Wegdek: Beton en asfaltwegen houden ons grotendeels gezelschap, langs de blauwe route af en toe een stukje kasseien.
Logistiek:Het best wat ik ooit tegenkomen heb, honger of dorst kan men zeker niet lijden, tijdens de week zijn er wat meer herbergen of cafétarias gesloten.
De Zwalmstreek is voor wandelaars en fietsers een schitterende streek in ons land.
Als fietser kan men er de Watermolenroute fietsen en nu ook De AVS Zwalmroute.
De AVS Zwalmroute is een initiatief van toerisme zwalm en de Oost Vlaamse Televisie.
Dat ze er iets van af weten om routes uit te stippelen in deze streek bewijst de AVS Zwalmroute. De route bestaat uit twee delen, men kan kiezen voor een trip van 25km of een trip van +/-50km.
De 25km heeft relatief weinig klimwerk en blijft hoofdzakelijk in de Zwalmvallei, wanneer men kiest voor de 50km moet men al eens een tandje bijsteken en is het gebied wat heuvelachtiger.
De route is volledig bewegwijzerd, de bordjes van de 25km hebben een groene opdruk, de bordjes van de uitbreiding is Blauw. Wie dus start voor de 50km volgt de groene bordjes en net voorbij de Biestmolen splitst de route zich en volgt men vanaf daar de blauwe, na 25km kan men terug aansluiten op de groen bordjes, beter en duidelijker kan het niet.
Wanneer wij langs de sporthal van Munkzwalm fietsen rijden wij al snel op een mooi afgelegen fietspad achter de dorpskern, aan de grote baan gaat de route naar links en iets verder naar rechts op een vrijliggend fietspad langs de Zwalm, men voelt al onmiddellijk de kriebels. Aan het einde van het pad komt men aan de Zwalmolen terecht. Vanaf nu gaat de route langs zeer rustige wegen en door verschillende dorpjes, we doen achtereenvolgens Roborst, Hundelgem, Dikkele, Beerlegem, Meilgem en Nederzwalm aan, allemaal heerlijke en rustige dorpjes. In Nederzwalm valt de Ter Biestmolen direct op door zijn schoonheid en eenvoud, het terrasje schenkt eveneens veel aandacht, maar ik heb pech, dinsdag en woensdag is het sluitingsdag.
Bij deze molen is eveneens een prachtig wandelpad voorzien.
Helaas zonder terrasje fietsen we verder en komt de splitsing, ondertussen gaat de route weerom langs rustige wegen en fraaie dorpjes, opeens staat men ervoor De Molenberg bekent in de Omloop het Volk (het nieuwsblad) en de Ronde van Vlaanderen
We fietsen verder door St Blasiusboekel en Rozebeke, af en toe zit er nog een heerlijk klimmetje in langs goed berijdbare wegen. Ondertussen fietsen we terug een paar keer over de Zwalm en zien enkele schitterende molens.
Wanneer we Munkzwalm terug voor ons zien maken we nog een ommetje langs de spoorweg en pikken we terug de groene route in om zo het dorp te bereiken.
Bij aankomst aan de sporthal voelen we ons moe en voldaan, een heerlijke mooie route heeft ons een aangename dag geschonken.
Start : Fietsonthaal- en servicepunt Alken, laagdorpstraat zin, 3570 Alken
Afstand : 34 km
Bewegwijzering : Knooppunten Haspengouw
GPS : N50 52.532 E5 18.448
De Knooppunten :
146-173-180-171-170-162-153-148-121-145-144-146
Deze fruitige fietsroute voert je langs prachtige plekjes in de gemeenten
Alken Wellen Borgloon Sint-Truiden
Fruitige locaties:
lousbergh, stroopstokerij Vrolingen, Provinciaal fructuarium van Ruilingen
Onderweg kom je het volgende tegen:
Openirnitbedriji Lousbergh
Nachtegaalstraat 101, Sint-Truiden (Kortebos)
In april openen heel wat fruitbedrijven hun deuren voor bezoekers.
Zo ook fruitbedrijf lousbergh. Dit familiaal fruitbedrijf heeft een loods met koelcellen en sorteerruimte met sorteermochine. Elke zaterdag in april krijg je een gratis rondleiding om 14 u., 15u. en 16u.
Stroopstokerij Vrolingen
Steenweg naar Vrolingen 45, 3830 Wellen, ivo.bleus@telenet.be, www.stroopvanvrolingen.be
Deze ambachtelijke stroopstakerij werd opgericht in 1843 en is een van de laatste in Vlaanderen. De stokerij bevindt zich in een geklasseerd gebouw en maakt nog altijd gebruik van de authentieke apparatuur. Vandaag staat de vijfde generatie aan het roer. Het productieproces duurt 24 uur en gebeurt nog grotendeels manueel. Het resultaat is een authentieke appel- en perenstroop zonder kleurstoffen of additieven.
Gratis rondleidingen: 1 januari t.e.m. 31 december 2009
Info en reservatie (verplicht voor rondleidingen): + 32 12 74 56 01 of + 32 472 57 17 65
Provinciaal Fructuarium van Ruilingen
Het Provinciaal Fructuarium van Ruilingen heeft een indrukwekkende collectie van 502 hoogstamfruitbomen. Je ontdekt er kersen., pruimen- en perenbomen van verschillende variëteiten.
Gratis rondleidingen: 1 januari t.e.m. 3' december 2009
Reservering verplicht: +3212673653 of +3212673654. Start: aan de slagboom die toegang geeft tot het domein.
Fietsvriendelijke cafés
-Forellenvijver de kluis in Alken (1)
-Cafe Sportwereld in Alken (2)
-De Baron in Borgloon (33)
-Taverne restaurant De Klee Borgloon (34)
-T Labierint in Wellen(207)
-De oude Brouwerij in Wellen(208)
-De Vroling in Wellen (209) MET DANK AAN DE KRANT "HET NIEUWSBLAD"
Wieze, Een dorp dat via een oude rivierarm met de Dender verbonden is, blijkt bewoond te zijn sinds de Gallo-Romeinse periode (vondst van een glazen wijnkruik, in een brandgraf uit de 1e of 2e eeuw en overblijfsels van bewoning, op de site Blaesveld
Het heeft een zeer pittoresk dorpsplein, dat wordt gedomineerd door de gotische Sint-Salvatorkerk en het vroegere café "'t Oud Gemeentehuis". De hele dorpskern is sinds 1981 beschermd als waardevol dorpsgezicht. Er staat ook een merkwaardige, oude zomereik, bekend als "den dikken eik".
Daarnaast heeft Wieze nog andere bezienswaardigheden, zoals het kasteeldomein met zijn ijskelders, de oude herberg "Het Neerhof", een prachtige 17e eeuwse pastorie en het Molenkappeltje.
In de streek is Wieze vooral bekend omwille van zijn Oktoberhallen, waar in de periode 1957 - 1987 dertig keer de Oktoberfeesten van de brouwerij Van Roy plaatsvonden. Vandaag worden deze Oktoberhallen gebruikt voor verschillende evenementen.
Buggenhout
lag van de karolingische tijd tot de elfde eeuw in de Brabantgouw . Van de elfde eeuw tot het einde van de achttiende eeuw maakte het deel uit van het kwartier Brussel van het hertogdom Brabant. In de late Middeleeuwen moest een soort gemengde Brabants-Vlaamse commissie er geregeld de (grens)palen controleren.
De Fransen deelden Buggenhout in 1796 in bij het Scheldedepartement, dat in 1815 werd omgevormd tot provincie Oost-Vlaanderen.
Buggenhout kwam in 2004 in het televisieprogramma "Het Rob-Rapport" van Rob Vanoudenhoven als 'meest gemiddelde Vlaamse gemeente' uit de bus: van alle statistieken over de Vlaamse gemeenten leunde Buggenhout het dichtst bij het gemiddelde. Deze gingen over het aantal vrouwen, mannen, kinderen, cafés per inwoner, e.d.
Stoomspoorlijn Dendermonde-Puurs (dikwijls afgekort tot SDP) is een toeristische spoorweg in de Belgische provincies Oost-Vlaanderen en Antwerpen, die na de sluiting van de lijn door de vzw BVS (Belgische Vrienden van de Stoomlocomotief) uitgebaat wordt.
Camping Zilverstrand ligt in de Antwerpse Kempen, niet ver van de Nederlands-Belgische grens. Een gebied met bossen, heide en veel water: riviertjes en kleine meren. Een ideale plek om er even met het hele gezin tussenuit te gaan, ook voor een lang weekend of een korte vakantie!
Het hele jaar door is het overdekte, subtropische zwembad geopend, met kinderbadjes, whirlpool, bar, stroomversnelling en een waterglijbaan van maar liefst 65 m lengte! En anders is er nog bij mooi weer de recreatieplas met zandstrand en glijbaan voor de nodige waterpret.
Ecocentrum
Sinds 1993 vormt ecocentrum het hart van de Molse Meren. Het kenmerkende gebouw is omgeven door waterplassen, natuurgebieden, campings en recreatiedomeinen. Deze bijzondere ligging geeft meteen ook aan wat het doel is van het ecocentrum: toeristen verzoenen meet de natuur. Deze poortwachtersfunctie vult het ecocentrum in door volop te werken rond natuureducatie en door de toerist te bedienen met een uitgebreide toeristische balie. Natuur- en milieueducatie is toegespitst op leerlingen van het basisonderwijs. Al zijn er mogelijkheden voor elke bevolkingsgroep. En zowel de Mollenaar als de (inter) nationale toerist vindt wel zijn gading aan de balie. En dan is het gebouw ook nog eens perfect geschikt voor bepaalde groepen om er zowel binnen als- het kan hier ook mooi weer zijn buiten te vergaderen.
Domeinbos De Most
In Balen, nabij de grens met de gemeente Lommel, ligt domeinbos De Most. Op het Gewestplan Herentals-Mol zijn grote delen ingetekend als natuurgebied en ecologisch waardevol agrarisch gebied. In het kader van de Europese Habitatrichtlijn is De Most zelfs aangeduid als speciale beschermingszone
De Most is sinds de eerste aankoop door het Vlaams Gewest uitgegroeid tot een gebied van ruim 132 ha. Vliegveld De Keiheivel Het Zilverstrand
Deze lus start aan Toerisme Maaseik (knooppunt 24) Grote Markt 1, 3680 Maaseik
Tel. +32 (0)8981 9290
Parkeerplaats (gratis) bij het cultureel centrum Achterolmen (Van Eycklaan 72,3680 Maaseik).
OPGEPAST: de veerponten zijn niet altijd open zeker wel van mei tot en met september
Van hieruit kan je naar de Grote Markt fietsen.
Je tocht start in Maaseik, hét culturele hart van het Maasland. Hier kan je fietsen doorheen honderden jaren cultuur en geschiedenis in het stadscentrum.
De architecturale hoogstandjes vormen als het ware een levend museum waarbij de Maaslandse Renaissance, Barok, Rococo en het Neoclassicisme zegevieren.
Ook aan gezelligheid hier geen gebrek.
Op het volledig vernieuwde marktplein geniet je met volle teugen van een Bourgondisch terrasje terwijl de gebroeders Van Eyck met fiere blik over het plein uitkijken.
Bijzonderheden
Met deze route ontdek je waarom het Maasland een regio is om van te watertanden!
Je fietst niet enkel langs de Maas, maar ook langs de vele grindpIassen die het Maasland rijk is. Vanuit de startplaats in Maaseik vertrek je richting Aldeneik. Dit romantische dorpje was ooit de wieg van Maaseik tijdens de vroege middeleeuwen en straalt nog steeds een authentiek karakter uit.
Even verderop neem je het voetveer in Ophoven (Kinrooi). Dit stukje van de Maas is het enlge plekje in het Maasland waar de Maas bevaarbaar is voor schepen. Je kan hier dan ook genieten van de vele zeilbootjes en luxeschepen die er langs varen.
Langs Nederlandse zijde fiets je voorbij het dorpje Ohé en Laak, een klein idyllisch dorpje dat samen met Stevensweert op een eiland ligt in de Maas. Hier fiets je voorbij het prachtige kasteeltje 'Hasselholt'. Dit kasteeltje heeft een mooie Renaissancegevel uit 1651. Hasselholt wordt nu bewoond door Baron Van Hövell tot WestfJier.
In Roosteren waan je je in een echt openluchtmuseum, want nergens anders in de verre omgeving vindt men nog zo een groot aantal bewaarde artistieke boerderijen!
Bij knooppunt 27 zet je de tocht verder langs Belgische zijde via een oversteek met het veerpont. Stap zeker eens van je fiets bij Maascentrum De Wissen. Je ontdekt er het leven rondom de Maas en de nijverheid die van Stokkem een belangrijke stad maakte, de rietvlechtkunst.
Van hieruit zet je de tocht verder langs grind plassen en de Maas. Na een laatste halte bij het druk bezochte bedevaartsoord Heppeneert, spring je een laatste maal op de fiets om te eindigen op de Grote Markt van Maaseik.
Hier kan je na een lange tocht genieten van een welverdiend terrasje!
Dat beseft ook de Raad voor Toerisme in Ranst, die met een gloednieuwe fietslus uitpakt:
de Drie kanalenroute.
Deze route slingert zich door een groot stuk van het Land van Plàysantië, zoals de Voor- en Noorderkempen worden genoemd.
Je doet daarbij stukjes van Oelegem, Ranst, Broechem, Emblem, Lier, Kessel, Viersel, Pul der bos, Halle, Zoersel en Schilde aan.
De afstand bedraagt ruim 47 kilometer..
Het traiect werd uiltgestippeld volgens het knooppuntensysteem van Toerisme Provincie Antwerpen (TPA).
Vertrekken kan je overal, maar wij verkozen de parkeerplaats van het Provinciedomein Vrieselhof in Oelegem.
Van daaruit rijd je makkelijk naar het knooppunt 57 aan het Fort van Oelegem, nu een reservaat voor vleermuizen.
Tegelijk maken we kennis met het eerste kanaal: de Antitankgracht.
Daarna volgen het AIbertkapaal en even verderop de rivier Kleine Nete en het NetekanaaI.
Felix Timmermans beschreef deze omgeving als een Aard Paradijs.
En of hij gelijk had!
De drie kanalen zitten erop als we via de groene omgeving van Massenhoven en Pulderbos het Zoerselbos induiken.
Erg interessante 'trekpleisters' tijdens onze laatste kilometers zijn het Boshuisje (café) in Zoersel en de Dobbelhoeve (boerderij bekend voor zijn ecologische teelt) in Schilde.
Start : Aan de kerk van Tessenderlo of Aan de abdij van Averbode Afstand : +/- 30 km Bewegwijzering : Geen Een gedetailleerde kaart van deze route op : http://nl.wikiloc.com/wikiloc/view.do?id=212667
ROUTE : De route flirt met de provinciegrens van Antwerpen en brabant maar loopt toch grotendeels op Limburg de weg is goed berijdbaar met een paar gevaarlijke oversteken
WAT KOMEN WE TEGEN : -Aan de start de kerk van tessenderlo -Berg - Molenhuizen -Humberg -SOK en de voetbalpleinen van Deurne-diest -Genevenne -Lapse heide -Natuurreservaat "Groot Asdonk" -Prinsenbos -Eikelenberg -Kraanrijk -over de Uilenkoploop naar het Zichems veld -De Lekdreef -de luikerdreef -Natuurreservaat "Gerhagen" -Gerhees -Schoterse bossen -Liebroek -Langs Rijt naar tessenderlo centrum
WAT KOMEN WE TEGEN : - Sas 7 : KP 95 één van de vele sassen op het kempisch kanaal start- en eindpunt waar tevens een mooie taverne gelegen is
- Langs het kanaal rijden we de gemeentelijke visvijvers aan de linkerkant langs
- Geel Ten-Aard ,over de brug naar de andere kant van het kanaal
- Het Bakkerijmuseum en de zeggeloop Bakker Goossens was lange tijd een begrip. Maar echt afscheid nemen van de stiel lukte hem niet. Sinds jaar en dag verzamelt hij allerhande bakkersmateriaal. Van bakkersvormen tot toestellen allerhande voor de bereiding van banket, suikergoed, ijs, chocolade en hosties. Een collectie die je kan bewonderen in het bakkerijmuseum dat onderdak kreeg in de Worfthoeve, op een steenworp van de Molen van t Veld. In de schuur bevinden zich een aantal oude voertuigen en karren die vroeger gebruikt werden voor het vervoer naar de bakkerij en de molen. Op zon- en feestdagnamiddagen, tijdens de maanden april t/m september te bezoeken. Een gids is altijd aanwezig.
- Natuurreservaat "De Zegge" De Zegge ligt op het grondgebied van Geel, tegen de gemeente Lichtaart in het valleigebied en het vroegere overstromingsgebied van de Kleine Nete. Op 26 november 1984 werd het reservaat door een ministerieel besluit als waardevol landschap geherschikt. Door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werd De Zegge officieel als natuurreservaat erkend op 22 april 1985 met vernieuwing van de erkenning op 25 juli 1995.
- Isotopolis http://www.isotopolis.be/nl/index.asp Een ontdekkingstocht door de wereld van radioactieve afvalstoffen NIRAS en Belgoprocess hebben een informatiecentrum over radioactieve afvalstoffen ingericht, Isotopolis genoemd, vlakbij de plaats waar radioactieve afvalstoffen verwerkt worden.
WAT KOMEN WE TEGEN : -We vertrekken op de grens van Prov.Antwerpen en Brabant, in de achtertuin van de Abdij van Averbode
- Aan knooppunt 18 draai je een onverharde weg in die bij regenweer nogaleens slijkerig kan zijn aan de overkant heb je vroegere drukkerij van de Abdij "de goede pers", en ook het Maria park We rijden nu door het gebied 'de weefberg"
Bijzonder aan de Dijlevalleiroute: je fietst bijna de hele tijd langs water.
De fietsroute is lusvormig en bewegwijzerd met zeshoekige bordjes. Men kan starten in Werchter aan de samenvloeiing van Demer-en Dijle. Volg de bewegwijzeringsbordjes van de Winge-en Demerroute tot aan het kanaal Leuven-Dijle. Vanaf hier volg je het kanaal tot in het Zennegat in Mechelen om vervolgens langs de Dijleoever terug te keren naar Werchter.
Deze route combineert de historische rijkdom van de Mechelse binnenstad met de Sint-Romboutstoren als blikvanger en de rust van de Dijleboorden en de fietspaden langs het Kanaal Leuven-Dijle. Liggen ook op het traject: het mooie Zennegat, Provinciaal Sport-en Recreatiecentrum De nekker, Dierenpark Planckendael, het BLOSO-domein in Hofstade en het Tremelo van Pater Damiaan
vanaf Werchter, rode tekst op wit zeskantbord, (Winge en Demerroute) tot aan Leuvense Vaart in Tildonk, vanaf Tildonk blauwe tekst op wit zeskantbord (Dijlevalleiroute) tot in Werchter.
DE ROUTE :
We volgen de Dijle even stroomafwaarts om dan door een landbouwgebied te fietsen en via Wakkerzeel de Leuvense Vaart in Tildonk te bereiken.
Vanaf Tildonk volgen we de Leuvense Vaart,onderweg passeren we de achterkant van dierentuin Planckendaal, tot aan het Zennegat (Zenne, Leuvense Vaart en Dijle komen hier samen).
Nu volgen we de Dijle en net achter Muizen kiezen we voor de alternatieve, niet verharde route.
Dit is eerst boskiezel en later zeer fijne steenslag, en zeer goed bereidbaar.
De kronkelende Dijle voert ons dan door een prachtig natuurlandschap terug naar Werchter.
Fietsen langs kanalen in alle rust is een zaligheid,
Opmerking van een fietser : Beste,sinds de zomer van 2010 is de Dijlevalleiroute volledigbewegwijzerd met blauwe bordjes van de Dijlevalleiroute. Dus je moet de bordjes van Demer en Winge route niet meer volgen , je komt automatisch op de Leuvensevaart uit groetjes Paul
Bewegwijzering : zeskante bordjes met de naam van de route
De route kreeg de naam van de in 1595 overleden 'Prins der Dietse Dichteren altegaeder', Jonker Jan van der Noot. De route doorkruist de omgeving van Brecht. Synoniem voor rust, landelijkheid en natuurschoon. Mogelijke haltes op het traject zijn de Sint-Leonarduskerk, de 'kathedraal van de Kempen' en de trappistinnenabdij O.-L.-Vrouw van Nazareth.
Jan Van der Noot (°1539-1595) was van adel, schepen van Antwerpen en geboren in Brecht. Hij vocht tegen Spanje en Rome,was balling in Londen en een gerenomeerd dichter om ten brode, in die hoedanigheid doorkruiste hij Europa.
Omschrijving:
Dit is voor ons het voornaamste fietspad. Het is een eigen uitgave van de VVV Brecht en de route loopt door alle drie de deelgemeenten. Er werd gekozen voor een parcours met zo weinig mogelijk verkeer en zoveel mogelijk natuurschoon. Op deze route ziet men duidelijk het verschil in landschap tussen het oostelijk deel en het centrum van onze gemeente waar men vooral een open weidelandschap en landbouw aantreft en het westelijke en zuidelijk deel waar men meer bos maar ook een dichtere bebouwing aantreft. Het Jan van der Nootpad is de beste manier om een indruk van onze gemeente op te doen in al zijn verscheidenheid.
DE ROUTE :
De route geeft een getrouw beeld van de gemeente Brecht en deelgemeenten Sint-Lenaarts en Sint-Job-in-t-Goor.
Het centrum en het oosten is overwegend een landbouwgebied terwijl het zuid-westen rijk is aan bossen.
We passeren de abdij van OLV van Nazareth en volgen een hele tijd het Antitankkanaal, alle facetten komen aan bod, landbouw, woonkernen, waters en bossen.
Eén klein nadeel echter, er zitten lange rechte stukken in, die bij ongunstige wind je het aardig lastig kan maken.
De Wastineroute verkent de zachtglooiende streek ten noordwesten van Tielt.
Rustige veldwegen met kruidenrijke bermen, mooie vergezichten en landelijke rust begeleiden de fietser op zijn tocht.
Ooit was dit een immens bos- en heidegebied, verdeeld in 'velden' of 'wastines'.
De routenaam verwijst trouwens naar dit historische landschap.
Vertrekkend vanuit de Pittemse deelgemeente Egem leidt de route vooreerst door de gronden van het voormalige Bulskampveld naar Koolskamp (Ardooie).
Vervolgens wordt richting Lichtervelde gefietst, waar de historische Huywynschbossen worden aangedaan.
Via het aloude Heerenveld en het middeleeuwse Vrijgeweed voert de tocht naar Wingene.
De terugweg doet o.m. de Lakebossen en de Munckebossen aan.
Langs uitgestrekte akkers en weiden, die ooit deel uitmaakten van middeleeuwse Heerlijkheden wordt het eindpunt bereikt.
Het Bulskampveld is nu het grootste aaneengesloten bosgebied in West-Vlaanderen. Je vindt er homogene naaldbossen en gemengde naald- en loofhoutpercelen. In de struik- en kruidlaag vind je braam en adelaarsvaren, maar ook lijsterbes, valse salie en mooie mospaketten. Sporen van de vroegere heidebegroeiing vind je vooral in de dreefbermen, op kapvlaktes en in het 17ha tellende natuurgebied Heideveld-Bornebeek, beheerd door Natuurpunt vzw afdeling Beernem. Het bosgebied is ook de woonplaats van grote bonte, groene en zwarte spechten en van de boomklever. Je hoort er talrijke zangvogels waaronder de nachtegaal en aan de rand van het bos zelfs de boomvalk, torenvalk en havik. Met een beetje geluk van je zelfs een glimp op van een schuwe vos of ree.
Startplaats: Reo Veiling Roeselare aan de Oostnieuwkersesteenweg
Route omschrijving
Deze route doorkruist het landelijk gebied rond Roeselare. In het hart van West-Vlaanderen ontmoeten zandstreek en zandleemstreek elkaar. Variatie en reliëf in het landschap zijn hiervan het resultaat.
Vertrekpunt vormt de Roeselaarse Reo-Veiling waarna je na enkele kilometers fietsen door het charmante Vijverbos rijd. Dit halfnatuurlijk bos is 9 ha groot en werd in 1985 aangekocht door de Vlaamse Gemeenschap.
De vruchtbare grond maakt de streek tot een uitgelezen land- en tuinbouwgebied. Vooral groententeelt domineert vaak het landschapsbeeld. . Via de dorpskern van Westrozebeke bereiken we de voet van de Stadenberg (45 meter hoog). Na deze heuvel fiets je voor de eerste maal over de spoorlijn Torhout-Ieper en gaat het opnieuw in stijgende lijn op de Parnassusberg (42 meter hoog). Enkele kilometers verder passeer je het Hoogleedse gehucht De Geite'. De volgende deelgemeente die deze route aandoet is het bloemendorpje Gits waar je de derde beklimming van de dag voorgeschoteld krijgt: De Gitsberg (45 meter hoog). Tussen Gits en Hooglede bevindt zich een Duitse militaire begraafplaats voor gesneuvelden uit de eerste Wereldoorlog. Via Hooglede rijden we langzaam maar zeker terug richting Roeselare en komen we terug bij het uitgangspunt.
Het gehucht De Blauwe Kei ontstond na het graven van het Maas-Scheldekanaal (1843-1855) en ontleent haar naam aan een grote leisteenachtige, meer westwaarts gelegen grenssteen tussen Mol en Postel. Bij verbredingswerken van het kanaal in 1926 zou deze steen onder opgespoten zand terecht gekomen zijn. De Geografische Dienst van België heeft zonder succes getracht deze steen terug te vinden. De oorspronkelijke steen zou door de Maas zijn aangevoerd in de loop der ijstijden, toen rotsblokken uit het Zuiden werden meegesleurd door een machtige stroom van gletsjers en smeltwater.
Op 22 mei 1981 werd een andere, tweede grenssteen in ere hersteld door de gemeentebesturen van Lommel en Mol. Hij noemt "de steen der Zeven Heerlijkheden" omdat er aan deze grenssteen in 1648 drie staten en zeven dorpen aan grensden, namelijk : Brabant of de Spaanse Nederlanden (met Balen, Dessel en Mol), het prinsbisdom Luik (met Luyksgestel) en Holland (vroeger Bergeyk, Eersel en Lommel).
Sas 1 of Blauwe Kei is vanuit Antwerpen het laatste verschepingspunt van de sassen op het Kempens Kanaal. Het is ook de eerste sluis van het gebied Bocholt-Lommel. Hier daalt het Maas-Scheldekanaal van het Kempens Hoogplateau trapsgewijs af naar de Belgische Noordelijke laagvlakte. Het Maas-Scheldekanaal verbindt Antwerpen met de Kempen en sluit in Lanaken op het Albertlaan aan, dat uiteindelijk naar Luik leidt.
WAT KOMEN WE TEGEN :
- Het gehucht De Blauwe Kei (zie hierboven)
- Lommelse Sahara
- Kanaal Bochelt-Herentals
Na de onafhankelijkheid van België (1830) kwamen in de Kempen landbouw en industrie tot ontwikkeling. Een kanaalverbinding met Antwerpen zou deze groeiende industrie en de economische ontwikkeling in de hand werken. Opnieuw werd er gedacht aan het graven van een kanaal... Het ontwerp werd terug opgevist in 1839. In 1843 werd bij wet besloten om het Kanaal Bocholt-Herentals te graven. In 1846 was deze verbinding al een feit, met eveneens een aansluiting naar de gekanaliseerde Nete. Het kanaal Bocholt-Herentals, met een afstand van 58,8 km, was toen al geschikt voor schepen tot 300 ton.
Kattenbosserheide geeft je een idee van de vroegere uitgestrekte 'woeste gronden' van de Kempen en vormt een echte heideparel, midden in het bos. Vroeger werd de heide gebruikt om de koeien en schapen te laten grazen. Maar ook kinderen werden begin vorige eeuw nog 's morgens op de heide achtergelaten met een kapmes. 's Avonds haalde vader ze met een berg heideplagsel weer op met een kar... De mest van de dieren was kostbaar en werd zorgvuldig bijgehouden. Vermengd met afgeplagde heide, was dit broodnodige bemesting voor de akkers op de voedselarme zandgronden. Door de opkomt van kunstmest was dit intensieve werk niet meer nodig en verloor heide grotendeels zijn functie. Veel heide werd daarom beplant met grove den als stuthout voor de mijnen.
- Kristalpark Het aantrekken van nieuwe investeerders is een constante betrachting van het stadsbestuur. Sinds het einde van de jaren tachtig is Lommel opgenomen in de lijst van gemeenten die in aanmerking komen voor Europese steunmaatregelen, het zogenaamde Doelstelling-2-gebied. Ook in de toekomst zullen investeerders in Lommel nog van Europese steunmaatregelen kunnen genieten.
- Lommel-Werkplaatsen
- Waaltjes
- Kanaal naar Beverlo
Een tweede verbinding, vertrekkend van het kanaal Bocholt-Herentals, was het Kanaal naar Beverlo. De werken voor het graven van dit kanaal vingen gelijktijdig aan met de graafwerken van het kanaaltraject Turnhout naar Schoten (1854). De werken duurden tot eind 1857. Met een lengte van 14,8 km, is dit eerder een klein kanaal dat de verbinding moest maken tussen het Kanaal Bocholt-Herentals en het dok van Beverlo. Het kanaal had voornamelijk militaire doeleinden, zoals het vervoeren van militair materiaal.
Startplaats : Grote markt in Tienen (voor gratis parkeren dan aan t' station)
Afstand : 25 km, 35 km of 55 km.
Bewegwijzering : Zeskante bordjes wit met rood
De Suikerroute is een bewegwijzerde fietsroute in Tienen (Vlaams-Brabant, België).
Het fietsparcours start op de Grote Markt van Tienen, en loopt door de deelgemeenten Bost, Goetsenhoven, Hakendover, Oplinter, Sint-Margriete-Houtem, Vissenaken, Kumtich, Oorbeek, en terug naar het centrum van Tienen.
De route loopt overwegend over beton- of asfaltwegen. In het algemeen is het een vlak parcours met enkele zeer lichte hellingen.
In de kernen van de deelgemeenten zijn kerken in verschillende bouwstijlen te bewonderen. Het landschap bestaat overwegend uit boomgaarden, weiden en akkers.
Hoe bereik je Tienen?
Het station van Tienen ligt op ongeveer 10 minuutjes wandelen van de Grote Markt.
Tienen ligt vlak naast de snelweg E40 Brussel-Luik en is dus ook makkelijk bereikbaar met de wagen of autobus. Neem afrit 25 Tienen/Hoegaarden en volg richting Tienen.
Gratis parking
Station1200 plaatsen
Kazerne centrum700 plaatsen
Alexianenweg77 plaatsen
t Hoekske63 plaatsen
Electrabel60 plaatsen
De route vertrekt op de Grote Markt van Tienenmet als bezienswaardigheden de O.L.-Vrouw ten Poelkerk, Heldensquare, stadhuis en de stadshallen met het suikermuseum.Al vlug komen we tussen de graan- en bietenvelden en ontdek je op de glooiende hellingen kleine bosjes : "haagjes in het landschap" - vandaar de naam Hageland.De route loopt verder langs Vissenaken, in de vallei van de Velpe, Kumtich en Oorbeek in de Menevallei.
WAT KOMEN WE TEGEN :
- De grote markt in Tienen is al een belevenis op zich
- Groot Overlaar
- Ast met zijn astveld waar ook een vliegveld ligt
- Goetsenhoven
- Ramshoven
- Hakendover
- Bosselhoeve
- Langs het wissebosover de Sitterbeek en de Ganzendriesnaar oplinter
- St.Huibrechtskapel
- Stok
- Sint-Margriete-Houtem
- Sint-Martens
- Vissenaken Sint-Pieters
- Breisem
- Kumtich met zijn St-Barbarakapel en het kratelbos
- Langs de Zegelberg, over rivier de Pomp terug baar Tienen