Na een rustperiode van anderhalve maand nemen we terug de draad ( en rugzak ) op. Feestweekends en een nieuwjaarsvakantie lagen aan de basis van die lange rust. Daar de jachtperiode ( naar we vermoeden ) sinds 1 januari afgelopen is riskeren we ons terug op Waalse bodem en zetten in Franière, waar we op 05.11.2011 de wandeling 193 stopten, de tocht terug verder.
Na enig zoekwerk belanden we op de " Place Communale " waar we onmiddellijk de rue du Calvaire nemen. De straat doet haar naam alle eer aan
bochtig en met een helling van 13% brengt ze ons op temperatuur. Eenmaal boven zorgt het Bois Roly ervoor dat we weer op adem komen. Een prachtig bos met veel loofbomen. Heel dichtbij horen we schieten, zou er dan toch een jachtpartij georganiseerd zijn ? Langs een lange afdaling bereiken we de weg Franière- Ham-sur-Sambre en de oevers van de Samber. Op de gebetonneerde RAVEL-weg volgen we de rechter oever en komen zo voorbij de sluis van Marimont. Iets verder moeten we voor een 500 tal meter de baan op om dan weer de veilige RAVEL-weg te nemen. De vier hoge schouwen van de AGC-fabriek op de andere oever, op grondgebied Moustier-sur-Sambre, spuwen enorme rookwolken de lucht in. Men is er bezig een schip zand te lossen, zand dat gebruikt wordt in de fabriek voor de glasproduktie. Men werkt er 24 uur/ 24 uur en levert en de grootste productie ter wereld. ( 2500 ton vlak glas per dag ).
We verlaten andermaal de oever en betreden een pad tussen de Samber en een oude arm en bereiken Ham-sur-Sambre. Bij de grote baan moeten we kiezen de GR412 of de GR125. Volgens de planning wordt het deze laatste. We lopen eerst nog wat, tussen struikgewas evenwijdig met de baan.
Wanneer we die dan de rug toe keren en het Grand Bois de Ham willen inslaan houdt een bord met " Danger-Chasse " ons tegen. Gelukkig vinden we, in een met de bosweg evenwijdige hoofdweg, de oplossing. Het wordt wel klimmen geblazen en de wind komt ook sterk opzetten. Tot overmaat van ramp begint het ook nog te regenen en bevinden we ons, zonder enige bescherming, in open veld. Onze regenkledij wappert en slaat om ons heen en telkens er ons een auto kruist krijgen we er nog een gulp water bovenop.Bij de N988 gekomen hebben we blijkbaar het hoogste punt bereikt en dus een ideale plaats voor de producte van alternatieve energie, want rondom ons verrijst een zee aan windturbines.
Veilig, dicht bij de rand van die drukke N988, trekken we naar het centrum van Fosses-la-Ville. Het is intussen gestopt met regenen en de bebouwing beschermt ons tegen de wind, een mooi moment om op de bus te wachten.
|