Op vakantie mis ik mijn goed uitgeruste atelier natuurlijk wel. Maar er blijft gelukkig nog voldoende papierplezier over. Ik heb op reis altijd een mini-boekbindbox mee, die alles bevat wat ik nodig heb om miniboekjes te maken. Kleine blaadjes, kleine stukjes linnen, stukjes gaas, draad, naald, een minilijmpotje, kleine kartonnetjes, kleine restjes van schutbladen, van leeslinten, een klein vouwbeentje, een breekmesje, een klein penseeltje, een klein vodje. Ik heb dan ook genoeg aan een klein tafeltje en een lampje om heel mooie kleinigheidjes te maken. Het boekje op de foto meet 10 op 8 cm, en is gemaakt bij wijze van après-ski in de Vogezen. Het is bekleed met roze handgeschept papier dat glitterdeeltjes afkomstig van de judaspenning bevat, en het heeft schutblaadjes die zachtgrijs gekleurd zijn met de vouw- en dompeltechniek. In mijn rugzak had ik vorige week echter ook een voorraad origamiblaadjes mee, en een origamiboek. Ik ben nl. nog steeds op zoek naar de methode om die heel mooie schaal te maken. Verder was één van mijn plannen om boekhandels af te schuimen op zoek naar origamiboeken, in de hoop het vouwschema voor de bewuste schaal kant-en-klaar te vinden. Ik heb ontzettend veel gevouwen, en ik heb heel veel boekhandels gezien. Ik weet nog steeds niet hoe die schaal moet, maar mijn reisje was op papiergebied toch verre van vruchteloos ... Wat het rugzakboek betreft: niemand heeft geraden wat het was, maar collega Isabel heeft wel opgemerkt dat er moerbeibast aan te pas kwam. Dit levert haar een eervolle vermelding op.
|