden aan onze linkerzijde de Zuidelijke
Oceaan aan onze rechterzijde Port Phillip Bay. Zoals overal in de streek rond
Melbourne amper een vogel te bespeuren. Het doet raar aan, net alsof ze zoals in
Vietnam- allemaal opgegeten zijn. Point Nepean zelf hebben we niet kunnen
bezoeken wegens de corona-maatregelen. We staan daar met och arme 6 man en dan
nog zonder paardenkop. Hm.
Op de terugweg stoppen we in Sorento
(niet te verwarren met Sorento in Italië). Ons vermoeden, ingegeven door de
enorme kasten van villas die we onderweg al opgemerkt hebben, is dit duidelijk
het Knokke van de staat Victoria. Mijn ogen struikelen over Porches, Ferrarris
en zelfs een Maserati en een Bentley. Ik parkeer in alle stilte zo onopgemerkt
mogelijk de Corolla van Toon.Als ik
uitstap zie ik dat de onderkant van de wel erg lage snoet van de fonkelnieuwe auto
de nét iets te hoge stoeprand gestreeld heeft. Ik vertel het hem s avonds en
probeer de zaak niet erger te maken dan het is: enkel de onderkant is wat
opgeruwd en niemand kan het zien en als uitsmijter: Toon jij zal het morgen of
overmorgen ook wel meemaken want de snoet hangt wel erg laag. Too, lijkt het op
het eerste zicht toch wat te relativeren. We zien morgen wel.
Wij hebben in Sorento onze honger in alle
bescheidenheid gestild met een overmaatse en stuitend zoete, maar oh toch zo
mooie, kaastaart en een koffie.
God zag dat het goed was geweest en hij
rustte. Het regent, dus rusten wij ook.
s Namiddags even op bezoek geweest bij
Toon. Hij gaf immers een feestje voor de eerste verjaardag van zijn dochtertje.
Naar Australische gewoonte krijgt een éénjarige een roos smeuïg taartje met wat
aardbeien om eens flink in te dabben (awesome goed voor de fotos vinden ze
hier). De genodigden kunnen rechtopstaand genieten van traag gegaard stoofvlees
bestreken met honig. Alles wordt dan doorgespoeld met lokaal bier.
Victoria, de uitbaatster van de air
B&B waar we sinds eind maart verblijven, is ons komen melden dat ze hun
huis gaan verkopen. Haar man is een architect en hij gaat een nieuw huis
ontwerpen. Het huis waar ze nu wonen, gaan zij met andere woorden verkopen. De
vraagprijs is 2,125 miljoen Australische dollar, dus ongeveer 1,4 miljoen euro.
Het heeft een zeer speciale vorm, met veel rondingen en amper rechte muren. Dat
impliceert uiteraard dat binnenin nagenoeg geen gewone kasten staan, maar alleen
wandmeubels die de kromming van de muren volgen. Het oogt mooi, maar het is
gebouwd met minderwaardige materialen en het is zoals bijna alle huizen in Australië-
amper tot helemaal niet onderhouden. Het staat er nu vijf jaar en het is ei zo
na afgeleefd. Zoals ik al eerder gezegd heb, overdrijven de Australiërs, tegen het
ridicule aan, vaak in hun keuze van
bijvoeglijke naamwoorden: amazing, breathtaking, heartbraking, wholesome en dat
voor een niemendalletje. Dat genre van woorden hebben ze ook gehanteerd om hun
tuin in de kijker te zetten. Hun landscape garden in hun publiciteit, is in de
realiteit een onooglijk lapje onkruid van 4 bij 4 m, vol gestouwd rommel en
afval.
Vandaag poetst Louis, de architect, zijn
auto. Dat is het uitgelezen moment om hem te vragen waar de VL-sticker met Vlaamse
leeuw op de achterruit van zijn auto vandaan komt. Blijkt dat de vader van Louis een Brit is en een fervente reiziger. Hij is onder meer per fiets door Vlaanderen
getrokken en daar zag hij op een gegeven moment die sticker. Die trok zijn
aandacht omdat VL de eerste letters waren van de voornaam van zijn schoondochter
(Victoria) en van zijn zoon (Louis). Dus kocht hij die. Daarom rijdt hier nu aan
de andere kant van de wereld een niets vermoedende Australiër rond met een
VL-sticker, inclusief Vlaamse Leeuw.
Gisteren heb ik aan het viskraam van
Petros de Griek een moot makreel gekocht. Geen petieterig miskleuntje van een
visje zoals bij ons. Neen, een volwassen moot van een hand (mijn hand!) breed,
anderhalve hand (ook mijn hand!) lang en
een ruim bemeten duim dik (dikker dan mijn duim). Hij woog 375 gr en kostte me
11 Australische dollar, 7 euro ocharme. Om te vergelijken: verse tonijn kost
hier 26 euro de kilo. Thuis op internet gaan opzoeken. De Australische makreel blijkt
eerder een duikboot van 1 meter lang en hij kan tot 70 kg zwaar worden:
Scomberomorus munroi voor ingewijden. Ik heb de moot gebakken als tonijn:
aangekorst en net niet meer rauwe van binnen. Hij smaakt net als tonijn.
Schitterende vis.
Eerste job vandaag is pro-actief op zoek
gaan naar mogelijke campingplaatsen in New South Wales. Niet evident, want ze
zijn nagenoeg allemaal gesloten. Wild kamperen vind ik geen alternatief, want
de campervan die ik zou willen huren heeft s avonds wel stroom nodig. Ik kom
tot de conclusie dat er momenteel geen kampeermogelijkheden zijn voor
onfortuinlijke reizigers zoals wij. Er zit niets anders op dan dat geduld te
oefenen en te hopen op een klein mirakel binnen dit en tien dagen. Ik overweeg
een noveen. Maar welke gebeden moet ik dan ook weer gedurende negen
opeenvolgende dag af dreunen? Ik weet het niet meer.
Dan het probleem met de uitgavenstaat van
mijn creditkaart aangepakt. Een heel lang verhaal kort: sinds zes weken kan ik
de uitgavenstaat van mijn creditkaart niet meer (on-line) raadplegen. Dat lijkt
op zich geen fundamenteel probleem, maar het komt wel erg ongelegen. Ingevolge
de corona angst, verloopt hier immers ELKE transactie met de kaart, ook voor
aan aankoop van 2 dollar. Voor mij als buitenlander is betalen met de
creditkaart het meest aangewezen omdat, in tegenstelling tot betalingen met een
debetkaart,Argenta dan geen kosten
aanrekent. Elke 14 dagen verzamel ik zo een stapeltje verrichtingsbewijzen van
2 à 3 cm dik. Zonder de maandelijkse uitgavenstaat van ATOS (die firma die de
creditkaart uitgeeft) vindt zelfs een kat daar haar jongen niet meer in
terug.Ik heb bijgevolg geen elk element
om de terug stortingen op te volgen (en te reclameren als ze nog iets gedaan
hebben) noch om te controleren of er geen frauduleuze aanrekeningen tussen
zitten (kwestie van binnen de termijn te reageren).
Argenta laat me weten dat de
uitgavenstaten die ATOS maandelijks produceert, maximaal .50 verrichtingen
mogen bevatten over een periode van 2 maand!Jongens, mijn sokken zakken af bij zoveel bricolage. Dat men zoiets zou
vertellen in 1980 zou ik kunnen aanvaarden, maar in 2020, komaan zeg.Ik denk diep na en probeer of ik on-line mijn
uitgavenstaat voor januari te raadplegen, goed wetende dat ik in die maand en
in de maand ervoor én de maand erna maar een vijftalverrichtingen had. Tot mijn grote verrassing
ook nougabollen. Ik heb daarop state pede mijn digitale pen ter hand genomen om
hen te zeggen dat ze me blaaskens proberen wijs te maken en dat ze met een
betere verklaring moeten afkomen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.
Om de irritatie kwijt te raken bak ik
even een indrukwekkende moot marlijn. Geen probleem als je hem niet kent, ik
ook niet. Maar de omvang van de moot van ca 400 gr steekt mijn ogen uit. Ik bak
hem als tonijn. Waw, dat is nog eens een lekkere vis zeg. Wikipedia souffleert
me dat het een Makaira nigricans is.Een
soort zwaardvis. Volwassen weegt ie 80 kg en hij behoort tot de snelste oceaan
zwemmers. Hij haalt op zijn sloffen meer 100 km per uur. Via tracing apparatuur
hebben ze er al ene gespot die even vanuit de Caraïben naar Australië gezwommen
was. Er stond bij dat dit een tripje is van 10.000 km. Juist of niet: heel ver
in elk geval.