De Nete is een rivier in België in het Stroomgebied van de Schelde. Lier ligt aan de samenloop van de Grote Nete en de Kleine Nete.
Zoals Felix Timmermans het uitdrukt: "waar de drie kronkelende Nethen een zilveren knoop leggen". Stroomafwaarts vanaf Lier heet de rivier gewoon Nete of ook wel Beneden Nete. Deze vloeit bij Rumst samen met de Dijle en vormt zo de Rupel, die uiteindelijk uitmondt in de Zeeschelde. Tot aan Grobbendonk op de Kleine Nete is de getijdewerking merkbaar.
De Grote Nete is een zijrivier van de Nete in het stroomgebied van de Schelde.
De Grote Nete ontspringt nabij Hechtel-Eksel. Vanaf Lier stroomt ze samen met de Kleine Nete en vormt ze de Nete of de Beneden Nete, soms daar ook verder Grote Nete genoemd.
Haar voornaamste zijrivieren zijn de Wimp en de Grote Laak.
De Kleine Nete is een zijrivier van de Nete in het stroomgebied van de Schelde.
De rivier ontstaat uit vele door regen gevoede beekjes in het gebied tussen Arendonk, Retie en Mol-Postel in de Belgische Kempen, en bevat veel in Vlaanderen zeer zeldzame vissen. Vanaf Lier stroomt ze samen met de Grote Nete en vormt ze de Nete of de Beneden Nete.
Haar voornaamste zijrivieren zijn de Molenbeek, de Aa en de Wamp.
De Kleine Nete stroomt door volgende gemeenten : Retie, Kasterlee, Geel, Olen, Herentals, Vorselaar, Grobbendonk en Nijlen.
Deze route loopt over Hombeek Laar Tisselt Willebroek Rumst Leest - Heffen
We rijden langs o.a. De Zenne Willebroekse vaart De Rupel
WAT KOMEN WE TEGEN :
- Kasteel van Relegem
Net voorbij de provinciegrens met Brabant komen we langs het park en de gebouwen van het kasteel van Relegem (1760). Het open landschap biedt hier mooie vergezichten, sporadisch onderbroken door enkele boerderijen. http://genk.com/028/
- Kasteel Ekspoel
- Hoeve De Vleug
Hoeve De Vleug is een 18de eeuwse abdijhoeve uit 1783, met een oudere oorsprong. De hoeve is een unieke getuige van het vroeger agrarische Willebroek. De bewaarde gebouwen met woonhuis, stalling en schuur vormen de karakteristieke bestanddelen van een hoevebedrijf. Het omliggende jachtgebied met onder meer een deels verdwenen toegangsdreef, strekt zich uit tot aan de Willebroekse vaart. Hoeve de Vleug werd in 1998 omwille van zijn historische waarde als monument beschermd
- Provinciaal domein Broek-De Naeyer
Het broek De Naeyer is een provinciaal domein met eveneens een unieke fauna en flora. In het gebied loopt een wandelpad langs vijvers, moerassige gronden en een oude spoorwegberm met typische plantengroei. Een deel van het gebied wordt beheerd als reservaat en is enkel toegankelijk op afspraak.
- Sportwaterbaan Hazewinkel De roeibaan werd in 1978 uitgegraven met als bedoeling de verlaten kleiputten te dempen in het kader van de sanering van de Rupelstreek. De Olympische watersportbaan van het Bloso centrum Hazewinkel is gelegen tussen de groot-steden Brussel en Antwerpen. Deze ideale watersportbaan ligt centraal in Europa. Het BLOSO centrum is één van de belangrijkste topsportcentra in Vlaanderen.
Het Zennegat is de plaats in Battel in Mechelen waar verschillende waterlopen samen lopen. De Zenne komt er samen met de Kanaal Leuven-Dijle (Leuvense vaart) en de Dijle, die enkele honderden meters verder dan weer samen met de Nete uitmondt in de Rupel. Het stukje Dijle tussen het Zennegat en de monding in de Rupel wordt in de volksmond de Koestaart genoemd
Rijden we langs het Albertkanaal en de gevangenis van Hasselt
HASSELT - Nieuwe gevangenis
Op 20 december 1996 besliste de ministerraad om een nieuwe gevangenis in Limburg te bouwen.
De voorkeur ging naar de Herckenrodesingel omwille van de ligging, de vlotte bereikbaarheid, de oppervlakte, de afmetingen van het terrein, de gesteldheid van het oppervlakte en de ondergrond, de synergie met de omgeving en de stedenbouwkundige randvoorwaarden.
De werken startten in april 2002. In oktober 2004 was de gevangenis voltooid.
bestaan hoofdzakelijk uit aangelegde visvijvers en weilanden. De aanvoer van water dat verrijkt is met talloze meststoffen heeft de rijke flora geen goed gedaan. We krijgen immers een toenemende verruiging van de begroeiing.
Dit reservaat is echter vooral gekend voor zijn grote vogelrijkdom. Talrijke soorten vinden hier een geschikte pleister- en broedplaats. De meeste binnenpaadjes zijn dan ook afgesloten voor het publiek omdat de vogels anders te veel gestoord zouden worden.
Kiewit is een openbaar natuurdomein van de stad Hasselt met een oppervlakte van meer dan 100 ha. De wandelaar vindt er bewegwijzerde wandelpaden van verschillende lengtes die langs de mooiste hoekjes van ons domein leiden, ook kan je via deze wandelpaden naar domein Bokrijk wandelen.
De voor ons land unieke natuurtuin is zeker ook een bezoek waard. In deze tuin, die op een natuurlijke wijze geëvolueerd is, vind je haast al de wilde planten die vroeger in Limburgse weiden voorkwamen.
Tussen 91 en 71
Provinciaal domein Bokrijk,
Het Domein Bokrijk heeft een grote fun-factor! Naast het Openluchtmuseum staan er nog tal van andere dingen op het programma in Het Domein Bokrijk.
Met de grootste speeltuin van het land, Het Bokrijk Adventure Park, de groene oase van rust met de wandelroute Bokrijk Kiewit en nog veel meer heeft het domein alles in huis voor een geslaagde daguitstap. En dit voor jong en oud!
In Bokrijk gaat het leven zijn gangetje, op het ritme van de natuur. De ochtendzon priemt doorheen het weelderig groen bladerdak en tovert een kleurrijk lichtspel op het Kempens plein. De kerkklokken luiden en de windmolen komt traag op gang. De pastoor maakt zich klaar voor de donderpreek. En terwijl de boer en de boerin zich opwarmen aan het haardvuur patrouilleert de champetter met waakzame blik door het dorp. De heerlijke geur van versgebakken brood bij de lokale bakker doet de kinderen, op weg naar school even talmen. Benieuwd wie de strenge onderwijzer vandaag de ezelsoren zal opzetten?
Tussen 71 en 72
Boxbergheide, Winterslag
De parochiekerk van Boxbergheide is toegewijd aan de heilige Jan Baptist de la Salle. De kerk werd in 1966-1967 gebouwd naar een ontwerp van de Hasseltse architect Van de Vondel. Tussen 1952 en 1967 had men diensten gehouden in een noodkerk.
De wijk wordt doorsneden door de spoorlijn Hasselt-Genk, maar de stopplaats die een tijdje bestond leverde te weinig reizigers op om deze open te houden. Vanaf Boxbergheide liep een aftakking van de spoorlijn naar de vroegere mijnen Winterslag, Zwartberg en Waterschei.
Tussen 70 en 82
Natuurreservaat De Maten, het diepenbekerbos
De Maten Diepenbeek sluit aan bij het 300 ha. grote reservaat De Maten Genk.
Een moerassig gebied met duinkammen, vijvers, dijken, moerasbosjes, droge en natte heide. Er lopen verschillende wandelpaden doorheen. De grootste omloop "Het Augustijnerpad", bedraagt zowat 6 km, vertrek is in de Sluisstraat.
Tussen 98 en 97
Het golfterrein in Godsheide en de Japanse tuin
De aanleg van de Japanse tuin is een gezamenlijk initiatief van de steden Hasselt en Itami(Japan) dankzij de jumelageband die op 5 april 1985 werd ondertekend. De Japanse tuin is ontworpen door de meest vooraanstaande Japanse ontwerpers en dat met respect voor historisch bepaalde regels. De 2,5 ha grootte tuin is zijn kinderschoenen ontgroeid. Hij werd aangelegd in 1992. Bomen en heesters hebben de tijd genomen om volop uit te groeien en het vormbepalende decor van rotsen, waterpartijen en gebouwen verder aan te kleden. Via de westelijke tuin komt de bezoeker in de centrale tuin met de twee fraaie gebouwen. De oostelijke tuin is uitgevoerd als kerselarenpark en uitgerust met banken om te genieten van het uitzicht. FOTO HLN
ARGUS, vzw Kempens Landschap, Natuurpunt en VLM laten je al fietsend kennis maken met het prachtige gebied van de Merode, het gebied tussen Nete en Demer, het land van de Witte van Zichem.
ROUTE 3
Demerbroekenroute
Vertrek : Je start aan Huize Ernest Claes in Zichem
Ernest Claesstraat 152, 3270 Scherpenheuvel-Zichem (open: mei, juni en september:
dinsdag en woensdag van 13u tot 17u, zon- en feestdag van 13u tot 18u - juliaugustus:
dinsdag tot en met vrijdag van 13u tot 17u, zon- en feestdag, van 13 tot
18u - oktober tot april: dinsdag en woensdag van 13u tot 17u).
Afstand :16,1 km Als je de uitloper naar de Heimolen meeneemt, rijd je 22,1 km.
Bewegwijzering :
fietsknooppunten, herkenbaar aan de wit/groene bordjes met omcirkelde cijfers.
De tocht loopt door de Demervallei. Blikvangers onderweg:
De Maagdentoren en de ijzerzandstenen kerk van Zichem, de watermolen van Testelt, de Heimolen in Langdorp, Averbode Bos & Heide en de abdij.
De wegen zijn vaak onverhard, fietsen met dikke banden zijn eenaanrader.
Neem bij warm weer voldoende drank mee. Enkel in de dorpscentravan Testelt, Averbode en Zichem zijn er horecagelegenheden. Aan de abdijstaan er ijsjesventers. Picknicken kan je in het speelbos
DE ROUTE :
- Sla de Ernest Claesstraat rechtsaf, en rij naar knooppunt 58
aan de spoorwegovergang. We rijden dan verder naar knooppunt 59, aan de Oude
Demer. Net voor het water slaan we linksaf, richting knooppunt 93. Rij naar de
Maagdentoren.
- Keer terug naar knooppunt 59, waar de Oude Demer de Ernest Claesstraat kruist.
Daar ga je linksaf, richting knooppunt 57. Net voor de Nieuwe Demer (zo heet de
volgende Demerarm) sla je rechtsaf, nog altijd richting knooppunt 57. Je fietst nu
evenwijdig met de Nieuwe Demer. Aan het einde van de fietswegeltjes kom je uit
aan de watermolen van Zichem.
- Volg opnieuw knooppunt 57. Na een vijftigtal meter rij je rechts de hoofdweg, de
Pater R. Van De Wouwerstraat, in (aan je linkerkant zie je de kerk van Zichem).
Recht tegenover de hoofdingang van de kerk sla je rechts Ter Elzen in. Aan de eerste
bocht ligt het oude klooster. Nu even opletten! Even voorbij die bocht - net
achter de kloostermuur - sla je rechts een smal aarden pad in. Na nog wat bochtenwerk
fiets je op een lang pad, dat de Hamerstraat verbindt met de Van
Thienwinkelstraat. Aan je rechterkant ligt een grote open ruimte. Er staat een
alleenstaande boom, een huis en - in de verte - een jachtkansel. Waar het aarden
pad uitkomt op de Van Thienwinkelstraat is het tijd om even op adem komen...
- Rij verder tot knooppunt 57. Daarna volg je knooppunt 56. Zo nader je de dorpskern
van Testelt. Rij de brug over de Demer over en sla linksaf naar de watermolen
- Rij verder naar knooppunt 56. Je rijdt eerst even naast de spoorweg. Op het
moment dat de weg de spoorweg naar links verlaat even opletten. De weg van het
knooppuntennetwerk maakt na 50 meter een haarspeldbocht van 180° naar
rechts, maar die volgen we nu nog niet. Je verlaat dus even het knooppuntennetwerk
en rijdt gewoon verder rechtdoor de aarden weg op, met aan de linkerkant
een rij prachtige bomen. Waar de rij bomen eindigt, maak je straks rechtsomkeer
- Maak rechtsomkeer en fiets wat verder door de tunnel onder de spoorweg. Trek
verder richting fietsknooppunt 56. Wie graag de uitbreiding naar de Heimolen wil
volgen (5 km extra) volgt aan knooppunt 56 verder richting knooppunt 19 tot aan
de Heimolen. Keer later langs dezelfde weg terug. Wie niet naar de Heimolen wil,
volgt verder de routebeschrijving op blz.15.
- Terug naar knooppunt 56. Daarna volg je knooppunt 18.
In dit gebied moeten de bestaande dennenbossen volgens de richtlijnen van een
Natuurontwikkelingsplan evolueren naar gemengd bos en naar een meer open
landschap met hoge natuurwaarde.
De weg gaat stilaan stijgen. Als je dicht bij knooppunt 18 bent, merk je aan de
rechterkant een speelbos met een zitbank en andere houten constructies. Even
uitblazen.
- Fiets verder richting knooppunt 18 en later 25. Tussenin vind je de abdij van
Averbode.
- Rij verder naar knooppunt 25 en verder naar 58. Zo kom je opnieuw uit op de
ARGUS, vzw Kempens Landschap, Natuurpunt en VLM laten je al fietsend kennis maken met het prachtige gebied van de Merode, het gebied tussen Nete en Demer, het land van de Witte van Zichem.
ROUTE 2
Averbode Bos & Heideroute
Vertrek : Afspaning Den Eik
Grensstraat 45, 2430 Laakdal (1 april - 30 september: alle dagen open vanaf 10 u /
Schoolvakanties: alle dagen open / 1 oktober - 31 maart: maandag gesloten - open
vanaf 11 u).
Afstand : 14.6 km
Bewegwijzering :
fietsknooppunten, herkenbaar aan de wit/groene bordjes met omcirkelde cijfers.
Langs het natuurgebied Averbode Bos & Heide en het natuurgebied Gerhagen.
Blikvangers: het Bosmuseum Gerhagen, de autovrije Luikerdreef en de abdij van Averbode.
DE ROUTE :
- Rij naar knooppunt 18 en volg dan 25. Aan je linkerkant vind je de abdij.
- Rij recht tegenover de abdij de dreef in (voorzichtig, gaat snel bergafwaarts), tot
knooppunt 25. Sla na zowat 300 m links af, volg knooppunt 334.
- Rij tot knooppunt 334, waar je nog eventjes 150 m rechtdoor rijdt (i.p.v. onmiddellijk
naar 15). Daar sla je rechts af (volg de bordjes Bosmuseum, VVV-toren, enz).
Aan je linkerkant zie je een bezoekerscentrum met een grote uitkijktoren. Allen
daarheen!
- Fiets even terug naar knooppunt 334 en rij nu richting knooppunt 15.
Zowat 1 km verder ligt de Peerdenposterij
- Rij naar knooppunt 15 en dan richting 14. Op een bepaald ogenblik steek je de
drukke Turnhoutsesteenweg over. Je rijdt een aarden weg in. Aan het einde ervan
is een T-splitsing. Er achter ligt een weide. Vaak staan daar ezeltjes, in de schaduw
van een grote, trotse eik.
- Rij verder tot knooppunt 14 en volg dan 17.
Als je op de openbare weg komt, wijk je even af van deknooppuntenroute.
Je volgt dan de pijl VEERLE-HEIDE tot aan het dorpsplein.
De dorpskern van Veerle-Heide werd niet lang geleden heraangelegd.
- Verlaat de dorpskern op dezelfde manier als je gekomen bent. Rij naar knooppunt
17. Daar draai je naar links, richting knooppunt 18. Je rijdt nu opnieuw op een
mooie weg tussen de bossen, namelijk de Grensstraat. (Deze naam geeft aan dat
we ons hier op de grens Scherpenheuvel-Zichem/Laakdal en provincies Antwerpen
en Vlaams-Brabant bevinden.) Na een honderdtal meter zie je houten paaltjes in
het midden van de weg, die verder alleen fietsers (en voetgangers) doorlaten.
Onmiddellijk daar achter heb je een wegeltje naar links. (We fietsen dit wegeltje
niet in). Daar is het weer tijd om even uit te blazen.
- Fiets verder richting knooppunt 18 en zo kom je terug uit op de startplaats Den Eik.
ARGUS, vzw Kempens Landschap, Natuurpunt en VLM laten je al fietsend kennis maken met het prachtige gebied van de Merode, het gebied tussen Nete en Demer, het land van de Witte van Zichem.
ROUTE 1
Kempenroute
Vertrek : Afspaning Den Eik
Grensstraat 45, 2430 Laakdal (1 april - 30 september: alle dagen open vanaf 10 u /
Schoolvakanties: alle dagen open / 1 oktober - 31 maart: maandag gesloten - open
vanaf 11 u).
Afstand : De korte tocht is 17,2 kmlang. De lange tocht (tot Westerlo) bedraagt. 22,5 km.
Bewegwijzering :
fietsknooppunten, herkenbaar aan de wit/groene bordjes met omcirkelde cijfers.
De tocht loopt door de Kempense bossen langs Hertberg en Bergom tot
aan het kasteel van de Prins de Merode in Westerlo.
Via landelijke wegen keer je terug naar Den Eik.
DE ROUTE :
-En dan nu: de fiets op! Als je het terras van Den Eik verlaat en over de parking
richting straat rijdt, vind je aan je rechterkant een fietspad tussen de bomen dat je
naar fietsknooppunt 17 leidt. Daar start de tocht!
-Vanaf knooppunt 17 volg je richting knooppunt 88.
Je rijdt eerst door bossen en later langs landelijke gebieden met weidelanden. Op
een bepaald ogenblik fiets je langs de Degstraat en draai je rechts de Poedertoren
in. Je bevindt je nu in een dreef met eiken.
-Rij verder naar het knooppunt 88. Je rijdt een poosje op een fietspad langs een steenweg.
Aan knooppunt 88 (met aan de overkant de taverne Mie Maan)
-Wie voor de korte fietstocht (17 km) kiest, rijdt nu naar knooppunt 13,
Wie verder naar Westerlo wil, volgt knooppunt 84.
Dit is zeker een aanrader! Ofheb je vandaag misschien al een kasteel gezien?
We rijden nu over het grondgebied van Bergom. Op de onverharde weg aan de
Mariagrot kunnen we even op adem komen
-Rij nu verder in de richting van knooppunt 84. Zo kom je aan een rivier met een brug
erover. Neem het zandweggetje vóór je de brug opgaat naar links. Dan kan je na 200
meter een blik gooien op de achtergevel van het kasteel van de prins de Merode.
-Als je het kasteel bewonderd hebt, keer dan terug naar de brug en hou daar even
halt aan de Grote Nete.
-Rij nu verder naar fietsknooppunt 84. Let goed op de fietsknooppuntbordjes zodat
je de rustige wegen niet verlaat!
-Rij nu verder naar knooppunt 89. We fietsen nu over het grondgebied van de
gemeente Herselt. Volg de weg verder naar knooppunt 13 en volg dan nog eventjes
knooppunt 14. Hou even halt bij het kruisen van de Herseltseweg.
-Volg daarna opnieuw knooppunt 14.
Langs de Peirenstraat, als je links de Schransstraat gepasseerd bent mag je eventjes op adem komen.
-Fiets verder naar knooppunt 14.
Van hieruit volg je opnieuw knooppunt 17 en even knooppunt 18.
In het laatste stuk bos van onze tocht zal je opvallend veel varenszien.
-Volg verder knooppunt 18 tot aan Den Eik.
Hier eindigt onze fietstocht. Misschien met een drankje op het terras of een bezoekje aan het klompenmuseum?
-Vanuit het sportcomplex ga je het bruggetje over en zo kom je op een stuk rijweg dat parralel loopt met de
ring van Mol. In de zone rond het overdekt zwembad, de sporthal, de sportterreinen, het jeugdhuis Tydeeh en kinderdagverblijf Molleke komen functies als wonen, wandelen, fietsen, ontmoeting en recreatie op de eerste plaats.
Links draaien richting rode lichten en je zit op de route richting KP 56
Tussen KP 56 en 55
Je doet twee deelgemeenten van Mol aan nl. Ginderbuiten en Gompel
Tussen 55 52 51 50 73
We rijden een lang stuk langs het kanaal Kwaadmechelen Dessel, langswaar we ook het
De stranden van Mol passeren ; het Zilvermeer,het Zilverstrand en ook het Ecocentrum De Goren
Een dagje uit, een hagelwit strand en een heldere, zuivere zwemvijver. Speeltuinen voor elke leeftijd, sportmogelijkheden, evenementen en een heleboel overnachtingsmogelijkheden. Dat is het Zilvermeer! het Zilverstrand : http://toerisme.gemeentemol.be/Het_zilverstrand/2778/default_toerisme.aspx?_vs=0_N&id=2074&pg=2618 Naast witte stranden en een zwemplas beschikt het Zilverstrand nog over een belangrijke troef: grote delen van het domein zijn gereserveerd voor rust en de natuur. Aan het gebied paalt een stukje ongerepte natuur dat je complete rust geeft en contact met bomen, bloemen en vogels biedt. Wandel erdoorheen, kijk naar al die prachtige stukken heide, snuif de geuren op in de bossen, kom hier met respect en kom om te genieten. Het Zilverstrand beschikt over een prachtige camping.
Ecocentrum De Goren: Sinds 1993 vormt ecocentrum het hart van de Molse Meren. Het kenmerkende gebouw is omgeven door waterplassen, natuurgebieden, campings en recreatiedomeinen. Deze bijzondere ligging geeft meteen ook aan wat het doel is van het ecocentrum: toeristen verzoenen meet de natuur. Deze poortwachtersfunctie vult het ecocentrum in door volop te werken rond natuureducatie en door de toerist te bedienen met een uitgebreide toeristische balie. Natuur- en milieueducatie is toegespitst op leerlingen van het basisonderwijs. Het Ecocentrum is gesitueerd aan het Provinciedomein Zilvermeer in Mol. Je kan er terecht voor wandel- en fietsroutes. Er is een ruime parking voorzien waardoor dit de ideale vertrekplaats is voor een dagje natuur. Een aanrader voor fietsers is alvast de Vaarketsroute (40 km), deze brengt je langs de twee kanalen van deze regio. Je maakt ook kennis met de zandontginning. Voor de wandelaars is het interessant om weten dat veel wandelingen vertrekken vanop de parking van het Ecocentrum. In totaal heeft Mol 400 km wandelplezier, inclusief wegwijzers om het noorden niet te verliezen.
Knooppunt 74 : Aan knooppunt 73 gaan we de brug over naar 74 en daar ligt hij dan , de pannekoekenboot.: http://www.pannenkoekenbootdendiel.be/index%204.htm Je kunt hier kiezen uit 250 - tweehonderd vijftig - ambachtelijk gebakken pannenkoeken! Terwijl in de kombuis je bestelling verwerkt wordt, neem je best eens opnieuw de kaart voor de geschiedenis van dit schip en zijn technische gegevens. Het totale gewicht bedraagt 350 ton ... zonder pannenkoeken
Knooppunt 75 : Den Diel : Het natuurwandelpark den Diel bestaat grotendeels uit loofbos waarin bewust een natuurlijk beheer wordt gevoerd. Omgewaaide bomen blijven liggen want dood hout is een bron van nieuw leven in het bos. Centraal in den Diel vinden we oude sprietputten die inmiddels geëvolueerd zijn tot vijvers en ondiepe vennen. In en langs deze vennen heeft zich een zeldzame plantengroei ontwikkeld. Nergens in Vlaanderen komen zoveel verschillende soorten libellen voor als hier. Ook de reptielen en amfibieën zijn goed vertegenwoordigd.
Knooppunt 260 : De Blauwe Kei :http://users.telenet.be/deblauwekei/ De Blauwe Kei in Lommel, sluis 1. De eerste transportverbinding voor de industrie waren waterwegen. De Zuid-Willemsvaart, voltooid in 1826, had weinig invloed op de Limburgse industrialisatie. Van grote betekenis was de aanleg van het Kempisch Kanaal of de verbinding van de Schelde met de Maas in 1846. De belangrijke verbinding met Hasselt kwam pas in 1858 tot stand. Het gehucht De Blauwe Kei ontstond na het graven van het Maas-Scheldekanaal (1843-1855) en ontleent haar naam aan een grote leisteenachtige, meer westwaarts gelegen grenssteen tussen Mol en Postel. Bij verbredingswerken van het kanaal in 1926 zou deze steen onder opgespoten zand terecht gekomen zijn. De Geografische Dienst van België heeft zonder succes getracht deze steen terug te vinden. De oorspronkelijke steen zou door de Maas zijn aangevoerd in de loop der ijstijden, toen rotsblokken uit het Zuiden werden meegesleurd door een machtige stroom van gletsjers en smeltwater.
Tussen knooppunt 260 - 267 - 268 - 266 Hier rijden we langs het kanaal naar Beverlo Het kanaal neer Beverlo is een verbinding op het kanaal Bocholt-Herentals. Met een lengte van 15 km, is dit slechts een klein kanaaltje dat de verbinding maakt met het dok van het kamp van Beverlo.
Tussen knooppunt 60 en 59: We fietsen door een zeer bekend gebied, De keiheuvel (natuurpark) http://www.keiheuvel.be/ De Keiheuvel is een stuifduingebied aan de ingang van het terrein Keiheuvel-De Most. Verspreid komen vliegdennen voor, die hier in een natuurlijke successie groeiden. Deze strook vormt een prachtige entourage bij het binnenrijden van het Natuur- en recreatiepark Keiheuvel.
We fietsen ook nog door de dorpen Balen - Olmen - Hulsen en komen zo terecht in het gehucht "Heidehuizen" vanwaar we terugkeren naar ons vertrekpunt als we de verkeerslichten bereiken Oversteken en direkt links aanhouden naar de startplaats "Den Uyt"
Vanaf de watermolen steven je naar knooppunt 93> 96.
Onderweg steek je de drukke N18 Geel-Retie over en tegelijk ook de Witte Nete.
Je fietst nu eventjes op het grondgebied van Dessel waar je voorbij de historische hoeve Boerentang komt.
Zo bereik je knooppunt 96 aan het Kempisch Kanaal
Je volgt het jaagpad naar rechts in de richting van knooppunt 95.
Bij sas 6 staat een bijzonder huis. Café Sas 6 is een vooroorlogs café in de stijl van een typisch Kempens hoevetje dat na de Eerste Wereldoorlog een ontmoetingsplaats was voor schippers die in de file stonden voor de sluis.
Maar naast een pint drinken maakten de schippers er ook afspraken met voermannen wier paarden de schuiten 'jaagden'. Jagen is het voorttrekken van een schip met een dik touw.
Ondertussen is de grote drukte op het Kempisch Kanaal lang verleden tijd en hoeven schepen niet langer aan te schuiven voor de sluis. Toch heeft dit sascafeetje de tijden overleefd en maakt het deel uit van ons kanalenerfgoed.
Bij sas 7 (knooppunt 95) steek je de sluisbrug over naar de andere oever.
Je komt voorbij Dekshoevevijver, een vijvergebied dat beheerd wordt door de stad Geel.
Een rondje rond het vijvergebied telt zo'n 2 km.
Na knooppunt 20 volgt 21 aan sas 8, waar je uitzonderlijk, . . . maar op eigen risico, mag oversteken over
de sluisdeuren ondanks de verbodsvermelding 'Art. 95 van het KB 15.10.1935'.
Je blijft het jaagpad volgen richting knooppunt 22 en passeert Ten Aard, het meest noordelijk gelegen kerkdorp van Geel.
Bij knooppunt 22 moet je het Kempisch Kanaal verlaten en ga je weer op zoek naar de loop van de Kleine Nete.
Je houdt richting knooppunt 30 aan en komt in een open weidelandschap terecht.
Deze natte Netevallei was oorspronkelijk een ruig en moerassig laagveen.
Kort na de Tweede Wereldoórlog werd het gebied ontwaterd door de aanleg van kaarsrechte dijkwegen en een web van afwateringen.
Zo ontstonden geschikte weilanden voor de veehouderij. Elke boerderij kreeg 15 ha weiland toebedeeld.
Je krijgt aan je rechterkant de Molen van 't Veld in het vizier.
Die standaardmolen van 1796 stond oorspronkelijk in Heist-op- den-Berg, maar verhuisde in 1823 naar Geel-Elsum. Sinds 1992 staat hij op de Zeggedijk in de buurt van de Worfthoeve, waar ook een bakkerijmuseum gevestigd is. Op Zondagnamiddag laat een gelegenheidsmolenaarje het binnenwerk van de windmolen zien.
Je blijft de Zeggedijk volgen; de sloot naast de weg is de Zeggeloop.
Zegge is een geslacht van taaie grassen die het goed doen in vochtige, moerassige gronden.
Maar De Zegge is ook de naam van het beschermde natuurgebied dat je links ziet liggen.
Het is een moerassig, bijna ondoordringbaar gebied, dat een verre herinnering is aan het oerlandschap.
Aan de brug over de Kleine Nete is er een aanlegplaats voor kajakkers.
Aan de overkant ligt De Ark van Noë, een dagrecreatiecentrum met een speeltuin en vijvers.
Bij het naderen van knooppunt 30 doemt de Kempische Heuvelrug van Kasterlee op.
Daar houd je richting Kasterlee aan, maar de beklimming van de heuvel wordt
nog even uitgesteld tot na knooppunt 31.
Veel stelt deze klim door het Koningsbos niet voor.
Aan de dorpsrand van Kasterlee staat Keeses Molen, een houten standaardwindmolen van 1650.
Je nadert het knooppunt, 88, en vandaar is het nog 1 km tot aan de Kleine Nete
Aan de brug over de Kleine Nete ligt knooppunt 87.
De Watermolen van Brustele in het Kásterlese gehucht Houtum is een onderslagmolen van de 13de eeuw.
In 1583, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, werd de molen helemaal verwoest en enkele jaren later heropge- bouwd.
Molen en sluis werden in 1921 grondig verbouwd. De molen bleef draaien tot in 1957. De laatste molenaar was Julius Josephus Biermans, van wie afstammelingen nu het Hotel De Watermolen uitbaten.
Naast het hotel is in de vroegere molenwerkplaats een taverne ingericht.
De weg naar knooppunt 26 loopt eerst parallel aan de rivier.
Je kunt eventueel met de fiets aan de hand het wandelpad naast.
het water volgen door na 200 m links wandelwegwijzer 70 te volgen.
Na 1 km sla je aan de tweede brug rechts af.
Je bent dan weer op het netwerk richting knooppunt 26.
Even verder steek je de Kleine Nete voor de tweede keer over in de richting van knooppunt 27.
Je steekt verderop twee zij beekjes van de Kleine Nete over: de Rode Loop ende Wamp.
Tussen knooppunt 27 en 91
klim je lichtjes uit de Netevallei en meteen verschijnen de eerste dennenbossen.
Op het grondgebied van Retie steek je eerst de Looi eindse Nete over en na knooppunt 91 de Kleine Nete.
Over kronkelende wegen bereik je de watermolen van Retie .
Al in 1633 stond er aan de Witte Nete een watermolen:
's Heren Corenwatermolen hoorde toe aan de heren van Retie.
De huidige stenen molen dateert van 1765. Deze onderslagmolen heeft een metalen waterrad met houten schoepen dat wacht op restauratie:
Aan de molenvijver ligt Taverne 't Meulezicht: op het zomerterras is het heerlijk verwijlen bij het geruis van vallend water terwijl je geniet van een hapje en een drankje...
Je kunt er een kano huren die je stroomafwaarts tot aan de watermolen van Brustele (Kasterlee) voert.
Of je kunt er vragen om de watermolen te bezoeken.
En deze locatie is een echte aanrader om deze prachtige route af te sluiten
Bewegwijzering : witte zeskantborden met rode tekst
.
.
Begijntjesroute
Een gemeentelijke fietsroute uitgestippeld door de dienst Toerisme van Begijnendijk..
Deze fietsroute slingert over Begijnendijks mooiste wegen, een ideale manier om het gebied tussen het Hageland en de Kempen te ontdekken
Deze volledig bewegwijzerde route loopt langs kleinere wegen. De tocht gaat langs de twee dorpskernen,
talrijke kapelletjes en molens, kastelen en meanders, langs veen- en kleiputten en plukjes heide, over de
oude tramzate en de Demerdijk. Wenst u er een dagje uit van te maken, dan kan dat, op de route liggen
een aantal bezienswaardigheden, leuke cafés en tavernes. U kan de route starten aan de kerk van
Begijnendijk of Betekom (parkeergelegenheid).
Kaart te bekomen bij de dienst Toerisme of op het gemeentehuis
Route :
Je verlaat de dorpskern en rijd aldra door de groene long De Merenvan Begijnendijk richting Pijpelheide,
een deelgemeente van Booischot.
Je doorkruist een gebied van boom- en perkplanten om langs landbouwgebied ten zuiden van Begijnendijk
te belanden.
Hier volg je een tijdje een oude tramlijn en beland je uiteindelijk in de bossen Meetshoven ten noordwesten
van Aarschot en passeer je een grot met zitbanken, een rustige, stille en ideale rustplaats.
Je bereikt de ring rond Aarschot en even verder volg je rechts de Demerdijk, die je tot vlak bij Betekom brengt.
Hier vind je via een holle weg de ruïne van een oude windmolen, opgetrokken in ijzerzandsteen, boven
op een heuvel, die tevens een natuurgebied is.
Akkerland en weiden glijden voorbij tot je de Balenberg met zijn motorcrosscircuit ziet liggen.
Eventjes bergop en dan gaat je in dalende lijn terug noordwaarts voor een rondje Pijpelheide alvorens
via de camping De Meren terug je startplaats te bereiken
Bezienswaardigheden
Begijnendijk heeft heel wat te bieden. Met een bonte mengeling van natuur en cultuur leent Begijnendijk zich uitstekend voor een daguitstap.
Sint-Laurentiuskerk Betekom
Het karakter van deze kerk wordt bepaald door enkele eeuwenoude voorwerpen zoals het hoofdaltaar in rococostijl uit 1767, de doopvont uit 1615, het doksaal met het beschermde orgel uit 1770 en de gebrandschilderde glasramen uit begin deze eeuw. Bouwstijl is de typische Demergotiek van het Hageland.
Sint-Luciakerk Begijnendijk
Modern-gotische kerk daterend van 1953-54. De kerkschat omvat liturgisch zilverwerk uit de 17e - 18e en 19e eeuw.
Ruïne van de windmolen: Molenberg 25
Molen uit de 14e eeuw in ijzerzandsteen met een basis van Gobertangezandkalksteen. Door de strategische ligging meermaals in brand gestoken, voor het laatst in 1914. Inlichtingen: 016/53 04 43 (conservator).
Ruïne van de windmolen: Putteberg, Pater Damiaanstraat
Type bergmolen van 1854, tijdens de eerste wereldoorlog werd met de molen electriciteit gemaakt.
Hof van Uythem: Remerstraat
Het oudste nog bestaande gebouw van Begijnendijk. Hier teelde men de eerste aardappelen van de streek.
Kasteel ter Rivieren: Gelroodsesteenweg
In de middeleeuwen werd het gebouwd door de heren van Rivieren. Het huidige kasteel dateert uit 1885.
Standbeeld De Begijn Kerkplein Begijnendijk
Bronzen beeld van een oud kloosterbegijntje uit de gemeente.
Natuurgebied De Raam
Natuurgebied De Meren
In de vorige eeuwen was het een uitgestrekt moerasgebied.
De putten werden gevormd door het uitturven van het Veen. De turf werd nadien gebruikt als brandstof.
Een route door de natuur van Noord Brabant, deze loopt via Geldrop naar de Achelse kluis,
(nog net geen Belgie) van hier richting de Malpi.
Een route door de natuur van Noord Brabant, deze loopt via Geldrop naar de Achelse kluis,
(nog net geen Belgie) van hier richting de Malpi.
Westerhoven
ligt in het beekdal van de riviertjes Keersop en Beekloop die net buiten de kern van het dorp door een fraai stukje natuur stromen. Reeds in de prehistorie vonden rondtrekkende nomadenstammen het gebied aantrekkelijk genoeg om zich te vestigen. De Heuvel, de verbindingsweg met buurdorp Riethoven, vond zijn oorsprong in de Romeinse tijd. Bij het rooien van een eiken wal aan de toenmalige Haverhof werd Frankischkeramiek gevonden. Westerhoven behoorde vanouds tot de heerlijkheid Bergeijk, maar in 1810 werd het een zelfstandige gemeente. Deze werd in 1997 bij herindeling samengevoegd met de gemeente Bergeyk (nu Bergeijk).
Langs Westerhoven stromen de riviertjes Keersop en de Beekloop. De Keersop is een beek die ontspringt in België bij Luyksgestel en uitmondt in de Dommel bij Dommelen. Het is een van de waardevolste beken binnen het gebied van Waterschap De Dommel. Dit komt door de hoge natuurwaarde van de beek als gevolg van de relatief goede waterkwaliteit. In deze beek komen vissen voor die een trekgedrag vertonen. Enkele voorbeelden hiervan zijn: bermpje, beekprik, kopvoorn en winde. Bij een voldoende hoge waterstand zijn de beekjes geschikt om met kano's te bevaren. Op enkele beschutte plekken aan de oevers van de Beekloop is de ijsvogel gesignaleerd.
Naast de beekdalen kent de omgeving van Westerhoven akkers en, meestal droge, bossen. Westerhoven en de omgeving van de kapel lenen zich bij uitstek voor het maken van kortere of langere wandel- fiets- en autotochten. De bewegwijzerde "Beekdalen" wandelroute van 5 km loopt door de fraaie natuur in de onmiddellijke omgeving van het dorp. Ook het Westerhovense bos en de Enderheide nodigen uit tot het maken van korte of langere wandelingen. Westerhoven is opgenomen in het fiets-knooppuntenplan van de Kempen en maakt ook deel uit van het Nordic Walking routenetwerk.
Aan de Keersop ter hoogte van het huidige Schut bevond zich de Westerhovense Watermolen. Hiervan zijn nog overblijfselen aanwezig.
Deze fietstocht werd "van Stroop en Jenever" gedoopt, omdat ze ons brengt van Hasselt naar Borgloon en weer terug naar Hasselt. De inwoners van Borgloon werden van oudsher de 'Strooplekkers' genoemd, want in de streek werd veelvuldig siroop bereid en verhandeld. Borgloon ligt immers midden in de fruitstreek. In de tijd dat het geoogste fruit niet kon bewaard worden in frigo's en de moderne bewaartechnieken nog niet bestonden was er maar één oplossing om de grote hoeveelheid appels en peren te gelde te maken. In de stroopfabrieken lagen de vruchten in hoge bergen op de binnenplaatsen. Het overvloedige fruit werd na de pluk gekookt en het ingedikte sap in potten bewaard en verkocht als siroop.
De vroegere siroopfabriek Meekers te Borgloon.
In de streek is er één siroopfabriek aktief gebleven tot 2006, en wel de "Vrolingse Stroopfabriek" van de familie Bleus aan de steenweg op Vrolingen nummer 45 te Wellen. Je kon er het productieproces van stroop meemaken. In 2007 zijn de activiteiten verhuisd naar de gebouwen van de voormalige Siroperie Wynants aan het station van Borgloon, je fietst er voorbij tussen knooppunt 136 en 152. Hier werd meer dan 100 jaar geproduceerd van 1878 tot 1988. Met de steun van monumentenstrijd zullen de gebouwen van de ondergang gered worden en de traditionele stroopproductie wordt nieuw leven ingeblazen. Wil je meer informatie over de geschiedenis van de stroop, de familie Bleus en monumentenstrijd, dan kan je kijken op de zeer opmerkelijk website; www.gebroedersbleus.be
Kapel van Hilst.
Deze kapel werd opgericht ter nagedachtenis van de talrijke, op 5 dec 1798, gesneuvelde boeren, die in opstand waren gekomen tegen het Frans bewind. Ieder jaar is er op de eerste zaterdag van december een herdenking van de Boerenkrijg in de schuur van een nabijgelegen hoeve.
We komen nog even terug op ons verhaal van "Stroop en Jenever". De Hasselaren zijn al enkele eeuwen bekend als vermaarde Jeneverstokers. Het distilleren was eigenlijk een uitvinding van de Arabieren. In de 14° eeuw verspreidde het distillaat 'aqua vita' of levend water zich als een geneesmiddel over Europa. Men diende het druppelsgewijs in te nemen. Het 'levend water' werkte niet alleen geneeskrachtig, het kon ook 'den mensche droefheid' doen vergeten en het maakte 'de herten vro ende oec stout ende coene'. Het zijn deze euforieverwekkende eigenschappen die het geneesmiddel in een eeuw tijd tot het genotmiddel 'brandewijn' maakten. Brandewijn werd niet langer druppelsgewijs gedronken, maar per 'druppel'. Dit en veel meer kan je ontdekken in het Nationaal Jenevermuseum gelegen binnen 'De Groene Boulevard' van Hasselt, aan de Witte Nonnenstraat. .
Nog dit. Wie Borgloon zegt, weet dat de hellingen niet veraf zijn. Maar deze zijn niet onoverkomelijk en nooit lang. Nog een gezellige tocht, en proost.
DE ROUTE De route loopt langs Bredene - Stalhille - kanaal Gent/Oostende - Oudenburg - Zandvoorde - Oostende
Tijdens deze route is water vaak erg dichtbij. Niet het zeewater, zoals je zou verwachten. De route loopt immers slechts even parallel aan de kust, en dan nog blijf je uit de buurt van het zeewater. Maar je passeert wel kilometers lang tussen het Noordgeleed en de Vaart (kanaal Gent-Brugge-Oostende). Je mag ook nog een eind langs de Passendalevaart en je kruist tweemaal de Noordede. Ook de Duiveketezwin ligt op je route. 't Paddegat situeert zich in de wijde omgeving van de Vaart ter hoogte van Stalhille. Diverse vogels voelen zich er thuis: patrijs, scholekster, steenuil, torenvalk, waterhoen, wilde eend?
't Paddegat is een zogenaamde multifunctionele ruilverkaveling. Dit houdt in dat er aandacht is voor drie belangrijke aspecten: de landbouw, de natuur en de zachte recreatie. In dit laatste aspect is behalve fietsen en wandelen ook hengelen begrepen.
Start : Kerkplein Gooreind (Kalmthout) Afstand : 57 km, verkortingen : 32 of 39 km
Het allereerste (1975) traject en ongetwijfeld één van de mooiste in de provincie Antwerpen.
Gewoonweg schitterend tijdens de maand augustus, wanneer de heide paars kleurt.
Dat dit traject de Kalmthoutse Heide doorkruist, zal je wellicht niet verbazen.
In Natuureducatief Centrum De Vroente leer je meer over dit enig stukje natuur.
Verder op het traject o.a. het Arboretum van Kalmthout met 6.000 verschillende planten,
de Kiekenhoeve-Karrenmuseum in Essen en de Napoleonshoeve in Wuustwezel.
Vertrokken aan de kerk in Gooreind, langs de duiventoren ( een vakatie-verblijf uit de jaren 1830 ) , militair domein Klein - Schietveld en Kalmthout - Heide ( Station en een monument ter nagedachtenis aan de Canadese soldaten in de tweede wereldoorlog ) naar Kalmthout . Even van de route om het natuureducatief centrum " De Vroente " te bezoeken , daarna verder langs het Arboretum en de Kalmthoutse heide met zijn vennen naar Essen .
Na een rust verlaten we Essen langs het station , een douaneloodsen de quarantaine stallen en fietsen we verder door de gemeentebossen langs Horendonck .
De Vredesroute vertrekt op de grote markt van Ieper aan de historische Lakenhallen.
Onmiddelijk na de start rijden we onder de Menenpoort, het gedenkteken bij uitstek van Wereldoorlog I.
Je maakt een korte lus rond Ieper langs de stadswallen.
Daarna rij je de stad buiten langs een oude spoorwegbedding.
Een schitterend paadje dat goed bolt want sinds kort volledig geasfalteerd.
Tussen kerkhoven en oorlogsmonumenten rij je rond Zillebeke en passeer je ondermeer het schitterende natuurdomein de palingbeek.
Je fietst door een lichtglooiende streek en ziet in de verte het pretpark Bellewaarde.
Na de brug over de A19 (Kortrijk-Ieper) ben je toe aan een welverdiende verfrissing in een van de tearooms aan het Doelbos of Polygoon in Zonnebeke.
Daarna kronkelt de vredesroute heerlijk verder tot in Langemark-Poelkapelle.
Van daaruit brengt alweer een oude spoorwegbedding je tot aan de sluis van Boezinge.
Deze keer niet geasfalteerd, maar vlotrijdende kiezelsteentjes.
Via het Ieperlee kanaal fiets je de laatste kilometers terug naar de grote markt van Ieper.
De frisse pint op de Grote markt van Ieper heeft u meer dan verdiend.
De route start in Ieper waar de gothische St-Maartenskathedraal (Grote Markt) een bezoekje waard is.
Dit imposante bouwwerk werd in 14-18 bijna volledig verwoest maar kerk en 102m hoge toren werden in 1922 1930 volledig terug gereconstrueerd.
Gelukkig konden de kerkschatten in 14 18 in veiligheid gebracht worden, zodat de kerk vandaag nog steeds heel wat fraais kan laten zien.
Helemaal vooraan ligt de grafsteen van Robrecht de Béthune, Leeuw van Vlaanderen
Een bezoek aan het Flanders Field Museum, ondergebracht in de Lakenhallen is warm aanbevolen.
De tentoonstelling legt vooral nadruk op de miserie die de oorlog met zich meebracht en toont aan de hand van fotos, filmmateriaal en enkele maquettes de zware verminkingen die de stad en zijn omgeving in 14-18 te verduren hebben gekregen.
Vandaag ligt deze lichtheuvelende streek met haar bossen en glooiende groene weiden er onder de stralende zon schilderachtig mooi bij. We passeren plaatsen met vreemde namen zoalsde Palingbeek, Langemark, Poelkapelle, Zillebeke, Boezinge, Zonnebeke Enkel de vele soldatenkerkhoven (vier jaar strijdgewoel resulteerde in een halfmiljoen doden!) houden de herinnering aan de Grooten Oorlog levendig.
Je ziet ze overal, ze duiken in het landschap op wanneer je het niet verwacht, verstopt in het weelderige groen.Ze worden nog steeds perfect onderhouden en het is er zeer rustgevend, de stilte wordt er enkel verstoord door het gekwetter van de vogels. De namen op de graven verwijzen naar Engelsen, Canadezen, Australiërs maar waar liggen de Belgen en de Duitsers ?
De Yzerroute is een erg ontspannende route van Nieuwpoort langs de Ijzer naar Diksmuide. De route brengt je via de Dodengang naar de IJzertoren. Daar kan je een bezoek inlassen aan Diksmuide. De terugkeer loopt over de Frontzate, de voormalige spoorberm tussen Diksmuide en De Panne. Dat betekent dat je op een bijna kaarsrecht traject terug naar het startpunt fietst. Het gebied waar je omheen rijdt, is dat deel van het front dat in de Groote Oorlog onder water werd gezet.
Dodengang Op de linkeroever van de IJzer, bij kilometerpaal 15, staat de naamsteen 'Petroleumtanks'. Daar had een Duitse eenheid een observatiepost die een bedreiging vormde voor de Belgische stellingen op dezelfde oever. Na verschillende veroverings pogingen werd in de Ijzerdijk een naderingsgang gegraven en versterkt, die uiteindelijk uitgroeide tot een gevechtsloopgraaf: de beruchte 'Boyau de la Mort', de Dodengang, met daarop de dwarse ruiterschans. De huidige site is een reconstructie uit 1927-1928 van dit verdedigingscomplex. Buiten de omheining staat een afgetakelde maar authentieke Duitse bunker.
IJzertoren.
Een ander monument dat herinneringen aan de Grote Oorlog oproept is de IJzertoren, waarvan het profiel de omgevende vlakte zo sterk markeert. Zijn voorgeschiedenis begint ook in de loopgraven van de eerste wereldoorlog. De gewone soldaten in het Belgische leger waren voornamelijk Vlamingen, maar ze werden gecommandeerd door een overwegend Franstalig officierenkorps.
Uit dat ongenoegen onstond de Frontbeweging die zich inzette voor de rechten van de Vlaamse soldaten. Ze werd door de legeroverheid verboden en moest in het geheim werken. Ze ijverden onder meer voor aparte Vlaamse regimenten, met een eigen officierenkorps. Na de oorlog wilden ze zelfbestuur voor Vlaanderen en een politiek voor vrede en verdraagzaamheid. In 1917 schreven ze een open brief aan Koning Albert, waarin ze hun eisen kenbaar maakten. Het was één van de meest ophefmakende uitingen van het Vlaamse ongenoegen. Wellicht vond het zijn krachtigste uitdrukking in de slogan die een soldaat schilderde op de sokkel van de dorpswaterpomp in het kapotgeschoten Merken: HIER ONS BLOED, WANNEER ONS RECHT?
FRONTZATE
De FRONTZATE is de bedding van de oude spoorlijn Nieuwpoort-Diksmuide. Dit tracé van Nr. 74″, de lijn Diksmuide-Nieuwpoort, was een aftakking van de lijn Gent-De Panne. 13,5 km Lang is deze spoorweg. Hij werd in het midden van de 19e eeuw gebouwd en lag mee aan de basis van de snelle ontwikkeling van Nieuwpoort tot toeristische badplaats. De eerste (toen nog STOOM)trein arriveerde al op 15.8.1869 in het station van Nieuwpoort-Aan-Zee.
Tijdens de 1e wereldoorlog was dit de FRONTLIJN waar de Duitse opmars in oktober 14 tot stilstand werd gebracht. Om strategische redenen werden in Nieuwpoort (aan de Ganzenpoot) op 31.10.1914 de sluizen opengezet en het hele gebied tussen deze spoorwegdijk en de IJzer stond blank. Hierdoor waren de Duitsers verplicht om hun ondergelopen loopgraven achter de spoorwegberm te verlaten
Gedurende het grootste deel van deze oorlog bleef de strook tussen de IJzer en de spoorwegbedding niemandsland in de stellingenoorlog met de Duitsers aan de ene, de Belgische troepen aan de andere zijde. Langs de spoorweg zijn er op tal van plaatsen dan ook nog resten van schuilkelders, bunkers, bakstenen abris of schuilplaatsen, uitkijkposten, geschutsstellingen. Want het spreekt vanzelf dat de spoorlijn Nieuwpoort-Diksmuide van enorm strategisch belang was als allerlaatste verdedigingslinie tegen Den Duits.
Afstand : 46 KM Vertrekplaats : Parochiekerk van Reningelst (Poperinge) Bewegwijzering : Zeshoekige rood-witte bordjes met de naam Schreveroute
Relief: Heuvelachtig, naar de Catsberg toe stevig klimwerk.
DE ROUTE :
De Schreve is e benoamienge die menschen uut de Westoek geevn an 't stik van de Frans-Belgsche grenze die de regio verdêelt in de Westoek en Frans-Vloandern. De Schreve noemn ze terplekke oek wel de frountiern.
Die grenze is e stoatsgrenze en gin etnische grenze. Z'is etrokkn in de 17stn êeuw, achter de Slag by Kassel. Ol weerskantn van de Schreve en de menschen nog joarenlank dezelfste toale eklapt, moa 't West-Vlams is e bitje mi eki achteruutegoan. Ollêne de styf oude menschen in Vrankryk klappn nog nunder Vlemsch.
D'r is e viloroute, de Schreveroute, van 46 kilomeiters daj ku volgen in 'n Vlamschen en 'n Franschn Westoek.
Schreve is een typisch Westvlaams woord, wat betekent dat woord nu eigenlijk? Schreve is een dialectische benaming voor de Belgische-Franse grens. Bij het fietsen van de Schreveroute gaan we kennismaken met die Belgisch-Franse grens het heuvelland met zijn weidse panorama's en heuvelrij.
Reningelst is de startplaats van deze route, ideaal is het niet, vanaf de eerste meters is het klimmen, zo'n anderhalve km klimmen we richting Westouter, na ons klimmetje wacht ons een stevige afdaling, raar dat die afdaling sneller voorbij is dan die klim.
We komen in het mooie dorp Westouter aan, we fietsen door dit schitterend dorp met zijn vele terrasjes, maar het is nog te vroeg om te stoppen, we fietsen verder richting schreve, iets buiten Westouter wacht ons een eerste stuk onverhard, liefst te doen bij droog weer.
Via deze onverharde weg en zonder het te weten fietsen we op Franse bodem, steeds krijgen we prachtige vergezichten op de Zwarte en Rode berg. Iets verder krijgen we voor de tweede maal een flinke afdaling te verwerken richting Berthen. Bij het begin van de afdaling is het even opletten, op een bepaald moment krijgt men een schitterend vergezicht op de Mont de Cats en zijn abdij boven op die Mont de Cats. Wanneer men op de grote baan aankomt in Berthen gaat de route rechtsaf, hier kan men ook kiezen om een ommetje te maken naar die Mont de Cats, aan de grote baan fietst men gewoon rechtdoor, wanneer men dit doet mag men een stevige klim verwachten tot boven op de Catsberg.
Boven neemt men de richting Boeschepe en men komt automatisch terug op de route. Na een helse afdaling fietst men Boeschepe binnen, even buiten de dorpskern wacht ons de prachtige Ondankmeulen met herberg de Vierpot op, hier even verpozen op het terras naast de molen met schitterend uitzicht op de Catsberg is een waar genoegen. We kunnen er niet genoeg van krijgen maar helaas moeten we terug de fiets op, we fietsen richting belgische grens met achter ons die prachtige molen. We fietsen nu via rustige wegen richting Watou. Het gezellige Watou nodigd ons weerom uit om een terrasje te doen, zou ik zeker doen want tot in Reningelst zijn nog weinig estamineetjes.
Vanuit Watou fietsen we richting Poperinge via rustige en niet al te vlakke wegen, niet dat het steile klimmetjes zijn maar het is niet vlak. Poperinge zelf doen we niet aan, we laten die links van ons liggen en fietsen verder richting Reningelst, even komen we rakelings langs de Schreve maar dat merken we niet, op onze route krijgen we nog even te maken met en stuk onverhard die er naar mijn mening wat beter kan bij liggen.
Pietermenneke verdient een nominatie voor de Grootste Palenaar omdat hij wellicht de meest gekende dorpsfiguur is van Paal. Hij heette eigenlijk Louis Petermans. Pietermenneke leefde tussen zijn beesten in een klein huisje vlakbij de steenweg op Beverlo Zijn geitenbok was legendarisch. Verder bezat hij een ezel, een hond, katten, kippen en zijn wijd en zijd bekende Guinese biggetjes (zeeratten). Heel het dorp en zeker alle kinderen kenden Pietermenneke. Met zn ezelskar vervoerde hij allerlei kleine vrachten, biggetjes bijvoorbeeld, naar Beringen en naar Diest.Van deze veelbesproken dorpsfiguur doen allerlei straffe en sappige verhalen de ronde. Ludo Laagland heeft Pietermenneke vereeuwigd in een enig mooi portret. Pietermenneke werd in Paal begraven maar meer dan 40 jaar lang moest hij het doen, als meest bekende Palenaar, zonder zerk of wat dan ook. Toen na de fusie het gemeentebestuur van Beringen ermee dreigde het kerkhof van Paal over te hevelen naar Koersels Kapelleke maakte Leon Meelbergs een houten kruiske voor Pietermenneke, het begin van een geplande actie voor het behoud van het kerkhof in Paal. Hier rust Pietermenneke stond er op. De transfer ging niet door.
Ietwat verder van de Dender af (in Okegem afslaan naar Pamel en dan de N8 oversteken naar Onze-Lieve Vrouw-Lombeek) vinden we het liefelijke dorpje OLV-Lombeek.
Hier start de Valleitjesroute. Al van in Pamel blijkt het waar de naam van deze route komt.
Het gaat hier op en neer, de verschillende beekjes hebben brede valleien gevormd.
Ondanks zijn «slechts »31 km is deze route een stevige rit, doch de inspanning wordt beloond met prachtige vergezichten soms vele kilometers ver.
Zeker in de lente, wanneer de vele boomgaarden in bloesem staan, is deze tocht een echte aanrader.
De route
Al bij het begin is het trappen geblazen. Via een kasseiweg hijsen we ons naar boven.
Van ver zien we de windmolen, voor de ouderen onder ons een herinnering aan het jeugdfeuilleton kapitein Zeppos. Eens boven kunnen we al van het eerste vergezicht genieten.
De kerk van Pamel torent ver boven de golvende weides uit en als je goed kijkt zie je aan de einder de Onze Lieve Vrouwekerk van Ninove.
Het gaat nu verder golvend langs de vele boerderijtjes met elk hun boomgaard tot aan de Woestijnkapel.
Deze kapel, eigenlijk de Heilig Kruis-kapel, doemt plots voor ons op.
Het geeft een eigenaardig gevoel hier deze kapel, zo afgelegen in de velden aan te treffen.
Het lieflijk gebouwtje nodigt uit tot even uitrusten. Daarna gaat het steil naar beneden toe.
Het molenaarshuis met de Terhagenmolen uit 1732 wat verder, is ook zon prachtig plekje dat deze fietstocht zo kleurt.
Zo ook het kasteeltje van Heetvelde of het Waterkasteel.
Dit beschermde gebouw was ooit een waterburcht en werd in de 17de eeuw zijn huidige vorm heropgebouwd.
Een beetje verder komen we aan de zwaarste kasseistrook van deze rit.
Over ruwe kasseien dobberen we naar de bergstraat , die haar naam alle eer aandoet en ons nog eens flink laat zweten.
Rechts kijken we uit op het mooie Steenhaultbos.
Inmiddels zijn we via de Vollezelestraat in Vollezele, een gehucht van Galmaarden, terechtgekomen en als je oplettend bent zie je rechts het plaatselijke kerkje.
Een kapel en valleitje verder duikt de radartoren van de Kesterberg(112m) op.
Deze toren in de streek «den ijzeren man » genoemd overheerste lang de streek, maar moet sinds een tiental jaren zijn meerdere erkennen in de immens hoge zendmast van de VRT in Sint-Pieters-Leeuw.
Genietend van het prachtige pajottenland (dat hier op zijn best is) slingeren we stijgend en dalend langs mooie natuurlandschappen verder naar Gooik.
Daar komen we via een klein ommetje in het centrum recht tegenover de Sint Niklaaskerk.
Voor deze kerk staat een bankje dat uitnodigt tot een verdiende rust na al die nijdige klimmetjes die de Valleitjesroute tot een stevige kuitenbijtersroute maakt.
Na een kleine pauze hijsen we ons weer int zadel en vervolgen onze tocht. Even buiten het centrum rijden we langs een begraafplaats verder richting Oplombeek (een gehucht dat hoger licht dan .Lombeek, juist vandaar dus )
Het kasteeltje dat we hier voorbijzoeven draagt ook de naam Oplombeek.
We zijn nu reeds ver gevorderd en algauw dient een van de laatste klimmetjes zich aan.
Wat verder en we zijn in Nelleken.
Onder enkele rode beuken staat er een pittoresk kapelletje en het geheel maakt dit gehucht één van de merkwaardigste pleisterplaatsen op deze tocht.
Nog eventjes licht stijgen, en dan laten we ons als slechtvalken, de vallei van de Moeliebeek, induiken.
Dan uitbollen tot aan de imposante kerk, de remmen dicht en dan naar een van de terrastafeltjes van de Kroon, geef hier die pint.
De Route : 217-36(NL)-38(NL)-216-213-201-220-224-218-217
Vanaf half augustus, staat de heide in volle bloei.
Die vind je hier nog volop, bijvoorbeeld in de Groote Heide net over de grens.
Er staan ook nog paarse dotjes in de Grote en Achelse Heide bij Achel.
De Beverbeekse Heide en Haarterheide werden lang geleden beplant met dennenbomen.
Even verpozen en genieten!
. De Achelse Kluis ligt pal op de grens met Nederland en is de brouwerij van de bruine of blonde Achelse trappist. Van het brouwproces zie je een en ander vanuit de gezellige herberg, die druk wordt bezocht door fietsers.
Er is ook een uitgebreide winkel met allerlei religieuze producten.
. De ambachtelijke kaasmakerij
Catharinadal vond onderdak in het voormalige franciscanessen klooster Catharinadal uit 1432.
De broers Bert en Peter Boonen verwerken er de melk van hun eigen vee tot heerlijke kazen en andere verse melkproducten.
Hun echtgenotes baten de winkel uit. In juli is er elke dinsdag om 17 uur een gratis rondleiding.
. Picknickbanken staan op de mooiste plekjes van de route, onder meer op het autovrije Jagerspad door de Grote Heide, in de bossen van de Haarterheide en langs het Kempisch Kanaal.
WAT KOMEN WE TEGEN :
. Tussen knooppunt 216 en 213: (ommetje van 500 meter)
Hoeve-ijs 't Mulke schept ambachtelijk gemaakt hoeveijs op een horentje of in een potje, om op stoeltjes buiten van te smullen (er is geen verbruikszaal). Molendijk, 3930 Hamont- Achel, 011-64 17 54 (open tot eind september).
. Tussen knooppunt 218 en 217:
De laren heeft een fietsmenu met verwerking van de Achelse trappist en Catharinadalkaas.